2010 van Minitab, Inc. Alle rechten voorbehouden. Versie 16.1.0 Minitab, het Minitab-logo, Quality Companion by Minitab en Quality Trainer by Minitab



Vergelijkbare documenten
1. Introductie tot SPSS

Migreren naar Access 2010

Enkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

Gemiddelde, mediaan, kwartielen, interkwartielafstand, minimum, maximum, variantie, standaardafwijking, boxdiagrammen

Hoofdstuk 1: Het Excel Dashboard* 2010

Meervoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden

b. Maak een histogram van de verdeling van het groeiseizoen. Kies eerst klassen en maak een geschikte frequentietabel.

Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Gevorderd , Serasta Uitgegeven in eigen beheer Eerste druk: augustus 2012

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving

Microsoft Word 365. Kennismaken AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Grafieken Cirkeldiagram

Basiskennis van PowerPoint

Verband tussen twee variabelen

Bij het maken van deze opgave worden de volgende vragen beantwoord:

c. Geef de een-factor ANOVA-tabel. Formuleer H_0 and H_a. Wat is je conclusie?

Macro s. 4.2 Een macro maken

De knoppen op het lint verkennen Elk tabblad op het lint bevat groepen en elke groep bevat een reeks gerelateerde opdrachten.

De knoppen op het lint verkennen Elk tabblad op het lint bevat groepen en elke groep bevat een reeks gerelateerde opdrachten.

Inhoudsopgave Voorwoord 7 Nieuwsbrief 7 De website bij het boek 7 Introductie Visual Steps 8 Wat heeft u nodig? 8 Uw voorkennis 9 Bonushoofdstukken

Microsoft Word Kennismaken

Met een mailing of massaverzending kunt u een groot aantal documenten verzenden naar gebruikelijke adressen, die in een gegevensbestand staan.

Voer de gegevens in in een tabel. Definieer de drie kolommen van de tabel en kies als kolomnamen groep, vooraf en achteraf.

Fiery Command WorkStation 5.8 met Fiery Extended Applications 4.4

Excel 2013 Snelstartgids

S VERZENDEN MET AFDRUK SAMENVOEGEN

Handleiding Afdrukken samenvoegen

Taken automatiseren met Visual Basicmacro's

Enkele tips voor de bediening van deze DVD Belangrijk!

Bestanden ordenen in Windows 10

Calculatie tool. Handleiding. Datum Versie applicatie 01 Versie document

14 Opmaak Opmaak van taken Opsommingstekens [Outline symbols]

Aanmaken en gebruiken van een PowerPoint-model (Gedeeltelijk overgenomen van de website van Microsoft)

6. Reeksen

CycloAgent v2 Handleiding

SPSS Introductiecursus. Sanne Hoeks Mattie Lenzen

Voor alle printers moeten de volgende voorbereidende stappen worden genomen: Stappen voor snelle installatie vanaf cd-rom

Aan de slag met AdminView

Bosstraat 50 bus Lummen Tel.: Fax info@bestburo.be 1 van 42

1. Kennismaken met Impress

Het gebruik van SPSS voor statistische analyses. Een beknopte handleiding.

Hierbij is het steekproefgemiddelde x_gemiddeld= en de steekproefstandaardafwijking

d. Maak een spreidingsdiagram van de gegevens. Plaats de x-waarden op de x-as en de z-waarden op de y-as.

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.1, juli 2006

Elementen bewerken. Rev 00

MS PowerPoint Les 2. Wanneer we niet te veel tijd willen steken in de opmaak van onze presentatie, kunnen we gebruik maken van sjablonen.

3 Taken. 3.1 Inleiding. 3.2 Taken invoeren

Menu aansturing van SPSS voorbeeld in hoofdstuk 7 over Kaplan-Meier en Cox regressie survival analyses van recidive bij meisjes

Nero AG SecurDisc Viewer

The Nanny Personeel. Lokaal inloggen

INHOUDSOPGAVE. Inhoudsopgave

Alle systemen. Voor het eerst aan het werk met Windows 7 en Office Bestemd voor: Medewerkers Versie: 0.1 Datum: Eigenaar: SSC ICT

Startersgids. Nero BackItUp. Ahead Software AG

Menu aansturing van SPSS voorbeeld in paragraaf 6.5 van hoofdstuk 6 over multipele regressie analyses van recidive bij jongens

Hoofdstuk 16: Grafieken en diagrammen: hoe

Google Drive: uw bestanden openen en ordenen

Globale kennismaking

Fiery Driver Configurator

Erratum Windows 10 voor de beginnende senior computergebruiker

Twee types van invoegtoepassingen

waarin u gegevens in verschillende het wel goed doen Internet Opleidingscentrum

6. Tekst verwijderen en verplaatsen

DOCUMENT SAMENSTELLEN

Versienotities voor de klant Xerox EX Print Server Powered by Fiery voor de Xerox igen4 Press, versie 3.0

Aan de slag. Het lint weergeven of verbergen Klik op Weergaveopties voor lint of druk op Ctrl+F1 om het lint weer te geven of te verbergen.

Gmail: verzenden, beantwoorden, bijlagen en afdrukken

Badge it. Inhoudsopgave. 1. Installatie... 3

SPSS VOOR DUMMIES+ Werken met de NSE: enkele handige basisbeginselen. Gebaseerd op SPSS21.0 & Benchmarkbestand NSE 2014

Instellen back up Microsoft SQL database Bronboek Professional

3. Een dia met een grafiek met Excel 2007

VERSIE 5.1/5.2 SNELSTARTKAART VOOR WINDOWS 32-BITS

VERSIE 5.1/5.2 WINDOWS 16-BITS SNELSTARTKAART

I N H O U D S O P G A V E

Computervaardigheden. Basisvaardigheden Statistiek. Hoofdstuk 3 Grafieken en Rapporten

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.0

Aan de slag. Zie meer opties Klik op deze pijl om meer opties te bekijken in een dialoogvenster.

Grafieken in Word. Soort Leven 4,8 4,9 5,1 5,5 5,6 5,8 6,0 6,2 Annuïteiten 4,9 5,1 5,3 5,7 5,8 6,0 6,2 6,5

Handleiding werkwijze e-bestel site Smulders

Gebruikershandleiding

Meten, weten & beleid. 'Kennisopbouw en kennisuitwisseling databeheer' Workshop 4 2. En in Gent? Stadsmonitorresultaten in vogelvlucht.

Vergelijkingseditor 2007

3. Informatie overzichtelijk maken

Microsoft Offi ce OneNote 2003: een korte zelfstudie

Het belang van het ontwerp en het gebruik van templates

In dit document staat beschreven hoe je de meetgegevens vanuit Coach kunt opslaan en later in kunt lezen in Excel en hier een grafiek van kunt maken.

ICT en grote datasets havo wiskunde A en vwo wiskunde A/C

Handicom. Symbol for Windows. Image Manager. (Versie 4) Handicom, 2011, Nederland

1. Open de Bibliotheek verkenner. Dit kunt u in de Lint modus doen via View, de groep Toon, Bibliotheek Verkenner.

P-touch Editor starten

Sorteren, groeperen en totaliseren

b. Bepaal b1 en b0 en geef de vergelijking van de kleinste-kwadratenlijn.

De Verkenner heeft bij de meeste mensen een vast plekje op de Taakbalk, rechts van de

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op.

Gebruikershandleiding. FileMaker Pro. gebruiken met Microsoft Excel. Making FileMaker Pro Your Office Companion page 1

Uw gebruiksaanwijzing. CREATIVE DESKTOP WIRELESS 9000 PRO

Handleiding Nero InfoTool

Welkom bij de Picture Package DVD Viewer. De Picture Package DVD Viewer starten en afsluiten. Beelden bekijken. Beelden naar een computer kopiëren

U kunt de helpbestanden op verschillende manieren openen. Standaard activeert u de helpbestanden via de toets F1.

