Beeldkwaliteitplan fietsverbinding Akersloot Castricum fase II. Gemeente Castricum

Vergelijkbare documenten
BLATENPLAN EWIJK BEELDKWALITEIT 10 oktober 2011 projectnummer

Geschiedenis van de duinen

Bijlage 1: Ambitie en kader

beeldkwaliteitplan de Swaan concept Wagenweg 2 november 2013

Kaart zonneveld Farm Frites gebiedsvisie

De Tuinen II. Beeldkwaliteitsplan juni 2010

Beeldkwaliteitsplan. Beers, Elstweg 5

KASSABON ENERGIEOPBRENGST ha zonneveld- 155 GWh/jaar. aantal huishoudens: LANDSCHAPPELIJKE INVESTERING. kosten aankoop/aanleg: LAAG

Kustlijn van de Noordzee

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Zwembad De Vijf Heuvels Potdijk 5 te Markelo BEELDKWALITEITPLAN

Texel Landschappelijke ontwikkelingen

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

: landschappelijke inpassing Achter de Pastorie, Melderslo. Advies. Inleiding. Datum : 30 mei 2011 Opdrachtgever : Gemeente Horst aan de Maas

16041 LANDSCHAP SCHOOTJESBAAN 2 RIEL 8 APRIL 2016

COMPENSATIEMAATREGELEN UITBREIDING BEDRIJVENTERREIN KOLKSLUIS TE T ZAND

GEMEENTE BUREN. Toelichting landschappelijke inpassing. Uiterdijk 33 Zoelen

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Ruimte voor Ruimte woning Helvoirtsestraat Helvoirt

Beeldkwaliteit sport- en recreatiezone De Groote Wielen SO/ROS Sonja de Jong, februari 2004

gemeente Harderwijk Beeldkwaliteitplan Uitbreiding Lorentzhaven


BEELDKWALITEITSPLAN BUITENGEBIED UITGEEST, GEDEELTELIJKE HERZIENING PERCEEL BUSCH EN DAM 8. Aanvrager: De heer R.P.M. van den Berg.

'DE KLEINE HAGEN' LAAG ZUTHEM

: Landschappelijke inpassing Karissendijk 4 te Egchel

Bijlage 1 Nadere toelichting cultuurhistorie en archeologie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

47003-bkp-v BESTEMMINGSPLAN "WONINGBOUW OSSENDRECHTSEWEG 38, HOOGERHEIDE" 1 INLEIDING Aanleiding en doel...

memo Inleiding Kader Historische wordingsgeschiedenis B.V. Stichts Beheer datum: 30 oktober 2015 cultuurhistorische memo plan Castor Veenendaal

19 december Teckop 18-18a Kamerik (Gem. Woerden) Landschappelijke inpassing woning

Waardestellend onderzoek oude akkers Ruimte-voor-Ruimtewoning Paashoefsedijk. Gemeente Gemert-Bakel

A13/A16 ROTTERDAM. Toelichting Deelgebied West. Februari 2015

Zuidelijke binnenstad

STEDEBOUWKUNDIGE ANALYSE EN ADVIES LIEFHOVENDIJK 2, LINSCHOTEN

3.2.1 Dorpskarakteristiek

Advies landschappelijke inpassing oefenterrein Crescendo

Landschappelijk advies. Ontwikkeling Heereweg 460/460a, Lisse

Beeldkwaliteitplan Emmen, Noorderplein en omstreken. behorende bij de Welstandsnota Koers op kwaliteit (2 e wijziging)

Beeldkwaliteitsplan Torenstraat 7 Gassel

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Wijzigingsplan Landgoed De Horst

B E E L D K W A L I T E I T S P L A N

VLAGTWEDDE INPASSINGSPLAN ZONNEAKKER

Het gebied Begrenzing

Bureauonderzoek Landschap & Cultuurhistorie en Recreatie & Infrastructuur regionale waterkering Westknollendam

