Belemmeringen en kansen bij V&G-management op de bouwplaats

Vergelijkbare documenten
Van Bedrijfsrie naar V&G plan. Toon Westerburger

V&G Bouwproces. Wettelijk en maatschappelijk kader. V&G Bouwproces / d.d

Veiligheids- & gezondheidsplan ontwerpfase. Wabo. Ontwerpfase. van

Inventarisatie van en oplossingen voor onveiligheid bij het gebruik van steigers

V E I L I G H E I D S & G E Z O N D H E I D S P L A N

Wat is Arbouw. Wel van, voor en door de bedrijfstakbouw opgezet Werkgevers en werknemers in bestuur

MEMO. Interpretatie Arbeidsomstandighedenwet V&G-verantwoordelijkheden opdrachtgever en opdrachtnemer

DE OPDRACHTGEVER IN HET BOUWPROCES

Hertoets praktijkproduct V&G-coördinator Ontwerpfase Informatie voor de kandidaat

Facilitair accountmanager

Stafpersoneel/ leidinggevenden/ technici

PROCEDURE-P014: VGM Procedure Revisie- en onderhoudsprojecten

3 e ARTIKEL RISICOMANAGEMENT HET RISICOPROFIEL; EEN METHODE OM RISICO'S TE KENNEN OP ESSENTIËLE MOMENTEN IN HET BOUWPROCES

Stafpersoneel / leidinggevenden / technici

Planning & Control. Inleiding. Inhoudsopgave

VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSPLAN

Informatieblad Diensten Arbo- & Veiligheidsinspecties

Competenties met indicatoren bachelor Civiele Techniek.

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK SAMSAM

FUNCTIEFAMILIE 5.3 Projectmanagement

Bijlage H: VAKGEBIED PROJECTMANAGEMENT

Leren van ongevallen. Storybuilder: een schat aan informatie. Leren van ongevallen: het proces. Producten. Vraag aan u

Diensten informatieblad: Optimalisatie KAM & Arbo- & Veiligheidsinspecties. Coöperatie Baronije UA

V&G-plan. Onderhoud Beplantingen. Gemeente Krimpenerwaard. Veilig- en Gezondheidsplan, Ontwerpfase. Opdrachtgever: Besteknummer ZK

Annex XV - Veiligheid en gezondheid. Tijdelijke parkeervoorziening rechtbank Amsterdam

taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vast te leggen voor de bij hem in dienst zijnde werknemers;

Bantopa Terreinverkenning

RRBOUWRAPPORT 144. Aan de slag met BIM; gewoon doen! Handreiking, Virtueel Bouwen

L3G Werken in verontreinigde bodem

QUICK SCAN KWALITEITSZORG VRIJWILLIGERS ORGANISATIES (ZELFEVALUATIE)

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK C.B.S. IT GROVESTINSHÔF

Samenvatting aanvraag macrodoelmatigheidstoets associate degree-opleiding Bouwkunde

Medewerker administratieve processen en systemen

Onderhoud begraafplaatsen

Innovatief aanbesteden: fase A-B-C contract. Aronsohn Management raadgevende ingenieurs. 9 mei 2017

LEIDRAAD V&G VERPLICHTINGEN. Aanwijzing bij invulling V&G-verplichtingen opdrachtgevers / architecten

Functieprofiel: Projectleider Functiecode: 0302

PROJECTPLAN MONDZORG IS HOOFDZAAK dd 30 maart 2011

Concretere eisen om te (kunnen) voldoen aan relevante wet- en regelgeving zijn specifiek benoemd

V&G Bouwproces. Wettelijk en maatschappelijk kader. V&G Bouwproces / d.d

VGM-plan (ontwerpfase)

Toelichting bij de vragen uit de Veranderplanner. 1. Verkennen van het probleem

Beleid en implementatie aanpak ouderenmishandeling.

