Veiligheid maken we samen! Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Venray

Vergelijkbare documenten
Betreft Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek Veiligheid kent geen grenzen.

Kadernota Integrale Veiligheid Westelijke Mijnstreek

Beleidsplan Integrale Veiligheid

Inhoud Voorwoord. 1. Bestuurlijke samenvatting. 2. Integrale veiligheid 2.1. Wat betekent veiligheid? 2.2. Het Kernbeleid Veiligheid

INTEGRALE VEILIGHEID

agendanummer afdeling Simpelveld VI- onderwerp Kadernotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Simpelveld

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Startnotitie Integraal Veiligheidsplan Gemeente Molenwaard

VOORBLAD RAADSVOORSTEL

Raadsnota. Aan de gemeenteraad,

Prioritering Beleidskader Veiligheid Veiligheidsanalyse 2018

O O *

Taak en invloed gemeenteraad op de. Integrale veiligheid

*Z001F59E44 9* Leiderdorp, 16 september Afdeling: Concernzaken OOV en Rampen Onderwerp: Beleidsplan Integraal Veiligheidsbeleid

Voorwoord. Leeswijzer. 1. Bestuurlijke samenvatting. 2. Integrale veiligheid 2.1. Wat betekent veiligheid? 2.2. Het Kernbeleid Veiligheid

Integraal veiligheidsbeleid

Raadsvoorstel. Status Besluitvormend: Kadernota Oordeelvormend: Veiligheidsplan Besluitvormend: Veiligheidsfonds

Veiligheidsanalyse. m.b.t. integraal veiligheidsbeleid Gemeente Geertruidenberg en Drimmelen

AGENDAPUNT voor burgemeester en wethouders

Dynamisch uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid Peelland

Nota ter actualisering van de Kadernota Integrale Veiligheid

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2014/47

Voorbeeld Startnotitie Behorend bij Kernbeleid Veiligheid 3.0 d.d. september 2010

Vervolgblad Informatienotitie Pagina 1. Raadsleden College van Burgemeester en Wethouders Veiligheidsbeleid

Startnotitie integraal veiligheidsbeleid

PROGRAMMABEGROTING

Raadsvoorstel Integraal Veiligheidsbeleid Haarlemmermeer/ Prioriteiten meerjarenplan politie

MEMO AAN DE GEMEENTERAAD

Integrale Veiligheidsrapportage. Gemeente Littenseradiel. Januari t/m december 2011

Raadsbesluit. Status Besluitvormend: Kadernota Oordeelvormend: Veiligheidsplan Besluitvormend: Veiligheidsfonds

Vernieuwend Werken per

Kadernota. Integrale Veiligheid WM "Veiligheid kent geen grenzen"

gemeente Eindhoven RaadsvoorstelBeleidskader integrale veiligheid

Integrale veiligheid. Uitvoeringsplan 2013 / 2014

Integrale Veiligheidszorg in Twente

COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS - BESLUIT

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Raadsstuk. De raad der gemeente Haarlem,

Raadsstuk. Onderwerp: integraal veiligheids- en handhavingsbeleid BBV nr: 2014/367894

Mr. B.B. Schneiders burgemeester

Startnotitie Integraal Veiligheidsbeleid Naar een Integraal Veiligheidsbeleid

Zijn in het voorstel één of meer van de volgende aspecten van toepassing?

Portefeuillehouder : J.J.C. Adriaansen Datum : 18 november : Burger en bestuur: Woensdrecht veilig

Prioriteiten en doelstellingen voor Openbare Orde en Veiligheid Gemeente Sliedrecht

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Beoogd effect. Ag. nr.: Reg. nr.: Datum:

Oplegnotitie Concept beleidsplan 2019 van de politie eenheid Limburg; consultatie van de raad. Registratiekenmerk Gemeentebladnr.

Programma 2 Openbare Orde en Veiligheid

Voorstel prioriteiten voor de nieuwe Veiligheidsstrategie

Raadsleden & Veiligheid. Een introductie

Collegebesluit. Onderwerp: Verbetering aanpak mensen met verward gedrag BBV nr: 2017/85459

GEMEENTE ONDERBANKEN

Jaaruitvoeringsprogramma integrale veiligheid 2016

Integraal Veiligheidsbeleid gemeente Castricum

agendanummer afdeling Simpelveld VII- IBR 15 december 2015 Integraal Veiligheidsbeleid 54925

Jaaruitvoeringsprogramma integrale veiligheid. Gemeente Beemster 2013

Gemeente Uden INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID

GEVOLGEN VOOR JA/NEE ROUTING DATUM Communicatie Ja College 13 september 2011 Financieel

Position paper. Position Paper Toekomst Veiligheidshuizen

Raadsvoorstel. Onderwerp: Vrijwillige inzet in Velsen

Aan de commissie: Algemeen bestuur en middelen Datum vergadering: 14 februari 2008 Agendapunt : 6. Aan de Raad. Made, 22 januari 2008

Aansluiting bij het Veiligheidshuis 's-hertogenbosch en omstreken.

Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Mook en Middelaar

Het IV beleid is geen nieuw verschijnsel in de gemeente Boxmeer. Het vorige IV nota dateert van

Kadernota Integrale Veiligheid

Veiligheidsavond Leiderdorp

Voorstel. Uitgangspunten regiovisie. De regiovisie gaat uit van de volgende uitgangspunten:

Startnotitie. Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Sliedrecht. Gewijzigde versie d.d. 6 mei 2013 (zie vetgedrukte tekst)

Wat is een Veiligheidshuis?

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

GEMEENTE ONDERBANKEN

Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid:

Een veilige stad begint in de buurt

Jaarplan 2004 politie Geertruidenberg-Drimmelen

Margret van Wijk, Frank Pleket. Advies: In te stemmen met de beantwoording in bijgaande RIB en deze aan de raad te sturen.

1. Signalen over groepsgedrag delen Doel van deze stap: relevante signalen over problematisch groepsgedrag delen

Voorstel voor de Raad

SAMENWERKING IN DE VEILIGHEIDSREGIO Uitwerking van criterium 8 uit het Slotdocument VGS-congres 2013

Aan de commissie: Algemeen bestuur en middelen Datum vergadering: 22 maart 2007 Agendapunt: Aan de Raad. Made, 13 februari 2007

Jaarplan Veiligheid 2018 met uitvoeringsprogramma s en verlengen kadernota Integrale Veiligheid (wensen en bedenkingen)

PROVINCIAAL BLAD VAN ZEELAND

Innovatiebudget Sociaal Domein gemeente Arnhem

veiligheid door samenwerken Boa s in de openbare ruimte Een inleiding

Zorg- en Veiligheidshuis Midden - Brabant

handleiding Veiligheidsplanner voorwoord inleiding De stappen van de Lokale stap 01 profiel stap 02 wat is het probleem? stap 03 wat doen wij al?

Raadsvoorstel. Pagina 1 van 5

Naam steller Afdelingsmanager Afdeling Portefeuillehouder

Startnotitie Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Goeree-Overflakkee Participerend veiligheidsbeleid

Integraal Veiligheidsbeleid Gemeente Gennep

Algemeen De volgende vragen gaan over algemene persoonlijke en gemeentelijke zaken.

tabel 2-1: Beleidsinstrumenten per veiligheidsveld Woon-/ Bedrijvigheid Jeugd leefomgeving Instrument Integriteit Overig

Monitoring Sociaal Domein Besturen en Beheersen

Figuur 2 Middels Burgernet worden inwoners van Spijkenisse actief betrokken bij de veiligheid van hun leefomgeving

Jaaruitvoeringsprogramma integrale veiligheid. Gemeente Purmerend mei 2013

INTEGRAAL VEILIGHEIDSBELEID

Wat volgt, staat altijd in verband met wat eraan voorafging

CVDR. Nr. CVDR624293_1. 1. Inleiding. 2. Organisatorische inbedding. 16 mei Officiële uitgave van Waddinxveen. Samen Veilig Verder

VACATUREPROFIEL KWARTIERMAKER NATIONALE POLITIE

CVDR. Nr. CVDR434224_1. Nota Integraal Veiligheidsbeleid april Officiële uitgave van Krimpenerwaard.

1. De hoofdlijnennotitie 'Aanpak transities en herinrichting sociale domein in de gemeente Stein vast te stellen

Transcriptie:

16 december 2014 Veiligheid maken we samen! Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2015-2018 Gemeente Venray Gemeente Venray Postbus 500 5800 AM Venray Samengesteld door Monique Janssen, afdeling Veiligheid en Handhaving 1

Inhoud 1 Bestuurlijke samenvatting 4 2 Inleiding 6 2.1 Aanleiding 6 2.2 Integrale veiligheid 6 2.3 De methodiek herzien 7 3 Ontwikkelingen en trends 9 3.1 Ontwikkelingen 9 3.1.1 Centralisering van politie en Openbaar Ministerie 9 3.1.2 Decentralisering taken in sociaal domein 11 3.2 Effect ontwikkelingen op lokaal integraal veiligheidsbeleid 11 3.2.1 Beleidsvorming landelijk 11 3.2.2 Beleidsplan politie eenheid Limburg 2015-2018 12 3.2.3 Beleidsvorming decentralisaties in het sociale domein 12 3.3 Landelijke trends 13 3.4 Lokale trends 15 4 Herijking kernpunten van het beleid 16 4.1 Strategisch en tactisch kader 16 4.2 Visie op veiligheid 18 4.3 Herijking strategische uitgangspunten 18 4.3.1 Wijzigende rolverdeling gemeente en bewoner/ondernemer 18 4.3.2 Rolverdeling raad, college en burgemeester 20 4.3.3 Overige strategische uitgangspunten 20 4.4 Strategische veiligheidspartners 21 4.5 Sturen op veiligheid 22 4.5.1 Politiek bestuurlijk inbedding en interne afstemming 22 4.5.2 Ambtelijke inbedding en interne afstemming 24 4.5.3 Samenwerking met externen 24 4.6 Communicatie 26 4.7 Financiën 28 2

5 Veiligheidsanalyse 29 5.1 Inleiding 29 5.2 Bronnen 29 5.3 Terugblik algemeen 30 5.4 Analyse per veiligheidsveld 30 5.4.1 Veilige woon- en leefomgeving 30 5.4.2 Bedrijvigheid en veiligheid 42 5.4.3 Jeugd en veiligheid 49 5.4.4 Fysieke veiligheid 55 5.4.5 Integriteit en veiligheid 59 6 Ambitie en prioriteiten 65 6.1.1 Veilige leef- en woonomgeving 65 6.1.2 Bedrijvigheid en veiligheid 66 6.1.3 Jeugd en veiligheid 66 6.1.4 Fysieke veiligheid 66 6.1.5 Integriteit en veiligheid 67 3

1 Bestuurlijke samenvatting Voor u ligt de kadernota integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Venray voor de jaren 2015 tot en met 2018 met als titel Veiligheid maken we samen!. De kadernota is het resultaat van de aanpassing van de kadernota 2012-2015 aan onder meer de veranderingen in het sociale domein die van betekenis zijn voor de veiligheid in wijken en dorpen, de gewijzigde wet- en regelgeving en actuele veiligheidsontwikkelingen. In deze kadernota is de strategische doelstelling opgenomen, die op hoofdlijnen aangeeft wat we de komende jaren willen bereiken als het om veiligheid gaat, namelijk Veilige Venrayse dorpen en wijken, waarin bewoners van alle generaties zich veilig voelen, waarbij we samen met professionele veiligheidspartners de maximale invloed uitoefenen op problemen die de veiligheid of het veiligheidsgevoel raken, echter van bewoners en ondernemers ook een bijdrage naar vermogen mogen verwachten als het gaat om het bevorderen van veiligheid in de eigen woon- of werkomgeving en het voorkomen van slachtofferschap. Vanuit deze strategische doelstelling is een aantal strategische uitgangspunten geformuleerd. De wijzigende rolverdeling tussen gemeente en bewoners/ondernemers is een belangrijke hierin en komt op verschillende plekken terug in deze kadernota. De methodiek Kernbeleid Veiligheid volgend, is er een analyse uitgevoerd op de vijf veiligheidsvelden, namelijk veilige woon- en leefomgeving, bedrijvigheid en veiligheid, jeugd en veiligheid, fysieke veiligheid en integriteit en veiligheid. Per veiligheidsveld is de actuele situatie omschreven alsook de huidige aanpak en actuele ontwikkelingen. Bij deze analyse is niet alleen gebruik gemaakt van objectieve veiligheidscijfers, maar ook van de door de politie RBT Venray-Gennep opgemaakte gebiedsscan en de uitkomst van de Benchmark Veiligheid. Vanuit deze bronnen aangevuld met de in het collegeprogramma beschreven tactische opgaven is per veiligheidsveld een ambitie omschreven, waaruit vervolgens een aantal geprioriteerde thema s is voortgekomen. Schematisch ziet dit er als volgt uit: Veiligheidsveld Ambitie Veilige Woon- en Verbeteren van de sociale veiligheid in leefomgeving de openbare ruimte. Een veilig thuis. Veiligheidsgevoel Gedeelde verantwoordelijkheid voor veiligheid. Bedrijvigheid en Behouden veiligheid op veiligheid bedrijventerreinen en in winkelgebieden Gedeelde verantwoordelijkheid voor veiligheid Prioriteiten Woonoverlast High Impact Crime Fietsendiefstal Overvallen Mobiel banditisme 4

Veiligheidsveld Ambitie Jeugd en Afstemming in de implementatie veiligheid jeugdhulp, kanteling Veiligheidshuis en aansluiting op lokale keten. Fysieke veiligheid Bevorderen van preventie en eigen verantwoordelijkheid van bewoners en bedrijven. Professionele organisatie van de gemeentelijke processen in het kader van rampenbestrijding. Scholieren zijn veilig en voelen zich veilig onderweg van huis naar school en andersom. Integriteit en Opwerpen van meer barrières tegen veiligheid misbruik en verwevenheid door de bestuurlijke aanpak verder door te ontwikkelen. Prioriteiten Jeugdoverlast Ontsporende individuele jongeren Professionaliseren gemeentelijke kolom. Veilige honken. Bestuurlijk instrumentarium Aanpak druggerelateerde problematiek. Omdat de kadernota meerjarig is, gebeurt de formulering van de ambitie in meer algemene bewoordingen. De SMART 1 geformuleerde doelstellingen op de geprioriteerde thema s komen terug in het jaarlijkse uitvoeringsprogramma. Verder is het inherent aan het beleidsterrein veiligheid dat accenten kunnen verschuiven. Ook kunnen zich situaties voordoen, die om directe inzet vragen. Dit wordt dan meegenomen in het jaarlijkse uitvoeringsprogramma, uiteraard binnen de in de kadernota gestelde uitgangspunten. 1 SMART: Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden. 5

2 Inleiding 2.1 Aanleiding Op 20 december 2011 heeft de gemeenteraad de eerste kadernota Integraal Veiligheidsbeleid voor de gemeente Venray met als titel Veiligheid is van ons allemaal vastgesteld voor de periode 2012 tot en met 2015. Gelet op de verkiezingen in maart 2014 is met de gemeenteraad afgesproken om de kadernota tussentijds, te weten in 2014, te herijken. Het coalitieakkoord Samen aan de slag, Samen verantwoordelijk en de nadere uitwerking in het collegeprogramma Balans en Vertrouwen zorgen voor nieuwe input voor het veiligheidsbeleid. De ontwikkelingen in het sociale domein bieden verder nieuwe kansen om het integraal veiligheidsbeleid in te zetten om de domeinen van zorg, sociaal en veiligheid nog meer met elkaar te verbinden. Daarnaast is in de omgeving van het lokale bestuur ook het nodige veranderd. Denk hierbij niet alleen aan bijvoorbeeld de bezuinigingen, de komst van de Nationale politie en de centralisering van het Openbaar Ministerie, maar ook aan de opkomst van sociale media en de veranderende opvattingen over de rolverdeling tussen overheid en de bewoner, ook binnen het veiligheidsdomein. En binnen al deze ontwikkelingen moet het lokale bestuur in staat blijven om verwachtingen en verantwoordelijkheden binnen het veiligheidsdomein waar te maken. 2.2 Integrale veiligheid Wat betekent veilig zijn? Veiligheidsrisico s zijn namelijk overal. Niet alleen in de openbare ruimte, op het werk of tijdens het recreëren, maar ook thuis achter de voordeur. Integrale veiligheid probeert alle facetten van veiligheid bijeen te brengen in een beleid, waarbij alle betrokkenen gezamenlijk proberen te komen tot een veiligere samenleving. Het houdt dus niet op bij de voordeur. Binnen het integraal veiligheidsbeleid is het zaak dat alle schakels van de veiligheidsketen 2 goed op elkaar aansluiten en dat er een heldere systematiek, samenhang en samenwerking is bij de ontwikkeling en uitvoering van het veiligheidsbeleid. En als we dan naar de rolverdeling kijken, dan zorgen de veiligheidspartners, bewoners, ondernemers, maatschappelijke organisaties en de gemeente samen voor een veilige gemeente en gemeenschap. Dit ieder vanuit de eigen rol en verantwoordelijkheid. De gemeente blijft binnen het integraal veiligheidsbeleid formeel de regie voeren. Dit ondanks dat het Wetsvoorstel tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de versteviging van de regierol van de gemeente ten aanzien van het lokaal veiligheidsbeleid uiteindelijk niet in samenhang met de Politiewet is behandeld en inmiddels ook is ingetrokken. 2 Proactie, preventie, preparatie, repressie, nazorg 6

2.3 De methodiek herzien De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft in 2003 een landelijk uniform model uitgewerkt om integraal veiligheidsbeleid vorm te geven, namelijk het Kernbeleid Veiligheid. Het Kernbeleid Veiligheid besteedt veel aandacht aan het vormgeven van de regierol van de gemeente en de kaderstellende rol van de gemeenteraad. Het Kernbeleid Veiligheid is een aantal keren herzien, voor het laatst in 2013. In deze editie van het Kernbeleid Veiligheid is ook de regierol van de gemeente opnieuw beschreven, namelijk als sturing op de selectie en aanpak van veiligheidsthema s, op de samenwerking en nakoming van afspraken, op tussentijdse evaluaties en doorontwikkeling van de aanpak. Weliswaar voert de gemeente de regie als het om het integrale veiligheidsbeleid gaat, echter vanuit de veranderende opvattingen over de rollen binnen het veiligheidsdomein op wijk- of buurtniveau is een nuancering echter wel op zijn plaats. Het uitgangspunt binnen de methode Kernbeleid Veiligheid dat het gemeentelijke veiligheidsbeleid vijf veiligheidsvelden bestrijkt, is onveranderd gebleven. Het gaat dan om de veiligheidsvelden: veilige woon- en leefomgeving, bedrijvigheid en veiligheid, jeugd en veiligheid, fysieke veiligheid en integriteit en veiligheid. Binnen deze veiligheidsvelden wordt vervolgens met veiligheidsthema s gewerkt. De benaming c.q. indeling is op een aantal punten gewijzigd ten opzichte van het voor de kadernota 2012-2015 gehanteerde schema. Zo wordt bijvoorbeeld de term high impact crime geïntroduceerd, wordt de 12-minner niet langer als een apart thema benoemd onder Jeugd en veiligheid en zijn Veilige Publieke Taak en Informatieveiligheid als thema s toegevoegd aan integriteit en veiligheid. In de kadernota wordt deze indeling gevolgd, die er schematisch als volgt uitziet: Veiligheidsveld Veilige Woon- en leefomgeving Bedrijvigheid en veiligheid Jeugd en veiligheid Veiligheidsthema s Sociale kwaliteit Fysieke kwaliteit Objectieve veiligheid / veel voorkomende en high impact criminaliteit Subjectieve veiligheid Veilig winkelgebied Veilige bedrijventerreinen Veilig uitgaan Veilige evenementen Veilig toerisme Jeugdoverlast Jeugdcriminaliteit / individuele probleemjongeren Jeugd, alcohol en drugs Veilig in en om de school 7

