Praktijkopdracht: Je stelt twee verpleegplannen op

Vergelijkbare documenten
Beroepsopdracht 4 De geriatrische zorgvrager

Handleiding Plannen van Zorg BBL-CombiCare Gehandicaptenzorg Verzorgende-IG/Medewerker Maatschappelijke Zorg

Beroepsopdracht 3: Zorg voor de veiligheid en voorlichting geven

2. Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken. Oordeel voldoende / onvoldoende * Instelling: Fase: 1 2 3*

PROEVE VAN BEKWAAMHEID

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Gevorderd

OPLEIDING tot MBO - VERPLEEGKUNDIGE TOETS BEROEPSOPDRACHT. Ondersteunen bij begeleiden. Beroepstaak C. Niveau Gevorderd 2

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Verpleegkundige mbo. Werkversie /12 Verpleegkundige mbo v0.1

Veranderdocument Kwalificatiedossier Mbo-Verpleegkundige ten opzichte van VP

PROEVE VAN BEKWAAMHEID

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT. voor. Studenten en Beoordelaars

Eindbeoordeling inplannen vóór 22 juni 2018 Voorafgaand aan het gesprek heb je: het formulier eindbeoordeling laten invullen door werkbegeleider.

Naam student: Naam loopbaanbegeleider:

De CBP: Competentie Beoordeling Praktijk

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE BEROEPSTAAK D, DEEL 7

ALGEMENE INSTRUCTIE EXAMINERING BEROEPSOPDRACHT A (BOL)

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT

Docentenexemplaar. Verzamelformulier beroepsgerichte examens. Beoordeling O V G. Consortium Beroepsonderwijs

Toelichting bij de Voortgangsrapportage Maatschappelijke Zorg

PROEVE VAN BEKWAAMHEID

Ondersteunen bij persoonlijke basiszorg

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Verzorgende IG. Werkversie /9 Verzorgende IG v0.1

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak C Helpen bij (sociale) activiteiten. Niveau Startbekwaam

Overgangseisen m.b.t. de BPV: De 12 Consortium opdrachten klaar en van feedback voorzien Voldoende eindbeoordeling

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn gevorderd 1 BEROEPSTAAK E

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE BEROEPSTAAK D, DEEL 8

Toelichting op de VP-Examens

Inzoomen op de cliënt en zijn omgeving

Kennisbundels in relatie tot kwalificatiedossiers

Inhoud. Voorwoord 11 DEEL 1 HET BEROEP VAN DE MBO-VERPLEEGKUNDIGE 13

Stichting Leerstation Zorg

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT

OVERZICHT OPLEIDING VERZORGENDE-IG

Veranderdocument Kwalificatiedossier Verzorgende-IG ten opzichte van dossier Verzorgende-IG

Ondersteunen bij persoonlijke basiszorg

Bewijsmap Vaardigheden/Verpleegtechnische handelingen

Invoering herziening kwalificatiestructuur 2016

Zorginnovaties en technologie

OVERZICHT OPLEIDING MBO-VERPLEEGKUNDIGE

proeven bij fase: certificeren

BPV opleiding Mbo Verpleegkunde leerjaar 2 BBL sept groep 2018

Voorwoord Bieden van zorg en ondersteuning op basis van een werkplanning

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT KD 2012

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Verantwoordingsdocument betreffende relatie ZorgPad, editie 2017 en Prove2Move, mei 2016 Niveau 3 Verzorgende (IG)

Biedt persoonlijke verzorging en observeert gezondheid en welbevinden

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT. voor. Studenten en Beoordelaars

EE 1: Basiszorg. Onderdeel: Praktijktoets

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

ALGEMENE INSTRUCTIE EXAMEN BEROEPSOPDRACHT. voor. Studenten en Beoordelaars KD 2012

STARTDOCUMENT STAGE JAAR 1 Basisdocument voor student, werk-/praktijkbegeleider en instellingsdocent

Verantwoordingsdocument relatie editie 2017 Prove2Move combi-opleiding Verzorgende (IG) / medewerker Maatschappelijke Zorg

Kerntaak 3 opleiding doktersassistent: Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

OPLEIDING ZORGHULP TOETS BEROEPSOPDRACHT. Beroepstaak A Hulp bij huishouden en wonen. Niveau Gevorderd

Mensen met licht verstandelijke beperking met moeilijk verstaanbaar gedrag

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE TOETS BEROEPSOPDRACHT. Ondersteunen bij Verpleegkundige (Basis)zorg. Beroepstaak B Verpleegkundige (Basis)zorg

Exameneenheid 4 Bieden van zorg en begeleiding in het verpleegkundig proces (Gehandicaptenzorg) Beginners Deel 1 Praktijktoets

Inhoud. Deel I Het verpleegkundig beroep in beeld. Deel II Methodisch werken

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot spoedeisende hulp verpleegkundige

Beoordelingseenheid A Proeve van Bekwaamheid. Leg het fundament. Crebonummer Opleiding Sociaal Cultureel Werker Kwalificatieniveau 4 BOL/BBL

Ondersteunen bij persoonlijke basiszorg

Overzicht kerntaken, werkprocessen, prestatie-indicatoren gekoppeld aan examenproducten

gestructureerd activiteitenprogramma, zodat dit goed leesbaar en hanteerbaar is.

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT. voor. Studenten en Beoordelaars KD 2012

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.

Studiewijzer leerjaar Combi GHZ/ VZ-IG

EE 4 Bieden van zorg en begeleiding in het verpleegkundig proces (VVT) Deel 2 Gevorderd Praktijktoets

Studiewijzer leerjaar VZ-IG profiel GHZ

Opdracht 1: Oefen het op- of bijstellen van het zorgplan

Hoofdstuk 3 Beoordeling en evaluatie. 3.1 Beoordelingsformulier beroepshouding. Instructie beoordeling: Beoordeling

Gedragsindicatoren HBOV cohort

PROEVE VAN BEKWAAMHEID

Verantwoordingsdocument relatie editie 2017 Prove2Move combi-opleiding Verzorgende (IG) / medewerker Maatschappelijke Zorg

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Verdieping doelgroepen

Eindtermen vervolgopleiding intensive care verpleegkundige

EXAMENPLAN Leerweg Cohort Startdatum Naam kwalificatie. Mbo-Verpleegkundige verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT)

Zorg & Welzijn Opleiding Verzorgende IG Periode 3-1 integrale opdracht

Examenplan MBO-Verpleegkundige

EE 5 Professioneel handelen

Inleiding. De basishoudingslijst wordt altijd meegenomen in de beoordeling.