Projectfasen waarin de RI&E is uitgevoerd:

Communicatieplan 2016

Examen V&G-Coördinator Ontwerpfase Exameninformatie voor de kandidaat en de praktijkbegeleider

Verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid. Mr. Jan Harmen Kwantes Consultant Work and Health

Haarlemmerstraat Leiden. veiligheids- en gezondheidsplan. ing. F. (Floris) van Wilgenburg. datum 31 mei 2017

LEIDRAAD V&G VERPLICHTINGEN. Aanwijzing bij invulling V&G-verplichtingen opdrachtgevers / architecten

VCA Toelichting wijzigingen

Jan Wilterdink. Projectmanager planontwikkeling (ver)nieuwbouw UMCN. Operatiekamers, Facilitair & Logistiek, Centrale Sterilisatie DSMH

RAPPORT JAARLIJKS ONDERZOEK BASISSCHOOL DE LOCKAERT

VGM-projectplan Omschrijving werkzaamheden

Veiligheids- & Gezondheidsplan Renovatie hangardeuren Hangar 12 KLM Schiphol Oost

Doel. Context VSNU UFO/INDELINGSINSTRUMENT FUNCTIEFAMILIE ONDERWIJS- & ONDERZOEKSONDERSTEUNING VAARDIGHEIDSDOCENT VERSIE 3 APRIL 2017

Communicatieplan Energie- & CO 2

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL TWICKELO

BEDRIJFS RISICIO INVENTARISATIE EN EVALUATIE HERENBOUW

Verantwoordelijkheid kan als volgt worden gedefinieerd (van Dale 2005):

Technisch projectmedewerker

Handleiding bij het opstellen van een Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP)

Het organiseren van een MDO

1 COÖRDINATIE-INSTRUMENTEN

Gemeente Heemstede BIJLAGE A. Ontwerp Fase. behorende bij bestek: 672

Realisatiefase fase 5

Medewerker onderwijsontwikkeling

Kaschra Bouwmanagement

DE KRACHT VAN INTERACTIEF IMPLEMENTEREN

Actieplan naar aanleiding van BDO-onderzoek. Raad van Commissarissen GVB Holding N.V. Woensdag 13 juni 2012

Peek Bouw & Infra BV. T.a.v. Mevr. N. van Hienen Postbus GB Houten. Betreft: Toetsing RI&E. Geachte mevrouw van Hienen,

Eigentijdse leeromgeving Gezonde gebouwen Efficiënt vastgoed.

Kennisgevingsformulier (Ontwerpfase) Bestek 10-13: Marktgebied centrum te Leiden Vervangen marktaansluitingen Projectnummer 10-IB-018

VEILIGHEID & GEZONDHEIDSPLAN

Bijlage 1. Protocol detachering en arbeidsomstandigheden van <naam SWorganisatie>

Functieprofiel: Adviseur Functiecode: 0303

INTRODUCTIE TOOLBOX voor GEBRUIKERS. duurzame plaatsing van werknemers met autisme

Veiligheid meetbaar maken

INSTITUUT voor BOUWKWALITEIT

Sociale wijkzorgteams Den Haag

Veiligheid 5.1 is pure winst

Implementatieplan interactief beleid

'DE ZWAAN' vof. Inhoud. 01 Bouwmanagement. 02 Initiatieffase bij het kopen van een gebouw. 03 Initiatieffase bij bestaande bouw

Faalkosten. Faalkosten en preventiekosten. Uiting van faalkosten. Oorzaken van faalkosten. Uiting, oorzaken, preventie en remedies

VEILIGHEID- EN GEZONDHEIDSPLAN ONTWERPFASE. Voor het project De Verleyding te Leiden

Ondersteuner ICT. Context. Doel

De nieuwe ISO norm 2015 Wat nu?!

Bantopa Kennismaken met Samenwerken

Projectmatig creëren Stappen en richtlijnen om een project mee te doorlopen

De zorg is onze passie, verbeteren ons vak. Productive Ward

arboregelgeving Informatiebron Arbo-aspecten bij het gebruiken van biomassa voor energie-opwekking arbowet

COORDINATIE-DAGBOEK DE MANDATARIS VLAAMSE OVERHEID. Agentschap Facilitair Bedrijf Boudewijngebouw Boudewijnlaan 30 bus Brussel

02 TECHNISCH ONTWERPEN Niveau d

De ri&e en het plan van aanpak

RISICO-INVENTARISATIE EN -EVALUATIE theorie en praktijk

De Wet Kwaliteitsborging en de gevolgen voor de bouwsector. Bob Gieskens, Douglas Consultancy

De Veranderplanner. Vilans 2011 Michiel Rutjes, Carolien Gooiker, Marjolein van Vliet. Veranderplanner (Versie )

Projectvoorstel. Integraal onderhoud Zeewolde-Noord (1) Inhoudsopgave. Projectleider : Anne Damstra Datum : 05 april 2016 Versie : definitief

BIGGER BIM Onderzoek naar hoe het gedachtegoed van ketenintegratie en lean meer betekenis kan geven aan BIM als informatiedrager van het bouwproces

Kiezen opdrachtgevers het juiste bouworganisatiemodel?

