Archiefexemplaar Gedeputeerde Staten bericht op brief van: De voorzitter van provinciale staten van Zeeland uw kenm*: ons kenmek, 11002884 afdeling: Handhaving Natuur en Milieu bijlage("): 1 behandeladoor: R.C. Janssen onderwerp: Handhaving Besluit risico zware ongevallen verronden: B 4 FEB. 2018 Middelburg. I februari 201 7 Geachte voorzitter, De begin uitgebroken brand bij het chemicaliënbedrijf Chemiepack te Moerdijk heeft veel aandacht gekregen in de publiciteit. Op bestuurlijk niveau heeft deze brand het belang benadrukt van een goede handhaving van het Besluit risico zware ongevallen 1999. Omdat in Zeeland relatief veel bedrijven zijn gevestigd, die vallen onder het Besluit risico zware ongevallen, leek het ons goed om u te informeren over de wijze waarop wij bij deze bedrijven uitvoering geven aan onze handhavingbevoegdheden. Daarvoor verwijzen wij u naar de notitie "handhaving Besluit risico zware ongevallen", die u aantreft als bijlage. Hoogachtend, gedeputeerde staten,, '7, secret
Handhaving Besluit risico zware ongevallen Inleiding Na de brand bij ChemiePack in Moerdijk op 5 201 1 is er meer belangstelling voor de regelgeving voor risicovolle bedrijven en de wijze waarop het toezicht op dergelijke bedrijven is georganiseerd. Deze notitie is bedoeld om u hierover te informeren, in het bijzonder over de Zeeuwse situatie. Brzo Brzo is een afkorting voor Besluit Risico's Zware Ongevallen. Het Brzo is de Nederlandse invulling van een Europese (Seveso II) richtlijn. Het Brzo voegt wet en regelgeving op het gebied van arbeidsveiligheid, externe veiligheid en rampbestrijding samen. Het doel van het Brzo is het voorkomen en beheersen van zware ongevallen met gevaarlijke stoffen. In Nederland vallen bedrijven met grote hoeveelheden gevaarlijke stoffen, zoals ChemiePack, onder het Brzo. Het Brzo stelt strengere veiligheidseisen aan Brzo bedrijven dan aan bedrijven die niet onder het Brzo vallen. Het Brzo kent twee categorieen bedrijven, met bijbehorende eisen: de "VR bedrijven" en de "Pbzo bedrijven". Tot welke categorie een bedrijf behoort is afhankelijk van de hoeveelheden gevaarlijke stoffen die op het bedrijfsterrein aanwezig kunnen zijn. Naast de verplichtingen voor de Brzo bedrijven, regelt het Brzo ook de verplichtingen voor de toezichthoudende overheidsinstanties. Het gaat hierbij met name over het uitvoeren van inspecties en het beoordelen van veiligheidsrapporten. Een gedetailleerdere beschrijving van de Brzo regelgeving treft u aan in de bijlage bij deze notitie. Zeeuwse situatie In Zeeland zijn 20 Brzo bedrijven gevestigd. Voor 18 van deze bedrijven is de Provincie Zeeland het Wabo bevoegd gezag. Voor de overige 2 bedrijven zijn dat de gemeenten Goes en Terneuzen. In tabel 1 is een opsomming gegeven van de Brzo bedrijven waarvoor de Provincie Zeeland het Wabo bevoegd gezag is. Tabel 1: overzicht Brzo bedrijven:
Tabel 2: Brzo inspecties vanaf 2006 Bedrijf Air Liquide Air Products Arkema Cargill 2006 2007 200% augustus 2009 201 0 2011 Dow Eastman Heros nvt mrt & okt februari nvt feb & okt augustus feb & sep mrt & okt feb & okt september september ICLIP oktlnov Indaver Oiltanking Rosier september oktober juli oktober februari Thermphos februari Total Vesta Vopak februari augustus september juli Yara decem ber Zalco augustus Aantal 8 14 13 11 12 17
Inspectieresultaten Brzo toezicht is een vorm van systeemtoezicht. Dat wil zeggen dat het toezicht zich voornamelijk richt op de werking van het veiligheidsmanagementsysteem van een bedrijf. De gedachte hierachter is dat bij een goed werkend systeem de veiligheidsprestaties zullen verbeteren. Een goed werkend systeem zal ook het geconstateerde aantal overtredingen bij inspecties verminderen. In tabel 3 is een overzicht gegeven van de overtredingen die zijn geconstateerd tijdens de Brzo inspecties vanaf 2006. Tabel 3: geconstateerde overtredingen bij Brzo inspecties = geen inspectie uitgevoerd.