Betreft: Waterland Bp. Buitengebied Waterland 2013, uw nummer /1/R1

Welstandsparagraaf Locatie Voorweg

Ruimtelijke kwaliteit van het Suikerunieterrein en omgeving

Beplantingsplan/inrichtingsplan in het kader van Landschappelijke inpassing Klaverdijk 5 opdrachtgever: De heer J. Roes

Ruimtelijke inpassing asielzoekerscentrum te Heerenveen Maart 2016

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Stedenbouwkundig programma van eisen Brandweerpost, Broek in Waterland Februari 2009

29 juni 2019: Landschapsfietstocht Stelling en Crommenije

Hoofdstraat 118 te Zuidwolde Beeldkwaliteitsplan. 8 september

Bestemmingsplan Emmeloord, Noord en Oost, Zeebiesstraat 21 en 22. BIJLAGE V Beeldkwaliteitsplan Emmeloord Zeebiesstraat.

TOEGANGSPOORT BAARSCHOT 6, ESCH

Beeldkwaliteitsplan. Denekamp 't Pierik fase 2

Aanleg paardenbak Het Zuid 34 Drachten

Ruimtelijke onderbouwing bouwplan Kievitsham 9, Kerkdriel

Inrichtingsplan driestweg 14 te Putten

Midden-Delfland. advies m.b.t. aanvraag status Provinciaal Landschap. provinciaal adviseur ruimtelijke kwaliteit in zuid-holland

Jeroen Zomer, beleidsadviseur landschap en cultuurhistorie DE LANDSCHAPSGESCHIEDENIS VAN NOORD-HOLLAND OVER LANDSCHAPSDYNAMIEK EN ENERGIELANDSCHAPPEN

Deel 1 Toen en nu 13

BEELDKWALITEITSPLAN DE POTTEN SNEEK 20 RECREATIEWONINGEN

Transformatie Bunniklocatie Nieuwerbrug

BEELDKWALITEITPLAN BRANDWEERKAZERNE HARLINGEN

Notitie zienswijze ontwerpbestemmingsplan Benneveld - Bennevelderstraat-Almaatsweg

Nieuwbouw Schaapskooi, Zuilichem

1 Inleiding. Notitie / Memo

Aanleiding / Problematiek / Doel

Beeldkwaliteitplan Oude Haarlemmerweg Castricum DK3 Bouwmanagement

HET POORTJE; Toelichting stedenbouwkundige inpassing Datum:

Ruimtelijke onderbouwing. Bouw zeven garageboxen achter Kerkstraat 18 Voorthuizen

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING. Oprichten aanduidingsmast McDonald s Vlietweg 16 te Santpoort-Noord

STEDENBOUWKUNDIGE VISIE

hoek bosstraat-smallestraat Nieuw-dijk

Nota van Inspraak en Overleg bestemmingsplan Westergeest-Bumawei 21

Beeldkwaliteitplan Tolweg, Muntendam. februari 2007

Landschappelijke inpassing nieuwe woning aan De Bree 14 te Nieuwerbrug aan den Rijn

Beschrijving van de planlocatie ter plaatse van de paardenbak: de Paardenbaklocatie

Groenvisie Provinciale Weg N283

Deelnotitie 4.6 Landschappelijke inpassing en voorlopige grenzen zoekgebied

Oplegnotitie NNN-gebied, IJsselzone, Veerweg Olst

RIEL, PAREL VAN DE ZESGEHUCHTEN. Toekomstvisie Datum: 14 januari 2016 Commissie: Wilbert Gooskens Peter van de Moosdijk Harry Droog

beeldkwaliteitplan Dreumel, Uitbreiding Bedrijventerrein Lageweg

ILPENDAM - locatie Ilpenhof. concept mei 2012

landschapsplan DE HEIKANT 10, HELVOIRT 4 augustus 2016

Beeldkwaliteitsplan bij Inrichtingsplan woonkavel Voorstraat Velddriel. Gemeente Maasdriel

LIGGING. topografische kaart. ligging in het veld

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Inrichtingsvisie. Manpadslaangebied Heemstede. 5 juni 2014

Project Duinweg Hellevoetsluis

beeldkwaliteitplan Kerkweg Zeddam

STRUCTUURVISIE MOLENSLOOT DE LIER CARRÉ HERZIEN PRESENTATIE INFORMATIE-AVOND DE LIER 29 MAART 2007

Verplaatst herbouwen stolp Mijzerweg 1a Beemster. Planbeoordeling ruimtelijke kwaliteit

Groenschets. Ten behoeve van nieuwbouw woning. Groenmeester Gemeente Horst aan de Maas September 2013

Beeldkwaliteitsplan Drachten, hoek Zuiderdwarsvaart-Raai juli 2013

Esperenweg / Langereyt De Maneschijn / Driehoek. Oostelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen.

