Maatwerkgericht handelen van docenten VO



Vergelijkbare documenten
Maatgericht handelen van docenten in het vo!

Maatwerkgericht handelen van docenten

Haal eruit wat er in zit!

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Inhoudsopgave Inleiding... 2 Theoretisch kader... 6 Onderzoeksopzet en uitvoering Onderzoeksresultaten en producten... 21

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden

Maatwerk Mogelijk! Meer maatwerk in de brugklas van het vmbo. Dit onderzoek is uitgevoerd met subsidie van NRO.

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LD

De ontwikkeling van de Mondriaan methode VISIE OP PROFESSIONALISEREN

Functieprofiel. Leraar. op OBS Het Toverkruid LA, 1,0 FTE. Aanstelling voor een jaar welke bij goed functioneren kan leiden tot een vaste aanstelling.

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

competentieprofiel groepsleerkracht/ docent algemeen vormend onderwijs Het Driespan

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning Leerdoelen en persoonlijke doelen Het ontwerpen van het leerproces Planning in de tijd 89

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen

OVERDRACHTSKUNDE. Stichting Kwaliteitscentrum Schoonheidsverzorging Utrecht

Verhogen van leerlingmotivatie. bij wereldoriëntatie / kernconcepten door motivatie-ondersteunend leerkrachtengedrag

CHECKLIST PASSEND ONDERWIJS EN OMGAAN MET VERSCHILLEN IN DE OVERGANG VAN PO NAAR VO

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs

Rapport Docent i360. Test Kandidaat

Bekwaamheidseisen of competenties docenten LC

Pluspunt Een professioneel voorbeeld zijn voor leerlingen en in gesprek blijven over de vraag hoe gaan we met elkaar om.

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

COMPETENTIE 1: INTERPERSOONLIJK COMPETENT

Competenties en bekwaamheden van een Daltonleerkracht

Zelfevaluatie. Inleiding:

Zelfgestuurd werken bevorderen door teamteachen

Professionalisering Pedagogisch- en didactisch handelen voor assistenten, leraarondersteuners en overig onderwijsondersteunend personeel

Werkdocument Checklist positieve factoren in een Transfer-/Trajectklas

Enquête inzet leermiddelen

Leeromgeving en organisatie

Doorlopende leerlijnen. Arjan Clijsen, Wout Schafrat en Suzanne Beek. Competentiescan Handelingsgericht werken in het voortgezet onderwijs

Herinrichting Schoolplein mavo 3

Passend onderwijs. Wat is het niet? Filmpje

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Effectief leren

Interpersoonlijk competent

Samenwerking. Betrokkenheid

Box 2: Vaststellen beginsituatie Handelingsgericht werken op PABO s en lerarenopleidingen VO

OBS De Hobbitstee Leerdam

UITWERKING KOERS BEST ONDERWIJS

Gespreksformulieren LA personeel Dommelgroep

doordat er op dat moment geen leeftijdsgenootjes aanwezig zijn. Als ze iets mochten veranderen gaven ze aan dat de meeste kinderen iets aan de

Eindbeoordeling van het assessment Startbekwaam (op grond van portfolio, presentatie en criterium gericht interview)

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

Onderzoeksvraag Uitkomst

SCOL Sociale Competentie Observatielijst. Analyse doelen Jonge kind

Werkproces 1: Interpersoonlijk competent: De leerkracht is zich bewust van zijn houding en gedrag en de invloed daarvan op de groep.

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

SWPBS: meer dan behaviorisme? W i n d e s h e i m z e t k e n n i s i n w e r k i n g

Werkgroep portfolio & coaching. portfolio handleiding

LeerWerkPlan VLO fase 1, Zwolle

Opbrengstgericht omgaan met verschillen. Bijeenkomst 3 Onderwijsbehoeften en differentiatievormen: differentiatie in instructie

Rapport Docent i360. Angela Rondhuis

Protocol overgang van PO naar VO

Het verbeteren van zelfwerkzaamheid van 2 havo/vwo leerlingen.

opbrengstgericht werken in en door de sectie Scan voor de sectie

Aantekenformulier van het assessment PDG

Nieuw curriculumontwerp De nieuwe rol van de docent. Willy Reijrink Innovatiedocent Innoverend onderzoeken/ onderzoekend innoveren

Visie op ouderbetrokkenheid

Protocol doubleren en versnellen (def. versie 5/1/2015)

Beleid (hoog)begaafdheid. Hoe gaan we om met begaafde en hoogbegaafde kinderen op De Krommen Hoek

Inhoud: Opdracht 1 pagina 2 Opdracht 2 pagina 3 Opdracht 3 pagina 4 Opdracht 4 pagina 5 Opdracht 5 pagina 6

Huiswerkbeleid Beleidsdocument Huiswerk opgeven en plannen De Passie Utrecht Namens de werkgroep: Matthijs Langeraar April 2018

Hoe is de definitieve vragenlijst Kwaliteitsgarantie Economische Vakken tot stand gekomen?

