jaar: 1990 nummer: 03
|
|
- Karolien Coppens
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 jaar: 1990 nummer: 03 Een pijl die horizontaal wordt afgeschoten in het punt P treft een vettikale wand in het punt A. Verdubbelt men de vertreksnelheid van de pijl in het punt P, dan zal de pijl dezelfde wand treffen in het punt (We verwaarlozen de luchtweerstand.) o a. A o b. B o c. C o d. D
2 jaar: 1991 nummer: 01 Men laat een appel vallen vanop een 100 meter hoge toren. Tegelijkertijd met het loslaten van de appel vertrekt vanop een hoogte van 20 meter van de begane grond een pijl vertikaal gericht op de appel. De positie van appel en pijl zijn hieronder weergegeven in een (x,t)-diagram. De luchtweerstand mag verwaarloosd worden. De pijl treft de appel dan op het tijdstip 0 a. t = 2s. 0 b. t = 4s. 0 c. t = 4,47 s. 0 d. t = 8,47 s.
3 jaar: 1991 nummer: 03 Een lat is horizontaal bevestigd aan één uiteinde van een tafel (zie figuur).daardoor kan deze lat rond een vertikale as in dit uiteinde van de tafel scharnieren. Op de rand van de tafel worden twee identieke knikkers geplaatst op een afstand verwijderd van de as, respectievelijk gelijk aan de helft van de totale lengte en de totale lengte van de lat. Men slaat nu tegen de lat die daardoor rond de as roteert en de knikkers gelijktijdig en horizontaal van de tafel doet wegvliegen. De knikkers botsen op een horizontale vloer respectievelijk na een tijd t A en t B. De luchtweerstand mag verwaarloosd worden. Het verband tussen deze tijden t A en t B is dan 0 a. t A = 1/2 t B. 0 b. t A = 2 t B. 0 c. t A = 4 t B. 0 d. t A = t B.
4 jaar: 1992 nummer: 04 Een projectiel wordt in de buurt van het aardoppervlak afgevuurd met een beginsnelheid v o die een hoek o maakt met de horizontale x-as (zie figuur). In de veronderstelling dat de luchtweerstand verwaarloosbaar is. dan ziet het verloop van de horizontale snelheidscomponente v x als functie van de tijd er als volgt uit
5 jaar: 1993 nummer: 16 De fiets in de figuur rijdt naar links. De snelheden van de punten x en y ten opzichte van de weg worden dan best voorgesteld door
6 jaar: 1993 nummer: 18 De rijkswacht maakt o.a. gebruik van een zogenaamde "speedgun" om snelheidsduivels de das om te doen. De "speedgun" zendt om de T seconden een korte puls uit. Deze opeenvolgende pulsen treffen een wegrijdende wagen met een tussenpauze t die afhangt van - de constante snelheid c waarmee de pulsen zich in de lucht voortplanten. - de snelheid v van de wagen die eveneens constant verondersteld wordt. De verhouding t /T is dan gelijk aan O a O b O c. O d. v/c (c+v)/c c/(c-v) c/v
7 jaar: 1994 nummer: 02 Een kind met een speelgoedpistool bevindt zich in een volledig gesloten liftkooi met een breedte van 5 m. Als het kind in de stilstaande lift horizontaal een pijl afschiet met een snelheid `7, dan treft deze pijl de overstaande wand op de plaats P. De liftkooi versnelt nu naar boven met een constante versnelling a in grootte gelijk aan g ( 10 s ). Als het kind nu een pijl horizontaal afschiet met dezelfde v snelheid dan zal deze pijl de overstaande wand treffen in het punt O a. A O b. B O c. C O d. 0
8 jaar: 1995 nummer: 14 Een bal met massa m wordt weggegooid met een snelheid v onder een hoek van 30 met de horizontale grond. Na een tijd t raakt de bal de horizontale grond. Onder welke hoek dient men deze bal met dezelfde snelheid v te gooien opdat hij na een tijd 2 t voor het eerst de grond zou raker. (Verwaarloos de luchtweerstand. ) O a. 15. O b. 42. O c. 60. O d. 90.
9 jaar: 1996 nummer: 01 Een kogel wordt van uit A afgevuurd in de richting van een schietschijf zoals aangegeven in de figuur. Op het ogenblik dat de kogel vertrekt in het punt A laat men de schietschijf vanuit rust vallen. Als we de luchtweerstandskrachten verwaarlozen dan zal de kogel terecht komen: O a op de plaats waar het midden van de schietschijf was op het ogenblik van het vertrek. O b. op de schietschijf maar boven het midden van de roos. O c. in het midden van de roos. O d. op de schietschijf maar onder het midden van de roos.
10 jaar: 1996 nummer: 03 Een vliegtuig vliegt een bepaald traject van oost naar west en terug. TIjdens dit traject staat er een oostenwind van 20 km/h. De motoren van het vliegtuig leveren steeds hetzelfde vermogen. De totale tijd die het vliegtuig nodig heeft om het volledige traject af te leggen is dan: O a. gelijk aan de tijd indien er geen wind is. O b. kleiner dan de tijd indien er geen wind is. O c. groter dan de tijd indien er geen wind is. O d. met deze gegevens niet te vergelijken met de tijd indien er geen wind is.
