Vrijheidsbeperkende maatregelen

Vergelijkbare documenten
Kwaliteitshandboek 3. Gebruikersgerichte processen 3.7 Tijdelijke afzonderingsmaatregelen

Vrijheidsbeperkende maatregelen

Visie op gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen in bed

Basisprincipes bij het toepassen van tijdelijke afzondering of vrijheidsbeperkende maatregelen

KWALITEITSHANDBOEK MFC Sint-Jozef

RECHT OP MENSWAARDIGE BEHANDELING AVE REGINA VZW

4. Kwaliteitssysteem 4.6. Gebruikersgerichte processen De tijdelijke afzonderingsmaatregelen 1. VISIE/INLEIDING

VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN.DOC 1

OMGAAN MET PROBLEEMGEDRAG BEGELEIDINGSVISIE

Vrijheidsbeperkende maatregelen (fixatie)

1 Visie op vrijheidsbeperking

Patiënteninformatie. Afzondering op de psychiatrische afdeling

Bouwen aan afbouw. Aan de slag met de tool VBM

KWALITEITSHANDBOEK MFC Sint-Jozef

KWALITEITSHANDBOEK MFC Sint-Jozef

Goedgekeurd: Filip Slosse Paraaf:

GrensOverschrijdend gedrag (GOG)

Kwaliteitshandboek 4.6. Gebruikersgerichte processen Khb Vrijheidsbeperkende maatregelen. Goedgekeurd: Filip Slosse Paraaf:

Recht op een menswaardige behandeling

Kwaliteitshandboek HET EEPOS

Vrijheidsbeperkende interventies

Deze dag dient als inspiratiebron, om

Kwaliteitshandboek 4.6. Procedures Het detecteren en gepast reageren op misbruik en geweld ten aanzien van gebruikers

Goedgekeurd: Filip Slosse Paraaf: (B.S. van ) Artikels 5, 8,11,12,13, 15, 16, 17, 20, 21, 22, 29 1/2/3/4, 30,33, 41, 42

Afhandelen van klachten van gebruikers Beoordeeld en goedgekeurd op : Proces-eigenaar: Algemeen Directeur

Fixatie: Gebruik van een bekken- of schoudergordel

Vrijheidsbeperkende interventies (VBI)

KWALITEIT VAN BESTAAN EN VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN

PATIËNTEN INFORMATIE. Vrijheidsbeperkende maatregelen (fixatie)

Fixatie. informatie voor familie van de patiënt wiens bewegingsvrijheid beperkt wordt

III. Route bij signalen van seksueel grensoverschrijdend gedrag tussen kinderen onderling

Management van risico s in de zorgprocessen

Voorstelling Blijdorp 18 september 2018

Agressiebeheersing. Hans Pauwels PC St-Amandus, Beernem. Inleiding

Melding incidenten op school protocol + formulier

LEESWIJZER. Dossiers worden steekproefsgewijs geïnspecteerd. Het resultaat van dit onderzoek wordt per thema in een samenvattende tabel gebundeld.

Agressieprotocol«1» 1. Vooraf

KHB Kwaliteitssysteem Individuele dienstverleningsovereenkomst MFC KIDS 1 OVEREENKOMST

4. Wanneer pesten ondanks alle inspanningen toch weer de kop opsteekt, beschikt de school over een directe aanpak. (Zie verderop in dit protocol)

MELDPUNT INCIDENTEN PROCEDURE EN GEBRUIKSAANWIJZINGEN

Vrijheids Beperkende Interventies (VBI)

Ik mag helemaal zelf beslissen, toch?

Training Omgaan met Agressie en Geweld

Beleid 'onvrijwillige zorg' Vrijheidsbeperking binnen Lang Verblijf. woonzorg en dagbesteding

PROTOCOL HANDELEN BIJ (BIJNA) ONGEVALLEN EN INCIDENTEN KDV + BSO 1

Incidentenprotocol Informatie voor ouders

Vrijheidsberovende maatregelen op de PAAZ Fixatie

Organiseren van collectief overleg met gebruikers Beoordeeld en goedgekeurd op : Proces-eigenaar: Algemeen directeur

Beoordeeld: Goedgekeurd: Geldig vanaf: 26/03/10

Protocol voor melding (dreigen met) agressie en/of geweld (verbaal en fysiek) of seksuele intimidatie

Omdat wij veiligheid en respect voor elkaar zo belangrijk vinden

Protocol Sociale Veiligheid. Onderwerp: agressie & geweld

Ethische adviezen bemoeizorg en vrijheidsbeperking in de ggz

Wanneer een leerling regelmatig ongewenst gedrag vertoond gaan we over tot stap 2.