Kenniskring leiderschap in onderwijs. Voorbeeld onderzoek in eigen organisatie

Bijlage 1 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODCUCT PDG

Huiswerkbeleid

Zelfgestuurd leren met Acadin

Achtergrond. Missie Onze missie op basis van deze situatie luidt:

Samen opbrengstgericht werken = vakmanschap versterken!

Leren & Leven in het Kindcentrum

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Als de weektaak heel snel af is, krijgt een leerling meer uitdagende leerstof, en zijn er extra hoeken te kiezen.

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk) Naam: Wouter van Straten Adviseur: Floor Meijer Datum: 15 maart 2014

Steunpunt Zorg & Onderwijs Fryslân

KPB Observeren en differentiëren

Deelopdracht 1: Onderzoek naar het onderwijsconcept van jouw leerwerkplek

Denken om te leren Een praktische aanpak voor leraren om evalueren om te leren te integreren in het dagelijkse onderwijs.

Checklist bij 'Een doorgaande lijn PO - VO voor hoogbegaafde leerlingen'

Bijeenkomsten

Eindverslag Academische Opleidingsschool Sophianum, juni 2011

Huiswerk, het huis uit!

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

1 De leraar creëert een veilig pedagogisch klimaat

DE PLUSBUS. Informatiebrochure voor ouders

Inhoudsopgave. Inleiding 13

Beoordeling werkplekleren jaar 2 DEELTIJD

Samenvatting Schoolondersteuningsprofiel. Naam School

2. Waar staat de school voor?

Samen bouwen aan schoolontwikkeling

Passend onderwijs en weloverwogen beslissen. Praten over leerlingen op basis van een ontwikkelingsperspectief en onderwijsbehoefte.

Scholingsplan Samen in ontwikkeling

Verantwoording gebruik leerlijnen

KPB Activerende didactiek

Studeren en Leren Vorm VWO PERSOONLIJKE RAPPORTAGE VAN. Naam Z

Concept mapping en klinisch redeneren een uitdagende manier van leren en doceren

Box 4: Evaluatie HGW in het handelen van de student tijdens stage

Excellente Leerkracht SBO, SO/VSO. Stichting Meerkring LC 11 Onderwijsproces -> Leraren Marieke Kalisvaart

Scenario: theoretisch blok (voorbeeldscenario / blauwdruk van een leerpraktijk)

Ondernemerschaponderwijs. Kansloze onderneming?

Transcriptie:

Maatwerkgericht handelen van docenten VO

Maatwerkgericht handelen van docenten VO In deze brochure: Maatwerk leveren door docenthandelen af te stemmen op leerlingkenmerken: theoretische achtergronden Aan de slag met maatwerkgericht handelen:het voorbeeld van het Baken Stad College Deze brochure is samengesteld in het kader van het SLOA project Haal eruit wat erin zit!, op het Baken Stad College, vmbo school in Almere. De school voert dit project uit van september 2011 tot

september 2013, samen met onderzoeksbureau Oberon uit met subsidie vanuit de SLOA regeling, VO Raad, Utrecht. Het Baken Stad College is een vmbo school die aan alle leerlingen kwalitatief goed onderwijs op maat wil geven. De school zoekt naar manieren om dit op maat bieden van onderwijs te verbeteren. In het tweejarige SLOA project op het Baken Stad Collegedraait het om het afstemmen van docenthandelen op de individuele behoeften van leerlingen, met andere woorden het leveren van maatwerk. Dit maatwerkgericht handelen vraagt om informatie over leerlingen en de deskundigheid van docenten om deze informatie om te zetten in handelen afgestemd op de leerling. Docenten gaan in het SLOA project op basis van gegevens over leerlingen maatwerkgericht handelen in teamverband vormgeven. Dit wordt ondersteund door onderzoek met als centrale onderzoeksvraag: Hoe kunnen docenten het eigen handelen afstemmen op de onderwijsbehoeften van leerlingen, gebruikmakend van beschikbare gegevens over deze leerlingen? Maatwerkgericht handelen vormt een centraal begrip binnen het project. Het onderzoek is gestart met een literatuurstudie. Daarbij is ook gekeken naar leerlingkenmerken die een rol kunnen spelen in het vormgeven van maatwerkgericht handelen. In deze brochure worden de belangrijkste bevindingenbeschreven. Vervolgens wordt in de brochure ingegaan op hoe men op het Baken Stad College aan de slag is gegaan met maatwerkgericht handelen.