11 jaar: 1997 nummer: 05 Een steen wordt in het luchtledige verticaal omhoog gegooid. Hij beschrijft een goed gekende beweging. De verticale positie als functie van de tijd is hieronder schematisch voorgesteld. De steen vertrok op het ogenblik t = 0 s vanop een hoogte ho gelijk aan: O a. 25 m. O b. 50 m. O c. 75 m. O d. 100 m.
12 jaar: 1999 nummer: 18 De voorwerpen A en B bewegen eenparig rechtlijnig. Hun positie op een bepaald ogenblik en de verplaatsing die ze de daaropvolgende seconde zullen maken, worden aangegeven in de volgende figuur: Men kan besluiten dat A en B: O a. O b. O c. O d. dezelfde massa hebben. elkaar afstoten. na iets minder dan drie seconden zullen botsen. niet zullen botsen.
13 jaar: 2001 nummer: 22 Kapitein Haddock gaat met Kuifje naar de maan en neemt zijn loodjesgeweer mee. Bij wijze van experiment vuurt hij enkele loodjes af en vergelijkt de waarde van de volgende grootheden op de maan met die op aarde: 1. de snelheid van een loodje bij het verlaten van de loop van het geweer 2. de maximaal bereikte hoogte bij verticaal afvuren van een loodje 3. de reikwijdte van een loodje bij horizontaal afvuren 4. de kracht die op het loodje inwerkt na het verlaten van de loop. Verwaarloos alle wrijving. De waarde van de gegeven grootheden is op de maan verschillend van deze op aarde in het geval: O a. enkel 2. O b. 2 en 3. O c. 2, 3 en 4. O d. 1, 2, 3 en 4.
14 jaar: 2001 nummer: 23 Jan rijdt op zijn brommer van west naar oost over een smalle weg aan een constante snelheid van 20,0 m/s. Martje rijdt op haar fiets langs dezelfde weg aan een constante snelheid van 4,00 m/s van oost naar west. Op een bepaald ogenblik remt Jan met een constante versnelling van 1,00 m/s 2. Op dat zelfde ogenblik remt ook Martje met een constante versnelling. Ze komen naast elkaar tot stilstand. De e afstand stand tand and nd d tussen Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: tussen Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: ussen Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: ssen Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: sen Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: en Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: n Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: Jan en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: an en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: n en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: en Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: n Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: Martje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: artje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: rtje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: tje op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: je op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: e op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: op het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: p het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: het ogenblik dat ze beginnen te remmen is: et ogenblik dat ze beginnen te remmen is: t ogenblik dat ze beginnen te remmen is: ogenblik dat ze beginnen te remmen is: ogenblik dat ze beginnen te remmen is: genblik dat ze beginnen te remmen is: enblik dat ze beginnen te remmen is: nblik dat ze beginnen te remmen is: blik dat ze beginnen te remmen is: lik dat ze beginnen te remmen is: ik dat ze beginnen te remmen is: k dat ze beginnen te remmen is: dat ze beginnen te remmen is:
15 dat ze beginnen te remmen is: at ze beginnen te remmen is: t ze beginnen te remmen is: ze beginnen te remmen is: ze beginnen te remmen is: e beginnen te remmen is: beginnen te remmen is: beginnen te remmen is: eginnen te remmen is: ginnen te remmen is: innen te remmen is: nnen te remmen is: nen te remmen is: en te remmen is: n te remmen is: te remmen is: te remmen is: e remmen is: remmen is: remmen is: emmen is: mmen is: men is: en is: n is: is: is: s: : O a. gelijk aan 40 m. a. gelijk aan 40 m. a. gelijk aan 40 m.. gelijk aan 40 m. gelijk aan 40 m. gelijk aan 40 m. elijk aan 40 m. lijk aan 40 m. ijk aan 40 m. jk aan 40 m. k aan 40 m. aan 40 m. aan 40 m. an 40 m. n 40 m. 40 m. 40 m. 0 m. m. m..
16 O b. gelijk aan 240 m. b. gelijk aan 240 m. b. gelijk aan 240 m.. gelijk aan 240 m. gelijk aan 240 m. gelijk aan 240 m. elijk aan 240 m. lijk aan 240 m. ijk aan 240 m. jk aan 240 m. k aan 240 m. aan 240 m. aan 240 m. an 240 m. n 240 m. 240 m. 240 m. 40 m. 0 m. m. m.. O c. gelijk aan 480 m. c. gelijk aan 480 m. c. gelijk aan 480 m.. gelijk aan 480 m. gelijk aan 480 m. gelijk aan 480 m. elijk aan 480 m. lijk aan 480 m. ijk aan 480 m. jk aan 480 m. k aan 480 m. aan 480 m. aan 480 m. an 480 m. n 480 m. 480 m. 480 m. 80 m. 0 m. m. m.. O d. niet te berekenen. d. niet te berekenen. d. niet te berekenen.. niet te berekenen. niet te berekenen. niet te berekenen. iet te berekenen.
