Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg

Vergelijkbare documenten
Kracht en Beweging. Intro. Newton. Theorie even denken. Lesbrief 4

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg

Een bal wegschoppen Een veer indrukken en/of uitrekken Een lat ombuigen Een wagentjes voorduwen

jaar: 1990 nummer: 06

Herhalingsopgaven 6e jaar

Een bal wegschoppen Een veer indrukken en/of uitrekken Een lat ombuigen Een wagentjes voorduwen

Juli blauw Vraag 1. Fysica

Examen Algemene Natuurkunde 1-7 september 2017

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten

Arbeid & Energie. Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be. Assistent: Erik Lambrechts

jaar: 1989 nummer: 17

Opdrachten voortgezet onderwijs

1. Zwaartekracht. Hoe groot is die zwaartekracht nu eigenlijk?

Begripsvragen: Cirkelbeweging

Begripstest: Kracht en beweging (FCI)

Hoe leer ik een kind fietsen?

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand:

Deel 5: Druk. 5.1 Het begrip druk Druk in het dagelijks leven. We kennen druk uit het dagelijks leven:

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten

Evenwichtsoefeningen Radboud universitair medisch centrum

Recht achteruit rijden

4 Kracht en beweging. 4.1 Krachten. 1 B zwaartekracht Op het hoogste punt lijk je gewichtloos te zijn, maar de zwaartekracht werkt altijd op je.

Bijzondere verrichtingen

een eigen hypothese formuleren een fysisch verschijnsel of proces met behulp van een model voorstellen of uitleggen

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd.

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test)

Welk van de onderstaande reeks vormt een stel van drie krachten die elkaar in evenwicht kunnen houden?

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30

Mindstorms-Ev3 Robot

Hoofdstuk 2: HYDROSTATICA

Programmeren met lego mindstorms.

Begripsvragen: kracht en krachtmoment

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS APRIL uur

Fysica. Indien dezelfde kracht werkt op een voorwerp met massa m 1 + m 2, is de versnelling van dat voorwerp gelijk aan: <A> 18,0 m/s 2.

Rijschool Amstelland

Examen mechanica: oefeningen

Adviezen na een open-hart-operatie. Afdeling Fysiotherapie

Oefenboek. rijbewijs B

Einstein (2) op aardoppervlak. versnelling van 10m/s 2. waar het foton zich bevindt a) t = 0 b) t = 1 s c) t = 2 s op t=0,t=1s en t=2s A B C A B

KRACHTEN - een inleiding

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G. Bestnr Roboraptor

Uitwerkingen 1. ω = Opgave 1 a.

Leerlijn Spelontwikkeling. Leerlijnen voor leerlingen met een IQ tot 35

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

4 KRACHTWERKING. Leerplan: OVSG O/2/2010/008

lesbrieven werkbladen Lesbrief 3: avonturenpakket de uitvinders en het

Vrijdag 8 juni, uur

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 6 en 7.6 t/m 7.8

Suggesties voor demo s krachten

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

Handleiding: Rupsdumper vaste kipbak. Veiligheidsvoorzieningen

Naam: Repetitie krachten 1 t/m 5 3 HAVO. OPGAVE 1 Je tekent een 8 cm lange pijl bij een schaal van 3 N 5 cm. Hoe groot is de kracht?

Colafontein. Onderzoeksvraag Welke invloed heeft mentos op cola? Voorbereiding Begrippen als achtergrond voor experiment - Druk - Koolstofdioxide

Werkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD)

S C I E N C E C E N T E R

natuurkunde havo 2018-II

Inleiding kracht en energie 3hv

Thema 1 Natuurlijke verschijnselen

Opgave 1 Afdaling. Opgave 2 Fietser

Proef Natuurkunde Stoot en impuls verandering

Opdrachten basisonderwijs

Woensdag 24 mei, uur

10 m/s = km/h 5 km = m 4 m/s = km/h. 15 m/s = km/h 81 km/h = m/s 25 m/s = km/h. 2,25 h = h min 3 m/s = km/h 6 min = s

INHOUDSTAFEL... 2 VOORWOORD... 3 INLEIDING... 4 GEBRUIK VAN MOTOREN... 8 DE HERHAALFUNCTIE... 9 SAMENVATTENDE OEFENING... 10

HOE BEGELEID IK HET FIETSBREVET ZILVER?