Definitie van maatwerkgericht handelen Maatwerk leveren op school betekent het onderwijs afstemmen op de individuele leerling. In de literatuur ligt de nadruk op leerlingen met een achterstand of gedragsproblemen, maar maatwerkgericht handelen is bedoeld voor elke leerling, dus ook voor het ontwikkelen van talent. De definitie voor maatwerkgericht handelen kan geformuleerd worden als:activiteiten van docenten die aansluiten op de leerbehoefte van individuele leerling gericht op het positief beïnvloeden van het leren van de leerling. Figuur 1. Theoretisch model maatwerkgericht handelen Maatwerk Aansluiten op leerbehoefte van leerlingen Handelen Activiteiten van docenten die tijdens de les en / of buiten de les om plaatsvinden Maatwerkgericht handelen Activiteiten van docenten die aansluiten op de leerbehoefte van de individuele leerling gericht op het positief beïnvloeden van het leren van de leerling Omgaan met verschillen kan onder andere door differentiatie toe te passen in de school en/of klas. Externe differentiatie betreft differentiatiebuiten de klas op leervermogen en niveau van de leerlingen. Bij interne differentiatie gaat het om differentiatie binnen de klas en betreft verschillen binnen een vak waardoor leerlingen in te delen zijn in betere, gemiddelde en zwakkere leerlingen (Bosker, 2005). Bij interne differentiatie zijn twee vormen van differentiatie mogelijk. De eerste vorm is erop gericht dat alle leerlingen bepaalde minimumdoelen halen die voor alle leerlingen gelijk zijn. In de praktijk betekent dit dat de inspanningen van de docent zich vooral richten op de laag presterende leerlingen. In de tweede vorm wordt gestreefd alle leerlingen een sprong voorwaarts te laten maken, dus zowel laag- als hoogpresteerders. Maatwerkgericht handelen in relatie tot Passend onderwijs Het Nederlands onderwijsbeleid beoogt dat elk kind onderwijs krijgt dat het beste bij zijn of haar talenten beperkingen past (Beurden & Dietvorst, 2011). Onder invloed van ontwikkelingen rond Passend Onderwijs, krijgen docenten meer te maken met heterogene populaties leerlingen.het doel

van Passend onderwijs is dat er voor alle leerlingen, met of zonder extra onderwijsondersteuning, een passend onderwijsaanbod is (Walraven, Kieft & Broekman, 2011). Afstemmen van het eigen handelen van docenten op de individuele onderwijsbehoeften van leerlingen wordt hiermee nog belangrijker. Maatwerk leveren De kwaliteit van maatwerk hangt af van de docent die het in de praktijk moet realiseren (Meijer, 2005). Wat docenten doen in de klas hangt samen met hun opleiding, ervaring, overtuigingen en houding en met de situatie in de klas en de school. Ook factoren buiten de school zoals lokale en regionale voorzieningen, beleid en financiering hebben hier invloed op (Adema et al., 2009). Om inzichtelijk te maken hoe maatwerkgericht handelen een onderdeel kan zijn van het handelingsrepertoire van de docent is in figuur 2 een indeling gemaakt van de SBL-competenties (Stichting Beroepskwaliteit Leraren) voor VO docenten en de mogelijke relatie tot maatwerkgericht handelen. Figuur 2. Theoretisch model maatwerkgericht handelen in combinatie met SBL competenties