Veiligheidsveld Fysieke veiligheid Integriteit en veiligheid Veiligheidsthema s Verkeersveiligheid Brandveiligheid Externe veiligheid Rampenbestrijding / crisisbeheersing Polarisatie en radicalisering Georganiseerde criminaliteit Veilige Publieke Taak Informatieveiligheid Ambtelijke en bestuurlijke integriteit De methode Kernbeleid Veiligheid gaat uit van het onderscheid tussen een vierjarige kadernota, vastgesteld door de gemeenteraad, en een uitvoeringsprogramma, vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. De kadernota bevat een strategische visie, een selectie van prioriteiten inclusief de aanpak op hoofdlijnen, uitgangspunten voor de coördinatie en samenwerking alsook richtlijnen voor de organisatorische borging van het beleid. In het uitvoeringsprogramma zijn de hoofdlijnen van het beleid vertaald in concrete acties, middelen en planning. De methode beantwoordt hiermee aan het principe van dualisme dat de gemeenteraad kaderstellend en controlerend optreedt en dat het college van burgemeester en wethouders binnen de door de gemeenteraad gestelde kaders beleid ontwikkelt en uitvoert. Kwaliteitstoets In aanloop naar herijking van de kadernota is de Kadernota Integraal Veiligheidsbeleid 2012-2015 van de gemeente Venray onderworpen aan een kwaliteitstoets (op proces, niet op inhoud). Deze kwaliteitstoets is uitgevoerd door het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV). De kadernota is in dit kader op een tiental criteria beoordeeld, zoals afbakening/structuur/leesbaarheid, totstandkoming, aandacht voor evaluatie, opzet veiligheidsanalyse, lokale prioritering, doorvertaling in doelen, aanpak op hoofdlijnen, budget, bewaking voortgang en communicatie. In een gesprek zijn de sterke punten alsook de verbetermogelijkheden toegelicht. Als sterke punten zijn onder meer de veiligheidsanalyse, de strategische uitgangspunten alsook de verwijzingen naar regionale afspraken benoemd. Als verbetermogelijkheden is benoemd het belang van evaluatie, koppeling van budget aan gestelde prioriteiten en het aantal gestelde lokale prioriteiten. De door het CCV gedane suggesties zijn bij het schrijven van deze kadernota meegenomen. Benchmark Veiligheid 4070 ronde 2014 Daarnaast heeft de gemeente Venray meegedaan aan de Benchmark Veiligheid voor gemeenten tussen 40.000 en 70.000 inwoners. De benchmark richt zich op integrale veiligheid, waarbij er gekeken wordt naar de veiligheid, het organisatiemodel rondom openbare orde en veiligheid, sturing en input. De resultaten van de benchmark zijn verwerkt in de kadernota. 8

3 Ontwikkelingen en trends Voordat we toekomen aan het herijken van de strategische uitgangspunten van het integraal veiligheidsbeleid, worden in dit hoofdstuk trends en ontwikkelingen beschreven, die van invloed zijn geweest of nog zijn op het integraal veiligheidsbeleid. Om het integraal veiligheidsbeleid effectief te maken, is het zaak dat het beleid aansluit op deze ontwikkelingen en trends. 3.1 Ontwikkelingen 3.1.1 Centralisering van politie en Openbaar Ministerie Nationale politie met effect op politiezorg in Venray Met het van kracht worden van de Politiewet 2012 is met ingang van 1 januari 2013 de politieorganisatie genationaliseerd. Er is één landelijk politiekorps, dat opereert onder verantwoordelijkheid van de Minister van Veiligheid en Justitie. Het beheer (denk aan personeel, huisvesting en automatisering) is hiermee overgegaan naar de Minister. Organisatorisch gezien is er één nationale politie, verdeeld in tien regionale eenheden, waaronder de Eenheid Limburg. De regionale eenheden zijn vervolgens opgedeeld in robuuste basisteams. Als gevolg van deze nationalisering zijn de basiseenheden Venray en Gennep samengevoegd tot het Robuuste Basisteam Venray-Gennep (verder afgekort tot RBT Venray-Gennep). Het werkgebied van de RBT Venray-Gennep bestrijkt de gemeenten Venray, Bergen, Gennep en Mook en Middelaar. De totale formatie van het RBT Venray-Gennep is 82 FTE. Het RBT Venray-Gennep heeft in totaal negen wijkagenten, waarvan zes werkzaam binnen de gemeente Venray. Dit is inclusief een thematisch wijkagent jeugd. Hiermee wordt vooralsnog niet voldaan aan de door het Parlement afgedwongen en wettelijk vastgelegde norm 3 van 1 wijkagent op 5.000 inwoners. De wijkagenten werken 80%, sommige zelfs meer, van hun tijd in de wijk. Echter als het rooster knelt, kan het voorkomen dat er een beroep op de wijkagenten wordt gedaan om een noodhulpdienst te draaien. De vorming van de nationale politie heeft niet geleid tot een wijziging van de gezagsverhoudingen. Het gezag bij handhaving van de openbare orde en bij de hulpverleningstaak van de politie blijft in handen van de burgemeester 4. De burgemeester legt verantwoording af aan de gemeenteraad over het functioneren van de (lokale) politie. Verder is in de Politiewet 2012 5 het driehoeksoverleg geformaliseerd. De wet zegt hierover dat dit driehoeksoverleg op verzoek van de burgemeester op gemeentelijk niveau plaatsvindt. Verder is bepaald dat in het driehoeksoverleg afspraken worden gemaakt over de lokale prioriteiten en criminaliteitsbestrijding. 3 Artikel 38a, lid 1 Politiewet 2012 4 artikel 11 Politiewet 2012 5 Artikel 13 Politiewet 2012 9

De lokale driehoek is op het niveau van de RBT Venray-Gennep georganiseerd. De gemeente Venray geeft invulling aan het voorzitterschap en het secretariaat. In bijzondere situaties, roept de burgemeester de driehoek op gemeentelijk niveau bijeen. De Minister van Veiligheid en Justitie 6 stelt jaarlijks een beheersplan en een jaarverslag op. Het beheersplan bevat onder meer de indeling van de regionale eenheden in districten en basisteams. Over de indeling van de regionale eenheden en de omvang van de onderdelen hiervan worden de burgemeesters gehoord door de korpschef (via de politiechefs van de eenheden). Als het om het landelijke beleidsplan gaat, voert de regioburgemeester overleg met de burgemeesters binnen de eenheid, voordat hij zijn zienswijze aan de Minister kenbaar maakt. De Politiewet 2012 stelt vervolgens dat de gemeenteraad ten minste eenmaal in de vier jaar de veiligheidsdoelen bepaalt die de gemeente nastreeft door de handhaving van de openbare orde en de hulpverlening door de politie. Voordat het beleidsplan van de regionale eenheid wordt vastgesteld, dienen gemeenteraden bovendien door de burgemeester te worden gehoord over een ontwerpversie van dit regionaal beleidsplan. Openbaar Ministerie (fysiek) meer op afstand Per 1 januari 2013 is de Wet Herziening Gerechtelijke Kaart van kracht, waarin de reorganisatie van de rechtspraak in Nederland geregeld is. Vanaf inwerkingtreding van de wet kent Nederland nog 10 arrondissementen. De wet heeft ertoe geleid dat de arrondissementen Roermond en Maastricht samengevoegd zijn tot het arrondissement Limburg. Het Openbaar Ministerie werkt sindsdien vanuit Maastricht. In 2013 is ook de nieuwe ZSM-werkwijze 7 ingevoerd. In die werkwijze buigen het Openbaar Ministerie, politie, Reclassering Nederland, Slachtofferhulp Nederland en de Raad voor de Kinderbescherming zich samen en snel over verdachten van veelvoorkomende criminaliteit. Verdachten krijgen snel te horen voor welke interventie of vervolgstap de officier van justitie kiest. De schade en wensen van het slachtoffer worden direct meegenomen. Ook ZSM is ondergebracht in Maastricht. Een gevolg van ZSM lijkt een terugtrekkende beweging van het Openbaar Ministerie uit de Limburgse Veiligheidshuizen te zijn, daar waar deze Veiligheidshuizen jaren geleden juist als Justitie in de buurt kantoren zijn gestart. De aansluiting tussen het Veiligheidshuis en ZSM is van cruciaal belang, zeker daar waar het om risicojongeren of veelplegers gaat. 6 artikel 37 Politiewet 2012 7 Veelvoorkomende criminaliteit wordt door ZSM Samen op Snelle, Slimme, Selectieve, Simpele en Samenlevingsgerichte wijze afgedaan 10

3.1.2 Decentralisering taken in sociaal domein Met ingang van 1 januari 2015 wordt de gemeente verantwoordelijk voor een aantal kerntaken in het sociale domein. Het gaat dan om de volgende decentralisaties: De overheveling van onderdelen uit de Algemene wet bijzondere ziektekosten (Awbz) naar de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) die gericht zijn op het bevorderen, het behoud of het compenseren van zelfredzaamheid van bewoners. Uitvoering van taken zoals benoemd in de Jeugdwet, waarmee gemeenten verantwoordelijk worden voor 1) alle ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedproblemen, psychische problemen en stoornissen, 2) voor de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering en 3) de advisering en verwerking van meldingen inzake huiselijk geweld en kindermishandeling. De invoering van de Wet werken naar vermogen (Participatiewet), die erop gericht is om mensen met een arbeidshandicap zoveel als mogelijk aan een baan te helpen. Een passende onderwijsplek voor leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben. De gemeente krijgt in het kader van bovenstaande decentralisaties een grote verantwoordelijkheid voor de zorg voor diverse en uiteenlopende doelgroepen in de samenleving. 3.2 Effect ontwikkelingen op lokaal integraal veiligheidsbeleid Het integraal veiligheidsbeleid staat niet op zichzelf. De in paragraaf 3.1 beschreven ontwikkelingen hebben tot (boven)lokaal beleid geleid op veiligheid of op thema s die het brede beleidsterrein van integrale veiligheid raken. Zo kan het dus voorkomen dat landelijk, provinciaal of regionaal beleid c.q. in dat beleid gestelde doelen en/of prioriteiten van invloed zijn op lokaal integraal veiligheidsbeleid of andersom. 3.2.1 Beleidsvorming landelijk Met de komst van de nationale politie heeft de Minister van Veiligheid en Justitie op landelijk niveau een aantal veiligheidsthema s geprioriteerd. Deze landelijke thema s zijn grensoverschrijdend, spelen landelijk, vragen om specifieke kennis, innovatieve aanpak en/of (kostbare) technische hulpmiddelen. Als landelijke thema s zijn benoemd: Ondermijning; Cybercrime; Fraude; Kinderporno; High Impact Crime (HIC feiten) (waarbij de aanpak op lokaal niveau georganiseerd is). Er is overigens geen hiërarchie tussen landelijke en lokale prioriteiten. Landelijke prioriteiten zijn alleen relevant voor zover deze lokaal herkenbaar zijn. Het lokale gezag bepaalt wat er in een concrete situatie moet gebeuren en kan daarmee en lokale prioriteit prioriteren boven een landelijke prioriteit of omgekeerd. 11

3.2.2 Beleidsplan politie eenheid Limburg 2015-2018 Met de vaststelling van het beleidsplan 2015-2018 van de politie eenheid Limburg 8 met als titel Betekenisvolle interventies: begrenzen, beschermen en bekrachtigen zijn vier Limburgse veiligheidsthema s benoemd, die richting geven aan het politiewerk in Limburg. Het gaat dan om de thema s: De aanpak van overlast en ernstige veelvoorkomende criminaliteit; Zorg voor de jeugd; Burgerparticipatie; Integriteit. In het kader van de voorbereidingen van het beleidsplan is in de driehoek RBT Venray-Gennep een aantal thema s benoemd, die vanuit de optiek van de driehoek in de komende jaren om inzet van politie vragen. De gebiedsscan, zoals begin 2014 opgeleverd door de politie, is hierbij als uitgangspunt genomen. Vanuit Venray zijn hierbij de volgende thema s ingebracht: Drugsoverlast; Sociale problematiek in relatie tot de extramuralisatie instellingen; Jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit; Overlast drunks en junks; Georganiseerde criminaliteit achter de fietsendiefstal; Integrale aanpak in het kader van veilig ondernemen. 3.2.3 Beleidsvorming decentralisaties in het sociale domein De gemeente krijgt in het kader van de decentralisaties een grote verantwoordelijkheid voor de zorg van een groep bovenal kwetsbare bewoners. De decentralisaties bieden kansen voor het integraal veiligheidsbeleid, namelijk: Professionals zijn meer op het niveau van de wijk of dorp aan het werk, waardoor vroegsignalering beter ingebed kan worden. Zorg en straf kunnen beter op elkaar worden afgestemd, waardoor zorg efficiënter kan worden ingezet en het veiligheidsbeleid effectiever wordt. Voor alle decentralisaties geldt het uitgangspunt dat bewoners meer eigen verantwoordelijkheid krijgen en meer hun eigen kracht en sociale netwerk moeten gaan benutten. Maar dit kan ook betekenen dat bewoners later in beeld komen bij instanties. Als kwetsbare mensen langer zelfstandig wonen en meer hulp moeten vragen aan familie of buren, maar dat vervolgens niet doen, dan bestaat het risico dat zij zich gaan afzonderen van hun omgeving en uit het zicht verdwijnen. Na verloop van tijd neemt de roep om aandacht dan andere vormen aan door bijvoorbeeld overmatig middelengebruik, vervuiling of veroorzaken van overlast. Ook kan er sprake zijn van botsende levensstijlen, omdat veelal (psychisch) kwetsbare mensen, die mogelijk zorg mijden, langer zelfstandig blijven wonen. 8 Behandeld in raadsvergadering van 23 september 2014. 12

Ook in het kader van de decentralisaties is het veiligheidsgevoel een belangrijk thema. Want hoe bewoners zich voelen in hun eigen buurt is per persoon verschillend. Dit omdat beleving nu eenmaal subjectief is. De ene bewoner zal geen enkel probleem hebben met een buurman die in zichzelf praat en af en toe uitvalt, terwijl een andere bewoner zich hierdoor al bedreigd kan voelen. Meer kwetsbare mensen in de buurt vraagt dan ook om meer tolerantie van andere bewoners in die buurt. In de zoektocht naar de raakvlakken met het veiligheidsbeleid komt een aantal doelgroepen in beeld, zoals: Kinderen/jeugdigen die kampen met opgroeiproblemen en ouders met opvoedproblemen; Overlastgevende en criminele jeugd(groepen) en 12-minners; Bewoners met psychi(atri)sche problematiek, die overlast veroorzaken of een gevaar vormen voor zichzelf of hun omgeving; (Jeugdige) veel- en meerplegers; (Jeugdige) ex-gedetineerden; Plegers van huiselijk geweld en kindermishandeling; Overlastgevende multiproblem gezinnen. Gelet op bovenstaande is het dan ook van groot belang om een directe koppeling te maken tussen ontwikkelingen in het sociaal domein en veiligheid en daarmee ook tussen de betrokken beleidsterreinen. De gemeenteraad heeft op 28 oktober 2014 de beleidskaders inzake de drie decentralisatieopgaven vastgesteld. In de beleidsnota s alle gezinnen doen en tellen mee 9 en Iedereen telt mee, doet mee en draagt bij 10 komen de werelden van veiligheid, jeugdhulp respectievelijk de samenwerking in het sociale domein op het gebied van veiligheid en leefbaarheid bij elkaar. In hoofdstuk 5 wordt hier bij de verschillende veiligheidsthema s vanuit meer gedetailleerd op ingegaan, uiteraard nu vanuit de optiek van veiligheid. 3.3 Landelijke trends Naast belangrijke ontwikkelingen is ook een aantal landelijke trends te signaleren. Hierna volgt een korte beschrijving van deze trends 11. Crisis en gedeelde verantwoordelijkheid voor veiligheid Er zijn (nog) geen aanwijzingen dat de economische situatie voor meer criminaliteit of onveiligheidsgevoelens zorgt. 9 10 11 Beleidsplan jeugdhulp Venray 2015-2016-2017 Beleidsplan Wmo 2015-2016-2017 Uit Trendsignalement CCV 13

Dit ondanks het feit dat de uitgaven aan veiligheidszorg na een jarenlange stijging vanaf 2011 nauwelijks toegenomen zijn en particulieren en ondernemers minder investeren in preventiemaatregelen. Daarentegen wordt wel een toenemende rol van bewoners en bedrijven bij veiligheid gezien. Zij krijgen een steeds grotere verantwoordelijkheid in de veiligheidszorg. Dat komt enerzijds door een terugtredende overheid die over steeds minder financiële middelen beschikt. Aan de andere kant groeit de overtuiging dat burgers, bedrijven en overheid samen verantwoordelijk zijn voor de bestrijding van overlast en criminaliteit. Internet en sociale media Internet en sociale media bieden zowel kansen als bedreigingen binnen het veiligheidsdomein. Enerzijds worden internet en sociale media succesvol ingezet om bewoners en ondernemers te betrekken bij veiligheid en leefbaarheid in hun buurt of draagt bij aan de opsporing van strafbare feiten. Anderzijds blijkt cybercrime een vorm van veelvoorkomende criminaliteit te worden en zijn er grote zorgen om de ontwikkeling van het cyberpesten. Daling criminaliteitscijfers en effect op overlastbeleving Vanaf 2005 daalt de geregistreerde criminaliteit in Nederland. Diverse criminaliteitscijfers tonen aan dat Nederland steeds veiliger wordt. Deze daling van criminaliteit gaat echter niet gelijk op met de manier waarop bewoners veiligheid en vooral sociale overlast beleven. Uitbreiding bestuurlijk instrumentarium en verbetering informatiepositie De afgelopen jaren hebben bestuursorganen, waaronder de burgemeester, steeds meer mogelijkheden gekregen om op lokaal niveau bestuursrechtelijk te handhaven c.q. de openbare orde te handhaven. Voor wat betreft het bestuursrechtelijk handhaven is de herziene Wet BIBOB is hier een goed voorbeeld van. Als het om een nieuw instrument met het oog op handhaving van de openbare orde gaat, is op 1 juli 2014 de Wet verruiming fouilleerbevoegdheden van kracht geworden. Deze wet geeft de burgemeester de mogelijkheid om voor maximaal twaalf uur een gebied aan te wijzen waar de politie op bevel van de officier van justitie preventief op wapens mag fouilleren. Het moet dan wel gaan om een plotseling gebeurtenis. Doordat het besluit van de burgemeester en het bevel van de officier van justitie mondeling kan worden gegeven, kan er slagvaardig worden opgetreden tegen agressie en overlast of kan escalatie juist voorkomen worden. De burgemeester informeert de raad zo spoedig mogelijk na afloop van de inzet van dit instrument. Een voorbeeld als het om het verbeteren van de informatiepositie van de burgemeester gaat, is de mogelijkheid om aan te sluiten op de Informatievoorziening Bestuurlijke Informatie Justitiabelen (BIJ). De Informatievoorziening BIJ heeft tot doel om een burgemeester tijdig te informeren over terugkeer van personen die onherroepelijk zijn veroordeeld tot een vrijheidsbenemende straf voor ernstige gewelds- of zedendelicten, van personen die zijn veroordeeld tot een tbs-maatregel met dwangverpleging of veroordeeld tot jeugd-tbs. 14