Rekenmachine met grafische display voor functies

TENTAMEN DYNAMICA ( )

Zelf een spel maken met GameMaker Les 5: een platformspel

Deze lesbrief gaat in op waar leerlingen in het verkeer op moeten letten bij vrachtverkeer en bespreekt de dode hoek.

jaar: 1990 nummer: 03

ergotherapie informatiebrochure Schouderoefeningen

Van A naar B. Hoe je een auto maakt met DC-motoren en je het kunt programmeren door. de tijd, snelheid en afstand te meten! Naam. Je leert...

BELEEF DE 5 KRACHTEN VAN DE WERELD

Op basis van de tweede wet van Newton kan onderstaand verband worden afgeleid. F = m a = m Δv Δt

Tijdens deze les zien we twee nieuwe programmeerconcepten: herhaling en variabelen.

Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde

Krachtpatsers. Primair Onderwijs. Oosterdok VX Amsterdam tel ( 0,10 p/min.) info info@e-nemo.

Oefeningen ter Verbetering van je Lichaamshouding

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur

De eerste wet van Newton

SPELREGELS BEUGELEN. vastgesteld 27 mei editie 27 juni 2019

PNI-analyse Ideeën mindmap

Ga op de rug liggen. Buig de knieën en zet de voeten plat op de grond. Klap beide knieën naar één kant.

Deze Informatie is gratis en mag op geen enkele wijze tegen betaling aangeboden worden. Vraag 1

Opgave 2 Een kracht heeft een grootte, een richting en een aangrijpingspunt.

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45

2 UUR LEERWERKBOEK IMPULS. L. De Valck. J.M. Gantois M. Jespers F. Peeters ISBN :08. IPUL12W cover.

Algemene regels bij het testen

Tekeningen maken. Twistie maken

De condensator en energie

Laten we eens kijken naar de volgende grafiek:

Impuls en stoot. De grootheid stoot Op basis van de tweede wet van Newton kan onderstaand verband worden afgeleid. F = m a = m Δv Δt.

Essential University Physics Richard Wolfson 2 nd Edition

Instructie. Motor Assessment Scale Auteur: Carr J.H Scoring. Testvolgorde en instructies

Ga naar en remix dit project.

Eenparige cirkelvormige beweging

Oefentoets warmte. 2. Welk materiaal zou erg geschikt zijn om een pan van te maken?

Transcriptie:

- 25 - Traagheid Proef 1: - Leg een fiche op een drinkglas - Plaats een geldstuk op de fische - Schiet met je wijsvinger de fiche horizontaal weg Opstelling : Besluit (1): Het geldstuk valt in het glas Het geldstuk was oorspronkelijk in rust en tracht in die toestand te blijven Een lichaam dat in rust is, tracht in rust te blijven. Proef 2: Opstelling : - Plaats een wagentje op de tafel met een knikker in het wagentje tegen de voorwand - Beweeg plots het wagentje vooruit Besluit (2) : De knikker rolt t.o.v. het wagentje schijnbaar achteruit tot hij tegen de achterwand stoot. In werkelijkheid is de knikker t.o.v de tafel in rust tot de achterwand van het wagentje de knikker in beweging brengt t.o.v. de tafel. Een lichaam dat in rust is, tracht in rust te blijven. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het lichaam in beweging te brengen.

- 26 - Proef 3: Besluit (3) - Plaats nu het wagentje met de knikker tegen de achterwand - Beweeg het wagentje vooruit - Stop het wagentje plots De knikker rolt bij het stoppen van het wagentje vooruit tot de voorwand hem stopt. De knikker is in beweging en wil in beweging blijven. Een lichaam dat in beweging is tracht verder te bewegen. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het voorwerp te stoppen Proef 4 : Besluit (4): - Leg de knikker in n van de hoeken van het wagentje tegen de achterwand. - Laat het wagentje vooruit rijden en plots een bocht beschrijven naar de zijde waar de knikker zich bevindt. De knikker rolt rechtdoor als het wagentje afdraait totdat de zijwand de knikker in de richting van het wagentje duwt. De knikker wil met eenzelfde snelheid rechtdoor gaan Een lichaam dat in beweging is tracht steeds met de zelfde snelheid rechtdoor te gaan. Er is een uitwendige oorzaak nodig om het voorwerp van richting te doen veranderen. Proef 5 : Opstelling : - Geef de knikker een duw op het oppervlak van de de tafel. - Geef de knikker eenzelfde duw op een wollen oppervlak (bv. Sjaal) Ruw oppervlak Glad oppervlak Besluit (5) : - De knikker volgt in beide gevallen een rechte baan - De knikker komt veel sneller tot rust op een ruw oppervlak. Het ruwe oppervlak heeft een grotere wrijving waardoor de knikker sneller tot rust komt. De remmende invloed (wrijving) van het oppervlak waarop (of het midden waarin) het voorwerp zich beweegt zorgt er in de praktijk voor dat het lichaam tot rust komt.

