Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergelijkbare documenten
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Factsheet meldingen Vertrouwensinspecteurs Inspectie van het Onderwijs over het schooljaar

FACTSHEET MELDINGEN VERTROUWENSINSPECTEURS OVER DE SECTOREN PO, VO, SO, MBO en HO OVER SCHOOLJAAR

FACTSHEET MELDINGEN VERTROUWENSINSPECTEURS OVER DE SECTOREN PO, VO, SO, MBO en HO OVER SCHOOLJAAR

Overleg- en aangifteplicht

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Veiligheid en schoolklimaat

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

I.a Beleid klachtenregeling

Seksueel misbruik en seksuele intimidatie in het onderwijs: Centraal meldpunt Vertrouwensinspecteurs

PROTOCOL SEKSUELE INTIMIDATIE EN SEKSUEEL GEWELD - SCALA COLLEGE

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Het werk van de vertrouwensinspecteur (VI) Presentatie 3 e Nationaal Congres Pesten

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

CHECKLIST KLACHTAFHANDELING BINNEN NUOVO

Datum 1 april 2019 Betreft Kamervragen over kindermishandeling (ingezonden 5 februari 2019)

EEN KLACHT? BLIJF ER NIET MEE ZITTEN

Wij gaan er vanuit dat betrokkenen van onze school klachten en verschillen van inzicht altijd eerst

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 22 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

C. (Klachten)regeling voor (een vermoeden van) seksueel misbruik en/of (een vermoeden van) seksuele intimidatie in de basisscholen en de kinderopvang.

PROTOCOL SEKSUELE INTIMIDATIE EN SEKSUEEL GEWELD - SCALA COLLEGE

KLACHTENPROCEDURE Stichting Prisma

Protocol machtsmisbruik / meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling

GEDRAGSCODE/REGELING TER VOORKOMING VAN SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD (WAARONDER PESTEN) EN DISCRIMINATIE

FACTSHEET MELDINGEN VERTROUWENSINSPECTEURS VANUIT KINDEROPVANG OVER DE JAREN

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG.. Datum 10 juni 2014

Klachtenregeling SVOL

KLACHTENREGELING BERG EN BOSCHSCHOOL

Klachtenregeling PO OPOO

Klachtenprotocol Montessori Scholengemeenschap Amsterdam voor klachten inzake vermoeden tot zeden misdrijf

Protocol 2: het vermoeden van seksuele intimidatie tussen kinderen onderling in de schoolsituatie.

Personen en instanties met specifieke taken dit is onderdeel van het Veiligheidsbeleid

Tweede Kamer der Staten-Generaal

KLACHTEN OP SCHOOL. Klachten op school

Algemene Toelichting bij de klachtenregeling

Convenant Veiligheid in en om de school Veiligheid in en om de school

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Bijlage klachtenregeling primair onderwijs een goed gesprek voorkomt erger

Bijlage 5. Omgaan met sociale media op school. Preventief

ROC LEEUWENBORGH MAASTRICHT/SITTARD REGLEMENT ONGEWENST GEDRAG

Inleiding. 1. Taak van de werkgever. 2. Klachtenregeling

Stroomschema: klachtenroutes bij Ongewenste Omgangsvormen

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

GEDRAGSCODE/REGELING INZAKE SEKSUELE INTIMIDATIE, AGRESSIE, GEWELD (WAARONDER PESTEN) EN DISCRIMINATIE

Protocol ongewenste intimiteiten tussen leerlingen Juni 2012

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Het werk van de vertrouwensinspecteur (VI)

Dit protocol treedt in werking als er sprake is van ernstig ongewenst/grensoverschrijdend gedrag.

Ter voorbereiding op uw aanvraag vindt u in dit document de criteria en vragenlijst voor het themacertificaat Relaties en seksualiteit.

17 augustus 2012 De beantwoording van de vragen over het probleem van pesten op school. (2012Z13044).