Gebruik van het Brother SmartUI Control Center op basis van Windows voor PaperPort 8.0 en Windows XP

Workshop Office365-basis: opdracht Word-bestanden plaatsen en delen

Transcriptie:

2010 van Minitab, Inc. Alle rechten voorbehouden. Versie 16.1.0 Minitab, het Minitab-logo, Quality Companion by Minitab en Quality Trainer by Minitab zijn geregistreerde handelsmerken van Minitab, Inc. in de Verenigde Staten en andere landen. Capability Sixpack, Process Capability Sixpack, ReportPad en StatGuide zijn alle handelsmerken van Minitab, Inc. Six Sigma is een geregistreerd handelsmerk en servicemerk van Motorola, Inc. Alle andere merken waarnaar wordt verwezen blijven het eigendom van de respectieve eigenaars. ii

Inhoudsopgave 1 Aan de slag 1-1 Doelstellingen................................................ 1-1 Overzicht.................................................... 1-1 Typografische conventies in deze gids.............................. 1-2 Het verhaal................................................... 1-3 Minitab STARTEN............................................... 1-3 Een werkblad openen........................................... 1-4 Wat is de volgende stap?........................................ 1-6 2 Gegevens in een grafiek uitzetten 2-1 Doelstellingen................................................ 2-1 Overzicht.................................................... 2-1 De gegevens onderzoeken....................................... 2-2 Relaties tussen twee variabelen beoordelen.......................... 2-8 Werken met grafieklay-outs en afdrukken........................... 2-12 Projecten opslaan............................................. 2-15 Wat is de volgende stap?....................................... 2-16 3 Gegevens analyseren 3-1 Doelstellingen................................................ 3-1 Overzicht.................................................... 3-1 Beschrijvende statistische gegevens weergeven....................... 3-2 Een ANOVA uitvoeren.......................................... 3-4 Werken met de Project Manager van Minitab......................... 3-9 Wat is de volgende stap?....................................... 3-11 4 Kwaliteit beoordelen 4-1 Doelstellingen................................................ 4-1 Overzicht.................................................... 4-1 iii

Stabiliteit van processen beoordelen............................... 4-2 Capaciteit van processen evalueren................................ 4-9 Wat is de volgende stap?...................................... 4-11 5 Experimenteel ontwerpen 5-1 Doelstellingen................................................ 5-1 Overzicht................................................... 5-1 Een experimenteel ontwerp maken................................ 5-2 Het ontwerp weergeven........................................ 5-5 Gegevens invoeren............................................ 5-5 Het ontwerp analyseren........................................ 5-6 Conclusies trekken............................................ 5-9 Wat is de volgende stap?...................................... 5-12 6 Sessieopdrachten gebruiken 6-1 Doelstellingen................................................ 6-1 Overzicht................................................... 6-1 Opdrachten inschakelen en typen................................. 6-2 Een serie opdrachten opnieuw uitvoeren............................ 6-4 Analyses herhalen met Exces-bestanden............................ 6-6 Wat is de volgende stap?....................................... 6-8 7 Een rapport genereren 7-1 Doelstellingen................................................ 7-1 Overzicht................................................... 7-1 Werken met het ReportPad...................................... 7-2 Een rapport opslaan........................................... 7-6 Een rapport kopiëren naar een tekstverwerkingsprogramma............ 7-7 Geïntegreerde functies voor het bewerken van grafieken gebruiken....... 7-8 Uitvoer verzenden naar Microsoft PowerPoint....................... 7-10 Wat is de volgende stap?...................................... 7-11 iv

8 Een werkblad voorbereiden 8-1 Doelstellingen................................................ 8-1 Overzicht.................................................... 8-1 Gegevens krijgen uit verschillende bronnen.......................... 8-2 Het werkblad voorbereiden voor een analyse......................... 8-5 Wat is de volgende stap?....................................... 8-11 9 Minitab aanpassen 9-1 Doelstellingen................................................ 9-1 Overzicht.................................................... 9-1 Opties instellen................................................ 9-2 Een aangepaste werkbalk maken.................................. 9-3 Sneltoetsen toewijzen........................................... 9-5 Standaardinstellingen van Minitab herstellen......................... 9-7 Wat is de volgende stap?........................................ 9-8 10 Hulp vragen 10-1 Doelstellingen............................................... 10-1 Overzicht................................................... 10-1 Antwoorden en informatie zoeken................................ 10-2 Overzicht van de Help-functie van Minitab.......................... 10-4 De Help-functie.............................................. 10-6 StatGuide................................................... 10-8 Session Command Help....................................... 10-10 Wat is de volgende stap?...................................... 10-11 11 Referentie 11-1 Doelstellingen............................................... 11-1 Overzicht................................................... 11-1 De Minitab-omgeving......................................... 11-2 Gegevens in Minitab.......................................... 11-5 Index........................................................ I-1 v

vi

1 Aan de slag Doelstellingen In dit hoofdstuk leert u het volgende: Werken met Ontdek Minitab, pagina 1-1 Minitab starten, pagina 1-3 Een werkblad openen en onderzoeken, pagina 1-4 Overzicht In Ontdek Minitab maakt u kennis met de functies van Minitab die het meest algemeen worden gebruikt. Bij het doorwerken van deze gids gebruikt u functies, maakt u grafieken en genereert u statistische gegevens. De inhoud van Ontdek Minitab houdt verband met de acties die u moet uitvoeren in uw eigen Minitab-sessies. U gebruikt een voorbeeldset van de functies van Minitab om het scala van functies en statistische mogelijkheden van Minitab te zien. Voor de meeste statistische analyses is een reeks stappen nodig, meestal ingegeven door achtergrondkennis of afhankelijk van het onderwerpsgebied dat u onderzoekt. In hoofdstuk 2 tot en met 5 worden de analysestappen geïllustreerd in een standaard Minitab-sessie: Gegevens onderzoeken met grafieken Statistische analyses en procedures uitvoeren Kwaliteit beoordelen Een experiment ontwerpen In hoofdstuk 6 tot en met 9 komen de volgende onderwerpen aan de orde: Sneltoetsen gebruiken om analyses in de toekomst te automatiseren Rapporten genereren Werkbladen voorbereiden Minitab aan uw behoeften aanpassen Ontdek Minitab 1-1

Hoofdstuk 1 Typografische conventies in deze gids Hoofdstuk 10, Hulp vragen, bevat informatie over de manier waarop u antwoorden op uw vragen krijgt en de Minitab Help-functie gebruikt. Hoofdstuk 11, Referentie, geeft een overzicht van de Minitab-omgeving en een overzicht van de typen en vormen van gegevens die in Minitab worden gebruikt. U kunt Ontdek Minitab op twee manieren doorwerken: Van begin tot eind, waarbij u als rode draad een gebruikelijke workflow van een fictieve online boekwinkel volgt, Door een bepaald hoofdstuk te selecteren om vertrouwd te raken met een bepaald onderdeel van Minitab. In Ontdek Minitab worden dialoogvensters en vensters geïntroduceerd op het moment dat u die nodig hebt om een stap in de analyse uit te voeren. Let tijdens uw werk op de volgende pictogrammen voor aanvullende informatie: Wijst op opmerkingen en tips Verwijst naar verwante onderwerpen in de Minitab Help-informatie en de StatGuide Typografische conventies in deze gids [Enter] [Alt]+[D] File Exit Klik op OK. Voer Pulse1 in. Geeft een toets aan, zoals de toets [Enter]. Geeft aan dat u de eerste toets ingedrukt moet houden en daarna op de tweede toets moet drukken. Bijvoorbeeld: houd de [Alt]-toets ingedrukt en druk op [D]. Geeft een menuopdracht aan, in dit geval: kies Exit in het menu File. Hier volgt een ander voorbeeld: Stat Tables Tally Individual Variables betekent: open het menu Stat, open het submenu Tables en kies Tally Individual Variables. Vetgedrukte tekst wordt gebruikt voor opties en knoppen in dialoogvensters en opdrachten in Minitab. Cursieve tekst wordt gebruikt voor tekst die u moet invoeren. 1-2 Ontdek Minitab

