Stap voor stap: Het Medisch Onderzoek voor het 1 ste leerjaar
Waarom deze presentatie De leerlingen van het 1 ste leerjaar krijgen dit schooljaar een medisch onderzoek op school. We willen je hier graag meer over vertellen
Wat gebeurt er vooraf? Voor het onderzoek kan de leerkracht aan de verpleegkundige mogelijke aandachtspunten/ problemen signaleren. Deze bezorgdheden kunnen te maken hebben met: - Gehoor, zicht Spraak, taal, psychomotorische, ontwikkeling Hygiëne, moeheid, luizen De manier waarop dit gebeurt wordt op school afgesproken. De leerkracht kent de kinderen zeer goed, wij houden graag rekening met deze ervaring.
Wat gebeurt er vooraf? De leerkracht bezorgt de oudervragenlijsten en de toestemmingen voor vaccinatie aan elke leerling. De ingevulde oudervragenlijsten en toestemmingen worden opgehaald door de verpleegkundige. Je kan de leerlingen laten kennismaken met het onderzoek: Deze presentatie bevat foto s en tekeningen die je hierbij kan gebruiken.
Wegen Het gewicht wordt nagekeken in functie van leeftijd, lengte en geslacht. Bij het wegen staat de leerling goed stil op de weegschaal met beide armen naast het lichaam.
Meten De lengte wordt gemeten en vergeleken met de groeicurve. Bij het meten staat de leerling flink recht, met beide armen naast het lichaam, de voeten naast elkaar, de hielen tegen de muur en het hoofdje rechtop.
Oogtest ( logmar test) Met deze test krijgen we een idee over de gezichtsscherpte op afstand van de leerling.
Oogtest Ik moet een ooglapje of brilletje opzetten. Met mijn vinger wijs ik naar hetzelfde symbool als de verpleegkundige.
Kleurentest Ik zeg het cijfer dat ik in de kleuren zie. Op een blad mag ik hetzelfde cijfer tonen.
gehoor Het gehoor wordt bij elk kind getest. Ze krijgen een hoofdtelefoon op. Bij het horen van een toon steek ik mijn hand op.
De dokter De arts kijkt naar de tanden. Sommige kinderen krijgen een inenting tegen klem, kroep, kinkhoest en polio. Na de inenting kunnen sommige kinderen een beetje last hebben van hun arm.
Controle van de oogstand ( cornea reflex ) Met deze test gaan we na of het kind scheel ziet. Met een klein voorwerp laten we het kind het zicht fixeren en met een lichtje kijken we waar dit gereflecteerd wordt op het hoornvlies.
Wat gebeurt er nadien? Na het onderzoek wordt een brief met resultaten en adviezen voor de ouders meegegeven. Als het zicht of gehoor gedaald is, wordt dit besproken met de leerkracht. Andere gegevens worden enkel in overleg met de ouders doorgegeven aan de school.
Tot slot: Veel bewegen door te spelen, te sporten, te ravotten WEBSITES WAAR JE HEEL WAT INTERESSANTE INFO KAN VINDEN: GEZONDOPVOEDEN.BE BIEDT INFORMATIE AAN OUDERS DIE HUN KINDEREN (2-18 JAAR) GEZOND WILLEN OPVOEDEN. DATVOELTBETER.BE EEN INITIATIEF VAN VLAAMS MINISTER VOOR WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN JO VANDEURZEN EN ZORG EN GEZONDHEID DROGENACHTEN.BE UITGEBREIDE VOORLICHTING OMTRENT BEDPLASSEN GROEIMEE.BE WEBSITE OVER OPVOEDEN EN OPVOEDINGSONDERSTEUNING VAN EXPOO, HET EXPERTISECENTRUM OPVOEDINGSONDERSTEUNING VAN DE VLAAMSE OVERHEID.
GESTOORD KLEURENZICHT Het normale oog is gevoelig voor drie basiskleuren: rood, groen en blauw. Alle andere kleuren, opgebouwd uit deze basiskleuren, worden herkend. Iemand met gestoord kleurenzicht is minder gevoelig of helemaal ongevoelig voor één of meerdere van deze basiskleuren. Dit brengt mee dat bepaalde kleuren of kleurschakeringen niet herkend worden.
