Gemeente Mook en Middelaar PERSPECTIEFNOTA 2014-2015 (Voorjaarsnota 2014 en Kadernota 2015)
2
Inhoudsopgave 1. Aanbieding 4 1.1. Aanbieding 4 1.2. Leeswijzer 5 2. Voortgang 2014 7 2.1. Programmaoverzicht 7 3. Beleidskader 47 3.1. Begrotingsuitgangspunten 2015-2018 47 3.2. Bedrijfsvoering 53 3.3. Ontwikkelingen (binnen de gemeente) 55 3.4. Indexering/prijscompensatie 65 3.5. Financiering en rente 65 3.6. Rijksuitkeringen 68 3.7. Stelposten 69 4. Financiële positie 70 4.1. Resultaat Jaarrekening 2013 70 4.2. Financieel overzicht bijstellingen bestaand beleid 2014 70 4.3. Financieel overzicht bijstellingen bestaand beleid 2015-2018 70 4.4. Financieel overzicht bijstellingen collegeprogramma 70 4.5. Totaal financieel overzicht 73 4.6. Investeringsplan 2015-2018 74 4.7. Dekkingsmogelijkheden 74 4.8. Eigen vermogen 75 5. Conclusies 77 5.1. Begrotingsresultaten 2014-2018 77 5.2. Dekkingsmiddelen 77 5.3. Voorstellen 77 6. Bijlage 79 6.1. Bijlage 1 Financieel overzicht (bijstellingen) 79 3
1. Aanbieding 1.1. Aanbieding Hierbij bieden wij u de Voorjaarsnota 2014 / Kadernota 2015 in één nota aan, hierna te noemen de Perspectiefnota 2014-2015. Deze Perspectiefnota 2014-2015 is tweeledig. Op de eerste plaats wordt de voortgang gemeld van de doelstellingen zoals deze (letterlijk) zijn opgenomen in de Programmabegroting 2014-2017. Ten tweede bevat deze Perspectiefnota de beleidskaders voor de jaren 2015 tot en met 2018 en is daarmee de basis voor de later op 6 november 2014 te behandelen en vast te stellen Programmabegroting 2015 en de meerjarenplanning 2016-2018. Dit onderdeel is gebaseerd op artikel 3a, lid 1 van de Financiële verordening gemeente Mook en Middelaar ex artikel 212 van de Gemeentewet, dat bepaalt dat het college voor 1 juni van het begrotingsjaar aan de raad een nota aanbiedt met een voorstel voor het beleid en de financiële kaders van de begroting voor het volgende begrotingsjaar en voor de meerjarenraming. De raad stelt deze nota voor 1 juli van het begrotingsjaar vast. Gezien de bijzondere omstandigheid dat er op 19 maart gemeenteraadverkiezingen zijn geweest en er een nieuwe raad is geïnstalleerd, is deze nota uitgesteld in afwachting van het nieuwe coalitieakkoord. Overdrachtsdocument Om de raad en het nieuw gevormde college van burgemeester en wethouders een zorgvuldige start te bieden, is een overdrachtsdocument opgesteld. Dit document dateert van 27 maart 2014 en bevat een ambtelijke inventarisatie van alle belangrijke onderwerpen en de stand van zaken van alle lopende projecten. Het overdrachtsdocument dient ter ondersteuning bij het opstellen van het coalitieakkoord en hiervan afgeleid het collegeprogramma. Deze documenten gaan deel uitmaken van de begrotingscyclus, beginnend bij de Perspectiefnota 2014-2015 en de behandeling daarvan in juli 2014. Verkiezingsprogramma s Coalitieakkoord/Collegeprogramma 2014-2018 Overdrachtsdocument 2014 Bestuursrapportage 2014 *) Lopende begroting 2014 Perspectiefnota 2015 *) Programmabegroting 2015-2018 Positie overdrachtsdocument *) nog afzonderlijk vermeld, thans in één document Perspectiefnota 2014-2015 Toezichthouder Jaarlijks informeert de provincie Limburg ons over aandachtspunten voor het opstellen van de (meerjaren)begroting. Indien mogelijk worden deze aandachtpunten al meegenomen in de Perspectiefnota, anders worden deze punten alsnog verwerkt in de Programmabegroting 2015-2018. In deze Perspectiefnota ligt voor u de basis om ons college het kader te geven voor de te verwerken wensen en prioriteiten zoals deze in de nieuwe Programmabegroting 2015 en de Meerjarenraming 4
2016-2018 verwerkt zullen worden. De aandachtspunten van de toezichthouder zijn beschreven in paragraaf 3.2.1. Uitkomst in één oogopslag Financieel gezien prognosticeren wij voor het jaar 2014 een nadelig saldo van afgerond 15.000. Wij stellen voor om dit bedrag door te schuiven naar de bijstelling van de Najaarsnota 2014. Voor de jaren 2015 tot en met 2018 voorzien wij voordelige begrotingsresultaten van afgerond respectievelijk 43.000, 10.000, 113.000 en 1.000. Deze zijn als volgt opgebouwd: Begrotingsresultaat (bedragen * 1.000) 2014 2015 2016 2017 2018 Begrotingsresultaat vastgestelde programmabegroting (na 1 e wijziging) 2 V 19 V 60 N 42 V 42 V Nagekomen wijzigingen 29 V 29 V 29 V 29 V Subtotaal begroting 2 V 48 V 31 N 71 V 71 V Bijstellingen Perspectiefnota 2014-2015 102 N 128 N 71 N 62 N 174 N Subtotaal 100 N 80 N 102 N 9 V 103 N Bijstellingen nieuw beleid (collegeprogramma) 15 N 42 N 20 N 140 N 10 N Subtotaal 115 N 122 N 122 N 131 N 113 N Dekkingsplan (conform paragraaf 4.5) 100 V 165 V 132 V 244 V 114 V Begrotingsresultaat o.b.v. Perspectiefnota 2014-2015 (na dekkingsplan) 15 N 43 V 10 V 113 V 1 V Deze ramingen zijn gebaseerd op de ramingen van de meerjarenbegroting 2014-2017 aangevuld met de ontwikkelingen die zich na het vaststellen van de Programmabegroting 2014 hebben voorgedaan zoals de effecten van deze Perspectiefnota inclusief de ontwikkelingen op zowel lokaal, regionaal als nationaal niveau. Raadsbehandeling In het vergaderschema 2014 zijn de volgende data opgenomen voor de behandeling van de Perspectiefnota 2014-2015: - 3 juli 2014 : commissie Begroting en Rekening; - 9 juli 2014 : behandeling en vaststelling in de Raad. Voor de behandeling van de Programmabegroting 2015-2018 zijn de volgende data gepland: - 16 oktober 2014 : commissie Begroting en Rekening; - 6 november 2014 : behandeling en vaststelling in de Raad. De begroting moet uiterlijk 15 november 2014 naar Gedeputeerde Staten van de Provincie Limburg. Het afgeleide model Informatie voor Derden (IV3) moet voor 15 november naar het CBS worden verzonden. 1.2. Leeswijzer In hoofdstuk 2 Voortgang 2014 is de voortgang vermeld van de doelstellingen zoals deze zijn vermeld in de Programmabegroting 2014-2017. De onderdelen Wat willen we bereiken? en Wat gaan we daarvoor doen? zijn één op één overgenomen uit de Programmabegroting. Hierdoor is het mogelijk dat de teksten inmiddels door de tijd zijn ingehaald. Vervolgens is, indien van toepassing, de voortgang vermeld. In hoofdstuk 3 Beleidskader zijn, op basis van de algemene uitgangspunten van de Programmabegroting 2014, de algemene ontwikkelingen voor het meerjarig perspectief geactualiseerd. In dit hoofdstuk zijn ook de aandachtspunten van de provincie Limburg vermeld en worden diverse ontwikkelingen opgesomd, welke een (financieel) gevolg kunnen hebben voor het lopende begrotingsjaar 2014, het nieuwe begrotingsjaar 2015 en/of de meerjarenplanning 2015-2018. 5
