Een beschrijving door: Sportclub als Buurthuis van de Toekomst gemaakt: 22 juni 2015 bron: http://www.watwerktindewijk.nl/index.cfm/interventie/details?id=1080&pdf Door het vergroten van de maatschappelijke rol van de sportaanbieder draagt men bij aan de verbetering van de sociale cohesie en leefomgeving in (achterstands)wijken. Beschrijvingstype: Praktijkbeschrijving Organisatie: De Sportbank Gemeente: gemeente Amersfoort, gemeente Amsterdam, gemeente 's-gravenhage Buurten: Geuzenveld, Osdorp-Midden, Osdorp-Oost, Rivierenbuurt-Oost, Rivierenbuurt-West Fase: In uitvoering Kosten: 5.000-75.000 Toelichting kosten: De kosten zijn afhankelijk van: - uren projectleider - het soort en aantal activiteiten die volgen uit fase 1 van de interventie (materiaal en personeel) Startjaar: 2014 Doorlooptijd: 1 tot 2 jaar Interventiesoort: accommodaties bewonersparticipatie gezondheid- en sportprogramma's Effecten: beweging / sportieve levensstijl - betrokkenheid op maatschappij - sociale cohesie / sociale samenhang - kennis van wijk/bewoners Beschrijver: Sandra Schenk (sandraschenk@desportbank.nl) Aanleiding Achterblijvende sport- en beweegparticipatie van mensen met een lage SES. De positie van kwetsbare groepen vraagt om aandacht. Het gaat hierbij om kenmerken als weinig inkomen, lage opleiding, geen werk en slechte gezondheid. Het aantal personen met een kwetsbaar kenmerk is na 2008 geleidelijk opgelopen naar bijna 25% (als percentage van de bevolking) in 2012 (Pommer & Van der Torre, 2013). Sport- en beweegparticipatie van mensen met een lage sociaal economische status (SES) blijft achter ten opzichte van mensen met een hoge SES. Zo doen mensen uit armere gezinnen minder aan sport dan mensen uit rijkere gezinnen (Tiessen-Raaphorst, 2010). Tiessen en Raaphorst (2010) halen gebrek aan financiële middelen, beperkte sociale participatie van de ouders en een niet-westerse herkomst als belangrijke verklarende factoren aan voor achterblijvende sport- en beweegparticipatie en inactiviteit. Volgens Breedveld (2006) lijkt het er op dat niet zozeer het sportief kapitaal van ouders van belang is voor hun kinderen, maar vooral het sociaal kapitaal. Tot slot is de capaciteit van het sportaanbod in lage SES-wijken veelal beperkt en laat de kwaliteit van de sportvoorzieningen te wensen over (Duijvestijn 2007). Lage sport- en beweegparticipatie en inactiviteit verhogen de kans op gezondheidsgerelateerde klachten, zoals hart- en vaatziekten, diabetes, depressie, bepaalde vormen van kanker (o.a. Hildebrandt et al., 1999; Hardman & Stensel, 2009; WHO, 2010). Maar de gevolgen van een lage sportparticipatie beperken zich niet tot een verminderde gezondheid. Meedoen aan of het organiseren van sport heeft tevens een belangrijke socialiserende functie. Zo biedt sportparticipatie onder meer een context waar mensen elkaar ontmoeten en sociale contacten opdoen, waar individuele gedragsverandering mogelijk is en informele sociale controle plaatsvindt (SCP, 2009). De interventie gelooft in sport als sociaal bindmiddel en het draagt mede bij aan het verhogen van beweeg en sportparticipatie, het versterken van de maatschappelijke betekenis van de sportaanbieder en het verbeteren van de sociale cohesie in achterstandswijken. 1 van 5
