Incura Handleiding (GGZ) DSM-5 Incura Nieuwe Gracht 35 2011 NC Haarlem 088-946 22 73 info@incura.nl www.incura.nl KvK 34183168 Incura is een product van WinBase Software en Adviezen BV
Inhoud 1 Diagnoseregistratie op traject volgens DSM-5... 4 1.1 Toevoegen of verwijderen van DSM-5 diagnoses... 5 1.1.1 Toevoegen overige diagnose(s)... 6 1.1.2 Toevoegen van as3 of as5 diagnose... 7 1.1.3 Verwijderen van overige diagnose(s)... 7 2 Het starten van een nieuwe episode bij vervolgtraject in 2017... 9 Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 2 / 10
Inleiding Met ingang van 2017 wordt DSM-IV vervangen door DSM-5. Dit betekent dat uw diagnoses voor trajecten die starten vanaf 01-01-2017 in DSM-5 dienen te worden geregistreerd. In deze handleiding leest u hoe u deze registratie toepast. Omdat voor de afleiding van de productgroepen, tarifering en voor de facturering DSM-IV van kracht blijft, dienen na 1-1-2017 ook de DSM-IV diagnoses te worden vastgelegd. Incura zal u zoveel mogelijk deze dubbele registratie uit handen nemen. Voor u de primaire diagnose en de overige diagnoses op as 1, 2 en 4 worden op basis van de door u geregistreerde DSM-5 codes de corresponderende DSM-IV diagnoses afgeleid. Wel moet u zelf nog de DSM-IV assen 3 en 5 invullen. 2017 is wat betreft diagnostiek een overgangsjaar. Voor trajecten die vanuit 2016 doorlopen in 2017 blijft de DSM-IV diagnose beschikbaar. Indien bij het afsluiten van een in 2016 gestart traject een vervolgtraject zou worden geopend, dan dient u een nieuw zorgtraject (episode) te starten. In geval van SGGZ dient de initiële DBC in het nieuwe zorgtraject zorgtype 150 te krijgen. Incura kiest automatisch het juiste invoerscherm (DSM-IV of DSM-5) voor u. Daarnaast zal Incura, wanneer u een DBC in 2017 bent gestart onder een episode uit 2016 of eerder, u erop wijzen dat er een nieuwe episode gestart moet worden om het volgende traject te registreren. Tijdens de validatie worden de controles uitgevoerd op deze nieuwe regelgeving om afkeur van uw declaratie of DIS aanlevering te voorkomen. U kunt dus de volgende drie situaties tegenkomen: Situatie 1 trajecten die doorlopen U bent nog bezig met een traject dat doorloopt vanuit 2016 naar 2017. Voor deze trajecten geldt dat de DSM-IV diagnose systematiek beschikbaar blijft zolang het in 2016 gestarte traject in 2017 nog niet wordt afgesloten. Situatie 2 vervolgtraject in 2017 U bent in 2017 een vervolgtraject aan het starten waarbij het voorgaande in 2016 is gestart. Voor deze vervolgtrajecten geldt dat u een nieuw zorgtraject (behandelepisode) aanmaakt, waarbij het eerste, initiële traject zorgtype 150 dient te krijgen. Lees verder in hoofdstuk 2. Situatie 3 nieuwe behandelepisode in 2017 U start een nieuwe behandelepisode in 2017. Voor deze trajecten geldt dat u op de reguliere wijze een nieuwe behandelepisode start. (U maakt hier geen gebruik van zorgtype 150. U heeft immers niet te maken met een overgang naar DSM-5). Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 3 / 10
1 Diagnoseregistratie op traject volgens DSM-5 Het scherm Diagnose voor trajecten die zijn gestart vanaf 2017 en daarmee de registratie van de nieuwe DSM-5 volgen, ziet eruit zoals getoond in figuur 1. Figuur 1: diagnose tabblad in trajectformulier Bovenaan ziet u de eerder op de episode geregistreerde Primaire Diagnose (zie hoofdstuk 2) en de daaruit afgeleide DSM-IV code. Vervolgens is er de mogelijkheid om DSM-5 diagnoses te registreren. Via de knoppen Toevoegen en Verwijderen kunt u DSM-5 diagnoses beheren (1 in figuur 2). De diagnosedatum kan in dit scherm desgewenst direct worden aangepast. Lees meer over het toevoegen en verwijderen vanaf paragraaf 1.1. De DSM-IV diagnoses op as 1, 2 en 4 leidt Incura automatisch voor u af (2 in figuur 2) uit de DSM-5 diagnoses. Dit gebeurt op basis van een door de NZA samengestelde tabel. Een DSM-5 diagnose kan gerelateerd zijn aan een DSM-IV diagnose op as 1, 2 of 4. Indien er nog geen DSM-5 diagnoses zijn geselecteerd zal Incura automatisch Geen diagnose invullen op as 1, 2 en 4 (3 in figuur 2). (te lezen als geen overige diagnose ). Het laatste deel van het scherm geeft u de mogelijkheid om as 3 en as 5 in te voeren, op de binnen Incura bekende wijze voor DSM-IV diagnostiek (4 in figuur 2). Ter illustratie toont figuur 2 een scherm met de aangebrachte opdeling met daarin de verwijzingen uit bovenstaande toelichting. Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 4 / 10