OMGAAN MET GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG

SCHOOLVEILIGHEIDSPLAN MONTESSORISCHOOL ELZENEIND

Ik mag helemaal zelf beslissen, toch?

Vrijheidsbeperkende maatregelen VBI

PROTOCOL VAN BEHANDELING EN BEGELEIDING ambulante begeleiding

Protocol Opvang en nazorg na schokkende gebeurtenissen

Protocol schorsing en verwijdering

Protocol (ernstig) ongewenst gedrag.

KHB Kwaliteitsbeleid: Visietekst Drugsbeleid

Checklist risicovolle situaties. Datum vaststelling : Vastgesteld door : Directeur bestuurder Datum aanpassingen aan :

Wat te doen als een leerling verbaal agressief of handtastelijk wordt tegen een leerkracht?

Procedure euthanasie ouderenzorg

Time-out, schorsing en verwijdering van een leerling

Vallen of fixeren? Een keuze voor bewegingsvrijheid. Niet kunnen kiezen is verliezen, Keuzevrijheid in het wzc 18/02/2016

INSPECTIEVERSLAG THEMATISCHE INSPECTIE VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN

INSPECTIEVERSLAG THEMATISCHE INSPECTIE VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN

PROTOCOL VAN VERBLIJF, BEHANDELING OF BEGELEIDING MULTIFUNCTIONEEL CENTRUM (MFC)

Time-out, Schorsing en Verwijdering van een leerling

Kwaliteitshandboek 3. Gebruikersgerichte processen 3.3 Het beëindigen van zorg of ondersteuning

vzw OpWeg Infobrochure rechtstreeks toegankelijke hulp

KWALITEITSHANDBOEK MFC Sint-Jozef

PROCEDURE M.B.T. HET HANDELEN TEGEN AGRESSIE EN GEWELD. 1. Inleiding Deze procedure is een onderdeel van het ARBO-beleid van het Esdal College.

Registratie van time-out als basis voor een evidence-based beleid. De Leerexpert Buitengewoon Onderwijs AG Stedelijk onderwijs Antwerpen

REACTIEPLAN LOKAAL NIVEAU. groen geel rood zwart Inschatten mate van ernst bij vermoeden, onthulling of vaststelling

Analyse verbeterpunten psychofarmacagebruik

Gedragscode medewerkers en cliënten

Risicomanagement. Risico s en epilepsie. Inhoud presentatie. Epilepsie en verstandelijke beperking. Wie loopt risico. Onderzoek in Kempenhaeghe

INSPECTIEVERSLAG: INCIDENT (SEKSUEEL) GRENSOVERSCHRIJDEND GEDRAG

Kwaliteitsmanagementsysteem Signaleringslijst grensoverschrijdend gedrag en signaleringsplan

OBS De Notenkraker Othelloweg 8, 3194 GS Hoogvliet

Zorgweigering. Eenzijdige Zorgbeëindiging

Bij de intake de hulpvraag analyseren ; Regelmatige contacten (telefonisch en persoonlijk) met. De patiënt en zijn familie ervaart

PROCEDURE AGRESSIE EN GEWELD TIJDENS DE WACHTDIENST

Toezicht Horizon, locatie Anker, afdeling ZIKOS

Definitieve versie februari 2015

Vrijheidsbeperking bij personen met een handicap

1 Inleiding. 2 Pesten en plagen. 3 Aanpak van de school. 3.1 Preventieve maatregelen

Beoordeeld: Stuurgroep kwaliteit Geldig vanaf: 26/06/2013

Anti-pestprotocol op de

INFORMATIEFOLDER VOOR FAMILIE EN NAASTEN

Molenstraat HP Steenwijk Tel/fax Protocol voor opvang bij ernstige incidenten. Sint Clemensschool

