RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK Wessel Gansfortcollege Heerdenpad Afdeling vwo Plaats: Groningen BRIN-nummer: 14RP Arrangementsnummer: Onderzoek uitgevoerd op: 12 juni 2012 Conceptrapport verzonden op: 02 juli 2012 Rapport vastgesteld te Zwolle op: 27 augustus 2012 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
Pagina 2 van 6 HB3324300
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 12 juni 2012 een onaangekondigd onderzoek uitgevoerd op het Wessel Gansfortcollege, locatie Heerdenpad, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op de afdeling vwo van deze locatie. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende: De inspectie heeft op 15 december 2011 een onderzoek uitgevoerd op de afdeling vwo van het Wessel Gansfortcollege - Heerdenpad. De inspectie beoordeelde de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling als zeer zwak. De opbrengsten waren over drie jaar gemeten onvoldoende. Daarbij vertoonde het onderwijsproces ernstige tekortkomingen. Naar aanleiding van dit onderzoek in 2011, is een toezichtplan opgesteld. De inspectie heeft afgesproken om in mei of juni 2012 een onaangekondigd bezoek af te leggen, om tussentijds vast te stellen wat de voortgang is van de verbeteractiviteiten op deze afdeling. In beginsel wordt het traject van geïntensiveerd toezicht afgesloten in december 2013, maar dit tussentijds kwaliteitsonderzoek heeft eveneens als doel op vast te stellen of de afdeling vwo het traject eerder kan afsluiten, namelijk in december 2012 (tegelijk met de afdeling havo). Onderzoeksopzet De inspectie heeft drie normindicatoren onderzocht, die bij het kwaliteitsonderzoek in 2011 onvoldoende waren. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: - Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. - Onaangekondigd schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen. Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met het management. - Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader vo 2011. In het jaarwerkplan verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht. Deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 3 van 6 HB3324300
2. BEVINDINGEN 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De indicatoren met een asterisk zijn de normindicatoren; zij spelen een beslissende rol bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Leerstofaanbod 2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. 1 2 3 4 Didactisch handelen 1 2 3 4 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 1 2 3 4 Pagina 4 van 6 HB3324300
2.2 Beoordeling Algemeen beeld De inspectie heeft bij het onaangekondigde onderzoek geconstateerd dat er een goede verbetering zichtbaar is in de lessen op de afdeling vwo. De actieve betrokkenheid van leerlingen is sterk toegenomen. Ten aanzien van de andere twee onderdelen: het taalbeleid en het gebruik van genormeerde toetsen, concludeert de inspectie dat er aantoonbare verbetering is maar dat de implementatie van beide onderdelen nog niet gereed is. Toelichting Het bovenstaande algemene oordeel van de inspectie wordt hieronder toegelicht. Ten eerste het oordeel op indicator 5.3: de actieve betrokkenheid van leerlingen. De inspectie zag tijdens het onaangekondigde bezoek op 12 juni een flink aantal lesdelen op de afdeling vwo. Slechts in een enkele les was het oordeel dat de leerlingen onvoldoende betrokken waren bij de les. Over het algemeen is de houding van leerlingen actief. De docenten hanteren een verscheidenheid aan werkvormen om de leerlingen te activeren. De inspectie zag een grote diversiteit in de lessen, van meer traditionele leraargestuurde lessen tot lessen waarin leerlingen zelf verantwoordelijk waren voor hun leren, door in groepen samen te werken. De variatie in de lessen speelt een positieve rol in de stimulering en activering van de leerlingen. Regelmatig stond het programma en het doel van de les op het bord. Ook valt op dat bij de vreemde talen in de meeste gevallen de doeltaal als voertaal wordt gehanteerd. Bij het kwaliteitsonderzoek in 2011 was de inspectie zeer kritisch over de wijze waarop de lessen ingevuld waren; er was te weinig aandacht voor de inbreng van leerlingen, er waren nauwelijks gevarieerde werkvormen zichtbaar en de leraren waren weinig