UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI BAKALÁŘSKÁ PRÁCE NIZOZEMSKÁ FILOLOGIE



Vergelijkbare documenten
NEDERLAND IN DE 16e EEUW

Calvijn. Vrede van Augsburg. Margaretha van Parma. Hertog van Alva. De keurvorst van Saksen. Karel V. Buitenlandse zaken en oorlog

Noord-Nederlandse gewesten. Smeekschift

Het verhaal van de 80 jarige oorlog!

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4

Naam: DE GOUDEN EEUW en Rembrandt

1: De nederlanden komen in verzet tegen Filips II

Naam: DE BEELDENSTORM Ketters Luther en Calvijn

Hoofdstuk 2: De Nederlandse Opstand ( )

Ontstaan van de Gouden Eeuw ( )

Geschiedenis kwartet Tijd van jagers en boeren

4 De Nederlandse opstand

rijks museum Voorbereidende les bij de rondleiding Proef de Gouden Eeuw Geschiedenis Werkblad voor leerlingen (groep 7 en 8) 1/14

ONLINE BIJBELSTUDIE VOOR JONGEREN

Tijdwijzer. Het begin. Voor en na Christus

1c. Losse opdracht- Memoryspel

Tijd van ontdekkers en hervormers ( ) / Renaissance

2 De oprichting van de VOC en de WIC zorgde ervoor dat overal op de wereld Zeeuwse en Hollandse schepen voeren.

Samenvatting Kunst Hoofdstuk 1: Burgerlijke cultuur in Nederland in de 17e eeuw

Onderzoeksvraag: Welke ontwikkelingen in de Republiek stimuleerden de wetenschap en de cultuur?

Werkstuk Geschiedenis Frankrijk in de tijd van het absolutisme

JOOST VAN DEN VONDEL. Jakub Jun Kristýna Němčanská Ema Kubovičová

1 Friesland 2 Stad en Lande 3 Drenthe 4 Overijssel 5 Gelre 6 Limburg 7 Sticht 8 Holland 9 Zeeland 10 Brabant 11 Vlaanderen 12 Artesië

1 Friesland 2 Stad en Lande 3 Drenthe 4 Overijssel 5 Gelre 6 Limburg 7 Sticht 8 Holland 9 Zeeland 10 Brabant 11 Vlaanderen 12 Artesië

Bloei van de Republiek hv123. CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie.

Tijd van regenten en vorsten Wetenschap en kunst. Tijd van regenten en vorsten Wetenschap en kunst

3a. Denk opdracht- Wie ben ik?

Samenvatting geschiedenistoets hoofdstuk 6: Een tijd van revoluties

Stofomschrijving Deze opdracht hoort bij en 3.2 van De Republiek in tijd van Vorsten (Geschiedenis Werkplaats).

Geschiedenis groep 6 Junior Einstein

Hoofdstuk 1C8. Hoe ontstond Nederland?

Samenvatting Geschiedenis 2.1 t/m 3.1

Leerdoel Leerlingen herhalen op een speelse manier kennis over het ontstaan en het bestuur van de Republiek.

8*. Na de dood van Karel de Grote werd de eerste grondslag gelegd voor Grenzen in Europa. Leg uit.

De klassieke tijdlijn


Hertogen, Graven, Baronnen en Heren rond de Baronie van Acquoy ca Door A. F. Verstegen. 1. Heerlijkheid Hagestein. 2.

Eindexamen geschiedenis havo I

Tijd van regenten en vorsten Wie heeft de macht? Deel 2. Wie hadden in de Republiek, in Frankrijk en in Engeland de politieke macht?

Naam: VAN WILLIBRORD tot Statenbijbel

Samenvatting Gouden Eeuw ABC

Bij de tijd Groep 6 thema 3, les 1 De Opstand Werkblad 1. dit is Klaas. Klaas is veer-tien jaar. hij loopt al heel lang.

geschiedenis geschiedenis

PINKSTEREN DRIE: Bokkie kopen!

Albrecht van Oostenrijk: (Wiener Neustadt, 15 november 1559 Brussel, 13 juli 1621

De renaissance!! Waarschijnlijk heb je al eens van deze term gehoord bij het bezoeken van museums of tijdens lessen geschiedenis.!

Eindexamen geschiedenis vwo II

Werkboek klas 2 Hoofdstuk 3

Gebeurtenis Regeerperiode

2 Eeuw van het Verstand

Geschiedenis van Suriname : Suriname van Engelse naar Nederlandse landbouwkolonie

#GOUDENEEUW Chatten met Hollanders uit de 17e eeuw

Samenvatting Geschiedenis Historische context; De republiek

Naam: Samenvatting Gouden Eeuw.

2 Vroege renaissance 2.1

Link it: Republiek in tijd van Vorsten

Journal of Nobility Studies

De Republiek in een tijd van vorsten, Kennistoets bij hoofdstuk 3 Havo

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 5 De Romeinen

De nieuwe tijd. Gemaakt door: Imke, Guusje en Miika. In de tijd van de ontdekkers en hervormers 1500 tot 1600.

Hollandse Meesters. Dit werkboekje is van:

Leerdoel Leerlingen horen spelenderwijs feiten langskomen over de staatsinrichting van de Republiek in de Gouden Eeuw.

Over het toneelstuk Gijsbrecht van Amstel

Dagboek Sebastiaan Matte

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 2 Regenten en Vorsten

Wie was de eerste prins van Oranje? Leer het aan de hand van het Wilhelmus.

Samenvatting Geschiedenis H1

DE FAMILIE VAN LOON 130 _

8,5. Samenvatting door K woorden 18 juni keer beoordeeld. Geschiedenis. Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

een zee In de zeventiende eeuw worden de handelaren en kooplieden steeds belangrijker. De edelen en de geestelijken krijgen veel minder macht.