In hoofdstuk 4 Financiële positie worden diverse overzichten verstrekt met betrekking tot de (financiële) bijstelling van de diverse budgetten (op programmaniveau). Ook wordt hier het verloop van de Vrij Besteedbare Reserve vermeld. In hoofdstuk 5 Conclusies en voorstellen zijn tot slot de conclusies en concrete voorstellen opgenomen. 6
2. Voortgang 2014 2.1. Programmaoverzicht Hieronder wordt per programma een overzicht gegeven van de voortgang van de doelstellingen zoals deze zijn vermeld in de Programmabegroting 2014-2017. 7
Programma 0 Algemeen bestuur Dienstverlening Wat willen we bereiken? 1. Tachtig procent (80%) van alle klantvragen bij het eerste contact beantwoorden; 2. Iedere klant wordt binnen de in het dienstverleningsconcept gestelde tijdsnorm geholpen; 3. De burger waardeert de gemeentelijke dienstverlening met het cijfer 7,5; 4. E-dienstverlening aanbieden volgens de landelijke standaard; 5. Bij grote projecten voelt de burger zich betrokken en gehoord. Wat gaan we daarvoor doen? Dienstverleningsconcept a) Kennis van backoffice naar frontoffice brengen middels actieve kenniskoppels; b) Continueren werken op afspraak en werken met goed telefoonprotocol; c) Visie op zaakgericht werken ontwikkelen; d) Uitvoering geven aan het I&A plan. Participatie - interactief werken a) In de communicatieplannen en -adviezen voor grote projecten wordt de afweging gemaakt voor welke gradatie van interactief werken; b) Consequent communiceren over wat er met de inbreng van participanten is gedaan en motivering van de gemaakte keuzes in het proces van plan- of beleidsvorming. c) Opstellen van en uitvoering geven aan een visie op communicatie en communicatiebeleidsplan. Stand van zaken? Dienstverleningsconcept a) Ten behoeve van de kennisoverdracht van de backoffice naar de frontoffice wordt aanvullend op de bovengenoemde kenniskoppels geëxperimenteerd met de kennisbank. Dit is een intern systeem waarbij baliememo s via intranet worden doorgegeven. Hierdoor wordt informatie gerangschikt per product of dienst en kan middels de zoekmachine gezocht worden naar de juiste, actuele en lokale informatie waarmee de klant uniform te woord kan worden gestaan. Momenteel loopt dit als proef voor de actuele thema s afvalinzameling en milieustraat. Na succesvol verloop wordt dit uitgebreid naar meer producten en diensten. b) Het werken op afspraak wordt gecontinueerd. Aanvullend houden wij gegevens bij hoeveel bezoekers wel/geen afspraak gemaakt hebben. Op termijn gaan wij bezien of aanvullende acties nodig zijn om het werken op afspraak te stimuleren. Wij beantwoorden 90% van de telefoontjes binnen 20 seconden. De meeste vragen worden direct beantwoord. Als wij doorverbinden, verbinden we slechts één keer door. Het huidige dienstverleningsconcept loopt tot 2015. Momenteel wordt gewerkt aan een nieuwe visie voor de jaren 2015 t/m 2020. Deze visie zal ter besluitvorming worden voorgelegd in het tweede halfjaar van 2014. Inhoudelijk zal deze visie aansluiten bij de landelijke visie op dienstverlening Overheidsbrede Dienstverlening 2020 zoals die is vastgesteld door de VNG, KING, VDP en diverse ministeries. c) Er is een Visie Digitaal Werken, met als onderdeel zaakgericht werken, door het college vastgesteld. Naar aanleiding hiervan zal in het najaar van 2014 gestart worden met een aanbesteding voor een Documentair Management Systeem (DMS) dat aansluit op het zakensysteem dat reeds is aangeschaft en aansluit bij de keuzes van de regio. d) Het I&A plan is in 2013 door het college vastgesteld en is financieel vertaald in de door de gemeenteraad vastgestelde begroting 2014 en inmiddels in uitvoering. 8
Participatie - interactief werken a+b) Er is een handboek interactief werken gemaakt. Hierin staat o.a. aangegeven hoe de keuze voor interactief werken gemaakt kan worden. Binnen de organisatie is het zaak dit onderwerp blijvend onder de aandacht te brengen. Het invullen van de communicatieparagraaf in b&w- en raadsvoorstellen is hiervoor een belangrijk hulpmiddel. Ook dit moet blijvend onder de aandacht gebracht worden. c) Het communicatiebeleidsplan is vastgesteld. In het plan is aangegeven dat er (nog) geen bestuurlijke visie op communicatie is vastgelegd en dat het wenselijk is dat raad, college en MT hier met elkaar over in discussie gaan en een eigen visie op communicatie beschrijven. Naast bovengenoemde zaken die in de begroting stonden, wordt er ook uitvoering gegeven aan het convenant met de dorps- en wijkraden, waarbij initiatieven vanuit de bevolking worden ondersteund en gewaardeerd. Op 4 december 2012 heeft het college een convenant ondertekend met de vier dorps- en wijkraden. Dit convenant had ten doel om onder andere de communicatie tussen gemeente en burgers te verbeteren en de burgers zelf meer verantwoordelijk te laten zijn voor hun eigen leefomgeving. De dorps- en wijkraden zijn een belangrijke spreekbuis als het gaat om het behoud van de leefbaarheid in de kernen. Een van de afspraken, voortvloeiend uit het convenant, is dat er recent binnen het gemeentelijk apparaat een contactpersoon voor de wijk- en dorpsraden is benoemd. Daarmee is de wens van een vast aanspreekpunt voor en naar de dorpsraden vervuld. Het college is voornemens de komende tijd voltallig nader kennis te gaan maken met de dorps- en wijkraden en het college is voorstander van een geregeld periodiek overleg tussen de dorpsraden en hem, conform het convenant. Het college hecht er aan te benadrukken dat het in deze tijd van de zich meer en meer terugtrekkende overheid van belang is, dat burgers zelf initiatieven ontplooien, gericht op het behoud van de leefbaarheid in hun kern. De dorpsraad kan daarbij een belangrijke coördinerende rol vervullen. Daar waar aanvullende inbreng vanuit de gemeente is gewenst, zullen de mogelijkheden daartoe vanuit een positieve grondhouding worden onderzocht 9
