Tarievenbeleid sportaccommodaties Utrecht 2017 Concept - versie 19-04-2016
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1 Inleiding... 3 1.1 Aanleiding... 3 1.2 Doelstellingen nieuw tarievenbeleid sportaccommodaties... 3 1.3 Afbakening... 4 1.4 Wet en regelgeving... 4 1.5 Leeswijzer... 5 2 Algemene uitgangspunten tarievenbeleid... 5 2.1 Vaststelling tarieven... 6 2.2 Indexering... 6 2.3 Gebruikersgroepen... 6 2.4 Relatie tarieven en kostprijs... 7 2.5 Afwijkende tarieven... 7 2.6 Stimuleren efficiënt gebruik... 7 2.7 Implementatie van het nieuwe tarievensysteem... 8 3 Uitgangspunten tarievenbeleid binnensportaccommodaties... 8 4 Uitgangspunten tarievenbeleid sportvelden... 9 5 Uitgangspunten tarievenbeleid atletiekbanen... 11 6 Uitgangspunten tarievenbeleid zwembaden... 11 7 Uitgangspunten tarievenbeleid specialistische en afwijkende sportaccommodaties... 11 8 Vervolg... 12 2
1 Inleiding 1.1 Aanleiding Er zijn meerdere aanleidingen om het tarievenbeleid voor de gemeentelijke sportaccommodaties te herzien. Er zijn recentelijk wijzigingen in wet- en regelgeving doorgevoerd. Het huidige tarievenbeleid is niet transparant en gebaseerd op historische afspraken. Er zijn (grote) verschillen tussen verenigingen, tussen de binnen- en buitensport en zwemmen, en in de mate waarin verenigingen bijdragen aan de (gemeentelijke) kosten van de accommodatie. Bij de bezuinigingsvoorstellingen Sport 2014-2017 werd uitgegaan van een totale tariefstijging van 10%. Op advies van de gemeenteraad is dit voorstel ingetrokken omdat sport betaalbaar en toegankelijk moet blijven voor iedereen. Het uitgangspunt is om het tarievenbeleid budgettair neutraal te herijken; er is geen bezuinigingstaakstelling aan verbonden. Herijking van de tarieven kan wel betekenen dat de ene gebruikersgroep in de toekomst een hoger tarief zal gaan betalen ten opzichte van het huidige tarief en een andere gebruikersgroep juist een lager tarief zal betalen dan zij gewend is. Het eindresultaat is echter een meer rechtvaardige verdeling van gemeenschapsmiddelen over de sportaccommodaties, waardoor de tarieven in zijn algemeen dichter bij elkaar komen. Dit maakt sporten als basketbal en volleybal beter betaalbaar en toegankelijk, maar zal bijvoorbeeld voetbal iets duurder maken. Wij streven naar een tarievenbeleid dat breed gedragen wordt door de sport in Utrecht. Draagvlak voor de wijzigingsvoorstellen is gedurende het project getoetst door ze voor te leggen aan een klankbordgroep. Rekening houdend met de financiële draagkracht van de verenigingen zal een meerjarige ingroei tot de nieuwe tarieven mogelijk worden gemaakt. Het tarievenbeleid is alleen van toepassing op de gemeentelijke sportaccommodaties. 1.2 Doelstellingen nieuw tarievenbeleid sportaccommodaties De herziening van het tarievenbeleid sportaccommodaties heeft de volgende doelstellingen: creëren van eenvoudige, transparante en rechtvaardige tarieven voor sportaccommodaties; stimuleren van betere bezetting en efficiënt (mede)gebruik van de sportaccommodaties; aanmoedigen van maatschappelijke inzet door de gebruikers, zelfwerkzaamheid en eigen inkoop; beter aansluiten op recente wet- en regelgeving, waarmee o.a. een relatie gelegd wordt tussen gebruikstarief en kostprijs. Dit alles natuurlijk ten behoeve van het einddoel; het exploiteren van voldoende kwalitatief goede voorzieningen zodat zoveel mogelijk Utrechters sporten en bewegen. 3
