1. Geografische namen. Geografiaj nomoj. 4. Agentschappen. Oficejoj. 2. Situering. Situo. 5. Luchthaven, station. Flughaveno, stacidomo.

Vergelijkbare documenten
MEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1

Waarom Esperanto en hoe leer je het? Piet Buijnsters

Melkweg. Hier is de bon. Lezen Alfa A. Naar de winkel

Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1

ISK Leerlijn. Alfabetisering. zitten. een twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien

- je kan me wat - module 3. docere delectare movere. je kan me wat nt2taalmenu.nl module 3. tekeningen -

REGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.

Melkweg. De deur op slot. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Wonen: Veilig wonen

Wat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.

Programma Nederlands Praten

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Auteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten

Informatieboekje: NEIGHBOUR TOES

Spreekopdrachten thema 4 Wonen

Leesboekje eten en drinken

Dat is een koopje! HOOFDSTUK 8 WOORDEN. Kies het goede woord. Ik ga even naar de... Ik ga sla en tomaten halen. a groenteman b slager

LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1

de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.

Wat aten mensen vroeger?

- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -

V O O R B E R E I D I N G

Wat eten we vanavond?

Veertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel

Te huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement

Leesboekje de omgeving

WIJ GAAN OP KAMP! JEUGDVERBLIJF MERKENVELD - ZEDELGEM-LOPPEM 2/07/ 18-10/07/ 18

IMMI Montjoie Montjoielaan, Ukkel

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 2 Het lichaam

Spreekopdrachten thema 3 Vervoer

WC01 01A IK BEN EEN HEER IK BEN EEN MAN WC01 01B HIJ IS EEN MAN WC01 02A HIJ IS EEN HEER WC01 02B IK BEN EEN VROUW WC01 03A IK BEN EEN DAME

De jeugd van je opa en oma

REGELS. Wat hoort bij elkaar?

Les 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30

Begeleiders: mevr. P. Peeters - stage/verzorging/opvoedkunde - Gsm mevr. K. Leus - stage/expressie - Gsm:

Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 5 Eten

Dinie Ea van Oort Verhaalland Taalleerlijn

KAMPBOEKJE. JRKamp 2017, Maaseik. Op kamp met Chacha de Chinees augustus Alles wat je moet weten om dit geweldige kamp te overleven

ALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN

Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen

Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag.

IN DE TREIN LES 1. Meer of minder

Thema Op zoek naar werk. Lesbrief 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Wat zie je er leuk uit!

Melkweg. Goede reis. Lezen van Alfa A naar Alfa B. Reizen

Herhalingsoefeningen. Thema 3 Familie en relaties. 1 Woorden. Familie

MODULE 1 OPDRACHT 16. OPDRACHT heten 2. heet 3. heet 4. heten 5. heet 6. heten 7. heet 8. heet 9. heten 10. heet

1c nr. 1: zinnen maken

Voor jou. Verhalen van mantelzorgers. Anne-Rose Hermer

ZEEKLASSEN voor de ouders van onze zeebonken

Melkweg. Lijn 5. Lezen Alfa A. Reizen

Dag! kennismaken. Ik ben Eric.

Antwoorden Thema 2 Feesten

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

- je kan me wat - module 4. docere delectare movere

Nederlands. Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso. Holandés. Course Content. Level 1 VERSION 3

Ik hoop dat U veel plezier beleeft in het samen praten met uw kind.

De leessleutel Begrijpend luisteren-lezen thema 1 verhaal 1 groep 3. Thema 1 Verhaal 1 bladzijde 2 t/m 5 van het leesboek

Inhoudstafel. Beste jins! 1. De reis 2. Dagplanning 3. Bagagelijst 5. Enkele afspraken 7. Nog vragen 8. Heenreis 2. Terugreis 2

Nieuwsbrief schoolreis editie 2

Goedendag! Ik, ik ben. Ben jij? En jij? Jij bent! nee. één. twee. drie. vier. vijf. zes. zeven. acht. negen. tien. Gaat het? Het gaat goed.

Geregeld spreken. Ditte Oost & Monique Schoorl ANTWOORDEN

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

reeks 1 leesboek 1 Leesteksten bij Leesboekje 7/43-1 1

voor de ouders van onze zeebonken

Wat vinden kinderen ervan?

Stijn, uitvinder zet een tent op

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A1 THEMA 3 VERVOER

Vragenkaartjes voor onderweg!

Leesboekje het huis. Leesboekje Het Huis Pagina 1

Eén Esperanto-les op school

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

Vragenlijst tieners. Algemene vragen. Waar woon jij?

Voorwoord. Bondi Sciarone

Wat vindt de ChristenUnie belangrijk. Verkiezingsprogramma in eenvoudige taal

Wat vindt de ChristenUnie belangrijk

Leesboekje het lichaam

Thema Op zoek naar werk. Demet TV. Lesbrief 7. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

de appel het fruit de peer de sinaasappel de banaan

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Kampboekje Jongwelpen 2014

Les 5. Tijd & het weer

Lesbrief 3. De fysiotherapeut.

Thema Op het werk. Les 12. De eerste werkdag

ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD

3 Jij gaat toch volgende week verhuizen? Je mag het... van mijn vriendin wel gebruiken! a bus b busje

Bladzijde 2 - In het magazijn

Thema Op zoek naar werk. Les 10. Het sollicitatiegesprek Afspraken maken

Spreekopdrachten thema 7 Werken

!! TWEEDE KAMPBRIEF!!