Bestuurlijke samenwerking Wat willen we bereiken? Een goede samenwerking met partners in de regio met oog voor lokaal belang. Wat doen we daarvoor? a) Uitvoering geven aan het Visiedocument Regionale oriëntatie en samenwerking en actief en slagvaardig (boven) lokale zaken oppakken en samenwerkingskansen benutten, primair gericht op de regio Nijmegen e.o.; b) Indien onverhoopt de zelfstandigheid van de gemeente in het geding is, wordt een referendum per dorpskern gehouden waarbij burgers hun voorkeur uit kunnen spreken over meerdere varianten; c) Ook de Regiovisie Bergen - Gennep - Mook en Middelaar is een beleidsterrein waarop wij in het kader van recreatie en toerisme op (sub) regionale schaal blijven samenwerken. Stand van zaken? a) Samenwerking Uit het Visiedocument blijkt dat er sprake is van een dubbele oriëntatie (d.w.z. zowel noordelijk als zuidelijk). Die zuidelijke oriëntatie vloeit voort uit het zijn van een Limburgse gemeente. Dit betekent sowieso dat de gemeente Mook en Middelaar verplicht deelneemt aan een aantal samenwerkingsverbanden binnen deze provincie. Het gaat dan, zoals u bekend, om de Veiligheidsregio Limburg Noord en de wettelijk verplichte taken binnen de GGD en de RUD. Daarnaast is er een relatie met het Limburgse provinciebestuur. Gelet op de zuidelijke oriëntatie en de gemaakte afspraken met de provincie Limburg is besloten om één jaar op proef deel te nemen aan de Regio Venlo. Dit is een samenwerkingsverband van alle Noord-Limburgse gemeenten. Overleg zal overigens alleen plaatsvinden over de onderwerpen die voor de gemeente Mook en Middelaar van belang zijn en een relatie hebben met de provincie Limburg, zoals toerisme en recreatie en het regionale mobiliteitsoverleg. De gemeente zal uiteraard niet aansluiten bij de onderwerpen waarbij wij ons duidelijk op het noorden richten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de komende decentralisaties op het sociale domein, waarbij wij aansluiten bij de gemeenten in de regio Nijmegen. Uit evaluatie na de zomervakantie zal blijken of de samenwerking na dit proefjaar wordt voortgezet. Op 28 maart 2013 heeft de raad ingestemd met een volgtijdelijk tweesporenbeleid waarbij de gemeente Heumen de preferente samenwerkingspartner is. Tevens heeft uw raad besloten om nader onderzoek uit te voeren naar optimale en maximaal haalbare samenwerking met de gemeente Heumen. De raad heeft verder besloten dat, indien het eerste spoor niet leidt tot een zakelijke overeenkomst, direct het tweede spoor (inkopen/uitbesteden bij de gemeente Nijmegen) dient te worden onderzocht. In december 2013 is dit meer geconcretiseerd en is besloten tot het doen van voorstellen inzake samenwerking met Heumen op de gebieden beheer openbare ruimte en het sociale domein. Tevens is besloten om in een later stadium onderzoek te doen naar samenwerking op het gebied van de bedrijfsvoering. In februari 2014 is ten aanzien van de samenwerking met Heumen de Visienotitie Lokale Toegang tot ondersteuning, zorg en werk en inkomen Heumen en Mook en Middelaar vastgesteld. Daarnaast is op het gebied van openbare ruimte ingestemd met de Visie beheer openbare ruimte. Ten aanzien van de samenwerking Bedrijfsvoering ICT/KCC is er door de raad mee ingestemd om de uitvoering medio 2014 op te pakken. MGR In januari 2014 heeft de raad de Modulaire Gemeenschappelijke Regeling (MGR) Afdeling Rijk van Nijmegen vastgesteld. Een uitvoeringsorganisatie en een platform voor regionaal overleg. Prioriteit ligt bij het werkbedrijf, dat de eerste module van de MGR wordt. De MGR regeling is in alle negen gemeenten van de regio Rijk van Nijmegen vastgesteld. De tekst is inmiddels in negen gemeenten, vóór 1 juli 2014 gelijkluidend vastgesteld. 10
In januari 2014 is verder ten aanzien van ICT besloten tot vaststelling van het bedrijfsplan ICT: samenwerking met 8 gemeenten in de regio Nijmegen. Uitgangspunt is één centraal beheerd netwerk. In fase 1 zal medio 2014 een diensten- en productencatalogus worden vastgesteld. Per 1 januari 2016 maakt de ICT samenwerking deel uit van de modulaire gemeenschappelijke regeling. b) De zelfstandigheid van de gemeente is niet in het geding, waardoor geen referendum is gehouden. c) Regiovisie De drie gemeenten Bergen, Gennep en Mook en Middelaar werken met de Regiovisie Bergen, Gennep en Mook en Middelaar samen om hun positie ten aanzien van de thema s Wonen, Landbouw, Zorg en Recreatie & Toerisme binnen de regio te versterken. De uitwerking hiervan krijgt vorm middels de twee sleutelprojecten Ontwikkeling van het Maasdal en De N271 als etalage van de regio, alsmede via de programma s Innovatief Ondernemerschap en Netwerken & Verbindingen. Bij de uitwerking zijn daarnaast lokale maatschappelijke instanties en ondernemers betrokken. Deze vorm van samenwerking liep oorspronkelijk tot 1 juni 2014. Eind 2013 heeft de Stuurgroep Regiovisie (waarin de drie colleges vertegenwoordigd zijn) zich unaniem uitgesproken voor voortzetting van de samenwerking in het kader van de Regiovisie Bergen, Gennep en Mook en Middelaar. Voor Mook en Middelaar betreft dit uitsluitend Recreatie en Toerisme. Ook de klankbordgroep heeft zich in haar vergadering van 3 februari 2014 unaniem uitgesproken voor een voortzetten van het Regiovisietraject in de komende jaren. Zij acht het van groot belang de gemeenschappelijke positie die de drie gemeenten in de top van Limburg verbindt het vormen van de ruimtelijke schakel tussen twee stedelijke gebieden Rijk van Nijmegen en de regio Venlo in triple helix verband (overheid, ondernemers en (maatschappelijke) organisaties) te blijven beschouwen en uit te diepen aan de hand van concrete projecten, met de in 2010 geformuleerde Regiovisie nog steeds als bron. Geschat wordt dat de kosten structureel 60.000 bedragen, waarvan het aandeel voor Mook en Middelaar 12.236 bedraagt op basis van het aantal inwoners. Hiervoor is vanaf 2016 extra budget benodigd. De kosten voor 2014 en 2015 kunnen bekostigd worden door het restant budget van ongeveer 30.000. Voor de eventuele voortzetting is nog geen collegebesluit genomen. 1. Sleutelproject Ontwikkeling Maasdal Het Maasdal moet beleefbaar worden, ruimte bieden aan kleinschalige landbouw, en ingrepen vanwege de hoogwaterveiligheid moeten gecombineerd worden met de toeristisch recreatieve activiteiten en het cultuurlandschap borgen. Dit sleutelproject geeft de wenselijke invulling van de drie gemeenten ten aanzien van de hoogwatertaakstelling vanuit het Deltaprogramma. De raden van de gemeenten Bergen, Gennep en Mook en Middelaar hebben zich van oktober december afzonderlijk uitgesproken over de voorstellen uit het bestuurlijk beslisdocument Mooi Maasdal. De raad van de gemeente Mook en Middelaar heeft volgens het amendement d.d. 24 oktober 2013 hierop als volgt besloten: 1. In te stemmen met het uitwerken van het Meerjarenplan Maasdal 2014 2018, met alle zaken buiten de hoogwatermaatregelen stemt de raad niet in, deze kunnen aan de raad op een ander tijdstip ter bespreking worden voorgelegd. 