17 et te berekenen. t te berekenen. te berekenen. te berekenen. e berekenen. berekenen. berekenen. erekenen. rekenen. ekenen. kenen. enen. nen. en. n..
jaar: 1989 nummer: 17
jaar: 1989 nummer: 17 De snelheidscomponent van een deeltje voldoet aan : v x = a x t, waarin a x constant is en negatief. De plaats van het deeltje wordt voorgesteld door x. Aangenomen wordt dat x= 0
Nadere informatiejaar: 1990 nummer: 06
jaar: 1990 nummer: 06 In een wagentje zweeft een ballon aan een koord en hangt een metalen kogel via een touw aan het dak (zie figuur). Het wagentje versnelt in de richting en in de zin aangegeven door
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Kinematica. 25 juli 2015. dr. Brenda Casteleyn
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Kinematica 25 juli 2015 dr. Brenda Casteleyn Met dank aan: Atheneum van Veurne (http://www.natuurdigitaal.be/geneeskunde/fysica/wiskunde/wiskunde.htm),
Nadere informatiejaar: 1989 nummer: 25
jaar: 1989 nummer: 25 Op een hoogte h 1 = 3 m heeft een verticaal vallend voorwerp, met een massa m = 0,200 kg, een snelheid v = 12 m/s. Dit voorwerp botst op een horizontale vloer en bereikt daarna een
Nadere informatiewww. Fysica 1997-1 Vraag 1 Een herdershond moet een kudde schapen, die over haar totale lengte steeds 50 meter lang blijft, naar een 800 meter verderop gelegen schuur brengen. Door steeds van de kop van
Nadere informatieBEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode
BEWEGING HAVO Foton is een opgavenverzameling voor het nieuwe eindexamenprogramma natuurkunde. Foton is te downloaden via natuurkundeuitgelegd.nl/foton Uitwerkingen van alle opgaven staan op natuurkundeuitgelegd.nl/uitwerkingen
Nadere informatieMkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg
Mkv Dynamica 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg 2 /3 g 5 /6 g 1 /6 g 1 /5 g 2 kg 2. Variant1: Een wagentje met massa m1
Nadere informatieVoorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts. Fysica: Kinematica. 4 november Brenda Casteleyn, PhD
Voorbereiding toelatingsexamen arts/tandarts Fysica: Kinematica 4 november 2017 Brenda Casteleyn, PhD Met dank aan: Atheneum van Veurne Leen Goyens (http://users.telenet.be/toelating) 1. Inleiding Dit
Nadere informatieBegripstest: Kracht en beweging (FCI)
Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.1 Mechanica egripstest: Kracht en beweging (FCI) 1 Twee metalen ballen hebben dezelfde grootte, maar
Nadere informatieExtra opdrachten Module: bewegen
Extra opdrachten Module: bewegen Opdracht 1: Zet de juiste letters van de grootheden in de driehoeken. Opdracht 2: Zet boven de pijl de juiste omrekeningsfactor. Opdracht 3: Bereken de ontbrekende gegevens
Nadere informatieDiagrammen Voor beide typen beweging moet je drie diagrammen kunnen tekenen, te weten een (s,t)-diagram, een (v,t)-diagram en een (a,t)-diagram.
Inhoud... 2 Diagrammen... 3 Informatie uit diagrammen halen... 4 Formules... 7 Opgaven... 8 Opgave: Aventador LP 700-4 Roadster... 8 Opgave: Boeiing 747-400F op startbaan... 8 Opgave: Fietser voor stoplicht...
Nadere informatieKracht en beweging (Mechanics Baseline Test)
Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test) Gegevens voor vragen 1, 2 en 3 De figuur stelt een stroboscoopfoto voor. Daarin is de beweging te zien van een voorwerp over een horizontaal oppervlak. Het
Nadere informatieNaam: Klas: Repetitie versnellen en vertragen 1 t/m 6 HAVO
Naam: Klas: Repetitie versnellen en vertragen 1 t/m 6 HAVO Opgave 1 Hiernaast is een (v-t)-diagram van een voorwerp weergegeven. a. Bereken de afgelegde afstand van het voorwerp tussen t 0 s en t 8 s.
Nadere informatieFysica. Indien dezelfde kracht werkt op een voorwerp met massa m 1 + m 2, is de versnelling van dat voorwerp gelijk aan: <A> 18,0 m/s 2.
Vraag 1 Beschouw volgende situatie nabij het aardoppervlak. Een blok met massa m 1 is via een touw verbonden met een ander blok met massa m 2 (zie figuur). Het blok met massa m 1 schuift over een helling
Nadere informatieNatuurkunde. Lj2P4. Beweging
Natuurkunde Lj2P4 Beweging Vrije val Welk voorwerp is het eerst beneden? Steen Veer Welk voorwerp is het eerst beneden? Kogel Sjaal 400 g 400 g Welk voorwerp is het eerst beneden? Voetbal Bowlingbal 24
Nadere informatieArbeid & Energie. Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be. Assistent: Erik Lambrechts
Introductieweek Faculteit Bewegings- en Revalidatiewetenschappen 25 29 Augustus 2014 Arbeid & Energie Dr. Pieter Neyskens Monitoraat Wetenschappen pieter.neyskens@wet.kuleuven.be Assistent: Erik Lambrechts
Nadere informatieVraag 1 Vraag 2 Vraag 3 Vraag 4 Vraag 5
Vraag 1 Een hoeveelheid ideaal gas is opgesloten in een vat van 1 liter bij 10 C en bij een druk van 3 bar. We vergroten het volume tot 10 liter bij 100 C. De einddruk van het gas is dan gelijk aan: a.