DEFINITIEF RAPPORT ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP OBS DE SPRINGSCHANS

Transcriptie:

Belemmeringen en kansen bij V&G-management op de bouwplaats Adri Frijters en Paul Kuypers Adri Frijters is Veiligheidskundige op de Afdeling Onderzoek en ontwikkeling van Arbouw, Paul Kuypers is senior Adviseur Bouwprocesvernieuwing bij TNO Bouw Het Arbobesluit hoofdstuk 2, afdeling 5, bouwproces ( voorheen het bouwprocesbesluit), zoals van kracht geworden in augustus 1995, beoogt veiligheid en gezondheid (arbeidsomstandigheden) in het bouwproces te verbeteren. Centraal staat daarbij een verbeterde coördinatie van de zorg voor arbeidsomstandigheden het doel van deze coördinatie is het verhogen van de veiligheid en gezondheid tijdens de bouw, verbouw, het onderhoud en de sloop van het bouwproduct. Door Arbouw is, gezamenlijk met TNO-Bouw, op een aantal projecten het V&G management en de omgang met veiligheids- en gezondheidsplannen geëvalueerd. Essentieel bij zo n evaluatie is het inzicht dat niet alleen het model van belang is, maar de wijze waarop dit instrument wordt gebruikt in procesorganisatie. Het V&G plan is immers 'slechts' een middel in het management dat moet leiden tot bevordering van veiligheid en gezondheid (V&G projectmanagement) werkplek tijdens het bouwen, onderhouden en slopen van gebouwde objecten. Het V&G Plan is een informatie drager die tijdens het noodzakelijke overleg en de coördinatie kan worden gebruikt. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de regelgeving, er wordt op hoofdlijnen een methode beschreven die bruikbaar is bij het evalueren van projecten en de belangrijkste knelpunten en oplossingen passeren de revue. Hoe zat het ook al weer Uitgangspunt van het Arbobesluit hoofdstuk 2, afdeling 5, bouwproces is de zorg voor veiligheid en gezondheid in bouwprojecten te optimaliseren door te structureren. Daarbij is een verplichting gesteld tot het invullen van de coördinatierol en tot het toe passen van een instrument voor de procesbeheersing. Per project moet zowel in de voorbereiding als tijdens de uitvoering van een bouwwerk een coördinator worden aangesteld. Deze coördinator 'bewaakt' (procesbeheersing) dat tijdens nieuwbouw, verbouw en onderhoud geen onnodig gevaar ontstaat voor de veiligheid of gezondheid van de bij deze activiteiten betrokken werknemers. Nieuw was dat een andere partij dan de werkgever en de werknemer, waarvoor de arbowetgeving normaal geldt, verplichtingen kregen opgelegd. Opdrachtgevers en architecten hebben met het Arbobesluit 2, 5, bouwproces een taak en verantwoordelijkheid bij het optimaliseren van arbeidsomstandigheden gekregen. Het bewustzijn dat deze taak er ligt, wat deze verantwoordelijkheid inhoudt, en op welke wijze invulling gegeven kan worden aan deze activiteit, is nog niet voor alle betrokkenen duidelijk en ook nog in ontwikkeling. Het Veiligheids- en GezondheidsPlan (V&G Plan) is het instrument waarmee de procesbeheersing moet worden geoperationaliseerd. Het opstellen en het werken met V&G plannen vormt derhalve een belangrijk element in het Arbobesluit 2, 5, bouwproces. Tijdens de implementatie van uit Europese wetgeving is door een brede werkgroep een model V&G Plan opgezet (VROM/TNO Model). De uitvoering van deze opzet is gedaan door TNO Bouw. In de werkgroep hebben alle belanghebbenden geparticipeerd. Het VROM/TNO model is feitelijk 'slechts' een structuur, een kapstok waarin gegevens en afspraken m.b.t. arbeidsomstandigheden kunnen worden geordend. Het model voldoet aan de eisen van het Arbobesluit 2, 5, bouwproces. Zoals bekend hebben diverse partijen in de markt eigen modellen ontwikkeld, die doorgaans in essentie niet veel blijken af te wijken van het VROM model, zeker niet voor het V&G model voor de ontwerpfase. Veelal is er sprake van persoonlijke voorkeuren en zijn er wat kleine wensen t.a.v. technische perfectionering Het V&G plan is naast een wettelijke verplichting te gebruiken tijdens de analyse, de planning, de coördinatie en de communicatie.