1.3 Afbakening Deze nota beschrijft de uitgangspunten voor het tarievenbeleid voor de sportaccommodaties die de gemeente Utrecht in eigendom heeft en die via het vastgoedloket in gebruik worden gegeven. Dit zijn voornamelijk basis sportaccommodaties om sport bereikbaar en toegankelijk te maken voor haar bewoners, met als doel de sportdeelname te vergroten. Het gebruik van de sportaccommodaties door het onderwijs met de daarbij behorende tarieven is vastgelegd in de verordening onderwijshuisvesting. Indien scholen naast het toegekende aantal uren op basis van de verordening extra gebruik willen maken van gemeentelijke sportaccommodaties geldt het reguliere tarievenbeleid voor de sportaccommodaties, zoals omschreven in deze nota Voor de zwembaden worden in deze nota alleen de verenigingstarieven meegenomen. 1.4 Wet en regelgeving 1.4.1 Wet Markt en Overheid Vanaf 1 juli 2014 dienen vanuit de Wet Markt en Overheid overheidsdiensten aangeboden te worden op basis van een integrale doorberekening van de kostprijs om concurrentievervalsing te voorkomen. De gemeenteraad van Utrecht heeft het verlenen van een gebruiksrecht van accommodaties ten behoeve van sport, gezondheid en welzijn uitgezonderd van deze bepaling, mits deze het algemeen belang dient. Ook de aan deze functies gekoppelde ondersteunende horeca, zoals horeca ondersteunend aan het zwembad, de sporthal of de multifunctionele accommodatie, wordt onder de uitzondering geschaard nu dit het algemeen belang dient. Permanente verhuur van sportaccommodaties valt buiten de scope van dit beleid, zie Afbakening paragraaf 1.3. Om de verhuur van sportaccommodaties aan partijen met een winstoogmerk, zoals BSO organisaties en andere commerciële partijen, mogelijk te maken dient de huurprijs in die gevallen wel op de kostprijs gebaseerd te zijn. 1.4.2 BTW-Sportbesluit De gemeente wil voldoen aan het BTW-Sportbesluit. De wet omschrijft de eisen om tegen een voordelig BTW-tarief te mogen investeren en exploiteren. De eisen hebben betrekking op het verlenen van het recht gebruik te maken van een sportaccommodatie, in fiscale termen het gelegenheid bieden tot sportbeoefening. Samen met de accommodatie dienen ook bijbehorende attributen die noodzakelijk zijn voor het beoefenen van de sport door de exploitant aan de sporter(s) ter beschikking worden gesteld. Bij het overdragen van taken in onderhoud, exploitatie of beheer aan de gebruikers verliest de gemeente de mogelijkheid om BTW inkomsten te kunnen verrekenen op de af te dragen BTW. Het voordeel uit deze BTW verrekening komt nu ten goede aan de sport in Utrecht. Het niet voldoen aan de vereisten van het sportbesluit zal een financieel nadeel met zich meebrengen dat binnen de gemeentelijke sportbegroting opgelost dient te worden. Dit kan ten nadele zijn van de sportende Utrechters in zijn algemeenheid. 4
1.4.3 Algemene gebruiksvoorwaarden maatschappelijk vastgoed De gemeente Utrecht heeft in augustus 2015 algemene gebruiksvoorwaarden maatschappelijk vastgoed vastgesteld. Deze algemene gebruiksvoorwaarden zijn daarna ingevoerd voor de binnensportaccommodaties en zwembaden. Per augustus 2016 zullen ze ook voor de buitensportaccommodaties worden ingevoerd. In de algemene gebruiksvoorwaarden gaat de gemeente uit van een gebruiksrecht gedurende een specifiek gebruiksmoment voor een (deel van een) accommodatie. De gemeente heeft deze wijziging doorgevoerd om het efficiënt gebruik van de sportaccommodaties, en daarmee een betere inzet van maatschappelijk middelen, te vergroten. 1.5 Leeswijzer In deze notitie zijn de beleidsuitgangspunten voor een nieuw tarievenbeleid voor sportaccommodaties opgenomen. Deze uitgangspunten zijn onderverdeeld in algemene uitgangspunten en uitgangspunten die inzoomen op de verschillende soorten sportaccommodaties. Per (sub)hoofdstuk/categorie staan deze beleidsuitgangspunten voor het nieuwe tarievensysteem opgesomd onder een kopje Uitgangspunt(en) nieuw tarievenbeleid:. 2 Algemene uitgangspunten tarievenbeleid Vanaf seizoen 2017-2018 zal gemeente Utrecht de gebruiksrechten op haar sportaccommodaties verlenen op basis van de algemene gebruiksvoorwaarden maatschappelijk vastgoed met toepassing van een nieuw tarievenbeleid. De tariefstelling voor de gemeentelijke sportaccommodaties sluit aan bij de algemene gebruiksvoorwaarden maatschappelijk vastgoed, en gespecificeerd per accommodatiesoort. Met de lagere tariefstelling op de matig bezette tijdstippen binnen de verschillende accommodatiesoorten stimuleren we een efficiënter gebruik van de sportaccommodaties. Per soort sportaccommodatie zal een basistarief vastgesteld worden, dit geldt ook voor de verschillende velden voor verschillende sporten op de sportparken. Bij deze basistarieven wordt aangegeven welke faciliteiten en service meegenomen zijn en welke voor rekening van de gebruiker zijn, zoals sportattributen, elektriciteit, (koud) water, etc. Om zelfwerkzaamheid/maatschappelijke inzet te stimuleren zal voor het overnemen van taken of verantwoordelijkheden van de gemeente op de sportaccommodatie een korting/vergoeding mogelijk worden. Per taak/verantwoordelijkheid moet duidelijk 5
