Nr. 56 M A G A Z I N E Tweemaandelijks November - December 2015 www.amonis.be Afgiftekantoor: Antwerpen X Amonis Magazine Erkenningsnummer: P404054 Best Belgian Pension Fund 2014 Fiscaliteit Een praktijk aan huis fiscaal optimaliseren Geconventioneerde kinesitherapeuten Sociale voordelen straks in drie niveaus Onze adviseurs Staan altijd voor u klaar FAQ Amonis Pensioen (II) Pensioenopname: uw vragen, onze antwoorden
EDITO Sector in beweging Jan Pollers Een nieuwe wind waait door verschillende domeinen van onze sector. De tweede pensioenpijler lijkt te gaan veranderen als gevolg van twee belangrijke regeringsprojecten. Een eerste project gaat over het koppelen van de opname van het aanvullende pensioen aan de wettelijke pensioenleeftijd. Een tweede ontwerp handelt over de mogelijkheden om eenieder dezelfde kansen op een bijkomend pensioen toe te kennen als een zelfstandige die werkt via een vennootschap. Beide projecten onderstrepen het belang van de tweede pensioenpijler in de financiering van de pensioenen. Ook de sociale voordelen RIZIV evolueren. Het Koninklijk Besluit dat verschillende activiteitsdrempels invoert voor kinesitherapeuten wacht op publicatie. Een voorstel van Koninklijk Besluit in diezelfde richting bestaat ook al voor artsen. Logopedisten van hun kant onderhandelen dan weer over de opname van sociale voordelen in hun conventie, naar het voorbeeld van andere beroepen. En tot slot, wat het rendement betreft, lijkt de markt te evolueren naar een systeem van variabele rentes gebaseerd op de rentes van staatsobligaties op 10 jaar, en dit binnen een minimum en een maximum. Amonis is als voortrekker al in 2004 gestart met een systeem van flexibele rentes. Op dat moment hadden de marktrentes het huidige, historisch lage niveau nog niet bereikt. Dankzij deze aanpassing zijn we in de mogelijkheid om u rendementen toe te blijven kennen die tot de hoogste van de markt behoren: 2,3% basisrente in 2015. Tom Mergaerts Chief Executive Officer Dr. Herwig Van Dijck Voorzitter van de Raad van Bestuur 2. M A G A Z I N E
Korte berichten Sociale voordelen RIZIV Artsen en tandartsen afgestudeerd in 2015: 3 maanden om uw sociale voordelen RIZIV aan te vragen U heeft recht op de sociale voordelen RIZIV vanaf het jaar waarin u afstudeert. Vraag ze zo snel mogelijk aan. Vanaf dit jaar wenst het RIZIV uw aanvraag te ontvangen maximaal 3 maanden nadat u uw RIZIV-nummer heeft gekregen. Contacteer ons zo snel mogelijk om dit in orde te brengen: 0800/96.119. En voor artsen die in 2016 afstuderen Artsen die in 2016 afstuderen en van wie het stageplan wordt goedgekeurd, zullen recht hebben op het volledige bedrag van de sociale voordelen RIZIV. Wordt het stageplan niet goedgekeurd voor 31 december 2016, dan wordt het bedrag van de sociale voordelen RIZIV berekend volgens het prorata van conventionering, zoals dat nu het geval is voor alle afgestudeerde artsen in 2015. Deze bepalingen vormen onderdeel van een ontwerp van Koninklijk Besluit. Inhoud 4. Fiscaliteit Een praktijk aan huis fiscaal optimaliseren 7. Zoom Onze adviseurs staan altijd voor u klaar 8. Sociale voordelen Geconventioneerde kinesitherapeuten: uw sociale voordelen straks in drie niveaus 10. Pensioen Pensioenopname: uw vragen, onze antwoorden (II) Tweede pensioenpijler Uitstel pensioenopname Naast het uitstellen van het wettelijk pensioen overweegt de regering ook de opname van het kapitaal uit de 2de pensioenpijler uit te stellen. De bedoeling is om de opname van het aanvullende pensioen te linken aan het wettelijke pensioen. De bedragen opgebouwd in de tweede pijler zouden dan niet meer kunnen worden opgenomen vóór de wettelijke pensioenleeftijd, eventueel wel op de vervroegde wettelijk pensioenleeftijd. Hiermee wil de regering het aanvullend karakter van de tweede pensioenpijler versterken ten opzichte van de eerste pijler. Deze maatregel zou al vanaf 2016 in werking kunnen treden, met een overgangsfase voor bepaalde leeftijdscategorieën. Wij volgen dit nauwgezet op en brengen u op de hoogte zodra we over meer informatie beschikken. V.R. 3.