Beoogd wordt om de burgemeester in die positie te brengen dat hij tijdig als nodig maatregelen kan bevelen met het oog op de handhaving van de openbare orde. 3.4 Lokale trends Terugblikkend op de afgelopen periode is ook een aantal trends in de aanpak van veiligheidsvraagstukken in Venray te onderscheiden. Beroep op bewoners en ondernemers neemt toe We doen een steeds groter beroep op de verantwoordelijkheid van bewoners en ondernemers voor de veiligheid in hun eigen woon- en leefomgeving, zowel voor wat betreft de aanpak als met het oog op het voorkomen van overlast en criminaliteit. Hierbij moet oog zijn en blijven voor draaglast (van een individu) in relatie tot de draagkracht (van de straat, buurt of wijk). Toename bovenlokale samenwerking We signaleren een toename van bovenlokale samenwerking, zowel op het gebied van beleidsontwikkeling als op het gebied van de uitvoering. Deze samenwerking is op diverse niveaus georganiseerd: van provinciaal tot binnen het werkgebied van de RBT Venray-Gennep. Gebruik maken van elkaars expertise, effectievere inzet van beschikbare capaciteit, uniformeren van beleid onder meer met oog op handhaafbaarheid en het voorkomen van het waterbedeffect liggen hieraan ten grondslag. Persoonsgerichte aanpak wordt breder toegepast Werd de persoonsgerichte aanpak vooral gezien als een instrument om jeugdcriminaliteit aan te pakken, nu wordt deze aanpak steeds vaker ingezet bij de aanpak van georganiseerde criminaliteit. Als voorbeeld wordt de patseraanpak genoemd. Aandacht voor aanpak georganiseerde criminaliteit ten koste van preventie Met de aansluiting bij het landelijke Convenant ten behoeve van Bestuurlijke en Geïntegreerde Aanpak Georganiseerde Criminaliteit, Bestrijding Handhavingsknelpunten en Bevordering Integriteitsbeoordelingen, de ondersteuning vanuit het Regionaal Informatie en Expertise Centrum en de capaciteitsuitbreiding op de bestuurlijke aanpak is de aandacht voor de aanpak van georganiseerde criminaliteit verstevigd. Dit met het oog op het borgen van de integriteit van de overheid en de veiligheid voor de Venrayse bewoners. Hier staat tegenover dat de bezuiniging op de niet wettelijke preventietaken binnen het integraal veiligheidsbeleid op een aantal onderdelen gevoeld wordt. Denk aan de preventieactiviteiten in het kader van het keurmerk veilig ondernemen winkelcentra en voorlichtingsactiviteiten over criminaliteit, (cyber)pesten en middelengebruik in het basis- en voortgezet onderwijs. 15

4 Herijking kernpunten van het beleid 4.1 Strategisch en tactisch kader Strategische visie 2025 Veiligheid stond als een prominent thema in de Strategische Visie Venray 2020 en werd als belangrijk uitgangspunt benoemd om te bereiken dat Venray in 2020 een krachtige, bloeiende en veilige gemeenschap en gemeente is, waarin iedereen telt en meedoet. In de herijkte strategische visie Venray, stad in de Peel De warme jas van 2025 komt de term veiligheid daarentegen welgeteld nog één Venray: keer voor. In meer algemene zin wordt aangegeven dat geborgenheid van de gemeenten voor grote opgaven staan en dat een ontwikkeling herkenbare, sociale gezien wordt dat gemeenten zich terugtrekken op basistaken, lokale omgeving zoals openbare orde en veiligheid. Hierbij wordt aangetekend dat (herkenning, thuis voelen) en de ook Venray zich de komende tijd hierop dient te oriënteren. Het openheid naar de behouden van de warme jas van Venray staat centraal in de wereld om ons heen visie. met kansen voor sociaaleconomische Coalitieakkoord 2014-2018 ontwikkelingen en In visie, zoals geformuleerd in het coalitieakkoord 2014-2018 nieuwe belevenissen (uitdaging). Samen aan de slag, samen verantwoordelijk met als ondertitel Uit strategische visie Niet alleen de overheid, maar wij samen zorgen voor kwaliteit Venray, stad in de van leven, is dit ook terug te lezen. Op de vraag waar Venray in Peel (2025) 2018 staat, zeggen de coalitiepartijen dat Venray in 2018 veiliger, leefbaarder en welvarender is. Onze inwoners zijn tevreden met de wijze waarop ze in de gemeente Venray kunnen wonen, leven en werken. We hebben flinke stappen gezet in het vinden van de balans tussen prettig wonen, een goede boterham verdienen en in partnerschap samenwerken aan de kwaliteit van leven voor Venrayse gemeenschappen. Collegeprogramma 2014-2018 In het collegeprogramma 2014-2018 Balans en Vertrouwen is deze visie verder uitgewerkt, waarbij onder het programma Wonen en de deelprogramma s woonomgeving en Veiligheid en Handhaving nader omschreven is wat het college beoogt en gaat ondernemen om te komen tot een veiliger Venray in 2018. Hierbij zijn de in de strategische visie benoemde perspectieven, te weten zelfsturing, kwalitatieve ontwikkeling en (regionale) samenwerking leidend. 16

Het college van burgemeester en wethouders stelt zich voor de opdracht om de feitelijke veiligheidssituatie alsook de veiligheidsgevoelens te verbeteren door enerzijds met veiligheidspartners samen te werken en anderzijds juist bewoners en ondernemers te stimuleren om zelf maatregelen te treffen om slachtofferschap te voorkomen. Dit laatste impliceert dat op onderdelen de gemeente niet altijd (meer) de regierol heeft zoals gedefinieerd binnen het Kernbeleid Veiligheid, maar juist een andere rol kan vervullen ten opzichte van bewoners of ondernemers. Tactische opgave tot 2018, deelprogramma woonomgeving : Alle inwoners van de Venrayse dorpen en wijken worden gefaciliteerd door een wijkteam Veilige, Leefbare en Zorgzame buurten Uit collegeprogramma 2014-2018 Tactische opgave tot 2018, deelprogramma Veiligheid & Handhaving: Het versterken van de objectieve en subjectieve veiligheid in de Venrayse dorpen en wijken door enerzijds veiligheidspartners te verbinden aan de integrale aanpak van veiligheidsproblemen en anderzijds door bewoners en ondernemers te stimuleren om zelf maatregelen te treffen om daarmee slachtofferschap te voorkomen. We vullen de gemeentelijke regierol in door de beleidsontwikkeling en uitvoering op het gebied van integrale veiligheid aan de gang te houden, partners betrokken en aan hun afspraken te houden en nieuwe items snel op te (laten) pakken en van een aanpak te voorzien. We proberen vaker vooraan in de veiligheidsketen te opereren: preventie waar mogelijk, handhaven als het niet anders kan. We zetten verder primair in op het verbeteren van de (sociale) veiligheid in de openbare ruimte en aanpak sociale problematiek in dorpen en wijken. Uit collegeprogramma 2014-2018 De ene keer ligt de regie bij de gemeente en worden bewoners en ondernemers gevraagd te participeren (bewonersparticipatie 12 ), waarbij de mate van participatie afhankelijk is in hoeverre het veiligheidsthema daarvoor leent. De andere keer ligt het initiatief bij bewoners of ondernemers en wordt de gemeente gevraagd te participeren (overheidsparticipatie 13 ). Ook hier is de mate van participatie afhankelijk van het vraagstuk dat voorligt. In het verlengde hiervan past de intentie om weer vaker vooraan in de veiligheidsketen te opereren, daar waar het accent in de afgelopen jaren juist vooral op het verstevigen van de geïntegreerde (waaronder bestuurlijke) aanpak gelegen heeft. Uitgaande van deze tactische opgaven, is een aantal belangrijke acties benoemd in het collegeprogramma, die uiteraard een plek krijgen in deze kadernota. Deze acties betreffen onder meer de doorontwikkeling van de wijkteams en het verstevigen van de verbinding tussen de ontwikkelingen in het sociale domein (de drie decentralisatieopgaven) en veiligheid. Daarnaast wordt een aantal veiligheidsthema s specifiek benoemd in het collegeprogramma, die dan ook als geprioriteerd thema terug komen in deze kadernota. 12 Van informeren, reageren, raadplegen naar adviseren en meebeslissen 13 Van reguleren, regisseren, stimuleren naar faciliteren en loslaten 17

4.2 Visie op veiligheid Aanhakend bij de strategische visie 2025 van de gemeente Venray kunnen we vanuit het veiligheidsperspectief aangeven dat, om in beelden te blijven spreken, de mate waarin bewoners veilig zijn en zich veilig voelen mede bepalend is voor hoe dik de voering van de Venrayse jas uiteindelijk is. We komen in een cirkelredenering terecht, want hoe je het ook went of keert, na de eerste levensbehoeften eten, drinken en slapen, is veiligheid een belangrijke primaire levensbehoefte voor ieder mens. Pas als bewoners zich veilig voelen, kunnen zij zich ontplooien in educatief, economisch en maatschappelijk opzicht en zullen ze zich vervolgens meer maatschappelijk betrokken voelen en zich in willen zetten voor onder meer de veiligheid in het dorp of wijk. Hierbij moet aangetekend worden dat veiligheid wel iets is wat leeft in het hoofd en het hart van bewoners. Elke bewoner creëert zijn eigen veiligheidsgevoel op basis van persoonlijke situatie, persoonlijke ervaringen en eigen interpretatie van maatregelen. De ene bewoner voelt zich veiliger met meer politie in de straat, een andere bewoner zal denken hier is vast iets aan de hand, want ik zie zo vaak politie in de straat. Het bovenstaande samengevat en daarbij kijkend naar de strategische visie en reeds geformuleerde tactische opgaven, levert op dat de in de kadernota 2012-2015 geformuleerde strategische doelstelling in die zin bijgesteld wordt dat de veranderende rolverdeling duidelijker wordt neergezet. We streven binnen het integraal veiligheidsbeleid dan ook naar: Veilige Venrayse dorpen en wijken, waarin bewoners van alle generaties zich veilig voelen, waarbij we samen met professionele veiligheidspartners de maximale invloed uitoefenen op problemen die de veiligheid of het veiligheidsgevoel raken, echter van bewoners en ondernemers ook een bijdrage naar vermogen mogen verwachten als het gaat om het bevorderen van veiligheid in de eigen woon- of werkomgeving en het voorkomen van slachtofferschap. 4.3 Herijking strategische uitgangspunten In de kadernota 2012-2015 is een aantal strategische uitgangspunten geformuleerd. Hierna vindt een herijking van deze uitgangspunten plaats. 4.3.1 Wijzigende rolverdeling gemeente en bewoner/ondernemer Zoals in paragraaf 2.3 omschreven is de gemeentelijke rol in het veiligheidsdomein aan veranderingen onderhevig. In het kader van het integraal veiligheidsbeleid zet de gemeente nog altijd in op de aanpak van uiteenlopende vormen van overlast en criminaliteit door veiligheidspartners samen te brengen, afspraken te maken over de aanpak en deze afspraken ook te bewaken. 18

Op dit punt vervult de gemeente nog altijd de formele regierol op het proces, zoals omschreven in het Kernbeleid Veiligheid, namelijk sturen op de selectie en de aanpak van veiligheidsdoelstellingen, sturen op de samenwerking en op tussentijdse evaluaties en doorontwikkeling van de aanpak. Dit laat onverlet dat bewoners en ondernemers ook in het kader van de aanpak van overlast en criminaliteit een belangrijke functie kunnen hebben. Enerzijds is de aanpak van overlast en criminaliteit voor een belangrijk deel namelijk afhankelijk van meldingen en aangiften. Voorbeelden waarbij bewoners en ondernemers een bijdrage leveren aan de veiligheid door het signaleren en melden zijn Burgernet en Meld Misdaad Anoniem. Anderzijds kunnen diverse vormen van overlast en criminaliteit juist voorkomen worden als bewoners en ondernemers zelf afdoende maatregelen treffen (vb. goed hang- en sluitwerk) of hun gedrag wijzigen (vb. geen waardevolle spullen in auto achterlaten). Zoals ook in de visie omschreven verwachten we van bewoners en ondernemers een bijdrage naar vermogen als het gaat om het bevorderen van veiligheid in de eigen woon- of werkomgeving en het voorkomen van slachtofferschap. De praktijk leert dat de bewoners en ondernemers graag bereid zijn om bij te dragen in de zoektocht naar een oplossing voor een probleem in hun eigen woon- of werkomgeving. Bewoners en ondernemers kunnen een lokaal veiligheidsprobleem soms ook veel sneller en effectiever aanpakken, omdat zij weten wat er in de omgeving speelt. In sommige gevallen is de gemeente hier zelfs niet van op de hoogte en ligt de regie op de aanpak volledig in de wijk, buurt of straat. In andere situaties wordt door bijvoorbeeld de wijkteams veilige, leefbare en zorgzame buurten ingezet op het versterken van de sociale cohesie en het stimuleren van bewoner 14 - respectievelijk overheidsparticipatie 15 op onder meer veiligheidsthema s. Achterliggende gedachte is dat kennen en gekend worden (sociale controle) en (mee)werken aan een veilige straat, buurt of dorp/wijk in positieve zin doorwerken op het veiligheidsgevoel van bewoners. Hierbij moet aangetekend worden dat de mate waarin de gemeente en haar veiligheidspartners hun verantwoordelijkheid nemen in de aanpak van overlast en criminaliteit onlosmakelijk verbonden is met de mate waarin bewoners bereid zijn om zich in te zetten voor de veiligheid. Zo kunnen bewoners slachtoffer worden of slachtoffers maken. In die gevallen moeten de bewoners kunnen vertrouwen op de gemeente, politie en andere veiligheidspartners. Als het om de gemeentelijke rol bij de wijkteams gaat, dan sturen we nog altijd op de methodiek en het proces. Echter op inhoud heeft de gemeente steeds vaker een faciliterende, ondersteunende rol. Geconcludeerd kan dan ook worden dat bewoners en ondernemers onmiskenbaar hard nodig zijn om de gemeente Venray (nog) veiliger te maken. Daarmee zijn bewoners en ondernemers uitgegroeid tot strategische veiligheidspartners. 14 Initiatief ligt bij de gemeente en we stimuleren bewoners om mee te doen. 15 Initiatief ligt bij bewoners en bewoners vragen gemeente om mee te doen. 19

4.3.2 Rolverdeling raad, college en burgemeester De strategische uitgangspunten inzake de rolverdeling tussen raad, college van burgemeester en wethouders en burgemeester, zoals geformuleerd in de kadernota 2012-2015, blijven onveranderd met die kanttekening dat de functie van wethouder integrale veiligheid met de verkiezingen in maart 2014 niet is teruggekomen in de gemeente Venray. Op hoofdlijnen ziet de rolverdeling er als volgt uit: de gemeenteraad stelt eenmaal per vier jaar een kadernota integraal veiligheidsbeleid vast en voert vervolgens de controlerende taak uit en ziet in dit kader toe op de uitvoering. Het college van burgemeester en wethouders zorgt voor de uitvoering van het beleid en stelt dan ook het uitvoeringsprogramma vast, waarna het ter kennisgeving aan de gemeenteraad wordt aangeboden. Verder rapporteert het college van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad over de voortgang via de P&C-cyclus. De burgemeester is vanuit zijn wettelijke verantwoordelijkheid belast met het handhaven van de openbare orde en veiligheid en heeft het bevel bij grootschalig optreden. Daarnaast is de burgemeester vanuit zijn portefeuille integrale veiligheid verantwoordelijk voor de bestuurlijke coördinatie van het proces en draagt binnen het college van burgemeester en wethouders zorg voor afstemming tussen de verschillende portefeuilles. In paragraaf 3.5 wordt nader ingegaan op deze rollen. 4.3.3 Overige strategische uitgangspunten Het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Venray wordt ingebed in de programmabegroting van de gemeente Venray onder het programma Wonen en voor zover noodzakelijk in de begroting van externe partners. Zowel professionals (strategische veiligheidspartners) als burgers, al dan niet vertegenwoordigd in de bestaande wijk- en dorpsraden, worden betrokken bij de totstandkoming van het integraal veiligheidsbeleid. Hierbij wordt geen apart traject doorlopen, echter zoveel als mogelijk gebruik gemaakt van de bestaande contacten en overlegvormen. Veiligheidsthema s, waarvoor kaders vastliggen in andere beleidsnota s, worden niet verder uitgediept in deze kadernota. Bij de desbetreffende thema s wordt een verwijzing naar het betreffende beleid aangebracht. Voor wat betreft de veiligheidsanalyse wordt uitgegaan van de cijfers uit het registratiesysteem van de politie, de gebiedsscan en de benchmark veiligheid. Daarnaast wordt het laatst beschikbare resultaat van de landelijke Leefbarometer meegenomen. De gemeente Venray heeft in 2014 niet deelgenomen aan Waar staat je gemeente. Vergelijking met de rapportage uit 2012 is dus niet mogelijk. 20

4.4 Strategische veiligheidspartners De gemeente heeft als taak om de samenwerking tussen verschillende veiligheidspartners tot stand te brengen. Met bewoners en ondernemers als strategische veiligheidspartners is veiligheid een thema van de samenleving als geheel geworden. De volgende partners zijn in beeld als het om de veiligheid in Venray gaat. Externe strategische partners zijn: Bewoners van Venray al dan niet georganiseerd in wijk- en dorpsraden; Ondernemers in de gemeente Venray als dan niet verenigd in ondernemersvereniging, winkeliersvereniging, etc.; Politie-eenheid Limburg, Robuust Basisteam Venray-Gennep; Veiligheidsregio Limburg-Noord; Openbaar Ministerie, arrondissement Limburg; Wonen Limburg; Welzijnsinstelling Synthese; Bureau Jeugdzorg; Vincent van Gogh instituut; GGD Noord- en Midden-Limburg; Veiligheidshuis Noord-Limburg; Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC); Provincie Limburg; Gemeenten in Noord- en Midden-Limburg. Naast bovenstaande partners is een aantal partners meer op thematische basis betrokken bij het integraal veiligheidsbeleid. Denk dan bijvoorbeeld aan het Bureau IKVA, Koninklijk Horeca Nederland, FPI Rooyse Wissel, William Schrikker Groep, Bureau Halt team Limburg, Belastingdienst, met GGZ 16, Dichterbij, MEE, Mutsaersstichting, Regionaal Platform Criminaliteitsbeheersing, sportverenigingen, Jongerenstichting The B, Optisport. Ook vervoer gerelateerde partijen (zoals NS Poort, Prorail en Veolia), het onderwijs (Raayland College, Stichting Primair Onderwijs Venray, Dynamiek Scholengroep, ROC Gilde en Montessoricentrum Venray), Reclassering Nederland, enzovoort dragen hun steentje bij als het om integrale veiligheid gaat. Interne strategische partners zijn: Naast raad, college van burgemeester en wethouders, burgemeester is ook de gemeentesecretaris en het managementteam een belangrijke partner binnen het integraal veiligheidsbeleid. Met ingang van 2015 kent de gemeente Venray een meer vraaggerichte organisatie. 16 Fusie Mensana en Riagg Zuid 21

