Apotheekbereiding dient om de patiënt te

Vergelijkbare documenten
Fout van CPB bij berekening remgeldeffect eigen risico

Appendix 5. Curriculum vitae

NHG-Standpunt. Farmacotherapiebeleid in de huisartsenzorg. Dokter, mag ik een recept voor...? standpunt

Wat weten we over medicatie(on)veiligheid?

KONINKLIJKE NEDERLANDSE MAATSCHAPPIJ TER BEVORDERING DER PHARMACIE. LNA nu en in toekomst: Kenniscentrum Productzorg

Samenvatting. Hoe wordt (vermijdbare) ziektelast geschat?

Het voorkomen van geneesmiddel gerelateerde problemen bij oudere patiënten met polyfarmacie ontslagen uit het ziekenhuis

2 Farmaceutische patiëntenzorg en therapietrouw

Vaccinatie tegen gordelroos. Nr. 2019/12, Den Haag, 15 juli Samenvatting

NHG-Standpunt. Farmacotherapiebeleid in de huisartsenzorg. Dokter, mag ik een recept voor...? standpunt

Veranderingen in arbeidsparticipatie en zorggebruik. Een beschrijving van ontwikkelingen van 1997 tot 2008

Vaccinatie van ouderen tegen pneumokokken. Nr. 2018/05. Samenvatting

Remgeldeffecten van het verplichte eigen risico in de zvw

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bouwmeester (PvdA) over besparingen in de zorg (2012Z19125).

Onderdeel van het programma Uitkomstinformatie voor Samen Beslissen

GENEESMIDDELEN Veel gestelde vragen en antwoorden. Augustus 2008

Surveillance van humaan antibioticagebruik in Nederland. Margreet Filius ziekenhuisapotheker coördinator Werkgroep Antibioticasurveillance

1. Patiënt bezoekt apotheek

Uw brief van Uw kenmerk Datum 3 november 2006 Farmatec/P december 2006

Kleinschalige apotheekbereiding en de Europese Farmacopee

Toekomste uitdagingen farmacie. Tim Roldaan, 4 juni 2015

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Arib (PvdA) over het nut van de griepprik (2011Z20885).

Doelmatigheid in de gezondheidszorg. Inhoud. Totaal kosten ZFW-populatie hulpmiddelen. Indra Eijgelshoven Mapi Values 19 april 2006

VAN ZORG NAAR PREVENTIE

Procedure opname Doorgeleverde Bereidingen

Therapietrouw bij het gebruik van orale oncolytica

BETERE BEGELEIDING VAN PATIËNTEN MET EEN TNF-REMMER DOOR DE HUISARTS EN HUISAPOTHEKER

Bijzonder Kenmerk Doorgeleverde Bereiding IR V-1-1-1

De DREAMeR-studie. Drug use Reconsidered in the Elderly using goal Attainment scales. during Medication Review

NVAG Prof. Dr Marie Louise Essink-Bot en drs Marielle Jambroes MPH

1. Algemeen. 2. Definities

Robuustheid regressiemodel voor kapitaalkosten gebaseerd op aansluitdichtheid

ZELFEVALUATIE VAN DE THEMA S HOOG RISICO MEDICATIE IDENTITOVIGILANTIE

KNMP ONDERZOEKS- PROGRAMMA 2020

Jaarverslag 2017/2018

4. Resultaten. 4.1 Levensverwachting naar geslacht en opleidingsniveau

Samenvatting (Summary in Dutch)

ANONIEM BINDEND ADVIES

Reglement Farmaceutische zorg 2018

Regionale VTV Levensverwachting en sterftecijfers. Referent: Drs. M.J.J.C. Poos, R.I.V.M.

SAMENVATTING. Samenvatting

HOE KRIJG JE WAT EN WIE JE HEBBEN WILT? PROF. DR. JAN TELGEN AANBESTEDINGSINSTITUUT BOUW EN INFRA ZOETERMEER, 26 NOVEMBER 2014

Addendum GMP-Z3. Aseptische handelingen op voorraad. PUOZ labdag 29 juni Paul Le Brun (met dank aan Andras Vermes) Daan Touw

Kwaliteit en doelmatigheid van voorschrijven van medicijnen. Rob Essink, apotheker MPH, 28 maart 2013

Systematische review naar effectieve interventies ter preventie van kindermishandeling.