Het verhaal Aan de slag Het verhaal Een online boekwinkel heeft drie regionale expeditiecentra die zorgen voor de distributie van bestellingen naar consumenten. Elk expeditiecentrum gebruikt een ander computersysteem om orderinformatie in te voeren en te verwerken. Het bedrijf wil op al deze drie expeditiecentra hetzelfde computersysteem gebruiken om alle orders te kunnen integreren en door het hele bedrijf de meest efficiënte manier te hanteren. In de loop van dit boek analyseert u gegevens van de expeditiecentra terwijl u leert werken met Minitab. U maakt grafieken en voert statistische analyses uit om te bepalen welk computersysteem het meest efficiënt is en tot de kortste levertijd leidt. Nadat u hebt bepaald welk computersysteem het efficiëntst is, richt u zich op de gegevens van dit centrum. Om te beginnen maakt u controlediagrammen om te zien of het verzendproces van het centrum onder controle is. Vervolgens voert u een capaciteitsanalyse uit om te zien of het proces werkt binnen de specificatiegrenzen. Ten slotte voert u een ontworpen experiment uit om de processen van het expeditiecentrum verder te verbeteren. Bovendien leert u meer over sessieopdrachten en leert u hoe u rapporten genereert, werkbladen voorbereidt en Minitab aanpast. Minitab starten Voordat u met uw analyse begint, start u Minitab en bekijkt u goed de indeling van de vensters. Minitab starten 1 Kies in de taakbalk van Windows achtereenvolgens Start Programma's Minitab Minitab 16 Statistical Software. Minitab wordt geopend en er worden twee vensters weergegeven: In het venster Session worden de resultaten van uw analyse in tekstindeling weergegeven. In dit venster kunt u ook opdrachten invoeren, in plaats van de menu's van Minitab te gebruiken. Het gegevensvenster bevat een open werkblad, dat eruitziet als een spreadsheet. U kunt meerdere werkbladen openen: elk in een ander gegevensvenster. Ontdek Minitab 1-3

Hoofdstuk 1 Een werkblad openen Venster Session Gegevensvenster: Kolommen Rijen Cellen Zie De Minitab-omgeving op pagina 11-2 voor meer informatie over de Minitab-omgeving. Een werkblad openen U kunt op elk gewenst moment een nieuw, leeg werkblad openen. U kunt ook een of meer bestanden met gegevens openen. Wanneer u een bestand opent, kopieert u de inhoud van het bestand in het huidige Minitab-project. Wijzigingen die u binnen het project aanbrengt in het werkblad, hebben geen gevolgen voor het oorspronkelijke bestand. De gegevens voor de drie expeditiecentra zijn opgeslagen in het werkblad ShippingData.MTW. In sommige gevallen moet u uw werkblad voorbereiden voordat u met een analyse begint. Zie Hoofdstuk 8, Een werkblad voorbereiden, voor meer informatie over het opstellen van een werkblad. 1-4 Ontdek Minitab

Een werkblad openen Aan de slag Een werkblad openen Een werkblad onderzoeken 1 Kies File Open Worksheet. 2 Klik op Look in Minitab Sample Data folder, onder in het dialoogvenster. 3 Dubbelklik in de map Sample Data op Ontdek Minitab. Als u een andere map wilt opgeven waarin standaard Minitab-bestanden worden geopend en opgeslagen, kiest u achtereenvolgens Tools Options General. 4 Kies ShippingData.MTW en klik op Open. Als een berichtvenster verschijnt, schakelt u het selectievakje Do not display this message again in en klikt u op OK. Wanneer u dit bericht opnieuw wilt laten weergeven bij elk werkblad dat u opent, herstelt u de standaardinstellingen van Minitab. Zie Standaardinstellingen van Minitab herstellen op pagina 9-7 De gegevens zijn gerangschikt in kolommen, en worden ook wel variabelen genoemd. Het kolomnummer en de kolomnaam staan boven in elke kolom. Elke rij in het werkblad vertegenwoordigt een geval, dat wil zeggen, informatie over één boekbestelling. Kolom met datum-/ tijdgegevens Kolom met numerieke gegevens Kolom met alfanumerieke gegevens Kolomnaam Rijnummer In Minitab kunt u drie typen gegevens invoeren: numerieke, alfanumerieke en datum-/tijdgegevens Dit werkblad bevat gegevens van elk type. De gegevens bestaan uit: Ontdek Minitab 1-5

Hoofdstuk 1 Wat is de volgende stap? Naam van het expeditiecentrum Besteldatum Afleverdatum Aantal leveringsdagen Leveringsstatus ( On time geeft aan dat het boek op tijd is ontvangen; Back order geeft aan dat het boek momenteel niet in voorraad is; Late geeft aan dat het boek zes of meer dagen na bestelling is ontvangen) Afstand van het expeditiecentrum tot de afleverlocatie Zie Gegevens in Minitab op pagina 11-5 voor meer informatie over gegevenstypen. Wat is de volgende stap? Nu dat u een werkblad hebt geopend, bent u klaar om te gaan werken met Minitab. In het volgende hoofdstuk gebruikt u grafieken om gegevens te controleren op normaliteit en de relaties tussen variabelen te onderzoeken. 1-6 Ontdek Minitab

2 Gegevens in een grafiek uitzetten Doelstellingen In dit hoofdstuk leert u het volgende: Een plot met individuele waarden maken en interpreteren, pagina 2-2 Een histogram met groepen maken, pagina 2-4 Een histogram bewerken, pagina 2-5 Meerdere histogrammen op dezelfde pagina rangschikken, pagina 2-7 Help-informatie weergeven, pagina 2-9 Een scatterplot maken en interpreteren, pagina 2-10 Een scatterplot bewerken, pagina 2-11 Meerdere grafieken op dezelfde pagina rangschikken, pagina 2-13 Grafieken afdrukken, pagina 2-15 Een project opslaan, pagina 2-15 Overzicht Voordat u een statistische analyse uitvoert, kunt u met grafieken gegevens onderzoeken en relaties tussen de variabelen beoordelen. Grafieken zijn bovendien handig om resultaten mee samen te vatten en de interpretatie van statistische resultaten te vereenvoudigen. U hebt toegang tot de grafieken van Minitab via de menu's Graph en Stat. Er zijn ook ingebouwde grafieken beschikbaar met een groot aantal statistische opdrachten. Ontdek Minitab 2-1

