Bronnen en bronvermelding



Vergelijkbare documenten
Eisen en lay-out van het PWS

Bepaal eerst de probleemstelling of hoofdvraag

Module 3. Hoe gebruik ik informatie op een correcte manier?

Academisch schrijven. Tips and tricks

1 Omslag/voorblad/titelblad. 2 Titelblad

Jan Bransen Het Schrijven van een Filosofisch Essay

Werkstuk of verslag. de vormvoorschriften

Hoe naar bronnen verwijzen?

RICHTLIJNEN VOOR BRONVERMELDING: HANDLEIDING VOOR DOCENTEN EN STUDENTEN

Literatuurverwijzingen

Stap 4: Indeling maken

Hoe maak je een goede bronvermelding. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Als je de verwijzing tussen haakjes aan het einde van de zin zet gebruik je een & -teken. Wederom komt de punt pas na de verwijzing.

Hand-out. Bronvermelding Auteurs: Drs. C.G.M. Piqué N. Esmeijer M.Z. Keus, MScBA Dr. H van Driel

Hoe maak ik een werkstuk? Dé werkstukkenwijzer voor het Scala College

BRONNENONDERZOEK 2010/2011

De Schrijfregels. Christiaan Huygens College Rachmaninowlaan Talencluster

Regels van bronvermelding. 1 e fase

Media en creativiteit. Herfst jaar vier Werkcollege 4

VERWIJZEN NAAR BRONNEN

Hoofdstuk 2: Kritisch reflecteren 2.1. Kritisch reflecteren: definitie Definitie: Kritisch reflecteren verwijst naar een geheel van activiteiten die

technisch verslag literatuur

Handout Bronvermelding (2014)

Voorpagina met titel

Werkschrift : Hoe werk ik op WikiKids?

Verdiepingsopdracht A Het literatuuronderzoek NIVEAU 4

Regels van bronvermelding. 1 e fase Leerjaar 1

Richtlijnen schrijven (stage-of afstudeer)verslag

Help, ik moet een werkstuk maken!

Verwijzen naar digitale bronnen

BEGRIJPEND LEZEN 1 NEDERLANDS TEKSTSOORTEN EN TEKSTDOELEN

Verwijzen naar digitale bronnen

Gedocumenteerd schrijven Schrijfopdracht klas 2. Brainstorm maak hieronder je brainstorm inzichtelijk

Hoofdstuk 1 Een probleemstelling formuleren

Het maken van een werkstuk

Uitleg boekverslag en boekbespreking

What s up Zuiderzeeland? maatschappijleer/geschiedenis praktische opdracht

Regels van bronvermelding. 2 e fase

OPDRACHT PERSBERICHT SCHRIJVEN

Bibliografische referenties invoegen via Word

Overweeg om je profielwerkstuk de vorm van een wetenschappelijk artikel te geven. Hieronder vind je hiervoor aanwijzingen.

Bronvermelding Oncologica

Literatuurverwijzing in de tekst

P.de Buck e.a., Zoeken en schrijven. Handleiding bij het maken van een historisch werkstuk (6 e druk; Rijswijk 1992)

Voorbeelden APA richtlijnen met behulp van Word 2007 Boek, Hoofdstuk, Website, Tijdschriftartikel, Krantenartikel, Audiovisuele bron, Bronvermelding

Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek. Ontdek de Bibliotheek

Bijlage W2 groep 7 1

De Commissie Wetenschappelijke Integriteit Universiteit Leiden ( de Commissie ) was in deze procedure als volgt samengesteld:

Onderwerp. Plaatje. Uitleg over plaatje. Gemaakt door naam Groep Inleverdatum

structureren onderzoeksverslag terugkombijeenkomst

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk?

Het Harvard-verwijssysteem

WERKSTUK Taalexpert PRIMO

Voorbeelden APA richtlijnen met behulp van Word 2013

Referentienota eindwerken Óscar Romerocollege

Literatuur verantwoorden

Voorbeelden APA richtlijnen met behulp van Word 2013 Boek, Hoofdstuk, Website, Tijdschriftartikel, Krantenartikel, Audiovisuele bron, Bronvermelding

20/11/2015 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

Gerard Drosterij Praktische opdracht, Geschiedenis HAVO , Luzac College Dordrecht

Gids bij het opstellen van een masterproef Faculteit Bio-ingenieurswetenschappen

Zorg dat je een onderwerp kiest, waarvan je echt meer wilt weten. Dat is interessanter, leuker en makkelijker om mee bezig te zijn.

