RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Kindcentrum Mozaiek, centrale opvangklas

Vergelijkbare documenten
RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs De Meridiaan

Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. Christelijke Speciale basisschool De Branding

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. De Sprong, dep. Molkenkelder

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. St. Vincentiusschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. o.b.s. Albertine Agnesschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Basisschool De Wadden, locatie Molenwijk

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. c.b.s. De Regenboog

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. R.K. basisschool De Talenten

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. obs De Boemerang

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. : Kallenkote

de Samenwerkingsschool "Balans"

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. rkbs St. Barbara

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. De Branding

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. p.c.b.s. De Krullevaar

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Deventer Montessorischool, locatie van Lithstraat

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Basisschool Cosmicus

Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 24 mei 2012 Rapport vastgesteld te Leeuwarden op 12 september

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. Basisschool De Achtbaan

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. rkbs St. Jozef

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. r.k.b.s. Sint Jozef

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. De Verrekijker

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. p.c.b.s. De Regenboog

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. obs De Zeester

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. de Schatkaart

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. o.b.s. De Barte, afdeling NT2

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. bs De Vrijheit

Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 22 november 2011 Rapport vastgesteld te Zoetermeer op 28 maart 2012.

RAPPORT. Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag bij Basisschool De Zuidwester

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. p.c.b.s. De Schalmei

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. basisschool De Sleutelbloem

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. o.b.s.'t Kienholt

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. De Giraf

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. Geref.b.s. Dr. K. Schilder

RAPPORT VAN BEVINDINGEN STELSELONDERZOEK Basisschool Jan Ligthart

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Shri Saraswatie

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. de p.c. basisschool Willem De Zwijger

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Basisschool De Broekhof

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KORT ONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. SAM locatie van Limburg Stirumlaan

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. o.b.s. De Zeester

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. r.k.b.s. H. Gerardus

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. de Wethouder Brederode School

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs De Akker

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Openbare basisschool Zeijen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. osb De Wissel

Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 3 november 2011 Rapport vastgesteld te Zwolle op 9 januari 2012.

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Basisschool Martin Luther King

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. S.B.O. De Baldakijn

RAPPORT. Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag bij Basisschool De Driesprong

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. obs "De Meander"

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. SBO Het Kompas

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Jacobusschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Meester Baars

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Anne Frankschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. rkbs Sint Maarten

RAPPORT VAN BEVINDINGEN STELSELONDERZOEK Koos Meindertsschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. SBO Rehoboth

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Brede School Het Dok

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. SBO De Vlieger

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs Weidevogels

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Montessori basisschool

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. SBO De Vliethorst

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij pcbs Dr. A. Kuyper

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Speciale basisschool Nieuw Hessen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VIERJAARLIJKS BEZOEK. rkbs Don Bosco

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. CBS De Eendragt

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING BIJ DE DIJSSELBLOEM

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. cbs Het Kompas

Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 26 mei 2011 Rapport vastgesteld te Zoetermeer op 17 oktober 2011.

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VIERJAARLIJKS BEZOEK

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Basisschool IJweg

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. o.b.s. De Linderakkers

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. basisschool De Zwaluw

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Basisschool De Laarakker

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. obs 'Het Spoor'

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. rkbs Spoorbuurt. : Anna Paulowna

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. CBS De Saad

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VERIFICATIEONDERZOEK SPECIAAL BASISONDERWIJS. s.s.b.o. De Kameleon

RAPPORT VAN BEVINDINGEN VIERJAARLIJKS BEZOEK. basisschool De Regenboog

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Nederlands Hervormde basisschool Bethel

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. p.c.b.s. Dr. E.A. Borger

: Alphen aan den Rijn

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING BIJ

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. de Erasmusschool

Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Prot. Chr. Basisschool De Fontein

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Johan Seckel

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. OBS Tellegen

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij obs De Zonnewijzer

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij o.b.s. Kloosterveen

RAPPORT. Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag bij obs De Vuurtoren, locatie Koningsplein

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK. Daltonschool Columbus

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK BIJ

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. De Tender

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Basisschool De Hoeksteen

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK NAAR DE KWALITEITSVERBETERING. Daltonbasisschool Nettelhorst