Beleidsregels buitenrijbanen Westelijk Buitengebied gemeente Putten

RIEL, PAREL VAN DE ZESGEHUCHTEN. Toekomstvisie Datum: 2 december 2015 Commissie: Wilbert Gooskens Peter van de Moosdijk Harry Droog

Transcriptie:

Beeldkwaliteitplan fietsverbinding Akersloot Castricum fase II Gemeente Castricum

Beeldkwaliteitplan fietsverbinding Akersloot Castricum fase II Gemeente Castricum datum: april 2010 projectnummer: 100146

I n h o u d Inleiding 4 Plangebied 6 Positionering beeldkwaliteitplan 8 Geschiedenis 9 Het landschap 13 Visie 15 Conclusie 17

1I n l e i d i n g De gemeente Castricum is voornemens om een nieuwe fietsverbinding aan te leggen tussen de kernen Akersloot en Castricum. De fietsverbinding loopt grotendeels door het agrarisch gebied van de gemeente Castricum. In een eerder stadium is door SAB, voor het gedeelte van het te realiseren fietspad tussen de Korte Brakersweg en de Startingerweg (ook genaamd fase 1), al een bestemmingsplan en beeldkwaliteitsplan opgesteld. Voorliggend beeldkwaliteitsplan betreft de realisatie van het betreffende fietspad langs de Korte Brakersweg en de Startingerweg, genaamd fase 2 van de realisatie van de doorgaande fietsverbinding tussen Akersloot en Castricum. Op hiernaast weergegeven afbeelding staat de fietsverbinding en de fasering weergegeven. De ontwikkeling is niet in overeenstemming met het vigerende bestemmingsplan. Om de fietsverbinding juridisch-planologisch mogelijk te maken is het gewenst een bestemmingsplan op te stellen. Voorliggend beeldkwaliteitplan maakt deel uit van het bestemmingsplan Doorgaande Fietsverbinding Castricum - Akersloot. Het gebied waardoor de fietsroute loopt is op de Streekplankaart van de provincie Noord- Holland aangewezen als uitsluitingsgebied. Het beleid van de provincie is gericht op zoveel mogelijk behoud van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden bij nieuwe ontwikkelingen in het landelijk gebied. De provincie Noord-Holland eist voor het gebied waar het fietstracé beoogd is dat een beeldkwaliteitplan onderdeel vormt van het bestemmingsplan. Het beeldkwaliteitplan geeft een toelichting van de relatie tussen het plan en kernkwaliteiten (beeldkwaliteit) van het gebied. Aan de hand van het opgestelde beeldkwaliteitplan wordt het bouwplan getoetst. Aanleiding voor het plan voor de ontwikkeling van een doorgaande fietsverbinding tussen Castricum en Akersloot is het verbeteren van de verkeersveiligheid voor fietsers, die gebruik maken van de Startingerweg, om van Akersloot naar Castricum te reizen. Met name in de spitsuren is de Startingerweg een, door fietsers, veel gebruikte route, die met name door schoolgaande jeugd wordt gebruikt. Startingerweg 4