Samenvatting. Samenvatting

Verklarende woordenlijst

OSTEOPOROSE Informatie voor patiënten

Nederlandse samenvatting

WORKSHOP: DE ROL VAN DE OPENBAAR APOTHEKER IN 2025

Voor het eerst is er een vaccin dat baarmoederhalskanker kan voorkomen

Dillema s kunnen niet in een keer worden opgelost en voor de meeste is er niet een oplossing maar verschillende oplossingen.

Specialistische farmacie vanuit het ziekenhuis; richting Bart Benraad

Nederlandse Samenvatting

Economie & Preventie. Prof. dr. Johan Polder. Preventie, een te verzekeren risico? Themabijeenkomst Bougainville en NVAG Dinsdag 4 september 2007

Samen verantwoord veilig voorschrijven; de apotheker. Inleiding. Onbekend maakt onbemind; de apotheker

Samenvatting Wiskunde B Leerboek 1 examenstof

8. Ziekenhuisapotheker Hoe ziet het werk van een echte ziekenhuisapotheker er uit. Wat zijn de dagelijkse gang van zaken van een ziekenhuisapotheker.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 17 januari 2019 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen


Enquête FTO-groepen SAMENSTELLING FTO-GROEP NAAM HUISARTS APOTHEKER ANDERS, NAMELIJK. Naam huisartsengroep... Naam FTO-groep... Naam contactpersoon...

Rapport. Cardiovasculair risicomanagement. Simvastatine: keuze en dosering

SAMENVATTING, DISCUSSIE EN TOEKOMSTPERSPECTIEF

Richtlijnen beroepsgroep. Uitwerking regels apotheekbereiding. Uitwerking verantwoorde zorg NAN 2006

Voorbeeld adviesrapport MedValue

2a/7e>il^ 1 3 JULI > Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen

Medicatie gerelateerde heropnames <30 dagen. Elien Uitvlugt AIOS Ziekenhuisfarmacie, promovendus

Medicatie gerelateerde heropnames <30 dagen

Veldnorm voorschrijven, klaarmaken, ter hand stellen en toedienen van cytostatica. Ingangsdatum: 1 januari 2014

Nierfunctie: benazepril 186

samenvatting 127 Samenvatting

3 0NOV NOV Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. VOLKSGEZOND^- VRI 71 IN EN S c

Samenvatting. Samenvatting 7

Nierfunctie: perindopril 174

GEZONDHEIDSENQUETE 2013

LANDELIJKE EN REGIONALE SCENARIO S VOOR TOEKOMST VAN ZORG EN GEZONDHEID

5. Discussie. 5.1 Informatieve waarde van de basisgegevens

Citation for published version (APA): Verbakel, N. J. (2007). Het Chronische Vermoeidheidssyndroom, Fibromyalgie & Reuma.

Kerndocument Uitwerking van de Toekomstvisie Farmaceutische Patiëntenzorg 2020

Reglement Farmaceutische zorg 2017

Nierfunctie: furosemide 127

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

Lezing: De QALY als maatstaf voor smartengeld

De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS

Comorbiditeit & richtlijnen: gaat dat samen?

De invloed van Lean interventies over meerdere jaren op laboratorium performance

KINDERFORMULARIUM. Tjitske van der Zanden Coordinator Kinderformularium Disclosure belangen spreker:

Samenvatting voor niet-ingewijden

Reglement Farmaceutische zorg Restitutie 2018

Palliatieve zorg bij copd. Minisymposium 22 maart 2012

Feiten en cijfers. Beroerte. Aantal nieuwe patiënten met een beroerte. Definitie. Uitgave van de Nederlandse Hartstichting.

Verstandelijke Beperking en Psychiatrie; praktijk richtlijnen

Waarom welzijn? Over de ethiek van diergebruik en de waarde van welzijn

Op weg naar veilige zorg met de veiligheidsthema s

Farmacie en therapie op maat

Voorschrijven door internisten en cardiologen

Wat als varianten in de VTV-2018

Transcriptie:

Kiezen op grond van een samengestelde gezondheidsmaat Prioriteiten in de zorg Keuzesystematiek in de zorg wordt steeds belangrijker. Bij welke patiënt, bij welk probleem ligt onze prioriteit? Het ligt voor de hand keuzeproblemen te benaderen met behulp van een berekening die de te verwachten vooraf zo goed mogelijk bepaalt. Apotheekbereiding dient om de patiënt te voorzien van geneesmiddelen die noodzakelijk zijn, maar die niet in de handel verkrijgbaar zijn [1]. De ontwerpkwaliteit van deze geneesmiddelen dient zo hoog mogelijk te zijn. Bij voorkeur wordt daarom met een gestandaardiseerd voorschrift gewerkt, maar dat is vaak niet voorhanden. Het onderzoek dat nodig is voor het opstellen van gestandaardiseerde voorschriften, neemt veel tijd in beslag zodat noodgedwongen ook met niet-gestandaardiseerde voorschriften wordt gewerkt. Het aantal kandidaten voor standaardisatie is groter dan waarin de onderzoekscapaciteit van het WINAp, de ziekenhuisapotheken en de openbare apotheken kan voorzien. Dit maakt de keuze voor de voorschriften waaraan wél wordt gewerkt tot een gewichtige gebeurtenis. Welke keuzesystematiek wordt gehanteerd? Deze keuze is belangrijk voor de patiënten die behandeld zullen worden met behulp van het uitgekozen voorschrift. Een andere consequentie van deze keuze is dat men impliciet kiest voor het niet ontwikkelen van de andere voorschriften. Dit keuzeprobleem bij de FNA-voorschriften bestaat al jaren. Het werd in 1998 manifest toen het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp) en de Nederlandse Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA) besloten zich, in het kader van de invoering van de GMP-Ziekenhuisfarmacie, vast te leggen binnen 5 jaar een aanmerkelijk aantal voorschriften voor injecties en infusievloeisto±en te ontwikkelen. Daarbij moest worden gekozen uit een lijst van ongeveer 150 aanvragen vanuit de Nederlandse ziekenhuisapotheken. In dit artikel wordt een poging beschreven om dit keuzeprobleem te benaderen met behulp van het concept. Gezondheidswinst Elke therapie heeft als gevolg in ieder geval als bedoeling de patiënt te verscha±en: een langer leven en/of een leven met minder ziektelast. De concepten en ziektelast zijn uitgewerkt in de Global Burden of Disease -studie door de Wereldgezondheidsorganisatie en de Wereldbank [2]. Gezondheidswinst kan verkregen worden door verlenging van de levensduur en/of door vermindering van ziektelast [3]. Wanneer een therapie tot gevolg heeft dat de patiënt eerder geneest of met minder aandoeningen verder leeft, dan is de ziektelast Het WINAp kiest voor het maatschappelijk perspectief, omdat hiermee het algemeen belang het meest wordt gediend verminderd; deze verminderde ziektelast wordt omgerekend naar door therapie gewonnen levensjaren. Gezondheidswinst kan worden bekeken vanuit verscheidene perspectieven. Vanuit de patiënt is de individuele het belangrijkst; voor de maatschappij telt de voor de gehele Kernpunten Het aantal aanvragen voor FNA-voorschriften is veel groter dan er gerealiseerd kunnen worden. Hierdoor is er een prioriteringsprobleem: welk voorschrift eerst en welk laatst? Het blijkt mogelijk te zijn met het concept een volgorde op te stellen en zo dit prioriteringsprobleem op te lossen. Prioritering volgens het aantal te behandelen patiënten levert een andere volgorde op dan die volgens de per patiënt of voor de gehele Nederlandse bevolking. WINAp kiest voor de voor geheel Nederland, omdat het algemeen belang hiermee het meest gediend is. H.J.M. Beijer Y. Bouwman- Boer C.J. de Blaey De auteurs [1] Dr. H.J.M. Beijer studeerde af als bioloog, volgde de opleiding tot farmacoloog en promoveerde in Utrecht. Hij was onderzoeker/staflid bij het Lab Perifere Circulatie van het Academisch Ziekenhuis Utrecht en bij Sportgeneeskunde aan de Medische Faculteit Utrecht. Hij was projectmedewerker GVS bij de KNMP en secretaris van de Beraadsgroep Geneesmiddelen van de Gezondheidsraad. Sinds 1997 is Beijer medewerker bij WINAp Patiëntenzorg. [29]