Doel Door het vergroten van de maatschappelijke rol van de sportaanbieder draagt men bij aan de verbetering van de sociale cohesie en leefomgeving in (achterstands)wijken. Subdoelen voor de specifieke doelgroep afhankelijk van de lokale context 1.De doelgroep kan deelnemen aan een breed sportaanbod, aangepast aan hun behoeften 2.De doelgroep kan bij de sportaanbieder sporten in een veilige en vertrouwde omgeving 3.De doelgroep kan deelnemen aan andere gezamenlijke (niet-sportgerelateerde) activiteiten, aangepast aan hun behoeften bijvoorbeeld huiswerkbegeleiding, kunst en cultuur-gerelateerde activiteiten, kooklessen* 4.De doelgroep kan zijn of haar sociale contacten bevorderen door contact met andere deelnemers Subdoelen sportaanbieder 1.De sportaanbieder vergroot zijn maatschappelijk functie. Er worden nieuwe verbindingen met andere organisaties in de wijk gelegd waarmee de sportaanbieder zijn activiteiten verbreedt op verschillende gebieden 2.De sportaanbieder gaat, in samenwerking met andere organisaties in de wijk, accommodaties en sportvelden efficiënter inzetten zodat meerdere instanties (bijvoorbeeld dagopvang senioren, kinderopvang, huiswerkbegeleiding, bedrijvensport) op uiteenlopende tijdstippen en voor verschillende doelgroepen hier van gebruik maken. 3.De sportaanbieder betrekt wijkbewoners als lid en/of vrijwilliger actief bij de organisatie van het activiteitenaanbod Doelgroep De einddoelgroep van de interventie zijn bewoners van alle leeftijden wonend in (achterstands)wijken in de omgeving van een sportaanbieder met achterblijvende sport- en beweegparticipatie en een gebrekkige sociale cohesie. Activiteiten Fasering De interventie is onderverdeeld in drie fasen. De tijdsduur is afhankelijk van de lokale context, onderstaande genoemde tijdsduur is bepaald aan de hand van praktijkervaring. FASE 1: VOORBEREIDINGSFASE 2-3 maanden 1. Deskresearch 2. Samenstellen Smaakmakers 3. Meetinstrumenten inzetten en uitvoeren FASE 2: UITVOERINGSFASE 4-6 maanden 1. De Kantineontmoeting 2. Coalitievorming 3. Werving deelnemers en uitvoering van activiteiten FASE 3: CONTINUERINGS- EN BORGINGSFASE 2-3 maanden 1. Verankering in de wijk 2. Evalueren en meten Activiteitenresultaat ('output') Uit het onderzoek De maatschappelijk meerwaarde van de sportvereniging (P. Annema, 2011) is gebleken dat grootste winsten voor de interventie zijn: Het zelfbewustzijn van het bestuur is toegenomen. De positionering in de wijken waar de verenigingen zich bevinden is verbeterd. Dit blijkt uit: o het toegenomen ledenaantal, o het toegenomen aantal sponsoren, o de hoeveelheid en diversiteit van de activiteiten en o de verbeterde externe relaties (bijvoorbeeld met gemeente, politie en wijkinstanties) 2 van 5
Wijze van uitvoering Over een tijdspad van 1 jaar wordt, onder regie van een projectleider, toegewerkt naar Sportclub als Buurthuis van de Toekomst. De interventie bestaat uit drie fasen: voorbereiding, uitvoering en continuering. De eerste fase is de voorbereidingsfase, deze neemt twee tot drie maanden in beslag. Stap 1: het in kaart brengen van de wijk en het bepalen van de bestaande en gewenste situatie. Stap 2: het samenstellen van een klankbordgroep(smaakmakers) die het netwerk vormt. Stap 3: het inzetten en uitvoeren van de meetinstrumenten (vereniging-in-contextscan: interne scan & partnerscan en de wijkenquête) om de krachten, kansen en uitdagingen van de sportaanbieder, mogelijke partners en wijkbewoners inzichtelijk te krijgen. De tweede fase is de uitvoeringsfase, deze neemt vier tot zes maanden in beslag. Stap 1: het organiseren van een Kantineontmoeting waar de resultaten uit fase 1 worden gedeeld met de wijkbewoners en mogelijke samenwerkingspartners. Stap 2: het schrijven van een actieplan waarin naast de specifieke doelgroepen, de gekozen activiteiten per doelgroep en de wijze van werving per doelgroep, de rol en taken van alle partners worden benoemd (coalitievorming). Stap 3: het daadwerkelijk werven van deelnemers en de uitvoering van de gekozen activiteiten. De derde fase is de continuerings- en borgingsfase, deze fase neemt twee tot drie maanden in beslag. Het doel van deze fase is de verankering in de wijk en de basis leggen voor het duurzame sportaanbod in de wijk. In deze fase vindt ook de evaluatie en herhaling van de interne scan plaats. Na