1 I n l e i d i n g route fietspad door strandvlakte Korte Brakersweg 5

2P l a n g e b i e d Het projectgebied is gelegen in het buitengebied van de gemeente Castricum. Het tracé van de doorgaande fietsverbinding Castricum - Akersloot loopt evenwijdig aan het bestaande trace van de Brakersweg tot aan de provinciale weg N203. Ten oosten van de Brakersweg zal de bestaande sloot gedempt worden en het nieuwe fietspad aangelegd worden. Naast het fietspad komt een nieuwe sloot. Dit gedeelte hoort bij fase 2 van het project. Tussen de N203 en de Uitgeesterweg is fase 1 van de fietsverbinding. Deze volgt deels de route van de Nesdijk en haakt zo veel mogelijk aan bij de bestaande structuur van het landschap (zie het beeldkwaliteitsplan behorende bij het bestemmingsplan Doorgaande Fietsverbinding Castricum - Akersloot, d.d. 22 februari 2010). Vanaf de Uitgeesterweg volgt de fietsroute het tracé van de Startingerweg tot aan het viaduct over de A9. Het tracé van het nieuwe fietspad is direct ten noorden van de Startingerweg gelegen. Het projectgebied ligt grotendeels in het landelijk gebied tussen Castricum en Akersloot en de gronden hebben een overwegend agrarisch gebruik. Het gedeelte langs de Brakersweg ligt tussen bestaande woningen en een 1 2 3 fase 1 route fietspad, fase 2 Startingerweg in vogelvlucht 6

2 P l a n g e b i e d volkstuinencomplex. De Brakersweg loopt hier over een dijkje met aan beide zijde een slootje. Deze staan niet in directe verbinding met de waterstructuur van Castricum. 1 aansluiten op bestaande situatie 2 3 7

3P o s i t i o n e r i n g b e e l d k w a l i t e i t p l a n Beeldkwaliteitplan Het beeldkwaliteitplan bevat richtlijnen met betrekking tot beeldkwaliteitaspecten van stedenbouwkundige aard en de inrichting van de openbare ruimte. In feite vullen de welstandsnota en het beeldkwaliteitplan het bestemmingsplan aan. De zaken die geregeld worden in de welstandsnota en het beeldkwaliteitplan kunnen niet in een bestemmingsplan worden opgenomen met een bindende werking. Het beeldkwaliteitplan vormt, mits het is vastgesteld door de gemeenteraad, een beleidsregel, waardoor ook inrichting van de openbare ruimte, architectuur, stedenbouw en landschap kunnen worden getoetst. Kortom: het beeldkwaliteitplan gaat verder dan het bestemmingsplan en heeft een ander karakter dan de welstandsnota: normstellend in plaats van normtoetsend. Welstandsnota De welstandsnota is een wettelijk toetsingskader voor de welstandscommissie en is gekoppeld aan de bouwvergunning. Weliswaar kunnen in de nota welstand aspecten aan de orde komen die zijn ontleend aan de stedenbouwkundige situatie ter plekke, maar de toetsing heeft altijd betrekking op het bouwwerk. De welstandsnota mag geen eisen stellen die in strijd zijn met de bepalingen in het bestemmingsplan. De welstandsnota geeft overigens ook houvast bij excessen, wanneer er sprake is van een bouwwerk dat in ernstige strijd is met redelijke eisen van welstand. Bestemmingsplan Het bestemmingsplan is een juridisch bindend instrument, dat het gebruik van gronden en de bouwmogelijkheden regelt. In een bestemmingsplan zijn dan ook per pand de exacte maten van gebouwen en percelen ingetekend op de kadastrale ondergrond. Omdat het bestemmingsplan alleen het gebruik van gronden en de bouwmogelijkheden regelt, biedt het bestemmingsplan geen mogelijkheden om uitspraken te doen over de kwaliteit van de inrichting van gebieden, de architectonische invulling en de stedenbouwkundige aspecten als plaatsing van entree s etc. De juridische status van een beeldkwaliteitplan ligt niet vast. Het beeldkwaliteitplan kan worden gekoppeld aan één van de in de Wet ruimtelijke ordening genoemde planvormen (bijvoorbeeld bestemmingsplan) of kan op grond van de Bouwverordening als gemeentelijk beleid door de gemeenteraad worden aangenomen. In de Wet ruimtelijke ordening is geregeld dat de welstandscommissie alleen kan toetsen aan de welstandsnota en dus niet aan een beeldkwaliteitplan. Als het beeldkwaliteitplan als onderdeel van de welstandsnota wordt vastgesteld kan de welstandscommissie wél aan de eisen uit het beeldkwaliteitplan toetsen. 8