Verzorgende IG niveau 3 Verpleegkundige niveau 4

Klinisch redeneren BBL/BBL-i/ BOL/Vakbekwaam/HBOV Opdracht: Start klinisch redeneren: - observeren van een patiënt.

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE VERKORTE OPLEIDING BBL OPDRACHTENBOEK. Gevorderd 1

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

Beroepsopdracht 13 Methodisch werken bij specifieke doelgroepen:

KD: Maatschappelijke Zorg Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken

Trajectlijn keuzedeel Zorg en Technologie Code K SBU - niveau 3 Gekoppeld aan Verzorgende- IG (3) en Maatschappelijke Zorg (3)

Praktijktoets Geven van voorlichting en begeleiding

OPLEIDING ZORGHULP TOETS BEROEPSOPDRACHT

OPLEIDING tot MBO- VERPLEEGKUNDIGE. Ondersteuningsmagazijn. Beroepstaak E Beginner

Instituut voor Gezondheidszorg

Handleiding Palliatieve Zorg

OPLEIDING tot MBO-VERPLEEGKUNDIGE OPDRACHTENBOEK

ALGEMENE INSTRUCTIE TOETS BEROEPSOPDRACHT. voor. Studenten en Beoordelaars

Eindtermen voor de vervolgopleiding tot kinderverpleegkundige

Verantwoordingsdocument betreffende relatie ZorgPad, editie 2017 en Prove2Move, mei 2016 Niveau 4 Verpleegkundige

OPLEIDING HELPENDE ZORG EN WELZIJN TOETS BEROEPSOPDRACHT

Transcriptie:

Praktijkopdracht: Je stelt twee verpleegplannen op Omschrijving Door middel van deze praktijkopdracht laat je zien dat je in staat bent om verpleegplannen te maken voor (laag) complexe zorgvragers. In een verpleegplan houd je rekening met de specifieke wensen en omstandigheden van de zorgvrager, de naasten en mantelzorger(s). Je zorgt voor de opname van een zorgvrager en neemt de anamnese af. Aan de hand van deze gegevens stel je het verpleegplan op en bespreek je dit met de zorgvrager en/of de mantelzorgers. Zo nodig stel je het zorgplan bij. Naast het opstellen van het verpleegplan ben je in staat om de benodigde verpleegkundige zorg uit te voeren, de verpleegkundige zorg te monitoren te coördineren en te evalueren. Het verpleegplan dat je opstelt maakt onderdeel uit van het verpleegkundige dossier en wordt door jou en het (verpleegkundige) team toegepast bij de zorgverlening aan de zorgvrager. Hierbij is er aandacht voor zowel bestaande als voor potentiële problemen. Je coördineert de zorgverlening aan de zorgvrager tussen collega s van de eigen beroepsgroep. Het verpleegplan bespreek je met de zorgvrager, de mantelzorger en/of diens wettelijke vertegenwoordiger en je vraagt toestemming om het toe te passen. De verpleegplannen, van twee verschillende zorgvragers, zijn kenmerkend voor je stage/werkplek. Als tweedejaars verpleegkundige ben je in staat om, aan de hand van een verpleegplan, verpleegkundige zorg te verlenen aan meerdere zorgvragers met een (laag) complexe zorgvraag. Werkprocessen Bij deze praktijkopdracht staan de volgende werkprocessen centraal: Werkproces 1.1: Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op Werkproces 1.2: Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden Werkproces 1.4: Begeleidt een zorgvrager Werkproces 1.8: Coördineert de zorgverlening Werkproces 1.9: Evalueert de zorgverlening De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 1

Schriftelijke beoordelingscriteria: Je stelt twee verpleegplannen op De twee verpleegplannen gaan over zorgvragers met een (laag) complexe zorgvraag met een ziektebeeld/stoornis welke je eerder hebt uitgewerkt in de praktijk (zie praktijk beoordelingsformulier) Je beschrijving van de zorgvragers is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht. Je geeft in twee á drie zinnen aan welk ziektebeeld/stoornis deze zorgvragers hebben (het geheel bestaat uit maximaal 1 A-4 per zorgvrager) Je beschrijft welke symptomen je van het beschreven ziektebeeld/stoornis ziet bij deze zorgvragers. Je beschrijft de potentiële complicaties van het beschreven ziektebeelden/stoornissen bij deze zorgvragers Je beschrijft de anamneses aan de hand van de 11 gezondheidspatronen van Gordon Je formuleert, per zorgvrager, aan de hand van de anamnese minimaal 3 verpleegkundige problemen. Deze zijn geformuleerd aan de hand van de PES-formule. Je hebt niet alleen aandacht voor somatische problemen maar ook voor geestelijke- en/of psychosociale problemen Je formuleert per zorgvrager, aan de hand van de verpleegkundige problemen, tenminste drie verpleegkundige doelen die voldoen aan de SMART eisen Je formuleert per zorgvrager de bijbehorende verpleegkundige interventies. Je geeft hierbij, naar aanleiding van je doelen, de prioriteiten aan. Je legt uit op welke manier jij verpleegkundige zorg hebt verleent aan deze zorgvragers en hoe jij daarbij hebt samengewerkt om de verpleegkundige zorg optimaal te laten verlopen Je beschrijft per zorgvrager hoe en met wie je de zorg hebt geëvalueerd Je beschrijft per zorgvrager wat er is gebeurd met de resultaten van de evaluatie Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel het opstellen en uitvoeren van een verpleegplan Je beschrijft aan de hand van de je PAP en de competenties dat jij in staat bent om voor een (laag) complexe zorgvrager een verpleegplan te maken en uit te voeren Het beoordelingsformulier: Je stelt twee verpleegplannen op is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 20 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 2

