Samenvatting van de richtlijn erfelijke darmkanker, revisie

Vergelijkbare documenten
Eind goed, al goed? Of ook nog erfelijkheidsonderzoek? Margreet Ausems Afdeling Medische Genetica UMCU

Erfelijkheid van Darmkanker Nieuwe Richtlijn (selectie)

Robert Hofstra Afdeling Genetica, UMCG. Erfelijkheidsonderzoek bij Lynch syndroom: wat zijn de klinische consequenties?

De rol van de pathologie en genetica bij de herkenning van Lynch syndroom

M.J.A. Alleman, MDL arts 22 december 2009

Family cancer syndroms and cancer risk. Martine Folsche, verpleegkundig specialist Erasmus MC Kanker Instituut

Richtlijn Erfelijke darmkanker, revisie 2016: de belangrijkste aanpassingen

Resultaten Moleculaire Pathologie ronde Additionele moleculaire testen bij MLH1-negatieve tumoren met Lynch syndroom vraagstelling

Familiair coloncarcinoom

CONCEPT Richtlijn Erfelijke Darmkanker Revisie 2015

Kenmerken Overervingspatroon: Autosomaal dominant, penetrantie vrijwel 100% Prevalentie: 1% van alle gevallen van colorectaal carcinoom (CRC)

Erfelijkheid & kanker. Titia Brouwer Maatschappelijk werker Afdeling Genetica 13 maart 2017

5.2Diagnostiek Laboratoriumonderzoek Diagnostische tests Diagnostische tests (tekst 2008, update in 2014)

Resultaten Moleculaire Pathologie ronde Additionele moleculaire testen bij MLH1-negatieve tumoren met Lynch syndroom vraagstelling

Erfelijkheid & kanker. Titia Brouwer Maatschappelijk werker Afdeling Genetica 13 maart 2018

Nederlandse Samenvatting

Erfelijkheid & kanker. Titia Brouwer Maatschappelijk werker Afdeling Genetica 11 april 2016

Nederlandse samenvatting

Richtlijnen voor screening en follow-up bij Familiale Adenomateuze Polyposis (FAP)

Restrisico na laboratoriumtesten (tekst 2008, update in 2014)

9. Constitutionele Mismatch Repair Deficiëntie (CMMRD)

Genetic Counseling en Kanker

Darmkanker en het bevolkingsonderzoek (en klein stukje erfelijkheid)

Promotor: Prof. dr. E.J. Kuipers Prof. dr. E.W. Steyerberg. Co-promotors: Dr. W.N.M. Dinjes Dr. M.E. van Leerdam Dr. A. Wagner

Deze folder bevat informatie over het Lynch-syndroom. Het beschrijft:

Richtlijn Erfelijke darmkanker 2007

Klinisch-genetische aspecten van kanker

Chapter 10. Nederlandse samenvatting

Samenvatting van dr. J.J. Koornstra (maag-darm-leverarts) en prof. dr. R.M.W.Hofstra

Disclosure conflicts of interest speaker. De betekenis van mismatch repair deficiëntie voor Lynch syndroom en therapiekeuze

FAMILIAIRE ADENOMATEUZE POLYPOSIS

Samenvatting. Chapter 7.2

(MAP) Informatie over het ziektebeeld

Lynch Syndroom. Infobrochure voor patiënten en hun familie

Molecular aspects of HNPCC and identification of mutation carriers Niessen, Renee

GENETISCHE COUNSELING SYLVIA DE NOBELE, GENETISCH COUNSELOR CENTRUM MEDISCHE GENETICA, UZGENT (CMGG) FAPA 19/11/2016

FAMILIAIRE ADENOMATEUZE POLYPOSIS

Indeling voordracht. Epidemiologie coloncarcinoom. Klinisch beeld. Erfelijk coloncarcinoom. Polyposis syndromen. HNPCC Lynch syndroom

Familiaire Adenomateuze Polyposis (FAP) Informatie over het ziektebeeld

Informatie voor de huisarts over. het Lynch syndroom (HNPCC)

Hoe informeer ik mijn familie bij erfelijke of familiaire aanleg voor kanker?