Het Onderzoek. Laura Koopman Groep 7 woensdag 5 maart 2014 HET ONDERZOEK

STEDELIJKE DYNAMIEK IN DE LAGE LANDEN ( ) Nascholingsconferentie geschiedenis 2019

Antwoorden oefenopgaven HC Rep. Der Nederlanden

2. Bourtange I. Kijk naar het plaatje en lees bovenstaande titel. Waar zou de luistertekst over gaan? Kruis het juiste antwoord aan.

Theodoor van Thulden ('s-hertogenbosch 's-hertogenbosch 1669)

Landenspel. Duur: 30 minuten. Wat doet u?

Het begin van staatsvorming en centralisatie. Onderzoeksvraag; Hoe vond de staatsvorming van Engeland, Frankrijk en het hertogdom Bourgondië plaats?

Samenvatting Geschiedenis hoofdstuk 1

germaans volk), een sterke Franse groepering. Ze verkochten haar aan de Engelsen die haar beschuldigden van ketterij (het niet-geloven van de kerk).

Toetsvragen Geschiedenis toelating Pabo. Tijdvak 7 Toetsvragen

Samenvatting Geschiedenis Examenkatern

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 4

Realisme het leven zoals het is

Tijd van ontdekkers en hervormers ( ) 5.4 Uit de Opstand een Republiek geboren. ( )

7,5. Samenvatting door W woorden 11 september keer beoordeeld. Geschiedenis. 1 Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden

Samenvatting Geschiedenis Hoofdstuk 1

Sterre, de familie Huygens in de Gouden Eeuw. van Rieks Veenker. Voor groep 6, 7 en 8

TIJD VAN ONTDEKKERS EN HERVORMERS PERIODE: DE VROEGMODERNE TIJD

Voorbereidende les bij de rondleiding Ik ruik, ik voel wat jij niet ziet Geschiedenis Werkblad voor leerlingen bij Gouden Eeuw (groep 7 en 8)

TULPENGEKTE. 1. Streep door wat niet van toepassing is.

Als bij een vraag een verklaring of uitleg gevraagd wordt, worden aan het antwoord geen punten toegekend als deze verklaring of uitleg ontbreekt.

De Jefferson Bijbel. Thomas Jefferson

Maria van Bourgondië: Brussel, 13 februari 1457 Wijnendale, 27 maart 1482

Wie hadden in de Republiek, in Frankrijk en in Engeland de politieke macht?

havo 1

HANDEL LES 2. De Oostzeevaart of de Sontvaart. Aangenaam. De naam is Bicker, Jacob Bicker, directeur bij de Oostzeevaart.

PASPOORTEN BOVENBOUWERS.NL

A) Handelsposten. Verovering Makassar door Cornelis Speelman. 4.VELH inv. nr

Rembrandt van Rijn. Hoofdstuk 1 : Rembrandt zijn eerste jaren.

Transcriptie:

UNIVERZITA PALACKÉHO V OLOMOUCI FAKULTA FILOZOFICKÁ KATEDRA NEDERLANDISTIKY BAKALÁŘSKÁ PRÁCE NIZOZEMSKÁ FILOLOGIE Het beeld van Nederland in stadsgezichten en landschappen van schilders uit de Gouden Eeuw Obraz Nizozemí v městských scenériích a krajinách z tzv. Zlatého století The picture of the Netherlands in landscape and townscapes in the Golden Age Vedoucí práce: Doc. Dr. Wilken Engelbrecht, cand. litt. Vypracovaly: Zuzana Vaidová & Kateřina Šedová V Olomouci, 2008

Verklaring Wij verklaren, dat we dit bachelorwerk aan het thema Het beeld van Nederland in stadsgezichten en landschappen van schilders uit de Gouden Eeuw zelf, alleen met gebruik van de genoemde literatuur en de andere bronnen en met begeleiden van heer Doc. Dr. Wilken Engelbrecht, cand. litt. hebben gemaakt. Prohlašujeme, že jsem naši závěrečnou práci na téma Obraz Nizozemí v městských sceneriích a krajinách z tzv. Zlatého století vypracovaly samostatně a uvedly jsme v ní veškerou literaturu a ostatní zdroje, které jsme použily.

Dankbetuiging Wij danken onze begeleider heer Doc. Dr. Wilken Engelbrecht, cand. litt. voor zijn vakbegeleiding en aanmerkingen bij de verwerking van het bachelorwerk. Olomouc, 17.4.2008 Zuzana Vaidová & Kateřina Šedová

Inhoud INLEIDING... 6 1. GOUDEN EEUW (K.Š.)... 8 1.1 Wetenschap tijdens de Gouden Eeuw (Z.V.)... 8 1.2. Literatuur tijdens de Gouden Eeuw (Z.V.)... 10 1.3 Het begin van de koloniale traditie (Z.V.)... 12 1.4 De maatschappelijke vehouding (K.Š. & Z.V.)... 14 2. DE TACHTIGJATIGE OORLOG (K.Š.)... 16 2.1 De redenen van het conflict (K.Š.)... 16 2.2 Het verloop van de oorlog (K.Š.)... 19 2.3 Het einde van de tachtigjarige oorlog (K.Š.)... 21 3.DE REVOLUTIE IN DE KUNST - (ARCHITECTUUR EN SCHILDERKUNST) (K.Š. & Z.V.)... 23 3.1 De architectuur (Z.V.)... 23 3.1.1 Vertegenwoordigers van de renaissancebouwkunst (Z.V.)... 24 3.1.2 De Nederlandse renaissance (Z.V.)... 25 3.1.3 Het classicisme (Z.V.)... 26 3.1.4 De vertegenwoordigers van het classicisme (Z.V.)... 27 3.2 De schilderkunst (K.Š.)... 28 3.2.1 Schilders en genres tijdens de Gouden Eeuw(K.Š.)... 30 3.2.2 Sint-Lucasgilde (K.Š. & Z.V.)... 34 4.1 Landschappen (K.Š)... 37 4.1. De oorsprong, ontwikkeling en de vertegenwoordigers van de landschapschilderkunst... 37 4.1.1. Het uitbeelden van t landschap in de prehistorie en oudheid 37 4.1.2 Het uitbeelden van het landschap in de middeleeuwen en in de renaissance... 37 4.1.3 Het uitbeelden van het landschap in de 17 e eeuw... 38 4.1.4 Het uitbeelden van het landschap in de 19 e en de 20 e eeuw... 38 4.2 De Italianisten... 38 4.3 Schilders van de Nederlandse landschappen... 40 4.3.1 Haarlemse school... 43 4