- 27 - Traagheidswet van Galileï-Newton : Een lichaam kan zelf niets aan zijn bewegingstoestand wijzigen. Als het in rust is blijft het in rust; als het in beweging is gaat het steeds met dezelfde snelheid verder rechtdoor. Proef 6 : Besluit (6) : - Leg een lichte en een zware knikker naast elkaar op de tafel. - Geef beide een even grote stoot met een lineaal De knikker met de grote massa beweegt minder snel. Hij vertoon een grotere traagheid Hoe groter de massa, hoe beter het lichaam volhardt in zijn bewegingstoestand.; hoe groter zijn traagheid Proef 7 : Beschrijving: - Stapel een aantal tassen (blokken) op een vel papier - Trek het papier snel weg van onder de tassen (blokken) - Herhaal de proef maar trek het papier langzaam van onder de tassen Opstelling: Waarneming: Verklaring: - Als je het papier snel wegtrekt blijven de tassen (blokken) staan. - Als je het papier langzaam wegtrekt dan vallen de tassen (blokken)

- 28 - Denk na en antwoord : 1. Wat stellen we vast als we in een tram rechtop staan en als hij : Plots remt.. Plots versnelt.. Een bocht beschrijft? Verklaar.. 2. Waarom is het dragen van een veiligheidsgordel in een auto verplicht?... 3. Verklaar waarom de remafstand bij eenzelfde remkracht van een geladen vrachtwagen groter is dan als hij leeg is?

- 29-4. Wat gebeurt er als je snel fietsend alleen met de voorrem remt? 5. Verklaar het gevoel dat je krijgt bij het plots starten of stoppen van een lift Hard of zachtgekookt? Je krijgt twee eieren, waarbij een rauw ei en eentje gekookt. Kan je vaststellen welk van de twee het gekookt ei is, zonder hierbij een ei te breken uiteraard... Hint : probeer de beide eieren eens op de tafel te laten draaien. Het gekookte ei kan netjes een tijdje rondtollen op de tafel, terwijl het niet gekookte exemplaar onmiddellijk aan het waggelen gaat. Je kan het ook als volgt vaststellen : zet het ei verticaal op tafel, en geef er een tik tegen. Het gekookte ei maakt nog enkele buitelingen, het niet-gekookte ei blijft onmiddellijk liggen. Dit is niets anders dan een toepassing van de traagheidswet : een lichaam dat in rust is, wil in rust blijven; een lichaam dat in beweging is, wil in beweging blijven (hoe zou je zelf zijn). Bij het niet-gekookte ei geef je wel een draai aan de schaal, maar de losse massa binnenin wil z'n rust niet laten verstoren, waardoor de draaibeweging onmiddellijk stopt.

- 30 - Samenvatting Een lichaam dat in rust is, tracht in... te blijven. Er is een... nodig om het lichaam in beweging te brengen. Een lichaam dat in beweging is tracht... Er is een... nodig om het voorwerp te stoppen Een lichaam dat in beweging is tracht steeds met de... te gaan. Er is een... nodig om het voorwerp van richting te doen veranderen. De remmende invloed (...) van het oppervlak waarop (of het midden waarin) het voorwerp zich beweegt zorgt er in de praktijk voor dat het lichaam tot... komt. Hoe groter de massa, hoe beter het lichaam volhardt in zijn bewegingstoestand.; hoe groter zijn... Traagheidswet van Galileï-Newton: Een lichaam kan zelf niets aan zijn bewegingstoestand wijzigen. Als het in... is blijft het in rust; als het in... is gaat het steeds met dezelfde... verder...