Bibliografische referenties invoegen via Word 2013

TURN IT IN. Plagiaatcontrole versie voor studenten 9 maart Hogeschool VIVES Dienst Onderwijs Onderwijsmedia

Voorbeelden APA richtlijnen met behulp van Word 2013 Boek, Hoofdstuk, Website, Tijdschriftartikel, Krantenartikel, Audiovisuele bron, Bronvermelding

Werkstukken maken op PCBO-Het Mozaiek Groep 6

Literatuurlijst en bronvermelding

Word 2007 en APA bronvermelding. Nathalie van den Eerenbeemt december 2014

Het eindwerkstuk GGCA Schooljaar

Minka Dumont Werkboek

Let op! Alles graag getypt in lettergrootte 12, lettertype mag je zelf kiezen.

Jouw werkstuk lever je uiterlijk in op donderdag 20 maart 2014!!

Dwerggras 30, Rotterdam. 1. Schrijf tijdens het kijken dingen op die jou belangrijk lijken. Je hebt dit later nodig.

Het vinden van bronnen Slide 3 Google & Google Scholar (laatste is meer selectief) lijken erg makkelijk.

BOL OPLEIDINGEN MAATSCHAPPELIJKE ZORG AVENTUS APELDOORN / DEVENTER STUDIEWIJZER

Amsterdam, november Aan de ouders/verzorgers van de vierde klas-leerlingen. Geachte ouders/verzorgers,

HEURISTIEK TOERISME VLAANDEREN. cursus. module voorbereidingsproces (40 u.) component Informatieverwerving en verwerking (12 u.

Hoe maak ik in groep 6 een werkstuk?

LEIDRAAD AUTHENTICITEIT VAN STUDENTENWERK

Solliciteren (2) Waar gaat deze kaart over? Wat wordt er van je verwacht? De sollicitatiebrief

Schoolexamen Verzorgingsstaat

HALLO WERELD WERKSTUK

NAAM: GROEP: SCHOOL:

ABC van de APA-refereerstijl

PWS Informatieboekje

17/02/2017 HOE EN WAAR EFFICIËNT ZOEKEN? INHOUD SESSIE

VERVANGTAAK LICHAMELIJKE OPVOEDING VOOR LANGDURIG GEBLESSEERDEN

Opdrachten City Discourse & criteria beoordeling CIM1011

Hoe maak ik een werkstuk?

Bijlage interview meisje

HANDLEIDING VOOR HET SCHRIJVEN VAN OPDRACHTEN EN ESSAYS. BINNEN DE OPLEIDINGEN FILOSOFIE en FILOSOFIE VAN EEN WETENSCHAPSGEBIED

Bachelorproef. 1

RSC PROFIELWERKSTUK 2008 / 2009 PLAN VAN AANPAK EN LOGBOEK

1. Probleemstelling formuleren en sleutelwoorden bepalen.

Praktische gids voor het gebruik van sociale netwerksites

1. Soorten wetenschappelijke informatiebronnen

Huiswerk Spreekbeurten Werkstukken

INTRODUCTIE. Elke leerling VMBO TL moet als onderdeel van zijn Schoolexamen (SE) een profielwerkstuk maken. Je mag kiezen uit twee varianten:

KS JOMA Maantjessteenweg MERKSEM. Taalhulp voor een werkstuk op JOMA

REFERENTIES INVOEGEN EN BRONNENLIJST MAKEN MET MS WORD 2013 (APA)

Transcriptie:

Bronnen en bronvermelding Bronnen gebruiken Wie een zakelijke tekst schrijft (een essay, een boekbespreking ), zal vaak gebruik maken van bronnen: boeken, artikelen en websites waarop meer informatie te vinden is over het onderwerp van de tekst. Ook voor je leesportfolio maak je gebruik van verschillende bronnen. Gebruik maken van bronnen is niet alleen nuttig om meer te weten te komen over het onderwerp, het is vaak ook noodzakelijk omdat je eigen kennis over een bepaald onderwerp ontoereikend is. Als je bijvoorbeeld een boekbespreking maakt, zul je willen opzoeken tot welke literaire stroming een bepaald boek gerekend wordt, en tenzij je de auteur van het boek persoonlijk kent, zul je ook ergens biografische informatie vandaan moeten halen. Bovendien zijn bronnen uitermate geschikt om je eigen meningen te onderbouwen: als je bij het lezen van een boek een bepaalde interpretatie ontdekt, is het interessant als je een gelijkaardige of vergelijkbare interpretatie kunt aanhalen in je verslag: op die manier weet je dat je niet alleen staat met je zienswijze. Goede bronnen vinden is een kunst op zich. Voor een boekbespreking is een analyse van een bepaald werk uit een literair tijdschrift doorgaans betrouwbaarder dan een boekbespreking van een zestienjarig meisje uit Diksmuide die je ergens op internet vindt. Internetsites bevatten heel veel interessant materiaal, en zijn uitstekende startblokken om een zoektocht naar bronnenmateriaal te beginnen, maar besef ook dat heel veel online-informatie afkomstig is van hobbyisten, die het niet altijd even nauw nemen met het correct vermelden van hun eigen bronnen. Teksten op internet wemelen niet zelden van de fouten en wie het internet gebruikt als bron, moet dus dubbel zo kritisch zijn. Iedereen kan een website online zetten, maar niet iedereen kan een boek uitgeven of voor een krant schrijven. Baseer je werk dus nooit uitsluitend op elektronische bronnen. Bibliotheken bevatten een schat aan informatie, die vaak veel uitgebreider en accurater is dan wat je op het internet kunt vinden. Citeren, parafraseren, plagiaat Bronnen gebruiken doe je verstandig. Bronnen raadpleeg je om de inhoud, niet om de vorm. Bronnen zijn er voor ideeën, inspiratie en informatie, niet om je schrijfwerk te vergemakkelijken. Iets zelf schrijven is niet hetzelfde als een collage maken van zinnen en alinea s die je in je bronnenmateriaal bent tegengekomen. Het is zelf nadenken, zelf structuur zoeken, zelf schrijven, woord voor woord, zin voor zin, alinea voor alinea. Uiteraard zal het nooit zo zijn dat wat je opschrijft geheel nieuw is. Af en toe zul je wel s iets uit een bron willen of zelfs moeten gebruiken. In zo n geval zul je de bronnen die je hebt gebruikt moeten noemen. Maar je wilt ook graag dat je verhaal leesbaar Bronnen en bronvermelding (Erwin Taets) Bladzijde 1 van de 5