De bij het veiligheidsbeleid betrokken medewerk(st)ers zijn bovenal terug te vinden in de afdeling Stad, Dorpen en Wijken. Meer specifiek gaat het om medewerk(st)ers, die zich met de volgende taakvelden bezighouden: openbare orde, veiligheid en bestuurlijke aanpak; rampenbestrijding en crisisbeheersing; horeca, evenementen en APV; toezicht en handhaving; welzijn; jeugd; onderwijs en leerplicht/rmc; gebiedsgericht werken; verkeer en vervoer; openbare ruimte; toerisme; bedrijfscontactfunctionaris; communicatieadviseur; jurist; adviseur beleid & control. 4.5 Sturen op veiligheid 4.5.1 Politiek bestuurlijk inbedding en interne afstemming De gemeenteraad stelt eenmaal per vier jaar de kaders voor het integraal veiligheidsbeleid vast. Daarnaast heeft de raad een controlerende taak als het om de resultaten van het beleid en het rendement van de inzet van de financiële middelen ten behoeve van het integraal veiligheidsbeleid gaat. Het college van burgemeester en wethouders zorgt voor de uitvoering van het beleid waarbij het streven erop gericht is om jaarlijks een uitvoeringsprogramma vast te stellen. Dit uitvoeringsprogramma wordt ter kennisgeving aangeboden aan de raadscommissie en de gemeenteraad. Verder rapporteert het college van burgemeester en wethouders aan de gemeenteraad over de voortgang via de reguliere Planning & Control-cyclus. In geval van een belangrijke ontwikkeling of een incident informeert de burgemeester het presidium. Dit heeft in de afgelopen jaren op een aantal momenten plaatsgevonden. De centrale coördinatie van het proces rondom het integraal veiligheidsbeleid is in handen van de portefeuillehouder integrale veiligheid, de burgemeester. Het integraal veiligheidsbeleid staat namelijk niet op zich. Het raakt uiteenlopende gemeentelijke beleidsvelden en daarmee ook andere portefeuilles. Met het oog hierop zoekt de portefeuillehouder integrale veiligheid afstemming met de overige portefeuillehouders binnen het college van burgemeester en wethouders. 22

De burgemeester is wettelijk belast met de handhaving van de openbare orde en veiligheid en draagt daarvoor bestuurlijke verantwoordelijkheid. De burgemeester voert het bevel bij grootschalig optreden en draagt het gezag op het terrein van handhaving van de openbare orde en hulpverlening. Daarnaast heeft de burgemeester op basis van uiteenlopende wet- en regelgeving bijzondere bevoegdheden. Denk bijvoorbeeld aan de bevoegdheden, zoals vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening of aan de wetten op basis waarvan de burgemeester instrumenten in handen heeft om uiteenlopende vormen van overlast en verloedering tegen te gaan. De burgemeester informeert het college van burgemeester en wethouders en de gemeenteraad in elk geval als er sprake is van een incident met maatschappelijke onrust tot gevolg of bij toepassing van bevoegdheden in bestuurlijk en/of politiek gevoelige kwesties. Waar staan we? In de rapportage Benchmark veiligheid is te lezen dat de gemeente Venray op de onderdelen wisselwerking met portefeuillehouder en wisselwerking met college op respectievelijk boven het benchmarkgemiddelde scoort. Op de onderdelen betrekken van de raad en rol van de gemeentesecretaris liggen de scores licht onder het gemiddelde van de benchmark. Als het om het betrekken van de raad gaat, is dat verklaarbaar uit het gegeven dat verantwoording aan de raad plaatsvindt via de jaarlijkse cyclus rondom het uitvoeringsprogramma. Echter in de afgelopen vier jaar is er slechts tweemaal een uitvoeringsprogramma gepresenteerd. Zoals ook bevestigd wordt in de rapportage van de Benchmark heeft de afgelopen jaren het accent gelegen op meer tactische-operationele taken. Dit is ten koste gegaan van meer strategische-tactische opgaven, zoals nieuw beleid, evaluatie van beleid en vertaling daarvan in een jaarprogramma. De noodzaak om een beter balans aan te brengen tussen het strategisch-tactisch en het tactisch-operationeel acteren wordt onderschreven. Met de uitbreiding van de capaciteit per mei 2014 op een aantal beleidsuitvoerende, meer beheersmatige taken wordt een accentverschuiving mogelijk gemaakt. De rol van de gemeentesecretaris en het managementteam is binnen het integraal veiligheidsbeleid niet nader omschreven. Feit is wel dat veiligheid dwars door verschillende beleidsterreinen gaat en daarmee ook een organisatievraagstuk is dat aandacht vanuit het management behoeft. Als hoofd van de gemeentelijke organisatie stuurt de secretaris hierop. Ondanks dat veiligheid geen specifiek managementthema is binnen de gemeente Venray, is er wel voldoende aandacht, kennis en regievermogen georganiseerd om de gemeentelijke veiligheidsopgaven integraal aan te pakken. Met de kanteling naar een vraaggerichte organisatie, waarbij veiligheidsvraagstukken ook meer programmagestuurd worden benaderd, biedt kansen om de afstemming met de zogenaamde eerste tafel 17 verder te intensiveren. 17 Gemeentesecretaris, afdelingsmanagers, concerncontroller 23

4.5.2 Ambtelijke inbedding en interne afstemming Kenmerkend voor integraal veiligheidsbeleid is dat het dwars door een gemeentelijke organisatie loopt. Met de start van de vraaggerichte organisatie per 2015 wordt het beleid, rakend aan integraal veiligheidsbeleid, echter vooral binnen de afdeling Stad, Dorpen en Wijken, weliswaar verdeeld over diverse teams, gemaakt en uitgevoerd. Ondanks dat de primaire verantwoordelijkheid voor eigen beleid op eigen vakgebied en afstemming met eigen portefeuillehouder overeind blijft, wordt samenwerken en het zoeken naar samenhang in beleid, zoeken naar afstemming en het zoeken naar de gemeenschappelijkheid, (kortom: integraal werken) vereenvoudigd. De coördinatie van het integraal veiligheidsbeleid is een taak van de beleidsmedewerker openbare orde en veiligheid. Deze beleidsmedewerker is niet alleen belast met het ontwikkelen en actualiseren van integraal veiligheidsbeleid, het opstellen van het uitvoeringsprogramma en het monitoren van de voortgang, maar zoekt ook op ambtelijk niveau de afstemming tussen de afdelingen als het om het brede gebied van veiligheid gaat. De beleidsinhoudelijke afstemming en bijpraten over lopende zaken vindt wekelijks met de portefeuillehouder(s) plaats. Waar staan we? In de benchmark veiligheid wordt geconcludeerd dat de scores op samenwerking/wisselwerking intern ruim boven het benchmarkgemiddelde liggen. Dit is inherent aan het gegeven dat het accent in de afgelopen periode op tactische en operationele opgaven heeft gelegen. Interactie met andere afdelingen is dan onvermijdelijk. Dit heeft volgens de rapportage weer een positieve invloed op onder meer de interactieve beleidsvorming en het elkaar versterken. 4.5.3 Samenwerking met externen Zowel op strategisch, tactisch als operationeel niveau vindt er afstemming plaats als het om uiteenlopende veiligheidsthema s gaat. Deze afstemming vindt plaats in diverse lokale en bovenlokale overleggen, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Bovenlokaal-bestuurlijk Bovenlokaal wordt er op bestuurlijk niveau in Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO) Eenheid Limburg overleg gevoerd over strategische vraagstukken met betrekking tot sociale veiligheid, politieaangelegenheden en de geïntegreerde (o.a. bestuurlijke) aanpak van georganiseerde criminaliteit 18. Alle Limburgse burgemeesters nemen deel in het RBO. Op het niveau van het RBT Venray-Gennep zijn het de burgemeesters van de vier gemeenten binnen het werkgebied van het RBT Venray-Gennep en de officier van justitie die samen met de chef van het RBT Venray-Gennep in het driehoeksoverleg keuzes maken als het om inzet van de beschikbare politiecapaciteit gaat. 18 Stukken aangaande het RIEC (jaarplan, begroting, jaarverslag) worden via de stuurgroep RIEC aan het RBO Eenheid Limburg voorgelegd. 24

De basis hiervoor zijn de lokale integrale veiligheidsplannen alsook de door het Openbaar Ministerie geprioriteerde thema s. Aan de hand van een presentatie van het actueel criminaliteitsbeeld voor het hele werkgebied kan de driehoek besluiten tot bijstelling van de inzet. Deze lokale driehoek komt viermaal per jaar bijeen. De gemeente Venray levert de voorzitter en de ambtelijk secretaris voor deze driehoek. Op het gebied van crisisbeheersing en rampenbestrijding vindt het bestuurlijk overleg plaats binnen de Veiligheidsregio Limburg-Noord. Overigens wordt binnen het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio gelegenheid geboden om politieaangelegenheden op de schaal van Noord- en Midden-Limburg te bespreken. Ook in het kader van de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) vindt er bestuurlijk overleg plaats, waarbij de directeur van de RUD Limburg Noord beslisbevoegdheden heeft in geval van escalatie. Daarnaast zijn er diverse, meer themagerichte bestuurlijke overleggen, zoals de stuurgroep RIEC, het bestuurlijk overleg Veiligheidsarrangement Maaslijn 19 en het Veiligheidshuis Noord-Limburg 20. Bovenlokaal-ambtelijk De ambtelijke voorbereiding van het RBO vindt plaats in het ambtelijk RBO, waaraan de ambtelijk secretarissen van de lokale driehoeken deelnemen. Op het niveau van de Veiligheidsregio overleggen de ambtenaren openbare veiligheid regelmatig over crisisbeheersing en rampenbestrijding. Daarnaast zijn er uiteenlopende, meer themagerichte, overleggen, zoals het coördinatorenoverleg RIEC, werkgroep mensenhandel, werkgroep ketenaanpak cannabis (allen op provinciale schaal), coffeeshopoverleg, projectgroep overval app, afstemmingsoverleg aanpak HIC feiten (allen op schaal acht grootste Limburgse gemeenten), ambtelijke projectgroep Veiligheidshuis (op schaal Noord Limburg), patseroverleg en projectgroep proeftuin veiligheid ROC Gilde. Lokaal-bestuurlijk Lokaal overleggen de burgemeester en loco-burgemeester eenmaal per maand met de chef van het RBT Venray-Gennep over Venrayse vraagstukken en de gewenste inzet hierop. Gemiddeld tweemaal per jaar wordt het college van burgemeester en wethouders uitgenodigd voor het wijkagentenoverleg, waaraan naast de politieleiding ook alle Venrayse wijkagenten deelnemen. Daarnaast zijn er diverse, meer themagerichte bestuurlijke overleggen met externe veiligheidspartners zoals de stuurgroep Jeugd & Veiligheid, het horecaoverleg en het centrumoverleg. 19 Venray levert bestuurlijk trekker en voorzitter. 20 Venray vertegenwoordigt de Leidende Coalitie in de stuurgroep 25

Lokaal-ambtelijk Ook lokaal is er nog een aantal ambtelijke werkgroepen actief rondom specifieke veiligheidsthema s, zoals werkgroep sociale veiligheid station Venray, werkgroep Verkeer, de regiegroep Jeugd & Veiligheid en het Straatgroepenoverleg, brede werkgroep wijkteams en de operationele overleggen van de wijkteams, overleg convenant Veilige School Venray en het lokaal overleg RIEC. Waar staan we? In de benchmark veiligheid wordt geconcludeerd dat de scores op samenwerking/wisselwerking extern op 21 of ruim boven 22 het benchmarkgemiddelde liggen. Uitzondering hierop vormt de ketensturing en samenwerking met het Veiligheidshuis. Dit aspect scoort onder het benchmarkgemiddelde. In de rapportage wordt de op handen zijnde kanteling van het Veiligheidshuis als mogelijke verklaring benoemd. Feit is echter ook dat de lokale aansluiting op het Veiligheidshuis in de afgelopen jaren niet goed uit de verf is gekomen. De kanteling moet juist op dit aspect de samenwerking gaan versterken. 4.6 Communicatie Communicatie is een belangrijk onderdeel van het integraal veiligheidsbeleid, omdat het helpt de geformuleerde doelstellingen binnen het veiligheidsbeleid te bereiken. En dan gaat het allang niet meer om alleen informeren over beleid. Communicatie is nodig om het vertrouwen van bewoners in veiligheidspartners te vergroten. BRIEF Venray Pedovrij wil maatregelen Bron dagblad De Limburger Een enkel incident kan het veiligheidsgevoel fors aantasten en/of maatschappelijke onrust teweeg brengen. Hoe handelt de gemeente op dat moment om te voorkomen dat het lang onrustig blijft? En als we het over het veiligheidsgevoel hebben, wat is dan nodig om bewoners een betere kijk te geven op de veiligheidssituatie in hun eigen woonomgeving? Kijkend naar de Brand Venray: groter gebied dicht door asbest Website L1 visie op veiligheid, rijst de vraag hoe je communicatie kunt inzetten om bewoners in beweging te krijgen als het om de veiligheid in hun eigen woon- en leefomgeving gaat. Binnen het integraal veiligheidsbeleid wordt communicatie op drie manieren ingezet, namelijk als middel om integrale veiligheid meer bekendheid te geven (communicatie over beleid), als instrument om beleidsdoelen te halen (communicatie als beleid) en als procesinstrument om bewoners meer te betrekken bij beleidsvorming en uitvoering van het beleid (communicatie in het beleid). 21 Sturing en gezag in relatie tot (nationale) politie 22 Intergemeentelijke samenwerking en betrekken bewoners en ondernemers 26

015 door Communicatie over beleid In de communicatie over beleid wordt gestreefd naar een integrale aanpak, waarbij een goede afstemming met betrokken veiligheidspartners voorop staat. Er is aandacht voor afstemming en samenhang in de boodschappen, die naar buiten worden gebracht over uiteenlopende veiligheidsthema s en de ontplooide initiatieven om overlast en criminaliteit aan te pakken. Maar we vergeten nog te vaak de successen van beleid uit te dragen. Kortom: meer naar buiten treden als het om de aanpakken en de successen gaat. Middelen die hiervoor worden ingezet, zijn bijvoorbeeld de gemeentepagina, de gemeentelijke website en thematische websites 23, huis-aan-huis bladen, krantjes van wijk- en dorpsraden, Kabelkrant, flyers, etc.. Communicatie als beleid Communicatie kan ook ingezet worden als middel om een gedragsverandering teweeg te brengen bij bewoners en ondernemers. Van alle veiligheidspartners is het juist de bewoner die het verschil kan maken, individueel maar zeker ook in groepsverband. Bewoners en ondernemers moeten dan ook meer bewust gemaakt worden van de (vooral preventieve) instrumenten die zijzelf in handen hebben. Zij kunnen gestimuleerd worden zelf actief te worden (of te blijven). Communicatie in beleid Communicatie in beleid sluit aan bij de veranderende rolverdeling tussen overheid en bewoners c.q. ondernemers. Communicatie wordt ingezet om in gesprek te komen en te blijven met bewoners en ondernemers over de veiligheid in hun eigen woon- of werkomgeving. Een methodiek die dit bij uitstek in zich heeft is de Veilige buurten methodiek. Een methodiek die vertaald is vanuit het Engelse Safer Neighbourhood Program en vanaf februari 2011 wordt toegepast in een aantal Venrayse wijken. 23 Naast gemeentelijke website, is er een aantal websites waar aanpakken op beschreven zijn. Denk aan www.wijkteamvenray.nl, www.waakvoorinbraak.nl, www.lekkerfriz.nl, www.risicokaart.limburg.nl. 27

4.7 Financiën Veiligheid kost geld. Het Rijk financiert de klassieke veiligheidszorg door politie en justitie. De gemeente draagt daarentegen de kosten voor onder meer de brandweerzorg en voorbereiding op de rampenbestrijding, het aanvullend toezicht in het publieke domein en diverse samenwerkingsvormen zoals het Veiligheidshuis en het RIEC. Ook kosten die verbonden zijn aan de uiteenlopende initiatieven, maatregelen en projecten op het gebied van veiligheid komen voor rekening van de gemeente. De in deze kadernota omschreven ambities en prioriteiten worden nader uitgewerkt in een uitvoeringsprogramma. Op dat moment worden ook de financiële consequenties in beeld gebracht. Daar waar het de uitwerking c.q. uitvoering betreft, zijn er voor veel veiligheidsthema s c.q. samenwerkingsvormen in de huidige (meerjaren)begroting reeds financiële middelen gereserveerd. Uitgangspunt is, en zeker in tijden van crisis en bezuinigingen, dat er gewerkt wordt binnen de reguliere begroting en budgetten van betreffende afdelingen, teams of veiligheidspartners. Nieuwe initiatieven worden dan ook kritisch op financiële gevolgen bezien dan wel wordt onderzocht of veiligheidspartners bereid zijn om financieel bij te dragen. 28

5 Veiligheidsanalyse 5.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt een analyse gemaakt van de (on)veiligheid in de gemeente Venray. De analyse vormt de basis voor het in deze kadernota vastgelegde beleid. Daarnaast kunnen mede vanuit deze analyse de in de kadernota 2012-2015 gestelde prioriteiten herzien worden. 5.2 Bronnen Voor de uitvoering van de analyse is gebruik gemaakt van een aantal bronnen, namelijk: Politiecijfers Als het om de politiecijfers gaat, is er voor gekozen om niet langer de indicator incidenten als uitgangspunt te nemen. Aangezien deze indicator alle meldingen van burgers en politiemedewerkers alsook alle aangiften en registraties in het digitale bedrijfsprocessensysteem van de politie bevat, geeft dit op onderdelen een vertekend beeld hoe groot een probleem feitelijk is. In deze kadernota alsook in het hieruit voortvloeiende uitvoeringsprogramma gaat dan ook gewerkt worden met de indicator misdrijven. Voor een aantal fenomenen, zoals drugsoverlast, burengerucht en overlast algemeen wordt nog wel de indicator incidenten gebruikt. Gebiedsscan De Gebiedsscan Criminaliteit & Overlast 2013, zoals samengesteld door het RBT Venray- Gennep, is op 6 mei 2014 gepresenteerd aan het college van burgemeester en wethouders in het wijkagentenoverleg. De gebiedsscan is tot stand gekomen door informatie uit het registratiesysteem van de politie te koppelen aan kennis van wijkagenten, jeugdagenten en de politiemedewerkers met een specifieke taakstelling (bijv. harddrugs, hennep, verkeer,..). Deze politiemensen hebben vanuit hun functie hun eigen visie op problemen, die spelen in hun gebied of binnen hun taakveld. Bovendien beschikken zij over informatie die niet uit de systemen te genereren is. Door de harde en zachte informatie te koppelen, geeft de gebiedsscan een goed overzicht van de belangrijkste problemen en een onderbouwd inzicht in de achtergronden c.q. oorzaken van deze problematiek. Benchmark Veiligheid In de Benchmark Veiligheid wordt niet alleen aandacht besteed aan het organisatiemodel, sturing en input, maar wordt ook een veiligheidsprofiel opgemaakt, afgezet tegen de andere deelnemende gemeenten, voor wat betreft een zestal veiligheidsthema s namelijk woninginbraak en overige kraak, woonoverlast en overlast van alcohol en drugs, veilig uitgaan, veilige evenementen, jeugdgroepen en jeugdcriminaliteit en handhavingsknelpunten georganiseerde criminaliteit. 29