Hoofdstuk 2 De gegevens onderzoeken Die grafieken kunnen u helpen resultaten te interpreteren en de geldigheid van statistische aannamen te beoordelen. Minitab biedt het volgende voor grafieken: Een afbeeldingengalerie waarin u een grafiektype kunt kiezen Flexibiliteit bij de aanpassing van grafieken, van het maken van deelverzamelingen van gegevens tot het opgeven van titels en voetnoten De mogelijkheid om de meeste grafiekelementen, zoals lettertypen, symbolen, lijnen, plaatsing van vinkjes en weergave van gegevens, te veranderen nadat de grafiek is gemaakt De mogelijkheid om grafieken automatisch bij te werken In dit hoofdstuk worden de gegevens van het expeditiecentrum onderzocht die u in het vorige hoofdstuk hebt geopend, waarbij grafieken worden gebruikt om gemiddelden te vergelijken, variabiliteit te onderzoeken, normaliteit te controleren en de relatie tussen variabelen te onderzoeken. Ga voor meer informatie over grafieken in Minitab naar Graphs in de Minitab Help-index en dubbelklik op de titel Overview. U geeft de Help-index weer door Help Help te kiezen en op het tabblad Index te klikken. De gegevens onderzoeken Voordat u een statistische analyse uitvoert, moet u eerst grafieken maken waarin belangrijke gegevenskenmerken worden weergegeven. Voor de gegevens van het expeditiecentrum wilt u naast de gemiddelde levertijd van elk expeditiecentrum ook weten hoe variabel de gegevens zijn binnen elk expeditiecentrum. U wilt ook bepalen of de gegevens van het expeditiecentrum normaal verdeeld zijn, zodat u standaard statistische methoden kunt gebruiken om de gelijkheid van gemiddelden te testen. Een plot met individuele waarden maken U vermoedt dat de levertijd verschilt voor de drie expeditiecentra. Maak een plot met individuele waarden om de gegevens van de expeditiecentra te vergelijken. 1 Als u eerder niet de procedures in het vorige hoofdstuk hebt gevolgd, kiest u File Open Worksheet. Hebt u wel zojuist de procedures van het vorige hoofdstuk gevolgd, dan gaat u verder met stap 4. 2 Klik op Look in Minitab Sample Data folder, onder in het dialoogvenster. 3 Dubbelklik in de map Sample Data op Ontdek Minitab en kies vervolgens ShippingData.MTW. Klik op Open. 2-2 Ontdek Minitab

De gegevens onderzoeken Gegevens in een grafiek uitzetten 4 Kies Graph Individual Value Plot. Voor de meeste grafieken wordt in Minitab een afbeeldingengalerij weergegeven. De keuze die u maakt in de afbeeldingengalerie bepaalt welke opties u kunt kiezen om een grafiek te maken. 5 Kies onder One Y de optie With Groups en klik op OK. 6 Voer in het vak Graph variables de variabele Days in. 7 Voer in het vak Categorical variables for grouping (1-4, outermost first) de variabele Center in. Als u een grafiek wilt maken, hoeft u alleen de velden in het hoofddialoogvenster in te vullen. U kunt echter met behulp van de beschikbare knoppen vervolgdialoogvensters openen waarin u de grafiek verder kunt aanpassen. In de keuzelijst links worden de variabelen uit het werkblad weergegeven die beschikbaar zijn voor de analyse. In de vakken rechts worden de variabelen weergegeven die u voor de analyse selecteert. 8 Klik op Data View. Schakel het selectievakje Mean connect line in. 9 Klik op OK in elk dialoogvenster. Wanneer u variabelen wilt selecteren, kunt u in de meeste dialoogvensters van Minitab het volgende doen: dubbelklikken op de gewenste variabele in de keuzelijst met variabelen; de variabelen markeren in de keuzelijst en vervolgens Select selecteren; of de namen of kolomnummers van de variabelen invoeren. Ontdek Minitab 2-3

Hoofdstuk 2 De gegevens onderzoeken Uitvoer in het grafiekvenster Resultaten interpreteren Een gegroepeerd histogram maken De plots met individuele waarden laten zien dat elk centrum een andere gemiddelde levertijd heeft. Het centrum Western heeft een kortere levertijd dan de centra Central en Eastern. De variatie binnen elk expeditiecentrum lijkt ongeveer gelijk. U kunt de drie expeditiecentra ook met elkaar vergelijken door een gegroepeerd histogram te maken, waarbij de histogrammen voor elk centrum in dezelfde grafiek worden gemaakt. Het gegroepeerde histogram laat zien hoeveel de gegevens van elk expeditiecentrum elkaar overlappen. 1 Kies Graph Histogram. 2 Kies With Fit And Groups en klik op OK. 3 Voer in het vak Graph variables de variabele Days in. 4 Voer in het vak Categorical variables for grouping (0-3) de variabele Center in. 5 Klik op OK. 2-4 Ontdek Minitab

De gegevens onderzoeken Gegevens in een grafiek uitzetten Uitvoer in het grafiekvenster Resultaten interpreteren Zoals u zag in de plot met individuele waarden zijn de gemiddelden voor elk centrum verschillend. De gemiddelde levertijden zijn: Central: 3,984 dagen Eastern: 4,452 dagen Western: 2,981 dagen Het gegroepeerde histogram laat zien dat de centra Central en Eastern vrijwel dezelfde gemiddelde levertijd en spreiding van levertijd hebben. Het centrum Western daarentegen heeft een kortere gemiddelde levertijd en heeft minder spreiding. In Hoofdstuk 3, Gegevens analyseren, ziet u hoe u statistisch significante verschillen tussen gemiddelden detecteert met een variantieanalyse. U kunt Minitab automatisch de grafieken laten bijwerken als uw gegevens veranderen. Ga naar Updating graphs in de Minitab Help-index voor meer informatie. Een histogram bewerken Het bewerken van grafieken in Minitab is eenvoudig. U kunt vrijwel elk grafiekelement bewerken. Voor het histogram dat u zojuist hebt gemaakt, gaat u het volgende doen: De tekst van de kop in de legenda (het blad met de gegevens van de centra) vet maken De titel wijzigen Ontdek Minitab 2-5

Hoofdstuk 2 De gegevens onderzoeken Het lettertype wijzigen van de kop van het legendablad 1 Dubbelklik op de legenda. 2 Klik op het tabblad Header Font. 3 Schakel in het vak Style het selectievakje Bold in. 4 Klik op OK. De titel wijzigen 1 Dubbelklik op de titel (Histogram of Days). 2 Typ in het vak Text de tekst Histogram of Delivery Time. 3 Klik op OK. Uitvoer in het grafiekvenster 2-6 Ontdek Minitab

De gegevens onderzoeken Gegevens in een grafiek uitzetten Resultaten interpreteren De legenda van het histogram heeft nu een vetgedrukte kop en een duidelijkere titel. Behalve aparte grafieken bewerken kunt u ook de standaardinstellingen wijzigen voor grafieken die u later maakt. Wanneer u algemene grafiekinstellingen wilt wijzigen, zoals letterkenmerken, grootte van de grafiek en lijntypen, kiest u Tools Options Graphics. Wanneer u grafiekspecifieke instellingen wilt wijzigen, zoals het schalingstype voor een histogram of de methode voor de berekening van de uitgezette punten op waarschijnlijkheidsplots, kiest u Tools Options Individual Graphs. De volgende keer dat u een dialoogvenster opent waarop de wijzigingen van toepassing zijn, zijn uw voorkeuren daarin verwerkt. Een histogram met meerdere deelvensters maken Als u wilt bepalen of de gegevens van het expeditiecentrum normaal verdeeld zijn, maakt u een histogram met meerdere deelvensters van de tijd die verstrijkt tussen de bestel- en afleverdatum. 1 Kies Graph Histogram. 2 Kies With Fit en klik op OK. 3 Voer in het vak Graph variables de variabele Days in. Ontdek Minitab 2-7

Hoofdstuk 2 Relaties tussen twee variabelen beoordelen 4 Klik op Multiple Graphs en klik op het tabblad By Variables. 5 Voer in het vak By variables with groups in separate panels de variabele Center in. 6 Klik op OK in elk dialoogvenster. Uitvoer in het grafiekvenster Resultaten interpreteren De levertijden voor elk centrum hebben een min of meer normale verdeling, zoals blijkt uit de distributiecurven, die hetzelfde patroon te zien geven. Als u minder dan 50 observaties hebt, kunt u een normale waarschijnlijkheidsplot (Graph Probability Plot) gebruiken om de normaliteit te beoordelen. Relaties tussen twee variabelen beoordelen Met grafieken kunt u makkelijker bepalen of er koppelingen zijn tussen variabelen en hoe sterk deze eventueel zijn. Wanneer u weet welke relatie er is tussen variabelen, kan dat u helpen bij verdere analyses en bij het bepalen van welke variabelen belangrijk zijn om te analyseren. Aangezien elk expeditiecentrum een klein regionaal leveringsgebied bedient, vermoedt u dat de afstand tot de leveringslocatie geen groot effect heeft op de levertijd. Om dit vermoeden te controleren en om afstand als een potentieel belangrijke factor uit te schakelen, onderzoekt u de relatie tussen levertijd en leveringsafstand. 2-8 Ontdek Minitab

