Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld. Een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) op basis van kentallen

Vergelijkbare documenten
Case gemeentehaven Boven-Hardinxveld

Maatschappelijke kosten baten analyse (MKBA)

MKBA Windenergie Lage Weide Samenvatting

Tabel 1: De bijdrage van RtHA aan de regionale economie op basis van 2,4 miljoen passagiers

CO 2 -uitstootrapportage 2011

ACTUALISATIE MKBA ASBESTDAKEN

Synergie tussen MIRT projecten: synergie in de directe en indirecte effecten

Provinciale weg N231; Verkeersintensiteit, geluid en luchtkwaliteit 1

Module: Ontbrekende schakel in netwerk

Maatschappelijke kosten-batenanalyse N343 Rondweg Weerselo: Samenvatting en conclusies

Module: Aanpassing kruispunt

MKBA Windenergie binnen de 12-mijlszone

Update MKBA Spuiforum Den Haag

Kosten-batenanalyse Luchthaven Twente

Economisch perspectief verdieping Nieuwe Waterweg / Botlek

Resultaat Toetsing TNO Lean and Green Awards

Het verschil tussen de huidige situatie en de situatie 10 jaar geleden

MKBA bij uitvoeringsprojecten rol bij financiering en verevening. CE Delft, Martijn Blom en Arno Schroten Gemeente Rotterdam, 24 mei 2012

Gegevens stroometikettering 2004

Aanvulling MKBA Spui: drie alternatieve scenario s (jan. 2011)

Industrie koppelen aan het warmtenet Rotterdam. Verkenning van kansen voor aansluiting van acht bedrijven in Botlek/Pernis op het warmtenet

Bedrijventerrein De Mient (Capelle a/d IJssel) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Factsheet bedrijventerrein Spaanse Polder, Gemeente Rotterdam/Schiedam

Samenvatting: Winst en waarde van energie renovaties in de woningbouw

Memo. In totaal worden er maximaal 110 woningen gerealiseerd. Dit kunnen zowel grondgebonden woningen zijn alsook gestapeld woningen.

MKBA N247 Broek in Waterland Quick scan analyse maatschappelijke effecten. Eline Devillers Casper van der Ham

Tabel 1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wet luchtkwaliteit stof toetsing van grenswaarde geldig stikstofdioxide (NO 2 )

Emissiekentallen elektriciteit. Kentallen voor grijze en niet-geoormerkte stroom inclusief upstream-emissies

Emissieontwikkeling op onderliggend wegennet ten gevolge van realisatie Tweede Coentunnel en Westrandweg

Luchtkwaliteit langs de N208 bij Hillegom

In voorliggend addendum op het rapport MKBA Feyenoord City staan de resultaten hiervan beschreven.

Effecten van Mobility Mixx voor de BV Nederland


RBOI-Rotterdam B.V. Stikstofdepositieonderzoek. bedrijventerrein Oosteind

Ontwikkelingen Nederlandse luchtvaart. Een beknopt overzicht

Bedrijventerrein Kapelpolder (Maassluis) Maatschappelijke waarde. Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening. WETTELIJK KADER

L. Indicatieve effecten Luchtkwaliteit

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Bogor projectontwikkeling

Business case modelcasus

Curaçao Carbon Footprint 2015

Reactie op SEO-studie naar welvaartseffecten van splitsing energiebedrijven

R Land e bouw sultaten per thema

memo Luchtkwaliteit Rijksweg 20-1 te Drempt

A28 Hoevelaken - Holkerveen

Handleiding. MKBA Duurzame bedrijventerreinen

1. Inleiding. Notitie Amsterdam, 8 december 2016

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer

Modal shift en de rule of half in de kosten-batenanalyse

Datum Referentie Uw referentie Behandeld door 26 april J. van Rooij

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; Gemeente Hof van Twente Johan van der Burg

Olde Bijvank Advies Organisatieontwikkeling & Managementcontrol. Datum: dd-mm-jj

Update Quick Scan economische effecten gebiedsontwikkeling Kollum Buitenpost

Provincie Noord-Brabant. Aanvulling. bij Planstudie/tracé-MER N261 Tilburg-Waalwijk. april 2005 / Definitief

Tijdelijk gebruik Vliegkamp Valkenburg

COMMISSIEVOORSTEL Opiniërend BIJ ZAAKNUMMER: AST/2016/016030

memo INLEIDING WETTELIJK KADER aan: Johan van der Burg datum: 26 maart 2013 Luchtkwaliteit parkeerterrein Fort Pannerden project:

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Tiel Johan van der Burg

Bedrijventerrein Kerkerak (Sliedrecht) Waardeloos of waardevol? Met de Kamer van Koophandel weet je wel beter

Factsheet bedrijventerrein Pothof, Gemeente Rozenburg

Uitkomsten benchmark duurzame, actieve, gezonde mobiliteit. Gemeente Zaanstad

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Apeldoorn Johan van der Burg

Reconstructie N226 ter hoogte van de Hertekop. Luchtkwaliteitsonderzoek

Onderzoek luchtkwaliteit. Woontoren Bètaplein. Gemeente Leiden. Datum: 12 juni 2015 Projectnummer:

Businesscase: titel. Businesscase. Titel. Auteur: Versie: Datum: Pagina 1 van 5

Samenvatting Tabel 1 Kwalitatieve typering van de varianten

Factsheet bedrijventerrein Mijlpolder, Gemeente Binnenmaas

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

Ambtelijk advies. 1. Baardwijkse overlaat

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

Notitie Vergelijking Plateau- en Klagenfurtalternatief Rijksweg 74 ten aanzien van luchtkwaliteit

De Grote Uittocht Herzien. Een nieuwe verkenning van de arbeidsmarkt voor het openbaar bestuur

! -PAS bv I Consultsncy A Interim PlANtCOf*OM«a GEBrtOSONTWIRKEUNG

Parkeervraag 'project Duinhoek

Samenvatting en conclusie

Investeren in energiebesparing en duurzame energie op bedrijventerrein t Heen. Een maatschappelijke kosten-batenanalyse

memo INLEIDING WETTELIJK KADER aan: Johan van der Burg datum: 7 maart 2012 Luchtkwaliteit heemtuin in Gorsel project:

Factsheet bedrijventerrein Stormpolder, Gemeente Krimpen aan de IJssel

Het rendement van taaltrajecten: casus gemeente Amsterdam. Augustus 2015

Memo INLEIDING. 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening. WETTELIJK KADER. Gemeente West Maas en Waal

MEMO. De maatregelen per alternatief zijn beschreven in Tabel 2 (in de bijlage).

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Brunssum Johan van der Burg

Factsheet bedrijventerrein Kromme Gouwe, Gemeente Gouda

5 Opstellen businesscase

memo INLEIDING WETTELIJK KADER Gemeente Binnenmaas Johan van der Burg datum: 24 november 2011 Luchtkwaliteit plan Koetsveld in Westmaas

Notitie. : Stichting Ouderenhuisvesting Rotterdam : P.R. Beaujean Datum : 12 oktober 2007 : M. Zieltjens Onze referentie : 9S /N0003/902610/Nijm

Samenvatting. Bereikbaarheid en concurrentiekracht - KiM 5

N204 - reconstructie ter hoogte van Linschoten. Luchtkwaliteitsonderzoek

Schieoevers Maakt de toekomst. Ontwikkelingsscenario s met focus op synergie

Uitkomsten benchmark duurzame, actieve, gezonde mobiliteit. Gemeente Utrecht

Second Opinion van de KBA van weguitbreidingen in de corridor Schiphol-Amsterdam-Almere

De economie van de luchtvaart; waarde voor Eindhoven? Presentatie BVM 2 25 augustus 2018, Knegsel Dr Walter J.J. Manshanden

Notitie. Luchtkwaliteit Paleis het Loo. 1 Inleiding. 2 Werkwijze en uitgangspunten

