RUD de heer J. Schunselaar Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid, Herinrichting Drijvers Vogelweid de Bol, Texel Omgeving Zwinweg, Texel

Vergelijkbare documenten
RUD de heer 3. Schunselaar Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Duinweg, Den Helder Huisduinen

RUD de heer J. van der Veldt Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Jisperdijk, Wormerland

RUD de heer DJ. Slobbe Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Wagenweg 1, Katwoude

RUD de heer J. Schunselaar Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Voormeerpassage, wijziging bestaande vergunning, Bussum

RUD de heer H. Miedema Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Naardermeer, gemeente Gooise Meren

Archief VERZONDEN 2 9 HM Uitvoeringsdienst bord-holland Noord. V4IWfl i o n a

VERZONDEN 1 4 SEP. 2017

VERZONDEN 0 2 JOU 2018

RUD mevrouw L. Kuiper / de heer C.F.P. Vrolijk Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Circuitgebied Zandvoort

VERZONDEN 19 SEP. 2017

VERZONDEN 0 3 ONT. 2017

verzonden o 7 mir 2019

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

RUD Mevrouw L. Kuiper Ontheffing stiltegebieden, theatervoorstelling 'Onder het Melkwoud' Oostdijkje, De Rijp

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOUAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

VERZONDEN 18 OKI. 2017

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NQQRD-HQLLAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

In dit besluit vindt u de inhoudelijke overwegingen die eraan ten grondslag liggen. De aanvraag en de bijlagen maken onderdeel uit van dit besluit.

A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Beschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Procedureel. Rijkswaterstaat Projecten T.a.v. ir. A.W. Velema Programma Ruimte voor de Rivier Postbus ED ARNHEM

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER... 2

ONTWERPBFSI HIT VAN GFDEPLJTEERDE STATFN VflM NOORD-HO LAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum /IMA 0511 DRZZ /MT onderwerp doorkiesnummer bijlagen

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN VERGUNNING NATUURBESCHERMINGSWET verleend aan STAATSBOSBEHEER. voor

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Wij hebben uw aanvraag op 20 december 2018 ontvangen en geregistreerd onder zaaknummer RUD

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Procedureel. Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 25 april

Procedureel Uw aanvraag is op 18 december 2009 door mij ontvangen. Bij brief van 18 december 2009 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Provincie Noord-Holland

Natuurbeschermingswet 1998; aanvraag gedeeltelijke intrekking Nbwet vergunning

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Op 4 augustus 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 9 augustus 2010, (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Besluit. TenneT TSO BV. Postbus AS Arnhem

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Procedureel De aanvraag voor de onderhavige vergunning werd gedaan bij het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw & Innovatie (hierna: EL&I).

Rijkswaterstaat Maaswerken t.a.v. Postbus NB Maastricht. Geachte,

RUD mevrouw K.M. Zwiggelaar Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid Pontweg 1, Den Hoorn, Texel

Formulier voor aanvraag vergunning Wet natuurbescherming Onderdeel: Natura 2000-gebieden (hoofdstuk 2 Wnb)

omgevingsdienst HAAGLANDEN

uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum 28 april DRZ/07/3012/FB/HG onderwerp doorkiesnummer bijlagen

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

VERZONDEN 2 7 NOV RUD C.F.P. Vrolijk Ontheffing stiltegebieden, Boomplantdag Schoorl 2017 Stiltegebied Schoorlse Duinen, gem.

Stappenplan vergunningaanvraag

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOII ANn

Overwegingen bij definitief besluit vergunning Wet natuurbescherming project Stroomlijn fase 3, tranche 7, perceel 1 en 2

Overwegingen; Snelheidsverhoging traject Naarden- Bussum; Naardermeer 1 ONDERWERP AANVRAAG PROCEDURE WETTELIJK KADER...

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

VERZONDEN 1 9 DEC. 2017

Conform artikel 41, lid 1, van de Nb-wet 1998 heeft u binnen uw aanvraag uw belang bij het verlenen van de vergunning gemotiveerd.