Praktijk management Een praktijk aan huis fiscaal optimaliseren Hoe u uw praktijk beheert - als eigenaar of huurder, als natuurlijke persoon of in een vennootschap - wordt allereerst bepaald door financiële overwegingen. Toch mag u de fiscale aspecten niet uit het oog verliezen. Welk deel van uw woning is bestemd voor uw praktijk? Dit moet u eerst beslissen. Het beroepsgedeelte wordt doorgaans bepaald door het oppervlak van de ruimtes die u gebruikt voor uw praktijk: de werkkamer, de consultatieruimte en de wachtkamer. Daaraan kunt u een percentage van sommige andere ruimten toevoegen, zoals het toilet, de garage, de kelder of de inkomhal. Hoe groter het beroepsgedeelte, hoe meer u kunt aftrekken van de belastingen. Let er echter wel op dat u niet overdrijft in uw aangifte. U wilt de belastingadministratie immers niet tegen u in het harnas jagen... Een discussie met de fiscus kan uiteindelijk duurder uitkomen en de belastingplichtige moet altijd bewijzen dat het gedeelte dat hij aangeeft ook effectief wordt gebruikt voor beroepsdoeleinden. Houd ook rekening met de stedenbouwkundige voorschriften wat vergunningen betreft (in het algemeen is er geen vergunning vereist onder de 75 m²) en de toegestane drempel (45% van het totale oppervlak van de woning in het Brusselse gewest). Neem bij twijfel contact op met de administratie. Toestemming krijgen van de verhuurder Als u uw woning huurt en daarin uw praktijk wilt vestigen, kunt u het deel van de huur, alsook bij voorbeeld de kosten voor elektriciteit en verwarming overeenstemmend met het beroepsgedeelte aftrekken. Op deze manier verlaagt u uw belastbaar inkomen. Vergeet echter niet dat u toestemming moet hebben van de verhuurder om een praktijk aan huis te beginnen (behalve als dit uitdrukkelijk is voorzien in de huurovereenkomst) en deze kosten af te trekken. Uw verhuurder valt namelijk onder een fiscaal minder gunstig regime als zijn eigendom wordt gebruikt voor beroepsdoeleinden. De huurder moet voorzorgsmaatregelen treffen en een schriftelijke toestemming eisen, verklaart François Collon, advocaat-fiscalist bij het bureau Hirsch & Vanhaelst. Als de huurder zich niet houdt aan de huurovereenkomst, kan de verhuurder de overeenkomst eenzijdig opzeggen en een schadeloosstelling eisen die even groot is als de extra belasting die de verhuurder moet betalen. Eigenaar: de kosten aftrekken Bent u eigenaar van uw woning als natuurlijke persoon? En oefent u er ook uw professionele activiteit uit? Dat is het eenvoudigste geval, aldus François Collon. Als eigenaar kunt u ook de kosten voor de elektriciteit of verwarming aftrekken, evenredig met het beroepsgedeelte van de woning. U kunt bovendien 3% van het beroepsgedeelte van de woning afschrijven per jaar, uitgaande van de aankoopprijs. De bijkomende kosten, zoals de kosten van de notaris, de registratierechten en het honorarium van de architect kunt u volledig aftrekken in het jaar waarin u de kosten maakt. En tot slot kunt u ook de rente van de hypotheek aftrekken, voor het beroepsgedeelte van de woning. Al deze transacties hebben geen enkele invloed op de belastingaftrek voor de enige en eigen woning, waar u als privépersoon recht op hebt. De medische vennootschap als eigenaar Het komt regelmatig voor dat een medische vennootschap een onroerend goed bezit waarvan de zorgverstrekker en zijn gezin een deel gebruiken voor privédoeleinden (dat moet wel uitdrukkelijk zijn vermeld in de statuten van de vennootschap). Het feit dat de woning - plus de verwarming en elektriciteit gratis ter beschikking worden gesteld, vormt een belastbaar voordeel van alle aard. Oorspronkelijk was dat fiscaal gunstiger dan een klassieke vergoeding, maar nu de belastingdruk zo hoog is geworden 4. M A G A Z I N E
