- 25 - Traagheid Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg Opstelling : Besluit (1): Het geldstuk valt in het glas Het geldstuk was oorspronkelijk in rust en tracht in die toestand te blijven Een lichaam dat in rust is, tracht in rust te blijven. Proef 2: Opstelling : - Plaats een wagentje op de tafel met een knikker in het wagentje tegen de voorwand - Beweeg plots het wagentje vooruit Besluit (2) : De knikker rolt t.o.v. het wagentje schijnbaar achteruit tot hij tegen de achterwand stoot. In werkelijkheid is de knikker t.o.v de tafel in rust tot de achterwand van het wagentje de knikker in beweging brengt t.o.v. de tafel. Een lichaam dat in rust is, tracht in rust te blijven. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het lichaam in beweging te brengen.
- 26 - Proef 3: Besluit (3) - Plaats nu het wagentje met de knikker tegen de achterwand - Beweeg het wagentje vooruit - Stop het wagentje plots De knikker rolt bij het stoppen van het wagentje vooruit tot de voorwand hem stopt. De knikker is in beweging en wil in beweging blijven. Een lichaam dat in beweging is tracht verder te bewegen. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het voorwerp te stoppen Proef 4 : Besluit (4): - Leg de knikker in n van de hoeken van het wagentje tegen de achterwand. - Laat het wagentje vooruit rijden en plots een bocht beschrijven naar de zijde waar de knikker zich bevindt. De knikker rolt rechtdoor als het wagentje afdraait totdat de zijwand de knikker in de richting van het wagentje duwt. De knikker wil met eenzelfde snelheid rechtdoor gaan Een lichaam dat in beweging is tracht steeds met de zelfde snelheid rechtdoor te gaan. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het voorwerp van richting te doen veranderen. Proef 5 : Opstelling : - Geef de knikker een duw op het oppervlak van de de tafel. - Geef de knikker eenzelfde duw op een wollen oppervlak (bv. Sjaal) Ruw oppervlak Glad oppervlak Besluit (5) : - De knikker volgt in beide gevallen een rechte baan - De knikker komt veel sneller tot rust op een ruw oppervlak. Het ruwe oppervlak heeft een grotere wrijving waardoor de knikker sneller tot rust komt. De remmende invloed (wrijving) van het oppervlak waarop (of het midden waarin) het voorwerp zich beweegt zorgt er in de praktijk voor dat het lichaam tot rust komt.
- 27 - Traagheidswet van Galileï-Newton : Een lichaam kan zelf niets aan zijn bewegingstoestand wijzigen. Als het in rust is blijft het in rust; als het in beweging is gaat het steeds met dezelfde snelheid verder rechtdoor. Proef 6 : Besluit (6) : - Leg een lichte en een zware knikker naast elkaar op de tafel. - Geef beide een even grote stoot met een lineaal De knikker met de grote massa beweegt minder snel. Hij vertoon een grotere traagheid Hoe groter de massa, hoe beter het lichaam volhardt in zijn bewegingstoestand.; hoe groter zijn traagheid Proef 7 : Beschrijving: - Stapel een aantal tassen (blokken) op een vel papier - Trek het papier snel weg van onder de tassen (blokken) - Herhaal de proef maar trek het papier langzaam van onder de tassen Opstelling: Waarneming: Verklaring: - Als je het papier snel wegtrekt blijven de tassen (blokken) staan. - Als je het papier langzaam wegtrekt dan vallen de tassen (blokken)
- 28 - Denk na en antwoord : 1. Wat stellen we vast als we in een tram rechtop staan en als hij : Plots remt.. Plots versnelt.. Een bocht beschrijft? Verklaar.. 2. Waarom is het dragen van een veiligheidsgordel in een auto verplicht?... 3. Verklaar waarom de remafstand bij eenzelfde remkracht van een geladen vrachtwagen groter is dan als hij leeg is?
- 29-4. Wat gebeurt er als je snel fietsend alleen met de voorrem remt? 5. Verklaar het gevoel dat je krijgt bij het plots starten of stoppen van een lift Hard of zachtgekookt? Je krijgt twee eieren, waarbij een rauw ei en eentje gekookt. Kan je vaststellen welk van de twee het gekookt ei is, zonder hierbij een ei te breken uiteraard... Hint : probeer de beide eieren eens op de tafel te laten draaien. Het gekookte ei kan netjes een tijdje rondtollen op de tafel, terwijl het niet gekookte exemplaar onmiddellijk aan het waggelen gaat. Je kan het ook als volgt vaststellen : zet het ei verticaal op tafel, en geef er een tik tegen. Het gekookte ei maakt nog enkele buitelingen, het niet-gekookte ei blijft onmiddellijk liggen. Dit is niets anders dan een toepassing van de traagheidswet : een lichaam dat in rust is, wil in rust blijven; een lichaam dat in beweging is, wil in beweging blijven (hoe zou je zelf zijn). Bij het niet-gekookte ei geef je wel een draai aan de schaal, maar de losse massa binnenin wil z'n rust niet laten verstoren, waardoor de draaibeweging onmiddellijk stopt.
- 30 - Samenvatting Een lichaam dat in rust is, tracht in... te blijven. Er is een... nodig om het lichaam in beweging te brengen. Een lichaam dat in beweging is tracht... Er is een... nodig om het voorwerp te stoppen Een lichaam dat in beweging is tracht steeds met de... te gaan. Er is een... nodig om het voorwerp van richting te doen veranderen. De remmende invloed (...) van het oppervlak waarop (of het midden waarin) het voorwerp zich beweegt zorgt er in de praktijk voor dat het lichaam tot... komt. Hoe groter de massa, hoe beter het lichaam volhardt in zijn bewegingstoestand.; hoe groter zijn... Traagheidswet van Galileï-Newton: Een lichaam kan zelf niets aan zijn bewegingstoestand wijzigen. Als het in... is blijft het in rust; als het in... is gaat het steeds met dezelfde... verder...