Borgingsdocument doorgaande lijn: bepaling van de samenwerkingsafspraken tussen de voorschoolse locatie en de basisschool in verband met VVE beleid

Individuele dienstverleningsovereenkomst Rechtstreeks toegankelijke hulp (RTH) volwassenen 1

Kwaliteitshandboek 4.7. Organisatiegerichte processen Het evalueren van het personeel. Goedgekeurd: Filip Slosse Paraaf:

Stappenplan grensoverschrijdend gedrag 4 e Montessorischool de Pinksterbloem. Wat verstaan we onder grensoverschrijdend gedrag?

BELEIDSVISIE SEKSUALITEIT HOMEVIL. Inleiding

Transcriptie:

1. Inleiding De visietekst wil een leidraad zijn voor de begeleiding die in situaties verkeert waarin situationeel vrijheidsbeperkende maatregelen aangewezen zijn. Visie gaat vooraf aan alle handelen, ongeacht het onderwerp. Door middel van de visietekst willen we een duidelijk kader aanreiken dat het handelen stuurt zonder rigide te worden. Een duidelijk omschreven visie maakt het namelijk mogelijk om de kwaliteit van de geboden zorg te toetsen. Deze visietekst is in ontwerp afstemming MFC en scholen OC (zie Q-planning 2015-2016) De situationeel vrijheidsbeperkende maatregelen die in deze procedure besproken worden, vallen allen onder de noemer ruimtelijke vrijheidsbeperking, en zijn als volgt onder te verdelen: - onderbrengen in een tava-ruimte of het geven van een time-out - afzondering: onderbrengen in een gesloten en beveiligde afzonderingskamer - fixatie Bronnen: - ethisch advies Broeders van Liefde (ethisch advies vrijheidsbeperking) - visietekst vrijheidsbeperkende maatregelen Intesa (visietekst Intesa) - visietekst SEO MFC Sint-Jozef (intern netwerk: /allen/frequent gebruikte documenten/3. organisatie/visieteksten). 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 1 van 13

2. Vrijheidsbeperkende maatregelen 2.1. Begripsomschrijvingen en afbakeningen Voor er wordt overgegaan tot het gebruik van vrijheidsbeperkende maatregelen, proberen we eerst zoveel mogelijk preventief te werken. Als er inzicht verworven wordt in de onderliggende factoren van het agressief gedrag, probeert men zoveel mogelijk de context aan te passen. Het aanbieden van individuele rustmomenten (cliënt naar buiten laten gaan, op stoel laten zitten, in rusthoek laten plaatsnemen, ) horen bij het nemen van pedagogische maatregelen ter preventie van vrijheidsbeperkende maatregelen. 2.2. TAVA & Time-Out TAVA (Tijdelijke Afzondering Van Aandacht): de cliënt wordt ondergebracht in een open, prikkelarme ruimte. Hierbij wordt de keuzevrijheid wel beperkt, maar de deur gaat niet op slot en de cliënt behoudt in zekere mate zijn bewegingsvrijheid. TIME-OUT: is het tijdelijk wegnemen van de cliënt uit zijn normale patroon of omgeving, in het kader van een gedrags-therapeutische aanpak, en met het doel is de frequentie van het storend gedrag van de cliënt te verminderen. 2.2.1. Redenen van TAVA In bepaalde gevallen kan het nodig zijn om een cliënt tijdelijk af te zonderen van de groep. Verschillende situaties kunnen aanleiding geven tot TAVA. Een aantal mogelijke aanleidingen zijn: - een cliënt blijft met andere cliënten of begeleiders discussiëren en kan uit zichzelf hier niet mee stoppen. - een cliënt stelt zodanig koppig gedrag dat het storend is voor de andere cliënten. - een cliënt roept herhaaldelijk -.. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 2 van 13