omschreven zijn tegen welke voorwaarden de korting/vergoeding wordt verleend, rekening houdend met het wet- en regelgeving.. Deze korting/vergoeding is alleen mogelijk voor verenigingen en (maatschappelijke) stichtingen. De mogelijkheden hiervoor zullen in de komende jaren verder onderzocht en uitgebreid worden, vanuit een handreiking zelf- en medebeheer. 2.1 Vaststelling tarieven Het nieuwe tarievenbeleid zal, inclusief de nieuwe tarieven per accommodatiesoort, begin 2017 vastgesteld worden door middel van een college- en een raadsbesluit. Elke vier jaar zal geëvalueerd worden of het tarievenbeleid nog aansluit bij de doelstellingen. Aan de hand van de evaluatie zal indien nodig een bijgestelde tarieventabel door het college worden vastgesteld. 2.2 Indexering Uitgangspunt nieuw tarievenbeleid: Jaarlijks zullen de tarieven minimaal worden geïndexeerd op basis van het consumentenprijsindexcijfer. De geïndexeerde tarieven zullen jaarlijks bij de programmabegroting worden vastgesteld, en gelden dan voor het volgende (sport)seizoen. Dit kan per sport verschillend zijn. 2.3 Gebruikersgroepen De gemeente realiseert en exploiteert basis sportaccommodaties om sport bereikbaar en toegankelijk te maken voor haar bewoners. De tarieven voor het gebruiken van deze sportaccommodaties zijn in principe afgeleid van een integrale kostprijsberekening. Zoals in hoofdstuk 1.4.1 staat omschreven kan de gemeenteraad in het kader van het algemeen belang afwijken van deze regeling. Dit betekent dat aan bepaalde gebruikersgroepen een lager dan kostendekkend gebruikstarieven doorberekend mag worden mits zij sportactiviteiten aanbieden. Het gaat hierbij om gebruikers vanuit de volgende categorieën: sportverenigingen die lid zijn van NOC*NSF sportverenigingen die lid zijn van het NCS (Nederlands Culturele Sportbond) verenigingen of stichtingen die sportactiviteiten in het kader van sportstimulering aanbieden particulieren, buurt- of wijksportgroepen, vriendenteams, etc. die sportactiviteiten aanbieden Alle andere dan hierboven genoemde rechtspersonen kunnen alleen gebruik maken van de sportaccommodaties tegen een kostprijsdekkend of marktconform tarief. Ook voor commerciële sportactiviteiten (betaalde toegang) wordt het kostprijsdekkende of marktconforme tarief gerekend, ongeacht de organisatievorm. 6
De tarieven voor het gebruik van sportaccommodaties zijn gelijk voor alle gebruikersgroepen die sportactiviteiten aanbieden, met uitzondering van commerciële organisaties. Al deze gebruikersgroepen dragen immers bij aan het vergroten van de sportdeelname. Gebruikers kunnen een gebruiksovereenkomst voor een seizoen afsluiten of een los uur afnemen. 2.4 Relatie tarieven en kostprijs Met het inzichtelijk maken van de gemiddelde kostprijs van de verschillende typen sportaccommodaties wil gemeente Utrecht komen tot een transparant tarievenbeleid. Daarnaast geeft de gemeente inzicht in de opbouw van de verschillende gebruikstarieven. In de combinatie van kostprijs en gebruikstarief wordt zichtbaar in welke mate de gemeente de sport ondersteunt. De gebruikstarieven worden afgeleid van de gemiddelde kostprijs per type accommodatie. De gebruikstarieven worden zodanig geharmoniseerd dat de financiële ondersteuning door de gemeente gelijkmatiger wordt verdeeld over de verschillende sporten/typen accommodaties. Om concurrentievervalsing op de vrije markt te voorkomen is het van belang dat aan commerciële partijen geen indirecte subsidie wordt verleend. Aan deze partijen (zie 2.3) wordt een kostprijsdekkend of een marktconform tarief doorberekend. 