2. Kennis te nemen van de uitwerking Plan Hoogwaterveiligheid 2013 en met de betreffende maatregelen in dit kader, voor zover het maatregelen betreffen binnen de gemeente Mook en Middelaar, te weten Zomerbedverbreding Mook (kaart 1 Mooi Maasdal), en Herstel Maasheggenlandschap (kaart 4 Mooi Maasdal). 3. Kennis te nemen van de maatregelen in de gemeente Gennep, plan Maaskemp (kaart 8 Mooi Maasdal) en de Hoogwatergeul Heijen/Afferden (kaart 11 Mooi Maasdal) en in de gemeente Bergen, eveneens de Hoogwatergeul Heijen/Afferden (kaart11 Mooi Maasdal) en de Groene Rivier Well (kaart 15 Mooi Maasdal). 4. Kennis te nemen van de maatregelen aan de Brabantse zijde in de gemeenten Cuijk en Boxmeer te weten: zomerbedverbreding Katwijk en Middelwaert weer eiland (kaart 16 Mooi Maasdal) en zomerbedverbreding Oeffelt (kaart 17 Mooi Maasdal) en Oeffeltse aanbrug (kaart 18 Mooi Maasdal) en Vortumse Geul (kaart 19 Mooi Maasdal). 5. Draagt de gemeenteraad van Mook en Middelaar het college op om de betrokken partijen te bewegen de mogelijkheden om het knelpunt spoorbrug en daarmee samenhangende zaken op te lossen met focus op de optie tot de aanleg van een spoortunnel. 11
6. De Maas te verbreden als uitgangspunt te nemen zonder ontgronding van de uiterwaarde. Bij voorkeur helemaal niet ontgronden, dus geen nevengeul. 7. De nieuw op te stellen deelplannen betreffende hoogwatermaatregelen moeten terugkomen in de raad. 2. Programma Innovatief Ondernemerschap In dit programma staat de samenwerking tussen ondernemers en maatschappelijk organisaties centraal. Deze samenwerking wordt ondersteund door de overheden. Centraal hierin staat momenteel het project Smaakparels, dat dé toeristisch-recreatieve trekker in de top van Limburg moet worden. Doel hiervan is een versterking van de regionale economie door samenwerkingen tussen voedselproducenten, zorg- en onderwijs, horeca en verblijfsrecreatie op te zetten. Het project Smaakparels wordt getrokken door een werkgroep van ondernemers. Voor de uitvoering hiervan wordt ook bij de Regiovisie en de provincie Limburg aangeklopt: Bijdrage gemeenten van 40.000,- (cf. besluit Stuurgroep d.d. 24 april 2014) Bijdrage ondernemers van 71.000 (in uren) Aanvraag bij provincie Limburg van c.a. 40.000,- inzake bijdrage Smaakparels ter bevordering van de economie en concurrentiekracht binnen de regio. 3. Programma Netwerken en Verbindingen Ten aanzien van deze programmalijn zijn er geen lopende zaken: fiets/voetbrug Cuijk Mook wordt getrokken door Stadsregio Nijmegen, rondweg Milsbeek door gemeenten Gennep en reconstructie rondweg Gennep door de provincie Limburg en de gemeente Gennep. De uitbreiding fiets en wandelroutes, in het bijzonder langs de Maas, wordt voor zover aan de orde door de gemeenten zelf opgepakt. 4. Sleutelproject N271 als etalage van de regio Voor de N271 staat een kwaliteitsslag centraal waarmee de route zich moet gaan presenteren als etalage van de regio. De N271 moet beleefd worden als een ketting van prachtige parels. Het gaat hierbij dus niet alleen om de weg zelf, maar ook om haar omgeving. Dit sleutelproject concentreert zich voor de gemeente Mook c.a. op de volgende onderdelen: ontwikkeling van het centrum van Mook realisatie van een pleisterplaats te Plasmolen bijdrage van de provincie vanuit de Regiovisie t.b.v. van centrumplan Mook en de pleisterplaats te Plasmolen de herinrichting N271 Mook en Plasmolen uitzichten op omgeving langs N271 maken De uitvoering/uitwerking van de projecten in het kader van het Regiofonds, het aanpakken van Negatieve Hot Spots en de groene N271 ligt bij de gemeenten. Naamgeving van de route en een pakkende naam voor pleisterplaats wordt in samenhang met de verdere ontwikkeling van het promotie- en marketingplan t.b.v. de Smaakparels voorbereid. 12
Integrale handhaving Wat willen we bereiken? Integrale handhaving 1. Het bereiken van een adequaat niveau van handhaving; 2. De toezichtslast voor bedrijven en burgers zowel in kwantitatieve als in kwalitatieve zin beperken; 3. Het vergroten van de efficiëntie en de effectiviteit van de inzet van middelen op het gebied van integrale handhaving; 4. Het verbeteren van het naleefgedrag; Kwaliteitscriteria 5. Optimale samenwerking met de Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord met betrekking tot de wettelijke taken; 6. Het vinden van en aansluiten bij een samenwerkingspartner of verband met betrekking tot de niet wettelijke taken; Achterstanden 7. De achterstanden op het gebied van handhaving hebben weggewerkt. Wat doen we daarvoor? Integrale handhaving a) De beleids- en uitvoeringscyclus uitvoeren in 2014; b) Controlemomenten en acties afstemmen met de RUD, Brandweer en andere handhavingspartners; c) Digitale hulpmiddelen verder implementeren in het werkproces en uitvoering scherper stellen op basis van gegenereerde informatie uit urenregistratie en uitgevoerde acties; d) Met of via handhavingspartners informatievoorziening over handhaving verbeteren; Kwaliteitscriteria e) De producten en werkprocessen vanuit de RUD borgen en implementeren in de organisatie; f) Toekomstbestendige samenwerking op het gebied van handhaving tot stand brengen; Achterstanden g) De projecten om de achterstanden weg te werken hebben afgerond in 2014. Stand van zaken? Integrale handhaving Voor de uitvoering van toezicht en handhaving wordt in 2014 een uitvoeringsprogramma vastgesteld. Bij de vorming van dit uitvoeringsprogramma wordt met de handhavingspartners (brandweer RUD) afstemming gezocht, zodat controles zo veel mogelijk in gezamenlijkheid worden uitgevoerd. Door de organisatorische veranderingen bij de regionale brandweer (Veiligheidsregio Limburg Noord) en in de aanloopfase van de RUD vraagt dit nog enige aandacht. Ook de accentverschillen uit het coalitieakkoord (meer toezicht op verrommeling, groen en overlast) zullen verder worden uitgewerkt in het uitvoeringsprogramma. De digitale hulpmiddelen bij toezicht werken op dit moment naar behoren. De volgende fase is het inrichten en koppelen van de verschillende digitale systemen. Op dit moment wordt gewerkt aan het operationeel maken van het vergunningzaaksysteem Squit Xo, zodat in de volgende fase digitale koppelingen gelegd kunnen worden met andere digitale systemen binnen de organisatie. Dit met oog op het zo efficiënt mogelijk inrichten van het werkproces. De combinatie van de komende veranderingen (kwaliteitscriteria) en prioritering van werkzaamheden maakt dat het aspect informatieverbetering dit jaar niet zal worden opgepakt. 13