Handhaving De in tabel 3 genoemde overtredingen zijn overtredingen van het Brzo 1999, de Rrzo 1999, de Wet milieubeheer of de Arbeidsomstandighedenwet en kunnen gehandhaafd worden door de Arbeidsinspectie of Provincie Zeeland. Wie in voorkomend geval handhavend optreedt is afhankelijk van welke wet of regelgeving wordt overtreden. De Veiligheidsregio heeft geen handhavingbevoegdheden. Ze hebben alleen de bevoegdheid (sinds op 1 oktober 2010 de Wet op de Veiligheidsregio's van kracht is geworden) om bedrijfsbrandweeraanwijzingen te doen. Provincie Zeeland is bevoegd om te handhaven op het Brzo en de omgevingsvergunning (voorheen Wet milieubeheer). Voor de handhaving van de geconstateerde overtredingen wordt de in "Oog op Zeeland" beschreven sanctiestrategie gehanteerd. De Arbeidsinspectie reageert in de regel met 'het stellen van een eis' eventueel gevolgd door een proces verbaal. Bij acuut gevaar voor de arbeidsveiligheid kan de Arbeidsinspectie een installatie of bedrijf (laten) stilleggen. Op grond van artikel 23 van het Brzo heeft de Provincie Zeeland deze bevoegdheid ook voor situaties die acuut gevaar voor de omgeving opleveren. De handhaving door Provincie Zeeland heeft geresulteerd in 44 formele waarschuwingen en 4 dwangsommen. Het aantal formele waarschuwingen is overigens niet te vergelijken met het aantal geconstateerde overtredingen omdat een groot aantal overtredingen door de Arbeidsinspectie worden gehandhaafd en de formele waarschuwingen vaak meerdere overtredingen bevatten. Het stilleggen van een installatie of een bedrijf is sinds het van kracht worden van het Brzo in Zeeland nog niet voorgekomen. In tabel 4 is een overzicht gegeven van het aantal formele waarschuwingen en lasten onder dwangsom per jaar en per bedrijf.
Tabel 4: formele waarschuwingen en dwangsommen * ** Sea Way is niet meer in bedrijf doordat een grote brand in 2007 het bedrijf in de as heeft gelegd. Inmiddels is Sea Way failliet na een mislukte doorstart. Vesta: 7 lasten onder dwangsom in 1 beschikking Vopak: 1 last onder dwangsom in 1 beschikking Thermphos: 10 lasten onder dwangsom in 1 beschikking; 9 lasten onder dwangsom in 1 beschikking. Uit voorgaande blijkt dat het Brzo toezicht in Zeeland vergaand is geprofessionaliseerd en dat in samenwerking met de inspectiepartners op intensieve wijze uitvoering is gegeven aan Brzo inspecties in Zeeland. M.b.t. de geconstateerde overtredingen is via hercontroles gebleken dat deze door de bedrijven op adequate wijze worden opgeheven.
Bijlage Reqelaeving Het Brzo 1999 en het Rrzo 1999 stellen eisen aan de meest risicovolle bedrijven in Nederland ten aanzien van de preventie en de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn. Daarnaast wordt in het Brzo de wijze waarop de overheid daarop moet toezien geregeld. Provincies en gemeenten spelen hier als coördinerend bevoegd gezag Wabo een centrale rol. Het Brzo kent twee zogenaamde drempels: de lage drempel en de hoge drempel. Deze drempels zijn vastgelegd in bijlage I van het Brzo. Bij overschrijding van de lage drempel, is een bedrijf een Brzo bedrijf en moet het bedrijf een preventiebeleid zware ongevallen uitwerken in een veiligheidsbeheerssysteem (VBS). In het Brzo is ook voorgeschreven aan welke elementen in dit VBS aandacht moet zijn besteed. Deze elementen hebben betrekking op: Organisatie en personeel Identificatie van gevaren en beoordeling risico's Toezicht op de uitvoering Wijze waarop wordt gehandeld bij wijzigingen Planning voor noodsituaties Toezicht op prestaties Audits en beoordeling Het VBS van bedrijven dient te werken op basis van de zogenaamde PDCA (Plan Do Check Act) loop. De invulling van de hierboven genoemde onderwerpen is dus aan continue verbetering onderhevig en er valt dus per definitie iets op aan te merken. In de meeste gevallen hebben bevindingen naar aanleiding van een inspectie betrekking op zaken die weliswaar geregeld zijn, maar nog verbeterd kunnen worden. Bedrijven die ook de hoge drempel overschrijden, moeten naast een uitgewerkt preventiebeleid ook een Veiligheidsrapport opstellen en ter beoordeling aan het Wabo bevoegd gezag voorleggen. Tot slot eist het Brzo dat alle maatregelen zijn getroffen om een zwaar ongeval te voorkomen. Met maatregelen wordt bedoeld organisatorische en technische maatregelen zowel voor de preventieve fase als de repressieve fase. Bedrijven hebben in dit opzicht een aantoonplicht. Uitvoering In Zeeland worden de inspecties uitgevoerd op basis van het bestuurlijk vastgestelde inspectieprogramma "Uitvoering verankerd". Tijdens de inspecties wordt de NIM (Nieuwe inspectie methodiek) toegepast. Dit is een landelijk ontwikkelde inspectiemethodiek die geschikt is om systeemgericht te kunnen inspecteren. Deze methodiek is speciaal ontwikkeld om de (werking van) veiligheidbeheerssystemen te controleren. Door het toetsen van waarnemingen worden bevindingen geformuleerd en op basis van deze bevindingen worden conclusies getrokken. Hierbij worden 3 beoordelingsgrondslagen toegepast: gedocumenteerd, geschikt en geïmplementeerd. Is de beoordeling van inspectieonderwerpen slecht of matig, dan resulteert dit in een overtreding die afhankelijk van welke wet en regelgeving wordt overtreden, ofwel door de Arbeidsinspectie, ofwel door het Wabo bevoegd gezag worden gehandhaafd.