ECONOMISCHE WAARDE PINNEPOT IS BOVENGEMIDDELD

Luchtkwaliteitonderzoek Lelystad bestemmingsplan De Velden

Economische Beleidsvisie Gemeente Berg en Dal. Uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Berg en Dal

Milieukundig onderzoek RWS-kavel Forepark

memo INLEIDING 1 Toets NIBM; 2 Toets grenswaarden in het kader van goede ruimtelijke ordening; WETTELIJK KADER Gemeente Leiden Johan van der Burg

Planstudie Knooppunt Hoevelaken als test case voor SWUNG 1

Transcriptie:

Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld Een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) op basis van kentallen Eindrapport Delft, maart 2010 Opgesteld door: M.H. (Marisa) Korteland M.J. (Martijn) Blom

Colofon Bibliotheekgegevens rapport: M.H. (Marisa) Korteland, M.J. (Martijn) Blom Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld Een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) Delft, CE Delft, maart 2010 Havens / Bedrijfsterreinen / Milieu factoren / Maatschappelijke factoren / Kosten / rendement VT: MKBA Publicatienummer: 10.7593.20 Opdrachtgever: Provincie Zuid-Holland, gemeente Hardinxveld-Giessendam. Alle openbare CE-publicaties zijn verkrijgbaar via www.ce.nl. Meer informatie over de studie is te verkrijgen bij de projectleider Marisa Korteland. copyright, CE Delft, Delft CE Delft Committed to the Environment CE Delft is een onafhankelijk onderzoeks- en adviesbureau, gespecialiseerd in het ontwikkelen van structurele en innovatieve oplossingen van milieuvraagstukken. Kenmerken van CE-oplossingen zijn: beleidsmatig haalbaar, technisch onderbouwd, economisch verstandig maar ook maatschappelijk rechtvaardig. 2 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Inhoud Samenvatting 5 1 Inleiding 7 1.1 Aanleiding 7 1.2 Positionering onderzoek 8 1.3 Doelstelling 8 1.4 Wat is een MKBA? 8 1.5 Afbakening 9 1.6 Leeswijzer 10 2 Kader MKBA 11 2.1 Inleiding 11 2.2 Situatieschets 11 2.3 Nul- en projectalternatieven 11 2.4 Technische uitgangspunten MKBA 12 2.5 Onderzochte effecten 12 2.6 Effectbepaling 16 2.7 Waardering effecten 24 2.8 Presentatie resultaten en begrippen 27 3 Resultaten 29 3.1 Inleiding 29 3.2 Variant 1 en 2: Volledige verkoop van gemeentelijk percelen 29 3.3 Variant 3: Ruilen van grond 29 3.4 Variant 4: Verkoop van de gemeentelijke werkplaats 30 3.5 Variant 5: Uitkopen van niet-havengebonden terreinen 30 3.6 Totaaloverzicht 31 3.7 Gevoeligheidsanalyse 32 4 Conclusies 33 Literatuurlijst 35 3 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

4 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Samenvatting In deze rapportage worden de maatschappelijke kosten en baten (MKBA) geanalyseerd van verschillende herstructureringsvarianten voor het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld te Hardinxveld-Giessendam. Een MKBA vormt een hulpmiddel bij investeringsbeslissingen omdat de voor- en nadelen van een bepaald project voor de samenleving als geheel in kaart worden gebracht. Zo toont de analyse aan of het herstructureren van een bedrijventerrein per saldo leidt tot een toename van de maatschappelijke welvaart in brede zin. Naast financiële kosten en baten, neemt een MKBA ook immateriële zaken mee, zoals effecten op milieu, landschap, natuur en ruimtelijke kwaliteit. Deze effecten worden waar mogelijk uitgedrukt in Euro s. Uitgangspunten MKBA De MKBA Boven-Hardinxveld heeft de vorm van een quick scan. Op basis van de (beperkt) beschikbare informatie wordt een indicatie gegeven van de maatschappelijke effecten van verschillende beleidsopties. Hierbij wordt gebruik gemaakt van kentallen. De volgende uitgangspunten zijn gehanteerd bij het vaststellen van de resultaten: Deze MKBA kent een regionale insteek: het gaat om welvaartsveranderingen in de regio als gevolg van herstructurering die plaatsvindt op het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld. De tijdshorizon beslaat 25 jaar en loopt van 2010 tot 2035. Dit betekent dat kosten en baten doorlopen tot aan het jaar 2035. Voor toekomstige kosten en baten wordt een discontovoet van 5,5% gehanteerd (2,5% + een risico-opslag van 3%). Voor milieueffecten (klimaat en luchtkwaliteit) wordt een discontovoet gehanteerd van 4% (2,5% + risico-opslag 1,5%). Het jaar 2010 dient als basisjaar met hantering van constante prijzen en berekeningen in contante bedragen tegen de discontovoet van 5,5% respectievelijk 4%. Nul- en projectalternatieven Het nulalternatief is het meest waarschijnlijke alternatief voor de situatie waarin de herstructureringsmaatregelen niet plaatsvinden. In hoofdlijnen betekent dit dat de huidige situatie op en rondom het bedrijventerrein gehandhaafd wordt. In Tabel 1 worden de verschillende projectalternatieven onderscheiden voor herstructurering van Boven-Hardinxveld. Tabel 1 Overzicht van projectalternatieven Projectalternatief Beschrijving Variant 1 Volledige verkoop van gemeentelijke percelen (excl. onderhoud en beheer). Variant 2 Volledige verkoop van gemeentelijke percelen (incl. onderhoud en beheer). Variant 3 Ruil gronden gemeente en bedrijf. Variant 4 Verkoop van werkplaats. Variant 5 Uitkopen niet-havengebonden bedrijventerreinen. 5 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Resultaten en conclusie Tabel 2 presenteert de uitkomsten van de MKBA Boven-Hardinxveld. Hierin wordt per onderzocht projectalternatief het saldo gegeven van de verwachte opbrengsten en de verwachte kosten (Netto Contante Waardesaldo) en de omvang van de baten ten opzichte van de kosten (%). Alle projectalternatieven hebben een positief NCW-saldo. Dit heeft vooral te maken met de additionele werkgelegenheid voor laaggeschoold personeel die de herstructurering oplevert. In alle varianten weegt het arbeidsmarkteffect, samen met de directe baten en verbeterde uitstraling van het terrein, ruimschoots op tegen de directe kosten, toegenomen geluidshinder voor omwonenden en extra CO 2 -en luchtvervuilende emissies als gevolg van de toename in woon/werkverkeer en zakelijk verkeer. Vanuit maatschappelijk oogpunt blijkt het uitkopen van niet-havengebonden terreinen (Variant 5) het meest rendabel te zijn, gevolgd door het ruilen van grond (Variant 3) en privatisering van de haven (Variant 1 en 2). Het verkopen van de werkplaats (Variant 4) heeft het laagste NCW-saldo, maar het gaat hier dan ook om een relatief kleine ingreep. Het verschil in prestatie tussen de beleidsvarianten kan deels verklaard worden door het verschil in omvang van de herstructurering (in hectares). Werkgelegenheidseffecten, waardestijgingen van grond en bebouwing, evenals geluidshinder en emissies hangen nauw samen met de schaalgrootte van het project. Tabel 2 Overzicht van maatschappelijke kosten en baten projectalternatieven, in 2010, NCW in 2010 Alternatief NCW-saldo B/K Variant 1 en 2 1.353.906 267% Variant 3 1.440.913 251% Variant 4 455.800 267% Variant 5 2.262.330 172% Op basis van de huidige uitkomsten van de MKBA, zou het in de rede liggen dat de gemeente zich bij herstructurering zal richten op het uitplaatsen van niethavengebonden activiteiten. Het bedrijventerrein wordt getransformeerd van een gemengd bedrijventerrein naar een nat bedrijventerrein. Dit is een ontwikkeling die past binnen de toekomstvisie van betrokken partijen. Bij de interpretatie van de resultaten is echter voorzichtigheid geboden: ze geven slechts een indicatie van de orde van grootte van de netto maatschappelijke baten. Zowel aan de kostenkant als aan de batenkant is gerekend met vrij conservatieve inschattingen. Verder konden een aantal relevante aspecten niet op kwantitatieve wijze in de analyse opgenomen worden (zogenaamde PM-posten). Het gaat o.a. om de stijging in emissies die het gevolg zijn van een intensivering van bedrijfsactiviteiten en bijbehorende goederenstromen. Wanneer voldoende duidelijk wordt welk type bedrijven zich op het bedrijventerrein zullen gaan vestigen kan nader onderzoek hiernaar worden verricht. 6 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