De Regenboog maart 2019

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Het bevoegd gezag van Vivente, stichting voor christelijke primair onderwijs, gevestigd te Zwolle,

KLACHTENREGELING STICHTING KPO SINT ANTONIUS

Anti-pest protocol Clusius College Amsterdam

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Jeugd gezond heids zorg jaar

OPVANG LEERLINGEN BIJ INCIDENTEN M.B.T. AGRESSIE, GEWELD OF (SEKSUELE) INTIMIDATIE

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 10 maart 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

MBO. Meldplicht? Meldcode? Voor zedendelicten in het onderwijs. Voor huiselijk geweld en kindermishandeling

KLACHTEN- EN GESCHILLENREGELINGEN

KLACHTENREGELING LORENTZ CASIMIR LYCEUM

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG. Datum 8 juli 2013

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

Protocol seksuele intimidatie

Klachtenregeling Stichting Lucas Onderwijs

CONVENANT. Veiligheid op scholen van het Voortgezet en Middelbaar Beroepsonderwijs in LELYSTAD

Datum 4 april 2016 Antwoord op schriftelijke vragen van de leden Ypma en Vermue (beiden PvdA) van meervoudige schooladviezen

Vignet Relaties en seksualiteit, mbo. Beleid. Vragenlijst Relaties en seksualiteit

Vignet Relaties en seksualiteit, mbo. Beleid. Vragenlijst Relaties en seksualiteit. Handig om bij de hand de hand te hebben: Schoolbeleidsplan

Beleid t.a.v. seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld

Klachtenregeling. Deel. Van Beleid Klachten bij Scholengroep LeerTij

HOE KUNNEN WE RESPECTVOL OMGAAN MET ELKAAR BINNEN HET STEDELIJK LYCEUM

Protocol Incidentenregistratie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

KLACHTENPROCEDURE INZAKE SEKSUELE INTIMIDATIE, DISCRIMINATIE EN GEWELD. Erasmus College te Zoetermeer

Klachtenregeling O2G2

Klachtenregeling ARCHIPEL

Datum 1 maart 2017 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over jongeren die in een psychiatrische kliniek belanden na sexting

Protocol schorsen en verwijderen Winkler Prins 2017

Veiligheid in het primair onderwijs

REGELING INZAKE SEKSUELE INTIMIDATIE, DISCRIMINATIE, AGRESSIE, GEWELD EN ONGEWENST GEDRAG

Voorstel Regiegroep aanbevelingen voor de. Opzet van een Sociaal Veiligheidsplan

Regeling Ongewenste omgangsvormen Gilde Opleidingen

Convenant Veiligheid op scholen van het Voortgezet en Middelbaar Beroepsonderwijs in Almere

Het bevoegd gezag van Stichting Ultiem, gehoord de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, stelt de volgende Klachtenregeling vast.

Klachtenregeling. Vereniging tot Stichting en Instandhouding van Scholen met de Bijbel te Giessen-Nieuwkerk e.o

Ter voorbereiding op uw aanvraag vindt u in dit document de criteria en vragenlijst voor het themacertificaat Relaties en seksualiteit.

Aan: alle ouders / verzorgers van de kinderen op de basisscholen van SKBO

Klachtenregeling Vastgesteld door College van Bestuur datum 17 juli 2018

Protocol ongewenst gedrag Stichting Mensen Met Mogelijkheden.

Klachtenformulier Spectrum-SPCO

Seminar Samen Pesten Stoppen Actuele Ontwikkelingen en de Wet sociale veiligheid. Loek Schoenmakers

Klachtenregeling primair en voortgezet onderwijs

Omgaan met klachten en bezwaren

Datum 9 oktober 2018 Onderwerp Antwoorden Kamervragen over het bericht dat de naam van de kerk boven het welzijn van de mens komt

HET VOORTGEZET ONDERWIJS

Veiligheidskaart. Checklist voor een veilige school. Naam school/locatie:

Transcriptie:

Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 2660 Vragen van de leden Ypma en Volp (beiden PvdA) aan de Staatssecretarissen van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Zorgen over toename seksueel misbruik op scholen» (ingezonden 7 april 2016). Antwoord van Staatssecretaris Dekker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (ontvangen 26 mei 2016). Vraag 1 Kent u het bericht «Zorgen over toename seksueel misbruik op scholen»? 1 Antwoord 1 Ja. Vraag 2 Deelt u de zorgen van de Onderwijsinspectie over het groeiend aantal meldingen van seksueel misbruik of seksuele intimidatie op scholen? Zo ja, kunt u deze zorgen uiteenzetten en toelichten? Zo nee, waarom niet? Antwoord 2 Elk geval van seksueel misbruik en seksuele intimidatie is er één te veel. In het schooljaar 2014/2015 waren er meer meldingen dan een jaar eerder. Over meerdere jaren gezien schommelt het aantal meldingen rond de 110 en is geen sprake van een duurzame opwaartse trend. Niettemin onderschrijven we de oproep van de Inspectie van het Onderwijs (verder: inspectie). Scholen en instellingen moeten werk maken van gedragscodes en zorgen voor weerbaarheid van hun leerlingen, passende seksuele voorlichting en een veilig schoolklimaat. De Wet veiligheid op school verplicht scholen te zorgen voor een veilig schoolklimaat. Wij en de inspectie staan de scholen bij met raad en daad. In het ernstige geval van seksueel misbruik moet de school direct aangifte doen bij de politie. 1 http://www.ad.nl/ad/nl/1012/nederland/article/detail/4276421/2016/04/06/zorgen-over-toenameseksueel-misbruik-op-school.dhtml ah-tk-20152016-2660 ISSN 0921-7398 s-gravenhage 2016 Tweede Kamer, vergaderjaar 2015 2016, Aanhangsel 1