VERZONDEN 0 9 OKT. 2017

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Besluit. Gasunie Transport Services B.V. Datum Wnb; vergunning; werkzaamheden GOS Eerbeek; Veluwe. Geachte,

Uitvoeringsdienst bord-holland Noord VERZONDEN 21 NOV A. BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD- HOLLAND

website - 47-RO ab.doc Pagina 1

Besluit. Vermilion Energy Netherlands B.V. T.a.v. Postbus AB Harlingen

Besluit. Petrogas E&P Netherlands B.V. Laan van Zuid Hoorn DE RIJSWIJK. Datum 17 mei 2018 Betreft Wnb-vergunning; Boring A18-A05; Doggersbank

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND A. ONTWERPBESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN NOORD-HOLLAND

Verzenddatum Bijlagen Uw kenmerk Ons kenmerk 9 augustus z

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

2 e ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND. Artikel 19d, 19e en 19kd lid 1 onder b

Uw aanvraag is op 12 mei 2010 door mij ontvangen. Bij brief van 2 juni 2010 (kenmerk: DRZZ/ ) heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedseikwaliteit

omgevingsdienst HAAGLANDEN

30 sept OU

omgevingsdienst HAAGLANDEN

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Bestemmingsplannen en PAS

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Op 14 oktober 2010 ontving ik uw aanvraag. Bij brief van 20 oktober 2010 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd.

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Datum 4 juli Betreft Wnb-vergunning; NOV-experiment; uitbreiding Windgat; Oosterschelde

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Artikel 16/19d Natuurbeschermingswet Café Restaurant Rijstal Venhof V.O.F., te Herkenbosch Zaaknummer:

Ontwerpbeschikking van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant

omgevingsdienst HAAGLANDEN

Procedurewijzer. Voor het wijzigingsbesluit Solleveld & Kapittelduinen. #99 Solleveld & Kapittelduinen

DRZZ/

BESLUIT WET NATUURBESCHERMING VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN DRENTHE INZAKE VERGUNNING OP BASIS VAN ARTIKEL 2.7 VAN DE WET NATUURBESCHERMING (Wnb)

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Transcriptie:

R o n a Uitvoeringsdienst ord-holland Noord Archief Natuurmonumenten t.a.v. de heer W. Miedema Buorren 2 8861 KZ HARLINGEN VERZONDEN 0 4 SEP. 2017 Hoorn, 04 september 2017 Zaaknummer Behandelaar Betreft Locatie RUD17.223376 de heer J. Schunselaar Wnb Vergunning artikel 2.7, tweede lid, Herinrichting Drijvers Vogelweid de Bol, Texel Omgeving Zwinweg, Texel Geachte heer Miedema, Hierbij ontvangt u een beschikking waarbij wij u een vergunning verlenen op grond van artikel 2.7, tweede lid Wet Natuurbescherming (hierna: Wnb) voorde uitbreiding van het natuurgebied Drijvers Vogelweid de Bol, gelegen in de omgeving van de Zwinweg op Texel. Uw vergunningaanvraag heeft betrekking op de Natura 2000-gebieden 'Duinen en Lage Land Texel' en 'Waddenzee'. Deze aanvraag is door ons ontvangen op 26 juli 2017. De ontvangst van deze aanvraag is door ons bevestigd bij brief van 27 juli 2017. Besluit Wij verlenen u hierbij een vergunning conform artikel 2.7, tweede lid Wnb voor uitbreiding van het natuurgebied Drijvers Vogelweid de Bol, met 34 hectare nieuwe natuur. De beschrijving van het project in de aanvraag en eventuele bijlagen (waaronder een plankaart) maken onderdeel uit van deze vergunning. Postbus 2095 1620 EB Hoorn» www.rudnhn.nl Pagina 1 van 8 Zaaknummer: RUDl.223376