Als de situatie voor de betrokkene en omgeving (medecliënten en begeleiders) niet bedreigend is, is TAVA aangewezen. Enkel wanneer de situatie dreigt te ontsporen en er gevaar dreigt voor de gezondheid en veiligheid van betrokkene en/of omgeving dient een meer ingrijpende vorm van ruimtelijke vrijheidsbeperking overwogen te worden, zoals het onderbrengen in een gesloten en beveiligde afzonderingskamer of het fixeren. 2.2.2. Doel Het doel van een TAVA kan meervoudig zijn: - het tot rust laten komen van de groep en van de cliënt - negatief gedrag doen uitdoven - een crisissituatie voorkomen 2.2.3. Tijdsduur Het is niet mogelijk om een vaste maximale tijd te koppelen aan de tijd die iemand in TAVA mag doorbrengen. Dit is immers afhankelijk van de cliënt waarover het gaat, de oorzaak van de maatregel, het gedrag dat de persoon in afzondering stelt, enzovoort. Situatie per situatie dient bekeken te worden hoe lang een TAVA-maatregel aangewezen is. Uiteraard dient een TAVA maatregel nooit langer te duren dan de tijd die nodig is om de rust (voor de cliënt zelf, of voor anderen) te laten terugkeren. Begeleider en cliënt spreken best op voorhand af dat de maatregel pas afgelopen is, wanneer de begeleider hiervoor toestemming geeft. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 3 van 13

2.2.4. Nazorg Na de TAVA is het belangrijk het geheel op een positieve manier af te ronden en de cliënt de activiteit te laten voortzetten waarmee hij voorheen bezig was. Een TAVAmaatregel mag door de begeleiding nooit als straf benoemd of beschouwd worden. 2.3. Afzondering In bepaalde situaties zijn er echter meer ingrijpende vormen van ruimtelijke vrijheidsbeperking nodig, zoals het onderbrengen in een gesloten en beveiligde afzonderingskamer. De keuzevrijheid wordt hier op een drastische wijze beperkt. De deur kan immers op slot. Een afzonderingskamer is echter voldoende beveiligd tegen agressief gedrag en bij het afzonderen worden ook een aantal procedurele maatregelen in verband met veiligheid en observatie genomen. Zo is er bijvoorbeeld camerabewaking in een aantal afzonderingskamers, zie directienota D12 OC 01 2.3.1. Redenen voor afzondering Een cliënt kan tijdelijk in de afzonderingskamer ondergebracht worden in volgende gevallen: - het gedrag van de cliënt houdt risico s in voor zijn eigen integriteit - het gedrag van de cliënt houdt risico s in voor de integriteit van andere cliënten of personeelsleden - de cliënt vernielt materiaal Van zodra men van oordeel is dat de cliënt terug rustig is en het probleemgedrag gestopt is, wordt de afzondering beëindigd. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 4 van 13

2.3.2. Doel - de rust en veiligheid terug te laten keren bij de cliënt zelf - verdere escalatie crisissituatie voorkomen - de rust en veiligheid terug te laten keren in de groep 2.3.3. Proces Deze ingrijpende vorm van ruimtelijke vrijheidsbeperking komt in principe steeds tot stand na overleg tussen de verschillende betrokkenen. Cliënten onderbrengen in de afzonderingskamer is nooit de zaak van één begeleider maar valt onder de verantwoordelijkheid van het hele team. Bij de intake worden de cliënt, ouder(s) of wettelijke vertegenwoordiger geïnformeerd over de mogelijkheid van afzondering en over het verloop van het proces daarbij. Bij de bespreking van de individuele dienstverleningsovereenkomst (IDO) komen de vrijheidsbeperkende maatregelen ter sprake. Komt de cliënt in aanmerking om vrijheidsbeperkende maatregelen toe te passen? Krijgt de cliënt medicatie? Maatregelen die kaderen binnen situationele vrijheidsbeperking en een meer continu karakter hebben, moeten passen binnen de individuele dienstverleningsovereenkomst en dienen besproken en geëvalueerd te worden minimaal op de 2-jaarlijkse IDO-bespreking. Het structureel toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen worden geregistreerd op het bijvoegsel IDO. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 5 van 13