4.3.2 Esaias van de Velde (1587-1630)... 44 4.3.3 Jan Josephsz. van Goyen (1596-1656)... 46 4.3.4 Salomon van Ruysdael (1600/1603-1670)... 50 4.3.5. Jacob Isaacsz. van Ruisdael (1628/1629-1682)... 52 4.3.6 Aert van der Neer (1603/1604-1677)... 57 5 Stadsgezichten (Z.V.)... 59 5.1 De oorsprong van de stadsgezichten... 59 5.1.1 Kunsttechniek van de zeventiende- eeuwse schilders... 59 5.1.2 De stad als een kunstmotief voor kunstenaars... 60 5.2 Wie zich met wat bezighield?... 60 5.2.1 Wat was de hulpmiddel voor de kunstenaars?... 61 5.3 Schilders van alles wat tot de stad behoort... 62 5.3.1 Pieter Saenredam (1597 1665)... 62 5.3.2 Emanuel de Witte (1617 1692)... 65 5.3.3 Pieter de Hooch (1629 1684)... 66 5.3.4 Johannes Vermeer van Delft (1632 1675)... 67 5.3.5 Gerrit Adrienszoon Berckheyde (1638 1698)... 70 5.3.6 Jan van de Heyden (1637 1712)... 72 5.3.7 Carel Fabritius (1622 1654)... 74 5.3.8 Egbert van der Poel (1621 1664)... 74 5.3.9 Daniel Vosmaer (1622 1699/1670)... 75 5. 4 Stadsgezichten vanaf 15 de eeuw tot nu toe... 76 6. HET VERVAL VAN DE GOUDEN EEUW (K.Š. & Z.V)... 77 6.1. Het verval van de kunst in de 18 e eeuw... 77 CONCLUSIE... 79 CONCLUSIE IN HET TSJECHISCH... 80 CONCLUSIE IN HET ENGELS... 82 BRONNEN... 84 5

INLEIDING In de eerste plaats willen we in onze werk een algemeen beeld van Nederland geven. We proberen enkele historische, politieke en culturele samenhangen te noemen. Over politiek spreken we in verband met de relatie tussen de Republiek tot andere Europese landen, verder hebben we het over de opstelling van Nederland in verband met de wereldhandel. We schrijven over de gevolgen van de Tachtigjarige Oorlog. Wat de maatschappelijke verhouding betreft, proberen we te verhelderen hoe de maatschappij in de Gouden Eeuw eruit zag, we schrijven over de religieuze kwesties maar ook over wetenschap en hoe de wetenschap uit die tijdinvloed heeft gehad op de toekomstige wetenschappers en de maatschappij. Een stuk van onze werk bestemmen we ook voor kwesties uit de cultuur zoals literatuur of architectuur. We zijn van mening dat alles nauw samenhangt en het zodoende mogelijk is om een verband te zoeken tussen al de voornoemde gebieden van het menselijke leven en de schilderkunst. In moderne tijd dient ons voor de documentatie een fototoestel een fotografie maar vroeger hadden de mensen in plaats daarvan de beeldende kunst. Door bemiddeling van de schilderkunst kunnen we de gezichten van belangrijke staatsmannen zien, we komen erachter hoe de woningen van de mensen er uitzagen in de steden of op het platteland, hoe de mensen hun tijd doorbrachten of zels wat ze aten. We zien hoe het landschap er uitzag, wat de schilders aan het landschap heeft geboeid, hoe de steden er uitzagen en hoe de architectuur in die tijd was. Landschappen Kateřina Šedová Ik ben geen studente kunstgeschiedenis dus bekeek ik de schilderijen als een gewone toeschouwer die in het weekend naar een museum gaat wat mij op het eerste gezicht in het oog springt... Na de gewonnen opstand tegen Spanje beginnen de Nederlanden met het vormen van nieuwe kusnt. De vrijheid geeft hun genoeg energie om hun land aan de 6

wereld te laten zien. De schilderijen zijn vol van het klassieke Nederland water, zee, wolken, lucht, wind en molens, een wankel evenwicht tussen natuur en mens, van water en land, van lucht en water. Stadsgezichten Zuzana Vaidová In mijn deel probeer ik de stad in het globaal te duiden. Ik wilde me richten op het gezicht van stad en binnenstad. Ik wil over kerken, interieurs van kerken, straten, pleinen, het leven van de stadsinwoners praten. Ik ben geen studente kunstgeschiedenis maar ik probeer over enkele schilderijen uit kunst oogpunt praten of om werken van enkele schilders te vergelijken. 7