Fiscaliteit Uw praktijk verhuren aan uw medische vennootschap is de gunstigste oplossing Corbis (bijna verdubbeld), is deze praktijk minder interessant geworden. Dat geldt vooral voor onroerende goederen met een niet-geïndexeerd kadastraal inkomen van meer dan 750. Het belastingvoordeel wordt berekend door het gerevaloriseerde kadastrale inkomen te vermenigvuldigen met 380/60e, tegen 200/60e in het verleden. Voor de vennootschap zijn de kosten van het onroerend goed, in theorie, aftrekbaar, maar de belastingdienst kan de uitgaven die niet rechtstreeks verband houden met de beroepsactiviteit weigeren. Ook hier is voorzichtigheid geboden als de vennootschap u de woning verhuurt, in plaats van deze gratis ter beschikking te stellen. Want als het oorspronkelijke voordeel van alle aard groter is dan de huur, wordt u belast op het verschil. Een patrimoniumvennootschap Een andere mogelijkheid is een patrimoniumvennootschap op te richten voor de aankoop van uw woning-artsenpraktijk. Het belangrijkste voordeel ten opzichte van de medische vennootschap is dat de belastingdienst in principe minder bezwaar zal maken tegen de aftrek van de kosten, omdat het doel van de vennootschap niet het uitoefenen van een medisch beroep is. De patrimoniumvennootschap wordt dus in theorie minder belast, met name dankzij de aftrek van de aflossingen en rente. Twee aandachtspunten: het huurbedrag dat u betaalt aan de vennootschap moet hoog genoeg zijn om de kosten van de aankoop van het onroerend goed en de andere kosten van de vennootschap te dekken. Een dergelijke juridische structuur gaat wel gepaard met grotere kosten en verplichtingen, zoals het bijhouden van een boekhouding, opstellen van jaarrekeningen en de betaling van de vennootschapsbijdrage. 5.
Fiscaliteit De artsenpraktijk verhuren aan de vennootschap Het fiscaal gunstigste scenario is zonder meer het volgende: de zorgverstrekker is eigenaar van zijn woning als natuurlijke persoon en verhuurt de artsenpraktijk aan zijn eigen vennootschap, aldus François Collon. Op het gebied van fiscale optimalisatie wordt vaak gevraagd wat de gunstigste oplossing is voor de winsten van de vennootschap. Als u ervoor kiest om uzelf een vergoeding toe te kennen, zal die sterk belast worden (meer dan 50% met de sociale zekerheidsbijdragen). Als u uw artsenpraktijk verhuurt aan uw eigen vennootschap, wint u op twee vlakken: het belastbaar inkomen van uw vennootschap daalt dankzij de betaalde huur en u ontvangt als eigenaar huurinkomsten die fiscaal interessanter zijn. Als verhuurder wordt u belast op de bruto huur waarvan u een forfait van 40% kunt aftrekken (met een maximum van 2/3 van het gerevaloriseerde kadastrale inkomen). De neiging om de huur te verhogen is dus groot en daarom heeft de fiscus voorzieningen getroffen: de huur, vermenigvuldigd met 5/3, mag niet hoger zijn dan het gerevaloriseerde kadastrale inkomen van het deel dat wordt gebruikt voor beroepsdoeleinden. Als de huur hoger is, kan de fiscus het verschil belasten als beroepsinkomsten. Een praktijk aan huis die incidenteel wordt gebruikt U werkt hoofdzakelijk in een ziekenhuis? Een praktijk aan huis kan een interessante keuze zijn, fiscaal gezien. U kunt namelijk ook profiteren van de genoemde fiscale voordelen, afhankelijk van uw situatie (huurder, eigenaar, vennootschap). Dat geldt zelfs als u hoofdzakelijk elders werkt. De belastingdienst kijkt niet naar hoeveel u thuis werkt, maar u moet wel kunnen aantonen dat u daar regelmatig werkt en niet bij uitzondering. Een paar voorbeelden? U geeft les en bereidt uw cursussen voor in uw artsenpraktijk, u voert er