De auteurs [2] Drs. Y. Bouwman- Boer heeft haar apothekersopleiding gevolgd in Amsterdam en is sindsdien werkzaam bij het Laboratorium der Nederlandse Apothekers, nu onderdeel van het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers. Haar hoofdtaak is ondersteuning van de apotheekbereiding. Prof. dr. C.J. de Blaey behaalde zijn apothekersexamen aan de Rijksuniversiteit Leiden, waar hij na zijn promotie enkele jaren lector in de biofarmacie was. Van 1978 tot 1983 was hij gewoon hoogleraar artsenijbereidkunde, farmaceutische technologie en biofarmacie aan de Universiteit Utrecht. In 1983 kwam hij in dienst bij de KNMP als secretaris wetenschappelijke zaken. Sinds 1996 is hij directeur van het Wetenschappelijk Instituut Nederlandse Apothekers (WINAp). In 1999 volgde zijn benoeming tot bijzonder hoogleraar farmaceutisch patiëntenzorg aan de Universiteit Utrecht. Beijer HJM, Bouwman-Boer Y, De Blaey CJ. Prioriteiten in de zorg. Kiezen op grond van een samengestelde gezondheidsmaat. Pharm Weekbl 2000;135(1):29-35. Trefwoorden Formularia Geneesmiddelbereiding Gezondheidsprioriteiten Kwaliteit van leven Levensverwachting Modellen, theoretisch Samenvatting Om de vraag te beantwoorden of het mogelijk is met het concept een systematische keuze te maken uit vele aanvragen voor standaardvoorschriften voor bereidingen, werd de berekend in arbitraire eenheden voor injectiepreparaten met apomorfine, fenol, isoniazide, liothyronine en methylthionine. Bij schatting voor geheel Nederland bleek methylthionine relatief de meeste op te leveren. Daarna kwamen fenol en isoniazide en op enige afstand apomorfine en liothyronine. Uit een gevoeligheidsanalyse bleek dat de invloed van de onzekerheid van de schattingen in uitgangsvariabelen gering was. Het concept, op deze wijze toegepast, lijkt een bruikbaar middel om aanvragen voor FNA-voorschriften op volgorde van maatschappelijk belang te leggen. Aanvaard december 1999. Nederlandse bevolking. Het ziekenhuis is het meest geïnteresseerd in de eigen patiënten. Het WINAp kiest voor het maatschappelijk perspectief, omdat hiermee het algemeen belang het meest wordt gediend. In eerste instantie lijkt het ondoenlijk, de e±ecten van verschillende preparaten op patiënten met verschillende ziekten onderling met elkaar te vergelijken. Als het echter mogelijk is de bijdrage van deze FNA-preparaten aan de te berekenen of te schatten, dan worden de e±ecten wel onderling vergelijkbaar, omdat ze dan zijn afgebeeld in Priorities in care. Choosing on the basis of a compound health measure Keywords Drug compounding Formularies Health priorities Life expectancy Models, theoretical Quality of life Abstract To answer the question whether it is possible to use the the concept of health gain in a systematic procedure of establishing priorities among requests for standard formulations for pharmacy compounding, health gain was calculated in arbitrary units for five injection preparations: apomorphine, phenol, isoniazid, liothyronine and methylthionine. For the whole population of the Netherlands the application of methylthionine proved to yield most health gain, followed by phenol and isoniazid and thereafter apomorphine and liothyronine. A sensitivity analysis showed that influence of uncertainties in the estimations of the constituting variables was low. Thus the concept health gain appeared to be a practicable tool for ranking requests for standard formulations for pharmacy compounding along a ruler of public interest. Correspondentie kan worden gericht aan dr. H.J.M. Beijer, WINAp, Postbus 30.460, 2500 GL Den Haag. hetzelfde domein, namelijk. Zo wordt een lijst verkregen met bovenaan het preparaat met de grootste en onderaan het preparaat met de minste. De schatting van de te bereiken is zo een objectieve onderbouwing voor een rationele keuze. Op basis hiervan is als onderzoeksvraag geformuleerd: is het mogelijk bij de aanvragen voor FNA-voorschriften de te verwachten voor de te behandelen patiënt te schatten en zo een prioriteitstelling te verkrijgen? 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 Maatwerk...... bij het bepalen van het lichaamsgebied dat bestraald moet worden. Uiteraard moet worden vermeden dat gezond weefsel onnodig belast wordt. Ook voor de behandeling met cytostatica geldt dat in veel gevallen maatwerk nodig is om de patiënt optimaal te kunnen helpen [30]