1. GOUDEN EEUW De zogenaamde Gouden Eeuw is de periode in de Nederlandse geschiedenis, toen de Zeven Provinciën (Holland, Zeeland, Groningen, Utrecht, Friesland, Gelderland, Overijssel en Drenthe 1 ) een economische opbloei beleefden. Deze periode duurde bijna de hele 17 e eeuw. In het jaar 1581 ontstond, nog tijdens de Tachtigjarige Oorlog, de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, op het gebied van het huidige Nederland. De republiek was in deze periode als staatsinrichting niet gebruikelijk. Op 26 juli 1581 werd in Den Haag het zgn. Plakkaat van Verlatinghe getekend. Deze verklaring was een officiële ontkenning van de Spaanse koning Filips II als heer van de Nederlanden. Men verklaarde dat Filips met zijn onwettig gedrag de troon verlaten had, vandaar de titel van het document. De Gouden Eeuw was de tijd van de oprichting van de eerste Noord-Nederlandse universiteit, namelijk de Universiteit van Leiden die op 8 februari 1575 werd opgericht (na de oprichting van deze universiteit ontstonden er ook in andere provincies universiteiten). De Universiteit Leiden werd als een soort geschenk gegeven door Willem van Oranje na het Leidens verzet tijdens de Tachtigjarige Oorlog tegen de Spanjaarden. De stad kon uit twee geschenken kiezen, namelijk tussen een tien jaar lange vrijstelling van belasting betalen of een universiteit. De Universiteit kreeg als motto Praesidium libertatis dat betekent bolwerk van de vrijheid. 2 1.1 Wetenschap tijdens de Gouden Eeuw Aan de oprichting van de universiteiten en hun opbloei was ook de ontwikkeling van de wetenschap verbonden. De 17 e eeuw was daarom in Nederland ook de tijd van de wetenschap bijv. de wiskunde, 1 Drenthe had wel een eigen Statenvergadering, maar was te dun bevolkt en te arm om in de Staten-Generaal vertegenwoordigd te zijn. Daar warden de Drentse belangen waargenomen door Overijssel. 2 http://www.historie.leidenuniv.nl/index.php3?m=2&c=14. 8

natuurkunde, biologie; de tijd van uitvindingen zoals microscoop, thermostaat, onderzeeër of, heel praktisch, de houtzaagmolen. Op het gebied van wiskunde moeten we Rudolf Snellius (1546-1613) en zijn zoon Willibord Snellius (1580-1626) noemen. Nu kennen we het zogenaamde getal van Ludolph vijfendertig decimalen van п. Dat getal kwam van de Duits-Nederlandse wiskundige Ludolph van Ceulen. Antoni van Leeuwenhoek was de uitvinder van de eerste microscoop dat was steeds nog alleen een primitieve microscoop. De andere namen die we in verbinding van dit apparaat kunnen noemen zijn: Zacharias Jansen of Cornelis Drebbel (1572-1633) de uitvinder van de onderzeeboot en van de thermostaat. En aan de verbetering van de microscoop werkten Christiaan Huygens, Antoni van Leeuwenhoek zelf en Jan Swammerdam. Jan Swammerdam was een anatoom. Hij ontdekte de rode bloedlichaampjes en bestudeerde de structuur van de hersens en longen. Hij was ook bezig met het bestuderen van insecten. In deze studies was Antoni van Leeuwenhoek zijn opvolger, hij ging door met de studie van bloed en het sperma. Verder werkte bijvoorbeeld Reinier de Graaf (1641-1673) op het gebied van de biologie. Hij was een arts en anatoom en beschreef de bolletjes rond de eicel die nu de Graafse follikels worden genoemd. De Nederlandse wetenschappers hielden zich niet alleen met biologie bezig maar ook bijvoorbeeld met de botanica. Ze bestudeerden bijv. vreemde planten en dat was logisch, omdat er veel exotische planten uit de Nederlandse koloniën werden gebracht. Éen van de belangrijkste botanici van deze tijd was de Nederlandse natuurhistoricus van Duitse afkomst Georg Everard Rumphius (1627-1702). Jan van der Heyden (1637-1712), een Nederlandse schilder, vond een vernuftig mechaniek uit. Dat was een speciale lantaarn. Dat was de eerste straatlantaarn. De vlam ging nooit uit. Deze uitvinding had veel succes. De lantarens kregen in de stad (Amsterdam) eigen plaatsen, 9

waarmee deze stad de eerste Europese stad met openbare straatverlichting werd. Dankzij de Nederlandse tolerantie werden er door buitenlandse filosofen progressieve ideeën geformuleerd. Deze zijn van de Portugees- Joodse filosoof Baruch Spinoza en de Fransman René Descartes. De reden waarom we René Descartes onder de belangrijke Nederlandse figuren kunnen noemen, is wegens de tolerantie. Hij kon zijn werken niet in Frankrijk publiceren dus ging hij naar de Zeven Provinciën. Spinoza en Descartes waren niet alleen filosofen maar ze waren ook bezig met andere gebieden van het menselijke weten. Spinoza wijdde zich ook aan de optica en Descartes aan de wiskunde. Dat was alleen een korte inleiding van de Nederlandse bijdrage in de 17 e eeuw aan de mondiale wetenschap. 1.2. Literatuur tijdens de Gouden Eeuw De Gouden Eeuw was niet alleen gunstig voor alle gebieden van de wetenschap, maar ook voor de literatuur. De Gouden Eeuw is de tijd van oden, sonnetten, puntdichten, elegieën, moralistische toneelspelen, komedies en tragediën. Er werd politieke poëzie, boertige poëzie, amoureuze poëzie en de aandachtige poëzie geschreven. Dit is de verdeling van de poëzie volgens de dichter Bredero. 3 Vertegenwoordigers van deze periode zijn bijv. Joost van den Vondel (1587-1679), Gerbrand Adriaenszoon Brederro (1585-1618), Roemer Visscher (1547-1620), Constantijn Huygens (1596-1687), Jacob Cats (1577-1660), Pieter Corneliszoon Hooft (1581-1647) die vooral dankzij zijn politieke poëzie beroemd is. Hij is de auteur van allegorieën zoals Het Pascha of Palamedes of de vermoorde onnoselheit. Hij schreef ook hekeldichten en sonnetten over de liefde. 3 Krijtová, O.: Nizozemská poezie zlatého věku, p. 75. 10