uitnodigend. In relatief korte tijd heeft het team een goede ontwikkeling tot stand weten te brengen. Ten aanzien van het taalbeleid (indicator 2.3) concludeert de inspectie dat het team meer dan in 2011 zicht heeft op de taalvaardigheden van de leerlingenpopulatie. De toetsgegevens van de brugklassen zijn geanalyseerd. Er is ondersteuning voor individuele leerlingen die een taalachterstand hebben. Daarnaast is gewerkt aan de bewustwording bij docenten; iedere docent is een taaldocent. In studiemiddagen zijn de uitgangspunten van het taalbeleid aan bod gekomen. Er zijn afspraken gemaakt over de taalondersteuning in alle lessen. Het taalbeleidsplan zal worden herschreven. Volgend jaar zal aan alle leerlingen in de brugklas taalhulp worden geboden in verplichte taaluren. De inspectie ziet goede aanzetten voor taalbeleid in de school. Op dit moment is de implementatie nog onvoldoende ver gevorderd. In de geobserveerde lessen waren de gemaakte afspraken ten aanzien van taalondersteuning nog niet zichtbaar. Ten slotte indicator 7.2, het gebruik van landelijk genormeerde toetsen voor de kernvakken taal en rekenen. De school neemt nu in het eerste jaar landelijk genormeerde toetsen af voor beide vakken. Volgend jaar zal in het tweede jaar een volgende toets worden afgenomen, om de voortgang bij dit cohort leerlingen te kunnen vaststellen. De norm van de inspectie is dat in de eerste twee leerjaren landelijk genormeerde toetsen worden ingezet en gebruikt. De implementatie van dit onderdeel zal volgende jaar zijn beslag krijgen. Samenvattend is op een van de drie onderzochte normindicatoren nu sprake van een voldoende oordeel. De overige twee normindicatoren zijn nog niet voldoende maar wel goed in ontwikkeling. In het proces is dus sprake van een positieve ontwikkeling. De inspectie betrekt bij haar oordeel over het vervolgtoezicht ook de opbrengsten van de afdeling vwo. Deze laten nog nauwelijks verbetering zien. Wel is op de opbrengstenkaart 2012 is het gemiddeld ce-cijfer iets gestegen (van een 5,8 naar 6,0), maar nog van onvoldoende niveau. Het verschil se-ce is iets gedaald maar over drie jaar nog ruim boven de 0,5. Het bovenbouwrendement is nu ook onvoldoende, slechts 47 procent van de vwo leerlingen stroomt onvertraagd door naar het diploma. De schoolleiding geeft aan dat de ingezette verbeteringen in het proces en in de determinatie niet op korte termijn tot grote stappen in de opbrengsten zullen leiden. Ook dit jaar zal het examen vwo wellicht niet veel beter uitvallen. Pagina 5 van 6 HB3324300
3. TOEZICHTARRANGEMENT De inspectie handhaaft voor de afdeling vwo van het Wessel Gansfortcollege Heerdenpad het aangepast arrangement zeer zwak. De kwaliteit van het proces laat verbeteringen zien. Er zijn nu nog twee normindicatoren onvoldoende. De kwaliteit van de opbrengsten is nog niet verbeterd. De aanvullende vraag van dit tussentijds kwaliteitsonderzoek was of het mogelijk is om voor de afdeling vwo het traject van geïntensiveerd toezicht eerder af te sluiten, namelijk in december 2012 (tegelijk met de afdeling havo). Op dit moment is het niet mogelijk om te beslissen tot een versnelling van het traject. De inspectie heeft met het bevoegd gezag afgesproken om de huidige examengegevens van het schooljaar 2011/2012 - te betrekken bij deze beslissing. De school stuurt in september 2012 een analyse van de examenresultaten en een analyse van de recente rendementsgegevens. Op basis van deze gegevens beslist de inspectie over het vervolg. Als er inderdaad nog te weinig verbetering zichtbaar is in de opbrengsten, dan handhaaft de inspectie de einddatum van december 2013 voor de afdeling vwo. Wel kan de inspectie besluiten om in december 2012, als het OKV voor de afdeling havo plaatsvindt, de afdeling vwo opnieuw te bezoeken met een tussentijds kwaliteitsonderzoek. Op dat moment kan de voortgang op de beide onvoldoende normindicatoren worden vastgesteld. Pagina 6 van 6 HB3324300
RAPPORT VAN BEVINDINGEN TUSSENTIJDS KWALITEITSONDERZOEK Wessel Gansfortcollege Heerdenpad Afdeling vwo Plaats: Groningen BRIN-nummer: 14RP Arrangementsnummer: Onderzoek uitgevoerd op: 12 juni 2012 Conceptrapport verzonden op: 02 juli 2012 Rapport vastgesteld te Zwolle op: 27 augustus 2012 Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.