Buiten de klas Binnen de klas Reflectie en ontwikkeling Het effect van het geleverde maatwerkgericht handelen voor de leerling in kaart brengen en bekijken waar voor de docent ontwikkelpunten liggen op het gebied van maatwerkgericht handelen. Samenwerken met omgeving Eventuele begeleiding/extra verdieping buiten de klas laten aansluiten op activiteiten binnen de klas. Maatwerkgericht handelen: Activiteiten van docenten die aansluiten op de leerbehoefte van de individuele leerling gericht op het positief beïnvloeden van het leren van de leerling. Inter-persoonlijk Positieve aandacht hebben voor de individuele leerbehoefte van de leerling. Pedagogisch Aanbieden van meest passende leeromgeving, zodat de leerling zich kan ontwikkelen op sociaal en emotioneel vlak. Samenwerken in een team Vakoverstijgende onderwijsbehoefte van de leerling met elkaar bewaken en gezamenlijk de efficiëntste aanpak van maatwerkgericht handelen toepassen. Vakinhoudelijk-didactisch Leerinhoud afstemmen op het individueel leertraject van de leerling. Door bijvoorbeeld differentiatie en instructie methode aan te laten sluiten op de leerling. Organisatorisch Bijhouden van leerling-gegevens om inzicht te krijgen in de groei van de leerling en het effect van maatwerkgericht handelen. Leerlingkenmerken en maatwerkgericht handelen Maatwerkgericht handelen kan niet zonder een goed beeld te hebben van de kenmerken van de leerling. Simons (1995) heeft een bruikbare indeling gemaakt van leerlingkenmerken die er toe doen in leerprocessen, en die gebruikt kan worden bij het vormgeven van het maatwerkgericht handelen. Figuur 3. Leerling-kenmerken in relatie tot leerproces (Simons, 1995, p1.)

Directe leerlingkenmerken De directe leerling-kenmerken staan het dichtst bij de leerprocessen en hebben een belangrijke relatie met de leerprocessen en de leerprestatie van de leerling. De directe leerling-kenmerken zijn onder te verdelen in leeractiviteiten, denkactiviteiten, voorkennis en leersituatiebeleving & vakbeleving. Een leerling zet leeractiviteiten in om een bepaald leerdoel te bereiken. Denkactiviteiten worden door een leerling gebruikt bij het verwerken van informatie. Leerlingen bezitten voorkennis, maar deze verschilt in de mate van compleetheid, juistheid, beschikbaarheid, toegankelijkheid, en structurering en organisatie. De leersituatiebeleving bepaalt in belangrijke mate de leerintentie van de leerling. Wanneer bijvoorbeeld een leerling de taak uitdagend vindt wil de leerling zich inspannen. De vakbeleving is een subjectieve waardering van het vak. Dit blijkt een belangrijke rol te spelen bij de waardering van een leersituatie. Zowel de vak- als de leersituatiebeleving beïnvloeden de leerprestatie van de leerling. Leerpsychologische leerling-kenmerken Onder leerpsychologische kenmerken worden leerstijlen, metacognitieve kennis en vaardigheden, leervermogen en leer- & prestatiemotivatieverstaan. Leerlingen kunnen verschillende leerstijlen hebben. Docenten dienen hierop in te springen zodat iedere leerling een diepere verwerking van de leerstof kan bereiken. Verondersteld wordt dat leerlingen met veel metacognitieve kennis, kennis