Met de naam van Hooft was ook de naam van een culturele en intellectuele kring verbonden. De leden van die kring ontmoetten elkaar in een kasteel vlakbij Amsterdam in Muiden de zgn. Muiderkring: In de zomer, gewoonlijk in augustus, ontmoetten veel vrienden uit de wereld van kunst en wetenschap, met wie Hooft een levendige briefwisseling door de rest van het jaar onderhield, elkaar op het Muiderslot, waar ze hun dagen doorbrachten met liedjes, dansen en de recitatie van gedichten. 4 Bovendien voerden ze taalkundige debatten. Het Boertigh Amoreus en Aandachtigh Groot Lied-boeck is het werk van Gebrand Adriaenszoon Bredero. Hij is beroemd dankzij zijn kluchten of komedies. Heel populair was zijn De Spaanse Brabander. Zijn Boerengezelschap kunnen we vergelijken met de genreschilderijen van de Nederlandse genreschilders het gewone leven van de gewone mensen. Joost van Vondel was katholiek en hij verborg dat niet. De thema s van zijn toneelstukken zijn meestal onderwerpen uit de Bijbel. Roemer Visscher is beroemd voor zijn snelgedichten. Tweeduizend puntdichten, maar niet alleen deze, heeft Constantijn Huygens (1596-1687) geschreven. Hij was secretaris van de stadhouder Frederik-Hendrik en de vader van de beroemde Nederlandse wetenschapper Christiaan Huygens (1629-1695). Jacob Cats (1577-1660), het Vadertje Cats, was de auteur van morele gedichten. In 1637 werd de Statenbijbel uitgegeven. De Statenbijbel was heel belangrijk werk op de weg naar de unificatie van de Nederlandse schrifttaal. Er waren meer andere belangrijke werken die bijdroegen aan de systematisering van het Nederlands. De Twee-spraack van de Nederduytsche letterkunst (1584) van de Amsterdamse rederijkerskamer De Eglentier enzovoort. En een belangrijke rol (zoals in andere gewichtige 4 Dutch Arts Literature in Netherlands, p. 23. In the summer, usually in August, the many friends in the world of the arts and sciences with whom Hooft conducted a lively correspondence during the rest of the year, came together at Muiden Castle, where they passed their days in song, dance and the recitation of poems. 11

kwesties) speelde in de ontwikkeling van de Nederlandse taal ook de al genoemde Muiderkring. De tolerantie en vrijheid in Nederland in deze tijd gold ook voor pers. Maar de tolerantie was gebaseerd op aan deze werkelijkheid. Het geleerde boek vooral in het Latijn geschreven kon alleen in handen van een deskundige komen. De korte pamfletten voor het brede publiek waren iets anders. Het gebeurde vaak, dat sommige schotschriften werden verboden. De auteur en de drukker kregen hoge boetes en een beul verbrandde het verdoemde stuk feestelijk op een schavot. 5 In deze periode werden er veel tijdschriften uitgegeven, bijv. de Haarlemsche Courant (later De oprechte Haarlemse courant ) en Nouvelles des Divers Endroits (ook wel Gazette de Leyde). De Nederlandse maatschappij was, zoals we al hebben gezegd, min of meer tolerant en het levensniveau van alle lagen van de bevolking (ook van de lagere) was in deze tijd in vergelijking met de rest van Europa heel goed. De redenen van deze situatie vormden de vluchtelingen uit de zuidelijke Nederlanden en hun kennis, de handel die zich dankzij de grote vaarten naar het oosten en later naar het westen ontwikkelde. 1.3 Het begin van de koloniale traditie In Nederland was er eerder geen koloniale traditie. Maar tijdens de Gouden Eeuw veranderde alles. Een heel belangrijke stap in de richting van de Nederlandse koloniale toekomst werd gemaakt door de Nederlandse koopman Jan Huygen van Linschoten. Jan was koopman en ontdekkingsreiziger. En na thuiskomst uit de oriënt publiceerde hij belangrijke informatie over de vaarroutes naar Indonesië en de Republiek. Dit boek noemde hij Itinerario, voyage ofte schipvaert, van Ian Huygen 5 van der Horst, J.: Dějiny Nizozemska p. 210. Učená kniha především sepsaná v latině se mohla dostat jen do rukou odborníka. Krátké pamflety pro širokou veřejnost byly něco jiného. Často se stávalo, že byl nějaký hanopis zakázán. Autor a tiskař pak byly odsouzeni k vysokým pokutám a kat zavržený spisek slavnostně spálil na popravišti. 12