2.5 Afwijkende tarieven Gemeente Utrecht hanteert vaste basistarieven voor alle sportaccommodaties, ongeacht de stichtingsdatum van de accommodatie, omdat alle accommodaties sporttechnisch voldoen aan de keuringsnormen. Uitgangspunt nieuw tarievenbeleid: In sommige gevallen kan afgeweken worden van deze basistarieven, bijvoorbeeld bij nieuwe opstartende verenigingen. In deze situatie kan voor een vastgestelde ingroeiperiode een korting op het basistarief gegeven worden. Na deze periode zal aan de vereniging het basistarief doorberekend worden. 2.6 Stimuleren efficiënt gebruik Om het efficiënt gebruik van de sportaccommodaties te stimuleren gaan we in de tarieven onderscheid maken tussen de uren op primetime en de uren die minder goed bezet zijn. Deze zogenoemde daluren kunnen betrekking hebben op zowel onderbezette tijden van de dag als onderbezette perioden van het jaar, dit wordt per accommodatiesoort vastgesteld. Deze zogenoemde daluren zullen financieel aantrekkelijk worden gemaakt om hiermee te 7
stimuleren dat gebruikers vaker buiten primetime gaan sporten. Naar verwachting zullen vooral (doel)groepen zoals jeugd, ouderen en topsporters en topsporttalenten hier gebruik van gaan maken. 2.7 Implementatie van het nieuwe tarievensysteem Een wijziging van tarieven is van invloed op de begroting en planning van een vereniging. De gewijzigde tarieven kunnen gevolgen hebben voor de totale gebruikskosten van een vereniging. Voor de ene vereniging kan dit een verlaging van kosten tot gevolg hebben, maar voor een andere vereniging kan het een aanzienlijke stijging betekenen. Om adequaat bij te kunnen sturen op een andere verdeling van kosten en inkomsten moeten verenigingen en andere gebruikers tijdig geïnformeerd worden over deze nieuwe tarieven. Het nieuwe tarievensysteem zal ingevoerd worden met ingang van het competitieseizoen 2017-2018, voor competitieseizoenen die over een kalenderjaar lopen zal dit met ingang van 2018 zijn. Er wordt een overgangsperiode mogelijk gemaakt van maximaal 4 jaar voor verenigingen waarbij de nieuwe tarievensysteem financieel nadelig uitwerkt en 20% of meer afwijkt van de huidige gebruikskosten. De duur van de ingroeiperiode wordt afgestemd op de omvang van het financiële nadeel. Op basis van de nog te ontwikkelen (voorlopige) tarieven zal beoordeeld worden of de harmonisatie direct volledig wordt doorgevoerd. Als de veranderingen binnen elk type accommodatie (binnensport, zwembaden, veldsport) al fors zijn zal in eerste instantie alleen deze aanpassing worden uitgevoerd. 3 Uitgangspunten tarievenbeleid binnensportaccommodaties De binnensportaccommodaties worden gedurende de week door veel verschillende partijen gebruikt. Daarom wordt voor de binnensport gewerkt met een uurtarief. Dit uurtarief geldt zowel voor seizoencontracten (trainings- en wedstrijduren) en losse verhuur. Het tarief voor gebruik van de binnensportaccommodaties is inclusief het gebruik van kleedkamers, dagelijks onderhoud, schoonmaak, energiekosten, belastingen en sportinventaris. In de sporthallen is een beheerder aanwezig. In gymzalen en sportzalen is dat niet zo. Het tarief van de binnensportaccommodaties is afhankelijk van het formaat van de voorziening, maar worden niet per m2 berekend. We onderscheidden de volgende typen binnensportvoorzieningen (afmetingen bij benadering): Gymzaal (10x20m) Sportzaal (minimaal 16x28m, meestal 22x28m) 8