Nadere informatieWelk van de onderstaande reeks vormt een stel van drie krachten die elkaar in evenwicht kunnen houden?
jaar: 1989 nummer: 16 Welk van de onderstaande reeks vormt een stel van drie krachten die elkaar in evenwicht kunnen houden? o a. (5N, 5N, 15N) o b. (5N, 1ON, 20N) o c. (10N, 15N, 20N) o d. iedere bovenstaande
Nadere informatieBegripsvragen: Arbeid en energieomzettingen
Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.2 Energie egripsvragen: rbeid en energieomzettingen iguur 1 1 Meerkeuzevragen 1 [H/V] Hieronder staan
Nadere informatieExamen mechanica: oefeningen
Examen mechanica: oefeningen 22 februari 2013 1 Behoudswetten 1. Een wielrenner met een massa van 80 kg (inclusief de fiets) kan een helling van 4.0 afbollen aan een constante snelheid van 6.0 km/u. Door
Nadere informatieNAAM:... OPLEIDING:... Fysica: mechanica, golven en thermodynamica PROEFEXAME VA 3 OVEMBER 2009
NAAM:... OPLEIDING:... Fysica: mechanica, golven en thermodynamica Prof. J. Danckaert PROEFEXAME VA 3 OVEMBER 2009 Bij meerkeuzevragen wordt giscorrectie toegepast: voor elk fout verlies je 0.25 punten.
Nadere informatieAntwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2
Antwoorden Natuurkunde Hoofdstuk 2 Antwoorden door Daan 4301 woorden 3 april 2016 6,8 6 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde 2.1 Onderzoek naar bewegingen Opgave 1 a De (gemiddelde)
Nadere informatieVAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX
VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX
Nadere informatieSTUDIERICHTING:... NAAM:... NUMMER:... VOORNAAM:... PROEFEXAMEN VAN 10 NOVEMBER 2006
FYSI I J. NKRT PROFXMN VN 10 NOVMR 2006 OPGPST - eze schriftelijke overhoring bevat 2 verschillende soorten vragen of deelvragen: ) Meerkeuzevragen waarbij je de letter overeenstemmend met het juiste antwoord
Nadere informatieDiagrammen Voor beide typen beweging moet je drie diagrammen kunnen tekenen, te weten een (s,t)-diagram, een (v,t)-diagram en een (a,t)-diagram.
Inhoud... 2 Diagrammen... 3 Informatie uit diagrammen halen... 4 Formules... 7 Opgaven... 10 Opgave: Aventador LP 700-4 Roadster... 10 Opgave: Boeiing 747-400F op startbaan... 10 Opgave: Versnellen op
Nadere informatieFysica: mechanica, golven en thermodynamica PROEFEXAMEN VAN 12 NOVEMBER 2008
Fysica: mechanica, golven en thermodynamica Prof. J. Danckaert PROEFEXAMEN VAN 12 NOVEMBER 2008 OPGEPAST Veel succes! Dit proefexamen bestaat grotendeels uit meerkeuzevragen waarbij je de letter overeenstemmend
Nadere informatieOp basis van de tweede wet van Newton kan onderstaand verband worden afgeleid. F = m a = m Δv Δt
Inhoud en stoot... 2 Voorbeeld: Kanonschot... 3 Opgaven... 4 Opgave: Tennisbal... 4 Opgave: Frontale botsing... 5 Opgave: Niet-frontale botsing... 5 1/5 en stoot Op basis van de tweede wet van Newton kan
Nadere informatie2.1 Onderzoek naar bewegingen
2.1 Onderzoek naar bewegingen Opgave 1 afstand a De (gemiddelde) snelheid leid je af met snelheid =. tijd Je moet afstand en snelheid bespreken om iets over snelheid te kunnen zeggen. afstand snelheid
Nadere informatieInleiding kracht en energie 3hv
Inleiding kracht en energie 3hv Opdracht 1. Wat doen krachten? Leg uit wat krachten kunnen doen. Opdracht 2. Grootheden en eenheden. Vul in: Grootheid Eenheid Andere eenheid Naam Symbool Naam Symbool Naam
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen
TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TENTAMEN CTB1210 DYNAMICA en MODELVORMING d.d. 28 januari 2015 van 9:00-12:00 uur Let op: Voor de antwoorden op de conceptuele
Nadere informatieJuli blauw Vraag 1. Fysica
Vraag 1 Beschouw volgende situatie in een kamer aan het aardoppervlak. Een homogene balk met massa 6, kg is symmetrisch opgehangen aan de touwen A en B. De touwen maken elk een hoek van 3 met de horizontale.