Inhoudsopgave A. Onderwerp aanvraag B. Voorschriften en beperkingen C. Wettelijk kader Wnb D. Inhoudelijke beoordeling aanvraag E. Cumulatieve effecten F. Mitigerende of andere maatregelen die eventuele schadelijke effecten beperken G. Slotoverwegingen H. Procedure en samenhangende besluiten I. Kennisgeving A. Onderwerp aanvraag Natuurmonumenten wil het gebied Drijvers Vogelweid de Bol uitbreiden met 34 hectare nieuwe natuur. Met behulp van financiële ondersteuning van onder meer het Waddenfonds en provincie Noord-Holland zijn agrarische gronden verworven. Deze worden ingericht voor weidevogels en soortenrijke graslanden (wisselvochtige graslanden, harlekijngraslanden en kamgrasweiden). Er is een inrichtingsplan gemaakt, waarbij waterstanden worden verhoogd, en terreinen worden geplagd. Dit gehele plan is worst case getoetst aan de Wet natuurbescherming; het is worst case, omdat voor het plaggen en het afvoeren van de geplagde grond (orde grootte 80.000 m3 aan grond) nog geen financiële dekking is gevonden. Op korte termijn bestaat het beheer uit maaien en afvoeren, zodat reeds verschraling wordt bereikt; op korte termijn zullen dus niet alle beoogde plagmaatregelen tot uitvoering (kunnen) worden gebracht. Wel is zoals gezegd het gehele project (inclusief het genoemde grondverzet) getoetst aan de Wnb. De graslanden worden omgevormd naar natuur. Beoogd wordt de brakke kwel beter te benutten. Binnen de terreinen worden onder andere watergangen gedempt, delen van het maaiveld afgeplagd en geulen aangebracht. Voor het project worden de volgende werkzaamheden verricht: - verwijderen of afsluiten drainage, - opschonen en verondiepen van watergangen, - ontgraven, vervoeren, verwerken en afvoeren van grond, - plaatsen dammen met duiker, - afvoeren stuw, - aanleg parkeerplaats (splitsing Zwinweg/De Kaai, bijlage 1b) en uitkijkheuvel, en - verwijderen en aanbrengen afrastering. Deze opsomming betreft het volledige project, waarvan onderdelen dus niet geheel op korte termijn worden uitgevoerd. B. Voorschriften en beperkingen Wij verbinden aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen. Algemene voorschriften 1. De aanvang van werkzaamheden dient u uiterlijk een week van tevoren te melden door middel van het meldingsformulier dat via deze link is te downloaden: httpsj//www.rudnhn.nl/wet natuurbeschermino/gebiedsbescherminn 2. U als vergunninghouder dient ervoor zorg te dragen dat aan alle binnen de vergunde werkzaamheden werkzame personen, waaronder het personeel van derden, een toereikende schriftelijke instructie is verstrekt die is gericht op het voorkomen en uitsluiten van handelingen die tot gevolg (kunnen) hebben dat de aan de vergunning verbonden voorschriften niet worden nageleefd. Voorschriften inzake de (wijze van) uitvoering van werkzaamheden 3. De werkzaamheden dienen buiten het broedseizoen (15 maart-15 juli) te worden uitgevoerd. 4. Er dient geen afval of andere verontreiniging in het gebied achter te blijven. De machines en generatoren welke bij de uitvoering van de werkzaamheden zullen worden gebruikt, dienen in goede staat van onderhoud te verkeren. Postbus 2 o g ü 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 2 van 8 Zaaknummer RUD17.223376