Wanneer een begeleider merkt dat er spanning ontstaat in de groep, dient hij zoveel mogelijk preventief te werken: proberen om rust te creëren door één of meerdere cliënten af te zonderen, een andere begeleider waarschuwen, Op die manier wordt vermeden dat begeleider en groep plots met een bedreigende situatie geconfronteerd worden. Als er effectief moet worden overgegaan tot afzondering, dan wordt dit duidelijk gecommuniceerd naar de gebruiker. De verplaatsing naar de afzonderingskamer gebeurt zoveel mogelijk op basis van de persoonlijke en teamgerichte veiligheidstechnieken (zie visietekst PTV-technieken ) zodat de integriteit van de cliënt optimaal wordt gegarandeerd. Breng de cliënt, bij toepassing van de PTV-technieken, dan met minimum 2 begeleiders naar de afzonderingskamer. De afzonderingskamer zelf dient veilig te zijn (geen stopcontacten, loshangend materiaal, ). Als een cliënt naar de afzonderingskamer gebracht wordt, controleren we op gevaarlijke voorwerpen zoals bril, schoenen, broeksriem, Indien dit niet onmiddellijk mogelijk is, omwille van extreme agressie, proberen we dit na enkele minuten alsnog te controleren en gevaarlijke voorwerpen te verwijderen. Tijdens het verblijf van de cliënt in de afzonderingskamer worden er regelmatig controlemomenten ingebouwd door de begeleider. Dit om de veiligheid van de cliënt te waarborgen. Een eerste verplicht controlemoment gebeurt na 5 minuten, verdere controles doe je minimaal om de 10 minuten. Alle controles worden genoteerd op het registratieformulier dat bij de afzonderingskamer ligt. Als het registratieformulier aan de afzonderingskamer vol is, wordt dit aan de stafmedewerker pedagogisch beleid bezorgd die het nakijkt ifv correcte 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 6 van 13

opvolging van de procedure en signaleert vanuit deze analyse aan de pedagogisch directeur die dit verder opneemt met de begeleidingsteams. Elke toepassing van een afzondering wordt genoteerd op het individuele registratieformulier. Dat gebeurt in het dagboek van de betrokken cliënt met een omschrijving van de aanleiding, de toepassing van de maatregel en een omschrijving van het verdere verloop en wijze van opvolging. De opvoeders informeren de zorgbegeleider over de maatregel. De zorgbegeleider bespreekt dit inhoudelijk met de betrokken medewerkers. De zorgbegeleider bespreekt op regelmatige basis het geheel van afzonderingsmaatregelen binnen zijn/haar team met de pedagogische directie. De ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger worden op de hoogte gebracht van de toepassing van de maatregel. Bij een eerste toepassing gebeurt dit zo snel mogelijk en wordt dit genoteerd op het individuele registratieformulier van de betrokken cliënt. Nadien gebeurt de melding zoals afgesproken werd met de ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger tijdens de intake en/of IDObespreking. De duur van de afzondering moet zo beperkt mogelijk zijn. De afzondering wordt in elk geval stopgezet van zodra de cliënt tot rust is gekomen en geen gevaar meer vormt voor zichzelf of anderen. Bij cliënten waarmee dit mogelijk is, wordt zo snel mogelijk geprobeerd om tot dialoog te komen. Begeleiders hebben een meldingsplicht aan de aanwezig pedagogisch verantwoordelijke. Overdag moet er een melding zijn aan iemand van het begeleidingsteam en andere momenten aan de pedagogische permanentie. Er moet ook aan diezelfde persoon gemeld worden wanneer de afzondering beëindigd is. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 7 van 13

Dit gehele proces wordt achteraf geëvalueerd en indien nodig wordt het bijvoegsel IDO aangepast. 2.3.4. Nazorg Afzondering is een ingrijpende gebeurtenis voor de cliënt. Het is belangrijk dat de maatregel op een positieve manier afgerond wordt. Daarom is het nodig dat er een herstelgesprek plaatsvindt tussen de cliënt en begeleiding. Na het incident geef je sowieso een herstelsignaal, doe je een herstelgesprek of neem je dit later op. 2.3.5. Registraties afzondering Bijvoegsel IDO: dit wordt ingevuld voor elke cliënt bij wie afzondering structureel wordt toegepast. Hierin wordt duidelijk omschreven hoe de maatregel tot stand is gekomen, het multidisciplinair overleg daarrond, overleg met de ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger en met de cliënt alsook de concrete afspraak. Bij elke bespreking van de individuele dienstverleningsovereenkomst wordt dit geëvalueerd. Voor cliënten waar afzondering op regelmatige basis wordt toegepast, wordt de evaluatie frequenter doorgevoerd. Dit is de verantwoordelijkheid van de zorgbegeleider. Individueel registratieformulier: elke keer als er een cliënt in afzondering gaat, wordt het individuele registratieformulier ingevuld. Dit document bevindt zich in het dagboek van de betreffende leefgroep. Een korte beschrijving kan het team helpen in de evaluatie achteraf. Dit document wordt ingevuld op het moment zelf. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 8 van 13