over het eigen cognitieve functioneren, beter hun cognities kunnen sturen. Het leervermogen van de leerling hangt hier mee samen. Onder leervermogen wordt verstaan het zelfstandig kunnen uitvoeren van een leerfunctie zoals cognitieve, affectieve en metacognitieve activiteiten die tijdens het leerproces uitgevoerd moeten worden. Het leervermogen van de leerling hangt af van het type leeromgeving waarin de leerling zich bevindt. Bij prestatiemotivatie, het gericht zijn op het nastreven van succes en de daaraan verbonden positieve gevoelens, spelen het beeld van de eigen bekwaamheid, de intrinsieke motivatie, de extrinsieke motivatie, en de oriëntatie op succes of falen een rol. De leerpsychologische leerling-kenmerken hebben invloed op de leerprestatie via de directe leerlingkenmerken. Metacognitieve kennis en vaardigheden en leervermogen zijn vooral van invloed via de voorkennis en de leer- en denkactiviteiten. De leer- en prestatiemotivatie en het beeld van eigen bekwaamheid zijn vooral van invloed via de leersituatie- en vakbeleving. Algemeen psychologische leerlingkenmerken Er zijn vele psychologische leerling-kenmerken, maar Simons (1995) richt zich alleen op intelligentie. Intelligentie heeft namelijk invloed op de leerpsychologische en de directe leerlingkenmerken. Leerlingen zelf zijn in hun ideeën over intelligentie in te delen in twee groepen. De ene groep denkt dat intelligentie te beïnvloeden is door je best te doen of door nieuwe vaardigheden te werven. De andere deel denkt dat intelligentie een vast gegeven is en niet veranderbaar is. Dit verschil in opvatting kan het gedrag van leerlingen ten opzicht van leeractiviteiten bepalen. Het blijkt dat leerlingen met een statisch intelligentie begrip niet geneigd zijn voor zichzelf doelen te stellen om hun competentie te vergroten, iets nieuws uit te vinden of te komen tot dieper begrip in tegenstelling tot leerlingen met een dynamisch intelligentiebegrip. De invloed van intelligentie op de leerprestaties verloopt waarschijnlijk via de directe en leerpsychologische leerling-kenmerken; voorkennis, leeractiviteiten, metacognitieve vaardigheden en leerstijlen. Indirecte leerlingkenmerken Onder indirecte leerling-kenmerken worden leeftijd, ervaring, geslacht en thuismilieu verstaan. Deze hebben via directe en leerpsychologische leerling-kenmerken en mogelijk ook via algemene psychologische kenmerken invloed op de leerprocessen en leerprestatie. Leeftijd en ervaring hebben vooral invloed via voorkennis, leeractiviteiten en leerstijlen. Geslacht heeft vooral invloed via motivationele factoren, zoals het toeschrijven van slagen en falen aan interne en externe oorzaken of het hebben van voorkeuren voor vakken en opleidingstrajecten als gevolg van sekserolopvattingen. Deze opvattingen worden maar voor een klein deel bepaald door opvoeding en onderwijs en wellicht meer door onderlinge beïnvloeding en persoonlijke factoren. Het thuismilieu heeft voornamelijk invloed op het leerproces en leerprestatie via motivatie en leer- en denkactiviteiten.

Aan de slag met maatwerkgericht handelen Alvorens concreet op school bezig te gaan met maatwerkgericht handelen is het verstandig eerst de situatie op school in kaart te brengen. Hierbij gaat het niet alleen om hoe het maatwerkgericht handelen eruit ziet en welke leerlinggegevens beschikbaar zijn, maar ook om de houding van docenten en schoolleiding ten aanzien van maatwerkgericht handelen en de wijze waarop zij dit handelen vormgeven al dan niet gebruikmakend van aanwezige informatie over leerlingkenmerken. We beschrijven hier ter inspiratie voor andere scholen, op welke manier het Baken Stad College dit heeft uitgevoerd. Resultaten van het in kaart gebrachte maatwerkgericht handelen kunt u vinden in de brochure: Haal eruit wat er in zit! (Baken Stad College/Oberon, 2012). Perceptie op maatwerkgericht handelen van actoren In school is gestart met een brede oriëntatie op wat docenten verstaan onder maatwerkgericht handelen met het doel te komen tot een breed gedragen definitie, bewustwording van het belang en de eigenrol enhet openen van de discussie over de inhoud van het concept. Dit is gedaan door afname van een vragenlijst en het voeren van gesprekken met docenten door docentonderzoekers en externe onderzoekers. De vragenlijst en de gesprekken richten zich op houding en handelen van docenten (hoe sta ik erin?) en de organisatie (hoe staat de school erin?). Docenten zijn bevraagd op: Eigen definitie van maatwerkgericht handelen Welke informatie over leerlingen zij (willen) gebruiken bij het vormgeven van het vakonderwijs Op welke manier ze maatwerkgericht handelen vorm (willen) geven Welke leerlingkenmerken volgens hen belangrijk zijn bij maatwerkgericht handelen Ook met leerlingen is gesproken over de manier waarop docenten in de klas aandacht hebben voor leerbehoeften van individuele leerlingen.