Praktijk beoordelingscriteria: Je stelt twee verpleegplannen op De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider Algemeen De deelnemer heeft twee ziektebeelden/stoornissen uitgewerkt die kenmerkend zijn voor de afdeling waar de deelnemer werkt/stage loopt. De ziektebeelden hebben een relatie met de twee uitgewerkte verpleegplannen De deelnemer heeft per ziektebeeld/stoornis het volgende correct beschreven/uitgelegd: - oorzaak/ontstaan van de ziektebeelden/stoornissen - de belangrijkste symptomen - de meest gangbare complicaties - de meest gangbare onderzoeken die gedaan worden voor de diagnose stelling - de meest gangbare behandelingsmethode(s) - de standaard verpleegkundige interventies Specifiek De deelnemer maakt twee verpleegplannen van zorgvragers met een (laag) complexe zorgvraag die een relatie hebben met de uitgewerkte ziektebeelden/stoornissen De deelnemer heeft de zorgvragers of diens wettelijke vertegenwoordigers om toestemming gevraagd en heeft de casus van de zorgvragers correct en naar waarheid omschreven De anamnesegegevens van de twee zorgvragers zijn correct verzameld volgens protocollen en richtlijnen van de instelling De deelnemer luistert goed naar de antwoorden van de zorgvragers en/of mantelzorgers en vraagt gericht door als dit nodig is: De deelnemer stelt twee verpleegplannen op die voortvloeien uit de anamnese, er is niet alleen aandacht voor somatische problematiek maar ook voor geestelijke- en/of psychosociale problemen De verpleegplannen maken onderdeel uit van het verpleegkundig dossier (of kan als zodanig gebruikt worden) De deelnemer voert de beschreven verpleegkundige interventies (mede) uit De deelnemer benoemt de verpleegkundige protocollen die gebruikt worden bij de zorgvragers De deelnemer werkt met collega s samen om de verpleegkundige zorg bij deze zorgvragers zo optimaal mogelijk te laten verlopen Binnen een werkveld met langdurige zorgverlening, monitort de deelnemer de gezondheidstoestand van de zorgvragers gedurende minimaal vier weken. Binnen een werkveld met voornamelijk kortdurende zorgverlening, monitort de deelnemer de zorgvragers gedurende de gehele opname De deelnemer analyseert de veranderingen die optreden in de gezondheidssituatie van de zorgvragers en speelt daar adequaat op in. Juli 2013 3

De deelnemer rapporteert de geobserveerde veranderingen correct in de verpleegkundige dossiers van de beschreven zorgvragers volgens protocol van de instelling (of deze kunnen als zodanig gebruikt worden) Naar aanleiding van de monitoring en de evaluaties stelt de deelnemer zo nodig de verpleegplannen bij De deelnemer evalueert de verpleegkundige zorg met collega s en zonodig met de zorgvragers en/of mantelzorgers Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig twee het verpleegplannen van (laag) complexe zorgvragers te verzorgen. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 4

Praktijkopdracht: Het bijwonen en deelnemen aan verpleegkundig collegiaal overleg Omschrijving Een belangrijk onderdeel van het verpleegkundige beroep is het voeren van overleg binnen de eigen beroepsgroep. Het voeren van overleg is van belang voor een correcte inhoudelijke afstemming van de zorgverlening en het waarborgen van de continuïteit van zorg. Met deze praktijkopdracht toon je aan dat je een inbreng hebt bij minimaal drie overleggen binnen de eigen beroepsgroep. (bijvoorbeeld: team vergadering, werkoverleg) In dat overleg dien je een doelgerichte, actieve en inhoudelijke bijdrage te hebben. Het overleg bereid je goed voor aan de hand van een plan van aanpak. Je evalueert jouw inbreng tijdens het overleg met je werkpraktijkbegeleider en andere collega s. Je maakt tenminste eenmaal notulen van een collegiaal overleg. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat het volgende werkproces centraal: Werkproces 1.8: Coördineert de zorgverlening De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 5

Schriftelijke beoordelingscriteria: Het bijwonen en deelnemen aan verpleegkundig collegiaal overleg Je beschrijft welke soorten formeel en informeel overleg er tussen de verpleegkundige collega s er op je werk- stageplek voorkomen. Je beschrijft de taken tussen de verschillende deelnemers aan het overleg. Je reflecteert, aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel binnen de verschillende overleggen. (maximaal 2 A-4tjes) Verwerk in je reflectie aan de hand van je PAP en de genoemde competenties dat jij deel kan nemen aan collegiale overleggen Het praktijk beoordelingsformulier: Het bijwonen en deelnemen aan verpleegkundig collegiaal overleg is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 5 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 6

Praktijk beoordelingscriteria: Het bijwonen en deelnemen aan verpleegkundig collegiaal overleg De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer benoemt van alle soorten van formeel en informeel overleg tussen de verpleegkundige collega s op de werk- stageplek de: doelstelling het belang ervan de taken van de verpleegkundige De deelnemer woont tenminste driemaal een verpleegkundig collegiaal overleg bij De deelnemer was goed voorbereid op het overleg, wist wat te zeggen, hoe het te zeggen en was doelgericht. De deelnemer gaf een duidelijke eigen mening tijdens het overleg, en deelde proactief kennis en ervaringen met collega s. De deelnemer luisterde tijdens het overleg aandachtig naar de collega s en leidinggevende en liet ze uitspreken. De deelnemer bracht haar ideeën en standpunten begrijpelijk onder woorden en onderbouwt deze met relevante argumenten zodat collega s haar kunnen volgen en begrijpen De deelnemer toonde waardering voor de ideeën en bijdragen van anderen, zodat er een open communicatie plaatsvond tijdens het overleg. De deelnemer notuleerde minimaal één collegiaal overleg op een correcte manier en volgens de criteria van de instelling, zodat er een heldere en duidelijke rapportage was voor de betrokkenen. De notulen waren in overeenstemming met het besprokene en overzichtelijk geformuleerd. De deelnemer evalueerde de notulen met een of meerdere deelnemers aan het overleg en vraagt of deze de goed gekeurde notulen wil ondertekenen Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om deel te nemen aan verpleegkundig collegiaal overleg. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 7

Praktijkopdracht: Het hanteren van crisissituaties en onvoorziene situaties Omschrijving Als verpleegkundige moet je in staat zijn om adequaat en professioneel te handelen bij crisissituaties en onvoorziene situaties. Instellingen in de gezondheidszorg hebben allerlei protocollen en voorschriften die aangeven hoe te handelen bij diverse onvoorziene of crisis situaties. Aan de hand van de praktijkopdracht verdiep je je in die protocollen en voorschriften zodat je, als het nodig is, op een juiste manier kunt handelen. Omschrijf een crisissituaties of onvoorziene situaties waarmee jezelf op directe wijze te maken had op je werk- of stageplek. Het moet gaan om een onverwachte en acute situatie waarbij meteen de nodige beslissingen genomen dienden te worden om de ontstane situatie in goede banen te leiden. Het gaat hierbij om n crisissituatie of onvoorziene situatie die somatisch of psychosociaal of psychiatrisch van aard is. (emotionele- of gedragsproblemen, agressie). De andere crisissituatie of onvoorziene situatie kan ook somatisch van aard zijn. Daarbij houdt je rekening met de wettelijke richtlijnen en protocollen van de instelling en neem je de juiste beslissingen in overleg met collega s en andere disciplines. Je kunt aangeven wat de oorzaak van het incident was en hoe een dergelijk incident in de toekomst (zoveel als mogelijk) voorkomen kan worden. Je kunt kritisch kijken naar je eigen handelen tijdens het incident en formuleert leerpunten om in de toekomst beter met een vergelijkbare situatie om te gaan. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat het volgende werkproces centraal: Werkproces 1.7: Hanteert crisissituaties en onvoorziene situaties De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Een Juli 2013 8