Nadere informatieInleiding opgaven 3hv
Inleiding opgaven 3hv Opgave 1 Leg uit wat een eenparige beweging is. Opgave De maan beweegt met (bijna) constante snelheid om de aarde. Leg uit of dit een eenparige beweging is. Opgave 3 Geef twee voorbeelden
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2, Beweging
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 2, Beweging Samenvatting door een scholier 2829 woorden 15 oktober 2007 7 155 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde 2.1 Onderzoek naar bewegingen
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 00F bus 404 300 Heverlee Tel.: 06-3 74 7 E-mail: ino@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 06-07 Eerste ronde
Nadere informatieBrede opgaven bij hoofdstuk 2
Brede opgaven bij hoofdstuk 2 Opgave 1 In Zeeland heeft een ingenieur een wegdek bedacht dat de snelheid van auto s moet beperken: de kantelweg. Het wegdek loopt afwisselend naar links en naar rechts af
Nadere informatieMooie samenvatting: http://members.ziggo.nl/mmm.bessems/kinematica%20 Stencil%20V4%20samenvatting.doc.
studiewijzer : natuurkunde leerjaar : 010-011 klas :6 periode : stof : (Sub)domeinen C1 en A 6 s() t vt s v t gem v a t s() t at 1 Boek klas 5 H5 Domein C: Mechanica; Subdomein: Rechtlijnige beweging De
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 2017-2018
Nadere informatieFysica. Een lichtstraal gaat van middenstof A via middenstof B naar middenstof C. De stralengang van de lichtstraal is aangegeven in de figuur.
Vraag 1 Een lichtstraal gaat van middenstof A via middenstof B naar middenstof C. De stralengang van de lichtstraal is aangegeven in de figuur. A n A B n B C n C Dan geldt voor de brekingsindices n A,
Nadere informatiesnelheid in m/s Fig. 2
Dit oefen-vt en de uitwerking vind je op Itslearning en op www.agtijmensen.nl 1. Oversteken. Een BMW nadert eenparig met 21 m/s een 53 m verder gelegen zebrapad. Ria die bij de zebra stond te wachten steekt
Nadere informatieOpgave 1 Afdaling. Opgave 2 Fietser
Opgave 1 Afdaling Een skiër daalt een 1500 m lange helling af, het hoogteverschil is 300 m. De massa van de skiër, inclusief de uitrusting, is 86 kg. De wrijvingskracht met de sneeuw is gemiddeld 4,5%
Nadere informatieImpuls en stoot. De grootheid stoot Op basis van de tweede wet van Newton kan onderstaand verband worden afgeleid. F = m a = m Δv Δt.
Inhoud en stoot... 2 De grootheid Stoot... 2 De grootheid impuls... 3 Voorbeeld: USS-Iowa... 4 Opgaven... 5 Opgave: Tennisbal... 5 Opgave: Frontale botsing... 6 Opgave: Niet-frontale botsing... 6 1/6 en
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies
Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting door een scholier 1016 woorden 19 januari 2003 5,6 80 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting hoofdstuk
Nadere informatieSamenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie
Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat
Nadere informatieBegripsvragen: Elektrisch veld
Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.4 Elektriciteit en magnetisme Begripsvragen: Elektrisch veld 1 Meerkeuzevragen Elektrisch veld 1 [V]
Nadere informatieStatica (WB/MT) college 1 wetten van Newton. Guido Janssen
Statica (WB/MT) college 1 wetten van Newton Guido Janssen G.c.a.m.janssen@tudelft.nl Opzet van de cursus Eerste week: colleges en huiswerk Dinsdag 3 september: 8h45-9h30 of 13h45-14h30 Woensdag 4 september:
Nadere informatieQ l = 24ste Vlaamse Fysica Olympiade. R s. ρ water = 1, kg/m 3 ( ϑ = 4 C ) Eerste ronde - 24ste Vlaamse Fysica Olympiade 1
Eerste ronde - 4ste Vlaamse Fysica Olympiade 4ste Vlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde. De eerste ronde van deze Vlaamse Fysica Olympiade bestaat uit 5 vragen met vier mogelijke antwoorden. Er is telkens
Nadere informatieNATUURKUNDE. Figuur 1
NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK HOOFDSTUK 12-13: KRACHT EN BEWEGING OOFDSTUK 12-13: K 6/7/2009 Deze toets bestaat uit 5 opgaven (51 + 4 punten) en een uitwerkbijlage. Gebruik eigen grafische rekenmachine
Nadere informatieCRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem.
CRUESLI Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem. 2. Bereken het gewicht (de zwaartekracht) van het pak cruesli.
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 2015-2016
Nadere informatiea. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt.
Deze examentoets en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 100 minuten ongeveer 22 vragen Et3 stof vwo6 volgens het PTA: Onderwerpen uit samengevat: Rechtlijnige beweging Kracht
Nadere informatieTENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30
TENTAMEN DYNAMICA (14030) 9 januari 010, 9:00-1:30 Verzoek: begin de beantwoording van een nieuwe vraag op een nieuwe pagina. En schrijf duidelijk: alleen leesbaar en verzorgd werk kan worden nagekeken.
