Zelfportret Op vier verschillende manieren.



Vergelijkbare documenten
KOPSTUKKEN OEFENING 2

Mens in actie. Zo groot ben jij!

Lesmateriaal bovenbouw

Me, myself and I. Je gaat op de volgende manieren portretten maken:

Kijkwijzer Ruimtelijke Kunst

project Escher Je werkt tijdens dit project individueel en samen. Welke opdracht je alleen doet en welke samen wordt per opdracht beschreven.

Hand-out Portrettekenen verhoudingen

Ben ik dat? voorstelling 2d Hoofdstuk 10

Sketch-Up: Vogelhuisje (6)PACK versie 2.0

Werkboekje Grote Wetenschapsdag

Als je de gereedschappen hebt dan zijn de materialen vaak heel goedkoop om zelf picks te maken en kan je er dus veel maken.

Portret. Materiaal linoleum, papier, potlood, krijt, gutsen.

FOTO S EN VIDEO S MAKEN

Technologische opvoeding

Maak je eigen Frankenstein! Uitleg om zelf een monster te klussen van hout. Zagen, timmeren, lijmen en verven maar!

klas 3 beeldende vormgeving buitentekenen

Ontwerpen in 3D. in dit programma uitgewerkt.

lesbrieven avonturenpakket de uitvinders en het zonnewiel leerlingenbestand Lesbrief 1: Opdracht 1: Maak een energieweb

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS EN HET ZONNEWIEL

1. Wat is het verschil tussen een natuurgetrouwe en een schematische tekening?

Om paint te openen volgen we dezelfde weg als bij de rekenmachine:

Haak-Oma. Afkortingen: MR = Magische ring V = Vaste L = Losse St = Steek Hv = Halve vaste

1.FLYER SMARTPHONE Opdracht: Google, PNG, Zoekhulpmiddelen

Tactiele navigatie. Hoe begeleid je een leerling bij tactiele tekeningen?

Naam: Klas: Mieke Gilté

Technologische opvoeding

unicorn stokpaard DIY NAAIPATROON

Oefenen met breuken. Circuitles voor groep 6

Hoe maak je een oudere man illustratie in Adobe Illustrator en AD door Nataliya Dolotko

S C I E N C E C E N T E R

lesformulier en -planning

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS EN HET ZONNEWIEL

MUSEUMLES IN HET VAN ABBEMUSEUM Groep 7 en 8

werkbeschrijving voor jouw eigen * werkbeschrijving * 'Onder-je-Boompje'

onderzoek water opdrachtkaart Onderdeel A les 5-6.6

'Onder-je-Boompje' * werkbeschrijving *

Archeologen logboek Namen:....

HEMELS HUWELIJK KALENDER 52 X WIJ TIJD VOOR ELKAAR. Willem en Marian de Vink

Mailgroep photoshop. Copyright. Fotomanupilatie. Dit is het eindresultaat

FOTO S EN VIDEO S MAKEN

zaaien in zaaibakken zaaibakken maken voor binnen op warmte in maart en voor buiten in april

Wat heb je nodig? Wat gebeurt er?

IPADKUNSTACADEMIE LES 1 PORTRET SCHILDEREN

Kunst&Cultuur BEELDENDE VORMING MUZIEK [1] leeropgave1. Introductie. Bij muziek ga je aan de slag met het thema en met muziek die jou aanspreekt!

Docentenhandleiding. O&O Project Future Villa. CSG Liudger Waskemeer in samenwerking met basisschool De Schalmei

Tekenen vmbo-b12. CC Naamsvermelding 3.0 Nederland licentie.

Papier recyclen. Inlage

Tips voor activiteiten in de winter, lekker knutselen

4 andere dieren bestaat. foto zo precies mogelijk na en kleur in.

Een communicatiebuddy is iemand die je door dik en dun begeleidt en ondersteunt in het gebruik van je communicatiehulpmiddel

DOOSJE BEWAAR JE SPULLEN NETJES! Ontwikkeld door

Les 11. Meetkundige begrippen. Lijnen. een gebogen lijn een gebroken lijn een rechte. Een rechte benoemen we met een kleine letter.

Hoe werk je met het projectenboek?

Introductie. Onderzoek

Week 4 (lesduur 100 minuten) Havo 8ste klas (2) Lesvoorbereiding: Didactische Analyse

Kleuren in bloemstukken

Eenvoudige sneeuwman.