afloop van de interventie kan de sportaanbieder, met ondersteuning van de (bv) buurtsportcoach en de oprichting van een commissie Sportclub in de Maatschappij, zelfstandig verder. Effecten - Meer beweging / sportieve levensstijl voor wijkbewoners (oorsprong: Door specifieke behoeftebepaling bij wijkbewoners kan een afgestemd vraaggericht activiteitenaanbod worden samengesteld. ) - Meer betrokkenheid op maatschappij voor sportaanbieder (oorsprong: Door inzet van o.a. meetinstrumenten krijgt de sportaanbieder (uitvoerder) een beter beeld van de mogelijkheden van zijn maatschappelijke rol in de wijk.) - Meer sociale cohesie / sociale samenhang voor wijkbewoners (oorsprong: Het betrekken van wijkbewoners en lokale partijen bij de start van de interventie Wijkbewoners deelgenoot maken bij de keuze voor de activiteiten Het samenbrengen van wijkbewoners voor, tijdens en na sportactiviteiten Totstandbrenging van nieuwe verbindingen tussen lokale partners en hun doelgroepen Het onderbrengen van nieuwe activiteiten en doelgroepen bij de sportaanbieder ) - Meer kennis van wijk/bewoners voor uitvoerder van de interventie (bv Gemeente) (oorsprong: Door de inzet van verschillende meetinstrumenten wordt duidelijk wat het maatschappelijke issue is, wie de belangrijkste stakeholders zijn en welk partijen geschikt zijn om bij te dragen aan verbetering van het maatschappelijke issue. ) Betrokkenen in investerende rol De Gemeente financiert de rol de van buurtsportcoach en mogelijk de meetinstrumenten van de interventie. De woningcorporatie kan onder andere de buurtsportcoach en meetinstrumenten financieren. - Lokale bank (ondernemer/bedrijf) Financiering van wijkanalyse en investeren in middel (bv sportaanbieder) voor vergroten maatschappelijke betrokkenheid. Betrokkenen in uitvoerende rol - Sportaanbieder in de wijk (overige organisatie) De interventie wordt bij en met een sportaanbieder uitgevoerd. In de functie van buurtsportcoach - Zorgorganisatie in betreffende Gemeente (zorgorganisatie) Activiteiten uitvoeren bij de sportaanbieder 3 van 5
Betrokkenen in co-producerende rol De Gemeente kan een rol hebben in welke accommodaties / sportaanbieders geschikt zijn als Buurthuis van de Toekomst. Spelen een rol in welke accommodaties geschikt zijn als Buurthuis van de Toekomst. - Welzijnsorganisatie in betreffende Gemeente (welzijnsorganisatie) Samenwerkingspartner voor de interventie - Zorgorganisatie in betreffende Gemeente (zorgorganisatie) Samenwerkingspartner voor de interventie Betrokkenen in incasserende rol De investering aan de voorkant levert maatschappelijke baten op aan de achterkant (verbetering gezondheid en sociale cohesie in de wijken) De investering aan de voorkant resulteert in maatschappelijke baten aan de achterkant (verbetering gezondheid en leefbaarheid in de wijken) - Lokale bank (ondernemer/bedrijf) Financiering aan de voorkant resulteert in maatschappelijke baten aan de achterkant. Context Meer specifiek richt de interventie zich op wijken waar relatief veel inactieve mensen met een lage SES (bepaald op basis van opleiding, inkomen en beroepsniveau) wonen. Subdoelgroepen zijn jongeren in de leeftijd van 4 tot 12 jaar en 12 tot 18 jaar, volwassenen, senioren en niet-westerse mannen en vrouwen. Via de gemeente kan worden achterhaald welke wijken bekend staan als achterstandswijken. Randvoorwaarden 1) De interventie kan alleen worden uitgevoerd als de sportaanbieder vanaf het begin is betrokken bij de aanvraag. De sportaanbieder werkt de gehele interventie nauw samen met de projectleider en zal na afloop van de interventie, met behulp van de buurtsportcoach, het project voortzetten. Voor de Sportbank is het daarom belangrijk dat de sportaanbieder maatschappelijke georiënteerd is en dit met praktijkvoorbeelden kan staven. Bijvoorbeeld: welke rol zien ze voor zichzelf weggelegd bij de aanpak van lokale problematiek op gebied van gezondheid en beweegachterstand, aanwezigheid van een commissie Maatschappelijk Innovatie (of soortgelijk) en organisatie van wijkactiviteiten met lokale partners. 