Kwaliteitscriteria De Regionale Uitvoeringsdienst Limburg Noord is al ruim een jaar in de lucht. Na een aanvankelijk trage start wordt er regionaal hard gewerkt aan het realiseren van een stevige netwerkorganisatie. Door vorming van kennisgroepen, een digitaal uitwisselingsplatform, vaste werkprocessen en overlegstructuren worden de producten en werkprocessen steeds beter. De gemeente Mook en Middelaar neemt volwaardig deel aan deze ontwikkeling van de RUD en incorporeert de werkwijze en producten van de RUD steeds meer in haar eigen werkprocessen en eindproducten. Per 1 januari 2015 zullen alle taken op het gebied van de uitvoering van de Wabo moeten voldoen aan de kwaliteitscriteria. Onlangs heeft het college een keuze gemaakt voor een regionale samenwerkingspartner en wordt er op dit moment gewerkt aan de aansluiting van ook de nietwettelijke VTH-taken bij het samenwerkingsverband RUD Limburg Noord. De commissie Samenleving heeft hierover een memo ter kennisgeving aangeboden gekregen. De kern van de memo is: De uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving op het terrein van het Omgevingsrecht dienen per 1 januari 2015 te voldoen aan zogenoemde kwaliteitscriteria. Op basis van een zelfevaluatie is geconstateerd dat de gemeente Mook en Middelaar deze taken niet meer zelfstandig kan blijven uitvoeren. Per 1 januari 2013 worden de werkzaamheden op het gebied van uitvoering van basistaken, hoofdzakelijk milieugerelateerde zaken, uitgevoerd door de RUD Limburg Noord. Als deelnemer in de netwerkorganisatie RUD Limburg Noord bestaat de mogelijkheid om het gehele Wabo-takenpakket in te brengen in de RUD Limburg Noord. In tegenstelling tot de zogenoemde basistaken bestaat voor de niet-basistaken de mogelijkheid om deze buiten de veiligheidsregio te beleggen. De afgelopen maanden is onderzocht op welke wijze de uitvoering van deze niet wettelijke taken (zogenoemde Bouwen, Reclame, Inritten, Kappen en Slopen BRIKS-taken) het meest toekomstbestendig kan worden uitgevoerd. Omwille van de preferente samenwerking met de gemeente Heumen en bestuurlijke oriëntatie is uitvoerig bekeken of de uitvoering van de BRIKStaken, al dan niet in samenwerking met de gemeente Heumen, kon worden ondergebracht bij de Omgevingsdienst Regio Nijmegen. De bevindingen en conclusies uit verschillende verkenningen, onderzoeken en gesprekken op zowel bestuurlijk als ambtelijk niveau met Heumen en de ODRN maakt dat in termen van kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid een ontoereikende, efficiënte en toekomstbestendige samenwerking met de ODRN kan worden gerealiseerd. Samenloop van activiteiten waarin met twee uitvoeringsdiensten moet worden gewerkt, leidt in de praktijk tot inefficiëntie en risico op fouten. Een ander vraagstuk is dat het vrijwel is uitgesloten om personeel slechts op basis van een contractrelatie over te brengen naar de ODRN. De ODRN heeft van de deelnemende gemeenten reeds een taakstelling meegekregen en kampt wat betreft de zogenaamde BRIKS-taken reeds met een overcapaciteit. Het college van burgemeester en wethouders ziet in een samenwerking met de RUD Limburg Noord meer mogelijkheden om de uitvoering en dienstverlening op een meer efficiëntere, goedkopere en betere wijze te laten uitvoeren met daarbij de voordelen om de dienstverlening dichter bij de burgers en bedrijven te kunnen blijven houden. Dit standpunt is met de gemeente Heumen besproken en zij hebben aangegeven begrip te hebben voor de gemaakte keuze. Achterstanden De achterstanden op het gebied van handhaving van bouwen en ruimtelijke ordening zijn weggewerkt. Op het gebied van milieutoezicht geldt dat in 2014 een toezichtprogramma wordt gepland dat ook de achterstanden op dit gebied grotendeels moet wegwerken. Per 1 januari 2015 kunnen daarmee alle (actuele) handhavingszaken direct worden opgepakt en is er sprake van een actueel inrichtingenbestand. 14
Bestuursondersteuning raad en rekenkamer(functie) Wat willen we bereiken? 1) Goede ondersteuning van de gemeenteraad zodat de raad zijn kaderstellende controlerende en volksvertegenwoordigende taken optimaal kan invullen; 2) Hoge(re) opkomst bij de gemeenteraadsverkiezingen; 3) Burgers informeren en betrekken bij besluitvormingsprocessen. Wat gaan we daarvoor doen? a) De griffier zorgt dat het griffieproces gestroomlijnd verloopt; b) Duidelijke afspraken binnen de organisatie over het (griffie)proces; c) Evalueren van het functioneren van de rekenkamerfunctie; d) In het kader van de gemeenteraadsverkiezingen, verkiezingskrant en verkiezingsdebat organiseren; e) Raadsinformatie op de website is tijdig en compleet; f) In de Ter Sprake regelmatig aandacht besteden aan raadszaken. Stand van zaken? a) De griffier heeft er, in samenwerking met de administratieve ondersteuning, voor gezorgd dat het griffieproces steeds gestroomlijnder is gaan verlopen. Dit geldt niet alleen voor het versturen van stukken, maar ook het up-to-date houden van de website. b) Inmiddels is een bestuurlijk verbeterproces gestart. Er zijn in februari 2014 nieuwe afspraken gemaakt, hetgeen positieve gevolgen heeft voor het griffieproces. c) De rekenkamercommissie heeft verslag uitgebracht van haar werkzaamheden. d) Er is een werkgroep gevormd, waarbij alle fracties zijn betrokken en die er voor heeft gezorgd dat er een verkiezingskrant is uitgebracht. Het verkiezingsdebat heeft één week voor de verkiezingen plaatsgevonden in Mook. Dit is georganiseerd door dagblad De Gelderlander met ondersteuning vanuit de afdeling Dienstverlening. e) De raadsinformatie op de website is in de loop van 2014 steeds meer gecompleteerd en wordt na iedere raadsvergadering geüpdatet met getekende raadsbesluiten. f) Naast het aankondigen van commissie- en raadsvergaderingen en het vermelden van de agendaonderwerpen worden ook raadsaangelegenheden in toegankelijke bewoordingen vermeld. In het voorjaar van 2014 heeft uitgebreide informatie in Ter Sprake gestaan over de gemeenteraadsverkiezingen, afscheid van de oude raadsleden, de installatie van de nieuwe raadsleden en het afscheid van de voormalige wethouders. 15