Relaties tussen twee variabelen beoordelen Gegevens in een grafiek uitzetten Help-informatie weergeven Wanneer u wilt uitzoeken welke grafiek de relatie tussen twee variabelen aangeeft, raadpleegt u de Minitab Help-informatie. 1 Kies Help Help. 2 Klik op het tabblad Index. 3 Typ in het vak Type in the keyword to find de zoekterm Graphs en dubbelklik op de titel Overview om dit Help-onderwerp weer te geven. 4 Klik in het Help-onderwe rp onder het kopje Types of graphs op Examine relationships between pairs of variables. Uit dit Help-onderwerp blijkt dat een scatterplot de beste keuze is om de relatie tussen levertijd en leveringsafstand te zien. Voor hulp bij een dialoogvenster van Minitab klikt u op Help linksonder in het dialoogvenster of drukt u op [F1]. Zie Hoofdstuk 10, Hulp vragen voor meer informatie over de MinitabHelp-informatie. Ontdek Minitab 2-9

Hoofdstuk 2 Relaties tussen twee variabelen beoordelen Een scatterplot maken 1 Kies Graph Scatterplot. 2 Kies With Regression en klik op OK. 3 Voer in het vak Y variables de variabele Days in. Voer in het vak X variables de variabele Distance in. 4 Klik op Multiple Graphs en klik op het tabblad By Variables. 5 Voer in het vak By variables with groups in separate panels de variabele Center in. 6 Klik op OK in elk dialoogvenster. 2-10 Ontdek Minitab

Relaties tussen twee variabelen beoordelen Gegevens in een grafiek uitzetten Uitvoer in het grafiekvenster Resultaten interpreteren Scatterplot bewerken De punten op de scatterplot vertonen bij geen van de drie centra een duidelijk patroon. De regressielijn voor elk centrum is relatief vlak, wat suggereert dat de nabijheid van een leveringslocatie bij een expeditiecentrum geen invloed heeft op de levertijd. Om uw collega's te helpen de scatterplot snel te interpreteren, voegt u een voetnoot toe aan de plot. 1 Klik op de scatterplot om deze actief te maken. 2 Kies Editor Add Footnote. 3 Typ in het vak Footnote de tekst Relationship between delivery time and distance from shipping center. 4 Klik op OK. Ontdek Minitab 2-11

Hoofdstuk 2 Werken met grafieklay-outs en afdrukken Uitvoer in het grafiekvenster Resultaten interpreteren De scatterplot heeft nu een voetnoot die een korte interpretatie van de resultaten geeft. Werken met grafieklay-outs en afdrukken Gebruik de lay-outfunctie voor grafieken van Minitab om meer grafieken op één pagina te plaatsen. U kunt notities toevoegen aan de lay-out en de aparte grafieken binnen de lay-out bewerken. Aangezien u uw chef de voorlopige resultaten van de grafische analyse van de verzendgegevens wilt laten zien, geeft u alle vier grafieken weer op één pagina. Wanneer u een Minitab-opdracht kiest die u eerder hebt gebruikt in dezelfde sessie, 'herinnert' Minitab zich de instellingen van het dialoogvenster. Druk op [F3] indien u de standaardinstellingen van een dialoogvenster wilt herstellen. 2-12 Ontdek Minitab

Werken met grafieklay-outs en afdrukken Gegevens in een grafiek uitzetten Grafieklay-out maken 1 Maak de scatterplot actief en kies Editor Layout Tool. De actieve grafiek, de scatterplot, is al opgenomen in de lay-out. Een lijst met alle open grafieken Knoppen waarmee u grafieken verplaatst naar en verwijdert uit de lay-out De volgende grafiek die naar de lay-out moet worden verplaatst 2 Klik op de scatterplot en sleep deze naar de hoek rechtsonder in de lay-out. 3 Klik op om de plot met individuele waarden in de hoek linksboven in de lay-out te plaatsen. 4 Klik op om het gegroepeerde histogram in de hoek rechtsboven te plaatsen. 5 Klik op om het histogram met meerdere deelvensters in de hoek linksonder te plaatsen. 6 Klik op Finish. Ontdek Minitab 2-13

Hoofdstuk 2 Werken met grafieklay-outs en afdrukken Uitvoer in het grafiekvenster Als de gegevens van het werkblad veranderen nadat u de lay-out hebt gemaakt, worden de grafieken in de lay-out in Minitab niet automatisch bijgewerkt. U moet dan de lay-out opnieuw maken met de bijgewerkte aparte grafieken. Notities toevoegen aan de lay-out U wilt een beschrijvende titel toevoegen aan de lay-out. 1 Kies Editor Add Footnote. 2 Typ in het vak Title de tekst Graphical Analysis of Shipping Center Data. Klik op OK. Uitvoer in het grafiekvenster 2-14 Ontdek Minitab

Projecten opslaan Gegevens in een grafiek uitzetten Grafieklay-out afdrukken U kunt een aparte grafiek of een lay-out afdrukken net zoals u de gegevens op elk ander Minitab-venster kunt afdrukken. 1 Klik op het Graph-venster om het actief te maken en kies File Print Graph. 2 Klik op OK. Projecten opslaan Minitab-gegevens worden opgeslagen in werkbladen. Het is ook mogelijk om Minitab-projecten op te slaan die meerdere werkbladen kunnen bevatten. Een Minitab-project omvat al uw werk, inclusief de gegevens, uitvoer in het venster Session, grafieken, de geschiedenis van uw sessie, inhoud van ReportPad en dialoogvensterinstellingen. Wanneer u een project opent, kunt u verdergaan met werken waar u was gebleven. Het is een goede gewoonte om uw werk op te slaan op een locatie buiten de map Program Files. Bij het doorwerken van deze gids worden bestanden opgeslagen in een map Ontdek Minitab in de map Mijn documenten. U kunt bestanden echter ook opslaan op een locatie van uw keuze (buiten de map Program Files). Een Minitab-project opslaan Sla al uw werk op in een Minitab-project. 1 Kies File Save Project As. 2 Navigeer naar de map waarin u uw bestanden wilt opslaan. 3 Typ in het vak File name de naam My_Graphs.MPJ. Minitab voegt automatisch de extensie.mpj toe aan de bestandsnaam wanneer u het project opslaat. 4 Klik op Save. Als u een project sluit voordat u het hebt opgeslagen, geeft Minitab een melding dat u het project moet opslaan. Ontdek Minitab 2-15

Hoofdstuk 2 Wat is de volgende stap? Wat is de volgende stap? De grafische uitvoer geeft aan dat de drie expeditiecentra verschillende levertijden hebben voor bestelde boeken. In het volgende hoofdstuk geeft u de beschrijvende statistische gegevens weer en voert u een variantieanalyse (ANOVA) uit om te testen of de verschillen tussen de expeditiecentra statistisch significant zijn. 2-16 Ontdek Minitab