Vraag 3 Wat gebeurt er met 254 zaken van seksuele intimidatie die bij de Onderwijsinspectie binnen kwamen? Wie maakt melding van deze intimidatie bij de Onderwijsinspectie, en komen deze meldingen altijd terecht bij de politie? Zo ja, in hoeveel gevallen is naar aanleiding hiervan een onderzoek gestart door de politie? Zo nee, waarom niet? Antwoord 3 Bij seksuele intimidatie gaat het om ongewenste, seksueel getinte, aandacht die tot uiting komt in verbaal of non-verbaal gedrag. Seksuele intimidatie is volstrekt onacceptabel binnen de school en moet altijd worden afgekeurd. Maar formeel gezien is seksuele intimidatie geen strafbaar feit. Meldingen over seksuele intimidatie komen bij de inspectie binnen bij de vertrouwensinspecteurs. De vertrouwensinspecteur luistert, informeert, analyseert en adviseert zo nodig. Wanneer uit het gesprek met de vertrouwensinspecteur blijkt dat er een redelijk vermoeden is van een misdrijf tegen de zeden, dan zal de vertrouwensinspecteur het bevoegd gezag wijzen op de aangifteplicht. Ouders, leerlingen, docenten, directies, besturen en vertrouwenspersonen kunnen de vertrouwensinspecteur raadplegen, wanneer zich in of rond de school problemen voordoen op het gebied van onder meer seksuele intimidatie. De meeste meldingen over seksuele intimidatie komen van schoolleiders, besturen en ouders. De inspectie heeft geen gegevens van het aantal meldingen van seksuele intimidatie bij de politie of in hoeveel gevallen de politie een onderzoek is gestart. Vraag 4 Klopt het dat in eenderde van de gevallen docenten en onderwijsondersteunend personeel als dader worden aangewezen? Zo ja, in hoeveel gevallen blijkt de betreffende medewerker een dader te zijn? Wat gebeurt er in zo n geval? Zijn er richtlijnen voor scholen hoe om te gaan met verdenkingen van seksuele intimidatie door docenten en/of onderwijsondersteunend personeel? Antwoord 4 De vertrouwensinspecteurs bij de inspectie ontvangen meldingen over seksueel misbruik (misdrijven tegen de zeden) en seksuele intimidatie. Bij een op de vijf meldingen wordt de melding geregistreerd onder «ontucht met misbruik gezag». Dat wil zeggen dat de ontuchtige handeling zou zijn gepleegd door een «met taken belast persoon», waarbij misbruik wordt gemaakt van de gezagsverhouding. Onder een «met taken belast persoon» vallen leraren, conciërges, stagiaires en hulpouders. Ongeveer een derde van de meldingen seksueel misbruik heeft betrekking op deze groep. Een op de acht meldingen van seksuele intimidatie gaat over iemand uit deze groep. De vertrouwensinspecteur wijst het schoolbestuur op de aangifteplicht als er een redelijk vermoeden bestaat dat een «met taken belast persoon» (bijvoorbeeld een docent) zich schuldig heeft gemaakt aan een seksueel misdrijf jegens een minderjarige leerling van de school. De vertrouwensinspecteur bewaakt dat het bevoegd gezag ook daadwerkelijk aangifte doet. De aangifte ligt vervolgens in handen van politie en justitie. Naast het doen van aangifte kan het schoolbestuur arbeidsrechtelijke maatregelen treffen (bijvoorbeeld schorsing). Scholen dienen een gericht preventiebeleid te voeren. Hierbij kan gedacht worden aan: het stellen en respecteren van grenzen en het maken van afspraken hierover door de schoolleiding met het personeel en de leerlingen; het creëren van een open klimaat en het uitstralen van vertrouwen; ervoor zorgen dat leerlingen en personeel weten dat ze ergens terecht kunnen en dat er geluisterd wordt; het geven van seksuele voorlichting aan leerlingen en het aanleren van vaardigheden op het gebied van sociale weerbaarheid. Het is voor scholen en voor alle bij de school betrokkenen van belang dat zij zich kunnen beroepen op de door de instelling gehanteerde gedragsregels (gedragscodes) en een klachtenregeling. Het aanstellen van een vertrouwenspersoon draagt bij aan het voorkomen en bestrijden van seksuele intimidatie op school. Tweede Kamer, vergaderjaar 2015 2016, Aanhangsel 2