1 Inleiding 1.1 Aanleiding De gemeente Hardinxveld-Giessendam wil inzicht in de maatschappelijke effecten van reeds gedefinieerde varianten in de ontwikkeling van het havengebied Boven-Hardinxveld die een toename/verandering in bedrijvigheid tot gevolg hebben. Figuur 1toont het gebied. Buck Consultants International (BCI) heeft reeds een business case uitgevoerd waarin de financiële kosten en baten zijn bepaald voor de verschillende ontwikkelingscenario s en een indicatie wordt gegeven van de indirecte (werkgelegenheid-) effecten. De wens is dat CE Delft in aanvulling daarop zal kijken naar de externe effecten. Figuur 1 Ligging havengebied Boven-Hardinxveld in regio Papendrecht Gorinchem Sliedrecht Dordrecht Werkendam Bron: Naar BCI, 2009. In deze rapportage wordt dan ook een quick scan uitgevoerd van de maatschappelijke kosten en baten (MKBA) van de verschillende varianten van herstructurering. Concreet gaat het om de volgende vijf beleidsopties: 1. Volledige verkoop van gemeentelijke percelen (excl. onderhoud en beheer). 2. Volledige verkoop van gemeentelijke percelen (incl. onderhoud en beheer). 3. Ruil gronden gemeente en bedrijf. 4. Verkoop van werkplaats. 5. Uitkopen niet-havengebonden bedrijventerreinen en uitplaatsen. 7 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

1.2 Positionering onderzoek Binnen het klimaat- en milieubeleid van de provincie Zuid-Holland spelen duurzame bedrijventerreinen een prominente rol. Begin 2009 heeft CE Delft, in opdracht van de provincie, een handleiding gepubliceerd voor het uitvoeren van een maatschappelijke kosten-batenanalyse (MKBA) voor duurzame bedrijventerreinen. Met de nieuwe handleiding wil de provincie gemeenten, ondernemers, beleidsmakers en uitvoerders stimuleren bij herstructurering verder te kijken en de mogelijkheden van duurzame herstructurering te onderzoeken. Een MKBA maakt het mogelijk om inzicht te krijgen in de maatschappelijke effecten van duurzame herstructurering door deze in financiële waarden uit te drukken. Boven-Hardinxveld is daarbij een van de vier bedrijventerreinen die als pilot voor het uitvoeren van een MKBA zijn geselecteerd. Doel van deze pilots is het opdoen van praktijkervaring met het uitvoeren van MKBA s en de inpassing in de besluitvorming rondom herstructurering. Er wordt inzicht geboden in de toegevoegde waarde van MKBA s als een aanvullende tool in de besluitvorming. Hierbij dient overigens opgemerkt te worden dat in de huidige MKBA geen sprake is van duurzame herstructurering. In alle varianten gaat het om de verkoop dan wel hernieuwde uitgifte van grond waarop zich vervolgens nieuwe bedrijfsactiviteiten ontplooien. In haar vestigingsbeleid stuurt de gemeente daarbij niet expliciet op duurzaamheid 1. Verder wordt niet specifiek ingezet op een duurzame inrichting van het terrein (infrastructuur etc.) of verduurzaming van bedrijfsprocessen bij bestaande bedrijven (aanwezige energie- en materiaalstromen efficiënter inzetten, duurzame energievoorziening). 1.3 Doelstelling Doel van het onderzoeksproject is het opstellen van een quick scan-mkba van een vijftal ontwikkelingsalternatieven in het havengebied Boven-Hardinxveld. Deze MKBA zal een indicatie geven van de netto maatschappelijke baten die uitvoering van de verschillende beleidsopties zou opleveren voor de lokale gemeenschap. 1.4 Wat is een MKBA? Een MKBA is gedefinieerd als een evaluatiemethode waarmee investeringsbeslissingen voor projecten kunnen worden afgewogen. Met behulp van de MKBA wordt het mogelijk de huidige en toekomstige voor- en nadelen van een investeringsproject voor de samenleving als geheel zo objectief mogelijk in kaart te brengen. Hiertoe worden effecten waar mogelijk uitgedrukt in Euro s en gesaldeerd. De analyse toont vervolgens aan of het herstructureren van een bedrijventerrein leidt tot de gewenste toename van de maatschappelijke welvaart. Een MKBA verschilt daarmee fundamenteel van een financiële analyse (business case), die de kosten en baten voor een bepaalde partij tot uitdrukking brengt. Daar een MKBA van een maatschappelijk belang uitgaat, zullen bepaalde financiële kosten en baten uit een business case hierin 1 Zo worden er (vooralsnog) geen eisen gesteld aan het milieuprofiel van bedrijven. 8 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

verdwijnen omdat deze wegvallen tegen de baten respectievelijk kosten van een andere partij. Daarnaast wordt een MKBA ingezet vanuit een ruime opvatting van het begrip welvaart. Naast goederen en diensten ( harde economie ) neemt een MKBA ook immateriële zaken mee, die niet direct in geld uit te drukken zijn. Dit zijn bijvoorbeeld effecten op milieu, landschap, natuur en ruimtelijke kwaliteit. Als er geen markten zijn waarvan een prijs kan worden afgeleid, wordt de waarde van deze effecten met een specifieke waarderingstechniek in geld uitgedrukt. Een MKBA gaat uit van een vergelijking van alle kosten en baten van één of meerdere projectalternatieven (mogelijke oplossingsrichtingen) met een zogenaamd nulalternatief. Het nulalternatief is de meest waarschijnlijke ontwikkeling die zal plaatsvinden wanneer niet voor herstructurering gekozen wordt. Het verschil tussen het projectalternatief en het nulalternatief vormt het uitgangspunt voor een MKBA. Figuur 2 biedt een overzicht van verschillende soorten besluiten die een MKBA kan ondersteunen, inclusief de daarbij behorende keuze voor nul- en projectalternatief. Hieruit blijkt dat de MKBA Boven-Hardinxveld valt onder besluit 2 en inzicht geeft in prioritering van verschillende typen herstructurering. Figuur 2 Voor welke soorten besluiten is een MKBA geschikt? 0 1 2 3 Vraag MKBA Herstructurering - nieuwe aanleg? Nut en noodzaak herstructurering? Prioritering maatregelen? Verbetering van invulling maatregelen? Nul alternatief Inbreidingslocatie Uitstel/geen herstructurering Bijv. wettelijk minimum Bijv. wettelijk minimum Project alternatief Uitbreidingslocaties Herstructurering Verschillende projectalternatieven Verschillende invullingen Quick scan MKBA Uitgebreide MKBA 1.5 Afbakening De MKBA maakt het mogelijk effecten van herstructurering in financiële waarden uit te drukken. Het gaat dan om effecten zoals landschappelijke inpassing, CO 2 -uitstoot, luchtkwaliteit, beeldkwaliteit en geluidshinder. Deze MKBA: beperkt zich tot maatregelen die een intensivering van bedrijfsactiviteiten tot gevolg hebben; de vijf gedefinieerde ontwikkelingsvarianten. Maatregelen die de gemeente zou kunnen nemen op het gebied van verduurzaming in de energievoorziening, ruimtelijke inpassing, afvalbeheer, gemeenschappelijke parkeervoorzieningen en geluidszonering vallen buiten de studie. 9 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