De schoolleiding is bevraagd op de visie ten aanzien van maatwerkgericht handelen, de eigen rol, en de mate van ondersteuning van docenten. Wat gebeurt er al in school aan maatwerkgericht handelen? Docenten, schoolleiding en leerlingen hebben een beeld bij maatwerkgericht handelen in de eigen school. Om te toetsen of dit beeld overeenkomt met de realiteit in de praktijk is op het Baken Stad College het daadwerkelijke maatwerkgericht handelen in kaart gebracht. Maar hoe meet je nu bij de docenten hun maatwerkgericht handelen? Het Baken Stad College heeft dit bij haar docenten onderzocht met behulp van vignetten. Dit zijn systematisch uitgewerkte beschrijvingen van concrete lessituatieswaarin kenmerken van leerlingen zijn verwerkt en waarbij de docenten is gevraagd aan te geven hoe men zou handelen in de specifieke situatie. Ook is gevraagd naar de reden van handelen en op basis van welke kennis of ervaring de docenten handelen. De vignetten zijn speciaal voor het Baken Stad College ontwikkeld door onderzoekers en docenten. De leerlingkenmerken die in de vignetten zijn toegepast zijn leerlingkenmerken die volgens de docenten van het BSC belangrijk waren om hierbij maatwerk te leveren. In de tabel op de volgendepagina is te zien welke kenmerken door de docenten (N=60) van het BSC. De door de docent genoemde kenmerken blijken vooral te vallen onder de directe en leerpsychologische leerlingkenmerken zoals onderscheiden door Simons (1995).

Directe leerling-kenmerken Leerpsychologische leerling-kenmerken Leerlingkenmerken ten behoeve van maatwerkgericht handelen Kenmerken benoemd in interview en Mogelijke definitie enquête Motivatie De mate van gerichtheid op het nastreven van Leermotivatie succes en de daaraan verbonden positieve Prestatiemotivatie gevoelens (beeld van eigen bekwaamheid, Gerichtheid op kennisverwerving intrinsieke motivatie, extrinsieke motivatie, Niet gaan voor een zesje succesoriëntatie. Zelfstandigheid (leervermogen) De mate van het zelfstandig kunnen uitvoeren van leerfuncties (cognitieve, affectieve en metacognitieve activiteiten) die tijdens leerprocessen uitgevoerd moeten worden. De leerling met veel leervermogen is in staat zijn eigen leren goed voor te bereiden, de benodigde leeractiviteiten uit te voeren en het leren adequaat te sturen Mate van behoefte aan structuur Bereidheid tot reflectie Leerling-docent interactie Spullen meenemen /op orde hebben Agenda gebruik Nalatigheid Leersituatie en vakbeleving Ongeïnteresseerd Wisselende werkhouding Nalatigheid De mate van behoefte aan structuur tijdens leerprocessen. De mate van uitdaging en interesse van de taak volgens de leerling. De mate van subjectieve waarding van het vak Denkactiviteiten Spanningsboog Concentratie Snel afgeleid Behoefte aan minder factoren die afleiden Capaciteit per vak (denk en leeractiviteiten) Achterstanden Behoefte aan individuele uitleg Moeite hebben met informatie opnemen Goede / betere leerlingen Meer moeite met basiskennis Meer moeite met vaardigheden Capaciteit ontbreekt Veel talent, sterke en zwakke leerlingen Taalniveau Dyslectisch Spellingsproblemen Behoefte aan extra tijd Sterk / zwakker in spelling woordbegrip De mate van gerichtheid en concentratie tijdens het leerproces De mate waarin een leerling voor het vak voorkennis heeft en denkactiviteiten en leeractiviteiten beheerst. De mate waarin de leerling de taal beheerst met name op het gebied van spelling en woordbegrip.