Vraag 5 Waar bestaat de andere groep uit die, naast docenten en het onderwijsondersteunend personeel, wordt aangewezen als dader? Klopt het dat het merendeel van de incidenten tussen leerlingen onderling plaatsvindt? Antwoord 5 De vertrouwensinspecteurs registreren wie betrokken zijn bij meldingen van seksueel misbruik en seksuele intimidatie. De groep «met taken belaste personen» is divers, dat gaat van leraren en conciërges tot stagiaires en hulpouders. Het merendeel van de door de vertrouwensinspecteurs geregistreerde meldingen betreft incidenten tussen leerlingen onderling. Vraag 6 Deelt u de zorgen over de constatering van de Onderwijsinspectie dat zij al jaren aandacht probeert te vragen voor seksueel misbruik en seksuele intimidatie, maar dat het niet lukt de aantallen te laten dalen? Zo ja, wat heeft u de afgelopen jaren gedaan om seksueel misbruik en seksuele intimidatie binnen het onderwijs tegen te gaan? Zo nee, hoe interpreteert u de conclusie van de Onderwijsinspectie over de stijgende cijfers? Antwoord 6 Zoals bij vraag 2 ook al is aangegeven, is elke melding van seksueel misbruik of seksuele intimidatie er één teveel. Een van de maatregelen om een veilig schoolklimaat te stimuleren is de Wet veiligheid op school die op 1 augustus 2015 in werking is getreden. Scholen moeten sindsdien werk maken van de sociale veiligheid op school. Scholen zijn verplicht om veiligheidsbeleid te voeren waarbij de veiligheidsbeleving van leerlingen jaarlijks wordt gemonitord. Daarnaast moet er binnen de school een persoon zijn die het beleid tegen pesten coördineert. Deze persoon is het aanspreekpunt voor ouders en leerlingen. De sectorraden ondersteunen scholen samen met Stichting School en Veiligheid bij de invulling van de wettelijke randvoorwaarden. De inspectie geeft scholen een jaar de tijd voor de implementatie en start aankomend schooljaar met handhaving. Vraag 7 Bent u het met de Algemene Onderwijsbond (AOb) eens dat gebruik van sociale media de stijging van dit soort meldingen verklaart? Deelt u de aanbeveling van de Onderwijsinspectie dat scholen hun gedragscode opnieuw moeten bespreken, en maakt u zich daar sterk voor? Wat staat er nu in de gedragscode voor docenten en ondersteunend personeel over gebruik van sociale media in het contact met leerlingen? Wat staat er nu in de gedragscode over beleid ten aanzien van docenten en ondersteunend personeel bij vermoedens van seksuele intimidatie van een leerling? Antwoord 7 De verklaring die de AOb geeft, is plausibel. Het veiligheidsbeleid van scholen is continu in ontwikkeling en onderwerp van aanhoudende aandacht. Iedereen die een klacht heeft op het gebied van seksuele intimidatie moet zich kunnen beroepen op de door de instelling gehanteerde gedragsregels (gedragscodes) en een klachtenregeling. Scholen en besturen geven vorm en inhoud aan de gedragscode(s) en moeten zorgen dat ze ook bekend zijn. Gedragsregels over hoe om te gaan met de social media door leerlingen, docenten, ondersteuners en besturen zijn onderdeel van deze gedragscode(s). Ten aanzien van beleid over vermoedens van seksuele intimidatie, zie het antwoord op vraag 3. Vraag 8, 9, 10 en 11 Deelt u de mening dat een manier om jongeren weerbaar te maken tegen deze vormen van misbruik gedegen seksuele voorlichting is, zoals ook de Onderwijsinspectie bepleit? Zo ja, hoe wordt er momenteel zorg gedragen voor een goede seksuele voorlichting, die mede inspeelt op de gesignaleerde problemen door de Onderwijsinspectie? Zo nee, waarom niet? Deelt u voorts de mening dat, gezien de rol van sociale media, bij goede seksuele voorlichting ook aandacht moet worden besteed aan fenomenen als bijvoorbeeld sexting, en dat daarbij ruimte moet worden gelaten voor nieuwe Tweede Kamer, vergaderjaar 2015 2016, Aanhangsel 3