terugkerende administratieve taken uit, u studeert voor uw bij- en nascholing of u ontvangt patiënten bij u thuis. V.R. Aangezien de regels doorlopend veranderen en de materie zeer complex is, verdient het aanbeveling om in al deze gevallen eerst het advies van een expert in te winnen. Let op voor de belasting op de meerwaarde Als u uw onroerend goed geheel of gedeeltelijk hebt ingebracht als beroepskosten, wordt de situatie wat moeilijker als u het gebouw wilt gaan verkopen. In principe wordt de gerealiseerde meerwaarde belast, met name, in het geval dat u uw beroepsactiviteiten stopzet (u gaat met pensioen of richt een vennootschap op). Wat is de oplossing? Voor u het gebouw verkoopt, kunt u de bestemming van het gebouw gedurende een bepaalde tijd wijzigen. U kunt bijvoorbeeld het deel dat gebruikt werd voor beroepsdoeleinden verhuren aan een derde (of zelfs aan uw eigen vennootschap) of nog eenvoudiger uw activiteiten daar staken. De vraag is nu hoe lang die periode moet zijn voordat u het gebouw verkoopt, zegt François Collon. Het lijkt erop dat de belastingdienst doorgaans akkoord gaat met een periode van vijf jaar. Voorzichtigheid is echter geboden, want uw specifieke situatie kan invloed hebben op de opstelling van de belastingdienst. 6. M A G A Z I N E
Onze adviseurs Zoom Staan altijd voor u klaar Amonis luistert naar u. Hier zijn onze adviseurs aan de andere kant van de lijn. Administratie, sociale voordelen RIZIV, dekking gewaarborgd inkomen, vennootschap oprichten, pensioenopname één enkel nummer voor een antwoord op al uw vragen: 0800/96.119! Van links naar rechts: Ilé Rombouts Ile.Rombouts@amonis.be Frederik Van Vlasselaer Frederik.VanVlasselaer@amonis.be Claude Fauconnier Claude.Fauconnier@amonis.be Virginie Leroy Virginie.Leroy@amonis.be Thierry Dierckx Thierry.Dierckx@amonis.be Bruno D Hondt Bruno.DHondt@amonis.be Frédéric Raevens
Geconventioneerde kinesitherapeuten Sociale voordelen straks in drie niveaus Vanaf het werkjaar 2015 krijgt u meer sociale voordelen naarmate u meer presteert. De vroegere, enkelvoudige basisbijdrage wordt vervangen door een systeem met drie niveaus. Jaarlijks kunt u van het RIZIV een bedrag uitbetaald krijgen indien u geconventioneerd bent, de zogenaamde sociale voordelen. Met die sociale voordelen kunt u uw pensioen aanvullen via een sociaal Vrij Aanvullend Pensioen (VAP), of u via een gewaarborgd inkomen beschermen tegen inkomstenverlies door arbeidsongeschiktheid. Voor het werkjaar 2013 bedroegen de sociale voordelen voor de kinesitherapeuten 1.506,07 euro. Voor 2014 maakt het RIZIV het precieze bedrag later dit jaar bekend. Voorwaarde 1: zich conventioneren Voorwaarde voor die sociale voordelen is dat u als kinesitherapeut geconventioneerd bent. Dat betekent, onder andere, dat u uw honorarium per prestatie vrijwillig beperkt tot de tarieven die het RIZIV, de ziekenfondsen en de vertegenwoordigers van uw beroep hebben afgesproken in de conventie. Wenst u geconventioneerd te zijn, moet u dat de eerste keer officieel melden aan het RIZIV. Voor de volgende jaren wordt uw conventionering Optimaal gebruik: gewaarborgd inkomen of aanvullend pensioen? Fiscaal gezien is het optimaal om uw gewaarborgd inkomen persoonlijk te betalen en als beroepskosten af te trekken, voorzover u de reële kosten aangeeft. Daarnaast kunt u nog jaarlijks persoonlijke VAP bijdragen storten en als sociale bijdragen aftrekken. U geniet hiermee van het optimaal belastingvoordeel dat de Staat aanbiedt. Uw sociale voordelen RIZIV stort u dus best in uw sociaal VAP. Ze financieren op die manier een aanvulling op uw VAP kapitaal. Krijgt u hier graag meer uitleg over? Bel ons gratis op 0800/96.119 voor persoonlijk