Familiaire Adenomateuze Polyposis (FAP) Informatie over het ziektebeeld

FAP (Familiale adenomateuse polyposis)

Erfelijke darmkanker opsporen door tumoronderzoek

Polikliniek familiaire tumoren. voor patiënten met familiaire belasting voor borst- en / of eierstokkanker

Mammacarcinoom en erfelijkheid. Dr. Marleen Kets, klinisch geneticus Afdeling genetica UMC St Radboud

Erfelijkheid & Borstkanker

Het colorectaal carcinoom en immunotherapie; wat is de huidige stand van zaken en wat biedt de toekomst?

MARKEN, verhoogd risico op borstkanker

Kanker en Erfelijkheid

Nederlandse samenvatting

Inhoud. Voorwoord 11. Inleiding Colorectaal carcinoom Lynchsyndroom 41

Mee-naar-huis-neem boodschappen 2013

Preventie erfelijke tumoren

Scholing colorectaal carcinoom. Jeanine Roodhart, internist-oncoloog i.o. 9 april 2018

Kenmerken Overervingspatroon: Autosomaal dominant, penetrantie vrijwel 100%

Mee-naar-huis-neem boodschappen 2015

6.2 Diagnostiek FAP/AFAP/MAP Diagnostiek van adenomateuze polyposis (tekst 2008, update in 2014)

Uitnodiging. 6e Up-to-date. 25 jaar Lynch Syndroom. Oncologische themadag 7 december 2017, 9.15 uur Radboudumc, Nijmegen

Richtlijn Erfel jke darmkanke[ revisie

Bevolkingsonderzoek darmkanker In de (huisartsen)praktijk. februari 2014 Alice Olde Reuver of Briel projectleider darmkankerscreening

10. Nederlandse samenvatting

Kanker in de familie.

Workshop DNA-schade. Erfelijkheidsonderzoek bij borstkanker: met welk doel? Dr. Jan C. Oosterwijk klinisch geneticus, UMCGroningen

Erfelijkheid. Chirurgie / mammacare. Inhoudsopgave Pagina. Inleiding 2. Indicaties voor erfelijke aanleg 2. Hoe ontstaat erfelijke aanleg 3 BRCA 5

Chirurgie / mammacare

BRCA themamiddag, zaterdag 31 oktober UMCG expertisecentrum borst - eierstokkanker. Welkom

Erfelijkheidsonderzoek anno Lizet van der Kolk klinisch geneticus

Tumoren en erfelijkheid. prof. dr. Bruce Poppe. Centrum voor Medische GeneIca Diensthoofd Prof. dr. A. De Paepe Universitair Ziekenhuis Gent

hoofdstuk 2 hoofdstuk 3

Dikke darmpoliepen. MDL-centrum IJsselland Ziekenhuis.

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Factsheet Indicatoren Slokdarm- en maagcarcinoom (DUCA)

Mee-naar-huis-neem boodschappen 2014

Erfelijkheidsonderzoek bij ovariumcarcinoom. - terugkoppeling en vooruitblik -

Het bi-allelisch Lynch syndroom

Plenaire opening. Themamiddag Wil ik het weten? En dan? 28 september 2013

Reeks 12: De eeuwige mens

Richtlijnen. Diagnostiek en preventie van erfelijke gynaecologische tumoren november gyneacologische-kaart :44 Pagina 1

Darmkanker. Ontwikkelingen en onderzoek. Prof dr Hans de Wilt Afdeling Heelkunde Radboud UMC Nijmegen

Zit t nou in de familie of in de genen?

Screenende coloscopie MDL

Kanker in de familie: naar de geneticus?

21. Multipele Endocriene Neoplasie Type 1 (MEN1)

Stichting Lynch - Polyposis. Strategisch beleidsplan Inleiding

ERFELIJKE EN FAMILIAIRE TUMOREN RICHTLIJNEN VOOR DIAGNOSTIEK EN PREVENTIE

INFO VOOR PATIËNTEN DARMKANKER ERFELIJKHEIDSONDERZOEK

Darmkanker screening zin of onzin? Lisette Saveur, Verpleegkundig specialist MDL-oncologie Antoni van Leeuwenhoek Amsterdam

Oncogenetica. E. van der Looij en C.M. Kets

Richtlijn Colorectaal Carcinoom 2014

Desmoïd-type fibromatose

Zorgpad MEN1 syndroom. Informatie voor patiënten

2.1 Ovariumcarcinoom H2 EPIDEMIOLOGIE EN ETIOLOGIE

Kanker en erfelijkheid Hoe vertel ik het mijn familie?