blijft en dat je niet in elke zin een lading namen moet noemen. Hoe beslis je wanneer wel en niet te een bron te vermelden? Je hebt drie mogelijkheden: Je kunt citeren, het letterlijk overnemen van een tekst. Dat is toegestaan, op voorwaarde dat: de tekst niet te lang is (vijf à tien regels) én hij typografisch in de vorm van een citaat wordt weergeven (dubbele aanhalingstekens, cursief) én je de bron, ook als dit een internetbron is, op de juiste manier vermeldt, zowel achter het citaat als in de literatuuropgave. Je kunt ook parafraseren, het op eigen wijze weergeven van de ideeën van anderen. Dit is toegestaan, op voorwaarde dat je: aangeeft van wie je wat precies overneemt én de bron, ook als dit een internetbron is, op de juiste manier vermeldt, verkort bij de parafrase en volledig in de literatuuropgave, én je een duidelijke scheiding maakt tussen je eigen ideeën en die van de ander. Ten slotte bestaat ook plagiaat. Dat is het overnemen van stukken tekst, ideeën, ontwerpen en theorieën van anderen zonder de bron te vermelden. Plagiaat is nooit toegestaan. In het hoger onderwijs is plagiaat in nagenoeg alle gevallen reden tot schorsing door de onderwijsinstelling, buiten het onderwijs is het een strafrechtelijk vervolgbaar feit. Voor de lessen Nederlands resulteert plagiaat steeds in het verlies van alle punten die op het werk staan. Alles wat je schrijft en waar je je eigen naam op plaatst, wordt beschouwd als materiaal dat jij hebt geschreven. De enige uitzondering daarop zijn die passages waarbij je duidelijk aangeeft dat je citeert of parafraseert en de bron vermeldt. Elke andere vorm van overneming, ook al is het maar een halve zin, is plagiaat en hoort niet thuis in een schoolwerk dat je onder je eigen naam indient. 10 regels voor citeren en parafraseren 1. Citaten en parafrases moeten van een redelijke omvang zijn (minimaal een halve regel) maar mogen ook niet al te lang zijn (maximaal een tiental regels). 2. Citeer of parafraseer alleen passages als ze zó gezaghebbend zijn dat ze wat je te vertellen hebt versterken of bevestigen. Je moet er zeker van zijn dat het citaat of de parafrase iets nieuws zegt, of bevestigt wat je zelf hebt gezegd. 3. Het opnemen van een citaat houdt in dat je het met de mening van de geciteerde auteur eens bent, tenzij het stuk voorafgegaan of gevolgd wordt door kritische kanttekeningen. 4. Uit elk citaat en elke parafrase moet duidelijk blijken wie de auteur is en welk boek of tijdschrift de bron is. Een citaat of parafrase zonder bronvermelding kan niet. Je plaatst een beknopte verwijzing naar de bron bij het citaat of de parafrase zelf; een uitgebreide bronvermelding plaats je steeds in een lijst achteraan je werk (de zogenaamde literatuuropgave ). 5. Een citaat waarvan je de oorspronkelijke auteur of bron niet (meer) terugvindt, gebruik je bij voorkeur niet. Kan het echt niet anders, dan vermeld je in plaats van de auteursnaam de afkorting s.n. (sine nomine). Gebruik dit slechts in uiterste Bronnen en bronvermelding (Erwin Taets) Bladzijde 2 van de 5

noodzaak; een bronvermelding met meerdere bronnen zonder naam, schept weinig vertrouwen en dat is juist het belangrijkste doel van een bronvermelding. 6. Citeer altijd uit de eerste hand. Citeer dus nooit een stuk tekst dat geciteerd wordt in een andere bron. 7. Als een citaat niet langer is dan drie regels, kan het binnen de gewone tekst tussen dubbele aanhalingstekens worden opgenomen. Als het citaat langer is, geef je het citaat gecursiveerd weer met een insprong in een aparte alinea. In dit geval zijn aanhalingstekens niet nodig. 8. De beknopte verwijzing zet je tussen haakjes achter het citaat of de parafrase. Je vermeldt de naam van de auteur, het jaartal van verschijnen en, na een dubbelpunt, het paginanummer waar de lezer het citaat terug kan vinden, bv.: (Hugelier 2006: 75). Uiteraard is het vermelden van een paginanummer niet nodig bij bronnen als een internetsite. 9. In een citaat moet je de oorspronkelijke woorden precies zo overnemen zoals ze in de originele tekst staan. Fouten in de oorspronkelijke tekst laat je gewoon staan, gevolgd door de vermelding (sic) zo staat er woordelijk. Op die manier maak je duidelijk dat de fouten niet door jou zijn gemaakt, maar dat ze al in de oorspronkelijke tekst stonden. 10. In een citaat mag je geen delen van de tekst weglaten zonder dat aan te geven: je geeft dat aan door op de plaats van het weglaten gedeelte [ ] in te lassen. Uiteindelijk is het de bedoeling dat de lezer de door jou geciteerde teksten zo gemakkelijk mogelijk kan opsporen; hoe meer informatie je hem/haar geeft, hoe makkelijker dat wordt. Je geeft dus beter te veel informatie over de bronnen die je gebruikt dan te weinig. Bijlagen Als je een langer gedocumenteerd werk moet maken, zal je vaak worden gevraagd om niet alleen je bronnen te vermelden maar (een deel van) je bronnen ook daadwerkelijk bij het werk te voegen. Dat is bijvoorbeeld het geval voor de bronnen die je bij je portfolio voegt. Deze bronnen worden bijlagen genoemd en ook voor deze bronnen is het belangrijk dat je elke bron apart voorziet van een beknopte verwijzing zoals vermeld bij tip 8 (bv. onderaan de bron) en opneemt in de literatuuropgave achteraan je werk. Nog even iets over je eigen mening Als je je eigen mening geeft, zul je dat er ook bij moeten zeggen. Daarnaast moet je een eigen mening ook onderbouwen. Je kunt niet zomaar zeggen: Ik ben het niet eens met deze auteur, en niet vertellen waarom je dat vindt. Er is intussen ook een heleboel informatie beschikbaar die algemeen aanvaard is. In zo n geval hoef je die informatie niet te onderbouwen. Ook woorden waarvan je kunt aannemen dat de bedoelde lezer van je werk ze zal snappen, hoef je niet te verklaren. Het kan moeilijk zijn om te bepalen of iets algemeen aanvaarde kennis is of niet. Meestal zul je bij algemeen aanvaarde kennis geen oorspronkelijke bron kunnen vinden in de literatuur die je zelf hebt doorgenomen. Daarnaast zul je de informatie in meerdere onafhankelijke publicaties tegenkomen en is de kennis nergens als eigen mening gebracht. Bronnen en bronvermelding (Erwin Taets) Bladzijde 3 van de 5