Methoden Gezondheidswinst wordt op verschillende manieren berekend of geschat. Een praktische benadering is de schatting uit de. Deze curve beschrijft de respectievelijk gezondheid van de bevolking vanaf de geboorte () tot aan het overlijden (). Ook kan deze curve gelezen worden als de beschrijving van het verloop van de kwaliteit van leven van geboorte tot overlijden. Door ziekte zal de gezondheid respectievelijk kwaliteit van leven dalen. Door therapie zal de daling van de gezondheid worden geremd of zal de gezondheid worden teruggebracht tot het niveau van voor de ziekte. Van elke uitgekozen aanvraag voor een FNAvoorschrift werden de toepassing en de bijbehorende aandoening beschreven. Van elke aandoening werden voor de gemiddelde patiënt twee n (leeftijd versus ) geconstrueerd, één voor de behandeling zonder het preparaat en één voor de behandeling met het preparaat. Van de patiënt zijn hiervoor de volgende variabelen nodig: schatting van de gemiddelde leeftijd waarop de aandoening start; schatting van de gemiddelde duur van de ziekte, respectievelijk de leeftijd waarop de patiënt overlijdt; verloop van de gezondheid gedurende de ziekteperiode. Het gaat bijvoorbeeld om langdurig gering verlies van kwaliteit van leven gevolgd door voortijdig overlijden, of om gering verlies van kwaliteit van leven gevolgd door terugkeer tot het voorafgaande gezondheidsniveau door geslaagde farmacotherapie. Voor het vaststellen van de voor de gehele Nederlandse bevolking moet bovendien het aantal te behandelen patiënten bekend zijn. De schattingen van deze variabelen kwamen tot stand door consensus van vijf experts: ziekenhuisapothekers die lid zijn van de Stuurgroep Parenteralia of van de SIG Doelmatigheid van de NVZA. Deze ziekenhuisapothekers hadden zich een indruk gevormd van de aanvragen voor de betre±ende preparaten in hun eigen ziekenhuis en hebben geprobeerd te extrapoleren naar het aantal patiënten in geheel Nederland dat met deze preparaten wordt behandeld. Onze vraag naar schattingen van aantal patiënten, startleeftijd enzovoort werd aanvankelijk met begrijpelijke terughoudendheid ontvangen. Na enige discussie konden toch schattingen worden gegeven, zij het dat de onzekerheid hierin werd benadrukt, met name door het geven van boven- en ondergrenzen van de geschatte grootheden. Hierna werden de n voor de verschillende preparaten geconstrueerd, behandeling, en werden de oppervlaktes onder de curven berekend. Het verschil tussen de curven zonder en met farmacotherapie is de voor de patiënt, die moet worden toegeschreven aan het geneesmiddel en het gestandaardiseerde voorschrift. De voor de populatie is de voor de individuele patiënt vermenigvuldigd met het aantal patiënten. vragen aan de lna-helpdesk Casus Irritatie bij pilocarpineoogdruppels Vraag: een patiënt gebruikt een specialité van pilocarpineoogdruppels 1%. Patiënt ondervindt hiervan (te) veel irritatie aan het oog. Vanuit de veronderstelling dat de werkzame stof de irritatie veroorzaakt, schrijft de arts pilocarpineoogdruppels voor met een sterkte van 0,5%. Deze sterkte is niet in de handel, maar staat ook niet in het FNA vermeld (in het FNA zijn vier sterktes opgenomen). Is hier een voorschrift voor? Een nadeel van de 1%-druppels is dat deze druppels 3x per dag moeten worden toegediend (de 2%-druppel 2x per dag). Hoe vaak de 0,5% druppels moeten worden toegediend is niet bekend, maar dat het hier om een subtherapeutische concentratie gaat is niet onwaarschijnlijk. Wanneer echter de overige producteigenschappen erbij betrokken worden, blijkt dat de diverse sterkten specialités een lage ph hebben (ph = 4). De bu±ercapaciteit van pilocarpine bij deze lage ph is groot. Het is bekend dat de oogdruppels hierdoor irriterend kunnen zijn. Doordat de ph van de FNA-oogdruppels is ingesteld op ph = 6,5 ondervindt de patiënt veel minder irritatie van de FNA-oogdruppels dan van de handelsproducten. Advies Het advies is FNA-oogdruppels 1% af te leveren en niet uit te wijken naar de subtherapeutische concentratie van 0,5% [31]