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij St. Bernardusschool

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij basisschool De Regenboog

RAPPORT Onderzoek in het kader van het vierjaarlijks bezoek bij Basisschool Willem van Oranje

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Onderzoek naar de kwaliteitsverbetering bij. basisschool De Zonnebloem

RAPPORT VAN BEVINDINGEN. Kwaliteitsonderzoek bij. Het Sterrenbos

Transcriptie:

RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Kindcentrum Mozaiek, centrale opvangklas Plaats : Helmond BRIN nummer : 10FM C3 Onderzoeksnummer : 245649 Datum onderzoek : 12 december 2013 Datum vaststelling : 20 maart 2014

Pagina 2 van 15

INHOUDSOPGAVE 1 INLEIDING............................................ 5 2 BEVINDINGEN.......................................... 7 3 TOEZICHTARRANGEMENT................................. 15 Pagina 3 van 15

Pagina 4 van 15

1 INLEIDING De Inspectie van het Onderwijs heeft op 12 december 2013 een onderzoek uitgevoerd op de centrale opvangklas van Kindcentrum Mozaiek naar aspecten van de kwaliteit van het onderwijs en de naleving van wet- en regelgeving. De aanleiding voor dit onderzoek was het volgende. Scholen waarvan bij de risicoanalyse geen geschikte opbrengstgegevens beschikbaar zijn, worden in principe om de twee jaar bezocht. Het doel van dit onderzoek is eventuele tekortkomingen in de kwaliteit van het onderwijs op de school vast te stellen. Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie. Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijke verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan. Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland. Onderzoek en analyse van (jaar-)documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. Schoolbezoek, waarbij in alle groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Gesprekken met de directie en de intern begeleider over de kwaliteit van de indicatoren. Een gesprek met leraren. Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bestuur, na afloop van het schoolbezoek. Tijdens het onderzoek beoordeelde de inspectie indicatoren van de volgende aspecten: opbrengsten, aanbod, tijd, schoolklimaat, didactisch handelen, afstemming, begeleiding en zorg, kwaliteitszorg. Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2012 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Pagina 5 van 15

Opbouw rapport In hoofdstuk 2 staan de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke vereisten. Dit wordt gevolgd door een beschouwing waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en waar mogelijk de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. Pagina 6 van 15

2 BEVINDINGEN 2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2012. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2012 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'. Opbrengsten 1 2 3 4 5 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht. Leerstofaanbod 1 2 3 4 2.1* (Nieuwkomers) De aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde zijn gerelateerd aan de kerndoelen. 2.2* De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.4* De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. Pagina 7 van 15

Leerstofaanbod 1 2 3 4 2.5 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties te ontwikkelen. Tijd 1 2 3 4 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd. Schoolklimaat 1 2 3 4 4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. Didactisch handelen 1 2 3 4 5.1* De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2* De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3* De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. Afstemming 1 2 3 4 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. Begeleiding 1 2 3 4 7.1* De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen. 7.3 (SBO) De school stelt bij plaatsing voor iedere leerling een ontwikkelingsperspectief vast. 7.4 (SBO) De school volgt of de leerlingen zich ontwikkelen conform het ontwikkelingsperspectief en maakt naar aanleiding hiervan beredeneerde keuzen. 7.6 De school maakt beredeneerde afwegingen bij de doorstroom van leerlingen binnen de school. Pagina 8 van 15

Zorg 1 2 3 4 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.3* De school voert de zorg planmatig uit. 8.5 De school zoekt structurele samenwerking met ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden. Kwaliteitszorg 1 2 3 4 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. Wet- en regelgeving Ja Nee NT1A NT2A NT4A NT4B De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO). Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO). 2.2 Beschouwing Algemeen beeld De inspectie heeft waardering voor hetgeen directie en team, sinds het onderwijs aan nieuwkomers op 1 januari 2012 op de school wordt gegeven, hebben gerealiseerd. Meerdere onderdelen van het onderwijs zijn voldoende, desondanks beoordeelt de inspectie de kwaliteit van het onderwijs als geheel nog als 'zwak'. Het team is trots op de leerlingen omdat ze zo snel Nederlands leren verstaan. Tevens ervaren ze dat ze een goede band opbouwen met de leerlingen en hen een fijne en veilige tijd bieden. De leraren zorgen er ook voor dat de leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en anderen (leren) omgaan. Leerlingen vinden het jammer als ze na een jaar naar een andere school gaan. Pagina 9 van 15

