6Helpen bij het gebruik van



Vergelijkbare documenten
5Ondersteunen bij het verplaatsen

tips over de omgang met mensen die een lichamelijke beperking hebben

Rijschool Amstelland

Kies 4 kinderen uit en zing de zeppelin. Rijd als een auto door de klas en geef iedereen een autodropje

Charles den Tex VERDWIJNING

De zorgvrager ondersteunen bij het lopen

Kinderfolder ALS JE EEN GELEIDEHOND TEGENKOMT

Fysiotherapie na heupoperatie

Dit kan alleen of met 2 personen.

Ergonomie. Thema. 1 Inleiding

Paardrijles. Inleiding. Inhoud. Spullen die je nodig hebt


Handleiding. Functionele inspectie. Lees altijd de instructies. Max. 150 kg/330 lbs. ReTurn7400. ReTurn7500

Een goede conditie helpt vallen voorkomen. Praktische tips om gezond en fit te blijven

HANDIG EEN BIJTEND KONIJN

HANDIG ALS EEN HOND DREIGT

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika (groot optreden door kinderen) door Nellie de Kok

Bijzondere verrichtingen

Veilig op pad met de rollator

Jan Klaassen en Katrijn in Afrika door Nellie de Kok. Samenvatting

Inhoud. Een nacht 7. Voetstappen 27. Strijder in de schaduw 51

Tuin van Heden.nu 1 Mag ik zijn wie ik ben? Van In 5

Lotte is er erg blij mee. Ik wilde altijd al een huisdier voor mezelf, zegt ze tegen opa. En nu heb ik er opeens een heleboel.

Gebruiksaanwijzing Multi-Motion M5

Hey Russel! EEN BIJZONDERE VRIENDSCHAP. marian hoefnagel

Deze lesbrief gaat in op waar leerlingen in het verkeer op moeten letten bij vrachtverkeer en bespreekt de dode hoek.

Handleiding voor begeleiders van rolstoelgebruikers

Een dagje zeilen (groep 4)

Geen troep op de stoep In de vuilniswagen

Bijzondere manoeuvre: Straatje keren in 3 keer

Hoe leer ik een kind fietsen?

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

Er zijn 3 soorten hefbomen. Alles hangt af van de positie van het steunpunt, de last en de inspanning ten opzichte van elkaar.

Ouderbrief 1. Kopieerblad 1. Beste ouder/verzorger, Wijzer door het verkeer groep 4

Ik geloof dat er in mijn achterband

Tijdens de video- hometraining worden verschillende begrippen gebruikt. In de bijlage geven we een korte omschrijving van deze begrippen.

Extra oefeningen. Romp 1. Vooroverbuigen 2 2. Draaien 3. Arm en romp 3. Armen schuiven over tafel 4. Hand en pols 4. Handen vouwen en polsen buigen 5

Als papa of mama een bolletje in het hoofd heeft Informatie voor kinderen van 8 tot 12 jaar over brughoektumor bij hun papa of mama

5.9 PARKEREN ACHTER EEN VOERTUIG

Gezond werken met. rolcontainers

Til les, les 2. A : Hogerop in bed verplaatsen bij een persoon die nog veel zelf kan Beginsituatie: Een persoon onderuitgezakt in bed

Schroeven in het donker

Een gevaarlijke vriend

actie boekentas Veilig naar school! 5 verhaaltjes en nog wat leuke spelletjes erbovenop!

TIJL UILENSPIEGEL EN DE LIEFDE

Stenose- en/of herniaoperatie Oefeningen voor herstel

Tekening voorkant: Tara van Veen. Tekeningen binnenin: Alette Straathof. Leeftijd: jaar AVI: E3 M4. Lettertype: Dyslexie

HANDIG DE TAAL VAN EEN HOND

Daphne. Wij hebben de g.k.ij. op bezoek gekregen. We hebben spelletjes gedaan. Dat moest bij. Met 1 arm of iets anders.

Oversteken in een rechte straat

januari 2015 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof Ik huppel - BVP Hint Music 2015

Zonder dieet lekkerder in je vel!

Valpreventie. Beter voor elkaar

met tekeningen van ivan & ilia

Het houden van een spreekbeurt

Vragen bij het prentenboek 'De tovenaar die vergat te toveren'

1. Spugen in de nacht

Kustwerk Katwijk: vrachtverkeer en de dode hoek

Help, mijn papa en mama gaan scheiden!

Het is woensdagmiddag. Hij heeft alle tijd. Wat zal hij

Patiënteninformatie. Leefregels en adviezen na een totale heupoperatie via de voorste benadering Leefregels nieuwe heup ventraal.