Het V&G Plan kent echter vele gebruikers die allen hun eigen wensen hebben. Gedacht kan worden aan; Opdrachtgever Bouwdirectie Hoofdaannemer, projectleider V&G projectcoördinator Werkvoorbereider / materieeldienst / inkoper Leidinggevende van onderaannemer / leverancier Bouwplaatspersoneel Arbeidsinspectie Al deze partijen hebben hun eigen belang en informatiebehoefte. Als kwaliteitscriteria voor een V&G Plan zijn te onderkennen : Toegankelijkheid Mate van openheid - gestructureerdheid (open vragen versus aankruislijsten) Informatiewaarde Compactheid Geschiktheid voor gebruik bij: - contractvorming - overleg - voorlichting & instructie - bewaking / monitoring Gebruikswaarde in communicatie naar leiding en uitvoerend personeel alsmede de AI. Daar waar het gaat om V&G tijdens de uitvoeringsfase hechten bedrijven veel waarde aan de integratie van het V&G plan in reeds toegepaste projectplannen. Dit om de uitvoeringsmedewerkers compacte, toegankelijke en gestructureerde informatie, zonder doublures aan te bieden. Een onderzoekje In opdracht van Arbouw zijn een drietal projecten geselecteerd, die werden gevolgd en geëvalueerd. Daarbij is getracht een breed beeld te realiseren. Dit vanuit de gedachte dat de knelpunten en ervaringen in de verschillende sectoren kunnen verschillen. Zodoende zijn projecten geselecteerd uit drie sectoren van de bouw: de woningbouw, de utiliteitsbouw en de wegenbouw. Bij de aanpak is gekozen voor een werkwijze van passieve coaching. Het projectteam werkt zelf het V&G plan uit. De begeleider, een Arbouw medewerker, dient slechts als klankbord. Hij voorziet het projectteam op verzoek van beschikbare info, zoals PISA. Er is dus niet geïntervenieerd in het ontwikkelingsproces of het bouwproces. De begeleider evalueert het project op geplande tussenmomenten. De resultaten worden schriftelijk vastgelegd. Daartoe zijn in de loop van het project checklisten ontwikkeld, die als basis dienden voor de informatieverzameling. De evaluatie werd gehouden als open interview, waarin de projectbegeleider doorvraagt. Door tussentijdse bezoeken is voeling gehouden met het project en met de ervaringen in het projectteam. Ook van deze bezoeken zijn schriftelijke verslagen gemaakt. Zorgvuldig is afgewogen op welke momenten minimaal een rapportage moest worden gemaakt. Op basis van een analyse van het ontwerp en bouwproces is gekomen tot de volgende 7 momenten: 1. Definitief ontwerp gereed 2. Bestek en tekeningen gereed 3. Aanbesteding / contractvorming gereed 4. Start bouw (fundering) c.q. start sloop 5. Start ruwbouw 6. Start afbouw 7. Bouw gereed (Projectevaluatie) Het uiteindelijke resultaat van alle V&G Plannen en -inspanningen zouden uiteraard goede arbeidsomstandigheden moeten zijn. Dit is echter niet gemakkelijk in een meetbare en