Pagina 2 van 6 HB3324300
1. INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 12 juni 2012 een onaangekondigd onderzoek uitgevoerd op het Wessel Gansfortcollege, locatie Heerdenpad, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op de afdeling vwo van deze locatie. Aanleiding De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende: De inspectie heeft op 15 december 2011 een onderzoek uitgevoerd op de afdeling vwo van het Wessel Gansfortcollege - Heerdenpad. De inspectie beoordeelde de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling als zeer zwak. De opbrengsten waren over drie jaar gemeten onvoldoende. Daarbij vertoonde het onderwijsproces ernstige tekortkomingen. Naar aanleiding van dit onderzoek in 2011, is een toezichtplan opgesteld. De inspectie heeft afgesproken om in mei of juni 2012 een onaangekondigd bezoek af te leggen, om tussentijds vast te stellen wat de voortgang is van de verbeteractiviteiten op deze afdeling. In beginsel wordt het traject van geïntensiveerd toezicht afgesloten in december 2013, maar dit tussentijds kwaliteitsonderzoek heeft eveneens als doel op vast te stellen of de afdeling vwo het traject eerder kan afsluiten, namelijk in december 2012 (tegelijk met de afdeling havo). Onderzoeksopzet De inspectie heeft drie normindicatoren onderzocht, die bij het kwaliteitsonderzoek in 2011 onvoldoende waren. Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: - Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. - Onaangekondigd schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen. Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met het management. - Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader vo 2011. In het jaarwerkplan verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht. Deze documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Dit wordt gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 3 van 6 HB3324300
2. BEVINDINGEN 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De indicatoren met een asterisk zijn de normindicatoren; zij spelen een beslissende rol bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) Leerstofaanbod 2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. 1 2 3 4 Didactisch handelen 1 2 3 4 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 1 2 3 4 Pagina 4 van 6 HB3324300
2.2 Beoordeling Algemeen beeld De inspectie heeft bij het onaangekondigde onderzoek geconstateerd dat er een goede verbetering zichtbaar is in de lessen op de afdeling vwo. De actieve betrokkenheid van leerlingen is sterk toegenomen. Ten aanzien van de andere twee onderdelen: het taalbeleid en het gebruik van genormeerde toetsen, concludeert de inspectie dat er aantoonbare verbetering is maar dat de implementatie van beide onderdelen nog niet gereed is. Toelichting Het bovenstaande algemene oordeel van de inspectie wordt hieronder toegelicht. Ten eerste het oordeel op indicator 5.3: de actieve betrokkenheid van leerlingen. De inspectie zag tijdens het onaangekondigde bezoek op 12 juni een flink aantal lesdelen op de afdeling vwo. Slechts in een enkele les was het oordeel dat de leerlingen onvoldoende betrokken waren bij de les. Over het algemeen is de houding van leerlingen actief. De docenten hanteren een verscheidenheid aan werkvormen om de leerlingen te activeren. De inspectie zag een grote diversiteit in de lessen, van meer traditionele leraargestuurde lessen tot lessen waarin leerlingen zelf verantwoordelijk waren voor hun leren, door in groepen samen te werken. De variatie in de lessen speelt een positieve rol in de stimulering en activering van de leerlingen. Regelmatig stond het programma en het doel van de les op het bord. Ook valt op dat bij de vreemde talen in de meeste gevallen de doeltaal als voertaal wordt gehanteerd. Bij het kwaliteitsonderzoek in 2011 was de inspectie zeer kritisch over de wijze waarop de lessen ingevuld waren; er was te weinig aandacht voor de inbreng van leerlingen, er waren nauwelijks gevarieerde