Leefbaarometer De Leefbaarometer geeft online informatie over de leefbaarheid in alle buurten en wijken in Nederland. Het geeft de situatie in de wijk weer, maar ook ontwikkelingen en achtergronden van de buurt. De Leefbaarometer geeft op basis van 49 (voornamelijk) objectieve indicatoren (kenmerken van de woonomgeving) een inschatting van de leefbaarheidssituatie en ontwikkeling. De score op het onderdeel veiligheid is er in bijlage 1 specifiek uitgelicht. 5.3 Terugblik algemeen Het integraal veiligheidsbeleid van de gemeente Venray heeft zich in de afgelopen jaren ontwikkeld van vooral reageren op incidenten en fenomenen naar het streven om te komen tot een brede en meer samenhangende aanpak. In de kadernota 2012-2015 zijn op vijf veiligheidsthema s de prioriteiten benoemd en zijn op twee momenten afspraken gemaakt middels het uitvoeringsprogramma over de aanpak, beoogde resultaten en benodigde middelen. Binnen het veiligheidsprogramma is er de afgelopen jaren aandacht geweest voor de hele veiligheidsketen, waarbij het accent wel iets meer op repressie dan op preventie is gelegd. Repressief gezien is met de aansluiting bij het landelijk convenant geïntegreerde aanpak georganiseerde criminaliteit de bestuurlijke aanpak in de afgelopen periode van de grond gekomen en is er structurele aandacht voor gekomen voor onder meer productie/teelt en handel in drugs, patsers en het fenomeen witwassen. In de Venrayse dorpen en wijken zijn straatcoaches en overlastboa s onmisbaar geworden als het om prettig wonen en leven gaat. Als het om preventie gaat, hebben we echter ook niet stil gezeten. Zo heeft een doorontwikkeling plaatsgevonden van Veilige en Leefbare buurten, waarbij zowel het werkterrein is verbreed als het werkgebied is vergroot. Daarnaast is een aantal op preventie gerichte activiteiten opgepakt, zoals de aanpak van fietsendiefstal, de introductie van de overval app en het Veiligheidsarrangement voor de Wieën. 5.4 Analyse per veiligheidsveld 5.4.1 Veilige woon- en leefomgeving Zoals in de methodiek Kernbeleid Veiligheid beschreven, heeft het veiligheidsveld veilige woonen leefomgeving betrekking op de alledaagse woon- en leefomgeving van bewoners ofwel de veiligheid en leefbaarheid in de wijk, buurt, straat, tussen buren. Waarbij het bovendien exclusief om de sociale veiligheid gaat: criminaliteit, overlast en verloedering. Voor zover er fysieke aspecten aan de orde komen, hebben die een oorzakelijke relatie met de sociale veiligheid. Denk hierbij bijvoorbeeld aan verlichting, zwerfafval en het onderhoud van groen. 30

De analyse vindt plaats aan de hand van vier veiligheidsthema s, die feitelijk zowel over de leefbaarheid als de veiligheid gaan, namelijk sociale kwaliteit, fysieke kwaliteit, objectieve veiligheid (veelvoorkomende criminaliteit) en subjectieve veiligheid (veiligheidsgevoel). Leefbaarheid heeft vooral betrekking op de sociale en fysieke kwaliteit en veiligheid vooral op de veelvoorkomende criminaliteit en het veiligheidsgevoel. Veiligheid en leefbaarheid zijn zodanig met elkaar verweven dat de vier thema s elkaar hoe dan ook beïnvloeden. Indicator bron 2012 2013 2014* Sociale kwaliteit Burengerucht en relatieproblemen Politie 89 100 75 Meldingen gestoord/overspannen personen Politie 153 142 128 Overlast zwervers Politie 6 7 23 Meldingen drugsoverlast Politie 151 144 97 Vernieling c.q. zaakbeschadiging Fysieke kwaliteit (vernieling aan/van auto, OV/Abri, openbaar gebouw of ander object Politie 334 322 240 Objectieve veiligheid / veel voorkomende criminaliteit Diefstal / inbraak woning Politie 225 184 138 Diefstal / inbraak box, garage, schuur, etc. Politie 54 68 50 Diefstal uit / vanaf motorvoertuigen Politie 140 173 111 Diefstal van motorvoertuigen Politie 34 34 27 Diefstal van fiets Politie 531 442 367 Diefstal van bromfiets en snorfiets Politie 9 14 23 (Poging) moord en doodslag Politie 9 9 0 Zware mishandeling Politie 26 13 14 Eenvoudige mishandeling Politie 117 106 69 Bedreiging (incl. gijzeling, stalking) Politie 80 58 51 Openlijk geweld tegen personen Politie 12 14 13 Zedenmisdrijf Politie 22 16 15 Zakkenrollerij Politie 106 116 58 Straatroof Politie 12 10 9 Woningoverval Politie 0 2 4 Overval op overig object Politie 0 5 2 31

Indicator bron 2012 2013 2014* vervolg Objectieve veiligheid / veel voorkomende criminaliteit Aantal opgelegde huisverboden Gemeente 13 4 5 BOPZ-opnames Gemeente 42 47 - Subjectieve veiligheid / veiligheidsgevoel % bewoners dat zich vaak onveilig voelt in de eigen buurt Waar staat je gemeente 3,9% - - * Cijfer per 1 oktober 2014 De indeling van het Kernbeleid Veiligheid volgend, worden er per subthema aangegeven wat de huidige aanpak is en welke ontwikkelingen er spelen. In zijn algemeenheid is binnen het veiligheidsveld veilige woon- en leefomgeving op het gebied van beleidsvoering een aantal opvallende ontwikkelingen te onderkennen, namelijk: De kanteling van het Veiligheidshuis; De decentralisaties in het sociale domein; De positionering van bewoners en ondernemers in de aanpak; De versteviging van het bestuurlijk instrumentarium; Het toenemend belang van toezicht en handhaving in de openbare ruimte via inzet van boa s. Overlast tussen bewoners/botsende levensstijlen/woonoverlast Het aantal meldingen burengerucht en relatieproblemen zal na de stijging in 2013 naar verwachting in 2014 stabiel blijven. Andere vormen van overlast die de sociale kwaliteit raken, laten een wisselend beeld zien. Zo neemt de overlast van zwervers verhoudingsgewijs fors toe. Het aantal meldingen inzake drugsoverlast zal daarentegen in 2014 naar verwachting lager zijn dan in 2013 en 2012 het geval is geweest. In een groot deel van dit soort meldingen vindt een onafhankelijke interventie door Buurtbemiddeling, zoals georganiseerd binnen Synthese, plaats. Echter we stellen ook vast dat een aantal situaties zodanig ernstig en/of complex is geworden, dat een interventie door Buurtbemiddeling geef effect meer sorteert. Deze tendens hangt samen met de extramuralisatie vanuit de Venrayse (zorg)instellingen die in de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden, waarbij (ex)patiënten of (ex)bewoners zijn verhuisd vanuit de al dan niet besloten setting van een instellingen naar een al dan niet zelfstandige woning in een wijk of dorp. Daarnaast is er een tendens van scheiden van wonen en zorg, waardoor bewoners zo lang als mogelijk zelfstandig (moeten) blijven wonen. Dit heeft ertoe geleid dat met name (maar niet alleen) in de kern Venray geconstateerd wordt dat de sociale problematiek niet zozeer meer, maar wel ernstiger en complexer wordt. 32

Er is steeds vaker sprake van incidenten die vervolgens leiden tot maatschappelijke onrust of toenemende onveiligheidsgevoelens, steeds verder escalerende burenconflicten, meer signalen van vereenzaming en ernstigere vervuiling. Zoals ook in de gebiedsscan te lezen is, drukt de politie-inzet op deze kwetsbare doelgroep zwaar op de politiecapaciteit. Het gaat dan om een gemiddelde inzet van 3 fte op jaarbasis. Door te stimuleren dat (psychisch) kwetsbare mensen, die in een aantal gevallen ook nog zorg mijden, langer zelfstandig in de wijk of het dorp blijven wonen, bestaat de kans dat het aantal meldingen van burenruzie, botsende levensstijlen of woonoverlast verder toeneemt. Gelet hierop is in 2014 is in samenwerking met politie RBT Venray-Gennep, Wonen Limburg, Synthese en de (zorg)instellingen een traject gestart om te bezien waar kansen liggen om enerzijds de problematiek terug te dringen en anderzijds de (psychisch) kwetsbare mensen die hulp te bieden die ze nodig hebben, om daarmee uiteindelijk ook de politie te ontlasten. In dit kader wordt gesproken over interventies (24/7) op situaties, die geen acute crisis zijn 24 echter waarop wel inzet gepleegd moet worden. Ook wordt gesproken over de realisatie van een veilige ophoudlocatie in Venray, waar psychisch kwetsbaren ten behoeve van een eerste screening kunnen worden opgevangen. Als het om het bestuurlijk instrumentarium gaat om woonoverlast aan te pakken, heeft Tweede Kamerlid Dijkhoff een initiatiefwetsvoorstel ingediend, waarmee de burgemeester de bevoegdheid krijgt om een (tijdelijke) gedragsaanwijzing te geven indien er sprake is van overlastgevend gedrag. Het is de bedoeling dat deze gedragsaanwijzing wordt ingezet in een situatie dat de woonoverlast nog niet is geëscaleerd en deel uitmaakt van een bredere integrale aanpak. Het initiatiefwetsvoorstel is in september jl. verzonden naar de Raad van State. Overigens wordt op dit moment een testfase gestart als het om toepassing van de gedragsaanwijzing bij de aanpak van woonoverlast in huurwoningen gaat. De gedragsaanwijzing betreft in dit geval een gebod of een verbod voor een overlastveroorzakende huurder. Een dergelijke gedragsaanwijzing kan in eerste instantie op vrijwillige basis overeengekomen worden tussen huurder en verhuurder, echter kan ook door een rechter worden opgelegd in het geval huurder hier niet vrijwillig aan mee wenst te werken of als huurder zich niet houdt aan de vrijwillig overeengekomen gedragsaanwijzing. De gedragsaanwijzing kan worden gehandhaafd met een contractuele boete of uiteindelijk de ontbinding van de huurovereenkomst. Drugsoverlast Na een forse stijging van het aantal meldingen drugsoverlast in 2012 laat het cijfer vanaf 2013 een dalende trend zien. Zoals inmiddels wel bekend, was de stijging in 2012 te wijten aan de invoering van het Besloten Club criterium (de clubpas of wietpas) op 1 mei 2012. Dit besluit van hogerhand heeft een enorme impact gehad op de Venrayse wijken en dorpen. 24 want crisissituaties zijn afdoende geregeld. 33

Niet alleen is de illegale, hinderlijke handel in softdrug kort na de invoering van de clubpas coffeeshop zichtbaar en merkbaar toegenomen, maar er ook is vermenging van de handel in soft- en harddrugs opgetreden. Op 19 november 2012 heeft de Minister van Veiligheid en Justitie de clubpas per direct ingetrokken, waarmee het Besloten club-criterium is komen te vervallen. Het Ingezetenen-criterium is echter onverkort van kracht gebleven. Het Damoclesbeleid Coffeeshops alsook de gedoogbeschikkingen zijn hierop aangepast. Nu ruim twee jaar later is de overlast als gevolg van de handel minder geworden, mogelijk omdat de handel verplaatst is naar minder in het zicht gelegen locaties of omdat bewoners minder bereid zijn dergelijke overlast te melden. In de gebiedsscan van de politie is in elk geval te lezen dat er op uiteenlopende locaties in Venray nog altijd gedeald wordt of in elk geval het vermoeden bestaat dat er gedeald wordt. Ook de overlast van (motor)scooters, die ingezet worden voor de distributie, speelt in een aantal Venrayse wijken. In de directe omgeving van de Venrayse coffeeshops is de overlast als gevolg van illegale handel sterk afgenomen. Uit de gebiedsscan is verder af te leiden dat de overlast als gevolg van druggebruik sterk gestegen is en dan vooral door jeugd of cliënten van GGZ op diverse locaties in Venray. Het belangrijkste instrument tegen drugsoverlast en -criminaliteit is de Opiumwet. De Opiumwet stelt het aanwezig hebben van, de productie en de handel in drugs strafbaar. Artikel 13b Opiumwet, Wet Damocles, is het juridische instrument om bestuurlijk op te treden tegen illegale verkooppunten van verdovende middelen. In de afgelopen periode is het Damoclesbeleid inclusief het handhavingsarrangement ontwikkeld en vastgesteld. Vanaf 11 oktober 2013 wordt het instrument met succes ingezet. Zie verder ook onder integriteit en veiligheid. Als het om de aanpak van overlast gerelateerd aan de drugshandel gaat, dan worden drugsdealers en runners primair strafrechtelijk aangepakt, zo mogelijk wordt een gebiedsverbod opgelegd om vervolgens de mogelijkheid te bezien om een persoonsgerichte aanpak te starten. Feit is wel dat de werkwijze inmiddels zo doordacht is dat de straatdealers en runners geen drugs bij zich dragen, echter klanten verwijzen naar een locatie waar de deal gesloten wordt. Ook richt de politie zich op de aan de drughandel gerelateerde overlast en onveiligheid als gevolg van te hard en roekeloos rijdende (motor)scooters. Ondanks dat het een lastig aan te pakken probleem is, heeft de politie-inzet vanaf mei 2013 geresulteerd in inbeslagname van minimaal 19 (motor)scooters en 4 losse frames (gestript) allen van diefstal afkomstig. In totaal zijn 24 personen aangemerkt als verdachten. Voor wat betreft de inzet op deze vorm van overlast moet aangetekend worden dat dit om een lange adem vraagt onder meer omdat achtervolgen van (motor)scooters en quads tot zeer gevaarlijke situaties kan leiden, zowel voor de betrokken politieagent, bestuurder (motor)scooter en overige verkeersdeelnemers. Daarnaast is de bestuurder vaak lastig te achterhalen door ontbreken kentekenplaat of omdat (motor)scooter/quad van diefstal afkomstig is. 34

Bij de aanpak van dit probleem is de politie enorm geholpen bij bewoners die melden waar de scooters staan of wie de bestuurders zijn. De politie roept de hulp van bewoners dan ook in via de (social) media. Als het om het aanpakken van overlast als gevolg van gebruik gaat, heeft de Raad van State op 13 juli 2011 het gemeentelijk blowverbod in strijd bevonden met de Opiumwet. Op 6 februari 2014 verklaarde het Gerechtshof Den Haag het blowverbod echter wel verbindend. Het Gerechtshof stelt dat aan de lokale regelgeving in de Algemene Plaatselijke Verordening een ander motief, namelijk beschermen van openbare orde, ten grondslag ligt dan aan de Opiumwet (gericht op preventie en beheersing volksgezondheidsrisico s). Deze uitspraak biedt ruimte om het blowverbod weer op te nemen in de Algemene Plaatselijke Verordening. Vanuit preventief oogpunt wordt vanaf 2015 een voorlichtingsproject gestart gericht op het weerbaar maken van (in eerste instantie) een kwetsbare groep jongeren als het om middelengebruik alsook als het om inzet op de handel als runner gaat. Binnen dit project worden jongeren en hun ouders actief opgezocht bij constatering druggebruik. Zij krijgen voorlichting en worden vervolgens gemotiveerd c.q. begeleid naar hulp. Met dit project wordt beoogd te voorkomen dat het druggebruik onder jongeren toeneemt en dat (veelal kwetsbare) jongeren in de straathandel terecht komen. Verloedering / kwaliteit woonomgeving De fysieke kwaliteit van de woonomgeving 25 is een cruciaal onderdeel van de aanpak van de veiligheid en leefbaarheid in wijken en dorpen. Verloedering leidt tot kleine ergernissen en onveiligheidsgevoelens en uiteindelijk tot afnemende betrokkenheid van bewoners bij de woonomgeving en aanpak van overlast en criminaliteit. De kwaliteit van de woonomgeving wordt onder meer bepaald door het niveau van onderhoud van de openbare ruimte en de manier waarop bewoners met hun eigen woon- en leefomgeving omgaan. Ook toezicht is een belangrijk aspect als het om de fysieke kwaliteit van de woonomgeving gaat. Kijkend naar het aantal aangiften van vernielingen en zaakbeschadiging dan laat dit cijfer een positieve ontwikkeling zien. Ook de score en ontwikkeling, zoals vastgelegd in de Leefbaarometer 2012, ziet er over het algemeen (zeer) positief uit (zie ook bijlage 1). Voor wat betreft de score veiligheid zijn er vijf wijken die onder het landelijke gemiddelde scoren, namelijk Venray-Oost, Venray-West, Brukske, Landweert en Antoniusveld. De score voor de wijken Landweert, Brukske en Venray-Oost heeft zich echter in de afgelopen twee jaar wel in positieve zin ontwikkeld. Dit geldt niet voor Antoniusveld en Venray-West. Kijkend naar het totaal van indicatoren dan scoort Brukske matig positief. De overige wijken en dorpen positief of zeer positief. 25 Verloedering, vernieling, inrichting zijn in dit kader belangrijke aspecten. 35

In de afgelopen jaren zijn er vanuit verschillende invalshoeken initiatieven gestart, waardoor meer en meer bewoners betrokken zijn geraakt bij hun eigen woon- en leefomgeving. Denk hierbij aan het gebiedsgericht werken, waaruit onder meer de dorp- en wijkontwikkelingsplannen en zelfsturingsinitiatieven zijn voortgekomen. Denk ook aan het wijkgericht werken binnen IBOR (Integraal Beheer Openbare Ruimte), waarbij niet langer u meldt, wij lossen het voor u op het motto is, maar bewoners juist gestimuleerd worden om verantwoordelijkheid te nemen voor de kwaliteit van de woonomgeving bijvoorbeeld door (gezamenlijk) onderhoud of inrichting van het groen. Ook binnen het veiligheidsdomein is in de afgelopen periode deze beweging in gang gezet door te starten met Veilige en Leefbare Buurten, waarbij professionals samen met bewoners werken op thema s die bewoners belangrijk vinden. De evaluatie van de pilot in de wijk Landweert heeft ertoe geleid dat het werkgebied van het wijkteam verbreed is. Dit heeft alles te maken met de verbinding die gezocht is in het kader van de decentralisatieopgave Awbz-Wmo. Hiermee richt het wijkteam zich niet meer alleen op veiligheid- en leefbaarheidsthema s, maar ook op participatie en ondersteuning/zorg. Het accent ligt nog altijd op preventie. Naast verbreding van het werkgebied, is ook het werkterrein van de wijkteams vergroot. Zo worden naast bewoners en ondernemers uit de wijk Landweert sinds januari 2014 ook bewoners en ondernemers uit de wijken Venray-Centrum en Centrum-West ondersteund door een wijkteam. In het streven om alle bewoners te kunnen faciliteren vanuit een wijkteam zal de komende jaren een verdere doorontwikkeling plaatsvinden van de wijkteams. Ook Burgernet is een instrument om bewoners betrokken te houden bij hun eigen woon- en leefomgeving. Burgernet is erop gericht om de samenwerking tussen bewoners, gemeente en politie te bevorderen, waarbij het accent ligt op opsporing en handhaving. De kracht van Burgernet is tweeledig: enerzijds laat het een concreet resultaat zien (bijvoorbeeld een aanhouding of het terugvinden van een vermiste persoon), anderzijds wordt de bewoner bewust gemaakt van de veiligheid in de eigen woon- en leefomgeving. Na de positieve ervaringen met het instrument veiligheidsarrangement in het stationsgebied, is er ook een veiligheidsarrangement voorbereid voor De Wieën, een gebied waar veel uiteenlopende functies zoals wonen, werken, sporten, recreëren en uitgaan, zijn samengebracht. Beoogd wordt om samen met bewoners, ondernemers, sportverenigingen, onderwijs en een aantal veiligheidspartners structureel samen te werken om De Wieën schoon, heel en veilig te houden. 36