zal geen aandacht besteden aan de precieze invulling van nieuwe bedrijfsactiviteiten. In de toekomstvisie van de gemeente is weliswaar aangegeven dat zij (havengebonden) industriële en multimodale activiteiten (op- en overslag van bulkgoederen) wil stimuleren, maar specifiekere aannames m.b.t. de typen bedrijven die de vrijgekomen percelen zullen kopen zijn op dit moment niet hard te maken. De ontwikkelingsvarianten kunnen effect hebben op de kwaliteit van woonen werkomgeving (waaronder geluidsoverlast), luchtkwaliteit, CO 2 -uitstoot en werkgelegenheid ter plaatse. Deze effecten horen vanzelfsprekend wel thuis in deze MKBA. heeft een regionale insteek: het gaat om welvaartsveranderingen voor de inwoners, bedrijven en lokale overheden in de regio rond Hardinxveld- Giessendam door maatregelen die worden getroffen op het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld. Dit betekent dat ook de gevolgen voor CO 2 -uitstoot zullen wordt meegenomen in de analyse, ook al zal deze vermoedelijk geen impact hebben op het broeikaseffect door herverdelingseffecten die elders in het land plaatsvinden. Luchtverontreinigende emissies worden tevens meegerekend: deze uitstoot heeft direct effect op de lokale luchtkwaliteit. is een quick scan-mkba. Er wordt een zo goed mogelijk beeld gevormd van de maatschappelijke effecten die worden meegenomen in de analyse, gegeven de best beschikbare gegevens over het bedrijventerrein. Er zijn geen uitgebreide effectonderzoeken uitgevoerd, zodat teruggevallen moet worden op kentallen en reeds bestaande informatie. Zo wordt voor de financiële kosten en baten en extra werkgelegenheid uitgegaan van de beschikbaar gestelde gegevens in de business case van Buck Consultants International (BCI, 2009). De WOZ-waarden van woningen en verkoopwaarden van percelen incl. opstallen zijn tevens gebaseerd op door partijen aangeleverde data. 1.6 Leeswijzer Hoofdstuk 2 schetst het kader van de MKBA Boven-Hardinxveld met een beschrijving van het nul- en projectalternatief, mee te nemen effecten en technische uitgangspunten. De resultaten van de MKBA worden in hoofdstuk 3 gepresenteerd. Hoofdstuk 4 vormt de conclusie. 10 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

2 Kader MKBA 2.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden het kader en de uitgangspunten van de MKBA Boven-Hardinxveld beschreven. Daarbij gaat het in de eerste plaats om een beschrijving van het nul- en projectalternatief, gevolgd door een overzicht van de kosten en effecten die in de MKBA in beeld worden gebracht. Tot slot komen enkele belangrijke technische uitgangspunten aan bod die in de MKBA zijn gehanteerd. 2.2 Situatieschets Het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld is voor de gemeente Hardinxveld- Giessendam en de regio een belangrijke locatie. De gemeente wil een kwaliteitsverbetering realiseren en daarmee een economisch impuls geven. Hiertoe hebben de betrokken partijen (gemeente, bedrijven en bewoners) een gezamenlijke toekomstvisie laten opstellen waarin drie toekomstscenario s met elkaar zijn vergeleken: Industriële ontwikkeling Een verdere ontwikkeling van bestaande (watergebonden) industriële functies, als scheepsbouw, betonijzerindustrie, waterbouw en overige watergebonden en gerelateerde industriële activiteiten. Multimodale ontwikkeling De haven wordt optimaal ingericht voor op- en overslagactiviteiten. Recreatie en toerisme Maximale benutting van de potentie die de haven heeft op het gebied van recreatie en toerisme. Uiteindelijk bleek dat de voorkeur uitgaat naar industriële en multimodale ontwikkeling. Voor toerisme en recreatie worden compensatiemogelijkheden elders gezocht. De hoofddoelstelling bij de herstructurering is dan ook het versterken van de industriële en multimodale ontwikkeling van het bedrijventerrein. Bedrijven en bewoners die niet passen in de visie worden uitgeplaatst. Hierdoor kan de transformatie plaatsvinden van een gemengd bedrijventerrein naar een nat bedrijventerrein. Met name bedrijven uit nabijgelegen steden lijken een sterke behoefte te hebben aan uitbreidingmogelijkheden op natte terreinen. 2.3 Nul- en projectalternatieven Het nulalternatief is het meest waarschijnlijke alternatief voor de situatie waarin de beleidsopties niet worden uitgevoerd. Hierbij wordt verondersteld dat de huidige situatie op en rondom het bedrijventerrein gehandhaafd wordt. Door deze definitie van het nulalternatief kan een goed beeld worden gevormd van het handelingsperspectief en de maatschappelijke gevolgen wanneer niets wordt ondernomen. Tegelijkertijd is de gemeente er op voorhand wel van overtuigd dat er iets aan herstructurering wordt gedaan. Het nulalternatief komt overeen met Variant 0 in de uitwerking van Buck Consultants International (2009). 11 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