Programma 1 Openbare orde en veiligheid Brandweer en rampenbestrijding Wat willen we bereiken? 1) Continuïteit van het huidige, lokale zorgniveau brandveiligheid binnen het verzorgingsgebied; 2) Veilige en professionele brandbestrijding en hulpverlening; 3) Een optimale gemeentelijke (bestuurlijk en ambtelijk) rampenbestrijding- en crisisbeheersingsorganisatie. Wat gaan we daarvoor doen? Brandweer a) Uitvoeren van het Organisatieplan voor het Brandweerdistrict Venray ; b) Uitvoeren van het opleidings- en oefenbeleidsplan 2011-2014. Rampenbestrijding a) Uitvoering geven aan het regionaal crisisplan; b) Uitvoering geven aan het regionaal oefenbeleidsplan; c) Doorontwikkeling van de Oranje Kolom (gemeentelijke processen) binnen de bestaande begroting Veiligheidsregio Limburg-Noord (budgettair neutraal). Stand van zaken? De gemeente Mook en Middelaar maakt onderdeel uit van de Veiligheidsregio Limburg-Noord om de bovenstaande taken uit te kunnen voeren. In 2013 is het landelijk ingezette proces van schaalvergroting in de regio Limburg-Noord afgerond. Zo zijn bijvoorbeeld inmiddels alle brandweerdistricten en het Centraal Meld- en Actiepunt aangesloten. Daarnaast bevindt deze organisatie zich in een reorganisatie. Met die schaalvergroting en reorganisatie wordt op dit moment hard gewerkt aan een kwaliteitsslag die zijn uitwerking gaat krijgen op de brandweerzorg en rampenbestrijding in onze regio. In 2014 en 2015 heeft dit tevens consequenties voor het begrotingsproces. Er wordt toegewerkt naar een geharmoniseerde (regio)begroting met als doel te komen tot een kosten-verdeel-systematiek voor de kosten van de veiligheidsregio, gebaseerd op een niveau van dienstverlening waarvoor consensus bestaat bij de 15 regiogemeenten. In 2016 zal dit daadwerkelijk zijn uitwerking hebben op de gemeentelijke bijdrage. De kwaliteitsslag heeft ook betrekking op de huidige plannen. Dit betekent dat het regionaal crisisplan, het oefenbeleidsplan, etc. worden geactualiseerd. Tot nadere vaststelling worden de huidige afspraken voortgezet. De doorontwikkeling Oranje Kolom (gemeentelijke processen) verloopt volgens planning. Per 1 oktober 2014 zal een aantal gemeentelijke functies bovenlokaal worden ingevuld, zodat we een team aan specialisten in de regio hebben die de cruciale functies binnen de rampenbestrijding kunnen uitvoeren. De ontwikkelingen verlopen budgettair-neutraal. De gemeente Mook en Middelaar heeft op basis van de consultatierondes in 2013, uitgevoerd door de Veiligheidsregio, begin 2014 haar zienswijze op het dekkingsplan bekend gemaakt. Het dekkingsplan is geschreven op basis van het verzoek van de minister om de opkomsttijden te verbeteren en de daartoe noodzakelijke stappen te nemen. Om te komen tot betere cijfers is met name gekozen voor de inzet van zogenaamde snelle interventie voertuigen (SIV s). De voorlopige inzet van de SIV vanuit Gennep laat echter voor Mook en Middelaar vooralsnog geen enkele verbetering zien voor dit dekkingspercentage voor de gemeente Mook en Middelaar (gaat van 31,4% naar 31,9% in plaats van de norm van minimaal 50%). Er is in de cijfers zelfs sprake van een niet te verdedigen onevenwichtige verdeling. Met de inzet van een SIV in de kop van Limburg worden in het (concept) dekkingsplan de verschillen zelfs vergroot. Derhalve is de Veiligheidsregio verzocht de inzet van de SIV binnen het 16
gebied Limburg-Noord zo snel mogelijk opnieuw te beoordelen om ook in de gemeente Mook en Middelaar uit te komen op het minimale opkomstpercentage van 50%. Gemeenten moeten evenwichtig profijt hebben van de verschillende oplossingsmogelijkheden en nog belangrijker: alle inwoners binnen de Veiligheidsregio hebben recht op een aanvaardbaar niveau van brandweerzorg. Dat geldt voor alle gemeenten die onderdeel uitmaken van de Veiligheidsregio en dus zullen op diverse onderdelen verdere onderzoeken worden gehouden om te komen tot de norm van 50%. Begin 2015 zullen hiervan de resultaten worden opgeleverd. Openbare orde en veiligheid Wat willen we bereiken? Leefbaarheid Een leefbaar en veilig Mook en Middelaar waarbij inwoners, bezoekers en ondernemers Mook en Middelaar zien als een fijne en veilige gemeente om te wonen, te werken, zich te vestigen of te bezoeken. Wat gaan we daarvoor doen? Leefbaarheid a) Integraal Veiligheidsbeleid: uitvoeren van het lokaal integraal veiligheidsbeleid 2013-2016; b) Uitvoering geven aan het regionaal beleidsplan Politie Limburg 2013-2014; c) Uitvoering geven aan nieuwe Drank- en Horecawet (invoeringsdatum 1 januari 2013); d) Toezicht: inzet van de BOA in nauwe samenwerking met de politie bij het aanpakken van de problemen in dorpen, wijken en het buitengebied. Stand van zaken? a) De prioriteiten uit het Integraal Veiligheidsbeleid worden op lokaal en regionaal niveau actief opgepakt. Zo is inmiddels gestart met buurtbemiddeling en wordt op lokaal en regionaal niveau geïnvesteerd in o.a. de aanpak van woninginbraken, fietsendiefstallen en jeugdoverlast. b) Verder wordt op dit moment gewerkt aan een nieuw beleidsplan Politie Limburg voor 2015-2018. Daar vormt het lokaal integraal veiligheidsbeleid een onderlegger voor ten aanzien van de verdeling van capaciteit over de geprioriteerde veiligheidsthema s binnen de eenheid Limburg. Dit zal in 2014 worden vastgesteld. c) Voor de uitvoering van de taken met betrekking tot de nieuwe Drank- en Horecawet wordt afstemming gezocht met naastgelegen gemeenten voor de praktische uitvoering. d) De uitvoering van toezicht loopt conform gemaakte afspraken. Waar nodig vindt afstemming plaats met betrokken disciplines. De BOA wordt actief ingezet bij overlastzaken, maar treedt ook preventief op. Voor de samenwerking op het gebied van BOA-taken is een samenwerkingsovereenkomst gesloten met de gemeente Heumen. Er vindt op dit moment afstemming plaats met naastgelegen gemeenten over de inzet op zowel het land als op het water. 17