Registratieformulier afzonderingskamer: hierin staan volgende punten beschreven: datum, naam cliënt, uur van aanvang afzondering, naam van de begeleider die verantwoordelijk is, controlemomenten. Incidentmelding agressie: elke ongewilde gebeurtenis op de werkvloer die al dan niet leidt tot menselijke schade aan werknemers op vlak van fysische of emotionele gezondheid. De begeleider in kwestie vult dit online in. Vanuit deze registraties worden beleidsbesluiten genomen inzake agressiebeleid en worden er preventieve- en correctieve maatregelen opgesteld. 2.4. Fixatie Fixatie is een vrijheidsbeperkende maatregel die voor sommigen uitzonderlijk is, maar voor anderen dan weer noodzakelijk, bv. fixatie in een rolstoel. Bij het nemen van de beslissing om een cliënt te fixeren is het belangrijk dat we bewust stilstaan bij de reden, materiaal, gevolgen van fixatie en dat dit een verantwoorde beslissing is waar het volledige team, samen met ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger, waar mogelijk de cliënt en eventueel externen achter staan (arts, psychiater, therapeut, ). Door middel van fixatie trachten we duidelijkheid en veiligheid aan de cliënt te bieden zodat angst- of onrustgevoelens afnemen. We gaan hierbij op zoek naar het meest adequate fixatiemateriaal op maat van de individuele noden en behoefte van de cliënt. 2.4.1. Wat is fixatie Bij fixatie wordt gebruik gemaakt van middelen, materialen en uitrustingen om het vrij bewegen van de cliënt, zoals zelfstandig opstaan, draaien, zitten, vallen, te verhinderen. De persoon kan zichzelf of anderen niet in gevaar brengen. Het fixatiemateriaal wordt zodanig aan of in de buurt van de persoon aangebracht, dat de persoon het materiaal zelf niet kan verwijderen of onder controle heeft. Wanneer je iemand gaat fixeren, bekijk je de situatie waar de persoon zich in bevindt 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 9 van 13

en het materiaal dat al dan niet gebruikt wordt. Aangezien elke persoon anders is, dient elke situatie afzonderlijk geëvalueerd te worden. 2.4.2. Redenen van fixatie Fixatie wordt gebruikt indien de fysieke integriteit van de persoon bedreigd wordt (wanneer de cliënt zichzelf letsel toebrengt of bij dreiging daarvan of wanneer hij anderen letsel toebrengt). Het kan ook gebruikt worden indien het gedrag of de motorische problematiek van de gebruiker zijn functioneren zo belemmert dat een eenvoudige dagelijkse handeling onmogelijk wordt op een comfortabele en veilige manier. In deze situatie wordt gewerkt vanuit een preventief klimaat en kan de vrijheidsbeperkende maatregel een op maat gebrachte vrijheid betekenen. Gebruik van fixatiemateriaal zal vooral voorkomen bij cliënten met een ernstige of diep verstandelijke beperking die het inzicht missen om verbanden te leggen en de wereld vooral ervaren vanuit een lichaamsgebonden ordening. 2.4.3. Proces fixeren Het proces fixeren is identiek aan deze van afzondering, nl. klemtoon op overleg, registratie (bijvoegsel IDO), evaluatie. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 10 van 13