advies. automatisch verlengd, tenzij tegenbericht van u. Voorwaarde 2: volledig jaar De tweede voorwaarde is dat u zich het volledige jaar aan de conventie hebt gehouden. Het RIZIV maakt een uitzondering voor pas afgestudeerde kinesitherapeuten. Voor hun eerste werkjaar krijgen ze een percentage van het jaarbedrag betaald. Het bedrag van hun sociale voordelen is dan evenredig met het aantal maanden dat ze officieel akkoord zijn gegaan met de conventie. Ook voor het jaar van pensionering bestaat een uitzondering: u ontvangt het volledige bedrag, ook al hebt u maar een maand of enkele dagen gewerkt. Voorwaarde 3: minimaal aantal verstrekkingen De derde voorwaarde om de sociale voordelen te bekomen is dat u een minimum aantal M-prestaties of prestaties voor een bepaald aantal M-waarden hebt verleend tijdens het betrokken jaar. Bepaalde verstrekkingen kunnen in een aantal M-waarden uitgedrukt worden. Bijvoorbeeld: verstrekking 560011, een individuele sessie van 30 minuten, staat gelijk aan 24 M. De volledige lijst is opgenomen in de nomenclatuur. 8. M A G A Z I N E
Sociale voordelen Drempel wordt drempels Een nieuw Koninklijk Besluit, in afwachting van publicatie, verfijnt deze derde voorwaarde. In plaats van eenzelfde bedrag voor alle kinesitherapeuten die de activiteitsdrempel hebben bereikt, komt er vanaf werkjaar 2015 een systeem met drie verschillende niveaus. Dat betekent dat wie eind december meer verstrekkingen voorlegt voor het voorbije jaar, een groter bedrag sociale voordelen wordt uitbetaald. Er staat wel een limiet op dit principe: vanaf 6.501 verstrekkingen krijgt u geen sociale voordelen meer. Categorieën Bedrag M-verstrekkingen M-waarden Basisbijdrage 1.400 euro van 1.500 tot 2.299 van 36.000 tot 55.199 Tussenbijdrage 1.850 euro van 2.300 tot 2.999 van 55.200 tot 71.999 Volledige bijdrage 2.475 euro van 3.000 tot 6.500 van 72.000 tot 156.000 Geen recht 0 euro vanaf 6.501 vanaf 156.001 De nieuwe drempels voor de sociale voordelen van kinesitherapeuten zijn bekend. Een Koninklijk Besluit zal ze nog dit jaar officialiseren. Als u ziek bent geweest Als u ziek geweest bent, wordt het natuurlijk moeilijker om een bepaalde drempel te halen. Het ontwerp van Koninklijk Besluit laat toe dat de drempel verlaagd wordt in verhouding met het aantal dagen dat u niet kon werken. In de praktijk gaat het RIZIV uit van 222 theoretische werkdagen op een jaar. Als u 30 dagen ziek geweest bent, verkleint de drempel met betrekking tot uw prestaties of waarden met 30/222ste of 13,5%. Drempelverlaging ook bij ouderschapsverlof Een drempelverlaging is trouwens niet alleen mogelijk als u ziek bent, maar ook als u een arbeidsongeval of een beroepsziekte hebt gehad, of als u ouderschapsverlof hebt genomen. Bij uw aanvraag sociale voordelen stopt u een verklaring op erewoord en een kopie van het arbeidsongeschiktheidsattest, uitgegeven door uw arts, verzekeraar of het Fonds voor de Beroepsziekten. V.R. Sociale voordelen voor 2015 ten laatste uitbetaald in januari 2017 Behalve de invoering van verschillende drempels, blijven de sociale voordelen voor kinesitherapeuten verder ongewijzigd. De aanvraagprocedure ziet er nog steeds als volgt uit: - Van 1 januari tot 31 maart 2016: aanvraag van de sociale voordelen voor werkjaar 2015. - Van 1 april tot 31 juli 2016: het RIZIV vraagt eventueel bijkomende inlichtingen. - Van 1 augustus tot 31 oktober 2016: de kinesitherapeut bezorgt het RIZIV de gevraagde informatie. - Het RIZIV stort voor 15 januari 2017 uw sociale voordelen 2015 op uw rekening bij Amonis. Amonis neemt deze paperassen van u over, en zorgt ervoor dat alle documenten tijdig en correct ingevuld bij het RIZIV toekomen.