4 G e s c h i e d e n i s Oorspronkelijk bestond Castricum uit een paar kleine geestdorpjes. Deze waren gelegen op de hoge oevers van het Oer-IJ. De Oosterbuurt is zo n dorpje, maar ook Noordend, Smithan en Limbon in Limmen en Thosan (nu Nesdijk.) Deze buurtschappen zijn gedeeltelijk nu nog herkenbaar binnen de bebouwde kom. Het Oer-IJ was de meest noordelijke vertakking van de Rijn, die via de Vecht en een voedselrijke delta ter hoogte van Castricum in de Noordzee mondde. Het Oer-IJ vormde het hart van een dynamisch Slag bij Castricum gebied, dat 1799 door de eeuwen heen steeds weer van aanzicht veranderde. De oorsprong van het Oer-IJ ligt in de laatste ijstijd. Noord-Europa was bedekt met ijs. Omstreeks 10.000 jaar v. Chr. begon die loodzware ijsdeken te smelten. De Noordzee was in de ijstijd een droog bekken: de mensen die er leefden (jagers en verzamelaars) konden naar Engeland lopen. Toen het ijs ging smelten, vulde het Noordzeebekken zich met smeltwater. Eerst langzaam, maar daarna in rap tempo tot wel 20 centimeter per jaar. Er ontstond een hele nieuwe kustlijn, veel verder landinwaarts. De Nederlandse kust had wel iets weg van de huidige Waddenzee, met geulen en prielen en slikplaten die met eb droogvielen. Duinen waren er nog niet. Omstreeks 4000 voor Chr. waren de ijskappen al een heel eind gesmolten en steeg het water minder snel: nog maar 25 cm per eeuw. Rond 3000 voor Christus was het nog maar 5 cm per eeuw. De zee wierp voor onze kust zandbanken op. Die zandbanken groeiden uit tot strandwallen, waarop zich door de wind duinen vormden. De wallen temperden de invloed van de zee. Achter de wallen begonnen zich kwelders te vormen. De strandwallen vormden echter geen aaneengesloten front: ze werden onderbroken door zeegaten. Onder invloed van de wind verplaatsten de zeegaten zich in noordelijke richting (van Velsen naar Heemskerk enz..) In de periode dat onze kust bewoond raakte door de Friezen, lag er een zeegat bij Castricum. Iets noordelijker lag er nog een zeegat, bij Bergen. Vanaf het moment dat er droge stukjes grond waren, zagen mensen kans om er een bestaan op te bouwen. Aanvankelijk waren slechts de hogere strandwallen en de oeverwallen geschikt voor bewoning. In de loop van de tijd ontstonden er kwelders: drassige laaggelegen gronden die hoog genoeg lagen om bij een normale vloed niet te overstromen, maar laag genoeg om eens in de zo veel jaar, bij stormvloed, tijdelijk onder water te verdwijnen. Wanneer de zee zich dan terugtrok, liet ze een dun laagje vruchtbaar slib achter. Dit waren uitstekende weide- en akkergronden. De grond was vruchtbaar en licht te bewerken. Er was materiaal hout, riet, klei om huizen te bouwen. Er was drinkwater en het klimaat was aangenaam: iets droger en warmer dan nu. In de laatste twee eeuwen voor onze jaartelling stoof het zeegat bij Castricum en daarmee de monding van het Oer-IJ dicht. Het oer-ij gebied was toen al bewoond. De hoofdtak van het Oer-IJ veranderde in een brede veenstroom die uitliep in een heel stelsel van kleinere stroompjes. Voor het zeegat van Castricum lag een drempel van opgestoven zand. Bij vloed kon het zeewater het achterland niet meer bereiken. Alleen bij hele zware stormen kon het water nog naar binnen razen. Maar dat gebeurde eigenlijk alleen als de storm samenviel met springvloed. Dat is in ieder geval in de tweede eeuw na Chr. voorgevallen: in een kleine nederzetting bij Castricum is tijdens één overstroming een pakket van maar liefst 20 cm zand afgezet. bron: www.schattenonderjevoeten.nl 9