Figuur 1 en van tuberculosepatiënten die niet kunnen slikken, isoniazide-injecties Tabel 1 GESCHATTE VARIABELEN VOOR HET BEREKENEN VAN GEZONDHEIDSWINST Startleeftijd Aantal behandelde patiënten per jaar Fenol 65 jaar 2000 Methylthionine 50 jaar 0 Apomorfine 70 jaar 400 Liothyronine 70 jaar 50 Isoniazide 45 jaar 50 2 1 3 zonder isoniazide met isoniazide Figuur 2 en van patiënten met mammacarcinoom, methylthionine als kleurstof voor lymfevaten. De stijging bij methylthionine is een gevolg van toegenomen kwaliteit van leven 4 zonder methylthionine met methylthionine 5 zonder liothyronine met liothyronine Figuur 3 en van patiënten met myxoedeemcoma, liothyronine-injectie zonder apomorfine met apomorfine zonder fenol met fenol Figuur 4 en van therapieresistente Parkinsonpatiënten, zonder en met apomorfine-injecties Figuur 5 en van pijnpatiënten, fenol als neurolyticum PREPARATEN Van de 150 aanvragen werden er, als voorbeeld, 5geselecteerd. Deze werden geprioriteerd volgens het concept van, zoals berekend kan worden uit de. Deze preparaten waren: apomorfine, liothyronine, methylthionine, fenol en isoniazide. Hieronder zijn deze preparaten genoemd met de sterkte, toedieningwijze en de aandoening zoals die in dit onderzoek gebruikt zijn: apomorfine, 5-20 mg/ml, subcutaan, bij therapieresistente gevallen van de ziekte van Parkinson [4 p.681]; liothyronine, 0,05-2 mg/ml, intraveneus, bij myxoedeemcoma [4 p.841]; methylthionine, 4-10 mg/ml, gebruikt voor vele doeleinden. Als voorbeeld hebben we gekozen voor zicht- baar maken van lymfevaten en -klieren tijdens operatief verwijderen van lymfeklieren bij mammacarcinoom; fenol, 20-800 mg/ml, epiduraal, als neurolyticum bij chronische pijn, meestal voor zenuwblokkade bij terminale kankerpatiënten [4 p.19]; isoniazide, 50- mg/ml, per injectie, wanneer isoniazide als tuberculostaticum is geïndiceerd bij patiënten die niet kunnen slikken [4 p.125-7]. Resultaten De geschatte leeftijden waarop begonnen wordt met de behandeling en het geschatte aantal behandelde patiënten zijn vermeld in tabel 1. De curven waarin is uitgezet tegen de leeftijd zijn voor deze vijf

Tabel 2 GEZONDHEIDSWINST VOOR DE INDIVIDUELE PATIËNT* Isoniazide 25,0 (figuur 1) Methylthionine 16,4 (figuur 2) Liothyronine 6,4 (figuur 3) Apomorfine 1,3 (figuur 4) Fenol 1,0 (figuur 5) * Op een totaal van 72 arbitraire eenheden Tabel 3 GEZONDHEIDSWINST VOOR HEEL NEDERLAND* Methylthionine 16.416 Fenol 2.000 Isoniazide 1.249 Apomorfine 520 Liothyronine 319 * Arbitraire eenheden geneesmiddelen weergegeven in de figuren 1-5. Het grijze oppervlak is de geschatte. De linker begrenzing van dit oppervlak is het geschatte verloop van de gezondheid respectievelijk de zonder medicament; de rechter begrenzing van het gearceerde oppervlak is het geschatte verloop met medicament. Het oppervlak onder de curve wordt gemeten, in arbitraire eenheden. Op de verticale as is de uitgezet; de lengte van deze as is = 1,0. Op de horizontale as is de leeftijd uitgezet, in eenheden van 5jaren. Het oppervlak wordt berekend als de som van de over de 5-jaarsperiodes. Zo gemeten bestaat het leven van de gemiddelde man (levensverwachting 74 jaren) uit een totaal van 72,0 arbitraire eenheden. De verkregen schattingen van de door elk preparaat zijn weergegeven in tabel 2. De schattingen van de voor de gehele Nederlandse bevolking werd verkregen door de individuele te vermenigvuldigen met het geschatte aantal patiënten (tabel 3). Op basis van deze schattingen van de voor de gehele Nederlandse bevolking kunnen de vijf preparaten ingedeeld worden in 3 groepjes: de winst met methylthionine is het hoogst; met fenol en isoniazide is er een matige, en met apomorfine en liothyronine een geringe. GEVOLGEN VAN ONZEKERHEDEN IN DE SCHATTINGEN Omdat deze berekeningen feitelijk gebaseerd zijn op ruwe schattingen, is de resulterende volgorde mede afhankelijk van de onzekerheid van deze schattingen. Het is dus belangrijk te weten in hoeverre de gevonden volgorde gevoelig is voor variaties in deze schattingen; deze procedure wordt een gevoeligheidsanalyse genoemd. Gevolgen van de onzekerheid worden vastgesteld door de boven- en ondergrenzen van de schatting door te rekenen. Hierdoor wordt een interval verkregen waarbinnen de werkelijke waarde gelegen is. Om van werkelijke verschillen te kunnen spreken mogen de intervallen elkaar niet overlappen. De schattingen van de leeftijd waarop de ziekte zich manifesteert en van het aantal patiënten werden gevarieerd, en doorgerekend naar. Met deze gevarieerde waarden voor de variabelen werden opnieuw de oppervlakten onder de curven berekend (tabel 4 en figuur 6). De veranderingen in de volgorde, door variaties in de schattingen, zijn als volgt (figuur6): De drijfveer Het maken van een keuze uit een groot aantal aanvragen is een gewichtige gebeurtenis. Is het mogelijk het keuzeproces objectief en rationeel te laten verlopen? Een mogelijkheid in deze richting is het het concept. Onze eerste ervaringen met dit nieuwe concept bieden boeiende perspectieven. 5 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 3 Maatwerk...... bij het geven van een persoonlijk advies door de diëtist. De effecten van het dieet worden gemeten, om de adviezen te kunnen optimaliseren. Op vergelijkbare wijze dient een individuele geneesmiddelbereiding evidencebased te zijn, voor een optimaal resultaat [33]

