Lesbrief (g)een thuis Pieter Luuk hulp hulpaan aandakdak-en enthuislozen thuislozen Lesbrief onderbouw basisschool
1 Les één Pieter Dag jongens en meisjes, Fijn dat jullie deze lesbrief samen met de juf of meester gaan maken. Je hebt de voorkant van deze lesbrief vast al goed bekeken. Misschien weet je al waar het over gaat. De titel van deze lesbrief is: (g)een thuis. Weet je wat dat betekent? Veel plezier met het maken en doen van de lesbrief enne we hopen dat je er veel van leert! Kijk eens naar de plaatjes. Wat zie je aan deze mensen? Let bijvoorbeeld eens op hun gezicht en hun kleding. Schrijf maar op wat je ziet. s i u h t (g)een Luuk Ik zie Ken je deze mensen? Luuk wil jullie heel graag iets vertellen. Nu is er iets mis gegaan. In plaats van letters staan er cijfers. 1=A, 2=B, enzovoorts. Kun jij erachter komen wat Luuk wil vertellen? 22-1-14-14-1-3-8-20 8-5-2 9-11 15-14-4-5-18 5-5-14 2-18-21-7 7-5-19-12-1-16-5-14. Wat vind je ervan wat Luuk zegt? Schrik je ervan? Vind je het eng? Of geloof je het niet? Ik Er zijn heel veel mensen in Nederland die net als Luuk geen eigen huis hebben. Zulke menwe ga sen noemen we dak- en thuislozen. naar lan es 2 De volgende les leer je hier meer over. L
2es twee Weet je nog van de vorige les waar de lesbrief over gaat? Hoe noemen we deze mensen? We noemen deze mensen Kijk eens naar Luuk. Luuk zwerft al 25 jaar. Elke nacht moet hij zoeken naar een plaats om te slapen. Soms slaapt hij buiten. Een andere keer in de nachtopvang. En af en toe in een kraakpand. Kijk maar, hiernaast zie je een slaapplaats van iemand die buiten slaapt. Wat vind je daarvan? Meerkeuzevragen Omcirkel het goede antwoord. Pieter Luuk 1. Weet je wat een nachtopvang is? a. Een hotel. b. Een gebouw waar dak- en thuislozen s nachts kunnen slapen. c. Een vakantiehuisje. Nachtopvang 2. Weet je wat een kraakpand is? a. Een gebouw wat leegstaat en waarin daklozen gaan slapen. b. Een gebouw wat heel erg kraakt. Sla nu om Kraakpand c. Een ziekenhuis.
2 Les twee vervolg Kijk, dit is. woont helemaal alleen. Zijn huis is niet gezellig. Er komt nooit iemand bij hem op bezoek. heeft geen vrienden. Zijn vader en moeder komen ook nooit bij hem op visite. Vroeger sloeg zijn vader hem altijd en schold hem uit. Zijn zus werd altijd voorgetrokken. Die deed nooit wat verkeerd. vond het niet fijn thuis. Daarom is op een dag weggelopen. 3. Wat vind je ervan dat nooit visite krijgt? 4. Waarom denk je dat nooit meer bij zijn vader en moeder op visite gaat? a. Omdat hij niet weet waar zijn vader en moeder wonen. b. Omdat zijn vader en moeder niet van hem houden. Zie je Pieter staan? Pieter is verslaafd aan bier. Elke dag wil hij veel bier drinken. Wel vijftien of twintig flesjes per dag. Hierdoor heeft hij geen baan meer en ook geen huis. Hij zwerft op straat. Hij steelt af en toe om zo aan geld te komen. Nu zit hij in de gevangenis. Hij heeft straf gekregen. Hij vindt het niet leuk om in de gevangenis te zitten. Als hij uit de gevangenis komt, wil hij graag weer een eigen huis Pieter hebben en hard werken. Er zijn teveel letters opgeschreven. Kleur de vakjes met de letters C en F zwart. Wat staat er dan? Begrijp je dat? d c a k f e n f t f h c c u i cscl c o c f z e c n f f z c i c fcjfc f c n f e f c f e c n z f a a f mc f c. Omdat hij geen treinkaartje kan betalen. Dak- en thuislozen hebben geen fijn leven. Dat heb je hierboven al gelezen. Toch maken ze heus wel eens leuke dingen mee. Lees maar. Luuk vertelt op een dag het volgende verhaal: Ik had geen wax meer voor in mijn haar. Daarom had ik er maar shampoo in gesmeerd. Dat werkte ook heel goed, totdat ik naar buiten ging en het ging regenen. Toen ging het helemaal schuimen! Het bleef maar schuimen joh, ik schaamde me naar. We gaan naar les 3 Luuk
3Les drie Kleurplaat Misschien heeft de juf of meester jullie wel het bijbel - verhaal verteld van de gelijkenis van het avondmaal. Hieronder zie je een kleurplaat over dit verhaal. Doe je best.