4G e s c h i e d e n i s Het huidige landschap Castricum is een zogenaamd geestdorp en ligt in het strandwallen- en vlakten landschap. De strandwallen in Noord-Holland liggen direct achter de jonge duinen en kennen een bescheiden reliëf. Het bestaat uit parallel aan de kust lopende stroken van hoger gelegen, droge en zandige strandwallen, van elkaar gescheiden door lager gelegen, natte en venige strandvlakten. De strandwallen behoren tot de eerste gebieden die in Noord-Holland werden bewoond. Men vestigde zich op de randen van deze hoge gronden en startte vandaar de ontginning van het aangrenzende gebied. Men combineerde akkers op de strandwallen (geesten) met gras-landgebruik in de lagere, vochtige strandvlakten. Bij de ontginning van de strandvlakten stuitte men op natuurlijke obstakels, als geulen, kreken en stroomwallen. Met de verkaveling en de waterhuishouding moest hier op worden ingespeeld. Hiermee ontstond een onregelmatig verkavelingspatroon. Het verschil tussen het verkavelingspatroon van de strandwallen en vlakten is duidelijk herkenbaar in het landschap. Het verschil tussen de strandwallen en -vlakten is tevens goed te zien op de historische kaarten van het gebied. Op de topografische kaart uit 1961 en 1995 zijn de witte gebieden de akkers (geesten) en de groene vlakken de (nattere) weilanden. De strandvlakte, tussen de jonge duinen en de dicht bebouwde strandwal van Uitgeest, Heiloo, Limmen en Alkmaar geldt als één van de mooiste polderlandschappen van Noord-Holland. Het gebied bestaat uit een afwisseling van kleine strandwallen, laaggelegen strandvlakten en voormalige meertjes. Men vindt er kleine polders, begrensd door dijken of kades, met kronkelige sloten en vrij onregelmatige percelen. Dit gebied heeft een grote cultuurhistorische betekenis door de kleinschalige percelering, de kaden en dijken en de vele molentjes. Hier is sprake van een fraai contrast tussen het vlakke, open, groene polderlandschap en de hoge duinen op de achtergrond. Bebouwingskarakteristiek Kenmerkend voor de ontginning van de strandwallen is de noord-zuid richting. De dorpen op de wallen zijn met lange doorgaande wegen met elkaar verbonden. Deze zogenaamde geestdorpen hebben vaak een ellipsvormig stratenpatroon. Alle kernen op de strandwallen hebben daarom ook een sterke noord-zuid structuur. Ook de structuur van het oude Castricum laat dit zien. De natte, venige gronden van de strandvlakten waren niet geschikt voor bewoning. Brakersweg De Brakersweg is een historisch lint dat door de het agrarisch gebied liep. Door de opkomst van de stedelijke bebouwing is de Brakersweg in twee stukken geknipt. Het noordelijk deel heeft nog de specifieke uitstraling en karakteristieken van het oude agrarische ontginningslint, het oostelijke deel, ook wel de Korte Brakersweg genoemd is niet meer als zodanig te herkennen en vormt momenteel de rand van het stedelijk gebied. 10

historische kaart 11

4G e s c h i e d e n i s de Nesdijk topografische kaart ca. 1900 topografische kaart ca. 1995 12

5 l a n d s c h a p De locatie is gelegen in het nationaal landschap Laag Holland. Specifiek voor dit landschap zijn de veenweidegebieden en de droogmakerijen. Het plangebied is gelegen in het deelgebied Veenweiden West. Het gebied Veenweiden West bestaat uit grote en kleine veenweidepolders (weiland op laagveen). In het noorden liggen het Alkmaarder- en Uitgeestermeer, met aansluitend de droogmakerij Starnmeer. Aan de meren, de oude zeedijk, binnendijken, molens en gemalen is het ontstaan van het landschap af te lezen. In dit gebied liggen een aantal forten van de Stelling van Amsterdam, die op de Werelderfgoedlijst van Unesco staat. Fietsers kunnen het gebied verkennen via de zogenaamde pontjesroute. Watersporters gaan naar het Alkmaardermeer. De landbouw is in Veenweiden West relatief goed ontwikkeld. Ook is het een belangrijk gebied voor weide- en moerasvogels, en voor de overwintering van verschillende beschermde vogelsoorten. Nationaal Landschap Laag Holland bron: www.laagholland.nl 13