vergelijkbare eenheid uit te drukken. Om het resultaat van het V&G management te meten zijn de V&G ervaringen van deelnemende leveranciers/onderaannemers geïnventariseerd met een enquête formulier. Hierdoor is in geëvalueerde bouwprojecten de waardering voor de gerealiseerde arbeidsomstandigheden door de uitvoerende partijen zelf in kaart gebracht en gemeten. Het resultaat Positief is dat het gebruik van V&G plannen blijkt te resulteren in een meer structurele aandacht voor arbeidsomstandigheden in de ontwerp- en uitvoeringsfase van de bouwprojecten. Het bespreken, vaststellen en goedkeuren van een V&G plan leidt tot discussie in het projectteam en daarmee tot een bewuster omgaan met arbeidsomstandigheden, en tot bijstellingen van de bouw en de bouwmethode. Tijdens de evaluatie van de V&G plannen is al vrij snel duidelijk geworden dat het niet alleen om het model zelf gaat, maar vooral om de kwaliteit van de informatie in het plan. Een ander belangrijk proces is de manier waarop het plan tot stand komt; het bewust actief zijn met veiligheid en gezondheid alvorens tot uitvoering over te gaan of alvorens beslissingen te nemen geeft al een veiligere en meer gezonde werkvloer. Daarbij is gebleken dat ondanks dat gewerkt werd met eigen plannen deze eigen plannen inhoudelijk niet fundamenteel in opzet verschilden van het VROM TNO model. Het resultaat van het onderzoek is, en wordt verwerkt in producten van Arbouw. Het onderzoeksresultaat is niet als rapport verkrijgbaar. Een aantal delen van het V&G plan zijn meer ter kennisgeving van de arbeidsinspectie, en hebben voor de projectleden minder toegevoegde waarde, aangezien zij via andere wegen reeds beschikken over deze informatie. Tevens bevat het V&G plan een aantal invullijsten die voortschrijdend zullen worden bijgewerkt. Denk aan het overzicht van deelnemende bedrijven en een planning ten behoeve van instructie en voorlichting. Gebleken is dat er discussie is over het soort gevaren die in de ontwerpfase moeten worden gesignaleerd. Teams hebben moeite met het detailniveau van de risico-inventarisatie. Overwegingen die een rol spelen zijn: De aannemer kent de uitvoerings risico's beter dan de ontwerper. De ontwerpende partij weet doorgaans niet hoe het werk in onderaannemingen wordt verdeeld en hoe de planning eruit zal zien. Het signaleren van coördinatierisico s in de uitvoeringsfase kan hierdoor slechts beperkt worden uitgevoerd. Met het aangeven van alle arbeidsomstandigheden-risico's (gevaren) geeft het ontwerpteam meteen de zwakte van het ontwerp weer, waardoor het ontwerpteam minder is gemotiveerd tot het maken van een V&G Plan. Door het afronden van dit ontwerp heeft de ontwerper immers risico's niet geëlimineerd (hetgeen wel zijn wettelijke verplichting is). De opdrachtgever wil meerwerk (kosten) beperken. Het V&G plan ontwerpfase bevat daarom veelal slechts (facultatieve) suggesties om te komen tot oplossingen. Vereiste maatregelen ontbreken vaak als bestekseisen. Gesteld zou kunnen worden dat een duidelijke richtlijn op de wel / niet te identificeren gevaren en risico's in het V&G plan ontbreekt, terwijl er behoefte aan is, zowel in de ontwerp- als in de uitvoeringsfase. Een richtlijn zou kunnen zijn: Laat het principe gelden van 'verplichte melding van verborgen gebreken'. De ontwerp mag uitgaan van de competentie van de aannemer. Van deze mag men een inschatting verwachten van de risico's m.b.t. materieel- en bewerkingsgerelateerde risico's. Maak alleen aantekening van gevaren direct voortvloeiend uit het ontwerp en dit specifieke project. Maak melding van risico s die voortkomen uit de bodem en de directe omgeving van de bouwplaats, voor zover deze niet direct zichtbaar zijn. Meldt bijzondere risico's. Maak melding van coördinatie risico's die te maken hebben met de rolverdeling tussen opdrachtgever, en de diverse (neven)aannemers. Presenteer alle risico s aan de coördinator en hevel over naar het uit te wisselen V&G Plan wat overgedragen moet worden aan anderen op de bouw aanwezig.