Hoe weet ik of ik lynchsyndroom heb? Erfelijke dikke darm- en baarmoederkanker

Erfelijke niet-polyposis dikdarmkanker

The psychosocial and behavioral impact of familial adenomatous polyposis Douma, K.F.L.

Borstkanker en Erfelijkheid

PALB2 en het risico op borstkanker

behandelingen-bij-borstkanker/

Transcriptie:

Samenvatting van de richtlijn erfelijke darmkanker, revisie WKO 3 sept Uitgangspunt richtlijn Welke aanbevelingen over genetische counseling en diagnostiek, preventie, surveillance, behandeling voor mensen met een (verhoogd risico op) erfelijk darmkanker? Doel publiek Eerste lijn zorgverleners, oncologen, MDL-artsen, klinisch genetici, chirurgen, gynaecologen en overige zorgverleners. Methoden Een eerste versie van de richtlijn Erfelijke Darmkanker is gepubliceerd in 2008. Na knelpunt analyse onder de beroepsgroepen zijn de volgende 5 knelpunten gesignaleerd en in gereviseerd: Het risico, type en frequentie van controles en het beleid ter preventie van Lynch geassocieerde maligne tumoren van de volgende organen: endometrium, ovarium, nierbekken, ureter, blaas, maag en huid (talgklier). 2. Kosteneffectiviteit en effectiviteit van bepaling bij alle patiënten met colorectaal carcinoom om Lynch syndroom vast te stellen. 3. Prevalentie van APC gen bij polyposis en bepaling van het optimale surveillance voor patiënten en familieleden 4. Serrated polyposis en 'mixed' polyposis, welke DNA diagnostiek moet worden ingezet en wat is het surveillance advies voor patiënten en familieleden 5. Colorectaal carcinoom op zeer jonge leeftijd, welke DNA diagnostiek moet worden ingezet en wat is het surveillance advies voor patiënten en familieleden De belangrijkste kernpunten en aanbevelingen worden hieronder samengevat. Criteria voor verwijzing naar een klinisch geneticus.» A. Personen met colorectaal carcinoom (CRC) of endometrium carcinoom (EC) (onder de 70 jaar) CRC of EC < 40 jaar iedereen ongeacht de of MSI uitslag Tweede CRC (bij dezelfde patiënt) < 70 jaar. (of een Lynch syndroom geassocieerde zoals EC*) CRC < 70 jaar en eerstegraads CRC (of een Lynch syndroom geassocieerde maligniteit, zoals EC*): beide < 70 jaar en 1 x < 50 jaar CRC of EC < 70 jaar en twee of meer (eerste- of tweedegraads) familieleden met CRC of een met Lynch syndroom geassocieerde maligniteit, bij < 70 jaar CRC of EC < 70 en daarnaast o Cumulatief of meer < 60 jaar of o Cumulatief 20 of meer adenomen < 70 jaar of o Cumulatief 5 of meer (proximate) serrated poliepen waarvan 2 tenminste mm groot, óf 20 verspreid door het colon ongeacht de afmeting, conform WHO criteria [WHO CRC of EC < 70 en minder dan 3 maanden geleden gediagnosticeerd wordt via patholoog getest op afwijkingen van mismatch repair-eiwitten, indien aanwijzingen voor mismatch repair deficiëntie (afwijkende van mismatch repair-eiwitten of microsatelliet instabiliteit zonder van de verwijzen naar klinisch [NB CRC of EC < 70 en langer dan 3 maanden geleden gediagnosticeerd, alleen of MSI testen op indicatie van de klinisch geneticus die hiervoor de Bethesda criteria toepast, dus na verwijzing naar de klinisch geneticus]. 1