Met het vaststellen van het BOA-beleid door de gemeenteraad in 2010 is er een uitbreiding gekomen van het aantal overlastboa s. Hiermee is het toezicht in het publieke domein versterkt en daarmee ook de aanpak van grensoverschrijdend gedrag c.q. kleine ergernissen. Landelijk zijn er uitgangspunten opgesteld waarmee de samenwerking tussen politie en gemeentelijke boa s gestimuleerd wordt. Uitgangspunt is dat de gemeente, het Openbaar Ministerie en de politie een gezamenlijk belang hebben om toezicht en handhaving in de openbare ruimte zo goed mogelijk te organiseren en de gezamenlijk beschikbare capaciteit zo goed mogelijk in te zetten. De samenwerking tussen politie en gemeentelijke boa s is wettelijk vastgelegd in artikel 10 van de Politiewet. Op landelijk niveau worden afspraken gemaakt hoe aan deze samenwerking verder vorm en inhoud te geven en dan gaat het onder meer over de operationele regie en het verstrekken en verwerken van informatie. Voorop staat dat de boa in elk geval geen vervanging van de politie is. Landelijk is er overigens (weer) discussie ontstaan over het voornemen om de pv-vergoeding, gekoppeld aan de bestuurlijke strafbeschikking overlast en parkeren, voor het handhavend optreden door boa s af te schaffen. De vrees bestaat dat gemeenten hierdoor minder boa s gaan inzetten op overlast en verloedering in de dorpen en wijken. In Venray zijn de overlastboa s in elk geval een belangrijke partner gebleken in de wijkteams. Binnen de wijkteams werken ze samen met bewoners op thema s die deze bewoners belangrijk vinden. Veelal zijn dit thema s die van directe invloed zijn op de kwaliteit van de straat of buurt. Huiselijk geweld en kindermishandeling Huiselijk geweld is geweld dat door iemand uit de huiselijke- of familiekring wordt gepleegd. Het komt in verschillende verschijningsvormen voor, zoals geweld door (ex)partner, kindermishandeling, ouderenmishandeling, huiselijk geweld door jeugdigen, eergerelateerd geweld, genitale verminking, mensenhandel en loverboys. Voor Noord- en Midden-Limburg is een regiovisie Veilig Thuis in voorbereiding, die het in 2011 vastgestelde beleidskader 2011-2015 met als titel Voorkomen en stoppen van huiselijk geweld Noord- en Midden-Limburg gaat vervangen. Gelet op de samenhang tussen huiselijk geweld en kindermishandeling biedt de inwerkingtreding van de nieuwe Jeugdwet en Wmo per 1 januari 2015 de kans om de aanpak van het geweld in huiselijke kring en van kindermishandeling te integreren. In de praktijk betekent dit dat het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) per 1 januari 2015 opgaan in een Advies en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK). Dit AMHK krijgt (landelijk) de naam Veilig Thuis mee. Het AMHK heeft een aantal wettelijke taken, die vastliggen in de Jeugdwet 26, zoals het verstrekken van advies, het fungeren als meldpunt (inclusief terugkoppeling naar melder), het onderzoeken van meldingen huiselijk geweld of kindermishandeling, inschakelen van passende hulpverlening en het informeren van politie en/of Raad voor de Kinderbescherming. 26 Zie ook paragraaf 4.6.4 beleidsplan Jeugdhulp en paragraaf 5.1.4. beleidsplan Wmo 37

Rondom de vorming van het AMHK ligt overigens nog een aandachtspunt vanuit optiek van veiligheid. Dit heeft met de transitie van het Veiligheidshuis te maken, die per 1 januari 2015 moet zijn afgerond. Concreet betekent dit dat alle meldingen huiselijk geweld en alle zorgmeldingen door de politie vanaf dat moment naar het AMHK gaan. Het AMHK gaat deze meldingen screenen. Een aantal meldingen zal het AMHK eigenstandig gaan onderzoeken. Complexe casussen 27 worden opgepakt door het Veiligheidshuis. De overige meldingen worden verwezen naar de lokale keten voor zowel triage als afdoening. Zoals ook in de beleidsplannen Jeugdhulp en Wmo te lezen is, moet dit nog georganiseerd worden. Niet alleen vanuit de Wmo en Jeugdwet ligt er een opgave als het om huiselijk geweld en kindermishandeling gaat. Ook op het gebied van veiligheid ligt hier een opdracht vanuit de Wet tijdelijk huisverbod. De burgemeester kan op basis van deze wet aan daders van huiselijk geweld (ook preventief) een huisverbod opleggen. Kijkend naar de vormen van huiselijk geweld kan dit instrument alleen dan toegepast worden als pleger en slachtoffer(s) meer dan incidenteel op eenzelfde locatie verblijven. Regionaal wordt een uniforme werkwijze gevolgd, waarbij er niet alleen een strafrechtelijk en/of bestuursrechtelijk traject (een huisverbod) wordt gestart, maar ook casemanagement wordt ingezet om daarmee de hulpverlening voor zowel dader als slachtoffer(s) goed te positioneren. De procesmanager huiselijk geweld van het Veiligheidshuis Noord Limburg speelt een coördinerende en adviserende rol in het kader van huiselijk geweld en brengt de drie trajecten (strafrecht, bestuursrecht en hulpverlening) bij elkaar c.q. zorgt voor onderlinge afstemming. Echter met de kanteling van het Veiligheidshuis ligt deze coördinerende en adviserende rol per 1 januari 2015 niet langer automatisch bij de procesmanager van het Veiligheidshuis, tenzij het een zeer complexe casus (O3MP) betreft. Overigens is het opleggen van een huisverbod het moment dat de hulpverlening start voor alle betrokkenen. Deze hulpverlening wordt tot één jaar na oplegging van het huisverbod gecoördineerd en bewaakt door een casemanager. Met ingang van 1 januari 2015 stapt de gemeente Venray voor wat betreft het casemanagement over van De Rooyse Wissel naar de Mutsaersstichting. De enige reden voor deze overstap is dat het aantal huisverboden zodanig achterblijft dat het in stand houden van een 24/7 bereikbaarheid en beschikbaarheid van casemanagement niet langer financieel verantwoord is voor De Rooyse Wissel. Aangezien de Mutsaersstichting het casemanagement voor alle overige Noord-Limburgse gemeenten levert, is het voor deze organisatie financieel wel haalbaar. Kijkend naar het aantal meldingen huiselijk geweld in relatie tot het aantal opgelegde huisverboden 28, dan blijft het aantal huisverboden achter. Dit ondanks een proef in 2011, waarmee zowel kwantitatieve als kwalitatieve verbetering aangebracht zijn in het proces. 27 Ondoorgrondelijke, ongrijpbare en ontwrichtende multiproblematiek (O3MP) 28 In 2012 zijn er 270 huiselijk geweld zaken gemeld bij het Veiligheidshuis en zijn 13 huisverboden opgelegd. 38

Voor meldingen huiselijk geweld, waarvoor een huisverbod geen uitkomst biedt, echter hulpverlening dringend noodzakelijk geacht wordt, bestaat wel de mogelijkheid een intensief casemanagement-traject (grijs traject) op te starten. De voorzitter van het lokaal sociaal netwerk geeft hiervoor het akkoord. Geweld op straat Naast het geweld achter de voordeur kennen we ook het geweld in het publieke domein, zowel tegen een persoon gericht als tegen goederen. Geweld, in welke vorm dan ook, kan een grote impact hebben op het slachtoffer. Openlijke geweldpleging 29 vindt veelal plaats op locaties waar veel mensen samenkomen. Denk hierbij niet alleen aan uitgaansgelegenheden en evenementen, maar ook aan het openbaar vervoer. Kijkend naar de cijfers over het geweld in Venray dan laten alle vormen van geweld, namelijk zware mishandeling, eenvoudige mishandeling, bedreiging, openlijk geweldpleging en straatroof vanaf 2012 een dalende trend zien. Om geweld in horecagebieden en tijdens evenementen te voorkomen, is zichtbaar en herkenbaar toezicht, dat vroegtijdig ingrijpt, een belangrijk instrument. Voor zover mogelijk wordt dit toezicht via het vergunningenstelsel voorgeschreven. Voor wat betreft de inzet van dit toezicht wordt afstemming gezocht met de politie en als van toepassing ook met straatcoaches en straathoekwerkers. Repressief zijn instrumenten beschikbaar zoals het gebiedsverbod, het preventief fouilleren en de (collectieve) horecaontzegging. De aanpak van agressie en geweld in het openbaar vervoer is een thema binnen het Veiligheidsarrangement station(sgebied) Venray en het Veiligheidsarrangement Maaslijn. In dit kader wordt bijvoorbeeld geëxperimenteerd met het OV-verbod. Woninginbraken Het aantal inbraken in Venrayse woningen laat na een piek in 2012 sindsdien weer een dalende trend zien. Het cijfer voor wat betreft het aantal inbraken in box/garage/schuur/tuinhuis kende een piek in 2013, maar ziet er voor 2014 ook positief uit. Ondanks deze positieve ontwikkeling blijft de aandacht voor deze vorm van criminaliteit. Woninginbraken worden namelijk aangemerkt als High Impact Crime, omdat de impact op het slachtoffer groot is en het gevoel van onveilig zijn in de eigen woning lang aanhoudt. Een onbekende dringt de woning binnen en zit ongevraagd aan de spullen van de eigenaar van de woning. Dat voelt als een forse inbreuk op het privéleven. De emotionele schade is vaak veel groter dan de materiële schade. Gelet hierop is woninginbraken een landelijk geprioriteerd thema en heeft Minister Opstelten zich tot doel gesteld dat het aantal woninginbraken in 2017 moet zijn teruggebracht tot 65.000 landelijk (daling met 30%). 29 Het openlijk in vereniging plegen van geweld tegen personen of goederen 39

Bij de bestrijding ligt de focus op het verhogen van de pakkans en veel zorg voor het slachtoffer. Binnen de politie eenheid Limburg is dit vertaald in de komst van een woning inbraak team (WIT) en worden alle slachtoffers c.q. aangevers van woninginbraken binnen 14 dagen teruggebeld door de politie. Vanuit preventief oogpunt wordt nog altijd invulling gegeven aan Waak voor Inbraak, alhoewel de intensiteit naar beneden is bijgesteld als gevolg van de bezuiniging op de niet wettelijke preventie taken. Vanaf 2013 zijn acties dan ook meer specifiek gericht op een thema of doelgroep. Een voorbeeld hiervan zijn de voorlichtingsbijeenkomsten voor ouderen en kwetsbaren in het kader van het thema babbeltruc, die overigens in samenwerking met KBO s, ouderenverenigingen en thuiszorgorganisaties worden georganiseerd. Een ander voorbeeld is de publiciteitscampagne via uiteenlopende mediakanalen vlak voor of tijdens inbraakgevoelige periodes zoals de carnaval/krokusvakantie en de zomervakantie. Voertuigcriminaliteit Onder voertuigcriminaliteit vallen diverse delicten, zoals diefstal van of vanaf motorvoertuigen en van brom-, snor- en fietsen. Motorvoertuigen Na een daling van het aantal gestolen motorvoertuigen in 2012 (ten opzichte van 2011) blijft het cijfer stabiel. Het aantal inbraken vanaf 30 motorvoertuigen zal naar verwachting na de piek in 2013 voor 2014 een daling laten zien. In 2013 is besloten om de aantallen afgezet tegen de beschikbare capaciteit geen afzonderlijke preventiemaatregelen in te zetten op deze vorm van criminaliteit. De borden die in 2011 geplaatst zijn op hotspots in Venray-Centrum om eigenaren van motorvoertuigen erop te attenderen om waardevolle spullen niet zichtbaar in het voertuig achter te laten, staan er nog altijd. En daar waar er een trend waarneembaar is als het om homejacking gaat, bestaat de mogelijkheid om hier vanuit Waak voor Inbraak op in te springen. Fietsdiefstal Het aantal fietsdiefstallen laat vanaf 2010 een dalende trend zien, echter het absoluut aantal gestolen fietsen is nog altijd onacceptabel. Het aantal gestolen brom- en snorfietsen laat overigens een stijgende trend zien. In 2013 is in samenwerking met politie, justitie en de lokale rijwielhandel een integrale, sluitende, aanpak gestart onder de naam Fiets Foetsie met een looptijd tot in elk geval eind 2015. Gelet op beschikbare capaciteit en financiële middelen is gekozen voor een gefaseerde aanpak om te beginnen met repressie. 30 Diefstal banden, wieldoppen, benzine, kentekenplaten, etc. 40

Medio maart 2013 is gestart met inzet van de lokfiets. Inmiddels staat de teller op om en nabij de 50 aanhoudingen. Ook wordt onderzoek verricht naar dadergroepen en heling. In mei 2014 is vervolgens de voorlichtingscampagne gestart bedoeld om eigenaren van fietsen te informeren over hoe diefstal van hun fiets te voorkomen. In het kader van de voorlichtingscampagne zijn op hotspots mensgrote sloten geplaatst en fietsen met een framebord. Ook wordt regelmatig de publiciteit opgezocht en wordt aansluiting gezocht bij evenementen, zoals de fietsvierdaagse, om de boodschap verder uit te dragen. Verder worden ondernemers gestimuleerd om tijdens grote evenementen bewaakte fietsenstalling te exploiteren. Voor het stationsgebied, één van de hotspots, is er in het kader van het veiligheidsarrangement Station Venray extra aandacht voor fietsdiefstal. Zo wordt éénmaal per jaar in het stationsgebied een informatiemarkt fietsdiefstal georganiseerd en wordt eenmaal per kwartaal een fietsruimactie uitgevoerd door de boa s met medewerking van een lokale ondernemer. De wettelijk voorgeschreven afhandeling van zowel gevonden fietsen als handhavingsfietsen wordt vanaf 2015 in één hand gebracht door de samenwerking met de AFAC 31, zoals ondergebracht bij De Loods van met GGZ, aan te gaan. Veiligheidsgevoelens Zoals in paragraaf 4.2 aangegeven creëert elke bewoner zijn eigen veiligheidsgevoel op basis van persoonlijke situatie, persoonlijke ervaringen en eigen interpretatie van maatregelen. Als de thuissituatie voor een bewoner niet veilig is, als de bewoner zelf of mensen in zijn/haar omgeving te maken hebben gehad met een incident of als de bewoner dagelijks geconfronteerd worden met zaken zoals bijvoorbeeld verloedering, dealen, overlast of een locatie waar hij/zij zich niet prettig voelt of zelfs angstig wordt, dan zal het veiligheidsgevoel van deze bewoner in negatieve zin beïnvloed worden. Cijfers kunnen dan weliswaar aantonen dat er minder criminaliteit of overlast is, maar de bewoner zal dat op dat moment niet zo ervaren. Ook maatregelen, die er juist op gericht zijn om de veiligheid te bevorderen, kunnen verschillend geïnterpreteerd worden. Zo zal meer blauw op straat of cameratoezicht de ene bewoner het gevoel van meer veiligheid geven. Een andere bewoner zal meer politiemensen op straat of de aanwezigheid van camera s juist uitleggen als dat er een veiligheidsprobleem is die deze inzet nodig maakt. Kortom: ook als je aan de hand van politiecijfers positieve trends voor wat betreft de objectieve veiligheid kunt aantonen, dan nog kan het zo zijn dat het gevoel van veiligheid afneemt c.q. niet verbetert. De gemeente Venray heeft in 2012 mee gedaan aan Waar staat je gemeente. Dit heeft ook informatie gegenereerd over het onveiligheidsgevoel 32. Als gevolg van het besluit om in 2014 niet mee te doen aan Waar staat je gemeente, ligt er nu geen vergelijkingsmateriaal. 31 Algemene Fiets Afhandel Centrale 32 Informatie is verwerkt in Uitvoeringsprogramma 2013 41

Dit betekent dat we niet kunnen melden of het veiligheidsgevoel in 2014 verbeterd is ten opzichte van 2012. In de wetenschap dat landelijk de trend is dat de daling van criminaliteit niet gelijk op gaat met de manier waarop bewoners veiligheid en vooral sociale overlast beleven, blijft het aspect veiligheidsgevoel ook de komende jaren een belangrijk thema niet alleen binnen het integraal veiligheidsbeleid, maar ook in het kader van onder meer beheer van de openbare ruimte, openbare verlichting, toezicht en handhaving en gebiedsgericht werken. Binnen het integraal veiligheidsbeleid blijft het betrekken van bewoners bij veiligheidsthema s in hun eigen woonomgeving van groot belang om daarmee ook het veiligheidsgevoel in positieve zin te beïnvloeden. Hiervoor worden diverse instrumenten ingezet, zoals de wijkteams Veilige, Leefbare en Zorgzame buurten en het onderhouden en ontwikkelen van veiligheidsarrangementen in (afgebakende) gebieden met uiteenlopende belangen. Deze manieren van samenwerking met bewoners geeft bewoners meer inzicht in hoe het gesteld is met de veiligheid, wat ze zelf kunnen doen om hun woonomgeving (nog) veiliger te maken en wat anderen hierin kunnen betekenen. Ook aandacht voor nazorg door onder meer Bureau Slachtofferhulp, de politie of gemeente is van groot belang alsook het stimuleren van de aangiftebereidheid. Tot slot is communicatie belangrijk om bewoners onder meer te informeren over hoe slachtofferschap te voorkomen. Het bieden van handelingsperspectief werkt in de regel positief op het veiligheidsgevoel. 5.4.2 Bedrijvigheid en veiligheid Onder het veiligheidsveld bedrijvigheid en veiligheid vallen thema s die te maken hebben met sociale (on)veiligheid rondom bedrijvigheid. Het gaat dan om aantasting van de veiligheid rond recreatieve en economische voorzieningen zoals winkelcentra, bedrijventerreinen en uitgaansmogelijkheden. De vier thema s binnen dit veld zijn dan ook Veilig winkelgebied, Veilige bedrijventerreinen, Veilig uitgaan en Veilige evenementen. Het gaat overigens om onveiligheid dan wel vormen van criminaliteit die direct samenhangen met de bedrijvigheid. Het gaat dus niet om (on)veiligheid van fysieke aard, zoals gevaarlijke stoffen op een bedrijventerrein. Dit valt namelijk onder het veld fysieke veiligheid. indicator bron 2012 2013 2014* Winkelcentra / winkelgebieden Winkeldiefstal Politie 77 70 39 Inbraak winkel Politie 9 12 5 Zakkenrollerij Politie 108 127 58 Overval op overig object Politie 0 5 2 42

indicator bron 2012 2013 2014* Bedrijventerreinen Inbraak in bedrijven en kantoren Politie 34 55 35 Diefstal in/uit bedrijven en kantoren Politie 14 27 11 Horeca / uitgaan Overlast horeca Politie 27 (Grootschalige) evenementen Overlast evenementen Politie 14 Toerisme/recreatie/sport en onveiligheid Inbraak en diefstal in/uit** sportcomplex Politie 2 3 4 Inbraak en diefstal in/uit** hotel/pension Politie 2 1 1 * Cijfer per 1 oktober 2014 ** Zonder braak De indeling van het Kernbeleid Veiligheid volgend, wordt per thema aangegeven wat de huidige aanpak is en welke ontwikkelingen er spelen. In zijn algemeenheid is binnen het veiligheidsveld bedrijvigheid en veiligheid een aantal ontwikkelingen te onderkennen, namelijk: De doorontwikkeling van de risicobeheersing rond grootschalige evenementen; Een toename van (behoefte aan) cameratoezicht. Winkelcentra / winkelgebieden In winkelgebieden kunnen zich verschillende vormen van onveiligheid voordoen. Denk daarbij niet alleen aan winkeldiefstal en zakkenrollerij, maar ook aan vernielingen, (brom)fietsen in voetgangersgebied, overlast door zwervers, verwarde personen of jongeren, het nuttigen van alcohol of drugs in de openbare ruimte, zwerfvuil, etc.. Kijkend naar de politiecijfers dan laten de cijfers voor winkeldiefstallen, inbraak in winkels en zakkenrollerij een daling zien ten opzichte van 2013. Vooral de daling ten aanzien van zakkenrollerij is aanzienlijk. Zoals in de gebiedsscan te lezen, was de piek in 2013 hoogstwaarschijnlijk te verklaren door mobiel banditisme 33, die zich niet alleen bezig houden met zakkenrollerij, maar bijvoorbeeld ook gebruik maken van de wisseltruc om sieraden buit te maken. Als nodig, kan via Burgernet een waarschuwing worden verspreid op het moment dat er zakkenrollers actief zijn. 33 rondtrekkende internationale bendes die uit zijn op het stelen van bezittingen 43