GESTOORD KLEURENZICHT Er bestaan dus vele vormen van lichte tot sterke stoornis voor rood, groen of blauw. Enkel bij ongevoeligheid voor alle basiskleuren kan men spreken van volledige kleurenblindheid. Mensen met die stoornis zien de wereld als in een zwart-wit film. Gestoord kleurenzicht is meestal een aangeboren afwijking. 8% van de jongens hebben ermee te maken en slechts 0,4% van de meisjes.
GESTOORD KLEURENZICHT Verminderd zicht voor groen komt het meest voor (5%), dan verminderd zicht voor rood (1%), roodblindheid (1%) groenblindheid (1%). Stoornis in blauwzicht en volledige kleurenblindheid komen zeer zelden voor. Op school kan het kind problemen ondervinden bij vakken waar met kleuren gewerkt wordt, bijvoorbeeld bij wiskunde, tekenen
GESTOORD KLEURENZICHT Hoe kan je als leerkracht helpen? Een goed contrast tussen voor- en achtergrond is belangrijk. Kleurintensiteit en heldere belichting werken in het voordeel van de leerling met gestoord kleurenzicht. Als je kleuren gebruikt, gebruik dan bij voorkeur geel, blauw, wit of zwart. (Bijv. bij de opdracht: schrijf alle woorden over waaronder ik een gele streep heb gezet.)
GESTOORD KLEURENZICHT Hoe kan je als leerkracht helpen? Nog beter is het om aan de kleur een patroon te koppelen. (vorige opdracht zou dan luiden: schrijf alle woorden over waaronder ik een gele golflijn heb gezet.) Dit is ook nuttig als je de kleuren rood of groen toch wil gebruiken. Als je met rood op een zwart bord schrijft, zou het kunnen dat sommige leerlingen niets op het bord zien staan!
uit http://www.lantaarn.demon.nl/medemens/kleurbl.htm) GESTOORD KLEURENZICHT Hoe kan je als leerkracht helpen? Plak op kleurpotloden of stiften de kleurnamen. Zo n stift kan als vergelijkingsmateriaal gebruikt worden en vergroot zo de mogelijkheid om toch kleuren te gebruiken. Als kleuren ook een boodschap inhouden, bijv. groen=starten en rood=stoppen, schrijf dan de betreffende woorden erbij. Let op bij opdrachten waarin een kleurnaam is verwerkt.
Kleurplaten
Nog enkele gezondheidstips
Elk kind heeft brandstof nodig: energie om goed te kunnen werken. Die brandstof zit in koolhydraten (brood, aardappelen, deegwaren, peulvruchten) en in vetten (boter, olie, kaas, eieren ). Elk kind heeft bouwstoffen nodig om te groeien (eiwitten en mineralen). Die zitten vooral in melk, kaas, ei, vis en vlees. Elk kind heeft beschermende stoffen nodig om niet vlug ziek te worden: vitaminen, mineralen, vezels en water. Die zitten vooral in groenten en fruit, bruine broodsoorten
De restgroep: zoetigheden, snoepjes, mayonaise. Aanbeveling: zijn niet nodig in een evenwichtige voeding. Smeer- en bereidingsvet: levert energie. Aanbeveling: matigen. Een mespunt smeervet op de boterham, één eetlepel bereidingsvet per persoon bij een warme maaltijd Vlees, vis, en eieren: of vervangproducten als soja, peulvruchten en noten zorgen voor eiwitten.
Zuivelproducten: (melk, yoghurt, smeerkaas, platte kaas) zijn een belangrijke bron van calcium, eiwitten en vitamine B. Calcium zorgt voor sterke botten. Groenten en fruit: leveren vitaminen, mineralen en vezels. Graanproducten: (beschuit, brood, ontbijtgranen, rijst, deegwaren) en aardappelen vormen de basis van een gezonde voeding. Water: is een onmisbaar deel van ons lichaam.