2) Binnen de interventie zijn vier partijen die voor een groot deel de uitvoering en het succes van de interventie bepalen. Een eigenschap die alle partijen hebben is geloof in de interventie en in de kracht van samenwerken. Ze moeten geloven in de innovatieve aanpak, anderen kunnen overtuigen van de haalbaarheid en een lange termijn visie hebben. De projectleider is de katalysator en zorgt gedurende de interventie voor het verbinden van de netwerken van de vier partijen. 3) Er is draagvlak van het bestuur/directie, de ledenraad en/of personeel, de ALV en de vrijwilligers van de sportaanbieder voor - bereidheid tot samenwerking met minimaal twee andere partners in de wijk - bereidheid om naast verenigingsbelang bij te dragen aan de wijkbelangen - Het betrekken van de wijkbewoners bij het vormen van de Smaakmakers en in een later stadium het samenstellen van de commissie. Wijkbewoners worden mogelijke ook betrokken bij de uitvoering of organisatie van sport en niet-sport gerelateerde activiteiten 4) Samenwerking met lokale wijkpartners voor draagvlaak bij nieuwe doelgroepen en samenwerking voor ondersteuning bij de werving van deelnemers 5) De aanwezigheid van (voldoende) professionele trainers of op te leiden kader 6) Als vervolg op de Smaakmakers en voor verankering in de wijk is vanuit de samenwerkingspartners de bereidheid uitgesproken om na afloop van de projectperiode deel te nemen aan commissie. Deze commissie zal het reilen en zeilen van de buurtsportcoach volgen 7) Er worden voor de start van de interventie afspraken gemaakt met de Gemeente over: - inzet, begeleiding en permanente ondersteuning van de buurtsportcoach, tijdens maar voornamelijk na afloop van de projectperiode - over mogelijkheden tot uitbreiding en/of aanpassingen van velden en accommodatie om een veilige sportomgeving te kunnen garanderen 4 van 5
8) Er is samenwerking met en draagvlak vanuit van de lokale Gemeente en/of Provincie met betrekking tot de maatschappelijk inzet van sportaanbieders. Sportaanbieders krijgen binnen deze interventie nieuwe rollen en verantwoordelijkheden toebedeeld. Naast hun eerste bestaansreden, sport aanbieden, krijgen ze een 2de verantwoordelijkheid, namelijk bevorderen van sociale cohesie in de wijk. Dit vraagt een verschuiving in de verdeling van verantwoordelijkheden. Hiervoor is permanente ondersteuning nodig vanuit de Gemeente en samenwerkingspartners (bijvoorbeeld door inzet van de buurtsportcoach en samenstelling van de commissie Sportclub in de Maatschappij) Tips & trucs Binnen de interventie zijn er vier partijen (interventie-uitvoerder/projectleider, gemeente/buurtsportcoach, Smaakmakers, Stichting De Sportbank) die voor een groot deel de uitvoering en het succes van de interventie bepalen. Een eigenschap die alle partijen moeten hebben is geloof in de interventie en de kracht van samenwerken. Ze moeten geloven in de innovatieve aanpak, anderen kunnen overtuigen van de haalbaarheid en een lange termijn visie hebben. De projectleider is de katalysator en zorgt gedurende de interventie voor het verbinden van de netwerken van de vier partijen. Opmerkingen Het moment dat een instanties kiest voor deze interventie, is ook het moment dat de zij kiest voor het vergroten van de maatschappelijke functie via een integrale aanpak. Gedurende het proces van de interventie worden er nieuwe verbindingen met andere wijkorganisaties gelegd en verbreedt de sportaanbieder zijn aanbod op verschillende terreinen. Link(s) - http://www.desportbank.nl 5 van 5