De projectalternatieven sluiten aan bij de al voor de gemeente geformuleerde ontwikkelingsvarianten voor het terrein. Deze worden genoemd in Tabel 3. Tabel 3 Overzicht van projectalternatieven Projectalternatief Beschrijving Variant 1 Volledige verkoop van gemeentelijke percelen Variant 2 (excl. onderhoud en beheer). Volledige verkoop van gemeentelijke percelen (incl. onderhoud en beheer). Variant 3 Ruil gronden gemeente en bedrijf. Variant 4 Verkoop van de gemeentelijke werkplaats. Variant 5 Uitkopen niet-havengebonden bedrijventerreinen. Nadere specificaties van de projectalternatieven zijn te vinden in BCI (2009). In deze business case worden verschillende specifieke scenario s binnen Variant 5 doorgerekend. In verband met de gevoeligheid van de informatie wordt in de huidige studie enkel de Variant 5 gepresenteerd waarin alle relevante bedrijventerreinen tegelijkertijd worden aangekocht. 2.4 Technische uitgangspunten MKBA Voor de MKBA Boven-Hardinxveld zijn de volgende uitgangspunten gekozen: Alle prijzen zijn t.b.v. de analyse omgerekend naar het prijspeil 2010 door te corrigeren voor inflatie, uitgaande van 2% per jaar. Het jaar 2010 dient als basisjaar. Berekeningen zijn in contante bedragen tegen constante prijzen. Conform de aanbevelingen van het ministerie van Financiën wordt een discontovoet van 5,5%, gehanteerd, bestaande uit een reële risicovrije discontovoet van 2,5% en een risico-opslag van 3%. Voor effecten op klimaat en luchtkwaliteit bedraagt de discontovoet 4% 2. De tijdshorizon beslaat 25 jaar en loopt van 2010 tot 2035. Dit betekent dat kosten en baten doorlopen tot aan het jaar 2035. Eerste cashflow wordt geacht aan het eind van de eerste termijn plaats te vinden. In de analyse wordt uitgegaan van herstructurering in 2010 en 2011. 2.5 Onderzochte effecten In een MKBA herstructurering bedrijventerrein worden drie typen effecten onderscheiden: directe effecten; externe effecten; indirecte effecten. Tabel 4 geeft een overzicht van effecten die wel of niet in de MKBA Boven-Hardinxveld worden meegenomen. Een korte toelichting volgt hieronder. 2 Het Kabinet heeft besloten dat de standaard risico-opslag van 3% bij specifieke projecteffecten in nieuwe kosten-batenanalyses (KBAs) kan worden gehalveerd als het project negatieve externe effecten ondervangt of veroorzaakt en als die negatieve externe effecten een onomkeerbaar karakter hebben. Te denken valt bijvoorbeeld aan de verlaging van de uitstoot van broeikasgassen om klimaatverandering tegen te gaan. Deze projecteffecten kunnen worden beschouwd als een verzekering tegen een toekomstig onwenselijke situatie (RWS, 2009). 12 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Tabel 4 Overzicht directe, externe en indirecte effecten in de MKBA Type effect Effect Meegenomen in MKBA? Directe (interne) effecten Waardestijging betrokken grond incl. opstallen, ruimtewinst, investeringskosten, extra havengelden Ja, deels PM Externe effecten CO 2 -uitstoot: als gevolg van verkeersemissies; Ja, goederenvervoer PM als gevolg van bedrijfsactiviteiten. Nee, PM NO x en fijn stofuitstoot: als gevolg van verkeersemissies; Ja, goederenvervoer PM als gevolg van bedrijfsactiviteiten. Nee, PM Impact op kwaliteit woonomgeving: geluidshinder; Ja uitstraling terrein. Ja, maar niet gemonetariseerd Kwaliteit werkomgeving bestaande Ja bedrijven Spin-off-effecten Nee, PM Indirecte effecten Extra werkgelegenheid Ja Noot: PM = Pro Memorie. Directe effecten Bij directe effecten gaat het om effecten die rechtstreeks samenhangen met de uit te voeren beleidsopties op het bedrijventerrein en die invloed hebben op de daar gevestigde bedrijven. De herontwikkeling van de haven Boven-Hardinxveld is erop gericht om een kwaliteitsverbetering en een economische impuls te geven aan het gehele bedrijventerrein. Belangrijke elementen uit de herontwikkeling zijn de intensivering van het ruimtegebruik, de verdere ontwikkeling van de scheepsbouwfunctie en verdere (havengebonden) industriële ontwikkeling van het havengebied. In de business case (BCI, 2009) is op een rij gezet wat de financiële kosten en baten zijn voor de gemeente Hardinxveld-Giessendam. In een MKBA staan echter alle maatschappelijk kosten en baten centraal, dus voor alle bedrijven en inwoners, niet uitsluitend voor de gemeente zelf. Privatisering van de haven (volledige verkoop) kan per saldo voor de gemeente financieel aantrekkelijk uitpakken, terwijl deze binnen een MKBA als welvaartsneutraal kan worden gezien omdat het slechts als een overdracht van financiële middelen van de ene partij naar de andere partij kan worden beschouwd. Dezelfde redenering geldt voor grondruil en de uitplaatsing van bedrijven. Alleen welvaartsverbeteringen tellen mee in het saldo van de MKBA. Om te kunnen beoordelen of financiële kosten en baten ook als directe effecten in een MKBA moeten worden opgenomen, dient dan ook onderscheid gemaakt te worden tussen welvaartsverbeteringen en welvaartsverdelingen. 13 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

In de huidige MKBA zijn de volgende directe effecten relevant: Waardestijging van bij de herstructuring betrokken grond als gevolg van een verbeterde kwaliteit van het gebied 3. Ruimtewinst als gevolg van een efficiënter, intensiever gebruik van de beschikbaren terreinen door herstructurering. Directe kosten als gevolg van de herstructurering, bijvoorbeeld benodigde investeringen in infrastructuur en margeverliezen die optreden bij bedrijven die zullen verhuizen. Toename in netto opbrengsten door het realiseren van een efficiëntere bedrijfsvoering bij privatisering. Extra inkomsten vanuit de haven door toegenomen activiteit. Wanneer meer schepen komen laden en lossen worden meer haven- en kadegelden ontvangen. Externe effecten Externe effecten zijn onbedoelde, ongeprijsde effecten op de welvaart van derden. Het gaat hierbij vaak om milieueffecten, effecten op natuur en landschap en effecten op de sociale en externe veiligheid. In deze studie worden de volgende drie externe effecten onderscheiden: externe effecten van (toegenomen) CO 2 -uitstoot en luchtverontreinigende emissies; externe effecten als gevolg van (hogere) geluidsproductie; externe effecten door de (verbeterde) uitstraling van het bedrijventerrein. CO 2 -uitstoot en luchtverontreinigde emissies Door mondiaal gebruik van fossiele brandstoffen stijgt de concentratie van CO 2 in de atmosfeer. Het broeikaseffect zorgt voor opwarming van de aarde, een stijgende zeespiegel en een grilliger klimaat. Luchtvervuilende emissies als NO x en PM 10 hebben via de formatie van fijne stofdeeltjes een impact op de menselijke gezondheid. Dergelijke effecten treffen iedereen en niet alleen de veroorzakers van de CO 2 -uitstoot. Vandaar dat het hier gaat om externe effecten. Er zijn twee bronnen van CO 2 -emissies te onderscheiden: a Bedrijfsactiviteiten Industriële sectoren zijn een belangrijke veroorzaker van CO 2 -emissies, middels hun energiegebruik en productieprocessen. Daarnaast gaan sommige activiteiten gepaard met de uitstoot van stoffen als zwaveldioxide (SO 2 ), stikstofoxiden (NO x ), methaan (CH 4 ) en/of fijn stof (PM 10 ). Deze emissies hebben o.a. een impact op vermesting, verzuring en humane toxiciteit. 3 Bij goed werkende grondmarkten is deze waardestijging al verdisconteerd in de verwervingskosten. Het maatschappelijke effect is dan de verwervingskosten -/- opportuniteitskosten. 14 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