Lage Rugpijn, Aspecifieke Lage Rugpijn, Lumbago, Spit,

Ivonne Bressers: Dank je wel. Rob Kleijs: Ivon, Kun je nog eens uitleggen wat het Usher Syndroom is?

juni 2014 vanaf 4 jaar De wieken van de molen tekst: Marian van Gog muziek: Ton Kerkhof

Wat vind jij ervan als een vakantiekind een kleine drie weken bij jullie komt logeren?

5.3.3 Een patiënt verplaatsen Verplaatsen in het bed: een patiënt op de zij draaien (omkeren) Zachtjes het gebogen been en de schouder van de

Uitbreidings of veranderingsmogelijkheden

Over de arm en hand wrijven

Dat kreeg ik van mijn opa. Ik werd toen negen jaar. Hij gaf het op mijn verjaardag. Ik lees in een sprookjesboek.

Gebruiksaanwijzing MultiMotion M9

Dino en het ei. Duur activiteit: 30 minuten Lesdoelen: De kleuters: kunnen een prent linken aan een tekst; kunnen het verhaal navertellen.

Een instructietekst is een doe-tekst. In een instructietekst lees je hoe je iets moet doen of wat je moet doen. Je krijgt ergens aanwijzingen voor.

5 Assertiviteit. 1 Inleiding

Gebruiksaanwijzing MultiMotion M1

Papa en mama hebben ruzie. Ton en Toya vinden dat niet leuk. Papa wil graag dat Ton en Toya bij hem op bezoek komen, maar van mama mag dat niet.

4 Denken. in het park een keer gebeten door een hond. Als Kim een hond ziet wil ze hem graag aaien. Als

Verslag gehandicapten platform.

1. Nooit in orde! Wat moeten wij met u nu aanvangen? Wat moeten wij met u nu doen? Gade gij nu nooit eens luisteren? Ge zijt echt niet te doen!

Oefeningen. Uitademen als u kracht zet, inademen als u ontspant.

Ik help je wel. illustraties Karlijn Scholten verhaal Isabelle de Ridder

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

Open water zwemmen. Tips en trainingssuggesties

Succes en veel plezier toegewenst!

Het praktijkexamen leerboek. Hoe slaag ik in 1 keer?

Lelijke griet. Dino is nog steeds te verbaasd om iets normaals te zeggen. Het enige dat hij kan bedenken is: Heet je echt Belle?

10 tips om je partner zo goed mogelijk te ondersteunen.

Ik ga je wat vertellen, je hoeft alleen maar te volgen wat ik zeg, mijn stem is nu het enige wat voor jou belangrijk is om te volgen.

Samen voorkomen dat u valt

Algemeen Vallen bij ouderen

Veilig of gevaarlijk? Verkeersoefening - Kleuteronderwijs.

Werkwoorden. Hebben en zijn. De twee belangrijkste werkwoorden in het Nederlands zijn hebben en zijn. Ik ben Thomas. Ik heb een fiets.

Spekkoek. Op de terugweg praat zijn oma de hele tijd. Ze is blij omdat Igor maandag mag komen werken.

Weer kijkt Kees in zijn binnenspiegel. Naar de man op de achterbank. De lifter. Slaapt die man nou? Kees heeft hem al een uur niet meer gehoord.

Een zorgvrager hulp bieden bij het omgaan met een rolstoel

Wonen en huishouden. Test jezelf.

Spelletjesboekje. voor groot en klein SUPERHELD- Het hele jaar superveilig naar school

Demo stretchings. Door Inge Delforterie. (O= ontvanger / G= gever) DEEL 1: Buikligging

Sociale/pedagogische vragenlijst

Adviezen na rugoperatie (rug)hernia / vernauwing van het wervelkanaal

Ook zo n gezonde. dé arbo- en verzuimspecialisten in transport en logistiek

Transcriptie:

Thema 6Helpen bij het gebruik van hulpmiddelen bij verplaatsen 6.1 Inleiding Als zorghulp zul je te maken krijgen met cliënten die lopen met een kruk of twee krukken, een looprek of een rollater. Die hulpmiddelen zijn bedoeld als steun, maar moeten dan wel goed gebruikt worden. Anders heeft de cliënt er niets aan. Ook zul je mensen die in een rolstoel zitten verplaatsen. Dat moet je dan wel doen op een manier die prettig is voor de cliënt. In dit thema gaan we vertellen wat belangrijk is bij het verplaatsen met gebruik van hulpmiddelen. De inhoud van dit thema: 6.2 Met een kruk lopen 6.3 Met twee krukken lopen 6.4 Met een rollator lopen 6.5 Met een looprek lopen 6.6 In een rolstoel rijden 6.7 Tips voor de praktijk 1 1

