werkwoordspelling brochure

Uitgangspunten Voordat kinderen met de werkwoordspelling beginnen, hebben ze al veel kennis opgedaan met betrekking tot: spelling van de onveranderlijke woorden het mondeling vervoegen van werkwoorden het (mondeling) gebruik van tijden het (mondeling) gebruik van enkelvoud en meervoud Deze kennis wordt als voorwaarde gezien om met het Remediërend Programma Werkwoordspelling te werken. In het programma wordt uitgegaan van twee belangrijke kenmerken van zwakke spellers: zwakke spellers ontdekken niet zelf de regelmaat of de structuur in de schriftelijke taal zwakke spellers worden gekenmerkt door een onvoldoende taakaanpak Uitgaande van deze kenmerken ligt aan het programma een aantal keuzes ten grondslag: kinderen kennis bijbrengen met betrekking tot probleemherkenning, toepassen van kennis, flexibel maken van kennis kinderen in beperkte mate de benodigde grammaticale begrippen bijbrengen en leren hanteren kinderen alleen die kennis bijbrengen die nodig is om tot de juiste schrijfwijze van werkwoorden te komen kinderen leren de taak gestructureerd aan te pakken: probleemherkenning, probleembenoeming, kennis toepassen, opschrijven en nakijken de verschillende vaardigheden worden geïsoleerd aangeboden kinderen leren de verschillende vaardigheden flexibel toepassen als hulpmiddel bij het flexibel leren omgaan met kennis wordt een schema gebruikt Probleemherkenning wordt in het programma als essentieel gezien. Kennis van de werkwoordspelling is immers alleen nodig bij persoonsvormen van werkwoorden waarvan de laatste klankgroep met een d- of een t- begint. Alle overige werkwoorden kunnen geschreven worden met de spellingkennis die al is geleerd bij de onveranderlijke woorden. Doel Het doel van het programma werkwoordspelling is kinderen inzicht geven in de materie van de werkwoordspelling door hen de benodigde kennis bij te brengen en hen deze kennis te leren hanteren aan de hand van vijf stappen en een schema. Gebruiksmogelijkheden het Remediërend Programma Werkwoordspelling is in eerste instantie bedoeld om te gebruiken bij het remediëren van de werkwoordspelling leerlingen die onvoldoende van het reguliere klassenaanbod profiteren, kunnen door de gestructureerde opbouw van het programma alsnog tot beheersing van de werkwoordspelling komen de remediëring kan individueel, groepsgewijs of klassikaal geschieden De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 1

na intensieve instructie van de leerkracht of remedial teacher kunnen leerlingen de oefentaken zelfstandig maken Het is ook mogelijk om alleen hiaten in de kennis op te vullen, bepaalde deelvaardigheden te oefenen of kennis flexibel te maken Inhoud De complexe werkwoordspelling is opgesplitst in deelvaardigheden. Deze vaardigheden worden per hoofdstuk geïsoleerd aangeboden en ingeoefend. De kennis die in de hoofdstukken wordt opgedaan, wordt zichtbaar gemaakt in het kennisschema. Dit schema wordt gaandeweg het programma steeds verder ingevuld. Vervolgens kan het schema door leerlingen gebruikt worden om de opgedane kennis op de juiste wijze op te roepen en toe te passen. De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 2

Het programma bestaat uit vier hoofdstukken. Deze indeling is gebaseerd op de taakaanpak van de werkwoordspelling en bestaat uit de volgende stappen: Hoofdstuk 1: Is er een probleem? Het doel van dit hoofdstuk is dat leerlingen kunnen onderscheiden bij welke werkwoorden specifieke kennis van de werkwoordspelling nodig is en welke werkwoorden geschreven kunnen worden met behulp van de spellingkennis die ze al hebben. Is er een probleem? De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 3

Hoofdstuk 2: Wat is het probleem? Hier is het doel dat leerlingen kunnen bepalen met welk probleem ze te maken hebben. De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 4

Hoofdstuk 3: Welke kennis heb ik nodig? In dit hoofdstuk leren kinderen de specifieke kennis van de werkwoordspelling. Welke kennis heb ik nodig? De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 5

Hoofdstuk 4: Toepassen van de kennis, opschrijven en nakijken. Het doel van dit hoofdstuk is dat kinderen alle kennis met betrekking tot probleemherkenning, probleembepaling en werkwoordspelling flexibel kunnen toepassen. Opschrijven Nakijken De structuur per hoofdstuk Elke les heeft qua opbouw een vaste structuur, namelijk: Instructie Voortoets Oefenen Natoets Instructie Elke les begint met een instructie met de volgende kopjes: Wat weet je al Hier krijgen de kinderen een samenvatting van de voorafgaande kennis om een kader te geven waarbinnen de nieuwe kennis een plaats moet krijgen. Wat ga je leren Na de voorkennis geactiveerd te hebben, wordt aangegeven wat er in de les geleerd gaat worden. De regel De kennis die essentieel is voor de les wordt aangeboden in de vorm van een regel. De uitleg De regel wordt uitgelegd aan de hand van voorbeelden. Dus Onder dit kopje wordt de uitleg herhaald. Daarna volgt een instructie voor het toetsgedeelte. De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 6

De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 7

Voortoets Na de instructie wordt aan de hand van een voortoets nagegaan of de leerling de leerstof beheerst. Blijkt uit de toets dat de leerstof beheerst wordt, dan kan de leerling verdergaan met de volgende les. Op deze manier wordt voorkomen dat een kind leerstof oefent die het al beheerst. Oefenen Wanneer uit de toets blijkt dat de leerstof niet beheerst wordt, dan kunnen de oefeningen gemaakt worden. Door middel van de opbouw van de oefeningen, de hoeveelheid oefenstof en de herhaling van de instructie wordt gestreefd naar beheersing van de leerstof. De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 8

Natoets Na het oefenen wordt door middel van een natoets nagegaan of de leerstof nu beheerst wordt. Zo ja, dan kan de leerling verder met de volgende les. Zo nee, dan is het belangrijk om terug te gaan naar de instructie en het geheel nog eens goed door te nemen. Het is niet verstandig om door te gaan naar de volgende les als een onderdeel nog niet begrepen is, omdat elk stapje in het kennisschema nodig is om aan het eind de werkwoordspelling te beheersen. De Zuid-Vallei materialen worden uitgegeven door Giralis, partners in onderwijs, Argonstraat 30, 6718 WT Ede 11