b Verkeer Alle vervoersmodaliteiten stoten, in meer of mindere mate, CO 2 en luchtvervuilende emissies uit. Wanneer de bedrijvigheid op een bedrijventerrein toeneemt, horen hier ook verschillende nieuwe typen vervoersstromen bij. Dit zijn: goederenvervoer; woon/werkverkeer; zakelijk verkeer 4. In deze MKBA zullen wij de toename in emissies als gevolg van woon/ werkverkeer en zakelijk verkeer in kaart brengen. Emissies van goederenvervoer zijn buiten beschouwing gelaten. Door het stimuleren van de multimodale ontwikkeling zal het goederenvervoer zowel per binnenvaart als over de weg toenemen, in welke mate hangt af van de precieze invulling. Vermoedelijk zullen bewoners aan de Nieuweweg hierdoor meer hinder ervaren. Anderzijds kan de verkeersdrukte op andere wegen (A15) verminderd worden, wanneer er meer lading via de binnenvaart wordt afgehandeld. Dit zou uiteindelijk kunnen leiden tot een betere doorstroming en bereikbaarheid in de regio. Daar echter niet precies bekend is welke bedrijven zich op het bedrijventerrein zullen vestigen, is geen goede inschatting van de verandering in goederenverkeerstromen te maken. Dezelfde redenering geldt voor de emissies als gevolg van veranderingen in bedrijfsactiviteiten; door een gebrek aan informatie wordt hier niet op in gegaan. Spin-off-effecten als gevolg van clustering van bedrijven uit dezelfde bedrijfstak (toeleveranciers en afnemers) kunnen dan ook niet worden bepaald. Onder alle projectalternatieven zal voor al deze drie effecten een PM-post worden opgenomen 5. NB. De nieuwe verkeersstromen zorgen voor een verhoging van de lokale uitstoot van NO x en fijn stof (PM 10 ). Dit heeft een negatief effect op de lokale luchtkwaliteit, waardoor een luchtkwaliteitknelpunt zou kunnen ontstaan. In deze MKBA is niet gekeken naar effecten op de lokale luchtkwaliteit. Reden hiervoor is dat het goederenvervoer niet is meegenomen in de emissieberekening en dat er geen onderzoek is gedaan naar de toename van de lokale verkeersintensiteit op het terrein Boven-Hardinxveld. Geluidshinder en verbeterde uitstraling terrein Intensivering van activiteiten gaat over het algemeen gepaard met een hogere geluidproductie. Dit levert extra geluidshinder op voor nabijgelegen woningen, waardoor het woongenot van mensen zal verminderen. Daarentegen kunnen er door het opknappen van een verouderd bedrijventerrein positieve effecten optreden voor omwonenden, wiens kwaliteit van woonomgeving verbeterd 6. 4 5 6 Onder zakelijk verkeer wordt verstaan verkeer als gevolg van bijvoorbeeld bedrijf- of congresbezoeken. Hoewel congresbezoek vooral voor kantoren zal gelden, is te verwachten dat er ook in industriële sector veel vertegenwoordigers zullen komen en gaan werknemers naar klanten en leveranciers. Pro Memorie. Term die in MKBA s wordt gebruikt om aan te geven dat er (nog) geen uitsluitsel bestaat over de omvang van de kost of baat. Veranderingen in concentraties van luchtvervuilende stoffen ter plaatse zijn van invloed op de kwaliteit van de woonomgeving. Omdat het hier niet zozeer gaat om woongenot maar om gezondheidseffecten is deze impact separaat meegenomen in de MKBA. 15 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Voor bestaande bedrijven levert een verbeterde uitstraling van de locatie ook een welvaartswinst op. Door een stijging in de kwaliteit van de werkomgeving, kan de arbeidsproductiviteit toenemen, evenals de mogelijkheden van bedrijven om werknemers te behouden c.q. aan te trekken. Dit is een extern effect omdat deze bedrijven niet direct betrokken zijn bij de investeringsbeslissingen rondom herstructurering maar wel de positieve gevolgen ervan ondervinden. Indirecte effecten Naast de directe en externe effecten zijn er indirecte effecten die dankzij de herstructurering van een bedrijventerrein kunnen ontstaan. Hierbij gaat het om effecten die bijdragen aan de rest van de lokale/regionale economie, zoals een werkgelegenheidswinst. Werkgelegenheidseffecten zullen worden opgenomen in de MKBA, voor zover de bijbehorende welvaartswinst als additioneel kan worden beschouwd. Bij een goed werkende arbeidsmarkt gaat een extra baan in de ene gemeente namelijk vaak ten kosten van een baan in een andere gemeente, waardoor er enkel een herverdelingseffect zou optreden. Echter, over het algemeen herbergen bedrijventerrein veel banen voor lager opgeleiden; een groep die vaker dan hoger opgeleiden te kampen heeft met structurele werkloosheid. Extra banen voor laaggeschoold personeel kunnen dan ook daadwerkelijk leiden tot extra werkgelegenheid (CE, 2009). 2.6 Effectbepaling 2.6.1 Financiële kosten en baten Directe effecten Tabel 5 toont de kosten en baten die zijn meegenomen als welvaartseffecten in de MKBA. Deze worden hieronder per post toegelicht. Tabel 5 Directe welvaartkosten en -baten per projectalternatief t.o.v. nulalternatief Alternatief Directe kosten Directe baten Variant 1 Investeringskosten openbare ruimte Overige investeringskosten (PM) Waardestijging grond percelen Extra netto inkomsten (PM) Variant 2 Investeringskosten openbare ruimte Overige investeringskosten (PM) Waardestijging grond percelen Extra netto inkomsten, tevens als gevolg van privatisering (PM) Variant 3 Investeringskosten openbare ruimte Sloopkosten Waardestijging grond perceel Extra netto inkomsten (PM) Overige investeringskosten (PM) Variant 4 Investeringskosten openbare ruimte Overige investeringskosten (PM) Waardestijging grond perceel Extra netto inkomsten (PM) Variant 5 Investeringskosten openbare ruimte Sloopkosten, margeverliezen, verhuiskosten Overige investeringskosten (PM) Waardestijging grond niethavengebonden percelen Extra netto inkomsten (PM) 16 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Waardestijging grond De waardestijgingen van de te verkopen/te ruilen percelen als gevolg van de herstructurering onder de verschillende projectalternatieven worden weergegeven in Tabel 6. Er wordt verondersteld dat de grondwaardestijging plaatsvindt wanneer de herstructurering is afgerond (2011) en in omvang afhangt van de schaalgrootte van de ingreep; dus hoe meer m 2 aangepakt wordt, hoe groter de impact op de gehele uitstraling op het terrein en dus de waardestijging. Voor Variant 3 wordt een waardestijging van 2% ten opzichte van de huidige situatie verondersteld, de percentages voor de overige varianten worden hiervan afgeleid 7. Taxatiegegevens zijn overgenomen uit Brink (2009). Tabel 6 Waardestijging bij herstructurering betrokken grond ( 2009 ) Alternatief Waardestijging Euro Variant 1 en 2 22.784 Variant 3 54.020 Variant 4 2.378 Variant 5 235.583 Ruimtewinst Herstructurering van bedrijventerreinen kan leiden tot een efficiëntere indeling van het terrein. Door een intensiever gebruik van ruimte kunnen hectares elders ongemoeid worden gelaten en kan extra grond worden uitgegeven. Veelal wordt gerekend met een intensiteitverdichting van 15% (van de hergestructureerde hectares) en een residuele grondprijs van 60 per m 2 (BCI, 2008a;b;c). De resultaten staan in Tabel 7. Tabel 7 Ruimtewinst bij herstructurering ( 2008 ) Alternatief Waardestijging Euro Variant 1 en 2 90.900 Variant 3 99.900 Variant 4 30.690 Variant 5 322.659 Extra netto inkomsten Wanneer havengebonden bedrijvigheid toeneemt, is het aannemelijk dat er extra schepen de haven aan zullen doen, waardoor de inkomsten uit haven- en kadegelden stijgen. De omvang van een dergelijke toename zal afhangen van de precieze invulling van het gebied, hier is op dit moment geen concrete uitspraak over de doen; bij ieder projectalternatief is een PM-post vermeld. 7 Deze aanpak geldt ook voor de waardestijging in bestaande bedrijven en woningen (externe effecten) op het bedrijventerrein. De rangorde in mate van waardestijging voor bestaande bedrijven via deze methodiek komt overeen met kwalitatieve scores (+ en) van de projectvarianten in BCI (2009). 17 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