3 Gegevens analyseren Doelstellingen In dit hoofdstuk leert u het volgende: Beschrijvende statistische gegevens weergeven en interpreteren, pagina 3-2 Een eenzijdige ANOVA uitvoeren en interpreteren, pagina 3-4 Ingebouwde grafieken weergeven en interpreteren, pagina 3-4 De StatGuide openen, pagina 3-8 Werken met de Project Manager, pagina 3-9 Overzicht De statistiek biedt principes en methoden waarmee gegevens kunnen worden verzameld, samengevat, geanalyseerd en geïnterpreteerd en conclusies kunnen worden getrokken uit analyseresultaten. De statistiek kan worden gebruikt om gegevens te beschrijven en om conclusies te trekken, en deze beschrijvingen en conclusies kunnen helpen bij het nemen van beslissingen en kunnen processen en producten verbeteren. Minitab biedt: Een groot aantal statistische methoden gerangschikt op categorie, zoals regressie, ANOVA, hulpmiddelen voor kwaliteit en tijdreeksen Ingebouwde grafieken, die u helpen de gegevens te begrijpen en resultaten te valideren De mogelijkheid om statistische gegevens en diagnostische metingen weer te geven en op te slaan In dit hoofdstuk maakt u kennis met de statistische opdrachten, ingebouwde grafieken, StatGuide en de Project Manager van Minitab. U gaat het aantal te laat geleverde bestellingen en nabestellingen beoordelen en u test of het verschil in levertijd tussen de drie expeditiecentra statistisch significant is. Zie voor meer informatie over de statistische functies van Minitab het onderwerp Stat menu in de Minitab Help-index. Ontdek Minitab 3-1

Hoofdstuk 3 Beschrijvende statistische gegevens weergeven Beschrijvende statistische gegevens weergeven In beschrijvende statistische gegevens worden de prominente kenmerken van gegevens samengevat en beschreven. Gebruik de functie Display Descriptive Statistics om voor elk expeditiecentrum uit te zoeken hoeveel boekbestellingen op tijd zijn geleverd, hoeveel er te laat zijn geleverd en hoeveel er aanvankelijk werden nabesteld. Beschrijvende statistische gegevens weergeven 1 Als u zojuist de procedures van het vorige hoofdstuk hebt gevolgd, kiest u File New en kiest u vervolgens Minitab Project. Klik op OK. Start anders Minitab. 2 Kies File Open Worksheet. 3 Klik op Look in Minitab Sample Data folder, onder in het dialoogvenster. 4 Dubbelklik in de map Sample Data op Ontdek Minitab en kies vervolgens ShippingData.MTW. Klik op Open. Dit is hetzelfde werkblad als u in Hoofdstuk 2, Gegevens in een grafiek uitzetten hebt gebruikt. 5 Kies Stat Basic Statistics Display Descriptive Statistics. 6 Voer in het vak Variables de variabele Days in. 7 Voer in het vak By variables (optional) de variabele Center Status in. Voor de meeste opdrachten in Minitab hoeft u alleen de velden in het hoofddialoogvenster in te vullen om de opdracht uit te voeren. Maar vaak kunt u in de vervolgdialoogvensters de analyse wijzigen of extra uitvoer, zoals grafieken, laten weergeven. 8 Klik op Statistics. 9 Schakel de selectievakjes First quartile, Median, Third quartile, N nonmissing en N missing uit. 10 Schakel N total in. 3-2 Ontdek Minitab

Beschrijvende statistische gegevens weergeven Gegevens analyseren 11 Klik op OK in elk dialoogvenster. De wijzigingen die u aanbrengt in het vervolgdialoogvenster Statistics gelden alleen voor de huidige sessie. Als u de standaardinstellingen voor toekomstige sessies wilt veranderen, kiest u achtereenvolgens Tools Options Individual Commands Display Descriptive Statistics. Wanneer u het vervolgdialoogvenster Statistics weer opent, zijn uw voorkeuren daarin verwerkt. Uitvoer in het venster Session Descriptive Statistics: Days Results for Center = Central Total Variable Status Count Mean SE Mean StDev Minimum Maximum Days Back order 6 * * * * * Late 6 6.431 0.157 0.385 6.078 7.070 On time 93 3.826 0.119 1.149 1.267 5.983 Results for Center = Eastern Total Variable Status Count Mean SE Mean StDev Minimum Maximum Days Back order 8 * * * * * Late 9 6.678 0.180 0.541 6.254 7.748 On time 92 4.234 0.112 1.077 1.860 5.953 Results for Center = Western Total Variable Status Count Mean SE Mean StDev Minimum Maximum Days Back order 3 * * * * * On time 102 2.981 0.108 1.090 0.871 5,681 In het venster Session wordt uitvoer in tekstvorm weergegeven, die u kunt bewerken, toevoegen aan het ReportPad en afdrukken. Het ReportPad wordt besproken in Hoofdstuk 7, Een rapport genereren. Resultaten interpreteren In het venster Session worden de resultaten van elk centrum apart weergegeven. Binnen elk centrum kunt u het aantal nabestellingen, te laat geleverde bestellingen en op tijd geleverde bestellingen terugvinden in de kolom Total Count. Het expeditiecentrum Eastern heeft de meeste nabestellingen (8) en te laat geleverde bestellingen (9). Het expeditiecentrum Central heeft daarna de meeste nabestellingen (6) en te laat geleverde bestellingen (6). Het expeditiecentrum Western heeft het kleinste aantal nabestellingen (3) en heeft geen te laat geleverde bestellingen. Ontdek Minitab 3-3

Hoofdstuk 3 Een ANOVA uitvoeren U kunt in de uitvoer in het venster Session ook gemiddelden, standaardfouten van het gemiddelde, standaardafwijkingen en minima en maxima van de orderstatus voor elk centrum controleren. Deze statistische gegevens worden niet gegeven voor nabestellingen omdat er geen leveringsinformatie is voor deze bestellingen. Een ANOVA uitvoeren Een van de meest algemeen gebruikte methoden bij statistische beslissingen is de hypothesetest. Minitab biedt een groot aantal opties voor hypothesetests, zoals t-tests en variantieanalyses. In het algemeen wordt er bij een hypothesetest van uitgegaan dat een eerste bewering waar is en vervolgens wordt deze bewering getest met steekproefgegevens. Hypothesetests bevatten twee hypothesen: de nulhypothese (aangeduid met H 0 ) en de alternatieve hypothese (aangeduid met H 1 ). De nulhypothese is de eerste bewering en wordt vaak bepaald op basis van eerder onderzoek of algemene kennis. De alternatieve hypothese is de bewering waarvan u denkt dat die mogelijk waar is. Op basis van de grafische analyse die u in het vorige hoofdstuk hebt gedaan en de beschrijvende analyse hiervoor, vermoedt u dat het verschil in het gemiddelde aantal leveringsdagen (respons) verspreid over de expeditiecentra statistisch significant is. Om dit te controleren, voert u een eenzijdige ANOVA uit, waarbij de gelijkheid wordt getest van twee of meer gemiddelden die op één factor zijn gecategoriseerd. Voer ook een Tukey-test voor een meervoudige vergelijking uit om te zien welke expeditiecentrum-gemiddelden afwijken. Een ANOVA uitvoeren 1 Kies Stat ANOVA One-Way. 2 Voer in het vak Response de variabele Days in. Voer in het vak Factor de variabele Center in. In een groot aantal dialoogvensters voor statistische opdrachten kunt u veelgebruikte opties of opties die vaak nodig zijn kiezen. Klik op de knoppen van de vervolgdialoogvensters als u andere opties wilt kiezen. 3 Klik op Comparisons. 4 Schakel het selectievakje Tukey s, family error rate in en klik op OK. 3-4 Ontdek Minitab

Een ANOVA uitvoeren Gegevens analyseren 5 Klik op Graphs. Voor een groot aantal statistische opdrachten bevat Minitab ingebouwde grafieken die u helpen de resultaten te interpreteren en de validiteit van de statistische aannamen te beoordelen. 6 Schakel de selectievakjes Individual value plot en Boxplots of data in. 7 Kies onder Residual Plots de optie Four in one. 8 Klik op OK in elk dialoogvenster. Uitvoer in het venster Session One-way ANOVA: Days versus Center Source DF SS MS F P Center 2 114.63 57.32 39.19 0.000 Error 299 437.28 1.46 Total 301 551.92 S = 1.209 R-Sq = 20.77% R-Sq(adj) = 20.24% Individual 95% CIs For Mean Based on Pooled StDev Level N Mean StDev -----+---------+---------+---------+---- Central 99 3.984 1.280 (----*---) Eastern 101 4.452 1.252 (----*----) Western 102 2.981 1.090 (----*---) -----+---------+---------+---------+---- 3.00 3.50 4.00 4.50 Pooled StDev = 1.209 Grouping Information Using Tukey Method Center N Mean Grouping Eastern 101 4.452 A Central 99 3.984 B Western 102 2.981 C Means that do not share a letter are significantly different. Ontdek Minitab 3-5