6.2 Met een kruk lopen Een cliënt kan met een kruk of een stok lopen. Die kruk of stok moet hij aan de kant van het goede been houden. Dat klinkt je misschien raar. Je zou juist verwachten dat je de stok aan de kant van het slechte been moet houden. Dat heeft echter geen enkele zin. De cliënt moet de stok aan de kant van het goede been houden; hij heeft dan steun op het moment dat hij het goede been optilt om het te verplaatsen. Anders moet hij op zijn slechte been staan om zijn goede been te verplaatsen. Houd de kruk aan de kant van het goede been De cliënt moet de stok tegelijk met het slechte been verplaatsen. Hier moet hij mee beginnen. Als de stok of de kruk naar voren geplaatst is, brengt de cliënt zijn gewicht over naar de kruk. Hij kan dan zijn gezonde been verplaatsen. Juiste volgorde bij het lopen met één kruk of stok: kruk aan de kant van het goede been kruk en slechte been verplaatsen gewicht overbrengen op de kruk gezonde been verplaatsen 2 2 Zorghulp Digitale Content

6.3 Met twee krukken lopen Twee krukken zijn nodig als de cliënt één kant van het lichaam niet goed kan gebruiken. Of de cliënt kan één been niet goedgebruiken en lopen met één kruk is niet mogelijk. Je begeleidt zo n cliënt het beste door naast hem te staan aan zijn slechte kant. Dan geef je hem instructies. Blijf tijdens het lopen steeds aan de slechte kant van de cliënt. Instructie voor lopen met twee krukken: sta goed rechtop zet de krukken ongeveer 10 centimeter schuin voor de voeten gebruik de krukken als afzetpunt breng het lichaam naar voren en zet de slechte voet of de slechte kant tussen de krukken breng de goede voet of kant nu naar voren en zet deze voor de krukken verzet de krukken weer naar voren enzovoort 3 Lopen met twee krukken Slechte voet blijft boven de grond Als een cliënt een voet niet mag belasten, loopt hij ook met twee krukken. De cliënt mag de slechte voet niet neerzetten. Hij houdt de voet steeds een stukje boven de grond. 3

6.4 Met een rollator lopen Een cliënt die met een rollator loopt, moet eigenlijk net zo lopen als voordat hij een rollator nodig had. Aan de rollater zit vaak een mandje. Daarin kan de cliënt van alles meenemen. Ook heeft een rollater wel een plateau. Hier kan de cliënt een kop koffie of een bord eten op zetten. Een rollater heeft handremmen. Die werken net als bij een fiets. Je knijpt erin en daardoor rem je de wielen af. Vaak heeft de rollator een zitkussentje. De cliënt kan hier even op gaan zitten als hij moe wordt. Iemand begeleiden bij het lopen met een rollator 4 Zorghulp Digitale Content

6.5 Met een looprek lopen Een rollater kan weg rollen. Dat is soms lastig voor een cliënt. Een oplossing is dan het looprek. De cliënt heeft er meer steun aan. En als de cliënt onzeker is, is het looprek wat veiliger. Het blijft staan en rolt niet weg. Het nadeel is dat de cliënt het looprek bij iedere stap moet optillen. Een looprek kan niet wegrollen Bij lopen met een looprek moet je goed opletten, dat de cliënt het rek niet te ver naar voren zet. Een cliënt vindt het soms moeilijk om een been te verzetten. In plaats daarvan zet hij dan het rek maar weer een stukje naar voren. 5

6.6 In een rolstoel rijden Een cliënt die in een rolstoel zit, is een cliënt die niet of nauwelijks meer kan lopen. Als de cliënt wel loopt, loopt hij langzaam, voetje voor voetje. Als hij door zijn kamer loopt, gaat dat in een slakkengangetje. Zo n cliënt is dus niet meer gewend aan snel bewegen. Als jij zo n cliënt ergens heen moet brengen, moet je daar aan denken. Jij wilt hem misschien snel even wegbrengen. Je hebt misschien wel haast. Vraag de cliënt of hij liever langzaam of snel gereden wil worden. En als de cliënt dat niet kan zeggen, kun je beter maar rustig rijden. Snel rijden kan heel eng zijn voor de cliënt. Vraag de cliënt hoe hij gereden wil worden Dorien werkt als zorghulp in verpleeghuis de Wingerd. Vandaag gaat ze een stukje wandelen met Monique. Monique zit in een rolstoel. Ze is erg gevoelig voor hobbels en roept dan steeds hard au. Dorien moet dus erg voorzichtig rijden. Ha Monique, zegt Dorien als ze binnenkomt. Monique lacht. Hoi, zegt ze. Zullen we lekker naar buiten gaan, het is zulk lekker weer, zegt Dorien. Goed, zegt Monique. Dorien haalt de rolstoel van de rem en rijdt heel voorzichtig met Monique door de gangen naar buiten. Om in het park aan de overkant te komen, moeten ze een straat oversteken. Monique, let op, ik moet nu even de stoep af zegt Dorien. Ze zet de rolstoel met de achterkant naar de straat. Heel langzaam laat ze de grote wielen zakken, Ze houdt de stoel steeds even tegen, tot ze op de straat landen. Dan trekt ze de stoel voorzichtig naar zich toe en kiept hem een beetje. De kleine wielen staan nu ook op straat. Voorzichtig draait ze de rolstoel. Dan heb ik goed gedaan, denkt ze bij zichzelf. 6 Zorghulp Digitale Content

