MINISTERIE VAN ONDERWf^ KUNSTEN EN WETENSCHAPP N. 1387 Afd. H.ü. Bericht op schrijven van gg No«5659A. Februari betrefifende aanvul ling...a.c.ade.mi statuut» Uw nevenve rme. ichri erzoek om advies aan de Commissie voor de voorbereiding vamde Vereeniging van de Veearta"eni jkundige Hoogeschool met de Rijksuniversiteit te Utrecht. Het antwoord van die Commissie gelieve u hiernevens aan te treffen. Gaarne verneem ik bij de terugontvangst' van dit stuk, tot welke opmerkingen het U% alsnog -aanjuei ding geeft. De Minister van Onderwijs,Kunsten en Wetenschappen, Voor den Minister, D Secretaris-Generaal, A A N î De eerste afdeelirg van den onderwijsraad. L. 581-'25-7243
ONDERWIJSRAAD. A N..5 9 2 'S-GRAVENHAGE,. JA *4U&i> 192.5 n. 1, Frankenstraat 39. Bericht op schrijven van 23._JteiP.ll..! 25 n. tafi7...afd«h«0. Betreffende : -Vè-iee-n-ig-ingVee ar tseni jkundige Hooge school...met Rijk»univers i t i t te U tr e oh t Men g^ve bi J het antwoord dagteekening en nummer van dit schrijven te vermelden. In antwoord op het aan den kant vermeld schrijven en onder wederaandieding van den brief d.d # 9 April I925 van de Commissie voor de voorbereiding van eene vereeniging van de Veeartsenijkundige Hooge school me t de Rijksuniversiteit te Dtrecht, beeft de Berste Af dee 1 ing van den onderwijsraad de eer Uwe #.Excellentie te berichten, dat deze brief aan de iäersttf Afdeeling geen aanleiding geeft nadere opmerkingen» tot Hamens de Afdeeling voornoemd, f/^o/ ^VuJr^»Voorzitter*, Secretarie» AAN Zijne'.Excellentie den Minister van Onderwij s. Kunsten en We ten schappen te L. 12 - '24-8612»S-GRAVJBKHAGJE..
/itm i u 2 mm m m-una ** n A /jkamnm tóen Voorzitter he» ik ôe oor lî hierbij aan t» bilden yfc af&elurift van **en -tori** f van tóen ttlala.ter ä«d*2o April i 925 ass t éaerbij ovoogd ssöhrljve» van ä«öo?fiïsi»«* voor de voorbereid ing fan eoae vereen ie iag van de Veeatr t«en ijkund ig Hoog«school ia» t do Hljke*l3niv*raiteit t» Utroilii«Jje Yoor»4fct*?r "g»of t in overweging &en Siialeter t» toerlohten # dat dit stuk aan d Af dool las ge on *nnl&iaiaé geeft tot noder* opmsykinêen». Intflen II Biola hà**vmâ* ni*t kwfà -**r«enl «R t wordt Xi beleefd versoen t daarvan tasdeoeeliag 0 do?n vdftr 6 üei k«ta^arnvenhafte» 29 April -Iffpi 'Be Seore taris*
H t It ft KUNSTEN EN WETENSCHAPPEN. «s-gravenhage, 23 April f p v isosœsï schrijven aond ik met verzoek om advies aan de j orbere id ing van de Vereeniging van de Veeartsenij - /1 met de Rijksuniversiteit te Utrecht. Het antwoord e gelieve U hiernevens aan te treffen. Gaarne verneem gontvangst van dit stuk, tot welke opmerkingen het U Ed ing ge e f t. Eerste Afdeeling den Onderwijsraad. De Minister van Onderwijs, Kun s ten en Wetenschappen. Voor den Minister, De Secretaris-Generaal, (w.g).c.ïeith. ' M "'»"Mf» mmwmvmm**>***vm*mw**mwêwmw*w*% > *"* *> PEK # M ttra i ' WW K p n u n nwim B JMISSIE VOOR, DE VOORBEREID ING VAN E ENE VEREENIGIUG VAU DE VEEARTSENIJlOJNDIGE HOOGESCPIOOL HET DE RIJKS-UNIVERSÏTEIT UE UTRECHT o Utrecht, 9 April 192?. MB t terugzending van het schrijven van de eerste afdeeling van den Onderwijsraad, aangetroffen bij Haren brief d.d.6 Maart jl.no.847, Afd. H.O., hebben wij de eer Uwe Excellentie te berichten, dat de Senaat der Veeartsen i jkundige Hoogeschool het gewenscht acht, dat he 4 examenprogramma voor de diergeneeskundige faculteit wordt ingediend overeenkomstig de door onze Commissie ingediende voorstellen. Aangezien van het verschil in opzet, dat tus'schen bedoeld programma en dat voor de artsenstudie bestaat, naar ons oordeel geen bezwaren kunnen $?orden geducht, meent onze Commissie, d a t met de wen sehen, welke ten deze b i j den Senaat bestaarç r e kening dient te worden gehouden. De uitdrukking"biologie" is in het programma niet opgenomen, omdat deze aanduiding kan worden opgevat in de ruime beteeken is van wetenschap van het leven, waartoe dan behalve plan t-en dierkunde ook b.v. bacteriologie en immuniteitsleer behoort, terwijl het de bedoeling is, dat het candidaatsexamen alleen de tweede eerstgenoemde vakken zal omvatten. -Om-
Om deze reden komt het den Senaat der Veeartsen ij kundige Hoogeschool en ook onze Commissie beter voor, niet van biologie doch van dierkunde en plantkunde te spreken«de vrees van de eerste afdeeling, dat in art.4 85 e en e onjuistheid zoude zijn ingeslopen, is niet gegrond. Immers is het inderdaad de bedoeling van onze Commissie dat overeenkomstig de wenschen van den Senaat der Veeartsen i j kundige Hoogeschool in de onder 4,5,6 en 7 genoemde vakken zoowel bij het eerste-als bij het tweede gedeelte van het doe toraal-examen zal wordem geëxamineerd. DE COMMISSIE VOOR DE VOORBEREIDING VAN EENS VEREEN IG ING VAN DE VEEÄRTSENIJKUNDIGE HOOGESCHOOL MET DE RIJKSUNIVERSITEIT TE UTRECHT, (w.g.) A.P.van Lijnden, Voorzitter., Se ere tar is 0 Aan gijne Excellentie den Heer Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen te ' s'-gravenhageo /