Schriftelijke beoordelingscriteria: Het hanteren van crisissituaties en onvoorziene situaties Je omschrijft een crisissituatie of onvoorziene situatie van somatische óf van psychosociale of psychiatrische aard (emotionele- of gedragsproblemen, agressie). Het is een incident waarbij meteen de nodige beslissingen genomen dienden te worden om de situatie in goede banen te leiden.. De beschrijving van de zorgvrager en de situatie is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht Je maakt van de crisissituatie of onvoorziene situatie n reflectieverslag volgens de STARR methodiek Verwerk in je reflectie aan de hand van je PAP en de genoemde competenties dat jij om kunt gaan met crisissituaties en onvoorziene situaties Je geeft aan welke acties de instelling mogelijk neemt om in het vervolg crisissituaties beter te laten verlopen. Het praktijk beoordelingsformulier: Het hanteren van crisissituaties en onvoorziene situaties is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider Juli 2013 9

Praktijk beoordelingscriteria: Het hanteren van crisissituaties en onvoorziene situaties De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer heeft de casus van de zorgvrager, inclusief de situatie, correct en naar waarheid omschreven. Het was een incident waarbij meteen de nodige beslissingen genomen diende te worden om de situatie in goede banen te leiden. De deelnemer neemt tijdens een incident de juiste beslissingen en kan de juiste materialen inzetten. De deelnemer handelt tijdens een crisissituatie volgens de geldende wetgeving, protocollen en richtlijnen van de instelling. De deelnemer bewaakt tijdens het incident de eigen grenzen en laat zichzelf met voldoende respect behandelen. De deelnemer maakt tijdens een incident een onderscheid tussen persoonlijke en professionele grenzen. De deelnemer is zich bewust van het effect van het eigen handelen en gedrag voor, tijdens en / of na een incident. De deelnemer staat open voor feedback op haar handelen bij een incident. De deelnemer kan de eigen normen en waarden tijdens het incident op een professionele manier toepassen en na afloop bespreken. De deelnemer verwoordt de gevoelens die het incident bij haar opriep, De deelnemer geeft op correcte wijze weer hoe er ideaal gesproken gehandeld zou moeten worden in een dergelijke situatie, door de verpleegkundige en andere disciplines volgens de theorie en deskundigen. De deelnemer evalueert de verpleegkundige zorg met collega s en zo nodig met andere disciplines en met de zorgvrager en/of mantelzorger Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig crisissituaties of onvoorziene situaties te hanteren. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 10

Praktijkopdracht: Geeft voorlichting, advies of instructie Omschrijving Een belangrijk onderdeel van het verpleegkundige beroep is het voeren van een voorlichtingsgesprek een adviesgesprek of het geven van een instructie aan een of meerdere zorgvragers. Zo kun je bijvoorbeeld een of meerdere zorgvragers voorlichting geven over een ingreep of behandeling. Als verpleegkundige kun je ook advies geven over onder andere: leefstijl, dagbesteding of gebruik van voorzieningen. De informatie die je geeft is dan ook verpleegkundig van aard en behoord tot het verpleegkundige domein. Je kunt je ook richten op het geven van instructie over bijvoorbeeld; het zelf leren injecteren bij een zorgvrager met diabetes; een zorgvrager om leren gaan met een stoma. In sommige situaties is het wenselijk dat de zorgvrager, mantelzorger en/of naasten een handeling leert uitvoeren; bijvoorbeeld een verpleegtechnische handeling. Je kunt zelf kiezen of je voorlichting gaat geven, een adviesgesprek gaat voeren of een instructie geeft aan een of meerdere zorgvragers. Het thema dient verpleegkundig van aard te zijn en je maakt gebruik van gebruik van hulpmiddelen om de voorlichting het advies of de instructie te ondersteunen. Een groep zorgvragers bestaat uit minimaal drie personen. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat de volgende werkproces centraal: Werkproces 1.6: Geeft voorlichting, advies en instructie De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 11

Schriftelijke beoordelingscriteria: Geeft voorlichting, advies of instructie De beschrijving van de zorgvrager of de groep zorgvragers is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht. (maximaal 1 A-4tje per zorgvrager) Je geeft een verpleegkundige motivatie waarom de zorgvrager of deze groep zorgvragers een voorlichtingsbehoefte hebben of behoefte hebben aan een adviesgesprek of een instructiebehoefte hebben Je legt uit waarom er hier sprake is van primaire, secundaire of tertiaire preventie Je formuleert doelen m.b.t. het voorlichting, advies of instructie die je gaat geven. De doelen zijn geformuleerd volgens de SMART eisen. Je legt uit hoe je, bij het formuleren van de doelen, rekening hebt gehouden met de achtergrond, wensen en het kennisniveau van de zorgvrager of de groep zorgvragers en de bestaande protocollen Je beschrijft, in eigen woorden, de inhoud van de voorlichting, advies of instructie. Deze informatie is juist, volledig en beantwoord aan het geformuleerde doel en is toegesneden op de situatie van de zorgvrager of de groep zorgvragers Je beschrijft hoe de voorlichting of het advies of de instructie is verlopen Je beschrijft wat het resultaat was voor de zorgvrager of de groep zorgvragers en hoe je dat geëvalueerd hebt met de zorgvrager of de groep zorgvragers Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel bij het geven van voorlichting, advies of instructie Je beschrijft aan de hand van je PAP en de competenties die bij dit werkproces horen dat jij voorlichting of advies of instructie kan geven aan zorgvragers Het praktijk beoordelingsformulier: Geeft voorlichting, advies of instructie is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 8 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 12

Praktijk beoordelingscriteria: Geef voorlichting, advies en instructie De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer heeft de zorgvrager of alle zorgvragers om toestemming gevraagd en heeft de casus van de zorgvrager(s) correct en naar waarheid omschreven De deelnemer heeft bij het formuleren van de doelen rekening gehouden met de achtergrond, wensen en het kennisniveau van de zorgvrager of de groep zorgvragers en de bestaande protocollen De deelnemer heeft een realistische planning gemaakt aan de hand van de geformuleerde doelen De deelnemer heeft, indien relevant, gebruik gemaakt van middelen en materialen De deelnemer voert de planning uit De deelnemer past haar woordgebruik aan en het kennisniveau van de zorgvrager of de groep zorgvragers en geeft het advies, instructie of voorlichting op een rustige manier De deelnemer motiveert de zorgvrager of de groep zorgvragers om de adviezen op te volgen De deelnemer houdt in het gesprek rekening met de (culturele) achtergrond en kennisniveau van de zorgvrager of de groep zorgvragers De deelnemer checkt, aan de hand van de geformuleerde doelen, of de zorgvrager of de groep zorgvragers de informatie, adviezen en instructie heeft begrepen De deelnemer verwerkt de doelen, het verloop van het voorlichtingsgesprek, het adviesgesprek of de instructie in het verpleegdossier en geeft, per zorgvrager, aan wat hij/zij bereikt heeft met deze zorgvrager Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig voorlichting, advies en instructie te geven. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 13