Aan de andere kant zet ze de rolstoel met de kleine wielen tegen de stoeprand. Ze zet haar voet op het stepje aan de achterkant en laat de stoel omhoog komen. De kleine wieltjes rijdt ze nu de stoep op. Daarna duwt ze voorzichtig de hele rolstoel de stoep op. Monique heeft geen een keer au geroepen. Dorien rijdt de rolstoel het park in. Zo, Monique, nu gaan we lekker in de zon bij de vijver zitten, zegt ze. In een instelling is alles vaak gelijkvloers. Er zijn geen drempels. Deuren gaan automatisch open. De doorgangen zijn breed. Buiten is dat anders. Daar moet je van de stoep af en er weer op. Soms moet je over verkeersdrempels heen. Je komt er allerlei hindernissen tegen. Hoe je daar op, af of over moet, is afhankelijk van de soort wielen van de rolstoel. Veel rolstoelen hebben achter twee grote wielen en vóór twee kleine zwenkwielen. 4 De stoep op en de stoep af: De stoep op: zet de rolstoel vooruit tegen de stoeprand zet je voet op het stepje aan de achterkant van de rolstoel kiep de rolstoel een beetje achterover duw de rolstoel naar voren: de kleine wieltjes komen op de stoep rijd nu de hele rolstoel de stoep op De stoep af: zet de rolstoel met de achterkant naar de straat trek de rolstoel naar achter, zodat de grote wielen van de stoep af zijn houd de rolstoel wel tegen, zodat het niet te snel gaat de kleine wielen volgen vanzelf Wil je hierop: zet de rolstoel vooruit tegen de verhoging 7

De stoep af gaat achteruit Er zijn ook rolstoelen met vier wat kleinere wielen. Die wielen zijn geen zwenkwielen. Deze rolstoel kun je het beste met de achterkant eerst het trottoir op trekken. Sommige cliënten kunnen zichzelf slecht in evenwicht houden. Vooral als een rolstoel van een helling af rijdt. De cliënt valt voorover of glijdt uit de rolstoel. Je kunt een cliënt in een veiligheidsgordel in de rolstoel laten zitten. Overleg dit met de cliënt en eventueel ook met de leidinggevende. 8 Zorghulp Digitale Content

6.7 Tips voor de praktijk Tip 1 De kruk naast het goede been Als een cliënt met één stok loopt, of met één kruk, dan moet de cliënt de stok aan de kant van het goede been houden. Dan heeft hij steun op het moment dat hij het goede been optilt om het te verplaatsen. Tip 2 De goede maat Het is erg belangrijk dat de stok of de kruk de juiste maat heeft voor de cliënt. Een kruk kun je instellen op diverse hoogten. De cliënt mag niet scheef lopen met een kruk. Tip 3 Met twee krukken lopen Je begeleidt een cliënt het beste door naast hem te staan aan zijn slechte kant en hem instructies te geven. Blijf tijdens het lopen steeds aan de slechte kant van de cliënt. Tip 4 Het looprek niet te ver vooruit zetten Sommige cliënten zijn geneigd het looprek te ver voor zich uit te zetten. Ze moeten dan sterk voorover leunen omdat hun benen en het rek te ver uit elkaar staan. Cliënten doen dit vaak uit ongeduld. Ze willen opschieten en door het rek ver naar voren te plaatsen, denken ze harder te gaan. Omdat ze dan uit balans zijn, kunnen ze vaak helemaal geen stap meer zetten. Tip 5 In de veiligheidsgordel Net als in een auto kun je een cliënt voor zijn eigen veiligheid in een gordel zetten. Zeker als de cliënt het moeilijk vindt om recht te zitten of zijn evenwicht te bewaren. 9