Figuur 2: opdeling in tabblad diagnose 1.1 Toevoegen of verwijderen van DSM-5 diagnoses Het toevoegen of verwijderen van DSM-5 diagnoses geschiedt hoofdzakelijk via de icoontjes achter de assen 3 en 5 en eventueel de knop + Toevoegen achter het label Overig. Let op: Een belangrijke opmerking ten aanzien van het verwijderen van diagnoses, is dat het verwijderen alleen geldt voor DSM-5 diagnoses. Wat vertoond wordt in de oude DSM-IV is immers een weergave. U kunt de DSM-IV diagnoses dus niet selecteren en verwijderen. Een andere bijzonderheid, hoewel voor de hand liggend, voor het toevoegen van diagnoses: hiervoor wordt voortaan alleen het DSM-5 diagnosescherm getoond. Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 5 / 10
1.1.1 Toevoegen overige diagnose(s) Wilt u een nieuwe overige diagnose toevoegen? Klik achter Overig op de knop + Toevoegen (zie figuur 3). Figuur 3: knop toevoegen achter Overig Het nieuwe DSM-5 diagnosescherm verschijnt (zie figuur 4), maak hier een keuze. Figuur 4: nieuwe DSM-5 diagnosescherm Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 6 / 10
Na het kiezen van de DSM-5 diagnose keert u terug naar het scherm van het trajectformulier en daar vindt u de geselecteerde diagnoses zowel in DSM-5 aan als de vertaling daarvan in DSM-IV (zie figuur 5). Figuur 5: overgenomen diagnose op tabblad diagnose in trajectformulier 1.1.2 Toevoegen van as3 of as5 diagnose Het toevoegen van een as3 of een as5 diagnose gaat als vanouds door op het icoontje te klikken, ook wel bekend als het pennetje (zie ook figuur 6). Er zijn in de aanpassing van DSM-IV naar DSM-5 geen wijzigingen aangebracht in werking met betrekking tot het toevoegen van deze diagnoses. Figuur 6: toevoegen van as3 of as5 diagnose via het pennetje 1.1.3 Verwijderen van overige diagnose(s) Er zijn twee situaties waarin u een diagnose kunt verwijderen. Verwijderen van een overige DSM-5 diagnose De eerste situatie is het verwijderen van een overige DSM-5 diagnose. Om een overige DSM-5 diagnose te verwijderen selecteert u eerst de overige diagnose door één keer op een DSM-5 Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 7 / 10
diagnose te klikken. Daarna klikt u op de knop Verwijderen en verdwijnt de DSM-5 diagnose indien u daarna op Ja heeft geklikt. Zie ook figuur 7. Figuur 7: verwijderen van een overige DSM-5 diagnose NB: de corresponderende DSM-IV vertaling verdwijnt automatisch tijdens het verwijderen van de (overige) DSM-5 diagnose. Verwijderen van een as3 of as5 diagnose De tweede situatie is het verwijderen van een as3 of een as5 diagnose. Het verwijderen van die diagnoses werkt net zoals deze verwijderd werden vóór de komst van de DSM-5. U klikt op het icoontje (zie figuur 8), waarna het scherm voor het vullen van de as (zie figuur 9) verschijnt. Figuur 8: icoontje bij de assen 3 en 5 Klik op de knop Verwijderen en de diagnose verdwijnt. Figuur 9: knop verwijderen in scherm voor asvulling Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 8 / 10
2 Het starten van een nieuwe episode bij vervolgtraject in 2017 Wilt u een vervolgtraject in 2017 starten? Volg hiervoor onderstaande stappen: 1. U dient eerst een nieuwe behandelepisode aan te maken (zie figuur 10). Figuur 10: een nieuwe behandelepisode aanmaken 2. Vervolgens legt u een nieuw traject aan in het Zorgpad van de nieuwe behandelepisode (zie figuur 11). (Behandelepisode Zorgpad knop + GGZ traject ) Figuur 11: aanmaken van een nieuw GGZ traject Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 9 / 10
3. Daarna vult u vanaf de behandelepisode de Primaire Diagnose in (Behandelepisode kopje Primaire diagnose vergrootglasicoon diagnosescherm (zie figuur12). ) en kiest u daarbij uit het nieuwe DSM-5 Figuur 12: primaire diagnose op de behandelepisode 4. In het nieuwe DSM-5 diagnosescherm kiest u de Primaire Diagnose het beste door de optie en/of op tekst te gebruiken met behulp van een zoekterm ( agorafobie als voorbeeld in figuur 13). Figuur13: zoeken met en/of op tekst 5. Na het dubbelklikken op de diagnose verdwijnt het nieuwe DSM-5 diagnosescherm, wordt de Primaire Diagnose op de behandelepisode in DSM-5 opgeslagen en wordt deze ook direct daaronder in de DSM-IV vertaling weergegeven (zie figuur 14). Figuur 14: gevulde primaire diagnose op behandelepisode 6. Ten slotte klikt u door naar het traject in het Zorgpad om de rest van de diagnose in het traject te kunnen vastleggen (Behandelepisode Zorgpad dubbelklikken op het trajectformulier tabblad Diagnose ), zie hoofdstuk 1. Handleiding: DSM-5 Volgnummer: 12GGZ, versie 1.0 10 / 10