werkvormen zichtbaar en de leraren waren weinig uitnodigend. In relatief korte tijd heeft het team een goede ontwikkeling tot stand weten te brengen. Ten aanzien van het taalbeleid (indicator 2.3) concludeert de inspectie dat het team meer dan in 2011 zicht heeft op de taalvaardigheden van de leerlingenpopulatie. De toetsgegevens van de brugklassen zijn geanalyseerd. Er is ondersteuning voor individuele leerlingen die een taalachterstand hebben. Daarnaast is gewerkt aan de bewustwording bij docenten; iedere docent is een taaldocent. In studiemiddagen zijn de uitgangspunten van het taalbeleid aan bod gekomen. Er zijn afspraken gemaakt over de taalondersteuning in alle lessen. Het taalbeleidsplan zal worden herschreven. Volgend jaar zal aan alle leerlingen in de brugklas taalhulp worden geboden in verplichte taaluren. De inspectie ziet goede aanzetten voor taalbeleid in de school. Op dit moment is de implementatie nog onvoldoende ver gevorderd. In de geobserveerde lessen waren de gemaakte afspraken ten aanzien van taalondersteuning nog niet zichtbaar. Ten slotte indicator 7.2, het gebruik van landelijk genormeerde toetsen voor de kernvakken taal en rekenen. De school neemt nu in het eerste jaar landelijk genormeerde toetsen af voor beide vakken. Volgend jaar zal in het tweede jaar een volgende toets worden afgenomen, om de voortgang bij dit cohort leerlingen te kunnen vaststellen. De norm van de inspectie is dat in de eerste twee leerjaren landelijk genormeerde toetsen worden ingezet en gebruikt. De implementatie van dit onderdeel zal volgende jaar zijn beslag krijgen. Samenvattend is op een van de drie onderzochte normindicatoren nu sprake van een voldoende oordeel. De overige twee normindicatoren zijn nog niet voldoende maar wel goed in ontwikkeling. In het proces is dus sprake van een positieve ontwikkeling. De inspectie betrekt bij haar oordeel over het vervolgtoezicht ook de opbrengsten van de afdeling vwo. Deze laten nog nauwelijks verbetering zien. Wel is op de opbrengstenkaart 2012 is het gemiddeld ce-cijfer iets gestegen (van een 5,8 naar 6,0), maar nog van onvoldoende niveau. Het verschil se-ce is iets gedaald maar over drie jaar nog ruim boven de 0,5. Het bovenbouwrendement is nu ook onvoldoende, slechts 47 procent van de vwo leerlingen stroomt onvertraagd door naar het diploma. De schoolleiding geeft aan dat de ingezette verbeteringen in het proces en in de determinatie niet op korte termijn tot grote stappen in de opbrengsten zullen leiden. Ook dit jaar zal het examen vwo wellicht niet veel beter uitvallen. Pagina 5 van 6 HB3324300
3. TOEZICHTARRANGEMENT De inspectie handhaaft voor de afdeling vwo van het Wessel Gansfortcollege Heerdenpad het aangepast arrangement zeer zwak. De kwaliteit van het proces laat verbeteringen zien. Er zijn nu nog twee normindicatoren onvoldoende. De kwaliteit van de opbrengsten is nog niet verbeterd. De aanvullende vraag van dit tussentijds kwaliteitsonderzoek was of het mogelijk is om voor de afdeling vwo het traject van geïntensiveerd toezicht eerder af te sluiten, namelijk in december 2012 (tegelijk met de afdeling havo). Op dit moment is het niet mogelijk om te beslissen tot een versnelling van het traject. De inspectie heeft met het bevoegd gezag afgesproken om de huidige examengegevens van het schooljaar 2011/2012 - te betrekken bij deze beslissing. De school stuurt in september 2012 een analyse van de examenresultaten en een analyse van de recente rendementsgegevens. Op basis van deze gegevens beslist de inspectie over het vervolg. Als er inderdaad nog te weinig verbetering zichtbaar is in de opbrengsten, dan handhaaft de inspectie de einddatum van december 2013 voor de afdeling vwo. Wel kan de inspectie besluiten om in december 2012, als het OKV voor de afdeling havo plaatsvindt, de afdeling vwo opnieuw te bezoeken met een tussentijds kwaliteitsonderzoek. Op dat moment kan de voortgang op de beide onvoldoende normindicatoren worden vastgesteld. Pagina 6 van 6 HB3324300