Praktijkopdracht: Je stelt twee verpleegplannen op (hoog) complexe zorgvraag Omschrijving Je stelt twee verpleegplannen op van twee verschillende zorgvragers die kenmerkend zijn voor je stage/werkplek. Als derdejaars verpleegkundige ben je in staat om, aan de hand van een verpleegplan, verpleegkundige zorg te verlenen aan meerdere zorgvragers. In de voorgaande jaren ging het dan om zorgvragers met een (laag) complexe zorgvraag. In het derde jaar moet je in staat zijn om verpleegkundige zorg te verlenen aan zorgvragers met een (hoog) complexe zorgvraag. Dit houdt in dat je naast het opstellen van het verpleegplan ook in staat bent om de benodigde verpleegkundige zorg uit te voeren, de verpleegkundige zorg te monitoren te coördineren en te evalueren. Het verpleegplan dat je opstelt maakt onderdeel uit van het verpleegkundige dossier en wordt door jou en het (verpleegkundige) team toegepast bij de zorgverlening aan de zorgvrager. Hierbij is er aandacht voor zowel bestaande als voor potentiële problemen. Je coördineert de zorgverlening aan de zorgvrager tussen collega s van de eigen beroepsgroep en overige disciplines. Het verpleegplan bespreek je met de zorgvrager, de mantelzorger en/of diens wettelijke vertegenwoordiger en je vraagt toestemming om het toe te passen. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht wijs staan de volgende werkprocessen centraal: Werkproces 1.1: Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op Werkproces 1.2: Biedt persoonlijke verzorging, observeert en monitort gezondheid en welbevinden Werkproces 1.4: Begeleidt een zorgvrager Werkproces 1.8: Coördineert de zorgverlening Werkproces 1.9: Evalueert de zorgverlening De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 14

Schriftelijke beoordelingscriteria: Je stelt twee verpleegplannen op (hoog) complexe zorgvraag De twee verpleegplannen gaan over zorgvragers met een (hoog) complexe zorgvraag met een ziektebeeld/stoornis welke je eerder hebt uitgewerkt in de praktijk (zie praktijk beoordelingsformulier) Je beschrijving van de zorgvragers is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht. Je geeft in twee á drie zinnen aan welk ziektebeeld/stoornis deze zorgvragers hebben (het geheel bestaat uit maximaal 1 A-4 per zorgvrager) Je beschrijft de potentiële complicaties van het beschreven ziektebeelden/stoornissen bij deze zorgvragers Je beschrijft de anamneses aan de hand van de 11 gezondheidspatronen van Gordon Je formuleert, per zorgvrager, aan de hand van de anamnese minimaal 3 verpleegkundige problemen. Deze zijn geformuleerd aan de hand van de PES-formule. Je hebt niet alleen aandacht voor somatische problemen maar ook voor geestelijke- en/of psychosociale problemen Je formuleert per zorgvrager, aan de hand van de verpleegkundige problemen, tenminste drie verpleegkundige doelen die voldoen aan de RUMBA of de SMART eisen Je formuleert per zorgvrager de bijbehorende verpleegkundige interventies. Je geeft hierbij, naar aanleiding van je doelen, de prioriteiten aan. Je legt uit op welke manier jij verpleegkundige zorg hebt verleent aan deze zorgvragers en hoe jij daarbij hebt samengewerkt om de verpleegkundige zorg optimaal te laten verlopen Je motiveert waarom en wanneer je andere disciplines raadpleegt. Je beschrijft per zorgvrager hoe en met wie je de zorg hebt geëvalueerd Je beschrijft op welke punten je, op grond van de evaluatie, het verpleegplan hebt bijgesteld Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel bij het opstellen en uitvoeren van een verpleegplan Je beschrijft aan de hand van de je PAP en de competenties dat jij in staat bent om voor twee (hoog) complexe zorgvragers een verpleegplan te maken en uit te voeren Het praktijk beoordelingsformulier: Je stelt twee verpleegplannen op is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 20 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 15

Praktijk beoordelingscriteria: Je stelt twee verpleegplannen op (hoog) complexe zorgvraag De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider Algemeen De deelnemer heeft twee ziektebeelden/stoornissen uitgewerkt die kenmerkend zijn voor de afdeling waar de deelnemer werkt/stage loopt. De ziekte beelden hebben een relatie met de uitgewerkte verpleegplannen De deelnemer heeft bij de ziektebeelden/stoornissen het volgende correct beschreven/uitgelegd: - oorzaak/ontstaan van de ziektebeelden/stoornissen - de belangrijkste symptomen - de meest gangbare complicaties - de meest gangbare onderzoeken die gedaan worden voor de diagnose stelling - de meest gangbare behandelingsmethode(s) - de standaard verpleegkundige interventies Specifiek De deelnemer maakt twee verpleegplannen van twee zorgvragers met een (hoog) complexe zorgvraag met bovengenoemde ziektebeeld/stoornis De deelnemer heeft de zorgvragers of diens wettelijke vertegenwoordiger om toestemming gevraagd en heeft de casus van de zorgvrager correct en naar waarheid omschreven De anamnesegegevens van de twee zorgvragers zijn correct verzameld volgens protocollen en richtlijnen van de instelling De deelnemer luistert goed naar de antwoorden van de zorgvragers en/of mantelzorger en vraagt gericht door als dit nodig is: De deelnemer stelt twee verpleegplannen op die voort vloeien uit de anamneses, er is niet alleen aandacht voor somatische problematiek maar ook voor geestelijke- en/of psychosociale problemen De verpleegplannen maken onderdeel uit van het verpleegkundig dossier (of kan als zodanig gebruikt worden) De deelnemer voert de beschreven verpleegkundige interventies (mede) uit De deelnemer benoemt de verpleegkundige protocollen die gebruikt worden bij deze zorgvragers De deelnemer werkt met collega s en andere disciplines samen om de verpleegkundige zorg zo optimaal mogelijk te laten verlopen Binnen een werkveld met langdurige zorgverlening, monitort de deelnemer de de gezondheidstoestand van de zorgvrager gedurende minimaal vier weken. Binnen een werkveld met voornamelijk kortdurende zorgverlening, monitort de deelnemer de zorgvrager gedurende de opname Juli 2013 16