In aanvulling hierop is er mogelijk een kostenbesparing op onderhoud en exploitatie door efficiëntere bedrijfsvoering na privatisering (Variant 2). Dit effect is tevens op PM gezet daar op basis van de beschikbare gegevens geen inschatting kan worden gemaakt of dergelijke baat daadwerkelijk op Boven-Hardinxveld van toepassing is. Investeringskosten herstructurering Er zijn kosten verbonden aan tal van werkzaamheden die een direct gevolg zijn van het besluit tot herstructurering. Het gaat hier o.a. om sloopkosten en benodigde investeringen door de gemeente om de locatie geschikt te maken. Bij Variant 3 bijvoorbeeld moeten trechters herplaatst worden en is mogelijk verdieping van de haven nodig. In Variant 5 waar bedrijven worden uitgeplaatst tellen margeverlies en verhuiskosten ook mee als welvaartskosten. Voor de posten sloopkosten, margeverliezen en verhuiskosten is informatie beschikbaar in BCI (2009) of Brink (2009). Voor de publieke investeringkosten m.b.t. de inrichting van de openbare ruimte is een conservatieve schatting van 50/m 2 aangehouden 8. Voor additionele investeringskosten voor bedrijven die gepaard gaan met de herstructurering is een PM-post opgenomen. 2.6.2 Werkgelegenheid Voor Boven-Hardinxveld is voldoende aanbod van goed geschoold technisch personeel van belang. Niet alle effecten op de werkgelegenheid worden echter ook in de MKBA opgenomen als welvaartseffect. Voor de arbeidsmarkt geldt dat alleen veranderingen in bestaande marktimperfecties kunnen leiden tot additionele welvaartseffecten. Als sprake is van een betere aansluiting van de arbeidsvraag op het arbeidsaanbod als gevolg van de herstructurering van Boven-Hardinxveld is er een additioneel welvaartseffect. Alleen bij de creatie van arbeidsplaatsen van laag en middelbaar opgeleiden gaan we uit van een welvaartseffect. Aangenomen wordt dat banen voor hoger opgeleiden op het bedrijventerrein ertoe leiden dat banen elders in de regio worden verdrongen. Ofwel, als hoog opgeleiden niet op Boven-Hardinxveld werken, werken ze wel ergens anders in de regio. De herstructurering leidt dan ook niet tot een reductie in werkloosheid voor deze groep en dus ook niet tot een welvaartseffect. Dit beeld wordt bevestigd door cijfers over de arbeidsmarktregio Drechtsteden. Als gevolg van een toename van het aantal kortdurend werklozen en daling van de openstaande vraag vindt er een verruiming plaats van de arbeidsmarkt in het Drechtstedengebied (UWV, 2009). Dit betekent dat de krapte op de arbeidsmarkt na de financiële crisis is verdwenen en omgeslagen in een overschot. Extra gecreëerde banen in beide segmenten zullen dan ook minder snel verdrongen worden. Het aandeel laag en middelbaar opgeleiden bedraagt 75% in de RPA regio Rivierenland (CBS, 2009). Dus we gaan ervan uit dat van elke 100 arbeidsplaatsen die gerealiseerd worden bij de herstructurering 75 van laag en middelbaar niveau zijn en daarmee ook additioneel voor de regio. 8 Op basis van BCI (2008a;). Gehanteerde waarden liggen tussen de 50/m 2 en 125/m 2 (BCI, 2008b;c) 18 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Conform de aanpak in BCI (2009) wordt de minimale en maximale creatie van bruto werkgelegenheid onder ieder projectalternatief bepaald met behulp van de Bedrijfslocatiemonitor (BML). Vervolgens wordt 75% van de gemiddelde bruto toename in arbeidsplaatsen additioneel geacht en meegenomen in de MKBA. Dit is de netto stijging in werkgelegenheid. De cijfers worden vermeld in Tabel 8. Werkgelegenheidseffecten worden over een periode van vijf jaar meegenomen, waarna er evenwicht op de arbeidsmarkt is verondersteld 9. Tabel 8 Toename in aantal arbeidsplaatsen onder projectalternatieven t.o.v. nulalternatief Alternatief Bruto toename arbeidsplaatsen Netto toename arbeidsplaatsen Min-max (gemiddeld) 75%, gemiddeld Variant 1 en 2 62-81 (72) 54 Variant 3 68-89 (79) 59 Variant 4 21-27 (24) 18 Variant 5 142-210 (176) 132 2.6.3 Geluidshinder In een industriële omgeving kan de geluidsbelasting op woningen toenemen als gevolg van: intensivering van bedrijfsactiviteiten; veranderingen in blootstelling aan geluid als gevolg van sloop- en bouwwerkzaamheden; toename van verkeersbewegingen op en rond het terrein. Hierdoor neemt het woongenot af. Mogelijk levert herstructurering van Boven-Hardinxveld zelfs knelpunten op in de geluidszonering. In dit kader heeft de Milieudienst Zuid-Holland Zuid (2009) dan ook akoestisch onderzoek verricht 10, waarbij is geschat in hoeverre de huidige vastgestelde MTG-waarden verhoogd zouden moeten worden. In het onderzoek is primair rekening gehouden met de eerste twee effecten. Additionele geluidshinder als gevolg van veranderingen in verkeersbewegingen is alleen opgenomen voor zover deze op het terrein zelf plaatsvinden. Dit is relevant voor de milieuvergunning. Voor de inwoners kan echter juist het extra verkeer op de openbare wegen van belang zijn: Vooral een toename in goederenvervoer over de weg kan extra geluidshinder veroorzaken. Dit zou gelden voor bewoners aan de Nieuweweg. Doordat de lading ook meer per binnenvaart wordt afgehandeld, zou echter de verkeersdrukte elders op de weg afnemen (A15) (BCI, 2009). Door een gebrek aan specifieke informatie over de multimodale ontwikkeling onder de projectvarianten (zie paragraaf 1.5) kan dit effect echter niet kwantitatief door ons worden ingeschat; deze post wordt op PM gezet. 9 10 Gedurende de vijf jaar nemen de effecten van gecreëerde arbeidsplaatsen lineair in omvang af. Het geografische onderzoeksgebied is aan de westkant van het terrein iets groter dan de scope van BCI (2009), terwijl aan de oostkant nauwelijks puntbronnen zijn opgenomen terwijl ook daar ontwikkeling kan plaatsvinden. Daar de adressen van woningen waar effecten optreden, wel binnen beide kaders vallen, wordt aangenomen dat beide effecten elkaar opheffen. 19 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Verder zorgen de gecreëerde arbeidsplaatsen voor een stijging in het woon/werkverkeer en daarmee voor een toename in de dagelijkse geluidsproductie door auto s van werknemers. Uit een globale inschatting blijkt echter dat deze impact verwaarloosbaar is ten opzichte van het reeds aanwezige geluid door verkeersbewegingen. In de huidige situatie zijn er namelijk 5.630 verkeersbewegingen per etmaal op de Rivierdijk ten westen van de kruising met de Havenstraat en 3.544 bewegingen ten oosten van dit kruispunt. Het zwaartepunt van deze activiteit ligt waarschijnlijk in de ochtend- en avondspits. Ongeveer 11% van het verkeer op deze weg is zwaar of middelzwaar verkeer. Het geluid dat door de, in het slechtste geval, 105 auto s in de ochtend- en avondspits extra wordt geproduceerd valt daarbij in het niet 11. De Milieudienst Zuid-Holland Zuid concludeert uiteindelijk dat de geluidbelasting op een aantal woningen toeneemt. Voor zo n tien panden die binnen de huidige 55 db(a)-zonering liggen, dient een hogere waarde vastgesteld te worden van 57 db(a) oplopend tot 60 db(a) 12. In de MKBA wordt bij deze resultaten aangesloten, eveneens voor vijf panden met woonfunctie op het bedrijventerrein zelf 13. De vraag is echter voor welk projectalternatief de uitkomsten van het akoestisch onderzoek gelden. Daar de Milieudienst bij de intensivering van activiteiten is uitgegaan van scheepswerfgerelateerde werkzaamheden 14, worden de uitkomsten van dit onderzoek van toepassing geacht op Variant 3. Vervolgens zijn de geluidseffecten voor de andere projectvarianten berekend. Er is een directe relatie verondersteld tussen de toename in werkgelegenheid, de mate van intensivering en de daarmee gepaard gaande geluidsbelasting in deze branche 15. Wanneer de werkgelegenheid in hogere (mindere) mate toeneemt, stijgt (daalt) de geluidsbelasting naar rato. Tabel 9 toont het resultaat. Merk op dat het gaat om de gemiddelde