5l a n d s c h a p De inpassing van deze ontwikkeling zal daarom afgestemd moeten worden op de volgende kernkwaliteiten die het landschap zo uniek maken: - de grote openheid van het landschap; - de vele weide- en moerasvogels; - de kenmerkende verkavelingsstructuur. Het streven in Noord-Holland is om het contrast tussen het stedeljke en landschappelijke gebied te versterken. In samenwerking met de betrokken partijen moet een samenhangende blauwgroene structuur ontwikkeld worden die de identiteit van het landschap van Noord- Holland versterkt. Daarnaast moeten de unieke natuurwaarden binnen het gebied veilig gesteld en robuuster gemaakt worden en ruimte bieden aan waterbeheer. De blauwgroene structuur moet tevens van directe waarde zijn voor de mensen die er wonen en werken. Het aan te leggen fietspad kan een bijdrage leveren aan de beleving van dit unieke gebied, mits zorgvuldig ingepast waarbij de unieke waarden van het gebied niet verloren gaan. - laagveen - hoogveen - kleidekken - rivierafzettingen en oudere kleidekken - oudere kleidekken, lokale veengroei - wadden - duinen en stranden, oudere kreekruggen - open water 14

6 v i s i e De ambitie is de kwaliteiten en de karakteristieken van de strandvlakte zoveel mogelijk te behouden of waar mogelijk te versterken. Belangrijke karakteristieken die positief gewaardeerd worden zijn: De openheid van de strandvlakte zo veel mogelijk behouden; De bestaande ecologische waarden van het gebied zo min mogelijk aantasten en waar mogelijk versterken; Het bestaande verkavelings- en slotenpatroon zo veel mogelijk handhaven. Fase 2 van het fietspad zal de loop van bestaande wegen volgen. Het voordeel hiervan is dat de verkaveling van het bestaande landschap grotendeels in tact blijft. Het gebied heeft een grote waarde, zowel ecologisch als landschappelijk. Om deze waarden herkenbaar te maken bij de gebruikers van het fietspad kunnen er aan het begin- en eindpunt van het nieuwe fietspad borden worden geplaatst met informatie over het landschap en de in het gebied voorkomende diersoorten. Er kan ten westen van de N203 een uitzichtpunt worden ingericht met een verrekijker waarmee de weidevogels bekeken kunnen worden en borden met informatie over de verschillende weidevogels die in het gebied voorkomen. Dit uitzichtpunt kan bijvoorbeeld gesitueerd worden op het heuveltje tussen de N203 en de Brakersweg, net ten zuiden van het volkstuinencomplex. Op deze wijze worden de bezoekers van het gebied zich bewust van het bijzondere landschap waar zij doorheen fietsen. Om de openheid van het landschap zo veel mogelijk te behouden is het gebruik van lichtmasten in het open gebied van de strandvlakte niet wenselijk. Dit geldt eveneens vanuit het oogpunt van ecologie en het streven lichtvervuiling tot een minimum te beperken. Voor fase 2 dient zo veel mogelijk gebruik gemaakt te worden van de bestaande verlichting van de Brakersweg en de Startingerweg. Indien extra verlichting toch noodzakelijk is kan er voor gekozen worden bolderarmaturen te gebruiken die niet hoger zijn dan de diverse paaltjes en hekwerken die in het gebied te vinden zijn. Deze hebben als bijkomend voordeel dat de verspreiding van het licht minder is. Op deze manier wordt de lichtvervuiling tot een minimum beperkt en is de impact op de openheid van het landschap minimaal. Andere opgaande elementen zoals bomen en verkeersborden moeten zo veel mogelijk uit het open landschap geweerd worden. de verschillende hekken en paaltjes kunnen als referentie dienen voor de maximale hoogte 15