5. Gemorste vloeibare of vaste verontreinigende stoffen moeten zo snel mogelijk worden opgeruimd. Hiertoe dient absorberend materiaal en doelmatig gereedschap aanwezig te zijn. Aanwijzingen en wijzigingen inzake uitvoering 6. Alle door of namens gedeputeerde staten gegeven aanwijzingen dienen onverwijld te worden opgevolgd. 7. Van opgetreden incidenten, waaronder verstaan worden alle gebeurtenissen waarbij onbedoeld schadelijk stoffen vrijkomen, dan wel waardoor anderszins schade aan het beschermd natuurmonument kan worden toegebracht, dient onverwijld melding te worden gedaan aan de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD NHN) via 088-10 21 300 onder overlegging van alle relevante gegevens. Het niet naleven van deze voorschriften en beperkingen kan, naast eventuele intrekking van de vergunning, strafvervolging tot gevolg hebben. C. Wettelijk kader Wnb Bevoegdheid tot vergunningverlening Op grond van artikel 1.3, eerste lid Wnb, in samenhang met artikel 2.7, tweede lid Wnb zijn Gedeputeerde Staten van de provincie met betrekking tot projecten of handelingen, tenzij anders bepaald, waar het project of de handeling wordt gerealiseerd, onderscheidenlijk verricht, het bevoegd gezag ten aanzien van de beoordeling van een aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 2.7, tweede lid Wnb. In uitzondering hierop is de Minister van EZ bevoegd om te besluiten op een vergunningaanvraag die betrekking heeft op handelingen die zijn opgenomen in artikel 1.3 Besluit Natuurbescherming. Omdat de door u aangevraagde vergunning geen betrekking heeft op een zodanige activiteit, is ons College het bevoegd gezag voor de beslissing op uw aanvraag. Aangezien de gevolgen van de activiteit waarop uw aanvraag betrekking heeft zich voordoen binnen de grenzen van de provincie Noord-Holland, is ons College het bevoegd gezag voor de beslissing op uw aanvraag. De projectlocatie is namelijk geheel gelegen in de provincie Noord- Holland en maakt deel uit van het Natura 2000-gebied 'Waddenzee'. Er is geen sprake van overschrijding van gebieden in andere provincies of overschrijding bij grensoverschrijdende gebieden. Deze aanvraag heeft betrekking op de Natura 2000-gebieden 'Waddenzee' en 'Duinen en Lage Land Texel'. Voor een omschrijving van de doelen en hun staat van instandhouding wordt verwezen naar de gebiedendatabase (www.synbiosys.alterra.nl/natura2000). Beoordeling aanvraag Op grond van artikel 2.7, tweede lid Wnb is een vergunning vereist voor het uitvoeren van projecten of andere handelingen die de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten in een Natura 2000-gebied kunnen verslechteren of een significant verstorend effect kunnen hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Zodanige projecten of andere handelingen zijn in ieder geval projecten of handelingen die de natuurlijke kenmerken van het desbetreffende gebied kunnen aantasten. Indien de wijziging en/of uitbreiding wel leidt tot een toename van effecten, dient de wijziging en/of uitbreiding passend te worden beoordeeld als bedoeld in artikel 2.8 Wnb. D. Inhoudelijke beoordeling aanvraag De beoordeling van de aanvraag en de bijbehorende belangenafweging vindt plaats in 4 stappen: 1. identificeren mogelijke negatieve effecten; 2. toets aan de instandhoudingsdoelstellingen; 3. bepalen van cumulatieve effecten vanwege de uitvoering van andere activiteiten. 4. noodzaak tot het nemen van mitigerende of andere maatregelen om eventuele negatieve effecten te beperken. Voor de beoordeling van de aanvraag hebben wij gebruik gemaakt van de bij de vergunningaanvraag ingediende documenten: Postbus 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 3 van 8 Zaaknummer: RUD17.223376