toename in geluidsbelasting op de aanwezige woningen. Onder Variant 5 zijn bepaalde woningeigenaren op het terrein uitgeplaatst, waardoor er voor hen geen geluidshinder meer is. Tabel 9 Gemiddelde geluidstoename onder de verschillende projectalternatieven Alternatief Toename geluidsbelasting aanwezige woningen db(a), gemiddeld Variant 1 en 2 3,64 Variant 3 4,00 Variant 4 1,22 Variant 5 7,72 11 12 13 14 15 Variant 5 levert de hoogste toename in netto werkgelegenheid. Hierbij gaat het om maximaal 210 werknemers (gemiddeld 176). Dit is de maximale wettelijk toegestane waarde. Aangenomen wordt dat eventuele hogere waarden teniet gedaan zullen worden door maatregelen. Kosten van deze maatregelen per db(a) worden gelijk verondersteld aan de waarde van geluidshinder. Hiervoor wordt uitgegaan van de maximale db(a)-toename onder ieder projectalternatief. Het bronvermogen van 65 db(a)/m 2 komt hiermee overeen. Dit lijkt een realistische aanname voor scheepswerfgerelateerde activiteiten die nog steeds vrij arbeidsintensief zijn. Voor andere branches kan dit anders zijn, maar daar er in deze MKBA niet wordt gedifferentieerd naar typen bedrijfsactiviteiten, geldt deze aanname voor alle projectalternatieven. 20 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Tenslotte adviseert de Milieudienst Zuid-Holland Zuid om bij de al voorgenomen zoneherziening voor een aantal woningen die momenteel buiten de zone vallen niet 50 db(a) maar 55 db(a) als grens vast te stellen. Deze (maximale) marge wordt aangehouden om ervoor te zorgen dat externe factoren zoals de bouw of sloop van objecten op het industrieterrein niet onmiddellijk tot overschrijdingen leidt. Daar de betreffende woningen binnen een straal van 500 m van het bedrijventerrein liggen 16, zou in principe ook de welvaartseffecten voor deze panden moeten worden meegenomen. Uitgangspunt hierbij is dat de geluidsbelasting met 5 db(a) (maximaal) zal toenemen 17. 2.6.4 Uitstraling bedrijventerrein Tegenover de extra geluidshinder staat dat een vernieuwing van een verouderd bedrijventerrein zoals Boven-Hardinxveld gepaard zal gaan met een verbeterde uitstraling van het gebied. Dit levert een positief welvaarteffect op voor omwonenden en bestaande bedrijven. Voor woningen net buiten het bedrijventerrein kan met name onder projectvariant 5 een verbetering in woon- en werkgenot worden verwacht doordat er geen braakliggende terreinen meer zijn en parkeerproblemen opgelost worden (BCI, 2009). Voor de overige projectalternatieven is onduidelijk in hoeverre ze precies tot een verbetering in uitstraling zouden leiden. Bovendien geldt dat onder varianten 1, 2 en 3 de strekdam wordt afgesloten voor publiek, waardoor recreatieve mogelijkheden worden beperkt. Dit heeft vermoedelijk een negatieve impact op het woongenot. Per saldo wordt voor deze varianten geen welvaarteffect verondersteld, evenals voor Variant 4 (geen impact). Voor woningen die op het terrein liggen en de bestaande bedrijven, wordt de toename in kwaliteit van woon- en werkomgeving gerelateerd aan de schaalgrote van de herstructurering, net als bij de geherstructureerde bedrijven (zie directe effecten). 2.6.5 Verkeersemissies Door veranderende bedrijvigheid op het terrein ontstaan verschillende (nieuwe) verkeersstromen, dit zijn: goederenvervoer; woon/werkverkeer; zakelijk verkeer 18. In deze MKBA zullen wij de toename in verkeersemissies als gevolg van woon/werkverkeer en zakelijk verkeer in kaart brengen. Emissies van goederenvervoer zijn buiten beschouwing gelaten. Reden hiervoor is dat niet precies bekend is welke bedrijven zich op het terrein zullen vestigen en dus geen goede inschatting van de goederenverkeerstromen te maken is. 16 17 18 Volgens de geëigende aanpak in de MKBA-praktijk, zou bij een grotere afstand deze impact niet worden meegenomen in de analyse. Immers, in het nulalternatief blijven de woningen buiten de geluidszonering en mag de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein de waarde van 50 db(a) niet te boven gaan. Onder zakelijk verkeer wordt verstaan verkeer als gevolg van bijvoorbeeld bedrijf- of congresbezoeken. Hoewel congresbezoek vooral voor kantoren zal gelden, is te verwachten dat er ook in industriële sector veel vertegenwoordigers zullen komen en gaan werknemers naar klanten en leveranciers. 21 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Om de additionele verkeersemissies in de verschillende varianten te bepalen zijn de volgende gegevens gebruikt: netto gecreëerde arbeidsplaatsen, het gemiddelde per variant; afstand die per werknemer per dag wordt afgelegd met verschillende vervoersmiddelen (CBS, 2009) 19 ; emissiefactoren per vervoersmiddel voor 2010 en 2020 (CE, 2008) 20. Voor de emissiefactoren is data voor 2010 en 2020 gebruikt. In de analyse is gekeken naar de belangrijkste emissies van verkeer, dit zijn: CO 2, NO x en PM 21 10. Binnen deze categorieën is rekening gehouden met directe emissies (uit de uitlaatpijp van het voertuig) en emissies die vrijkomen bij elektriciteitsproductie (treinen). Hiermee nemen we niet het volledige scala aan emissies mee dat vrijkomt als gevolg van verkeer. De volgende emissies hebben we buiten beschouwing gelaten: emissies die vrijkomen bij brandstofproductie (bijv. bij oliewinning, raffinage en transport naar tankstations); emissies tijdens voertuigproductie en de aanleg van infrastructuur; fijn stofemissies als gevolg van slijtage van wegdek, banden, remvoeringen en bovenleidingen. Figuur 3, Figuur 4, en Figuur 5 geven respectievelijk de extra CO 2 -, NO x - en PM 10 -emissies van 2010 tot 2020 voor de verschillende varianten (dus bovenop het nulalternatief). De grafieken laten duidelijk zien dat Variant 5 op het gebied van woon/werkemissies het slechtst scoort. Variant 1, 2 en 3 scoren gemiddeld 22 en Variant 4 leidt tot de minste toename van verkeersemissies als gevolg van woon/werkverkeer. 19 20 21 22 Deze factoren gaan er in principe vanuit dat iedere werknemer iedere dag een stukje te voet, met de fiets, trein en auto aflegt. In werkelijkheid is dit niet aannemelijk, maar gaat de een te voet, de ander met de fiets en de ander met de trein. Gemiddeld komt men dan echter toch op dezelfde factoren uit. Wanneer gekeken wordt naar de pendelgegevens van werknemers op het bedrijventerrein uit 2006, lijken de CBS-cijfers een lichte onderschatting van reisafstanden te geven. We hebben aangenomen dat emissies tussen deze twee jaartallen lineair afnemen. Naast deze stoffen worden ook andere stoffen zoals SO 2 en CO uitgestoten. Omdat deze emissies doorgaans erg laag zijn en niet leiden tot luchtkwaliteitsproblemen zijn deze niet meegenomen. Omdat er is uitgegaan van een gemiddelde toename in aantal arbeidsplaatsen kan niet gesteld worden dat bijvoorbeeld Variant 3 beter scoort dan Variant 2. Het verschil tussen deze twee varianten ligt in de onzekerheidsmarges. 22 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld

Figuur 3 Additionele CO 2 -emissies van woon/werkverkeer en zakelijk verkeer onder de verschillende projectalternatieven ton/jaar 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 2010 2015 2020 2025 2030 2035 Variant 1 Variant 2 Variant 3 Variant 4 Variant 5 Figuur 4 Additionele NO x -emissies van woon/werkverkeer en zakelijk verkeer onder de verschillende projectalternatieven 180 160 140 kg/jaar 120 100 80 60 Variant 1 Variant 2 Variant 3 Variant 4 Variant 5 40 20 0 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 Figuur 5 Additionele PM 10 -emissies van woon/werkverkeer en zakelijk verkeer onder de verschillende projectalternatieven 9.0 8.0 7.0 kg/jaar 6.0 5.0 4.0 3.0 Variant 1 Variant 2 Variant 3 Variant 4 Variant 5 2.0 1.0 0.0 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 23 Maart 2010 7.593.9 Herstructurering van het bedrijventerrein Boven-Hardinxveld