= CRC indien geen aanwijzing voor mismatch repair deficiëntie en geen andere aanwijzingen voor een erfelijke aanleg kan volstaan worden met langdurig surveillance advies aan patiënt en eerstegraads familieleden met coloscopie vanaf 45 jaar 1x per 5 jaar (zie hoofdstuk 4.3 surveillance) B. Personen zonder CRC, EC of polyposis graads CRC of EC < 50 jaar, (indien dit aangedane familielid zich zelf niet wil of kan laten verwijzen)*. drie of meer (eerste- of tweedegraads) familieleden CRC (of een met Lynch syndroom geassocieerde maligniteit, zoals EC*) allen < 70 jr in én é van de mismatch repair genen in de familie. graads familielid jonger dan 70 jaar van iemand met poliepen (indien dit aangedane familielid zich zelf niet wil of kan laten verwijzen), (aantal en soort poliepen zoals hieronder gedefinieerd bij persoon met poliepen onder de 70 jaar) * = voor graads familieden van iemand met CRC en geen aanwijzing voor mismatch repair deficiëntie en geen andere aanwijzigen voor een erfelijke aanleg, kan volstaan worden met surveillance: coloscopie vanaf 45 x per 5 jaar (zie hoofdstuk 4.3 surveillance) C. Personen met poliepen (onder de 70 jaar) Adenomateuze poliepen: o 1 advanced adenoom in het colon < 40 jaar o of meer adenomen < 60 jaar (cumulatief) o 20 of meer adenomen < 70 jaar (cumulatief) Serrated poliepen o 20 of meer serrated poliepen ongeacht lokatie (maar tenminste 3 proximaal van het sigmoid) o 5 of meer histologisch bevestigde serrated poliepen proximaal van het sigmoid waarvan 2 tenminste 1 cm. type poliepen o 2 of meer histologisch bevestigd * * = indien slechts 1 histologisch bevestigde poliep aanwezig is dienen er voor verwijzing andere kenmerken van een polyposis syndroom of een dergelijk syndroom in de familie aanwezig te zijn * Lynch syndroom geassocieerde maagcarcinoom, ovariumcarcinoom, uretercarcinoom, Familielid: genetisch gerelateerd familielid * Eerste graads familieleden: ouders, kinderen, broers, zussen Tweede graads familieleden: grootouders, kleinkinderen, ooms, tantes Bij een zeer belaste familieanamnese die niet voldoet aan een van de criteria of bij twijfel overleg met een klinisch geneticus 2

Kernpunten Lynch syndroom Het testen van de CRC of EC op DNA mismatch repair (MMR) deficiëntie met immunohistochemie voor MMR eiwitten en/of dient te worden uitgevoerd bij nieuwe CRC patiënten jonger dan 70 jaar, mits minder dan 3 maanden geleden gediagnosticeerd. [NB Het testen van de CRC of EC < 70 op MMR deficiëntie indien langer dan 3 maanden geleden gediagnosticeerd, geschiedt uitsluitend op indicatie van de klinisch geneticus die hiervoor de Bethesda criteria dus na verwijzing naar de klinisch geneticus] De patholoog rapporteert de mismatch repair eiwit immunohistochemie met in de richtlijn geformuleerde standaard teksten in de conclusie De immunohistochemie van de mismatch repair eiwitten moet beschikbaar zijn in het MDO van het postoperatieve traject Indien verlies van MLH1/PMS2 eiwit expressie wordt geconstateerd, dient analyse van van de promotor uitgevoerd te worden voor uitsluiten van een sporadische casus, voordat deze patiënt wordt verwezen naar de klinisch geneticus. Analyse van MLH1 promoter hypermethylering in de tumor heeft nadrukkelijk de voorkeur boven BRAF mutatie-analyse, Verwijzing naar de klinisch geneticus is geïndiceerd voor alle patiënten onder de 70 met een tumor waarin de kernkleuring van MSH2 samen met MSH6, alleen MSH6 of alleen PMS2 of MLH1 (zonder hypermethylering van de MLH1-promoter) afwezig is en voor patiënten met een diagnoseleeftijd onder de 40 jaar. aanbevelingen voor Lynch syndroom mutatiedragers zijn coloscopie eenmaal per 2 jaar vanaf 25 jaar en voor vrouwen ook gynaecologisch onderzoek (met transvaginale echografie en aspiratie biopsie) eenmaal per jaar vanaf 40 tot 60 jaar. Profylactische gynaecologische chirurgie is ter overweging in vrouwelijke mutatie dragers boven de 40, zonder (verdere) kinderwens. Familiair CRC Individuen met familiair CRC wordt geadviseerd eenmaal per 5 jaar een coloscopie te ondergaan, te starten vanaf 45 jaar tot de leeftijd van 75 jaar. FAP/MAP/AFAP Bij patiënten met multiple colorectale adenomen onder de 60 of > 20 onder de 70) dient genetisch testen op APC en/of MUTYH te worden families met klassieke FAP moet (of coloscopie) 1 x per 2 jaar uitgevoerd worden, vanaf 10 jaar en levenslang gecontinueerd worden in mutatiedragers. Chirurgie is geïndiceerd indien het aantal en de grootte van de poliepen adequate surveillance van het colon onmogelijk maken. families met attenuated FAP (AFAP) moet coloscopie uitgevoerd worden 1 x per 2 jaar, vanaf jaar en levenslang gecontinueerd worden in mutatie dragers. Chirurgie is geïndiceerd indien het aantal en de grootte van de poliepen adequate surveillance van het colon onmogelijk Het besluit voor het type operatie in FAP en AFAP is afhankelijk van de leeftijd van de patiënt, de ernst van de rectale polyposis, de kinderwens, het risico op het ontwikkelen van en mogelijk de locatie van de mutatie in het APC gen en dient in een expertise centrum plaats te vinden. De werkgroep is van mening dat een voor surveillance en voor chirurgische behandeling van erfelijke gastro-intestinale tumoren, tenminste 50 Lynch syndroom en 50 patiënten met per (A)FAP/MAP onder controle heeft. Na colorectale chirurgie dient surveillance van het rectum of de pouch uitgevoerd te worden elke 6 tot 12 maanden als het rectale weefsel blijft staan of bij ileoanale pouch. Surveillance bij FAP van het vanaf 25-30 jaar. Surveillance intervallen worden gebaseerd op basis van het stadium. 3