De deelnemer analyseert de veranderingen die optreden in de gezondheidssituatie van de zorgvrager en speelt daar adequaat op in. De deelnemer schakelt zo nodig andere disciplines in. De deelnemer rapporteert de geobserveerde veranderingen correct in de verpleegkundige dossiers van de beschreven zorgvragers volgens protocol van de instelling (of deze kunnen als zodanig gebruikt worden) Naar aanleiding van de monitoring en de evaluaties stelt de deelnemer zo nodig de verpleegplannen bij De deelnemer evalueert de verpleegkundige zorg met collega s en zonodig met andere disciplines en met de zorgvragers en/of mantelzorger Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig twee verpleegplannen op te stellen voor een (hoog) complexe zorgvrager. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 17

Praktijkopdracht: Het bijwonen en deelnemen aan multidisciplinair overleg Omschrijving Als Mbo-Verpleegkundige voer je, ten behoeve van het verpleegplan, ook coördinerende taken uit. Daarvoor is het noodzakelijk dat je de zorgverlening afstemt met andere disciplines zowel binnen als buiten de organisatie. Je consulteert zo nodig een arts of specialist of andere deskundige of je verwijst naar hen. In een multidisciplinaire overleg laat je door een actieve inbreng zien dat je op de hoogte bent van de inhoud en de uitvoering van de verpleegplannen. Uit je houding blijkt dat je goed luistert naar je collega s en je op een positieve manier bijdraagt aan de kwaliteit van zorg. Daarnaast ben je in staat om alle gegevens die besproken zijn op een juiste manier te rapporteren en te registreren. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staan de volgende werkprocessen centraal: Werkproces 1.8: Coördineert de zorgverlening De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 18

Schriftelijke beoordelingscriteria: Het bijwonen en deelnemen aan multidisciplinair overleg Je beschrijft de verschillende soorten multidisciplinair overleg op je werk- stageplek Je beschrijft de taken van de verschillende deelnemers aan het overleg Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel bij de multidisciplinaire overleggen. (maximaal 2 A-4tjes) Verwerk in je reflectie dat jij, aan de hand van je PAP en de competenties die bij dit werkproces horen, kan deelnemen aan multidisciplinaire overleggen Het praktijk beoordelingsformulier: Het bijwonen en deelnemen aan multidisciplinair overleg is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 9 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 19

Praktijk beoordelingscriteria: Het bijwonen en deelnemen aan multidisciplinair overleg De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer woont minimaal drie multidisciplinaire overleggen bij De deelnemer beschrijft op welke manier hij/zij zich op de overleggen voorbereidt De deelnemer luistert aandachtig naar de collega s, andere disciplines en leidinggevende en laat ze uitspreken De deelnemer deelt uit zichzelf en pro-actief kennis en ervaringen met collega s, andere disciplines en leidinggevende De deelnemer geeft/heeft duidelijk een eigen mening De deelnemer toont waardering voor de ideeën en bijdragen van anderen zodat een open communicatie kan plaats vinden in het overleg De deelnemer brengt de eigen ideeën en standpunten begrijpelijk onder woorden en onderbouwt ze met relevante argumenten zodat collega s en andere disciplines deze kunnen volgen en begrijpen De deelnemer evalueert het verloop van elk multidisciplinair overleg en de eigen rol en inbreng daarin De deelnemer verwerkt de gegevens van het multidisciplinair overleg op de afgesproken manier. De deelnemer doet dit op een nauwkeurige en volledige manier, in goed Nederlands en volgens de criteria van de instelling, zodat er een heldere en duidelijke rapportage is voor de betrokkenen Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om deel te nemen aan multidisciplinair overleg. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 20

Praktijkopdracht: Je geeft werkbegeleiding Omschrijving Kenmerkend voor de opleiding tot Mbo-Verpleegkundige is dat zij bestaat uit twee delen: een theoriedeel en een praktijkdeel. Als we het hebben over werkbegeleiding bedoelen we de begeleiding tijdens het praktijkdeel van de opleiding. Het doel van het praktijkdeel van de opleiding kun je in een zin samenvatten: de deelnemer/stagiaire het vak leren. Door te werken aan de praktijkopdracht laat je zien dat je werkbegeleiding kunt geven aan een deelnemer/stagiaire. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staan de volgende werkprocessen centraal: Werkproces 2.3: Geeft werkbegeleiding De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 21

Schriftelijke beoordelingscriteria: Je geeft werkbegeleiding De beschrijving van de deelnemer/stagiaire is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht Je geeft een kort verslag van het introductiegesprek met de deelnemer/stagiaire. Je laat zien dat je het gesprek methodisch aanpakt (maximaal 1 A-4) Je maakt aan de hand van dit introductiegesprek een begeleidingsplan voor de tijd dat jij de deelnemer/stagiaire begeleidt (maximaal 1,5 A-4) Je verantwoord je begeleidingsmethoden. Deze zijn aangepast aan de deelnemer/stagiaire en haar opleidingsfase Je toont aan dat je een deelnemer/stagiaire minimaal 10 weken hebt begeleid Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en manier van werkbegeleiding geven. (maximaal 2 A-4tjes) Verwerk in je reflectie aan de hand van je PAP en de genoemde competenties dat jij een deelnemer/stagiaire kan begeleiden Het praktijk beoordelingsformulier: Je geeft werkbegeleiding is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider Juli 2013 22

Praktijk beoordelingscriteria: Je geeft werkbegeleiding De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer laat zien dat zij op de hoogte is van de actuele opleidingseisen ten aanzien van de beroepspraktijkvorming van de stagiaire De deelnemer laat zien dat zij met de begeleiding aansluit bij het stage/leerplan van de deelnemer/stagiaire De deelnemer voert een introductiegesprek met de deelnemer/stagiaire. Je pakt het gesprek methodisch aan De deelnemer geeft tijdens het introductiegesprek de deelnemer/stagiaire voldoende gelegenheid haar verwachtingen en begeleidingswensen kenbaar te maken. De deelnemer legt de leermogelijkheden en beperkingen van de afdeling duidelijk uit De deelnemer maakt duidelijke afspraken voor de contactmomenten De deelnemer geeft volledige, relevante en duidelijke informatie over de afdeling en de zorgvragers De deelnemer past haar begeleidingsmethoden aan, aan de deelnemer/stagiaire en haar opleidingsfase De deelnemer ziet er op een adequate manier op toe dat het werkplan van de deelnemer/stagiaire realiseerbaar en meetbaar is De deelnemer geeft de deelnemer/stagiaire feedback op haar functioneren De deelnemer evalueert tussentijds en ter afronding de rol als begeleider samen met de deelnemer/stagiaire en de werkbegeleider of de praktijkbegeleider De deelnemer/stagiaire is overwegend tevreden over de begeleiding De deelnemer evalueert met de werkbegeleidster of praktijkbegeleider zowel het product als het proces van deze opdracht Uit de evaluatie met de werkbegeleider en de stagiaire aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig een stagiaire te begeleiden. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 23