Tabel 4 BOVEN- EN ONDERGRENZEN VAN DE VARIABELEN VOOR GEBRUIK IN DE GEVOELIGHEIDSANALYSE Aantal patiënten Leeftijd (jaar) bij Berekende per jaar start behandeling voor geheel Nederland Methylthionine Geschatte waarde 0 50 16.400 Boven- en ondergrens 500 en 3000 40 en 60 8.030-49.200 Fenol Geschatte waarde 2000 65 2.000 Boven- en ondergrens 1500 en 2500 50 en 80 1.500-2.500 Isoniazide Geschatte waarde 50 45 1.249 Boven- en ondergrens 30 en 30 en 60 298-992, 749-2.500, 1.200-3.990 Apomorfine Geschatte waarde 400 70 520 Boven- en ondergrens 300 en 500 55 390-650 Liothyronine Geschatte waarde: 50 70 319 Boven- en ondergrens 30 en 50 192-638, 422-1.410 Figuur 6 Geschatte van de vijf preparaten, met resultaten van de gevoeligheidsanalyse. Weergegeven zijn maximum-, middenen minimumschattingen. De getallen bij liothyronine en isoniazide geven de verschillende startleeftijden weer [34] Gezondheidswinst (arbitraire eenheden) 60.000 50.000 40.000 30.000 20.000 10.000 0 liothyronine 70 liothyronine 55 apomorfine isoniazide 60 isoniazide 45 isoniazide 30 fenol methylthionine behoudt de eerste positie met duidelijke voorsprong; fenol (2e) en isoniazide (3e) kunnen van plaats wisselen; apomorfine (4e) en liothyronine (5e) kunnen van plaats wisselen. methylthionine De gevonden volgorde is dus enigszins gevoelig voor variaties in de schattingen, maar voor de vijf onderzochte preparaten bleef de volgorde toch vrijwel gelijk: eerst methylthionine, dan fenol en isoniazide, en daarna apomorfine en liothyronine. Beschouwing Met behulp van het begrip en de bijbehorende berekeningen blijkt het mogelijk een volgorde van te bereiken te bepalen. Door verschillen in het aantal behandelde patiënten blijkt dat de per patiënt een andere volgorde vertoont dan de voor de Nederlandse bevolking als geheel. De volgorde van de, bekeken vanuit patiëntperspectief (tabel 2) en vanuit maatschappelijk perspectief (tabel 3) verschilt opvallend. Isoniazide heeft de hoogste voor de individuele patiënt, en fenol de laagste. Wat betreft van de gehele Nederlandse bevolking scoort echter fenol tweede en isoniazide derde. Dit verschil wordt veroorzaakt door het grote verschil in het aantal behandelde patiënten (tabel 1). De berekening van de prioritering volgens de voor de patiënt volgt een rationeel criterium. Omdat de schattingen en berekeningen vrijwel onafhankelijk zijn van de belangen van deelnemers en aanvragers, kan het een objectieve methode genoemd worden. Door het begrip kunnen ogenschijnlijk onvergelijkbare resultaten van farmacotherapie toch met elkaar worden vergeleken.