Het is echter essentieel dat de school op korte termijn start met het aanpassen van het aanbod, het versterken van de kwaliteit van het didactisch handelen, het verder ontwikkelen van de ontwikkelingsperspectieven en de uitbouw van de leerlingenzorg in combinatie met deze ontwikkelingsperspectieven. Hiervoor is een meer planmatige wijze van verbeteren van groot belang. Het bestuur en de directie herkennen de beschreven tekortkomingen en stellen een plan van aanpak op gericht op de opheffing van deze tekorten. Hieronder volgt een toelichting op het oordeel. Toelichting Opbrengsten De inspectie beoordeelt de opbrengsten niet, omdat niet kan worden nagegaan, of de leerlingen zich naar hun mogelijkheden ontwikkelen. De school beschikt voor elke leerling, die in de voorgaande toetsperiode op de school verbleef, per leergebied over het gerealiseerde niveau. Er zijn echter te weinig leerlingen die én een ontwikkelingsperspectief hebben én al op twee momenten getoetst zijn, zodat de voortgang niet beoordeeld kan worden. Het niveau van de sociale competenties is niet beoordeeld, omdat de school hiervoor geen landelijk genormeerd volginstrument gebruikt. Aanbod De opvangklassen zijn sinds 1 januari 2012 verbonden aan Kindcentrum Mozaiek. Daarvoor hoorde ze formeel bij een andere school. De school maakt tot nu toe gebruik van de leermiddelen die op de vorige school werden gebruikt, maar heeft zelf ook al geconstateerd dat uitbreiding en op onderdelen vernieuwing gewenst is. De leerinhouden die de school aanbiedt, zijn deels gerelateerd aan de kerndoelen Nederlandse taal en rekenen/wiskunde. Voor bijvoorbeeld begrijpend lezen is geen beredeneerd aanbod beschikbaar. De leraren gebruiken een (een oude versie van) NT2-startprogramma dat de verwerving van mondelinge taalvaardigheid ondersteunt. Het programma is zodanig opgezet dat er in grote mate zelfstandig mee gewerkt kan worden en is bedoeld als oefenprogramma voor woordenschat, woordvorming en zinsvorming. De school maakt geen gebruik van het daarbij horende programma rondom klankvaardigheid, woordenschat, mondelinge grammatica en functioneel taalgebruik. De leraren vullen dit zelf aan; hierbij maken ze bijvoorbeeld gebruik van een eigen woordenschatklapper. Het onderwijsaanbod is dan ook onvoldoende passend bij de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Ook worden de mogelijkheden die de school- en klassenomgeving kunnen bieden voor het stimuleren van de Pagina 10 van 15