De Keurmerk Veilig Ondernemen trajecten voor het kernwinkelgebied Venray-Centrum is in 2013 niet geactualiseerd c.q. heeft geen vervolg gekregen. Dit als gevolg van de bezuiniging op niet wettelijke preventietaken. Wel blijven de partners het effect van afloop samenscholingsverbod in 2013 alsook de drugsoverlast nauwgezet volgen in het kernwinkelgebied. In januari 2014 is het wijkteam Venray-Centrum en Centrum-West gestart die samen met bewoners prominente problematiek aanpakken. Ook het Keurmerk Veilig Ondernemen traject voor het winkelcentrum in Brukske is stopgezet. In de wetenschap dat de nieuwbouw van het winkelcentrum in Brukske nog zeker twee jaar op zich laat wachten, blijven betrokken partners inclusief eigenaar alert op onveiligheid en verloedering in het huidige winkelcentrum. Een aantal veiligheidspartners heeft verder kenbaar gemaakt aan de voorkant mee te willen denken over veiligheid als het om het nieuw te realiseren winkelcentrum gaat. Om effectiever op te kunnen treden tegen personen, die de openbare orde verstoren, wordt de beleidslijn gebiedsontzeggingen aangepast. Het idee is om naast het kernwinkelgebied ook de overige winkelcentra in de gemeente Venray aan te wijzen als gebied waar een ontzegging voor kan gelden. Overvallen Het thema overvallen wordt naast woninginbraken en straatroof ook aangemerkt als een High Impact Crime. De aanpak is dan ook landelijk geprioriteerd. Kijkend naar het aantal overvallen in 2014 dan ziet dat er in vergelijking tot 2013 34 positiever uit. Alhoewel elke overval er één te veel is en verder aangetekend moet worden dat de meest kwetsbare periode, de donkere maanden, nog moeten komen. Om overvallen in deze donkere maanden te voorkomen c.q. aan te pakken, start de politie jaarlijks het zogenaamde Donkere Dagen Offensief. Tijdens deze periode is de politie meer zichtbaar en herkenbaar aanwezig, vooral tijdens opening en sluiting van de winkels/kwetsbare ondernemingen, en worden contacten met winkeliers/ondernemers aangehaald. Daarnaast participeert de gemeente Venray, samen met zes andere Limburgse gemeenten, in een driejarig project, waarbij winkeliers/ondernemers kosteloos gebruik kunnen maken van de overval app. De zeven Limburgse gemeenten hebben de landelijke primeur als het om inzet van deze app gaat in de strijd tegen overvallers. Bedrijventerreinen Onveiligheid op bedrijventerreinen kent zowel sociale (bedrijfsinbraak, diefstal, vernieling, etc) als fysieke veiligheidsaspecten (inrichting en onderhoud van de terreinen, verkeersveiligheid, brandveiligheid, ect.). De beschikbare politiecijfers laten zien dat het aantal inbraken op bedrijventerreinen c.q. in kantoorpanden na een stijging in 2013 in 2014 weer afnemen. 34 En de jaren voor 2012 toen er sprake was van een enorme stijging van overvallen 44

De veiligheid op bedrijventerreinen is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Op provinciaal niveau is het Regionaal Platform Criminaliteitsbeheersing Limburg (RPC), waarin Ondernemend Limburg 35, Politie, OM, gemeenten en provincie Limburg vertegenwoordigd zijn, actief om criminaliteit tegen het Limburgse bedrijfsleven terug te dringen en te voorkomen. Het RPC richt zich op thema s zoals bijvoorbeeld overvallen, transportcriminaliteit, computercriminaliteit en cameratoezicht. Op gemeentelijk niveau is vanuit het bedrijven investeringszone Smakterheide een collectief beveiligingsproject voortgekomen. Ondernemers Vereniging Smakterheide trekt hierin samen op met ondernemersverenigingen in Venlo. Binnen het project is aandacht voor preventie (onder meer aanpassingen openbare ruimte), signalering (door camerabeveiliging in combinatie met surveillance), registreren (vastleggen van camerabeelden) en respons (opvolging aan de hand van camerabeelden, alarmmeldingen en visuele waarnemingen). In juli 2014 heeft de driehoek RBT Venray-Gennep uitgesproken dat er op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens geen bezwaren zijn om cameratoezicht te organiseren op het bedrijventerrein Smakterheide met als doel om eigendommen en natuurlijke personen te beveiligen. Andere Venrayse ondernemersverenigingen volgen met interesse de ontwikkelingen op Smakterheide. Feit is dat de gemeente Venray in de afgelopen jaren niet langer geïnvesteerd heeft in het ondersteunen van trajecten in het kader van Keurmerk Veilig Ondernemen Bedrijventerreinen (KVO-B). Dit is een gevolg van de bezuiniging op niet wettelijke preventietaken. Overige ondernemers en branches Overigens zijn ook ondernemers of branches, die niet gevestigd zijn op bedrijventerreinen of in winkelcentra, actief om slachtofferschap te voorkomen. Een goed voorbeeld hiervan is de LLTB, die met projecten als 'Aanpak diefstallen in de agrarische sector' en aanpak buitenteelt hennep Het groene Goud ondernemers in de agrarische sector bewust maakt en activeert om zelf maatregelen te treffen om slachtofferschap te voorkomen. Transportcriminaliteit Als het om transportcriminaliteit 36 gaat, dan wordt de schade landelijk jaarlijks geraamd op meer dan honderd miljoen euro. De aanpak van transportcriminaliteit is een gedeelde verantwoordelijkheid van de overheid, koepelorganisaties en het bedrijfsleven. Politie en justitie zijn verantwoordelijk voor handhaving, opsporing en vervolging van strafbare feiten. In de rapportage Transportcriminaliteit 2013 van het Landelijk Team Transportcriminaliteit van de het Landelijk Team Transportcriminaliteit zijn de cijfers 2012 en 2013 vergeleken. 35 MKB, LLTB, LWV (belangenbehartiger werkgevers in Limburg) 36 Diefstal transportmiddel alsook ladingdiefstal 45

Dit heeft geresulteerd in de volgende conclusies: Bij voertuigdiefstal zonder lading laat alleen het aantal gestolen opleggers een hele lichte stijging zien in 2013 ten opzichte van 2012. Daarentegen is het aantal gestolen trekkers, trekkers met opleggers, vrachtwagens en vrachtwagens met aanhangwagens afgenomen in 2013. Bij voertuigdiefstal met lading laten alle vormen van voertuigdiefstal in 2013, ten opzichte van 2012 een daling zien. In het lijstje van hotspots voertuigdiefstal komt Venray niet voor. Diefstal van alleen de lading is in 2013 sterk gestegen ten opzichte van 2012. Het grootste deel van het aantal ladingdiefstallen in 2013 werd gepleegd door zeil snijden. In 2012 was het aantal ladingdiefstallen door middel van zeil snijden nog nagenoeg gelijk aan het aantal diefstallen zonder zeil snijden. Als het om de hotspots gaat, dan komt Venray in 2012 en 2013 op een derde plaats na Eindhoven en Venlo. De soort lading die het meest is weggenomen in zowel 2013 als in 2012 is computerapparatuur. De diefstal van kleding/schoeisel en geluid- en beeldapparatuur is in 2013 het meest toegenomen. Van alle ladingdiefstallen werden in 2013 de meeste diefstallen gepleegd op parkeerplaatsen langs de autosnelweg. Dit is een verschuiving ten opzicht van 2012 waarin de meeste ladingdiefstallen nog werden gepleegd vanaf een bedrijfsterrein. In het lijstje met parkeerplaatsen langs een autosnelweg waar de meeste diefstallen in 2013 werden gepleegd zijn ook de Romeinse Put (A73) met 12 diefstallen en De Wuust (A73) met 8 diefstallen vermeld. In de Regionale Mobiliteitsvisie van het Regionaal Mobiliteits Overleg Noord-Limburg is opgenomen dat de mogelijkheden onderzocht worden om te komen tot een vrachtwagenparkeerplaats. Concreet betekent dit dat binnen de regio in 2015 gezocht wordt naar een locatie voor deze voorziening. Voor zover deze locatie binnen de Venrayse gemeentegrenzen komt de liggen, wordt de ontwikkeling door de gemeente Venray opgepakt. In de wetenschap dat in de gemeente Venray een groot aantal logistieke bedrijven gevestigd is, is het zowel vanuit oogpunt van veiligheid als vanuit economisch perspectief noodzakelijk om ontwikkelingen aangaande transportcriminaliteit goed te blijven volgen. Als ondernemers in samenwerking met overheden elders in de regio extra maatregelen gaan treffen, zal deze vorm van criminaliteit zich gaan verplaatsen, zo heeft de realisatie van de Secure Lane (A67, A58, A16) inmiddels wel geleerd. Horeca / uitgaan Vanaf het moment dat discotheek De Zenith gesloten is, concentreert het uitgaansleven in de gemeente Venray zich met name in Venray-Centrum en Ysselsteyn (op avonden dat de Jera en discotheek The Pilot geopend zijn). 46

Landelijk gezien staat het volume van horecaondernemingen nog altijd onder druk. In het centrum van Venray wordt juist een toename van lunch- en eetcafés en restaurants gezien. Deze vorm van horeca trekt ander publiek aan en het effect hiervan is ook terug te lezen in de gebiedsscan van de politie. Er wordt gesproken over een enkele openlijke geweldpleging en incidentele meldingen van overlast op uitgaansavonden in het centrum van Venray. Als het om de activiteiten in Ysselsteyn gaat, vraagt met name huiswaarts kerende publiek op de (fiets) route tussen Venray en Ysselsteyn om aandacht van de politie. Dit met het oog op vernielingen die onderweg worden gepleegd. Al met al spreekt de politie over een aanvaardbare situatie. Op 1 januari 2013 is de nieuwe Drank- en Horecawet van kracht geworden, waarin nieuwe taken en bevoegdheden voor de gemeente zijn vastgelegd. Zo houdt de gemeente vanaf dat moment toezicht op de naleving van de Drank- en Horecawet. Hiertoe zijn gemeentelijke boa s opgeleid. Vanuit de nieuwe wetgeving vloeit ook de verplichting voor om een verordening voor paracommerciële horeca op te stellen. Deze Verordening op de paracommercie is op 20 mei 2014 door de gemeenteraad van Venray vastgesteld. Medio 2015 vindt een eerste evaluatie plaats. Om drankmisbruik door jongeren aan te pakken, is de Drank- en Horecawet vervolgens op 1 januari 2014 aangescherpt. Zo geldt er per 1 januari 2014 dezelfde leeftijdsgrens van 18 jaar voor de verkoop van zwak alcoholhoudende drank en sterke drank. Zie verder onder Jeugd en Veiligheid. Naast de vergunning op grond van de Drank- en Horecawet kent de gemeente Venray het exploitatievergunningenstelsel, zoals vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening. Dit vergunningstelsel is gericht op het beschermen van het woon- en leefklimaat in de omgeving van een horecabedrijf en om de openbare orde te beschermen. Met de aansluiting bij het RIEC 37 wordt elke aanvraag van een exploitatievergunning of van een vergunning op basis van de Drank- en Horecavergunning besproken in het lokaal overleg RIEC en in dat kader getoetst aan de beleidslijn Wet BIBOB 38 (zie verder integriteit en veiligheid). Dit om te voorkomen dat met verlening van de vergunning een criminele activiteit wordt gefaciliteerd. Met het oog op het voorkomen en bestrijden van geluidsoverlast, vooral veroorzaakt door bastonen, is in 2013 de regeling Geluid bij horeca, horeca gerelateerde festiviteiten en evenementen aangepast. In de gewijzigde regeling is een meetbare geluidsnorm gesteld voor evenementen en aan horeca gerelateerde festiviteiten en is bovendien de geluidsnorm voor evenementen buiten het centrum aangescherpt. Om de Venrayse horecaondernemers een extra instrument te bieden om de veiligheid van gasten, personeel en beveiligers te verhogen is naast het lokaalverbod ook de collectieve horecaontzegging in het leven geroepen. 37 Regionaal Informatie en Expertise Centrum 38 Wet Bevordering Integriteits Beoordeling door Openbaar Bestuur. 47

Deelnemende horecaondernemers kunnen hiermee een persoon, die zich in één café misdraagt, de toegang tot alle aangesloten horecabedrijven ontzeggen. De duur van deze collectieve ontzegging is afhankelijk van de zwaarte van het gepleegde delict. In de afgelopen periode is er aandacht geweest voor een verschijnsel dat aan het uitgaansleven gerelateerd is, namelijk het illegaal taxivervoer. Illegaal taxivervoer is een misdrijf en tevens een economisch delict. In samenwerking met de Inspectie Leefbaarheid en Transport, politie, gemeente (boa s) en de taxibranche hebben er handhavingsacties plaatsgevonden, waarbij vier snorders zijn aangehouden. Aan de andere kant is in overleg met de reguliere taxibedrijven en horeca gepoogd om de vraag naar en het aanbod van taxi s meer in balans te krijgen. Een tweetal taxibedrijven uit de gemeente Venray hebben hierop actie ondernomen door bij wijze van proef op uitgaansavonden straattaxivervoer aan te bieden. Echter door de achterblijvende vraag naar reguliere taxi s is deze proef intussen gestaakt. Met het oog op preventie is het uitgaanspubliek in de afgelopen periode op een aantal momenten geattendeerd op de risico s van reizen met een illegale taxi. Horecaondernemers hebben een vast aanspreekpunt binnen de gemeente Venray in de persoon van de horeca- coördinator. Daarnaast vindt er structureel overleg plaats met de lokale afdeling van de Koninklijke Horeca Nederland in het horecaoverleg. (Grootschalige) evenementen Ondanks de toename van het aantal evenementen in de afgelopen jaren, leidt dit niet tot meer verstoringen van de openbare orde. In de gebiedscan van de politie is namelijk te lezen dat de Venrayse evenementen in de regel zonder noemenswaardige problemen verlopen. Het groeiend aantal evenementen in Venray is wel één van de redenen waarom het in 2012 vastgestelde evenementenbeleid voortijdig wordt herzien. Anno 2014 wordt er dan ook een nieuwe beleidsregel voor evenementen voorbereid. Om ervoor te zorgen dat evenementen enerzijds veilig en ordentelijk verlopen en anderzijds geen overlast voor de woonomgeving veroorzaken, worden uiteenlopende voorschriften aan een evenementenvergunning verbonden. De zwaarte van de voorschriften is afhankelijk tot welke risicoklasse het evenement gerekend moet worden. Op grond van het binnen de Veiligheidsregio Noord Limburg vastgestelde Handboek Regionaal integraal beleid Veiligheid en Gezondheid bij evenementen zijn er drie klassen te onderscheiden, namelijk grootschalige evenementen met verhoogd risico, grootschalig evenementen met gemiddeld risico of een eenvoudig evenement. Het onderscheid in klassen helpt de operationele hulpdiensten om te bepalen welke risico s bij een evenement aanwezig zijn en of multidisciplinaire afstemming noodzakelijk is of dat met een monodisciplinair advies kan worden volstaan. Van organisatoren van grootschalige evenementen met een gemiddeld of verhoogd risico wordt geëist dat er een calamiteitenplan c.q. veiligheidsplan bij de vergunningaanvraag gevoegd wordt. 48

De toenemende bewustwording over risicobeheersing tijdens grootschalige evenementen, zoals de Venrayse kermis en de Vastelaovend Roetsj heeft in de afgelopen jaren tot aanvullende maatregelen geleid, zoals toepassing van crowd control en het actief zijn van een multidisciplinair veiligheidsteam in de nabijheid van het evenemententerrein. De zorg voor een ordentelijk verloop op en in de directe omgeving van het evenemententerrein is primair een taak van de organisator van het evenement. Buiten het evenemententerrein ligt er een gezamenlijke opdracht voor de gemeente en politie. De gemeente ziet primair toe op naleving van de vergunningvoorschriften en treedt als nodig handhavend op. De politie zet zich daarentegen primair in op handhaving van de openbare orde. Overigens is de eerder aangekondigde wetgeving, waarbij organisatoren van (commerciële) evenementen de kosten gaan betalen van de politie-inzet die gericht is op het ordentelijk laten verlopen van het evenement, inmiddels van de baan. Zoals ook bij het thema horeca aangegeven is met het oog op voorkomen van geluidsoverlast de regeling Geluid bij horeca, horeca gerelateerde festiviteiten en evenementen aangepast. In de gewijzigde regeling is onder meer een norm voor evenementen buiten het centrum aangescherpt. 5.4.3 Jeugd en veiligheid Het veld Jeugd en veiligheid bevat de veiligheidsthema s die specifiek met jongeren in de leeftijd van 0 tot 23 jaar te maken hebben, zoals overlastgevende jeugd, criminele jeugd/individuele probleemjongeren, jeugd, alcohol en drugs en veilig in en om de school. indicator bron 2012 2013 2014* Jeugdgroepen: aanvaardbaar, hinderlijk, overlastgevend, crimineel Aantal aanvaardbare jeugdgroepen Shortlist** 9 9 - Aantal hinderlijke jeugdgroepen Shortlist** 2 0 1*** Aantal overlastgevende jeugdgroepen Shortlist** 0 1 1 Aantal criminele jeugdgroepen Shortlist** 0 0 0 Overlast en criminaliteit Overlast jeugd Politie 209 185 151 Inbraak en diefstal in/uit school Politie 3 3 1 * Cijfer per 1 oktober 2014 ** Opgemaakt in Straatgroepenoverleg. *** Betreft een multiculturele groep die tussen aanvaardbaar en hinderlijk scoort 49

indicator bron 2012 2013 2014* Individuele jongeren Aantal veelplegers (12-18 jaar) Veiligheidshuis 0 0 - Aantal veelplegers 18+ Veiligheidshuis 12 4 - Aantal zwerfjongeren (18-27 jaar) aangemeld voor maatschappelijke opvang * Cijfer per 1 oktober 2014 ** In 2010: 1 / 2011: 3 Centraal Meld- en Actiepunt 10 17** - De indeling van het Kernbeleid Veiligheid volgend, wordt per subthema aangegeven wat de huidige aanpak is en wat actuele ontwikkelingen zijn. Opvallende ontwikkelingen in de afgelopen jaren voor wat betreft de aanpak binnen dit veld zijn: de transitie jeugdzorg inclusief start gezinscoaches; de kanteling van het Veiligheidshuis met doorontwikkeling persoonsgerichte aanpak; geïntegreerde aanpak op criminele jeugd; inzet van straatcoaches. Veiligheid en decentralisatie van de jeugdzorg Gelet op de nauwe samenhang met het veiligheidsbeleid wordt eerst kort stil gestaan bij de decentralisatie jeugdzorg. Immers een goede opvoeding en vroegtijdig signaleren leidt uiteindelijk tot minder overlast op straat, minder jeugdcriminaliteit, minder slachtoffers en meer veiligheid voor het kind of de jongere zelf. Met ingang van 1 januari 2015 wordt de gemeente verantwoordelijk voor alle jeugdhulp, dus ondersteuning, hulp en zorg aan jeugdigen en ouders bij opgroei- en opvoedproblemen, psychische problemen en stoornissen. Ook wordt de gemeente verantwoordelijk voor de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen, jeugdreclassering en de advisering en verwerking van meldingen over huiselijk geweld en kindermishandeling. Binnen het veiligheidsbeleid zijn thema s benoemd die direct raken aan de jeugdhulp, zoals overlastgevende en/of criminele jeugd(groepen), twaalf-minners, overlastgevende multiprobleem gezinnen, huiselijk geweld en nazorg van jeugdige ex-gedetineerden. De aanpak van veiligheidsvraagstukken rondom deze doelgroepen vraagt om een meersporenaanpak van straf en zorg, niet alleen gericht op de jongere zelf, maar ook op zijn/haar gezin en sociale omgeving. In de Jeugdwet zelf wordt bij het gedwongen kader (jeugdbescherming en jeugdreclassering) een relatie gelegd met het veiligheidsdomein. De gemeente maakt over dit gedwongen kader afspraken met de Raad voor de Kinderbescherming. 50