6v i s i e voorbeeld van een informatiebord, te plaatsen aan het begin/eind van het fietspad lichtmasten in het open landschap geven te veel lichtvervuiling, voor zowel de beeldkwaliteit als de ecologie op de heuvel tussen de Brakersweg en de N203 kan een uitzichtpunt ingericht worden door het gebruik van bolderarmaturen wordt de lichtvervuiling beperkt tot een minimum 16

Ligging Uitgangpunt Ontsluiting Functie/ programma Maatregelen nemen om negatieve effecten op kernkwaliteiten op te heffen Tracé Straatmeubilair Bestrating Principe Beplanting Water Strandvlakte tussen Castricum en Akersloot Zo veel mogelijk integreren in het bestaande landschap In het oosten aansluiten op de Startingerweg ter hoogte van het viaduct over de A9, in het westen op de Brakersweg en Buitendijkspad. Daartussen aansluiten op fase 1 van de fietsverbinding. Fietsverbinding Castricum-Akersloot. Ten behoeve van schoolgaande jeugd maar ook een educatieve en recreative functie. De grote openheid van het landschap wordt behouden. Het tracé van het fietspad moet vrij blijven van bebouwing en opgaande beplanting. Indien mogelijk gebruik maken van de bestaande straatverlichting. Eventueel bestaande straatverlichting verplaatsen of met dubbel armatuur uitvoeren. Indien niet anders mogelijk nieuwe straatverlichting langs het fietspad niet hoger dan de in het landschap aanwezige elementen zoals hekjes en paaltjes. Zo min mogelijk verkeerborden. Het tracé van het fietspad volgt de bestaande verkaveling van de strandvlakte. Het oostelijk gedeelte van fase 2 evenwijdig aan de Startingerweg. Het westelijke gedeelte van fase 2 evenwijdig aan de Brakersweg. Terughoudend omgaan met straatmeubilair en verlichting. Noodzakelijk straatmeubilair voegt zich in de omgeving. Verlichting tot een minimum beperken i.v.m. lichtvervuiling in de donkere polder. Voorkeur voor lage verlichtingselementen, tot ca. 1,5 meter hoog. Donkergrijs asfalt. Geen rood asfalt. Fase 1: uitstraling van oude polderweg, Fase 2: ventweg, minimale ingreep bestaande verkaveling. Geen bomen en struiken. Eventueel lage oeverbeplanting langs en in de sloten als begeleiding van de fietsroute en/of ten behoeve van de ecologie. Te dempen sloten opnieuw aanleggen. Bestaande loop zo veel mogelijk volgen. 7 C o n c l u s i e Er kan gesteld worden dat de locatie geschikt is voor het realiseren van het voorgenomen fietspad mits er aan een aantal randvoorwaarden wordt voldaan. Deze randvoorwaarden zijn in dit hoofdstuk opgenomen in de vorm van een tabel. Uitgangspunt bij de ontwikkeling moet de inpassing in het bestaande landschap zijn. De strandvlakte kenmerkt zich door de grote openheid van het landschap en een rijke (landschappelijke) historie. De inpassing van het fietspad mag deze openheid niet aantasten. Daar fase 2 van het project de loop van bestaande wegen volgt is te verwachten dat de inpassing geen noemenswaardige problemen zal geven. Het fietspad kan, mits zorgvuldig ingepast, een kans zijn om mensen bewust te maken van het ontstaan van het landschap en de natuurwaarde van het gebied. Hiermee kan het fietspad een educatieve functie krijgen voor scholieren en recreanten. 17

18

C o l o f o n Opdrachtgever Contactpersoon Opgesteld door Projectteam gemeente Castricum dhr. Van den Haak Gemeente Castricum Postbus 1301 1900 BH Castricum Tel. (0251) 661122 SAB Amsterdam Jacob Bontiusplaats 9 1018 LL Amsterdam Niels Kropman, planoloog Steven Koning, landschapsarchitect Datum april 2010 19