vormen van seksueel contact, en daarbij ook moet worden gewezen op (nieuwe) seksuele grenzen die daarbij in het geding zijn? Hoe kijkt u aan tegen het belang dat de Onderwijsinspectie hecht aan goede seksuele voorlichting, mede gelet op het onderzoek van de Rutgers Stichting, waarin slechts 25% van de kinderen les zegt te krijgen over seksuele grenzen? 2 Deelt u de mening dat goede seksuele voorlichting van jongeren noodzakelijk is, omdat het hen handvatten geeft om hun seksuele grenzen aan te geven en hen weerbaar maakt? Bent u het er in dat licht ook mee eens dat het van belang is dat aandacht voor seksualiteit, omgangsvormen en stereotyperingen (op school maar ook online) vast onderdeel is van het curriculum, en ook in eventuele curriculumvernieuwing behouden moet blijven, of wellicht zelfs versterkt zou moet worden? Antwoord 8, 9, 10 en 11 Scholen zijn verplicht aandacht te besteden aan seksualiteit en seksuele diversiteit. In december 2012 zijn de kerndoelen seksualiteit en seksuele diversiteit ingevoerd in het (speciaal) primair en het voortgezet (speciaal) onderwijs. Dat betekent dat scholen verplicht zijn in het curriculum aandacht te besteden aan een beter begrip van seksuele vorming en weerbaarheid. Om scholen te helpen invulling te geven aan deze thema s heeft de Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) in opdracht van het Ministerie van OCW een leerplanvoorstel gemaakt. Daarin staat een uitwerking per schoolsoort en leeftijdsgroep, en een overzicht van het beschikbare les- en voorlichtingsmateriaal. De methoden voor het kerndoelonderdeel seksualiteit richten zich op weerbaarheid, het aangeven en respecteren van wensen en grenzen en het voorkomen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Deze programma s zijn (online) voor scholen beschikbaar via Stichting School en Veiligheid en de site van de Stichting Rutgers. Een veel gebruikt programma is bijvoorbeeld de online game «Can you fix it» dat ook specifiek ingaat op sexting. Aandacht voor (de relationele kant van) seksualiteit is en blijft een vast onderdeel van het curriculum. De inspectie onderzoekt op dit moment in opdracht van het Ministerie van OCW hoe scholen invulling geven aan seksualiteit (waaronder seksuele weerbaarheid) en seksuele diversiteit. De inspectie betrekt ook leerlingen uit zowel het (speciaal) primair onderwijs, voortgezet (speciaal) onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in haar onderzoek. De uitkomsten van dit themaonderzoek zullen betrokken worden bij het proces van vernieuwing van het curriculum. De Tweede Kamer ontvangt het onderzoek deze zomer. Seksuele weerbaarheid is niet alleen een taak van het onderwijs, ook ouders hebben een belangrijke rol bij dit onderwerp. Stichting Rutgers en SOA Aids NL hebben daarnaast online tools en opleidingsprogramma s ontwikkeld over seksuele gezondheid, inclusief wensen en grenzen, in relaties en seksueel gedrag. Deze tools kunnen scholen en bijvoorbeeld jeugdzorginstellingen ook gebruiken in hun onderwijsprogramma. Sexting komt daarin ook aan bod. Vraag 12 Kunt u zich de vragen van de leden Ypma en Volp 3 inzake het onderzoek van de Rutgers Stichting dat kinderen te weinig les krijgen over verliefdheid, relaties en puberteit herinneren? Kunt u aangeven of in het door u in het antwoord onder vraag 2 genoemde themarapport van de Onderwijsinspectie ook specifiek seksuele intimidatie wordt onderzocht? Zo nee, geeft u dan aan de Onderwijsinspectie de opdracht dit thema nog specifiek op te nemen in het themarapport? Antwoord 12 Het onderzoek van de inspectie richt zich op de invulling die scholen in de onderwijspraktijk geven aan de kerndoelen seksualiteit en seksuele diversiteit, de succesfactoren, eventuele belemmeringen en de verschillen tussen scholen. In het onderzoek wordt nagegaan welke visie en doelen de school nastreeft, welk onderwijsaanbod de school heeft geformuleerd, hoe dit 2 http://www.rutgers.nl/nieuws-opinie/nieuwsarchief/persbericht-kinderen-krijgen-te-weinig-lesover-verliefdheid-relaties-en 3 Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2015 2016, nr. 2181 Tweede Kamer, vergaderjaar 2015 2016, Aanhangsel 4

onderwijs in de praktijk wordt gerealiseerd en met welke frequentie het wordt aangeboden. Het themaonderzoek van de inspectie richt zich dus op de uitwerking van de genoemde kerndoelonderdelen in het onderwijsaanbod en niet op het vóórkomen van seksuele intimidatie. Dit wordt wel onderzocht in de veiligheidsmonitor. Iedere twee jaar wordt in opdracht van het Ministerie van OCW de monitor sociale veiligheid in en rond scholen uitgevoerd. Hierin wordt ook onderzocht in hoeverre er sprake is van seksueel geweld op scholen. De monitor van dit jaar wordt nu ingevuld door scholen. Eind 2016 zijn de cijfers bekend en zullen wij u deze aanbieden. Of er sprake is van toeof afname van seksueel geweld over de jaren heen wordt in de monitor meegenomen. Wij zullen u hierover bij het verschijnen van de veiligheidsmonitor informeren. Tweede Kamer, vergaderjaar 2015 2016, Aanhangsel 5