Herinrichting Drijvers Vogelweid de Bol, Voortoets Natuurbeschermingswet 1998, Ecogroen BV, 16 september 2016. Deze toets bevat tevens een uitdraai van een' AERIUS-berekening met kenmerk S2MbaAev54mt, 16 september 2016. ingevuld aanvraagformulier Gebiedsbescherming Wnb, HB Adviesbureau machtiging Natuurmonumenten aan HB Adviesgroep, Alkmaar. Daarnaast hebben wij ook gebruik gemaakt van de volgende informatiebronnen: Profielendocumenten (Min LNV, 2008) Definitieve aanwijzingsbesluit van het natuurgebied (Min E&L) Identificeren mogelijke negatieve effecten. De werkzaamheden vinden plaats nabij het natuurgebied Drijvers Vogelweid de Bol. Dit vormt een onderdeel van Natura 2000-gebied 'Duinen en Lage Land Texel'. Dit gedeelte is Habitatrichtlijn- en Vogelrichtlijngebied. Hierdoor zijn de volgende typen effecten niet op voorhand uit te sluiten: - schade aan habitattypen, in de zin van oppervlakteverlies en stikstofdepositie; verstoring van broedvogels - verstoring van niet broedvogels (hier gaat het alleen om 'Waddenzee' aangezien 'Duinen en Lage Land Texel' alleen voor broedvogels is aangewezen). - verstoring aangewezen habitatsoorten 'Duinen en Lage Land Texel' en 'Waddenzee'. In de hierna volgende paragraaf worden deze effecten behandeld. Toets aan de natuurlijke kenmerken van het Natura 2000-gebied Passende beoordeling Wanneer een project niet direct verband houdt met of nodig is voor het beheer van een Natura 2000-gebied maar afzonderlijk of in combinatie met andere projecten of plannen significante gevolgen kan hebben voor het desbetreffende gebied, dient de initiatiefnemer op grond van artikel 2.8, eerste lid Wnb passende beoordeling van de gevolgen voor het gebied op te stellen. Gelet op de aard, omvang en locatie van de door u voorgenomen activiteit zijn wij van mening dat deze in potentie een schadelijk effect kan hebben op het Natura 2000-gebied, maar dat op voorhand is uitgesloten dat deze effecten als significant moeten worden aangemerkt. Het is daarom niet nodig om een passende beoordeling uit te voeren. Beheemlan Voor elk Natura 2000-gebied moet een beheerplan worden opgesteld. Het beheerplan bevat gedetailleerde informatie over de aanwezigheid van natuurwaarden, de realisatie van de instandhoudingsdoelstellingen en de instandhoudingsmaatregelen die daartoe getroffen dienen te worden. Het beheerplan beschrijft daarnaast welke handelingen en ontwikkelingen het bereiken van de instandhoudingsdoelstellingen niet in gevaar brengen. Voor het relevante Natura 2000 gebied is het beheerplan inmiddels vastgesteld. Wij hebben het beheerplan bij deze aanvraag betrokken. Effecten op habitatsoorten 'Duinen en Lage Land Texel' is aangewezen voor verschillende habitatsoorten. Van deze soorten komt alleen de Noordse woelmuis voor in de omgeving van het plangebied. Op de overige aangewezen habitatsoorten zijn (significant) negatieve effecten op voorhand uit te sluiten. 'Waddenzee' is aangewezen voor verschillende habitatsoorten. Van deze soorten komen alleen gewone en grijze zeehond voor binnen een straal van 2 kilometer van het plangebied. Op de overige habitatsoorten waarvoor'waddenzee'is aangewezen, zijn gezien de afstand en de afschermende werking van de Waddenzeedijk (significant) negatieve effecten op voorhand uit te sluiten. Postbus 2095 1620 E8 Hoorn www.rudnhn nl Pagina 4 van 8 ZaaKOummar R.UD17 223376