- Sporthal (minimaal 24x44m, meestal 28x44m) De systematiek van een uurtarief voor binnensportaccommodaties blijft gehandhaafd. Om te stimuleren dat gymzalen en sportzalen effectiever gebruikt worden zal de tariefstelling van de sportzaal lager zijn dan de helft van het tarief voor een sporthal. Om de bezetting van de sporthallen meer te verspreiden over de openstellingsuren zal de tariefstelling voor de uren tussen 16:00 en 18:00 aanzienlijk lager moeten zijn dan het huidige sportstimuleringstarief. Vanwege de specifieke mogelijkheden voor topsport en evenementen in Galgenwaard zal het tarief voor deze sporthallen iets hoger blijven dan voor de andere sporthallen. 4 Uitgangspunten tarievenbeleid sportvelden Bij de veldsportaccommodaties is het tot op heden gebruikelijk dat een veld door één vereniging wordt gebruikt. Dit stimuleert het gevoel van eigenaarschap. Veel verenigingen gebruiken meerdere velden, waarbij voor soms onderscheid wordt gemaakt tussen een wedstrijd- en een trainingsveld. Op enkele sportparken worden velden door meerdere verenigingen gebruikt, soms voor dezelfde sport en soms in dubbelgebruik met een andere sport bijvoorbeeld voetbal en cricket. Bij een aantal verenigingen worden de velden optimaal gebruikt maar op andere sportparken kan de bezetting nog flink omhoog. Ook op vrijdagavond, doordeweeks overdag, op zondag en tijdens schoolvakanties staan veel velden leeg (natuurgras is in de zomer niet bespeelbaar wegens onderhoud). De tarieven voor de veldsport zijn in de huidige structuur gecompliceerd en niet transparant. Er is scheefgroei tussen verenigingen binnen een tak van sport, en scheefgroei tussen de verschillende takken van sport. Er worden basistarieven opgesteld per type veld, afgeleid van de kostprijs. Gebruikers betalen een vast percentage van de kostprijs Het basistarief wordt gebaseerd op de basiskwaliteit conform de normen van het NOC*NSF. Een hogere kwaliteit van de veldafwerking/toplaag, bijvoorbeeld een waterveld of semi-waterveld, wordt met een kostprijs-dekkende toeslag over de afschrijvingsperiode doorberekend aan de gebruiker. Indien nodig zal er onderscheid worden gemaakt tussen de tarieven voor natuurgras en kunstgras, waarbij rekening wordt gehouden met de betrouwbaarheid en de bespeelnorm (beschikbaarheid). 9
Aanvullend op de basis tariefstelling worden losse tarieven vastgesteld voor aanvullende faciliteiten die op sommige sportparken worden aangeboden maar die niet binnen de algemene gebruiksvoorwaarden vallen, zoals bijvoorbeeld veldverlichting. De volgende uitgangspunten stimuleren een efficiënt gebruik: Verenigingen die structureel een veld gebruiken krijgen de keus uit twee opties: een tarief op jaarbasis, of een tarief gebaseerd op het competitieseizoen. Het competitieseizoen kan variëren van 3 tot 9 maanden. Voor trainingen en oefenwedstrijden doordeweeks houden we vast aan een uurtarief voor een seizoen-uur, waarbij de maximering van het aantal doorberekende uren wordt losgelaten. Voor wedstrijdgebruik in de weekenden wordt het vaste seizoen tarief flexibeler gemaakt door onderscheid te maken tussen een zaterdag- en zondagtarief, waarbij het tarief voor de zondag lager zal zijn dan het tarief voor de zaterdag. Dit om te stimuleren dat de velden meer op zondag gebruikt gaat worden, waarbij de druk op de zaterdag wordt ontlast (dit geldt vooral voor voetbal). Voor het weekendgebruik zal een uur-systematiek en een bloktijdensystematiek uitgewerkt worden, waarbij rekening wordt gehouden met de flexibiliteit die verenigingen nodig hebben in verband met inhaal- en oefenwedstrijden. Zodra de effecten van de verschillende systematieken goed in kaart zijn wordt een definitief voorstel voor een bepaalde systematiek gemaakt De gemeente houdt zich, conform de algemene gebruiksvoorwaarden, het recht voor om op velden die slechts voor een deel gebruikt worden, ook gebruiksrechten uit te geven aan andere verenigingen/gebruikers. De verenigingen zullen onderling een verdeling moeten maken over de uren. Er wordt onderzocht welke mogelijkheden er zijn voor verenigingen zijn om passend binnen de vigerende wet- en regelgeving sportactiviteiten te organiseren die niet direct binnen het reguliere verenigingsaanbod vallen, maar een aanvullend verenigingsaanbod omvatten. De volgende uitgangspunten maken het tarievensysteem voor de veldsport rechtvaardiger: De tarievensystematiek voor de veldsport zal beter aansluiten op het betalen naar gebruik, zonder dat daarbij de flexibiliteit verdwijnt om bijvoorbeeld afgelaste wedstrijden te verplaatsen. Dit betekent dat het gebruiksrecht niet automatisch voor een heel veld wordt gegeven als dit veld niet efficiënt gebruikt zal worden, én dat de vereniging niet voor een heel veld hoeft te betalen als zij geen heel veld benut. 10