zowel klassiek als attenuated FAP is er geen indicatie voor surveillance op schildklier kanker of desmoid tumoren. Het aanbevolen surveillance protocol voor MAP patiënten is gelijk aan dat voor patiënten met AFAP. Surveillance aanbevelingen 1. Lynch Colon en rectum: o Coloscopie per 2 jaar, te starten vanaf 25 jaar. Endometrium en ovarium: o Surveillance met transvaginale echoscopie en afname van endometrium sample voor histologisch onderzoek met 1 x van 40-60 jaar. o Bespreek voor en nadelen van profylactische en > 40 jaar indien er geen kinderwens (meer) is. Maagcarcinoom: o Geen surveillance met gastroduodenoscopie. o Eenmalige test op aanwezigheid van Helicobacter pylori en het vervolgens bestrijden hiervan wordt aanbevolen in mutatiedragers. Overige Lynch syndroom geassocieerde kankers: o surveillance wordt niet aanbevolen. 2. Familiair CRC o Coloscopie 1 x per 5 jaar vanaf 45 jaar 3. Klassieke familiaire adenomateuze polyposis (FAP) Colon en rectum: o (of colonoscopie) 1 x per 2 jaar vanaf jaar o Een is geïndiceerd indien het aantal en de grootte van de poliepen adequate surveillance van het colon onmogelijk maken. De operatie wordt bij voorkeur uitgesteld tot na jaar. o Na subtotale bestaat een indicatie voor 34-1 jaarlijkse surveillance van het rectosigmoid, frequentie is mede afhankelijk van aantal en grootte van adenomen in rectum. o Na met pouch bestaat een indicatie voor 34-1 jaarlijkse surveillance van de pouch en cuff. adenomen: o Gastroduodenoscopie, met voor- als zijwaarts zicht, starten wanneer colorectale polyposis wordt gediagnosticeerd of vanaf 25-30 jaar. Surveillance intervallen worden gebaseerd op basis van het Schildklierkanker: o Er is geen indicatie voor surveillance op schildkliercarcinoom Desmoid tumoren: o Er is geen indicatie voor surveillance op desmoid tumoren. o Het beloop is complex en behandeling zou daarom het beste kunnen geschieden in gespecialiseerde universitaire centra. 4. Attenuated FAP (AFAP) of biallelisch MUTYH (MAP) Coloscopie 1 x per 2 jaar vanaf jaar. Overige adviezen zoals bij FAP. 5. Polyposis zonder APC of MUTYH mutatie 4