Effecten op de Noordse woelmuis De Noordse woelmuis is aangetroffen in het bestaande reservaat Drijvers Vogelweid de Bol, echter niet in het plangebied waar de nieuwe natuur wordt gerealiseerd. Dit gebied is in de huidige situatie ongeschikt als leefgebied, doordat de waterstanden te laag zijn en er een regulier agrarisch gebruik is. Van directe aantasting van leefgebied is daarom geen sprake. De dichtstbijzijnde vindplaatsen bevinden zich op ruim 1,5 kilometer afstand van de werkzaamheden. Gezien de afstand is significante verstoring van Noordse woelmuis uit te sluiten. In de gebruiksfase zijn negatieve effecten wegens het extensieve gebruik van het natuurgebied uit te sluiten. Doordat de waterstanden hoger worden wordt dit gebied juist geschikter als leefgebied. Conclusie: op de Noordse woelmuis zijn (significant) negatieve effecten uit te sluiten. Effecten op de gewone en grijze zeehond (Waddenzee) Achter de Waddenzeedijk komen beide soorten zeehonden voor. De dichtstbijzijnde ligplaats is De Schorren, op ruim 1.800 meter afstand. Gezien de afstand en de afschermende werking van de Waddenzeedijk zijn significant negatieve effecten uit te sluiten. Conclusie: op gewone zeehond en grijze zeehond zijn significant negatieve effecten uit te sluiten. Effecten op habitattvoen In het bestaande natuurgebied Drijvers Vogelweid de Bol (behorende tot het Natura 2000- gebied 'Duinen en Lage Land Texel' komt één habitattype voor, te weten Zilte graslanden binnendijks, H1330B. Alle overige habitattypen van 'Duinen en Lage Land Texel' bevinden zich op grote afstand, zodat op alle overige habitattypen (significant) negatieve effecten op voorhand zijn uit te sluiten. Directe schade in termen van oppervlakteverlies aan habitattypen waarvoor'waddenzee' is aangewezen, zijn op voorhand uit te sluiten. Effecten op zilte graslanden binnendijks (H1330B) Stikstofdepositie Ten behoeve van het project worden met graafmachines werkzaamheden verricht, zoals die zijn opgesomd bij de omschrijving van het project op pagina 2 van deze vergunning. Ten behoeve van de beoordeling is een AERIUS-berekening gemaakt (kenmerk S2MbaAev54mt, 16 september 2016) van al deze werkzaamheden tezamen. Zoals eerder is uiteengezet, betreft de uitkomst van deze berekening een worst-case uitkomst. Dit omdat op korte termijn met name niet alle plagwerkzaamheden plus het afvoeren van de geplagde grond worden uitgevoerd. Uit de AERIUS-berekening is naar voren gekomen dat er een stikstofeffect aan de orde is voor het habitattype H1330B, Zilte graslanden binnendijks. Dit is het enige habitattype dat zich binnen de begrenzing van het Natura 2000-gedeelte van Drijvers Vogelweid de Bol (onderdeel van 'Duinen en Lage Land Texel') bevindt. Dit habitattype is niet stikstofgevoelig. Op alle overige habitattypen is er geen effect, zodat er voor deze vergunningaanvraag geen ontwikkelingsruimte hoeft te worden gereserveerd. Het project is ook niet meldingsplichtig in het kader van de Programma Aanpak Stikstof. Conclusie: er is een stikstofeffect op één niet stikstofgevoelig habitattype (H1330B); daarmee is er met zekerheid geen significant negatief effect, maar is er wel een vergunningplicht. Effecten op overige instandhoudingsdoelen, ook van 'Waddenzee' zijn uit te sluiten. Oppervlakteverlies De werkzaamheden vinden plaats buiten het Natura 2000-gebied. De verworven graslanden liggen er wel direct naast. Binnen het bestaande natuurgebied Drijvers Vogelweid de Bol liggen zilte graslanden op enkele locaties. Deze worden door de werkzaamheden ongemoeid gelaten. Direct oppervlakteverlies is daardoor uit te sluiten. De grondwaterstanden binnen het bestaande reservaat Drijvers Vogelweid de Bol blijven gelijk aan de huidige situatie. Daardoor zijn indirecte effecten bijvoorbeeld door verdroging of vernatting (waardoor vegetaties zouden kunnen veranderen) eveneens uit te sluiten. Conclusie: direct en indirect oppervlakteverlies van kwalificerende habitattypen is uit te sluiten. Postbus 209$ 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 5 van 8 Zaaknummer: RUD17.223376