taalontwikkeling, niet optimaal benut. Daarnaast is er nog geen specifiek aanbod om de sociale competenties te ontwikkelen. Indicatoren 2.1, 2.4 en 2.5 zijn dan ook met een onvoldoende gewaardeerd. Didactisch handelen en leertijd In de opvangklassen wordt, na een gezamenlijke start, vooral individueel lesgegeven. Na de individuele instructies loopt de leraar rond, helpt waar nodig en controleert of leerlingen hun opdrachten begrijpen. Het voordeel van de individuele instructie en verwerking is dat de leerkrachten hun onderwijs sterk kunnen afstemmen op de individuele onderwijsbehoeften van de leerlingen. Een groot nadeel is dat er per kind weinig tijd is voor instructie, waardoor deze vooral gericht is op de uitleg van de opdrachten en er te weinig mogelijkheden zijn voor interactief en strategisch leren. Terwijl juist interactief onderwijs weer extra impulsen biedt voor de taalontwikkeling. Het tweede nadeel van deze werkwijze is dat deze een groot beroep doet op het zelfstandig werken van de leerlingen. Zeker voor leerlingen die weinig schoolervaring hebben en over te weinig taal beschikken om opdrachten goed te begrijpen, is dit lastig. Zij hebben een korte spanningsboog of lopen vast in de opdrachten en moeten relatief lang wachten voor zij weer aan de slag kunnen. Deze organisatievorm vraagt dan ook veel van de leraren. De inspectie merkt op dat de kwaliteit van het didactisch handelen verschilt tussen de leraren. In sommige lessen is sprake van een doelgerichte en gestructureerde aanpak. In enkele lessen blijft het doel van de les onduidelijk, waardoor ook de lesopbouw weinig structuur vertoont. Nog niet alle leraren creëren in de groep een taakgerichte werksfeer en weten die te behouden gedurende de activiteiten. Tevens wordt de gewenste leerhouding nog niet altijd voldoende duidelijk gemaakt. Indicator 5.2 is daarom met een onvoldoende gewaardeerd. De leraren gebruiken de geplande onderwijstijd efficiënt. De lessen beginnen op tijd, leerlingen die te laat komen worden aangesproken en leraren volgen in beginsel het lesrooster waarin taalverwerving centraal staat. De afstemmming van de leertijd op de leerlingen is echter nog onvoldoende beredeneerd en gepland. De tijd die leerlingen aan een leeractiviteit besteden, komt vooral doordat ze wel of niet doorwerken en is niet het gevolg van een bewuste keuze van de leraar. Indicator 6.4 is daarom met een onvoldoende gewaardeerd. Ontwikkelingsperspectieven Voor de leerlingen van de opvangklassen bepaalt de school het instroomniveau door ongeveer twee weken nadat een leerling op de school is gekomen een nulmeting te doen. Op basis van deze nulmeting stelt de school een ontwikkelingsperspectief op. De school is hiermee recent gestart voor technisch Pagina 11 van 15

lezen. In het ontwikkelingsperspectief is een voorlopig einddoel (doel na veertig weken onderwijs) voor technisch lezen geformuleerd; na ongeveer tien weken onderwijs wordt een definitief einddoel bepaald. Hiermee voldoet de school aan de minimumeisen voor het ontwikkelingsperspectief voor nieuwkomers. Het werken met ontwikkelingsperspectieven zal echter nog verder ontwikkeld moeten worden. De school formuleert nu voor iedere leerling een eigen leerdoel; om het onderwijs organisatorisch behapbaar te houden kan het helpen om leerlingen in te delen op bepaalde leerlijnen. Daarnaast is het van belang dat niet alleen voor technisch lezen, maar ook voor de andere leer- en ontwikkelgebieden het einddoel en daarvan afgeleide tussendoelen worden bepaald. Als de doelen zijn bepaald zijn de volgende stappen: op basis van de doelen een leerstofaanbod plannen, regelmatig de feitelijke ontwikkeling vaststellen en relateren aan de (tussen-)doelen en als het nodig is extra zorg opstarten of als dat niet blijkt te werken het perspectief bijstellen. Indicator 7.4 wordt dan ook nog met een onvoldoende gewaardeerd. Begeleiding en zorg De school heeft in de opvangklassen de beschikking over een landelijk genormeerd volgsysteem voor Nederlandse taal (woordenschat, technisch lezen, spelling en begrijpend lezen) en rekenen/wiskunde. Daar waar mogelijk wordt de ontwikkeling van de leerlingen hiermee gevolgd. Voor de leerlingen in de groepen 1 en 2 beschikken de opvangklassen over een gestructureerd observatie-instrument. De leraren hebben veel oog voor hun leerlingen en observeren hun sociaal-emotionele ontwikkeling. Het ontbreekt vanaf groep 3 echter nog aan een gestructureerde werkwijze, waarmee de observaties bij iedere leerling op een vergelijkbare manier gebeuren en niet leraarafhankelijk zijn. Indicator 7.2 is daarom met een onvoldoende gewaardeerd. Er vinden geregeld leerlingbesprekingen plaats, gericht op de sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling van de leerlingen. Bij de leerlingbesprekingen gericht op de sociaal-emotionele ontwikkeling zijn indien nodig externe deskundigen betrokken. Tijdens de besprekingen worden zorgleerlingen besproken en afspraken gemaakt voor verder (extern) onderzoek of voor extra ondersteuning. De systematiek van signaleren en de planmatigheid van de zorg schiet echter te kort. De school beschikt niet over vast omschreven criteria voor de signalering van zorgleerlingen. Dit heeft als risico dat de signalering leerkrachtafhankelijk is of zich vooral richt op zeer opvallende leerlingen. De ontwikkelingsperspectieven kunnen in de toekomst gebruikt worden voor het signaleren van leerlingen die extra zorg behoeven. Het team investeert in de extra begeleiding van zorgleerlingen en een aantal leerlingen ontvangt ook daadwerkelijk extra hulp. Het is echter van belang dat vooraf in beeld gebracht wordt wat de doelen zijn Pagina 12 van 15