Toets Geletterdheid en Begrijpend Lezen

MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.

a a Leg 3 getallen van 2 cijfers en tel ze op. b d Bedenk sommen waar 180 uitkomt. Meer antwoorden. b Uit welke som komt 103?

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

Woordenschat Taal Actief groep 4 Thema 7 Les 1

grijs de bij het ijs de wijn de vijf de prijs de rijst de dijk het rijbewijs a b c d e f g h i j k l m n o p q r s t u v w x y z

!! TWEEDE KAMPBRIEF!!

JANUARI Yogacollege Tilburg. Telefoon:

Transcriptie:

1. Geografische namen. Geografiaj nomoj. België Belgio. Brussel Bruselo Nederland Nederlando. Amsterdam Amsterdamo Oekraine Ukrainio. Kiev Kijivo 4. Agentschappen. Oficejoj geldwisseldienst monŝanĝejo politie polico ziekenhuis hospitalo winkel vendejo post poŝtejo restaurant restoracio 2. Situering. Situo. land lando stad urbo straat strato 5. Luchthaven, station. Flughaveno, stacidomo. ingang enirejo uitgang elirejo boarding enaviadiliĝo op de trein stappen entrajniĝo 3. Geld. Mono. euro eŭro dollar dolaro yen eno douane doganejo kassa kaso bagagerek deponejo bagage bagaĝo billet bileto

6. Transport. Transporto. auto aŭto trein trajno vliegtuig aviadilo metro metroo bus buso troleybus trolebuso tram tramo taxi taksio 8. Elektrische aparaten. Elektroaparatoj. telefoon telefono gsm, mobieltje poŝtelefono computer komputilo televisie televidilo koelkast fridujo fotoaparaat fotilo 7. Reizen. Vojaĝoj. viza vizo paspoort pasporto uitstap ekskursoj kopen aĉeti rugzak dorsosako tent tendo boek libro kaart mapo rijden veturi vliegen flugi 9. Huis. Domo. deur pordo venster fenestro verdieping etaĝo apartement apartamento kamer ĉambro keuken kuirejo eetkamer manĝoĉambro slaapkamer dormoĉambro badkamer banĉambro wc necesejo

dochter filino opa avo oma avino gezin familio 10. Eetgerei. Manĝilaro. bord telero mes tranĉilo lepel kulero vork forko tas taso 12. Lichaamsdelen. Korpopartoj. hoofd kapo hersen cerbo oor orelo ogen okuloj haren haroj neus nazo 11. Mens. Homo. kind infano jongen knabo meisje knabino man viro vrouw virino man en vrouw (echtpaar) edzo kaj edzino (geedzoj) vader patro moeder patrino zoon filo mond buŝo tanden dentoj hals kolo schouders ŝultroj hart koro rug dorso buik ventro hand mano arm brako voet piedo been gambo

13. Voedsel. Manĝaĵo. vlees viando spek lardo vis fiŝo soep supo borsch barĉo brood pano eieren ovoj kaas fromaĝo pizza pico groenten legomoj 14. Kleren. Vesto. hemd ĉemizo t-shirt T-ĉemizo jurk robo rok jupo broek pantalono schoenen ŝuoj overjas palto muts ĉapo kepi kepo jas jako taart torto gebak bakaĵo ontbijt matenmanĝo middagmaal tagmanĝo avondmaal vespermanĝo Drankjes trinkaĵoj: water akvo sap suko thee teo koffie kafo melk lakto 15. Boodschappen. Aĉeti. winkel vendejo markt bazaro prijs prezo maat dimensio

16. Badkamer. Banĉambro. zeep sapo shampoo ŝampuo tandpasta dentopasto tandenborstel dentobroso spiegel spegulo bad bankuvo badhanddoek bantuko 18. Cijfers. Numeraloj. 0 nul nulo 1 één unu 2 twee du 3 drie tri 4 vier kvar 5 vijf kvin 6 zes ses 7 zeven sep 8 acht ok 9 negen naŭ 10 tien dek 11 elf dek unu 23 drie en twintig dudek tri 17. Dagen van de week. Tagoj de semajno. maandag lundo dinsdag mardo woensdag merkredo donderdag ĵaŭdo vrijdag vendredo zaterdag sabato zondag dimanĉo 100 honderd cent 101 honderd en een cent unu 222 tweehonderd twee en twintig ducent dudek du 1000 duizend mil 3333 drieduizend driehonderd drie en dertig tri mil tricent tridek tri 1 000 000 één miljoen miliono 2 002 000 twee miljoen twee duizend du milionoj du mil 2 000 000 000 twee miljard du miliardoj

19. Bijvoegelijke naamwoorden. Adjektivoj. hoog alta laag malalta lang longa kort mallonga groot granda klein malgranda duur multekosta goedkoop malmultekosta dik dika dun maldika goed bona slecht malbona rood ruĝa geel flava groen verda 20. Persoonlijke voornaamwoorden. Personaj pronomoj. ik mi wij ni jij, jullie vi hij li zij ŝi het ĝi zij ili 21. Handige zinnen. Utilaj frazoj. Goede morgen! Bonan matenon! Goede dag! Bonan tagon! Goeden avond! Bonan vesperon! Tot ziens! Ĝis (la) revido! Goede nacht! Bonan nokton! neen ne ja jes dank u dankon alsjeblieft bonvolu 22. Kennismaking. Konatiĝo. Wie ben jij? Kiu vi estas? Ik ben André. Mi estas Andreo. Hoe gaat het? Kiel vi fartas? Goed, dank je. Bone, dankon. Uit welk land kom je? El kiu lando vi estas? Ik kom uit België. Mi estas el Belgio. :)