Effecten op broedvoaels Binnen het bestaande reservaat Drijvers Vogelweid de Bol komen van de voor'duinen en Lage Land Texel' aangewezen broedvogelsoorten kluut en eidereend voor. In het inrichtingsplan komt een uitkijkpunt; daarnaast is er een molen die gebruikt wordt voor recreatie. In de aanlegfase zijn effecten uit te sluiten, aangezien de aanleg plaatsvindt buiten de broedtijd. In de gebruiksfase is er enige verstoring, onder meer door het extensieve gebruik van het uitkijkpunt en de paden waarover gewandeld kan worden. De verstoring die daar vanuit gaat is echter niet anders dan in de huidige situatie. Ten eerste komen er geen nieuwe paden bij. Ten tweede komt het uitkijkpunt te liggen op een plaats waar momenteel een opslagplaats voor materiaal van een agrariër ligt; van deze locatie gaat in de huidige toestand ook al een zekere mate van (optische) verstoring uit. Beide soorten broeden op ruim 275 meter afstand van deze opslagplaats. In de toekomstige situatie is de verstoring daarom gelijk aan de huidige situatie, uitgaande van een worst case verstoringsafstand van 300 meter. Hierdoor zijn negatieve effecten uit te sluiten. Op de broedvogels van 'Waddenzee'zijn significant negatieve effecten op voorhand uit te sluiten, gezien de afstand tot het nieuw in te richten natuurgebied en de afschermende werkina van de Waddenzeedijk. Conclusie: op de broedvogels aangewezen voor 'Duinen en Lage Land Texel') en 'Waddenzee' zijn negatieve effecten uit te sluiten. Effecten op niet-broedvooels Het Natura 2000-gebied 'Waddenzee' ligt op 700 meter afstand van het plangebied. Bovendien heeft de 7 meter hoge Waddenzeedijk een sterk afschermende werking, zowel tegen eventuele optische verstoring als geluid, als gevolg van werkzaamheden in de aanlegfase. Het plangebied vormt voor de meeste aangewezen soorten geen rol van betekenis als hoogwatervluchtplaats. Het enige effect dat daarom kan optreden, is verstoring (in de aanlegfase) van aangewezen soorten die het plangebied of de directe omgeving gebruiken, bijvoorbeeld als foerageergebied Het gaat hier derhalve om externe werking. Doordat in het aanwijzingsbesluit voor alle soorten uitgezonderd de smient, is aangegeven dat de gehele levenscyclus zich binnen de begrenzing van Natura 2000-gebied 'Waddenzee' kan afspelen (en dat daarvoor de draagkracht voldoende is), zijn voor alle soorten (uitgezonderd smient) daarmee significante effecten op voorhand uit te sluiten. In de aanlegfase is er sprake van verstoring van de volgende soorten: kleine zwaan, smient bergeend, kluut, lepelaar, rosse grutto, wulp, tureluur en groenpootruiter. Voor zover deze ' soorten het plangebied of het bestaande natuurreservaat gebruiken, wordt worst case geconcludeerd dat maximaal 300 meter afstand tot de werkzaamheden tijdelijk ongeschikt of minder geschikt is als leefgebied (slaapplaats of foerageerplaats). Dit effect is er gedurende 6 maanden. In de gebruiksfase is er sprake van permanent verlies van oppervlakte foerageergebied voor kleine zwaan, smient, grauwe gans, brandgans en rotgans. Dit effect gaat om een verstoringscontour van 300 meter rondom het nieuwe uitkijkpunt alsmede de toename van oppervlaktewater. Deze verstoringscontour van 300 meter weerspiegelt niet de werkelijke verstoring, aangezien in de huidige situatie reeds een vergelijkbare verstoring uitgaat van de opslagplaats van materiaal van een agrariër aan de Zwinweg. In werkelijkheid is daarmee het permanente verlies aan foerageergebied verwaarloosbaar. Na inrichting van het gebied zijn de graslanden die dan ontstaan wederom geschikt als foerageergebied. Voor de genoemde soorten geldt dat alleen de smient mede afhankelijk is van foerageergebieden die buiten de eigenlijke Waddenzee liggen. Voor de overige soorten geldt gezien het voorgaande, dat negatieve effecten ten aanzien van instandhoudingsdoelstelling uitgesloten kunnen worden. Postbus 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 6 van 8 Zaaknummer; rijd 17 223376