Hoofdstuk 3 Een ANOVA uitvoeren Tukey 95% Simultaneous Confidence Intervals All Pairwise Comparisons among Levels of Center Individual confidence level = 98.01% Center = Central subtracted from: Center Lower Center Upper ---------+---------+---------+---------+ Eastern 0.068 0.468 0.868 (---*---) Western -1.402-1.003-0.603 (---*---) ---------+---------+---------+---------+ -1.0 0.0 1.0 2.0 Center = Eastern subtracted from: Center Lower Center Upper ---------+---------+---------+---------+ Western -1.868-1.471-1.073 (---*---) ---------+---------+---------+---------+ -1.0 0.0 1.0 2.0 Resultaten interpreteren Het beslissingsproces voor een hypothesetest kan worden gebaseerd op de waarschijnlijkheidswaarde (p-waarde) voor de gegeven test. Als de p-waarde kleiner is dan of gelijk is aan een vooraf bepaald niveau van significantie ( niveau), verwerpt u de nulhypothese en claimt u steun voor de alternatieve hypothese. Als de p-waarde groter is dan het niveau, slaagt u er niet in de nulhypothese af te wijzen en kunt u geen steun claimen voor de alternatieve hypothese. In de ANOVA-tabel biedt de p-waarde (0,000) voldoende bewijs dat de gemiddelde levertijd voor minimaal een van de expeditiecentra afwijkt van de andere wanneer 0,05 is. In de tabel van individuele betrouwbaarheidsintervallen van 95% ziet u dat geen van de intervallen elkaar overlappen, wat de theorie ondersteunt dat de gemiddelden statistisch verschillend zijn. U moet echter de resultaten van de meervoudige vergelijking interpreteren om te zien waar de verschillen tussen de gemiddelden van de expeditiecentra zitten. De Tukey-test levert groeperingsinformatie en twee sets intervallen van meervoudige vergelijkingen. In de groeperingstabel zijn factorniveaus binnen dezelfde groep niet significant verschillend van elkaar. Elk expeditiecentrum zit in een andere groep. Derhalve hebben de gemiddelden op alle niveaus significant andere gemiddelde levertijden. De Tukey-betrouwbaarheidsintervallen laten het volgende zien: Het gemiddelde van het expeditiecentrum Central afgetrokken van de gemiddelden van de expeditiecentra Eastern en Western 3-6 Ontdek Minitab

Een ANOVA uitvoeren Gegevens analyseren Het gemiddelde van het expeditiecentrum Eastern afgetrokken van het gemiddelde van het centrum Western Het eerste interval in de eerste set van de Tukey-uitvoer is 0,068 tot 0,868. Dat wil zeggen, de gemiddelde levertijd van het centrum Eastern min het gemiddelde van het centrum Central ligt ergens tussen 0,068 en 0,868 dagen. De leveringen van het centrum Eastern duren langer dan de leveringen van het centrum Central. U interpreteert op dezelfde manier de andere resultaten van de Tukey-test. De gemiddelden voor alle expeditiecentra verschillen significant omdat alle betrouwbaarheidsintervallen nul uitsluiten. Dus alle expeditiecentra hebben significant andere gemiddelde levertijden. Het expeditiecentrum Western heeft de snelste gemiddelde levertijd (2,981 dagen). Uitkomsten in het grafiekvenster Resultaten interpreteren De plots met individuele waarden en de boxplots geven aan dat de levertijd per expeditiecentrum verschilt, wat consistent is met de grafieken van het voorgaande hoofdstuk. De boxplot voor het expeditiecentrum Eastern wijst op de aanwezigheid van één uitschieter (aangegeven met ), een bestelling met een ongebruikelijk lange levertijd. Gebruik residuplots, die u kunt kiezen bij veel statistische opdrachten, om statistische aannamen te controleren: Ontdek Minitab 3-7

Hoofdstuk 3 Een ANOVA uitvoeren Normale waarschijnlijkheidsplot: om niet-normaliteit te detecteren. Een min of meer rechte lijn wijst erop dat de residuen een normale verdeling hebben. Histogram van de residuen: om meerdere pieken, uitschieters en niet-normaliteit te detecteren. Het histogram moet min of meer symmetrisch en klokvormig zijn. Residuen ten opzichte van de voorspelde waarden: om niet-constante variantie, ontbrekende hogere-ordetermen en uitschieters te detecteren. De residuen moeten in een willekeurig patroon rond de nul zijn verdeeld. Residuen ten opzichte van volgorde: om de tijdsafhankelijkheid van residuen te detecteren. De residuen moeten geen duidelijk patroon te zien geven. Voor de verzendgegevens wijzen de vier-in-één residuplots niet op schendingen van statistische aannamen. Het model van de eenzijdige ANOVA past redelijk goed bij de gegevens. In Minitab kunt u elke residuplot op een aparte pagina weergeven. U kunt ook een plot maken van de residuen ten opzichte van de variabelen. De StatGuide openen U wilt meer informatie over de interpretatie van een eenzijdige ANOVA, met name de Tukey-test voor een meervoudige vergelijking. De StatGuide van Minitab biedt gedetailleerde informatie over de uitvoer in het venster Session en het grafiekvenster voor de meeste statistische opdrachten. 1 Plaats uw cursor ergens in de uitvoer in het venster Session van de eenzijdige ANOVA. 2 Klik op in de standaardwerkbalk. 3 U wilt meer informatie over de Tukey-test voor een meervoudige vergelijking. Klik in het deelvenster Contents op Tukey s method. 4 U kunt desgewenst met door de onderwerpen over de eenzijdige ANOVA bladeren. 5 Klik in het venster StatGuide op om het venster te sluiten. Zie StatGuide op pagina 10-8 voor meer informatie over het gebruik van de StatGuide. Het project opslaan Sla al uw werk op in een Minitab-project. 1 Kies File Save Project As. 2 Navigeer naar de map waarin u uw bestanden wilt opslaan. 3 Typ in het vak File name de naam My_Stats.MPJ. 4 Klik op Save. 3-8 Ontdek Minitab

Werken met de Project Manager van Minitab Gegevens analyseren Werken met de Project Manager van Minitab U hebt nu een Minitab-project dat bestaat uit een werkblad, verschillende grafieken en uitvoer van uw analyses in het venster Session. De Project Manager helpt u bij de navigatie door delen van uw Minitab-project en bij de weergave en de bewerking ervan. Gebruik de Project Manager om de statistische analyses die u net hebt uitgevoerd weer te geven. De Project Manager openen 1 Als u de Project Manager wilt openen, klikt u op op de werkbalk van de Project Manager of drukt u op [Ctrl]+[I]. U kunt eenvoudig de uitvoer in het venster Session en de grafieken weergeven door een keuze te maken in het rechterdeelvenster. U kunt ook met de pictogrammen op de werkbalk van de Project Manager toegang krijgen tot de verschillende soorten uitvoer. Zie Project Manager op pagina 11-3 voor meer informatie. Uitvoer in het venster Session weergeven U wilt de uitvoer van de eenzijdige ANOVA controleren. Om vertrouwd te raken met de werkbalk van de Project Manager gebruikt u het pictogram Show Session Folder op de werkbalk om het venster Session te openen. 1 Klik op op de werkbalk van de Project Manager. 2 Dubbelklik op One-way ANOVA: Days versus Center in het linkerdeelvenster. Ontdek Minitab 3-9