Voor de gemeenten in Noord- en Midden-Limburg is een regionaal samenwerkingsprotocol voorbereid met de Raad voor de Kinderbescherming Zuidoost Nederland, dat inmiddels ter vaststelling is aangeboden aan het college van burgemeester en wethouders. Binnen dit samenwerkingsprotocol is ook aandacht voor de (nieuwe) positie die de burgemeester heeft per 1 januari 2015 binnen het stelsel van kinderbeschermingsmaatregelen 39. Een andere belangrijk thema is de zorgmelding jeugd. De praktijk leert dat de politie een belangrijke leverancier van zorgmeldingen is. De gemeenten hebben in het kader van de decentralisatie jeugdzorg een keuze moeten maken waar deze zorgmeldingen per 1 januari 2015 ontvangen, in behandeling genomen en afgehandeld worden. De gemeenten in Noord- en Midden-Limburg hebben er gezamenlijk voor gekozen deze meldingen te laten landen in het AMHK. In het geval de melding niet door het AMHK zelf onderzocht wordt of zodanig complex is dat het Veiligheidshuis hiermee aan de slag gaat, dan pakt de lokale keten de melding op. Overlastgevende jeugd(groep) Kijkend naar de politiecijfers dan zet de dalende trend, die vanaf 2010 is ingezet, nog altijd door. Op sommige, min of meer vaste plekken in vooral de wijken Brukske, Landweert en Venray-Centrum, wordt nog wel overlast ervaren. Om deze overlast in de openbare ruimte beheersbaar te maken en te houden, worden de straatcoaches ingezet. Bewoners kunnen via het algemeen nummer van de politie de straatcoaches ter plaatse laten komen. De straatcoaches spreken jongeren aan op onacceptabel gedrag en betrekken indien nodig daarbij de ouders van deze jongeren. Jongeren met hulpvragen worden door de straatcoaches doorverwezen naar het jongerenwerk van Synthese. Daar waar strafbare feiten gepleegd worden, is de politie echter aan zet. Op incidentele basis worden de straatcoaches ook buiten de drie genoemde wijken ingezet. Zo heeft de afgelopen periode inzet plaatsgevonden op Vlakwater, De Wieën, Leunen en Oirlo. Ook tijdens evenementen worden straatcoaches ingezet ten minste als de verwachting is dat de doelgroep daar ook zal zijn. Als gevolg van een taakstelling op het budget is de inzet in de afgelopen periode teruggeschroefd van 7 naar 5 dagen inzet. Door hier flexibel mee om te gaan, worden de gevolgen van deze maatregel minimaal gevoeld. Met het beheersbaar houden van de overlast op straat, zijn we er echter niet. Dit is ook reden geweest om in 2010 de ketensamenwerking binnen de Netwerkregie Jeugd & Veiligheid op te starten op bestuurlijk, tactisch/beleidsmatig en operationeel niveau. Dit ten behoeve van de integrale (vroeg)aanpak ontsporende jongeren en aanpak jeugdoverlast. Met de netwerkregie is beoogd om een door alle partners gedragen structurele netwerkaanpak en heldere rolverdeling tot stand te brengen. 39 De burgemeester kan, als de RvK na onderzoek besluit geen maatregel te vragen aan de rechtbank, alsnog via de RvK vragen om het oordeel van de kinderrechter. 51

De gemeente voert hierbij de regie in die zin dat de gemeente de beleidsontwikkeling en uitvoering aan de gang houdt, partners betrokken en aan hun afspraken houdt en nieuwe items oppakt en van een aanpak voorziet. Door partners bij elkaar te brengen, zijn deze in de gelegenheid om hun activiteiten op elkaar af te stemmen. Hierbij is gekozen voor een systematische benadering op de vier domeinen waar een jongere zich begeeft: thuis, school, openbare ruimte en maatschappij. Het idee achter de netwerkregie is dat door de integrale en sluitende aanpak een risicojongere of een problematische jeugdgroep eerder gesignaleerd wordt. Het streven is om niet alleen preventief, maar ook in een vroeg stadium te interveniëren om zo te komen tot minder ontsporende jongeren die vanuit criminele talentontwikkeling deel uit gaan maken van een problematische jeugdgroep. De overheveling van alle jeugdhulp naar de gemeente heeft invloed op onder meer de samenwerking binnen de Netwerkregie. Zowel vanuit het oogpunt van jeugd als vanuit oogpunt van veiligheid is het voorstel om de huidige structuur en werkwijze in 2015 te continueren. Het jaar 2015 wordt vervolgens gebruikt om de noodzakelijke en/of gewenste aanpassingen door te voeren, waaronder een goede aansluiting op de wijkteams, gezinscoaches, het Veiligheidshuis en het sociaal netwerk. Op operationeel niveau vervult de gemeentelijk jeugdregisseur binnen het straatgroepenoverleg een belangrijke spilfunctie. Binnen het straatgroepenoverleg worden de jeugdgroepen en risicojongeren in beeld gebracht met behulp van de shortlistmethodiek van Van Beke. Vervolgens worden plannen van aanpak gemaakt met preventieve, repressieve en curatieve maatregelen, die gericht zijn op het individu, de groep of de omgeving. Gelet op alle ontwikkelingen wordt in de loop van 2015 bezien hoe de centrale spilfunctie op operationeel niveau (de huidige jeugdregisseur) er in de nabije toekomst uit moet gaan zien. Op dit moment is er binnen de gemeente Venray één overlastgevende jeugdgroep in beeld bestaande uit 10 tot 15 personen in de leeftijd van 17 jaar en ouder, waarbij het overlastgevend gedrag bestaat uit handel in en gebruik van drugs, vernielingen en roekeloos rijden op scooters. Daarnaast is een aanvaardbare/hinderlijke jeugdgroep in beeld, bestaande uit zo n 40 jongeren in de leeftijd van 13 tot 18 jaar, waarbij het hinderlijke gedrag vooral bestaat uit het achterlaten van afval. Beide groepen alsook eventuele (jonge) aanwas hebben de aandacht van partners in het straatgroepenoverleg. Voor een zeer specifieke doelgroep, namelijk jongeren zonder startkwalificatie en uitkering, zijn in 2014 in samenwerking met het bedrijfsleven eerste voorbereidingen gestart om deze jongeren toe te geleiden naar werk. 52

Opvallend is het toenemend aantal zwerfjongeren dat zich in 2014 aangemeld heeft voor maatschappelijke opvang. Het merendeel van de aangemelde jongeren is in de leeftijd van 18 en 24 jaar. Ook is het aantal meldingen over overlast van zwervers in één jaar tijd verdrievoudigd 40. De achterliggende oorzaak van het toenemend aantal zwerfjongeren wordt nader onderzocht. Individuele criminele en/of probleemjongeren Sinds 2010 kent Venray geen criminele jeugdgroep meer. Dit laat onverlet dat er nog altijd jongeren c.q. jongvolwassenen zijn die zich met criminaliteit bezig houden. Deze criminele jongeren/jongvolwassenen worden onder regie van de driehoek repressief aangepakt door waar mogelijk de pakkans te verhogen en een persoonsgerichte aanpak op te starten. Het accent ligt hierbij op strafrechtelijk vervolgen bij plegen strafbare feiten. Daarnaast wordt waar mogelijk een geïntegreerde aanpak, denk bijvoorbeeld aan de patseraanpak, toegepast. Op advies van het landelijk Actieprogramma Aanpak Jeugdgroepen, die in de zomer van 2013 een quick scan hebben uitgevoerd, is er vervolgens sterk geprioriteerd en is een Top x lijst opgemaakt. Veiligheidshuis en Ri-Jo overleg Risicojongeren of problematische jeugdgroepen kunnen, op het moment dat justitiële partners nodig zijn of een lokale aanpak onvoldoende effect sorteert, vanuit een lokale aanpak ingebracht worden in het zogenaamde Risico-Jongeren overleg (Ri-Jo). Dit Ri-Jo overleg is een overleg binnen het informatieknooppunt van het Veiligheidshuis Noord-Limburg 41. Bureau Jeugdzorg voert de procesregie voor dit overleg. Het Ri-Jo richt zich op jongeren in de leeftijd van 12 tot 23 jaar, die overlastgevende of strafbare/criminele feiten hebben gepleegd of daarbij betrokken zijn en waarvoor bij de integrale aanpak de samenwerking met justitiële partners, zoals het Openbaar Ministerie, jeugdreclassering en/of de Raad voor de Kinderbescherming nodig is. Het Ri-Jo zorgt ervoor dat zorg en straf gecombineerd worden. Wordt een jongere bijvoorbeeld besproken aan de ZSMtafel, dan bundelt Ri-Jo de informatie zodat een justitiële afdoening waar mogelijk recidivevoorkomend en perspectief verbeterend kan zijn. Als de casus echter zodanig complex is dat deze voldoet aan de criteria van O3MP 42 dan neemt de procesregisseur van het Veiligheidshuis Noord Limburg de procesregie over. Gelet op alle ontwikkelingen in het sociale domein 43 maakt het nodig om in 2015 een heroverweging te maken als het om de opzet en opdracht van het Ri-Jo overleg gaat. 40 Van 7 meldingen in 2013 naar 23 meldingen in 2014 (tot 1 oktober) 41 42 43 Dit wordt in de ontwikkeling van het Regionaal Knooppunt bijzondere reizigers, waar de gemeente Venlo als centrumgemeente bestuurlijk trekker van is, mogelijk ondergebracht in dit regionale knooppunt. Ondoorgrondelijke, ongrijpbare, ontwrichtende multiprobleem casus Decentralisaties, kanteling Veiligheidshuis, doorontwikkeling regionaal kompas, centralisatie justitie 53

Alcohol en drugs Om drankmisbruik door jongeren aan te pakken, is de Drank- en Horecawet op 1 januari 2014 op twee punten aangescherpt. Zo geldt er per 1 januari 2014 dezelfde leeftijdsgrens van 18 jaar voor de verkoop van zwak alcoholhoudende drank en sterke drank. Jongeren onder de 18 jaar zijn strafbaar als ze alcohol bij zich hebben in de openbare ruimte. Dit geldt zowel op straat, als op andere plekken die toegankelijk zijn voor publiek. Daarnaast is de gemeente verplicht om een preventie- en handhavingsplan vast te stellen, waarin onder meer beschreven is op welke wijze de alcoholpreventie en -handhaving vorm krijgt. Als gevolg van de bezuiniging op niet wettelijke preventietaken is de inzet op preventie geminimaliseerd. Daar waar er kansen liggen om aan te sluiten bij een actie, dan worden deze aangegrepen. Zo heeft het Raayland College bijvoorbeeld samen met zes andere scholen in de regio meegedaan aan de klassikale wedstrijd Lekker Friz! en Tegengif! voor de onderbouw van het voortgezet onderwijs waarbij leerlingen gestimuleerd worden om enige tijd geen alcohol te drinken. Ook is er onder de noemer van Op stap met ouders in Venray een informatieve kroegentocht georganiseerd voor ouders. Om het druggebruik onder jongeren terug te dringen, start de gemeente in samenwerking met vier andere Limburgse gemeenten en met financiële ondersteuning van de Provincie Limburg, in 2015 een voorlichtingsproject met een looptijd van twee jaar, waarna de activiteit structureel geborgd moet zijn. Dit project is gericht op het weerbaar maken van een kwetsbare groep jongeren als het om middelengebruik alsook als het om inzet van deze jongeren op de handel als runner gaat. Binnen dit project worden jongeren en hun ouders actief opgezocht bij constatering druggebruik. Zij krijgen voorlichting en worden vervolgens gemotiveerd en begeleid naar hulp. Met dit project wordt beoogd te voorkomen dat het druggebruik onder jongeren toeneemt en dat (veelal kwetsbare) jongeren in de straathandel terecht komen. Veilig in en om school Sociale veiligheid voor leerlingen, personeel en ouders in en om school is het thema van het Convenant Veilige School Venray dat sinds 2007 loopt en waarbij zowel het basisonderwijs als het voortgezet onderwijs is aangesloten. Dit convenant heeft erin geresulteerd dat lijnen kort zijn en de betrokken partners elkaar snel kunnen vinden in geval van een incident. Partners treffen elkaar één- tot tweemaal op jaarbasis om uiteenlopende thema s, incidenten en trends met elkaar te bespreken, zoals bijvoorbeeld het snuiven van tabak, toename fietsdiefstal, impact zedendelict of de toenemende agressiviteit door ouders in de richting van school en het kopiëren van dit gedrag door kinderen. 54

Om de gezondheid, veiligheid en leefbaarheid te vergroten van leerlingen, medewerkers, bezoekers op de scholen van ROC Gilde Opleidingen en burgers woonachtig in de omgeving van ROC Gilde Opleidingen, is ROC Gilde Opleidingen in 2014 gestart 44 met het opzetten van een systeem van zelfevaluatie, ontwikkeling, auditen en certificeren. In dit proeftuinproject wordt samengewerkt met de gemeenten Venray, Venlo, Weert, Roermond, Sittard-Geleen, de politie, GGD, Bureau halt. Beoogd wordt om een gezamenlijk gedeeld inhoudelijk kader voor gezondheid en veiligheid op de scholen van ROC Gilde Opleidingen op te stellen en te komen tot het structureel borgen van schoolveiligheid. Het proeftuinproject bestaat uit een vijftal fasen, namelijk het opstellen van een basiskader veiligheid, gezondheid en leefbaarheid gevolgd door een intake op alle locaties van ROC Gilde Opleidingen en het opstellen en uitvoeren van een verbeterplan. Vervolgens vindt er een externe audit en certificering plaats en wordt een zelfaudit ontwikkeld. Ten slotte wordt de proeftuin afgerond en vindt overdracht plaats naar lokale partners. De vestiging van ROC Gilde Opleidingen in Venray bevindt zich op dit moment in de fase waarin het verbeterplan wordt uitgevoerd. 5.4.4 Fysieke veiligheid Het veiligheidsveld fysieke veiligheid bevat de vormen van onveiligheid die samenhangen met verkeer, gevaarlijke stoffen, gebouwen/techniek en natuur, dus echte fysieke veiligheidsthema s zoals verkeersveiligheid, externe veiligheid, brandveiligheid, rampenbestrijding en crisisbeheersing. Indicator bron 2012 2013 2014* Verkeersveiligheid Ongevallen met letsel Politie 3 4 2 Ongevallen materiële schade Politie 198 223 129 Rijden onder invloed drugs/medicijnen Politie 5 2 0 Rijden onder invloed alcohol Politie 55 59 42 Externe veiligheid / risico s gevaarlijke stoffen Overlast vuurwerk Politie 59 72 13 Vuurwerk Politie 3 1 0 Inrichting Wet Milieubeheer Politie 2 3 1 Bodem Politie 12 13 5 Afval Politie 14 11 11 Bouwstoffen Politie 1 2 0 Geluid Politie 186 220 164 Mest Politie 0 1 0 44 Met financiële ondersteuning van de provincie Limburg 55

Indicator bron 2012 2013 2014* Natuur en landschap Politie 42 20 4 Dieren Politie 61 58 43 Brandveiligheid Brandstichting Politie 21 24 19 Rampenbestrijding / crisisbeheersing Actueel rampenplan/regionaal crisisplan Veiligheidsregio 1 1 1 Actuele rampenbestrijdingsplannen Veiligheidsregio 2 2 2 Multidisciplinaire coördinatieplannen Veiligheidsregio 4 4 7** * cijfer per 1 oktober 2014 ** zijn allemaal algemene MCP s, zoals evenementen, treinongeval, gevaarlijke stoffen, etc. De indeling van het Kernbeleid Veiligheid volgend, wordt per subthema aangegeven wat de huidige aanpak is en welke actuele ontwikkelingen te verwachten zijn. Belangrijke, meer algemene, ontwikkelingen in de aanpak binnen dit veiligheidsveld in de afgelopen periode zijn onder meer: de regionalisering van de brandweer; de vorming van de Regionale Uitvoeringsdiensten (RUD s); de professionalisering van de oranje kolom. Verkeersveiligheid inclusief veiligheid in openbaar vervoer Het aantal ongevallen met materiele schade of letsel laat na een stijging in 2013 voor 2014 een dalende tendens zien alsook het rijden onder invloed van drugs, medicijnen of alcohol. In 2007 is het verkeers- en vervoersplan voor de gemeente Venray vastgesteld onder de titel Venray veilig en bereikbaar vastgesteld. In dit beleidsplan liggen de beleidskaders, doelstellingen en ambities vast tot het jaar 2015. Aan het beleidsplan is een uitvoeringsprogramma gekoppeld. Voor huidige aanpak inclusief actuele ontwikkelingen op het gebied van verkeersveiligheid wordt naar het vastgestelde verkeers- en vervoersplan inclusief uitvoeringsprogramma verwezen en volgt geen nadere beleidsmatige uitwerking in deze kadernota. Verkeersveiligheid in de omgeving van scholen alsook veilige schoolroutes zijn thema s die in het verkeers- en vervoersplan zijn opgenomen. Veilige pleisterplekken voor scholieren onderweg daarentegen niet. In dit kader ligt er een politieke wens om Veilige Honken te realiseren in de gemeente Venray. 56