4 Les vier Pieter Als je de vorige lessen allemaal hebt gedaan, weet je dat het in deze lesbrief gaat over dak-en thuislozen. Stichting wil deze mensen helpen. Dat doen de medewerkers van deze stichting op verschillende plaatsen in Nederland, zoals Rotterdam, Epe, Hummelo en Harderwijk. Hieronder kun je lezen wat doet in Rotterdam en in Epe. Ken je nog? Hij komt elke dag (behalve op zondag) naar het dienstencentrum van. Bij zijn er mensen die hem helpen en met hem praten. Soms gaat hij een spelletje doen met iemand. Een andere keer gaat hij eten koken voor tussen de middag. En weer een andere keer gaat hij iets Dienstencentrum Rotterdam maken met stof, hout of verf. Hij vindt het fijn in het dienstencentrum, het is net een thuis voor hem. Aan het eind van de middag gaat weer naar z n kamer. En Pieter. Hij zit niet meer in de gevangenis en drinkt ook geen bier meer. Hij woont nu in het woon-werkcentrum in Epe. Dat is ook van. Samen met andere mensen woont hij in dit huis. Overdag moet hij werken. De tuin doen, timmeren, fietsen maken, enzovoorts. Daarna moet hij eten koken of boodschappen doen. s Avonds is hij vrij. Er zijn mensen in het woon-werkcentrum die Pieter helpen. Ze leren hem hoe hij weer in een eigen huis moet wonen en hoe hij voor zichzelf moet zorgen. Woon-werkcentrum Epe Je weet nu al veel over dak- en thuislozen. Deze mensen hebben hulp nodig. wil die hulp ook geven. Zou je zelf ook nog wat voor deze mensen kunnen doen? 1. 2.
4Les vier vervolg 4 Simon loopt samen met zijn vader en zijn moeder in de stad. Ze zijn aan het winkelen. Voor de winkel staat een man kranten te verkopen. Meneer, mevrouw, wilt u ook een krantje?, vraagt hij aan de vader en moeder van Simon. Natuurlijk joh, wat kost het?, zegt de vader van Simon. 1,50, antwoordt de man. Kijk Simon, zegt vader, deze meneer verkoopt straatkranten. Hij is dakloos en heeft geen werk. Door kranten te verkopen, verdient hij geld. Daar kan hij eten en drinken van kopen of een nachtopvang betalen zodat hij daar een nacht kan blijven slapen. 6 1 2 5 3 7 8 9 Puzzel Vul het goede antwoord in. Als je alle woorden goed invult, zie je van boven naar beneden twee woorden. 1. Op welke dag is het dienstencentrum niet open? 2. Hoe heet het gebouw in Epe? 3. Waaraan is Pieter verslaafd? 4. Hoe heet een leeg gebouw waar daklozen wel eens gaan slapen? 5. Welke krant koopt de vader van Simon? 6. Waar gaat deze lesbrief over? 7. Wie werd er bij thuis voorgetrokken? 8. Wat kun jij voor deze mensen doen? 9. Wat smeerde Luuk in zijn haar? De oplossing is:
Stichting Postbus 63 3990 GB Houten tel. 030-635 40 90 fax. 030-635 40 99 info@ontmoeting.org www.ontmoeting.org Postbank 2600356 Rabobank 3876.69.140 Vormgeving en druk: Drukkerij Verloop Alblasserdam Copyright Het vermenigvuldigen van deze lesbrief is niet toegestaan.