Groep 1: meer dan 100 poliepen: o Patiënt zelf: Surveillance zoals bij FAP o graads familielid: Coloscopie zoals bij FAP. Gastroscopie alleen indien bij coloscopie adenomen. Groep 2: poliepen: o coloscopie 1 x per 3 jaar en gastroscopie 1 x per 5 jaar o graads familielid: Coloscopie 1 x per 3 jaar vanaf 45 jaar*. Groep 3 : poliepen en geen naast familielid met polyposis of CRC o < 55 jaar bij diagnose: 1 x per 3 jaar coloscopie en eenmalig gastroscopie. o graads familielid: Coloscopie 1 x per 5 jaar vanaf 45 o 55 jaar bij diagnose: volgens 'poliep o graadsfamilielid: Bevolkingsonderzoek. = Na 2-3 maal een negatieve coloscopie zonder afwijkingen kan overwogen worden om vanaf 65 jaar te stoppen met surveillance. 6. Serrated Polyposis syndroom Patiënten: Coloscopie 1 x per 1-2 jaar, afhankelijk van de bevindingen bij de laatste coloscopie, leeftijd en comorbiditeit van de patiënt en wel in een expertisecentrum. graads familieleden coloscopie 1 x per 5 jaar vanaf 40 jaar. Na 2-3 maal een negatieve coloscopie zonder afwijking, kan overwogen worden om vanaf een leeftijd van 60 jaar te stoppen met de surveillance. 5

Tabel 1: Surveillance Aandoening Orgaan Type surveillance Frequentie Start-stop Lynch syndroom Colon en rectum Endometrium en ovarium Coloscopie Transvaginals echoscopie en afname van endometrium sample voor histologisch onderzoek met microcurettage 1 jaar 1 x per jaar Vanaf 25 jaar Van 40-60 jaar Bespreek voor en nadelen van profylactische hysterectomie en Vanaf 40 jaar geen kinderwens (meer) Maag Géén gastroduodenoscopie Test op aanwezigheid van Helicobacter pylori en het vervolgens Vanaf 25 jaar bestrijden hiervan wordt aanbevolen in mutatiedragers Overigen Surveillance wordt niet aanbevolen Familiair CRC j Colon en rectum Coloscopie 1 x jaar Vanaf 45 jaar adenomateuze Colon en rectum (of coloscopie) 1 x jaar Vanaf 10-12 jaar (mutatiedragers levenslang) 1 x per 14-1 jaar* Na subtotale Attenuated FAP ] Inspectie van de pouch en cuff. Gastroduodenoscopie, met voor- als zijwaarts zicht Schildklier Er is geen indicatie voor surveillance op schildkliercarcinoom tumoren Er is geen indicatie voor surveillance op desmoid tumoren MUTYH (MAP) j Colon en rectum Overigen Zoals bij FAP 1 x per jaar Na met pouch Baseren op stadium Vanaf 1) diagnose colorectale polyposis of 2) 25-30 jaar 1 x per 2 jaar Vanaf 18 jaar (mutatiedragers levenslang)

Polyposis zonder APC of MUTYH mutatie (meer dan poliepen) Patiënten ' Allen Zoals bij FAP graads familielid Colon en rectum v bij FAP. Gastrum Gastroscopie Polyposis zonder APC of MUTYH mutatie (20. 100 poliepen) Patiënten Colon en rectum Coloscopie Gastrum Gastroscopie familielid j Colon en rectum Zoals bij FAP Polyposis zonder APC of MUTYH mutatie poliepen en geen naast familielid met polyposis of CRC) Patiënten < jaar bij Colon en rectum Coloscopie 1 x per 2 jaar Nvt 1 x per 3 jaar 1 x jaar 1 jaar Vanaf jaar Indien bij coloscopie adenomen Vanaf diagnose colorectale polyposis Vanaf diagnose colorectale polyposis Nvt Familielid van patiënt < 55 jaar bij diagnose Patiënten > 55 jaar bij Maag Colon en rectum Colon en rectum Gastroscopie Coloscopie Volgens poliep schema 1 x per 5 jaar Nvt Vanaf 45 diagnose Familielid van patiënt Colon en rectum Bevolkingsonderzoek 55 jaar bij diagnose Serrated Polyposis syndroom Patiënten Colon en rectum Coloscopie 1 x per 1-2 jaar* Vanaf diagnose serrated polyposis graads familieleden. Colon en rectum 1 x per 5 jaar Vanaf 40 * = afhankelijk van het aantal en de grootte van de adenomen in het = Na 2-3 maal een negatieve coloscopie zonder afwijkingen kan overwogen worden om vanaf 65 jaar te stoppen met surveillance; * afhankelijk van de bevindingen bij de laatste coloscopie, leeftijd en van de patiënt en wel in een = Na 2-3 maal een negatieve coloscopie zonder afwijkingen kan overwogen worden om vanaf jaar te stoppen met surveillance