5 Uitgangspunten tarievenbeleid atletiekbanen De atletiekbanen worden gedurende de week door veel verschillende partijen gebruikt. Voor de trainingsuren is het tarief per uur per sportseizoen. Er wordt momenteel onderscheid gemaakt tussen een trainingstarief op seizoenbasis en een los wedstrijdtarief. De tarievensystematiek is nu verschillend op alle drie de atletiekbanen. De systematiek van een uurtarief op seizoenbasis voor atletiekbanen wordt gehandhaafd. Er komt een nieuw tarief voor losse uren, dat meer in lijn ligt met het tarief voor de trainingsuren. Er komt een apart tarief voor de baanverlichting op de atletiekbanen Maarschalkerweerd en Amaliapark. 6 Uitgangspunten tarievenbeleid zwembaden De zwembaden worden gedurende de week door veel verschillende partijen gebruikt. Voor recreatief- en banenzwemmen worden losse kaartverkoop, badenkaarten en abonnementen aangeboden. Voor leszwemmen wordt gerekend met een lestarief en/of een cursustarief. Voor het gebruik van hele baden, bijvoorbeeld door verenigingen, wordt gewerkt met een uurtarief. Dit uurtarief geldt zowel voor seizoencontracten (trainings- en wedstrijduren) en losse verhuur. De systematiek van een uurtarief voor zwembaden wordt gehandhaafd. Om het badwater efficiënt te blijven gebruiken wordt het gebruik van losse banen alleen mogelijk in combinatie met andere gebruikers. Het tarief voor een losse baan wordt meer gerelateerd aan het tarief voor het totale bad. 7 Uitgangspunten tarievenbeleid specialistische en afwijkende sportaccommodaties In Utrecht zijn enkele specialistische of afwijkende (binnensport)accommodaties. De specialistische accommodaties zijn gerealiseerd voor een specifieke sport. De vaste inrichting is op deze sport aangepast. In Utrecht hebben we de turnzaal en de atletiekhal. Afwijkende accommodaties zijn de ontmoetingsruimten binnen multifunctionele sporthallen, en de schakelzaal bij de Cultuurcampus. Deze ontmoetingsruimten hebben geen vaste afmeting en zijn niet standaard ingericht met een sportvloer en sportattributen, De schakelzaal heeft wel een sportvloer en sportattributen. 11
Het tarief wordt afgeleid van het type (binnen)sportaccommodatie waar deze in afmeting het meest op lijkt. Het tarief wordt aangepast aan de aan- of afwezigheid van sportvloer, sportattributen en beheer. Om efficiënt gebruik te stimuleren zal ook voor de specialistische- en afwijkende (binnensport)accommodaties een daluurtarief ingevoerd worden. 8 Vervolg Op basis van bovenstaande beleidsuitgangspunten wordt per accommodatiesoort een rekenmodel gemaakt om te komen tot nieuwe, transparante tarieven (concept). Deze wijziging(en) worden budgettair neutraal doorgevoerd; o In eerste instantie binnen de verschillende accommodatietypen (dit is vooral nog nodig voor de tarieven op de sportvelden en atletiekbanen) o In tweede instantie tussen de verschillende accommodatietypen (gerelateerd aan een percentage van de kostrijs) Per 1 september 2016 is de concept tarieventabel openbaar, zodat per vereniging berekend kan worden wat de accommodatiekosten zullen zijn, voor een serie gebruiksmomenten op een of meerdere accommodaties. Wij verwachten hier ook een proactieve opstelling van verenigingen om zelf berekeningen te maken. Na het verwerken van de feedback in de concept tarieventabel: Vaststelling van beleidsuitgangspunten tarieven sportaccommodaties en de definitieve tarieventabel door college, commissie M&S en gemeenteraad zal begin 2017 (Q1) plaatsvinden. Na vaststelling door de gemeenteraad worden het nieuwe tarievenbeleid en de nieuwe tarieventabel gepubliceerd op de website van gemeente Utrecht. De nieuwe tarieven worden met ingang van sportseizoen 2017-2018 ingevoerd, en voor de sporten met een competitie per kalenderjaar per 1 januari 2018. 12