Praktijkopdracht: Verpleegkundig dilemma Omschrijving De verpleegkundige zorg is een deel van het leven. Ethiek in de verpleegkundige zorg gaat over de vraag wat verpleegkundige zorg tot goede verpleegkundige zorg maakt. En wat daarvoor nodig is. Denk bijvoorbeeld aan beroepshouding, vaardigheden en kennis. Een verpleegkundige maakt dagelijks verschillende situaties en verschillende mensen mee. Soms zijn dingen vanzelfsprekend, soms word je geraakt, of soms vraag je je af wat er gebeurde. Een dilemma, een gevoel tekort te schieten of juist een heel tevreden gevoel. Als je erover nadenkt en in gesprek gaat wát er in zo n situatie gebeurt, wat er meespeelt, als je erachter probeert te komen welke waarden een rol spelen, dan houd je je bezig met ethiek. Ethiek in de verpleegkundige zorg is het denken en spreken over wat de verpleegkundige zorg (jóúw verpleegkundige zorg, mijn verpleegkundige zorg, de verpleegkundige zorg in de instelling) tot goede verpleegkundige zorg maakt. LET OP! Het gaat hier om verpleegkundige dilemma s. Ethische dilemma s waar jij als verpleegkundige in de dagelijkse zorg mee geconfronteerd wordt en die vallen binnen jouw vakgebied. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat het volgende werkproces centraal: Werkproces 2.1: Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 24

Schriftelijke beoordelingscriteria: Verpleegkundig dilemma Je beschrijft om welk verpleegkundig dilemma het gaat Je hebt de zorgsituatie dat aanleiding gaf tot het verpleegkundig dilemma omschreven het is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht Je hebt de rol(len) van de diverse betrokkenen bij het verpleegkundig dilemma beschreven. Je hebt van elk van de betrokkenen de; keuzes en de argumenten voor de keuzes beschreven consequenties van de diverse keuzes beschreven, gezien vanuit de betrokken personen relevante wetgeving beschreven en toegelicht Je beschrijft op welke professionele manier jij met het verpleegkundig dilemma bent om gegaan Je beschrijft aan de hand van methodische stappen hoe dit verpleegkundig dilemma opgelost is of opgelost had kunnen worden Je werkt aan de hand van deze uitwerking een weloverwogen verpleegkundige gedragslijn uit en je motiveert deze gedragslijn Je beschrijft op het resultaat van de bespreking en evaluatie met het (verpleegkundig) team Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel bij het omgaan met een verpleegkundig dilemma Je beschrijft aan de hand van de je PAP en de beschreven competenties wat jij van de praktijkopdracht hebt geleerd Het praktijk beoordelingsformulier: Verpleegkundig dilemma is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 8 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier). Juli 2013 25

Praktijk beoordelingscriteria: Verpleegkundig dilemma De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer heeft de zorgsituatie dat aanleiding gaf tot het verpleegkundig dilemma naar waarheid omschreven De deelnemer is direct betrokken geweest bij het beschreven verpleegkundig dilemma De voorgestelde verpleegkundige gedragslijn is realistisch en uitvoerbaar binnen de organisatie waar de deelnemer stage loopt of werkt De deelnemer bespreekt en evalueert de casus, de uitwerking en de verpleegkundige gedragslijn met het (verpleegkundig) team Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om om te gaan met verpleegkundige dilemma s. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 26

Praktijkopdracht: Coördineer en verleen zelfstandig de verpleegkundige zorg Omschrijving Aan de hand van de praktijkopdracht laat je zien dat je in staat bent om aan de slag te gaan als beginnend Mbo-Verpleegkundige. Je verleent zelfstandige zorg, begeleiding en ondersteuning aan meerdere ook hoog-complexe zorgvragers. Je houdt daarbij rekening met de branche specifieke zorginhoudelijke en ondersteunende werkzaamheden. Je voert, in de verpleegkundige zorg, coördinerende taken uit en laat zien dat je een planning en een verdeling kan maken van de werkzaamheden. Je stemt de zorgverlening af met collega s en werkt daarbij samen met deskundigen van andere disciplines. Je consulteert zo nodig een specialist of andere deskundige of verwijst naar hen. Je ziet toe op de uitvoering van de werkzaamheden en de continuïteit van de zorgverlening en geeft daarbij prioriteiten aan. De (praktijk) beoordelingscriteria zijn algemeen beschreven maar moeten gezien worden in relatie met uitwerking van de werkprocessen van de specifieke branche. De specifieke branches zijn: - Ziekenhuis (ZH) - Verpleeg- en verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) - Geestelijke gezondheidszorg (GGZ) - Gehandicaptenzorg (GHZ) Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat het volgende werkproces centraal: Werkproces 1.1 Stelt verpleegkundige diagnose en stelt het verpleegplan op Werkproces 1.8: Coördineert de zorgverlening Werkproces 1.9: Evalueert de zorgverlening De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 27

Schriftelijke beoordelingscriteria: Coördineer en verleen zelfstandig de verpleegkundige zorg Je legt, in overleg met je werkbegeleider of praktijkbegeleider, de duur van de periode en het aantal zorgvragers vast waarvan je de verpleegkundige zorg moet kunnen coördineren en uitvoeren De beschrijving van de groep zorgvragers is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht. Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en manier van het uitvoeren van de taken ten behoeve van de zorgverlening en de organisatie. (maximaal 2 A-4tjes) Verwerk in je reflectie dat jij, aan de hand van je PAP en de competenties die bij dit werkproces horen, de taken ten behoeve van de zorgverlening en de organisatie zelfstandig kan uitvoeren Het praktijk beoordelingsformulier; Uitvoeren van taken ten behoeve van de zorgverlening en de organisatie is aanwezig, ingevuld en ondertekend door je praktijkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 6 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 28