Nadere informatieTOELATINGSEXAMEN NATIN 2009
MINISTERIE VAN ONERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENUREAU TOELATINGSEXAMEN NATIN 2009 VAK : TEHNISH INZIHT ATUM : INSAG 07 JULI 2009 TIJ : 09.45.5 UUR EZE TAAK ESTAAT UIT 30 ITEMS. ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Nadere informatieTentamen Mechanica ( )
Tentamen Mechanica (20-12-2006) Achter iedere opgave is een indicatie van de tijdsbesteding in minuten gegeven. correspondeert ook met de te behalen punten, in totaal 150. Gebruik van rekenapparaat en
Nadere informatieTheory Dutch (Netherlands) Lees eerst de algemene instructies uit de aparte enveloppe voordat je begint met deze opgave.
Q1-1 Twee problemen uit de Mechanica (10 punten) Lees eerst de algemene instructies uit de aparte enveloppe voordat je begint met deze opgave. Deel A. De verborgen schijf (3.5 punten) We beschouwen een
Nadere informatiea. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt.
Deze examentoets en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 100 minuten ongeveer 22 vragen Et3 stof vwo6 volgens het PTA: Onderwerpen uit samengevat: Rechtlijnige beweging Kracht
Nadere informatieWoensdag 24 mei, uur
-- ~--------- -- --- -~~-~=============--- EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN OORTGEZET ONDERWIJS IN 1978 MAO4 Woensdag 24 mei, 9.30-11.30 uur NATUUR-EN SCHEIKUNDE I (Natuurkunde) Zie ommezijde Deze opgaven zijn
Nadere informatieBegripsvragen: Cirkelbeweging
Handboek natuurkundedidactiek Hoofdstuk 4: Leerstofdomeinen 4.2 Domeinspecifieke leerstofopbouw 4.2.1 Mechanica Begripsvragen: Cirkelbeweging 1 Meerkeuzevragen 1 [H/V] Een auto neemt een bocht met een
Nadere informatietoelatingsexamen-geneeskunde.be
Fysica juli 2009 Laatste update: 31/07/2009. Vragen gebaseerd op het ingangsexamen juli 2009. Vraag 1 Een landingsbaan is 500 lang. Een vliegtuig heeft de volledige lengte van de startbaan nodig om op
Nadere informatieDe hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl.
et1-stof Havo4: havo4 A: hoofdstuk 1 t/m 4 Deze opgaven en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 1 minuten ongeveer deelvragen. Oefen-examentoets et-1 havo 4 1/11 1. Een lancering.
Nadere informatie5,7. Samenvatting door L woorden 14 januari keer beoordeeld. Natuurkunde
Samenvatting door L. 2352 woorden 14 januari 2012 5,7 16 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde hst 4 krachten 1 verrichten van krachten Als je fietst verbruik je energie, die vul je weer aan door
Nadere informatie3 Veranderende krachten
3 Veranderende krachten B Modelleren Een computermodel van bewegingen in SCYDynamics NLT-module Het lesmateriaal bij deze paragraaf vormt een onderdeel van de NLT-module Dynamische Modellen VWO. Wat gaan
Nadere informatieJuli blauw Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik
Nadere informatieOefenopgaven versnelling, kracht, arbeid. Werk netjes en nauwkeurig. Geef altijd berekeningen met Gegeven Gevraagd Formule Berekening Antwoord
Oefenopgaven versnelling, kracht, arbeid Werk netjes en nauwkeurig. Geef altijd berekeningen met Gegeven Gevraagd Formule Berekening Antwoord Noteer bij je antwoord de juiste eenheid. s = v * t s = afstand
Nadere informatieEen kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:
Voorbeeldmeetrapport (eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat) Eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat. Doel van de proef Een kogel die van een helling afrolt, voert een eenparig versnelde
Nadere informatieMEERKEUZEVRAGEN A B C D
MEERKEUZEVRAGEN In de volgende vragen is slechts één antwoord goed. Staat volgens jou het goede antwoord er niet bij, kies dan het antwoord wat er volgens jou het dichtste bij ligt.. Pieter heeft zijn
Nadere informatieEindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1
Eindronde Natuurkunde Olympiade 2014 theorietoets deel 1 Opgave 1 Fata Morgana (3p) We hebben een planparallelle plaat met een brekingsindex n(z), die met de afstand z varieert. Zie ook de figuur. a. Toon
Nadere informatieEen bal wegschoppen Een veer indrukken en/of uitrekken Een lat ombuigen Een wagentjes voorduwen
- 31 - Krachten 1. Voorbeelden Een bal wegschoppen Een veer indrukken en/of uitrekken Een lat ombuigen Een wagentjes voorduwen 2. Definitie Krachten herken je aan hun werking, aan wat ze veranderen of
Nadere informatie10 m/s = 36 km/h 5 km = 5000 m 4 m/s = 14,4 km/h. 15 m/s = 54 km/h 81 km/h = 22,5 m/s 25 m/s = 90 km/h
Het omrekenen van gegevens 1 Reken de volgende gegevens om: 10 m/s = 36 km/h 5 km = 5000 m 4 m/s = 14,4 km/h 15 m/s = 54 km/h 81 km/h = 22,5 m/s 25 m/s = 90 km/h 2,25 h = 2 h 15 min 3 m/s = 10,8 km/h 6
Nadere informatieBIOFYSICA: WERKZITTING 1 (Oplossingen) KINEMATICA
1ste Kandidatuur ARTS of TANDARTS Academiejaar 00-003 Oefening 1 BIOFYSICA: WERKZITTING 1 (Oplossingen) KINEMATICA Kan de bewegingsrichting van een voorwerp, dat een rechte baan beschrijft, veranderen
Nadere informatieEXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1974
EXAMEN VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS IN 1974 (GYMNASIUM EN ATHENEUM) Vrijdag 30 augustus, 9.00-12.00 uur NATUURKUNDE Zie ommezijde " 1. Het foto-elektrisch effekt wordt' onder -andere toegepast
Nadere informatieHOGESCHOOL ROTTERDAM:
HOGESCHOOL ROTTERDAM: Toets: Natuurkunde Docent: vd Maas VERSIE B Opgave A: Een kogel wordt vertikaal omhoog geschoten met een snelheid van 300km/h. De kogel heeft een gewicht van 10N. 1. Wat is de tijd
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade 27 ste editie 2014-2015 Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 27 ste
Nadere informatieHoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal
Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:
Nadere informatieCRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem.