Bij de beslissing (in overleg met team, ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger, indien mogelijk cliënt) omtrent het al dan niet gebruiken van fixatie, zijn we er ons van bewust dat een niet-correct gebruiken van fixatiemateriaal risico s kan inhouden. Daarom nemen we een aantal veiligheidsmaatregelen in acht om de cliënt zo comfortabel mogelijk te fixeren en met de nodige veiligheidsgaranties voor zowel cliënt als begeleider. Fixatie is volgens de wet op de verpleegkunde een B1-handeling, d.w.z. enkel voorbehouden voor verpleegkundigen en er is geen voorschrift van een arts nodig. Het delegeren van deze handeling naar begeleiders is toegestaan, mits we daarrond een degelijke procedure / beleid uitwerken, inclusief vorming (advies van het Vlaams Welzijnsverbond). Samen met de Raad van Bestuur BVL en de werkgroep Verpleegkundig Handelen werden minimale criteria uitgewerkt waaraan elke voorziening moet voldoen. Deze zijn samen gebracht in de Richtlijnen Medisch Verpleegkundig Handelingen, richtlijnen voor fixatie blz. 9 tot 11. De checklist veiligheidsaanbevelingen is in de leefgroep voorhanden. De checklist wordt, door de fixatieverantwoordelijke, jaarlijks overlopen met de desbetreffende teams. Elke leefgroep waar gewerkt wordt met fixatiemateriaal, heeft een fixatieverantwoordelijke die het materiaal opvolgt (naar slijtage). We gebruiken fixatiemateriaal dat daarvoor bestemd is. Aan de deuren van de slaapkamers van de cliënten die met lendenriem slapen, is er visueel een afbeelding van een magneetslotje aangebracht. In de slaapkamergang van die leefgroepen hangt een veiligheidskastje met daarin een reserve-magneetslotje en een noodschaar. 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 11 van 13

Bij de overdracht met de nachtopvoeder, vult de nachtopvoeder op de situeringslijst in welke cliënten aanwezig zijn. Op deze lijsten is ook aangeduid welke slaapkamerdeuren zijn vastgemaakt en/of welke cliënten gefixeerd liggen met een lendenriem. De concrete afspraken omtrent gebruik van fixatie bij de cliënt, zijn terug te vinden in het IDO, meer bepaald in het bijvoegsel IDO. Dit bijvoegsel wordt minstens bij elke IDO-bespreking geëvalueerd en indien nodig aangepast. 2.4.4. Registraties fixeren Bijvoegsel IDO: dit wordt ingevuld voor elke cliënt bij wie fixatie structureel wordt toegepast. Hierin wordt duidelijk omschreven hoe de maatregel tot stand is gekomen, het multidisciplinair overleg daarrond, overleg met de ouder(s) of wettelijk vertegenwoordiger en eventueel met de cliënt alsook de concrete afspraak. Bij elke bespreking van de individuele dienstverleningsovereenkomst wordt dit geëvalueerd. Voor cliënten waar op regelmatige basis fixatie wordt toegepast, wordt de evaluatie frequenter doorgevoerd. Dit is de verantwoordelijkheid van de zorgbegeleider. Registratie controle fixatiemateriaal Situeringslijsten nachtdienst Vorming fixatie - registratieformulier 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 12 van 13

3. Documenten en hulpmiddelen vrijheidsbeperkende maatregelen 3.1. Algemeen - ethisch advies BVL - visietekst Vrijheidsbeperkende Maatregelen (MFC Sint-Jozef) - visietekst Agressie (MFC Sint-Jozef) - visietekst SEO (MFC Sint-Jozef) (in ontwerp) - visietekst PTV-technieken (MFC Sint-Jozef) (in ontwerp) - Individuele dienstverleningsovereenkomst (IDO) - Bijvoegsel IDO - Toolboxfiche 3.2. Afzondering - Registratieformulier afzondering - Individuele registratie afzondering - Directienota camerabewaking D12 OC 01 3.3. Fixeren - Richtlijnen BVL Medisch Verpleegkundig Handelingen - Checklist veiligheidsaanbevelingen - Registratie controle fixatiemateriaal - Pictogram met magneetslotje - Pictogram deur op slot - Vorming fixatie intern beleid - Vorming fixatie registratieformulier - Situeringslijsten nachtdienst 150901_QHB_4.6.7.vrijheidsbeperkende_maatregelen.docx p 13 van 13