Welke preparaten komen het eerst in het FNA? Gezondheidswinst is een interessant concept, met name om de effecten van zorg meetbaar en dus zichtbaar te maken. Waardoor wordt verkregen? Belangrijk zijn: interventies van de huisarts, bijvoorbeeld toediening van vaccins, wondbehandeling, voorschrijven van geneesmiddelen; interventies van de specialist, bijvoorbeeld operatief verwijderen van een gezwel; interventies met geneesmiddelen, bijvoorbeeld het effect van een antibioticum; interventies met door de apotheker bereide geneesmiddelen, bijvoorbeeld dermatica, parenteralia; interventies van apotheker/apotheekteam, bijvoorbeeld bevordering van therapietrouw door overleg en samenwerking met de patiënt; en, eigenlijk op de eerste plaats, de patiënt zelf, die al die professionele adviezen ten uitvoer legt. Een deel van de door geneesmiddelen kan worden toegeschreven aan de apotheker, met name door: de farmaceutische patiëntenzorg: onder andere medicatiebewaking, medicatiebegeleiding; de apotheekbereidingen; bevordering van therapietrouw; bevordering van juist gebruik van hulpmiddelen; het goed vervullen zijn distributiefunctie. Het maken van keuzes in de zorg roept ethische en filosofische vragen op. Het is voorstelbaar dat een zorgverlener/apotheker eigenlijk niet wíl kiezen, omdat het belang van de patiënt eenvoudig dwingt om de betre±ende zorg te verlenen, onafhankelijk van andere factoren. Bij schaarse middelen is het echter onontkoombaar keuzes te maken; het is dan wel van belang hierbij zorgvuldigheid te betrachten. De hier voorgestelde methode is rationeel en objectief, maar pretendeert niet de enige methode te zijn. Gezondheidswinst is niet het enige mogelijke criterium; ook ethische, beleidsmatige en andere criteria kunnen hun rol spelen bij beslissingen over de volgorde van op te stellen voorschriften. Ook de kosten van het opstellen van het voorschrift, de kosten van het bereiden en de kosten voor de gemeenschap kunnen factoren zijn die de keuze kunnen beïnvloeden. Maar door de te schatten wordt wel op objectieve en rationele wijze inzicht verkregen in de vraag welk voorschrift het belangrijkste is voor de gezondheid van de Nederlandse patiënt. De beschreven methode zou kunnen fungeren als eerste optie bij het maken van keuzes, waarbij zou kunnen gelden dat slechts kan worden afgeweken van de gevonden volgorde als dit met valide argumenten onderbouwd is. Een noodzakelijke vervolgstap in het keuzeproces is het schatten van de kosten die nodig zijn om de geschatte te behalen. Dit betreft niet alleen kosten van de apotheek maar wellicht ook extra kosten en/of besparingen op andere medische voorzieningen. Conclusie Door op rationele wijze de, respectievelijk de vermindering van de ziektelast te berekenen voor de vijf genoemde indicaties, werd een prioritering verkregen van vijf voorschriften. Het blijkt mogelijk met behulp van het concept prioriteiten te stellen in een lijst van aanvragen voor een FNA-voorschrift DANKBETUIGING Onze dank gaat uit naar mevrouw Y.M.A.W. van Kooij (WINAp Bereiding); W.J.M.J. Rutten, H.S. Lau, mevrouw P.M.L.A. van den Bemt (SIG Doelmatigheid, NVZA); P.P.H. Le Brun, mevrouw C.T.M. van der Linden, J. den Hartigh (Stuurgroep Parenteralia, NVZA) en mevrouw M.L.Essink-Bot (Instituut voor Maatschappelijke Gezondheidszorg, Erasmus Universiteit Rotterdam). LITERATUUR 1 Bouwman-Boer Y, Van de Vaart FJ, Kloeg PHAM. Alleen beschikbaar als apotheekbereiding. Apotheekbereiding in de geneesmiddelenvoorziening 1. Pharm Weekbl 1999;134(16): 578-81. 2 Murray CLJ, Lopez AD, red. The global burden of disease and injury series. Cambridge (VS): Harvard University Press, 1990 -... 3 Ruwaard D, Kramers PGN, red. Volksgezondheid Toekomst Verkenning 1997. De som der delen. Utrecht: Elsevier/De Tijdstroom, 1997. 4 Informatorium medicamentorum 1998. Den Haag: Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie, 1998. 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 3 Maatwerk...... bij de bereiding in de openbare apotheek. De apotheker maakt een morfine-injectie klaar. Bij de bereiding door de apotheek wordt vaak gedacht aan het maken van zalfjes en drankjes, maar het arsenaal aan verschillende soorten bereidingen is veel groter. Dankzij de eigen bereidingen in de apotheek is farmaceutisch maatwerk mogelijk, hetgeen bijvoorbeeld thuiszorg mede mogelijk maakt.