Praktijk beoordelingscriteria: Coördineer en verleen zelfstandig de verpleegkundige zorg De werkbegeleider heeft het PAP vooraf gelezen en goedgekeurd, voorzien van een datum, naam, functie en handtekening van de praktijkopleider/werkbegeleider De deelnemer legt, in overleg met je werkbegeleider of praktijkbegeleider, de duur van de periode en het aantal zorgvragers waarvan je zelfstandig de verpleegkundige zorg moet kunnen coördineren en uitvoeren vast De deelnemer maakt op basis van de verpleegplannen een verdeling van de werkzaamheden inclusief tijdsplanning en prioriteiten De deelnemer maakt duidelijke afspraken met collega s, andere disciplines en over de te verrichten werkzaamheden en taakverdeling De deelnemer laat bij het plannen en uitvoeren van de zorg zien dat zij kennis heeft van de specifieke stoornissen, beperkingen, ziektebeelden die in de specifieke branche voorkomen De deelnemer bewaakt, aan de hand van de verpleegplannen, de kwaliteit van de verpleegkundige zorg De deelnemer voert zelfstandig, aan de hand van de verpleegplannen, de verpleegkundige zorg adequaat uit De deelnemer checkt regelmatig of de zorgvragers optimaal verpleegd worden en of zij en/of hun mantelzorgers tevreden zijn met de geboden zorg De deelnemer werkt samen met collega s en andere disciplines om de verpleegkundige zorg uit te voeren. Je draagt eventueel werkzaamheden over De deelnemer overlegt tijdig en regelmatig met collega s en andere disciplines je informeert hen volledig zodat er een professionele samenwerking bestaat De deelnemer signaleert en rapporteert tijdig knelpunten in de verpleegkundige zorg en neemt, volgens protocol, actie om deze knelpunten op te lossen Aan het eind van elke dienst zorgt de deelnemer voor een volledige en bondige rapportage van de geboden zorg De deelnemer vermeld in de rapportage de contacten met vertegenwoordiger(s) van andere discipline, met de acties die daarop zijn ondernomen of de redenen waarom er contact met hen is gezocht De deelnemer stelt zo nodig de verpleegplannen bij of op en verwerkt dit in de verpleegdossiers Uit de rapportage wordt duidelijk dat deelnemer de doelen uit de werkplanningen behaald heeft, of dat de doelen op een juiste wijze zijn bijgesteld. Uit de evaluatie met de werkbegeleider aan de hand van het PAP en de genoemde competenties blijkt dat je op je BPV-afdeling in staat bent om zelfstandig taken ten behoeve van de zorgverlening en de organisatie uit te voeren. De werkbegeleidster of praktijkbegeleidster ondertekent de verslagen als ze overeenkomen met wat er in de evaluatie is besproken. Ze zet er een datum bij met een naam en handtekening Juli 2013 29

Praktijkopdracht: Begeleid een groep zorgvragers Als je stage loopt of werkt in de Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT) de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) of de Gehandicaptenzorg (GHZ) dan is de praktijkopdracht: Begeleidt een groep zorgvragers op sociaal maatschappelijk gebied een verplichte praktijkopdracht. BBL deelnemers die werken in het ziekenhuis of BOL deelnemers die alleen stage lopen in het ziekenhuis hoeven deze praktijkopdracht niet op te nemen in hun portfolio. Omschrijving Op je werk- of stageplek verblijven zorgvragers samen met anderen, die ze meestal niet zelf hebben uitgezocht. Zo kunnen er tussen de zorgvragers onderling verschillen of juist overeenkomsten bestaan ten aanzien van het sociale milieu, de culturele achtergrond, het geslacht, de seksuele geaardheid, de religieuze achtergrond, de intelligentie, de gewoonten, de geestelijke en lichamelijke mogelijkheden, de voorkeuren en / of de behoeften et cetera. Deze verschillen of overeenkomsten kunnen de onderlinge verstandhouding tussen de groepsleden verstoren, verbeteren of daarbij geen enkele rol spelen. Als Mbo-verpleegkundige heb je de taak om de individuele zorgvrager in een groep te begeleiden, zodat deze zo optimaal mogelijk kan functioneren in de groep en zich binnen de groep een eigen plek verwerft. Een andere taak van de Mbo-verpleegkundige is om de goede sfeer binnen de groep als geheel te stimuleren. Voor deze opdracht verdiep jij je in het groepsproces en de groepsdynamica van de groep(en) waarmee je op je werk- stageplek te maken hebt. Je bepaalt in overleg met je werk- of praktijkbegeleider op welke manier jij laat zien dat je in staat bent om een groep zorgvragers te begeleiden. Tijdens je stage laat je zien dat je aandacht hebt voor het groepsproces en de groepsdynamica. Je laat zien dat je de onderlinge verhoudingen tussen de groepsleden observeert. Dat je zoekt naar mogelijke interventies om de verstandhouding tussen de zorgvragers onderling waar nodig te verbeteren. Werkprocessen Bij de praktijkopdracht staat het volgende werkproces centraal: Werkproces 1.5: Begeleidt een groep zorgvragers De volledige uitwerking van de werkprocessen vind je in je portfolio map Wat moet er in jouw portfolio zitten? Een verslag dat voldoet aan de beoordelingscriteria. Het volledig ingevulde, inclusief de handtekeningen, praktijk beoordelingsformulier. Juli 2013 30

Schriftelijke beoordelingscriteria: Begeleid een groep zorgvragers Je beschrijving van de groep zorgvragers is relevant en toereikend voor een goed beeld bij de praktijkopdracht Je beschrijft én analyseert de verhoudingen binnen de groep zorgvragers. Je laat in je beschrijving zien dat je de groepsdynamische processen binnen deze groep begrijpt. Je reflecteert aan de hand van de STARR-methode, op jouw rol en aandeel bij het begeleiden van een groep zorgvragers. Verwerk hierin ook de onderstaande punten. - Beschrijft wat het doel(en) is van je begeleiding of ondersteuning bij deze groep zorgvragers. Je maakt hierbij gebruik van de SMART methode - Beschrijft op welke manier je aansluit bij de wensen en behoeften van de groep zorgvragers - Motiveert welke manier van begeleiden of ondersteuning geven past bij deze groep zorgvragers en hoe jij dat toepast - Aandacht hebt voor de gevoelens van de individuele zorgvrager binnen deze groep - Uitlegt wat de knelpunten zijn in de begeleiding of ondersteuning van de groep zorgvragers - Uitlegt hoe jij met deze knelpunten bent omgegaan - Beschrijft of het doel(en) behaald is en hoe de zorgvragers dit hebben ervaren (als het doel(en) niet behaald is dan leg je uit hoe dat komt) - Uitlegt dat jij de competenties beheerst die bij de praktijkopdracht horen (zie ook je PAP) - Het verslag bestaat uit maximaal 5 A-4tjes Het praktijk beoordelingsformulier: Begeleid een groep zorgvragers, is aanwezig ingevuld en ondertekend door je werkbegeleider/praktijkbegeleider De praktijkopdracht bestaat uit maximaal 10 A-4tjes (inclusief het praktijk beoordelingsformulier) Juli 2013 31