van Linschoten naer de Oost ofte Portugaels Indien, inhoudende een corte beschrijvinghe der selver landen ende zeecusten. (Amsterdam 1595). Maar nog steeds was de situatie niet eenvoudig. Er bestonden te veel handelsmaatschappijen die bezig waren met de overzeese handel. Een van de compagnieën was bijvoorbeeld De compagnie de Verre. Voor deze compagnie werkten bijv. Cornelis de Houtman, Olivier van Noort en Willem Barentsz. Cornelis de Houtman (1565-1599) was de eerste Nederlander, die aan een reis rond de wereld deelnam. De expeditie van Cornelis de Houtman was niet succesvol. Maar de naam van Willem Barentsz is steeds beroemd of de naam van Jans Tasman die naar Australië voer (in 1624 ontdekte hij een nieuw eiland - Tasmanië). In het begin van de overzeese handel onstonden er dus veel elkaar beconcurrerende maatschappijen. 6 Jan van Oldenbarnevelt zag deze situatie niet zitten en na het ontstaan van de Engelse Oost-Indische compagnie wilde hij er een einde aan maken om de concurrentiepositie van Nederland te versterken. De Staten-Generaal hebben daarom besloten om alle bestaande compagnieën in één grote compagnie te verenigen. Daarom ontstond in 1602 de zogenaamde VOC (Verenigde Oostindische Compagnie). Deze compagnie bemiddelde de handel tussen Oost-Indië en Europa. De leiders van de VOC waren de Heren XVII de vertegenwoordigers van zes Nederlandse kamers (Amsterdam, Middelburg, Delft, Hoorn, Enkhuizen en Rotterdam), gedeeltelijk ook vertegenwoordigers van de oude compagnieën. De Indonesische archipel was min of meer een Nederlandse bezitting. De naam die met de in 1619 bij de stad Jacatra gestichte hoofdstad Batavia verbonden is, is de naam van Jan Pieterszoon Coen. De activiteiten van de VOC in het oostelijke deel van de wereld gebeurden op Ceylon, Molukken, Formosa (nu Taiwan) enzovoort. 6 Voor 1602 (voordat de VOC ontstond) bestonden er 12 verschillende maatschappijen: Compagnie van Verre, de Nieuwe Compagnie, de Oude Compagnie, de Nieuwe Brabantse Compagnie, de Verenigde Compagnie Amsterdam, de Magellaanse Compagnie, de Rotterdamse Compagnie, de Compagnie van De Moucheron, de Delftse Vennootschap, de Veerse Compagnie, de Middelburgse Compagnie en de Verenigde Zeeuwse Compagnie. 13

De vaarten naar het westen (dat betekent naar het Amerikaanse continent en de aangrenzende eilanden) werden ondernomen door de WIC (West-Indische Compagnie) die in 1621 werd opgericht. 1.4 De maatschappelijke verhouding De kolonisatie bracht nieuwe stoffen, kruiden, metalen naar Europa. De wereldhandel betrof ook de handel hier in Europa. De Nederlandse schepen transporteerden grondstoffen en koopwaren van het zuiden naar het noorden, van Groot-Brittannië naar continentaal Europa. De wereldhandel bracht echter ook kaperij en slavenhandel met zich mee. Beide activiteiten waren destijds legaal. De kaperij werd door de VOC ondersteund. De schepen hadden een speciaal document, dat kaperij legaal maakte als vijandelijke handeling tegen met name de Spanjaarden. En de WIC organiseerde de slavenhandel tussen Afrika en Amerika. Wegens de wereld handel was de 17 e eeuw de tijd, dat de opbloei van de industrie begon. Het was ook de eeuw, dat de Nederlanders nieuwe technieken leerden dankzij de vluchtelingen en dankzij de kennis opgedaan bij de zeereizen. Alle voornoemde feiten betekenden geld. En geld betekende nieuwe mogelijkheden. Mogelijkheden voor alle mensen kooplui, handwerkers, adel, de stadhouders en natuurlijk ook voor kunstenaars. Net als tegenwoordig was de grote economische opbloei minder goed voor de Nederlandse landbouw. Sommige landbouwers verkochten hun boerderijen en gingen naar de steden. Dat wijst op de realiteit dat de Nederlandse maatschappij in twee groepen was verdeeld, de minder rijke maatschappij op het platteland en de rijkere maatschappij van de stad. De voornoemde groepen van verscheidene beroepen of sociale lagen vergaderden in speciale verenigingen zoals gilden, schuttersgilden of rederijkerskamers. De gilden controleerden de economische situatie in de steden. Ze hadden de productie of concurrentie onder controle. Elk beroep had een 14

eigen gilde bakkers, viskopers, handelaars en ook kunstenaars. Ze bezaten een gildenhuis waar ze elkaar ontmoetten. Ze betaalden lidmaatschapsgeld en ze droegen aan liefdadige doeleinden bij. Ze organiseerden verschillende feesten. Net als de gilden fungeerden ook de schuttersgilden en de rederijkerskamers. Elk van deze verenigingen had zijn eigen doel. De schuttersgilden verdediging en de rederijkerskamers concentreerden zich op cultuur literair en toneeloptreden. De officiële religie in de Habsburgse landen was het katholicisme dat streng werd bewaakt. In de Republiek was omgekeerd de officiële religie het calvinisme, hoewel daar, anders dan in de Habsburgse landen, andere christelijke religies (remonstranten, lutheranen en iets minder ook katholieken) en de joodse religie werden getolereerd. In 1585 vluchtten na de val van Antwerpen veel inwoners, meestal calvinisten, uit het zuiden naar het noorden om een nieuw leven met religieuze tolerantie te beginnen. De vluchtelingen brachten kapitaal en gespecialiseerde kennis mee (bijvoorbeeld linnenweverij, slijpen van diamanten enz.). In de meeste steden kregen de immigranten zonder problemen plaats waar ze konden wonen. Kerken en kloosters die verlaten waren, werden nu door de vluchtelingen gebruikt voor hun ondernemingen. Met de economische groei groeiden ook de steden. Bijvoorbeeld in Leiden en Haarlem steeg het aantal van de inwoners twee keer en in Amsterdam tussen de jaren 1530 en 1647 steeg het aantal inwoners liefst vijfmaal, van 30.000 tot een ongelofelijke 140.000 inwoners. Tijdens deze periode zijn rond 150.000 mensen uit het zuiden naar het noorden gevlucht. In Leiden steeg het cijfer van emigranten tussen de jaren 1581 en 1621 op 28.000 7. Leiden was toen voor het grootste deel bewoond door buitenlanders afkomstig uit Vlaanderen en Brabant. In Amsterdam was de situatie vergelijkbaar met die van Leiden. In Amsterdam waren er sommige straten en hun omgeving waar het makkelijker was zich verstaanbaar te maken in het Frans en Vlaams dan in het Amsterdamse 7 Israel, J. I.: The Dutch Republic. Its Rise, Greatness, and Fall, 1477-1806, p. 328-332, tabellen 12 en 13. 15