V&G maatregelen worden voor een deel door de opdrachtgever verplicht gesteld, en zouden om die reden in het bestek (contractstuk) opgenomen moeten worden. Niet in het bestek opgenomen maatregelen zijn vrijblijvende suggesties, waarvan de waarde voor de uitvoering onduidelijk is. Dit geldt zeker indien ontwerp alternatieven worden gesuggereerd die niet zijn gekozen in de verdere planuitwerking. Gebleken is dat alle partijen wel een visie hebben op veiligheids- en gezondheidsbeleid, maar dat zowel in de ontwerp- als in de uitvoeringsfase het niet eenvoudig is gebleken om deze visies te vertalen naar geconcretiseerde V&G doelstellingen, aan de hand waarvan het proces kan worden gestuurd en bewaakt. Een algemene indruk is dat projektteams niet gewend zijn veiligheid en gezondheid in het bouwprojectmanagement in te brengen en onervaren zijn in het praktisch toepassen van het V&G plan. Zeker in het ontwerpproces is er onduidelijkheid t.a.v. rollen, taakverdeling en competenties van de teamleden, die zich (deels) bezig zouden moeten houden met veilig ontwerpen. Ook principes van kwaliteitszorg, waarbij beheersmaatregelen dienen te worden geëvalueerd (PLAN- DO-CHECK-ACT), worden nog nauwelijks gestructureerd toegepast. Hoe kan het beter? De kern van succesvol V&G management zit hem feitelijk niet in een plan, maar in de bewuste wijze waarop partijen het plan gebruiken om hun projectgerichte arbozorg te organiseren. Een planmatige aanpak, ongeacht welk model wordt gehanteerd, kan een ondersteuning zijn bij het uitvoeren van V&G management. Zonder een goede en kritische instelling van alle betrokkenen, en zonder voldoende discipline van enkelingen is het lastig te komen tot goede werkomstandigheden. Hoewel betrokken partijen, aannemers, architecten en opdrachtgevers, in het onderzoek toch gerenommeerd zijn, blijkt de gestructureerde zorg voor veiligheid en arbeidsomstandigheden zwak tot uitvoering te worden gebracht. Een oorzaak voor de zwakke implementatie kan het niet in voldoende mate bezitten van kennis en ervaring in V&G management zijn. De aanwezigheid van kennis wordt vaak voorondersteld. Hierdoor ontstaan verwachtingen die niet kunnen worden ingevuld. Het afstemmen van deze kennis en vaardigheden en de verwachtings- en rolpatronen kan de afstemming verbeteren. Het V&G Plan is een goede informatiebron om tot overleg en afstemming te komen. Het opstellen van het V&G plan lijkt met de huidige toepassingen meer een lastige dan een renderende taak. Dit zal pas veranderen als risico's meer in het licht worden gesteld van keuzes uit alternatieven gedurende het ontwerpproces. Overigens heeft dit weinig te maken met het model V&G plan en meer met de manier waarop met V&G management omgegaan. Een gemakkelijk bij te stellen en te raadplegen systeem zou hierbij echter wel een rol kunnen spelen. Op dit moment kun je constateren dat er veel beweging is. Opdrachtgevers, ontwerpers, uitvoerende partijen maar ook opleiders zijn zich meer en meer bewust van hun taken, en verantwoordelijkheden en mogelijkheden. Naar aanleiding van de opgedane ervaringen in het onderzoek kunnen de volgende problemen en oplossingen worden gekenmerkt als meest belangrijke: De zorg voor veiligheid en gezondheid heeft in de ontwerpfase nog geen procesmatig karakter. Nu hangt veel af van eigen inbreng en gewicht van de coördinator ontwerpfase. Inkaderen van V&G zorg in het ontwerpproces d.m.v. duidelijke beslispunten, vastleggen en door middel van verhelderde taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Meerdere publicaties zijn hiervoor beschikbaar. Het detailniveau van te inventariseren risico's blijft een discussiepunt waarvoor partijen zoeken naar richtlijnen. Het vastleggen van uitgangspunten, wensen en verwachtingen lijkt een simpele oplossing. Ten behoeve van het risiconiveau is in de brochure ontwerpen voor veilig en gezond bouwen van BNA ONRI en Rgd een model beschreven. Een ander bruikbaar model is vastgelegd in de BS 8800 en de publicatie van het NNI Model voor een risico-inventarisatie en evaluatie. De problematiek m.b.t. V&G Plannen lijkt niet wezenlijk verschillend in de verschillende bouwsectoren, anders dan verschillen in de soorten risico's en maatregelen. Door ervaringen op projectniveau uit te wisselen kan verbetering worden gevonden. Als stuur-, bewaking- en controlemiddel in de uitvoeringsfase is de invoering van het V&G Plan duidelijk nog niet optimaal. Het gebruik van het V&G Plan als informatie drager bij het creëren van veilige en gezonde werkplekken en het geven van voorlichting en houden van overleg is evenzo nog niet uitontwikkeld. Een aantal verbeteringsmogelijkheden zijn V&G