CRUESLI Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem. gegeven: b = 4,5 cm l = 14 cm gevraagd: A formule: A =
Nadere informatieLeerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.
Oefentoets Schoolexamen 5 Vwo Natuurkunde Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10 Tijdsduur: Versie: A Vragen: Punten: Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk Opmerking: Let op dat je
Nadere informatieEindronde Natuurkunde Olympiade 2018 theorietoets deel 1
Eindronde Natuurkunde Olympiade 2018 theorietoets deel 1 1. Spelen met water (3 punten) Water wordt aan de bovenkant met een verwaarloosbare snelheid in een dakgoot met lengte L = 100 cm gegoten en dat
Nadere informatieBergtrein. Figuur 2 staat ook op de uitwerkbijlage. a. Bepaal de afstand die de trein op t = 20 s heeft afgelegd.
Bergtrein In een bergachtig gebied kunnen toeristen met een bergtrein naar een mooi uitzichtpunt reizen De trein wordt aangedreven door een elektromotor en begint aan een rit naar boven In figuur 2 is
Nadere informatieVlaamse Fysica Olympiade 31ste editie Eerste ronde
Vlaamse Olympiades voor Natuurwetenschappen KU Leuven Departement Chemie Celestijnenlaan 200F bus 2404 3001 Heverlee Tel.: 016-32 74 71 E-mail: info@vonw.be www.vonw.be Vlaamse Fysica Olympiade 31ste editie
Nadere informatieATWOOD Blok A en blok B zijn verbonden door een koord dat over een katrol hangt. Er is geen wrijving in de katrol. Het stelsel gaat bewegen.
ATWOOD Blok A en blok B zijn verbonden door een koord dat over een katrol hangt. Er is geen wrijving in de katrol. Het stelsel gaat bewegen. Bereken de spankracht in het koord. ATWOOD Over een katrol hangt
Nadere informatieGrootheid: eigenschap die je kunt meten (met een meetinstrument) Eenheid: maat waarin de grootheid wordt uitgedrukt
1.3 Grootheden en eenheden Grootheid: eigenschap die je kunt meten (met een meetinstrument) Eenheid: maat waarin de grootheid wordt uitgedrukt BINAS : BINAS 3A: BINAS 4: vermenigvuldigingsfactoren basisgrootheden
Nadere informatieNatuurkunde. Lj2P4. Beweging
Natuurkunde Lj2P4 Beweging Oefening 1 Een Intercitytrein rijdt met een constante snelheid van 140 km/h langs staaon Beilen en passeert 16 minuten later staaon Hoogeveen. De trein rijdt daarna verder met
Nadere informatieBIOFYSICA: WERKZITTING 4 (Oplossingen) DYNAMICA VAN SYSTEMEN. dt L = M L. Aangezien M loodrecht staat op L, is het scalair product M L =0: dt L =0
1ste Kandidatuur ARTS of TANDARTS Academiejaar 00-003 Oefening 3 BIOFYSICA: WERKZITTING 4 (Oplossingen) DYNAMICA VAN SYSTEMEN Gegeven M = d L dt. Als M loodrecht staat op L, wat kunnen we dan zeggen over
Nadere informatieHet obstakel gleed voor de botsing naar het oosten met een snelheid van 1,16 m/s. Bereken de snelheid van het obstakel na de botsing.