dialect. Zo groeide Amsterdam uit tot één van de belangrijkste centra van cultuur, handwerk en economie. Amsterdam begon de plaats van Antwerpen in te nemen. Met het erbijkomen van nieuwe inwoners moesten de steden ook nadenken over de uitbreiding van sommige stadsdelen. Zo ontstond bijvoorbeeld in Rotterdam de Waterstad en in Amsterdam, dat zich naar het westen uitbreidde, ontstonden er drie nieuwe grachten: Prinsengracht, Herengracht, Keizersgracht. De welstand van de noordelijke Lage Landen lokte heel veel andere mensen uit heel Europa die hier een beter leven hoopten te vinden. In het begin van het 17 e eeuw, nadat Filips II de macht overnam in Portugal, kwamen er ook veel Joden naar Nederland. Er bestond al in de zestiende eeuw een Joodse communiteit in Amsterdam, maar deze gemeenschap is na het eind van de Tachtigjarige Oorlog nog veel groter geworden. De Joden en hun handelsvermogen gaf hun een goede positie om met het bouwen van een nieuw leven in Nederland te beginnen. Ze werden zonder grotere problemen aangenomen. Met zoveel contacten uit de wereld van handel waren ze voor de Zeven Provinciën heel lucratief. Maar toch waren er veel wetten waaraan ze zich moesten houden. Zo mochten ze geen lid worden van een gilde, ze mochten niet met een niet-joodse trouwen enz. 2. DE TACHTIGJARIGE OORLOG 2.1 De redenen van het conflict De opvolger van Karel V, zijn zoon Filips II volgde alleen in de regering van Spanje en Nederlanden op. De rest van het rijk van zijn vader ging naar zijn oom Ferdinand I van Oostenrijk. Filips wilde verdergaan met de politiek van Karel V en wilde de autoriteit van de monarchie en van de katholieke religie behouden en verstevigen. Hij groeide op in Spanje en de Nederlanden kende hij weinig. Zijn regeren in Nederlanden lukte niet zoals hij gehoopt had. In het noorden was de calvinistische religie al te veel verspreid om nog te proberen het 16

katholicisme in het geloof van de bevolking terug te krijgen. De industrie in Vlaanderen en Brabant was al in die tijd sterk getroffen door malaise en dat heeft ook de koning heel veel beïnvloed, wat de financiën betreft. Zijn financiële hervorming was voor de bevolking onacceptabel. De stadhouders in het noorden waren zich bewust van de ontevredenheid van de bevolking. Onder leiding van prins Willem van Oranje (1533-1584), de stadhouder van Holland, Zeeland en Utrecht die zelf uitgestrekte Brabantse goederen in bezit had, sloten de stadhouders (edelen die de koning in de provinciën vertegenwoordigden) zich in 1562 aan bij de Liga der Groten. In 1561 is Granvelle, één van de belangrijkste raadsmannen van de Spaanse koning, kardinaal en aartsbisschop van Mechelen geworden. Granvelle had de taak om de religie in de Nederlanden te reorganiseren. De leiders van Liga waren onder anderen Willem van Oranje (1533-1584), Lamoral graaf van Egmond (1522-1568), stadhouder van Vlaanderen en Artesië en Filips II Montmorency, graaf van Horne (1524-1568), de stadhouder van Gelre en tevens admiraal van de Nederlanden. In 1563 eiste de Liga het vertrek van Granvelle. De edelen wilden zelfs weigeren deel te nemen aan de zitting in de Raad van State zolang Granvelle daar was. In 1564 won de Liga, omdat Filips niet tevreden was dat de reorganisatie van de kerk zo langzaam ging. Granvelle vertrok en de edelen kregen zelfs meer invloed op de Raad van State. De Liga der Groten probeerde de koning te overtuigen om veranderingen in de binnenlandse politiek aan te brengen. In 1566 ontving Margaretha van Parma (1522-1586), stiefzuster van Filips en landvoogdes van de Nederlanden in Brussel, het eerste van drie smeekschriften van de Nederlandse edelen (Willem van Oranje onthield zich van deze poging). De edelen wilden door middel van dit document verwijzen naar de onstabiele situatie, kritiseerden het handelen van inquisitie en deden een voorstel om de uitspraak tegen de ketters in te trekken. Ruim 200 edelen, die het smeekschrift hebben gesteund, vertrokken naar Brussel. Tijdens de overgave van de smeekschriften 17