Hoofdstuk 3 Werken met de Project Manager van Minitab In het rechterdeelvenster van de Project Manager wordt de uitvoer in het venster Session van de eenzijdige ANOVA weergegeven. Grafieken weergeven U wilt ook de boxplot opnieuw weergeven. Gebruik hiervoor het pictogram Show Graphs op de werkbalk. 1 Klik op op de werkbalk van de Project Manager. 2 Dubbelklik in het linkerdeelvenster op Boxplot of Days. In het rechterdeelvenster van de Project Manager wordt de boxplot weergegeven in een grafiekvenster. 3-10 Ontdek Minitab

Wat is de volgende stap? Gegevens analyseren Wat is de volgende stap? De beschrijvende statistische gegevens en de ANOVA-resultaten geven aan dat het centrum Western de minste te laat geleverde bestellingen en nabestellingen en de kortste levertijden had. In het volgende hoofdstuk maakt u een controlediagram en voert u een capaciteitsanalyse uit om na te gaan of het proces van het expeditiecentrum Western in de loop der tijd stabiel is en of het centrum binnen specificaties kan werken. Ontdek Minitab 3-11

Hoofdstuk 3 Wat is de volgende stap? 3-12 Ontdek Minitab

4 Kwaliteit beoordelen Doelstellingen In dit hoofdstuk leert u het volgende: Opties instellen voor controlediagrammen, pagina 4-2 Een controlediagram maken en interpreteren, pagina 4-3 Een controlediagram bijwerken, pagina 4-5 Informatie van subgroepen weergeven, pagina 4-7 Een referentielijn toevoegen aan een controlediagram, pagina 4-8 Een capaciteitsanalyse uitvoeren en interpreteren, pagina 4-9 Overzicht Kwaliteit is de mate waarin producten of diensten voldoen aan de behoeften van de klant. Gebruikelijke doelstellingen voor kwaliteitsprofessionals zijn: verlaging van het aantal defecten, productie van producten binnen de specificaties en standaardisering van levertijd. Minitab biedt een breed scala van methoden aan, om u te helpen om kwaliteit op een objectieve, kwantitatieve wijze te evalueren: controlediagrammen, hulpmiddelen voor kwaliteitsplanning, analyse van meetsystemen (ijkingsonderzoeken), capaciteitsanalyse van processen en betrouwbaarheids-/overlevingsanalyses. In dit hoofdstuk worden controlediagrammen en de capaciteitsanalyse van processen besproken. Minitab-controlediagrammen hebben onder meer de volgende functies of kenmerken: De mogelijkheid om te kiezen hoe parameters en controlegrenzen moeten worden geschat en om tests weer te geven voor speciale oorzaken en historische fasen Aanpasbare kenmerken, zoals de mogelijkheid om een referentielijn toe te voegen, de schaal te veranderen en titels te wijzigen. Net als met andere Minitab-grafieken kunt u controlediagrammen aanpassen terwijl u ze maakt en nadat u ze hebt gemaakt Ontdek Minitab 4-1

Hoofdstuk 4 Stabiliteit van processen beoordelen De opdrachten voor de capaciteitsanalyse van processen hebben de volgende kenmerken: De mogelijkheid om een groot aantal typen verdelingen te analyseren, zoals de normale verdeling, exponentiële verdeling, Weibull-verdeling, gammaverdeling, Poisson-verdeling en binomiale verdeling Een scala van diagrammen waarmee kan worden gecontroleerd of de processen onder controle zijn en of de gegevens de gekozen verdeling volgen De grafische en statistische analyses die in het vorige hoofdstuk zijn uitgevoerd, tonen aan dat het expeditiecentrum Western de snelste levertijd heeft. In dit hoofdstuk gaat u uitzoeken of het proces van het expeditiecentrum in de loop der tijd stabiel (onder controle) is en of het centrum binnen de specificaties kan werken. Stabiliteit van processen beoordelen Gebruik controlediagrammen om de processtabiliteit in de loop der tijd te volgen en om te controleren of er ongebruikelijke verschijnselen zijn: ongebruikelijke verschijnselen die normaal gesproken geen deel uitmaken van het proces. Minitab zet een statistisch procesgegeven (zoals een subgroepgemiddelde, een individuele observatie, een gewogen statistisch gegeven of aantal defecten) uit ten opzichte van een aantal steekproefgegevens of een tijd. Minitab tekent een drietal lijnen: De Middellijn bij het gemiddelde van het statistische gegeven De bovencontrolegrens (BCG) op 3 standaardafwijkingen boven de middellijn De ondercontrolegrens (OCG) op 3 standaardafwijkingen onder de middellijn Voor alle controlediagrammen kunt u de standaard diagramspecificaties van Minitab wijzigen. U kunt bijvoorbeeld de schattingsmethode voor de standaardafwijking van het proces definiëren, de tests op speciale oorzaken aanwijzen en procesfasen weergeven door historische fasen te definiëren. Zie voor meer informatie over controlediagrammen in Minitab het onderwerp Control Charts in de Minitab Help-index. Opties instellen voor controlediagrammen Voordat u een controlediagram maakt van de gegevens over de verzending van boeken, moet u andere opties dan de standaardopties van Minitab instellen om de willekeurigheid van de gegevens te testen voor alle controlediagrammen. De Automotive Industry Action Group (AIAG) adviseert de volgende richtlijnen aan te houden wanneer u wilt testen op speciale oorzaken: Test 1: 1 punt > 3 standaardafwijkingen vanaf de middellijn Test 2: 9 punten op een rij aan dezelfde kant van de middellijn 4-2 Ontdek Minitab

Stabiliteit van processen beoordelen Kwaliteit beoordelen Test 3: 6 punten op een rij, allemaal stijgend of dalend In overeenstemming met de AIAG-richtlijnen wilt u voor alle toekomstige controlediagrammen een waarde 7 gebruiken voor tests 2 en 3. U doet dit eenvoudig door opties in te stellen voor uw analyse van controlediagrammen. Wanneer u opties instelt, worden uw voorkeuren automatisch verwerkt in de betreffende dialoogvensters. 1 Kies Tools Options Control Charts and Quality Tools Tests. 2 Schakel de selectievakjes voor de eerste drie tests in. 3 Verander de waarde onder K voor de tweede test in 7. 4 Verander de waarde onder K voor de derde test in 7. 5 Klik op OK. Als u opties instelt, kunt u op elk gewenst moment de standaardinstellingen van Minitab herstellen. Zie Standaardinstellingen van Minitab herstellen op pagina 9-7 voor meer informatie. X- en S-diagram maken U bent nu klaar om een controlediagram te maken dat controleert of het leveringsproces in de loop der tijd stabiel is. U selecteert willekeurig 10 steekproefgroepen voor 20 dagen om veranderingen in het gemiddelde en de variabiliteit van de levertijd te onderzoeken. Maak een X - en S-diagram zodat u tegelijkertijd het procesgemiddelde en de variabiliteit kunt controleren. Gebruik X - en S-diagrammen wanneer u subgroepen met een grootte van 9 of meer hebt. 1 Als u zojuist de procedures van het vorige hoofdstuk hebt gevolgd, kiest u File New en kiest u vervolgens Minitab Project. Klik op OK. Anders start u Minitab. 2 Kies File Open Project. 3 Navigeer naar C:\Program Files\Minitab\Minitab 16\English\Sample Data\Meet Minitab. (Wijzig dit in het juiste pad als u Minitab op een andere dan de standaardlocatie hebt geïnstalleerd.) 4 Kies Quality.MPJ. Klik op Open. 5 Kies Stat Control Charts Variables Charts for Subgroups Xbar-S. Ontdek Minitab 4-3