Stoot en impuls OTSING Een brandweerauto van 15000 kg rijdt met 20 m/s frontaal tegen een personenauto van 900 kg die met 30 m/s rijdt. a. eredeneer wie van de twee de grootste kracht op de ander uitoefent
Nadere informatieUitwerkingen opgaven hoofdstuk 4
Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 4.1 De eerste wet van Newton Opgave 7 Opgave 8 a F zw = m g = 45 9,81 = 4,4 10 N b De zwaartekracht werkt verticaal. Er is geen verticale beweging. Er moet dus een tweede
Nadere informatieTechnische Universiteit Eindhoven Bachelor College
Technische Universiteit Eindhoven Bachelor College Herkansing Eindtoets Toegepaste Natuurwetenschappen and Second Chance final assessment Applied Natural Sciences (3NBB) Maandag 15 April, 2013, 14.00 17.00
Nadere informatieTECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN. Eindtoets Experimentele Fysica 1 (3A1X1) - Deel november 2016 van 14:30 16:30 uur
TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Eindtoets Experimentele Fysica 1 (3A1X1) - Deel 2 11 november 2016 van 14:30 16:30 uur DIT DEEL VAN DE EINDTOETS BESTAAT UIT 6 OPGAVEN LET OP: ER ZITTEN 2 BIJLAGEN BIJ
Nadere informatieKeCo-opgaven mechanica (arbeid en energie) HAVO4
KeCo-opgaven mechanica (arbeid en energie) HVO KeCo-opgaven mechanica (arbeid en energie) HVO M.. en bepaald type aterpomp is in staat om in redelijk korte tijd 30 liter ater omhoog te pompen over een
Nadere informatieXXX INTERNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE PADUA, ITALIË THEORIE-TOETS
XXX INTERNATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE PADUA, ITALIË THEORIE-TOETS 22 juli 1999 70 --- 13 de internationale olympiade Opgave 1. Absorptie van straling door een gas Een cilindervormig vat, met de as vertikaal,
Nadere informatieTENTAMEN NATUURKUNDE
CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN NATUURKUNDE TENTAMEN NATUURKUNDE Voorbeeldtentamen 2 tijd : 3 uur aantal opgaven : 5 aantal antwoordbladen : 3 (bij opgave 1, 4 en 5) Iedere opgave dient op een afzonderlijk
Nadere informatieWerkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD)
Werkblad 1 - Thema 14 (NIVEAU GEVORDERD) Wat is een kracht? Tijdens het afwassen laat Jeroen een kopje vallen. Zoals te zien op de plaatjes valt het kopje kapot. Er moet dus een kracht werken op het kopje
Nadere informatieNatuurkunde LJ2P4 - Beweging Oefenmateriaal compleet
Natuurkunde LJ2P4 - Beweging Oefenmateriaal compleet Trein Een Intercitytrein rijdt met een contante nelheid van 40 km/h lang tation Beilen en paeert 6 minuten later tation Hoogeveen. De trein rijdt daarna
Nadere informatieRekenmachine met grafische display voor functies
Te gebruiken rekenmachine Duur Rekenmachine met grafische display voor functies 100 minuten 1/5 Opgave 1. Een personenauto rijdt met een beginsnelheid v 0=30 m/s en komt terecht op een stuk weg waar olie
Nadere informatieUITWENDIGE BALLISTIEK. ur r. Formule 1
UITWENDIGE BALLISTIEK. De wet van Newton zegt ons dat: ur r F = m a Formule 1 In gewone mensentaal kan men dat vertalen als: een voorwerp (hier aangeduid door zijn massa m) zal slechts een versnelling
Nadere informatieIjkingstoets 4 juli 2012
Ijkingtoets 4 juli 2012 -vragenreeks 1 1 Ijkingstoets 4 juli 2012 Oefening 1 In de apotheek bezorgt de apotheker zijn assistent op verschillende tijdstippen van de dag een voorschrift voor een te bereiden
Nadere informatiem C Trillingen Harmonische trilling Wiskundig intermezzo
rillingen http://nl.wikipedia.org/wiki/bestand:simple_harmonic_oscillator.gif http://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/7/74/simple_harmonic_motion_animation.gif Samenvatting bladzijde 110: rilling
Nadere informatieKINEMATICA 1 KINEMATICA
KINEMATICA 1 KINEMATICA 1 Inleidende begrippen 1.1 Rust en beweging van een punt 1.1.1 Toestand van beweging 1 Inleidende begrippen Een punt is in beweging ten opzichte van een referentiepunt wanneer
Nadere informatieSO energie, arbeid, snelheid Versie a. Natuurkunde, 4M. Formules: v t = v 0 + a * t s = v gem * t W = F * s E Z = m * g * h F = m * a
SO energie, arbeid, snelheid Versie a Natuurkunde, 4M Formules: v t = v 0 + a * t s = v gem * t W = F * s E Z = m * g * h F = m * a Neem indien nodig g = 10 m/s 2. Geef duidelijke berekeningen met Gegeven
Nadere informatieCase Simulink EE4- Building a SSV - Team PM1 21 maart 2014
Case Simulink EE4- Building a SSV - Team PM1 21 maart 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 1 Figurenlijst... 1 Inleiding... 2 Gedrag van het zonnepaneel gekoppeld aan een weerstand... 2 Gedrag van de DC-motor
Nadere informatieJuli geel Fysica Vraag 1
Fysica Vraag 1 Een rode en een zwarte sportwagen bevinden zich op een rechte weg. Om de posities van de wagens te beschrijven, wordt een x-as gebruikt die parallel aan de weg georiënteerd is. Op het ogenblik
Nadere informatieHoofdstuk 4: Arbeid en energie
Hoofdstuk 4: Arbeid en energie 4.1 Energiebronnen Arbeid: W =............. Energie:............................................................................... Potentiële energie: E p =.............
Nadere informatie