De smient is mogelijk wel afhankelijk van binnendijks foerageergebied. De afname van foerageergebied voor de smient in het plangebied is alleen tijdelijk, en zeer beperkt qua omvang. Er zijn alternatieve foerageergebieden binnendijks voorhanden. Doordat het gebied in de gebruiksfase natter wordt, wordt het foerageergebied van de smient verbeterd. Het mogelijke effect is daarom verwaarloosbaar. Conclusie: op de niet-broedvogels aangewezen voor'waddenzee' zijn er geen effecten, of (ingeval van de smient) zijn de effecten verwaarloosbaar. E. Cumulatieve effecten Op grond van de Wnb dient bekeken te worden of een te vergunnen project afzonderlijk, maar ook in combinatie met andere projecten significante gevolgen kan hebben. Deze cumulatietoets is vooral van belang voor projecten die een mogelijk negatief (maar niet significant) gevolg hebben, om te bezien of een project in cumulatie alsnog tot een significant effect zou kunnen leiden. Door het uitblijven van negatieve effecten zijn cumulatieve effecten uitgesloten. F. Mitigerende of andere maatregelen die eventuele schadelijke effecten beperken De aanleg vindt conform voorschriften plaats buiten het broedseizoen. G. Slotoverwegingen Omdat er geen sprake is van significant negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van de betreffende Natura 2000-gebieden is het aantonen van alternatieven, dwingende redenen van groot openbaar belang en het nemen van compenserende maatregelen niet nodig. Op basis van voorgaande is het mogelijk om voor uitbreiding natuurgebied Drijvers Vogelwijd de Bol een vergunning te verlenen. Deze conclusie geldt nadrukkelijk onder de door ons gestelde voorwaarden en beperkingen. H. Procedure en samenhangende besluiten De voorbereiding van deze vergunning heeft plaatsgevonden overeenkomstig het bepaalde in hoofdstuk 5 van de Wnb en de daarvoor relevante artikelen van de Algemene wet bestuursrecht. Wij wijzen u erop dat uw aanvraag betrekking heeft op een activiteit waarvoor mogelijk ook op grond van andere wet- en regelgeving een besluit nodig is. Specifiek wijzen wij u op mogelijke vereisten vanuit hoofdstuk 3 Soortenbescherming van de Wet natuurbescherming. Tevens kunnen er overige belemmeringen zijn in het kader van ruimtelijke belangen. I. Kennisgeving Van dit besluit zal kennis worden gegeven middels een kennisgeving op de website van de RUD Noord-Holland Noord. Postbus 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 7 van 8 Zaaknummer: RUD17 223376

Meer informatie Heeft u nog vragen? Neemt u dap'contact op met de heer J. Schunselaar via 088-102 18 85 of jschunselaar@rudnhn.nl. Wij^yérzoeken u hierbij het zaaknummer te vermelden. Hoogachtend, van Noord-Holland, iw. drt. I.A.M.J. Sweep Afdelingsmanager Regulering Groen Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord (RUD NHN) r Rechtsbescherming Als u belanghebbende bent kunt u binnen zes weken na de verzending, uitreiking of publicatie van dit besluit schnftelijk bezwaar aantekenen. Het bezwaarschrift kunt u sturen aan Gedeputeerde Staten van Noord-Holland, ter attentie van de secretaris van de Hoor- en adviescommissie, Postbus 123 2000 MD HAARLEM. Voor meer informatie kunt u www.noord-holland.nl bezoeken. Het indienen van een bezwaarschrift schorst dit besluit niet. Indien onverwijlde spoed dat vereist kunt u de voorzitter van de rechtbank Noord-Holland verzoeken om een voorlopige voorziening te treffen. Dit verzoek kunt u indienen bij de voorzitter van de rechtbank Noord-Holland, Postbus 1621, 2003 BR HAARLEM. Voor het behandelen van een verzoek om een voorlopige voorziening wordt griffierecht geheven. Over de hooote en de betaling van het griffierecht kunt u informatie verkrijgen bij de rechtbank Noord-Holland op (023) Indien u bezwaar heeft ingediend is het mogelijk gebruik te maken van een minder formele procedure- een gesprek tussen u en medewerkers die namens het college van gedeputeerde staten deelnemen. Indien uw bezwaar zich hiervoor leent, wordt contact met u opgenomen, maar u kunt hier ook zelf om verzoeken Een gesprek tast uw rechten als bezwaarmaker niet aan. Bijlage(n): plankaart en dwarsdoorsnedetekeningen Kopie aan: Ecogroen t.a.v. de heer M. van der Sluis gemeente Texel HB Advies t.a.v. de heer M. Burgers RUDNHN Afdeling Handhaving Post bus 2095 1620 EB Hoorn www.rudnhn.nl Pagina 8 van 8 Zaaknummer. RUD17 223376

RENVOOI