Programma 2 Verkeer, vervoer en waterstaat Mobiliteit en wegbeheer Wat willen we bereiken? Mobiliteit De mobiliteit binnen de regio en de gemeente Mook en Middelaar in stand houden en indien mogelijk verbeteren. Zoals het verder verknopen van middelen van vervoer, in samenhang met het lokale en regionale vervoersnetwerk. Waaronder in de regio met Bergen en Gennep synergie en efficiencyvoordelen ontwikkelen door afstemming tussen ov- en doelgroepenvervoer en inbreng geven aan de OV-concessie Limburg 2016. Verkeersveiligheid Inzicht in de verkeersveiligheid binnen de gemeente en de eventuele benodigde maatregelen om de verkeersveiligheid te verbeteren. Maatregelen uitwerken aangereikt vanuit het onderzoek naar mogelijkheden tot verbeteren van de leefbaarheid langs de doorgaande wegen naar Groesbeek. Wegbeheer Het in stand houden van de wegen en verhardingen binnen de gemeente, dit overeenkomstig de uitgangspunten van het Wegenbeheersplan 2012-2016. Wat gaan we daarvoor doen? Mobiliteit In stadsregioverband en het RMO Noord-Limburg zal er verder worden gewerkt aan de visie op mobiliteit, dit voor verschillende beleidsonderdelen, zoals openbaar vervoer en fietsverkeer. Dit niet alleen in de vorm van beleidsafstemming, maar ook concrete zaken, zoals de voorbereiding / uitvoering van de aanleg van de (snel)fietsroute Cuijk-Mook-Nijmegen en de aanleg van een keerlus voor buslijn 1 bij het treinstation Mook-Molenhoek. Het RMO Noord-Limburg en het programmabureau Regiovisie zullen ook ondersteuning bieden bij de inbreng en bij de aanbesteding van het Openbaar vervoer binnen de provincie Limburg (OV-aanbesteding 2016-2026). Verkeersveiligheid Voor 2013 staat geprogrammeerd het onderzoek naar de verkeerssituatie op de bestaande routes van en naar Groesbeek. Op basis van het resultaat hiervan en de verdere besluitvorming over eventuele verkeermaatregelen op deze routes zal de uitvoering hiervan ter hand worden genomen. Het actualiseren en vaststellen van een nieuw gemeentebreed Verkeersveiligheidsplan. Het plan bestaat uit een deskundige en objectieve beoordeling van de verkeerssituatie(s) binnen de gemeente, zo nodig aangevuld met een maatregelenpakket waarmee de verkeersveiligheid wordt verbeterd binnen de gemeente. Een werkproces waarbij inwoners, de dorpsraden en overige belangengroeperingen worden betrokken. Wegbeheer Uitvoeren van het Wegenbeheersplan 2012-2016. Stand van zaken? Verkeer en mobiliteit In regioverband met de Stadsregio Arnhem-Nijmegen en het Regionaal Mobiliteitsoverleg Noord- Limburg is er gewerkt op beleids- en uitvoeringsniveau aan de thema s verkeer en mobiliteit. Concreet: de aanbesteding van het Openbaar vervoer binnen de provincie Limburg (OV-aanbesteding 2016-2026), de voorbereiding van de aan te leggen snelfietsroute Cuijk-Mook-Nijmegen en afstemming met ProRail over de aanleg van een keerlus nabij het treinstation Mook-Molenhoek voor lijnbus 1 in Molenhoek. Zo ook het onderzoek naar de verkeerssituatie op de wegen van en naar 18
Groesbeek, in de kernen Mook en Molenhoek. Ten aanzien van de keerlus voor buslijn 1 is het plan om deze op gemeente grond aan te leggen, hoek Stationstraat / Lindenlaan. De Stadsregio Arnhem Nijmegen is hierover geïnformeerd en is intern het werkproces voor realisatie opgepakt. Voor wat betreft de snelfietsroute is in het bestuurlijk overleg in november 2013 unaniem gekozen voor een voorkeursvariant van de hoofdroute, inclusief de fietsbrug over de Maas. De betrokken provincies en de Stadsregio spannen zich in om aanvullende financiering te verkrijgen voor deze variant. Het streven is nog steeds om medio 2014 duidelijkheid te verkrijgen over de definitieve haalbaarheid en te komen tot een bestuurs- overeenkomst voor de realisatie. Binnen het werkproces is tevens aandacht gevraagd en gekregen, voor de veerpont Middelaar-Cuijk. Een onderzoek om duidelijkheid te verkrijgen in de verkeerssituatie op de routes van en naar Groesbeek is afgerond. Een onderzoek om zo nodig te komen tot maatregelen ter verbetering van de verkeersveiligheid en de leefbaarheid op de routes voor de korte en middellange termijn. Bij het onderzoek zijn de bewoners en dorps- en wijkraden betrokken. De resultaten van het onderzoek en de eventuele maatregelen worden in 2014 aan de gemeenteraad voorgelegd. Wegbeheer Er is invulling gegeven aan de uitvoering van het Wegenbeheerplan, planjaar 2013. Naast het structurele planmatige onderhoud, zijn er ook ad hoc herstelwerkzaamheden uitgevoerd. De werkzaamheden voor 2014 zijn in voorbereiding. Waterkering Het waterschap heeft in 2010 en 2013 haar waterkeringen getoetst op veiligheid. In 2013 is ook onderzocht wat dit betekent voor de veiligheid tijdens een hoogwater. Uit dit onderzoek blijkt dat het waterschap binnen de gemeente Mook en Middelaar voor één locatie tijdens hoogwater maatregelen moet nemen om de veiligheid te verbeteren. Het waterschap benadrukt dat de dijken langs de Limburgse Maas momenteel veiliger zijn dan ooit tevoren. Van een deel van deze dijken was al bekend dat ze niet voldoen aan de huidige maatstaven. Voor een deel van de trajecten zijn inmiddels al dijkversterkingen gepland en in uitvoering. In 2012 is het waterschap Peel en Maasvallei concreet gestart met de voorbereiding van een verbetering van de kade in Mook. Het is de bedoeling dat de huidige hoogwaterbescherming van 1/50 jaar, verhoogd wordt naar een beschermingsniveau van 1/250 jaar. In 2013 is door Royal Haskoning DHV het bestaande dijktracé in Mook onderzocht op hoogte en constructiesterkte. Het onderzoek resulteert in een concept varianten-nota die in de eerste helft van 2014 gereed zal zijn. De nota dient als uitgangspunt voor verdere besluitvorming over een voorkeursvariant van de maatregel(en), bij dit proces worden belanghebbenden en de overige overheden betrokken en gehoord. Binnen dit proces moet de gemeente aandacht hebben voor haar belang, waaronder de plannen voor de Maaskade en de relatie met het Hart van Mook. 19