van de extra hulp, zodat de hulp planmatiger vormgegeven kan worden en ook nagegaan kan worden of de hulp effectief geweest is. De indicatoren 8.1 en 8.3 zijn dan ook met een onvoldoende gewaardeerd. Kwaliteitszorg Zoals eerder genoemd zijn de opvangklassen sinds januari 2012 verbonden aan Kindcentrum Mozaiek. De tijd en energie van de directie en de leraren is vooral gaan zitten in het vormgeven van het onderwijs. Eén van de leraren werkt al vele jaren met deze doelgroep en beschikt over specifieke expertise; de andere leraren, de directie en intern begeleider hadden deze ervaring en experise niet. Aangezien er wel onderwijs moest worden gegeven, is er voor gekozen om op de werkplek te scholen en gaande weg te leren. Deze aanpak uit zich in de nog zeer beperkte uitwerking van de zorg voor kwaliteit. Wel zijn er in het afgelopen jaar afspraken gemaakt en die worden regelmatig met elkaar besproken. Bij de vastlegging daarvan maken de opvangklassen gebruik van de systematiek die wordt gehanteerd bij het Kindcentrum Mozaiek. Tijd voor gestructureerde klassenobservaties door de directie en/of internbegeleider zou de borging nog verder kunnen versterken.de school heeft eveneens inzicht in de leerlingenpopulatie en houdt rekening met de kenmerken bij het inrichten van het onderwijs. Tijdens het onderzoek volgden zo'n 40 leerlingen onderwijs in de opvangklassen; een groot deel daarvan is Pools. De school heeft dan ook expliciet de afspraak gemaakt dat op school alleen Nederlands mag worden gesproken, zodat de enkele niet-poolse leerlingen zich niet buiten gesloten voelen. De directie geeft aan dat het aantal leerlingen groeit. De school houdt er rekening mee dat na 1 januari 2014 de leerlingenpopulatie kan veranderen als ook leerlingen uit Roemenië en Bulgarije komen. Voor de opvangklassenis er echter nog geen sprake van een cyclisch systeem van kwaliteitszorg. De school is zoekende op welke wijze ze de resultaten kunnen evalueren en ook de evaluatie van het onderwijsleerproces vraagt om een gestructureerde aanpak. Van groot belang is echter dat de school op een meer planmatige wijze gaat werken aan haar verbeteractiviteiten in plaats van ad hoc te reageren op voorkomende situaties. De indicatoren 9.2 en 9.4 zijn daarom met een onvoldoende gewaardeerd. Pagina 13 van 15

Pagina 14 van 15

3 TOEZICHTARRANGEMENT Kwaliteit De kwaliteit van het onderwijs vertoont belangrijke tekortkomingen en is als zwak beoordeeld. Om deze reden kent de Inspectie van het Onderwijs aan de centrale opvangklas van Kindcentrum Mozaiek een aangepast arrangement zwak toe. De school valt onder intensief toezicht. Het bestuur en de directie herkennen de beschreven tekortkomingen en stellen een plan van aanpak op gericht op de opheffing van deze tekorten. De voortgang zal worden besproken in het volgende bestuursgesprek. Met het bestuur is afgesproken dat de onderwijskwaliteit in januari 2015 weer van voldoende niveau is. De inspectie voert in het eerste kwartaal van 2015 een afsluitend onderzoek naar de kwaliteitsverbetering (okv) uit om na te gaan of de tekortkomingen zijn opgeheven. Naleving De inspectie concludeert tevens dat er geen tekortkomingen zijn in de naleving van de wettelijke voorschriften die zijn gecontroleerd. Pagina 15 van 15