Een literatuuropgave De literatuuropgave is een overzicht achteraan je werk van alle titels die je gebruikt hebt bij het opstellen van je tekst. Hierin vermeld je niet alleen de bronnen waar uit je citeert, maar ook alle bronnen waar naar je verwijst in de loop van je werk of die je geraadpleegd hebt om ideeën op te doet, ook al refereer je er niet naar of citeer je er niet uit. Je zet alle bronnen, boeken, artikelen en webpagina s in één lijst in alfabetische volgorde, gerangschikt op de familienaam van de auteur. Bronvermelding van een boek: komma en daarna de vermelding e.a.); - de titel van het boek cursief (bij een vertaald boek geef je de Nederlandse titel als je het boek in vertaling hebt geraadpleegd); - de uitgever; - de plaats van uitgave; - het jaar van uitgave (jaar van de eerste uitgave; bij een vertaald werk: het eerste jaar van uitgave van het boek in vertaling). Elk van deze onderdelen worden van elkaar gescheiden door middel van een komma. Na het jaartal zet je een punt. HOUELLEBECQ, M., Elementaire deeltjes, De Arbeiderspers, Amsterdam, 1999. Bronvermelding van een artikel in een krant, tijdschrift of boek, of een gedicht in een dichtbundel: komma en daarna de vermelding e.a.); - de titel van het artikel/gedicht tussen aanhalingstekens; - de naam van de krant, het tijdschrift, het boek of de dichtbundel cursief; - de datering (een datum, een jaargang- en nummeraanduiding of het jaar van uitgave) - de pagina( s) waarop het artikel verscheen. Indien niet beschikbaar, mag je deze weglaten. Elk van deze onderdelen worden van elkaar gescheiden door middel van een komma. Na de paginanummers zet je een punt. TAETS, E., Irving in het spoor van Dickens, De Morgen, 21 april 2002, 68-69. Bronvermelding van een webpagina: komma en daarna de vermelding e.a.). Wordt geen auteur vermeld, zoek dan in Bronnen en bronvermelding (Erwin Taets) Bladzijde 4 van de 5

het colofon van de website naar de naam van de samensteller. Is ook die niet vermeld, dan is het wellicht verstandig om je vragen te stellen over de betrouwbaarheid van je bron en of het wel zo zinvol is die te gebruiken; - de titel van het artikel of de titel van de webpagina tussen aanhalingstekens; - de naam van de website cursief; - de datum waarop het artikel voor het laatst werd bijgewerkt; is die niet beschikbaar, plaats dan de datum waarop de website voor het laatst werd bijgewerkt; is ook die niet beschikbaar, vermeld de datum waarop jij de website hebt geraadpleegd; - tussen ronde haakjes de vermelding internet, gevolgd door een komma en het volledige webadres, met weglating van het voorvoegsel http://. DEWIJNGAERT, H. De grote zap voorwaarts, Moviegids, 24 september 2006 (internet, www.moviegids.be/index.cfm/93478) Houd er rekening mee dat je het webadres van websites niet onderstreept. In sommige tekstverwerkers worden webadressen automatisch omgezet tot hyperlinks waarmee je kunt doorklikken naar de webpagina; vergeet in dat geval de hyperlink niet te verwijderen. Bronnen en bronvermelding (Erwin Taets) Bladzijde 5 van de 5