Programma 3 Economische zaken Handel en ambacht Wat willen we bereiken? 1. Het faciliteren van een sterke lokale verbrede economie die minder kwetsbaar is voor conjuncturele schommelingen; 2. Een verbetering van de dienstverlening naar ondernemers; 3. Het herstructureren van het bedrijventerrein Korendal, zowel wat betreft de private kavels als ook de openbare ruimten; 4. Investeren in het verbeteren van de openbare ruimte als onderdeel van de herstructurering van het bedrijventerrein Korendal; 5. Het ontwikkelen van een ruimtelijke invulling van het Station Mook-Molenhoek en zijn omgeving. Wat gaan we daarvoor doen? a) Een bredere economische structuur kan bereikt worden door het stimuleren en ondersteunen van ondernemerschap (starters) en het werken aan huis mogelijk te maken, meer werkgelegenheid en ruimte bieden aan ondernemers; b) Stimuleren van bedrijvigheid ter versterking van met name het toeristische karakter van de gemeente; c) Stimuleren van overleg met ondernemers en belangenbehartigers van ondernemers; d) In het kader van de Structuurvisie Toerisme en recreatie de projecten TOP Station Mook- Molenhoek en Mook magnifiek aan de Maas verder uitwerken en ondernemers interesseren om hier invulling aan te geven. Stand van zaken? a) In alle bestemmingsplannen is inmiddels de mogelijkheid opgenomen om het werken aan huis mogelijk te maken. Verder kan men via het ondernemersloket contact opnemen met de bedrijfscontactfunctionaris als men vragen heeft over het starten van een bedrijf, de eisen waar men aan moet voldoen etc. Via de gemeentelijke rubriek Ter Sprake zal aandacht worden besteed aan de mogelijkheden om aan huis een beroep uit te oefenen en ook aan de mogelijkheden voor kleinschalige toeristisch recreatieve ontwikkelingen. b) Eveneens is in alle bestemmingsplannen de mogelijkheid opgenomen om in of bij een woning een bed & breakfast of een kleinschalige verblijfsmogelijkheid te starten. Andere mogelijkheden op toeristisch recreatief gebied zijn opgenomen in de Structuurvisie Toerisme en Recreatie gemeente Mook en Middelaar. Hierin worden ondernemers en organisaties uitgenodigd om hierin beschreven mogelijkheden op te pakken en te starten. c) Op verzoek van de ondernemersvereniging(ovm) en de winkeliersvereniging Molenhoek vindt er periodiek overleg plaats. d) Voor de TOP (Toeristisch OverstapPunt) Station Mook Molenhoek is in samenwerking met de Stadsregio Arnhem Nijmegen een Knooppuntennotitie opgesteld. In deze notitie zijn de mogelijkheden voor ontwikkelingen in dit gebied verkend. Hierbij is ook rekening gehouden met het eerder door de raad vastgestelde Masterplan Herstructurering Korendal. Inzet van beide documenten is het verder ontwikkelen van dit gebied, waarbij het uitgangspunt is dat alle ontwikkelingen moeten passen in hun natuurlijke omgeving. De herprofilering van de Bovensteweg maakt hier ook onderdeel van uit en hiervoor is inmiddels een plan ontwikkeld. Verder wordt er met ondernemers op Korendal overleg gevoerd over duurzaamheid in de ruimste betekenis. 20
Mook Magnifiek aan de Maas krijgt op dit moment voor een deel al invulling d.m.v. het project Hart van Mook als onderdeel van het Project N271. Hierbij wordt ook al een eerste relatie bewerkstelligd met het Maaspark Mook. 21
Programma 4 Onderwijs Bijzonder basis- en voortgezet onderwijs Wat willen we bereiken? Leerplicht 1) Een doorgaande lijn van voorschoolse educatie - primair onderwijs - middelbaar onderwijs; 2) Startkwalificatie voor alle schoolverlaters of, als dat door een lichamelijke of geestelijke handicap niet haalbaar is, het vermogen zo zelfstandig mogelijk in de samenleving te functioneren. Passend Onderwijs Doel van Passend onderwijs is de kwaliteit en de organisatie van het onderwijs aan leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben te verbeteren. Scholen moeten binnen een samenwerkingsverband een ondersteuningsplan opstellen. De gemeente zal hierbij afstemming zoeken met het jeugdbeleid en het leerlingenvervoer. Leerlingenvervoer Zorg voor het vervoer van leerlingen naar de voor hen passende vorm van onderwijs, een en ander op basis van de criteria van de verordening leerlingenvervoer. Onderwijshuisvesting Kwalitatief goede huisvesting voor het geven van onderwijs. Wat gaan we daarvoor doen? Leerplicht a) De leerplichtambtenaar controleert of de leerplicht en kwalificatieplicht wordt nageleefd; b) De leerplichtambtenaar geeft voorlichting. Ook geeft hij voorlichting aan jongeren over het belang van naar school gaan en de gevolgen van het overtreden van de Leerplichtwet; c) De leerplichtambtenaar brengt jaarlijks een verslag uit aan de raad over het in het laatst afgesloten school- of cursusjaar in de gemeente gevoerde leerplichtbeleid. Passend Onderwijs Zorg dragen voor inbreng bij de totstandkoming van het onderwijsplan van het samenwerkingsverband onderwijs met betrekking tot de afstemming met het jeugdbeleid en het leerlingenvervoer. Onderwijshuisvesting Uitvoeren jaarprogramma onderwijshuisvesting voor de noodzakelijke voorzieningen, in overleg met schoolbesturen en/of samenwerkingsverbanden. Stand van zaken? Leerplicht De controles en de voorlichtingsactiviteiten verlopen volgens planning. In overleg met de gemeenten Venray en Nijmegen is overleg gepleegd om de overheveling van de leerplichtadministratie over te hevelen van Venray naar de regio Nijmegen. Op die manier wordt een doorgaande lijn binnen het jeugdvolgsysteem gerealiseerd. Passend Onderwijs In januari zijn de convenanten voor het op overeenstemming gericht overleg met de samenwerkingsverbanden passend onderwijs ondertekend. Voor het primair onderwijs behoort de gemeente Mook en Middelaar tot de regio Noord-Limburg, voor het voortgezet onderwijs behoort zij (evenals Gennep en Bergen) bij de regio Nijmegen. De samenwerkingsverbanden hebben voor de periode 2014-2015 ondersteuningsplannen passend onderwijs opgesteld. De Stichting Katholiek Onderwijs heeft gewaarborgd dat voor kinderen uit de 22
gemeente Mook en Middelaar ook afspraken zijn gemaakt met samenwerkingspartners in de regio Nijmegen voor de doorverwijzing van kinderen naar scholen voor speciaal onderwijs in die regio. De samenwerkingsverbanden dienen de ondersteuningsplannen te bespreken met de gemeenten in hun regio. Daarvoor zijn regionale overlegstructuren (op overeenstemming gericht overleg, afgekort OOGO) ingericht. Gemeenten hebben geen instemmingsrecht en stellen de ondersteuningsplannen niet vast. Indien zij het niet of gedeeltelijk niet eens zijn met de ondersteuningsplannen en niet tot overeenstemming komen, dan kunnen zij naar de landelijke geschillencommissie stappen. De procedures zijn in een convenant vastgelegd en door de samenwerkingsverbanden en deelnemende gemeenten ondertekend. Leerlingenvervoer De verordening wordt in juli 2014 aangeboden aan de raad. Onderwijshuisvesting Er zijn in 2014 geen actuele ontwikkelingen op het gebied van onderwijshuisvesting. De effecten voor de overdracht van de onderhoudsgelden wordt de komende periode in beeld gebracht. 23