Uiteindelijk zijn de door docenten genoemde kenmerken samengevat onder twee hoofdnoemers: capaciteit en prestatiemotivatie.ter illustratie van mogelijke uitkomsten van het in kaart brengen van maatwerkgericht handelen is onderstaande tabel opgenomen: Lage capaciteit Gemiddelde capaciteit Hoge capaciteit Hoge prestatiemotivatie Lage prestatiemotivatie Extra begeleiding Werk Meer controleren lesstof en fouten opnieuw maken (om probleem te achterhalen) Leerling verplaatsen (dicht bij bureau van docent voor extra begeleiding Motiveren en stimuleren Werk controleren en fouten opnieuw maken (om probleem te achterhalen) Meer verdiepingsstof Meer verdiepingsstof Andere leerlingen laten helpen Motiveren, stimuleren en uitdagen Bij negatieve invloed van klas op leerling: in gesprek gaan met leerling Uit de resultaten van de vignetten kwam naar voren dat de docenten van het BSC een divers handelingsrepertoire bezitten en ditweten toe te passen in verschillende klassensituaties endat zij dit vooral doen op basis van ervaring en gevoel. Welke informatie over leerlingen is beschikbaar en hoe wordt ontsloten voor docenten? Behalve in kaart te brengen hoe men denkt over maatwerkgericht handelen in school en hoe er daadwerkelijk gehandeld wordt, is het zinvol te kijken welke informatie over leerlingen de school ter beschikking staat en hoe docenten deze informatie tot zich krijgen of kunnen nemen. Een docentonderzoeker betrokken in het SLOA project heeft alle informatiebronnen geïnventariseerd en beschreven, in schema gezet en daarbij aangegeven op welke wijze de informatie toegankelijk is voor docenten. In de vragenlijst en gesprekken met docenten is gesproken over hoe zij hun weg vinden in deze beschikbare informatiestroom. Door de gesprekken is onder andere duidelijk geworden dat veel van de beschikbare informatie niet of nauwelijks wordt gebruikt door docenten en dat zij vooral op eigen manieren informatie over leerlingen verzamelen door observatie in de les, toetsen en via de leerling zelf. Van in kaart brengen naar een plan voor maatwerkgericht handelen De fase van het in kaart brengen van maatwerkgericht handelen is afgerond op het Baken Stad College. De in kaart gebrachte situatie dient nu als uitgangspunt voor het maken van een plan voor maatwerkgericht handelen. Docenten van Baken Stad College gaan met elkaar in gesprek over de verschillende mogelijkheden van maatwerkgericht handelen. Dan wordt ook bekeken hoe de informatie over leerlingen ontsloten kan worden ten behoeve van het handelen op maat in de klas en hoe docenten vanuit die informatie onderwijs op maat kunnen realiseren. Dit gebeurt in twee docententeams. Vervolgens gaan de docenten van beide kernteams werken met de plannen voor

maatwerkgericht handelen in leerjaar 1. Ter ondersteuning zullen wederzijdse observaties door docenten en intervisiebijeenkomstenplaatsvinden. Door regelmatig te evalueren kan het effect van maatwerkgericht handelen zichtbaar worden. Literatuurverwijzingen Adema, E., Loeffen, E., Miltenburg, E., Voets, M., & Wit de, C. (2009). Passend & Competent. Onderzoek naar competenties van leraren bij Passend onderwijs. s-hertogenbosch: KPC Groep Baken Stad College/Oberon (2012). Haal eruit wat erin zit!. Brochure SLOA project. Beurden, B., &Dietvorst, C. (2011). Het komt op de leraar aan. Den Haag: Boom Lemma Uitgevers. Bosker, R.J. (2005). De grenzen van gedifferentieerd onderwijs. Gevonden op 14-02-2012: http://redes.eldoc.ub.rug.nl/files/root/2005/r.j.bosker/bosker.pdf Meijer, C. J. W. (2005). Inclusief onderwijs en de praktijk in de klas in het voorgezet onderwijs. Samenvattend rapport 2005 European Agency for Development in Special Needs Education ISBN: 87-91500-22-2 Simons P. R. J. (1995). Leerling-kenmerken. In Onderwijskunde: een kennisbasis voor professionals, pp.14-40. Groningen: Wolters-Noordhoff Walraven, M., Kieft, M., Broekman, L. (2011). Passend onderwijs aan leerlingen met gedragsproblemen; Ervaren docenten uit het voortgezet onderwijs aan het woord. Utrecht: Oberon

Colofon Deze brochure is ontwikkeld in het kader van het SLOA project Haal eruit wat erin zit!, op het Baken Stad College te Almere. Het SLOA project wordt gesubsidieerd vanuit de SLOAregeling, VO- Raad, Utrecht. Het SLOA project wordt uitgevoerd in samenwerking met Oberon, onderzoeks- en adviesbureau voor het onderwijs te Utrecht. Voor meer informatie over het SLOA project kunt u contact opnemen met het Baken Stad College, Sonja Lensen of Tijmen Schipper (www.hetbaken.nl) of Oberon, Ditte Lockhorst (www.oberon.eu). Deze brochure is samengesteld door: Oberon: [logo] Ditte Lockhorst Marjolein Verkammen-Baarda Eelco van Aarsen Miriam Walraven Baken Stad College:[logo] Sonja Lensen Tijmen Schipper Gerard Roos Andere brochures die in het kader van dit SLOA project zijn samengesteld: Haal eruit wat erin zit! over de resultaten van de eerste onderzoeksfase van het SLOA project. Almere/Utrecht, februari 2012