Plannen meer concreet, toegespitst op de daadwerkelijke bouwplaats, controleerbaar te maken en meer compact en gericht op te coördineren risico s te maken. Een V&G coördinator ontwerpfase wordt vaak laat aangesteld. De verwachtingen t.a.v. de functie van de coördinator ontwerpfase, zijn deskundigheden en zijn taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn niet of nauwelijks omschreven en / of besproken. Het gevolg is dat zijn rol in de praktijk moeilijk van de grond komt. De opdrachtgever geeft aan onbekend te zijn met eventueel te stellen eisen. Deskundigheid verwerven of inhuren is een oplossing. In de praktijk worden risico's pas in beeld gebracht als bestek en tekeningen klaar zijn. Dit gebeurt doorgaans door de besteksschrijver, en niet zozeer als gezamenlijke- en gecoördineerde activiteit. Met deze werkwijze wordt geen gebruik gemaakt van de inzichten en kwaliteiten van de diverse teamleden. Melden en bespreken van risico s leidt tot bewustwording en vergroot de kans op succes. In dit scenario is dan sprake van een veilig en gezond ontwerpproces. Daar waar het ontwerpproces toch al een gecompliceerd proces van wikken en wegen is, blijkt de zorg voor arbeidsomstandigheden gemakkelijk op het tweede plan te geraken. Het gestructureerd aandacht afdwingen voor arbeidsomstandigheden door registratie van acties en beslissingen lijkt ook hier noodzakelijk. Opdrachtgevers zijn nog onvoldoende overtuigd van deze noodzaak, anders dan dat zij in de aanbestedingsfase met onverwacht hoge kosten kunnen worden geconfronteerd. Hoewel de opdrachtgever in de geest van het Arbobesluit afdeling bouwproces (bouwprocesbesluit) verantwoordelijkheid draagt voor de kwaliteit van het V&G plan ontwerpfase, vindt er veelal geen enkele toetsing namens de opdrachtgever plaats. In een vroeg stadium worden risico s soms aangemerkt als taakgebonden risico's. De coördinator ontwerpfase noch de desbetreffende (deel)aannemer kan de coördinatierisico s inschatten. Hij kan n.l. niet weten op welke manier het werk verdeeld gaat worden tussen de aannemers. Door deze informatie niet te melden en weg te laten gaat informatie die overgedragen en besproken moet worden verloren. Helaas is in de wetgeving geen terugkoppeling vanuit de praktijk naar de voorbereiding, de ontwerpdiscipline en de opdrachtgever geregeld. De veel geroemde Demmingcirkel wordt hiermee niet gesloten en de ontwerpers alsmede de bouwbedrijven laten kansen liggen om op een hoger plan te geraken. De lerende organisatie wordt daarmee niet gerealiseerd en dit zal gevolgen hebben voor de snelheid waarmee arbeidsomstandigheden verbeteringen op de bouwplaats worden ingevoerd. Een ander knelpunt is dat er in de wetgeving geen moment is vastgelegd waarop de melding naar de AI moet gebeuren. Nu gebeurt dit vlak voor de aanvang van het werk. Dit ontneemt de AI de mogelijkheid om ook in het ontwerp traject te toetsen of aan wettelijke verplichtingen wordt voldaan. Dit kan onbedoeld de indruk wekken dat voorafgaand aan het bouwproces niet aan het arbobesluit behoeft te worden voldaan. Niets weerhoudt opdrachtgevers er echter van om op eigen gezag eerder de melding af te dwingen bij de ontwerper en via het bestek en de contracten te eisen dat invulling gegeven wordt aan de terugkoppeling. Zeker voor professionele opdrachtgevers zoals beleggers en pensioenfondsen kan dit een grotere zekerheid geven op een juiste invulling van de wet- en regelgeving en van hun wens om een maatschappelijke verantwoordelijkheid te dragen. Het praktijkonderzoek heeft duidelijk gemaakt dat er nog veel verbeteringen mogelijk zijn om tot vormen van effectiever V&G management te komen. Ook is duidelijk geworden dat de spelers in de bouw serieus met dit onderwerp bezig zijn, en ook openstaan voor vernieuwingen. Het is een gezamenlijk leerproces, waaraan het arbeidsomstandigheden bedrijfstak instituut voor de bouw impulsen wil en kan geven. (c) 2001, NVVK Alle rechten voorbehouden. Niets van deze tekst mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.