FAQ Amonis Pensioen (II) Pensioenopname: uw vragen, onze antwoorden Betaalt u belastingen op uw pensioenkapitaal? En wat zal de fiscus vragen van uw begunstigden? In het Amonis Magazine 55 gaven we tekst en uitleg bij zes vaak gestelde vragen. De laatste vijf handelen over het fiscale aspect. 1. Welke kosten en belastingen betaal ik als ik mijn Amonispensioen opneem? Een eerste belastingluik bestaat uit twee sociale bijdragen: een RIZIV-taks van 3,55% en een solidariteitstaks. Deze laatste hangt af van de grootte van uw kapitaal: 0% voor een kapitaal kleiner dan 2.478,95 euro, 1% tussen 2.478,95 euro en 24.789,35 euro, en 2% boven 24.789,35 euro. Deze twee sociale taksen worden berekend op uw volledige kapitaal. Daarna wordt alleen uw basiskapitaal uw Leeftijd bij opname van uw Amonis- pensioen stortingen gekapitaliseerd aan de basisrente belast volgens het aantrekkelijke regime van de fictieve rente. De winstdeelname wordt dus niet meer belast. Praktisch gezien geeft u gedurende een beperkte periode een deel van uw netto kapitaal aan als fictieve rente. Het aan te geven percentage, en hoe lang u dat moet doen, hangen af van uw leeftijd bij pensioenopname (zoals de tabel hieronder aantoont). Het tweede belastingluik komt enkel kijken bij een pensioenopname in lijfrente of vastetermijnrente. Bij deze belasting geeft u, elk jaar tijdens de duur van de rente, 3% BELASTING VOLGENS DE FICTIEVE RENTE Percentage Duur van aangifte 60 jaar 3,5% 13 jaar 61 en 62 jaar 4% 13 jaar 63 en 64 jaar 4,5% 13 jaar 65 jaar 5% 10 jaar 65 jaar + actief tot 65 jaar (zie vraag 2) 5% op 80% van basiskapitaal 10 jaar aan van uw netto kapitaal. Dit bedrag wordt onderworpen aan 25% belasting op de roerende inkomsten (de taxshift voorziet dit op te trekken naar 27%). Dit luik is dus niet van toepassing als u uw pensioen in kapitaal hebt opgenomen. Een opgenomen kapitaal wordt belast volgens het gebruik dat u daarvan maakt : koopt u een appartement bijvoorbeeld, dan betaalt u roerende voorheffing (voor meer info over de opties, zie de vaak gestelde vragen in Amonis Magazine 55). 2. Is het fiscaal interessanter om te wachten tot ik 65 jaar ben (de huidige pensioenleeftijd) voor ik mijn Amonis-pensioen opneem? Ja, op voorwaarde dat u tot uw 65ste (de wettelijke pensioenleeftijd tot in 2025) professioneel actief blijft. Dat wil zeggen dat u pas op uw 65ste uw wettelijk pensioen opneemt en zolang beschikbaar blijft op de arbeidsmarkt. Als u aan deze twee voorwaarden voldoet, krijgt u een beloning van de fiscus. Concreet wordt dan maar 80% van uw basiskapitaal belast volgens de fictieve rente. Als u voor uw 65ste op wettelijk pensioen gaat en/of als u voor uw 65ste uw pensioenkapitaal bij Amonis opneemt, verliest u dit bijkomend voordeel. 10. M A G A Z I N E
Pensioen 3. Wat gebeurt er met de laatste RIZIV-betaling die gestort wordt na opname van mijn Amonis-pensioen? Moet ik daar ook belastingen op betalen? Sinds enkele jaren stort het RIZIV de sociale voordelen pas in januari. Op deze sociale voordelen dient u ook een belasting te betalen, ook als ze werden gestort na uw pensioenopname. Zoals op elke storting op uw individuele rekening, houden we de solidariteitsbijdrage en de instapkosten af. We storten dit bedrag dan binnen enkele werkdagen door naar uw bankrekening, na afhouding van de belastingen (tussen 0 en 2% solidariteitstaks en 3,55% RIZIV-taks). Vervolgens geeft u de laatste RIZIVbetaling aan via het systeem van de fictieve rente gedurende 10 of 13 jaar (zie ook vraag 1). Voor deze aangifte krijgt u van Amonis een andere belastingfiche die u aan de fiche voor uw eerste pensioenopname moet toevoegen. 