werden de edelen voor het eerst geuzen 8 genoemd. Margaretha stuurde de eisen naar Filips maar het antwoord kon helaas niet snel komen. Het afwachten heeft voor veel onrust gezorgd. Tijdens het afwachten van de edelen ontstonden er in veel plaatsen groepen van protestanten die niet zo maar konden afwachten en het gebeuren in hun handen hebben genomen. Het resultaat was de Beeldenstorm: Tussen 13 augustus en eind september 1566 werden veel rooms-katholieke kerken, kapellen, abdijen en kloosters en hun inhoud vernield. Met geweld werden steden ingenomen, katholieke priesters werden om het leven gebracht. Margaretha kon de onrust niet tegen houden. Filips, die wraak wou nemen, moest iemand vinden om de situatie te kalmeren en in zijn ogen de beste voor deze taak was Fernando Alvárez de Toledo, hertog van Alva (1507-1582). De hertog van Alva is in augustus 1567 gekomen en Margaretha heeft in september 1568 uit protest haar ambt neergelegd. Zij was het absoluut niet eens met de methode waarop Alva de onrusten wilde oplossen, voor haar was het veel te gewelddadig. Alva had van Filips drie belangrijke opdrachten gekregen namelijk de opstandelingen straffen, hij moest ervoor zorgen dat alleen het katholieke geloof in Nederlanden zou worden beleden en de centralisatie van het bestuur invoeren. Alva heeft daarom twee medestanders van Oranje gevangen genomen en onthoofd namelijk de graaf van Egmond en de graaf van Hoorne. 9 De executie van deze twee was het begin van de bestrijding van de oppositie en van het protestantisme. Daarmee begon volgens de traditie, de Opstand der Nederlanden, de Tachtigjarige Oorlog. 10 8 Van der Horst, Dějiny Nizozemska (2005), p. 118. Ills ne sont que de gueux!, op deze manier werden de edelen, die het smeekschrift aan Margaretha hebben aangeboden, uitgelachen. Gueux betekent in het Frans bedelaar. De edelen waren beledigd, maar gebruikten deze bijnaam daarna als geuzennaam. Al snel hebben ambachtslieden kleine bedelaarsdrinkkroezen gemaakt, die de leden van de oppositie om hun nek droegen als hun symbool. In alle streken van het land werden ze dan met de kreet Leve de geuzen! verwelkomd. Van der Horst, Dějiny Nizozemska (2005), p. 118. 9 Zowel Egmond en als Horne bleven na al die gebeurtenissen overtuigd katholiek en waren het ook niet eens met de Beeldenstorm die zij hielpen bestraffen. 10 Van der Horst, Dějiny Nizozemska (2005), p. 112-118. 18

2.2 Het verloop van de oorlog In de eerste jaren van de oorlog veranderde de situatie heel snel. Eerst ging het na een eerste overwinning helemaal in het noorden aan de grens van Groningen met Duitsland bij Heiligerlee (1568) helemaal niet goed met de opstandelingen. In het jaar 1572 hebben de watergeuzen (Protestanten die na de Beeldenstorm gevlucht zijn) echter de Hollandse havenstad Den Briel ingenomen. Dat was het eerste echte succes van de 11 opstand. Deze verovering van Den Briel heeft op de provincies Holland en Zeeland grote indruk gemaakt en dus zijn deze twee provincies echt in opstand gekomen tegen de Spaanse koning. Na deze gebeurtenissen hebben zich ook andere provincies bij Willem van Oranje aangesloten. Op 6 januari 1579 sloten de zuidelijke provincies Artesië en Henegouwen en de Franstalige Vlaamse stad Dowaai de Unie van Atrecht waarin ze terugkeerden naar koning Filips II. Tegenover de Unie van Atrecht hebben de noordelijke provincies als reactie op 23 januari van dat jaar Unie van Utrecht gesloten en in 1581 hebben deze provincies het Plakkaat van Verlatinghe ondertekend in Den Haag, een officiële verklaring waarin de betrokken provincies verklaren dat de Spaanse koning Filips II niet meer hun koning is en de troon verlaten werd verklaard. Niet alle provincies die zich hebben aangesloten bij de Unie van Utrecht konden hun zelfstandigheid volhouden. Vlaanderen en Brabant werden na een paar jaar weer door de Spaanse legers veroverd. Andere provincies die zelfstandig gebleven zijn vormden de Republiek der Verenigde Nederlanden. Willem van Oranje werd op 10 juli 1584 doodgeschoten door Balthasar Gerards in de Prinsenhof in Delft. Op 3 augustus werd de Prins 11 De Unies van Atrecht en Utrecht Zelfgemaakte kaart met tekenprogramma, http://nl.wikipedia.org/wiki/afbeelding:utrecht-atrecht.jpg, (22.2.2008 01:43). 19

begraven. Gerards werd gepakt en tenslotte voor straf met paarden uit elkaar getrokken (gevierendeeld). De opstand van de noordelijke provincies tegen het Spaanse rijk eindigde met de vorming van een nieuwe onafhankelijke staat. Niemand had gedacht dat het zover zou komen. Het calvinisme was het meest verspreid in het zuiden van de Lage Landen. Het duurde langer voordat het calvinisme zich ook in het Noorden heeft uitgebreid. De economische depressie, die rond het jaar 1550 plaats vond, heeft meer het zuiden getroffen, en heeft dus in het noorden niet tot zoveel ontevredenheid geleid. Het verzet tegen de Spaanse koning en zijn internationale politiek had plaats in Brussel weer in het zuiden van het land. De opstand en nakomende splitsing van het land, die tijdens de regering van Karel V verenigd waren, heeft in het Noorden geleid tot religieuze vrijheid in tegenstelling tot het zuiden. In het jaar 1585 heeft de hertog van Parma Antwerpen, het laatste bolwerk van de Verenigde Provinciën in het zuiden, gedwongen om te capituleren. Met de val van Antwerpen hebben de opstandelingen hun rijkste en belangrijkste stad verloren, maar in korte tijd werd duidelijk, dat Antwerpen goed door Amsterdam kon worde vervangen. Zoals eerder gezegd was, heeft de val van Antwerpen voor veel emigranten naar het noorden gezorgd die hun gespecialiseerde kennis, kapitaal en internationale handelsrelaties meenamen. Het zuiden heeft daardoor enorme schade geleden. Antwerpen had in het jaar 1560 bijna honderdduizend inwoners en in 1589 bleven in de stad slechts 40.000 inwoners achter. Na enige tijd begon de stad zich weer langzamerhand te herstellen en is zij een tussenschakel tussen de Verenigde Provinciën en de Spaanse Nederlanden geworden. De landbouw kreeg in het zuiden weer een grote rol in de economie en op het platteland begonnen nieuwe 20