4. Welke fiscaliteit geldt er wanneer ik overlijd voor ik mijn Amonis-pensioen heb opgenomen? De fiscaliteit voor uw begunstigde is dezelfde als wanneer u zelf uw rustpensioen zou opnemen. Voor uw echtgenoot betekent dat in eerste instantie de solidariteitstaks en de RIZIV-taks (zie vraag 1). Als uw kapitaal naar uw kinderen of andere begunstigden gaat, hoeven zij echter deze twee sociale taksen niet te betalen. Vervolgens wordt het overlevingspensioen in fictieve rente belast: uw begunstigde geeft een bepaald percentage van het basiskapitaal aan, tijdens 10 of 13 jaar, afhankelijk van zijn leeftijd. Als uw begunstigde voor de lijfrente of vastetermijnrente heeft gekozen, komt daar nog 25% belasting op de roerende V.R. inkomsten bij, berekend op 3% van het netto kapitaal (zie vraag 1). De solidariteit van het sociaal VAP voorziet voor uw begunstigde in een extra overlijdensdekking bovenop uw gespaarde kapitaal. Dat supplement moet van de wetgever via een rente worden uitgekeerd, vastetermijnrente of lijfrente. Deze rente wordt ook belast. Uw begunstigde betaalt ook successierechten op het netto kapitaal dat hij ontvangt, afhankelijk van de graad van verwantschap. 5. Welke fiscaliteit geldt er wanneer ik overlijd nadat ik mijn pensioen heb opgenomen? Als u uw pensioen in kapitaal hebt opgenomen, gaat wat er van dit bedrag overblijft naar uw erfgenamen. Net zoals op de rest van uw successie betalen uw erfgenamen daar successierechten op. Als u overlijdt voor het einde van de fictieve rente, dus voor de 10 of 13 jaar nadat u uw pensioen hebt opgenomen, dooft de fictieve rente uit. Uw erfgenamen hoeven deze dus niet meer aan te geven, behalve op de aangifte die ze in uw naam invullen in het jaar van uw overlijden. Bij de vastetermijnrente indien u vóór de gekozen termijn overlijdt komt het saldo van uw pensioenkapitaal dat niet werd gebruikt bij de storting van uw maandelijke rente, bij uw successie en zullen uw erfgenamen er successierechten op betalen. Bij de niet-overdraagbare lijfrente stopt de lijfrente bij uw overlijden. Er dienen dan ook geen belastingen meer betaald te worden. Bij de overdraagbare lijfrente moet uw begunstigde de fictieve rente niet meer aangeven. Hij betaalt wel de 25% belasting op de roerende inkomsten (zie vraag 1). Uw begunstigde geeft dus tijdens de duur van de rente jaarlijks 3% van het netto overgedragen kapitaal aan. Dat is het netto kapitaal verminderd met het percentage van de overdraagbaarheid. Successierechten moeten ook betaald worden. Een vraag over uw pensioen? Voor om het even welke vraag, bel gratis naar 0800/96.119 of schrijf naar info@amonis.be. 11.
V.R. Betaal minder belastingen voor 2015 Stort uw VAP (Vrij Aanvullend Pensioen) vóór 31 december zodat u het bedrag nog kunt aftrekken van uw inkomen 2015 Tot 3.482,82 euro fiscaal aftrekbaar Rendement vanaf de stortingsdatum Best Belgian Pension Fund 2014 Door IPE verkozen als beste Belgische pensioenfonds 2014 (Investment & Pensions Europe) Bel 0800/96.119 voor advies op maat. M A G A Z I N E