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

Opdracht 1 Hoe werden mensen vroeger begraven? Je krijgt een fotoblad met oude grafmonumenten, zoals een piramide en een hunebed.

Voornaam. Achternaam. adres

Vooraf Voorafgaand hebben alle leerlingen van groep 8 de KunstKabinetles 8.14 Onderweg in groepjes of klassikaal uitgevoerd.

Het verhaal met de Ozobot

Handleiding Concrete5 website. Outbound Media

Druk met Kunst! Leskist voor kinderen van groep 6

Liefde is vrij van zichzelf, om te leven voor de ander.

Opdracht: pretparktycoon

Mailgroep photoshop. Copyright. Mixed Media portret.

Werkbeschrijvingen. Vakantiebijbelweek Dag 1: Kleuters: Deurhanger Middengroep: Dakpan

Presentaties: presenteer jezelf met PowerPoint

Een goede presentatie maken met Power Point. Informatiekunde Leerjaar B1 Omgaan met Excel blad-1-

3-5 uur Techniek Boetseren, schilderen, tekenen. Beeldende aspect Voorkennis

Werkplek H >> Startprojectboek Tendens

Doel van de les: Aan het eind van de les hebben de leerlingen een (zelf)portret in klei gemaakt.

ipad Module 1 Aan de slag

beeldende vormgeving Naam:...Klas... Deze periode gaan we ons bezig houden met het menselijk lichaam en met enkele details.

Thema 21: Doorsnede en inhoud vmbo-b12

K 1 Symmetrische figuren

Lesnummer 22 Titel van de les Ik zoek, ik zoek Eén lesuur met mogelijkheden voor uitloop naar extra lesuren voor route B en C


11BART VANDENBROELE PIXLR EXPRESS FOTOGRAFIEOPDRACHTEN OP EEN TABLET

Zoals altijd is dit de laatste afbeelding die we gaan maken:

Dreamskin. Open de foto van je gezicht. Geef in het lagenvenster de laag meteen de naam: gezicht en sla het bestand op als: Dreamskin.

Jouw lijn TEKENEN OP VAKANTIE. Deze zomer geeft NRCtekenaar Siegfried Woldhek tekenles. Les 1: je favoriete materiaal.

Team 6: Zonnepanelen. Onderzoek naar het gebruik van zonnepanelen

SketchUp L D tekenen

Vollenhove Wonen op een havezate

Architectuur. Naam: Klas:

Happy Easter. Happy Easter Ca. 28 x 35 cm. Ellie s Quiltplace

Digitaal printen binnen Grafimedia VMBO. Opdracht

MEDIAWIJSHEID MAAK JE EIGEN JOURNAAL / WERKEN MET EEN GREEN SCREEN PROJECT DOCENT WEGING PROJECT

Werken in de keuken Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4 Leerjaar Brood smeren Aardappels en groente wassen Leerjaar 2-4-6

Luisteren en kijken - Lichaamstaal vmbo-kgt34

profielvak dienstverlening en producten CSPE BB onderdeel C

1. Van je juf of meester krijg je een plaatje. Bekijk je plaatje goed. 3. Zoek samen nog vier klasgenoten met een ander plaatje.

Natuurtentoonstelling

Opdrachtkaarten Lente

SPIEGEL AAN SCHERVEN

Transcriptie:

Zelfportret Op vier verschillende manieren. Bij deze opdracht maak je 4 zelfportretten. Je werkt telkens met andere technieken. Onder een portret wordt een afbeelding van een persoon verstaan. Een portret is een thema van een kunstwerk. Iemand die portretten maakt, wordt ook wel een portrettist genoemd. Ieder gezicht is anders, toch zijn er een aantal verhoudingen die bij iedereen ongeveer hetzelfde zijn. Wanneer de verhoudingen goed zijn, kun je het portret gaan laten lijken op jezelf. Les 1 (Twee lesuren) Opdracht 1: Selfie maken Bij deze opdracht ga je een foto van jezelf maken: een selfie. Je mag ook een foto kiezen die je eerder gemaakt hebt. Het is belangrijk dat je en-face (met je neus recht naar de camera) op de foto staat. Zorg er voor dat je hele gezicht te zien is. Hier heb je max. 10 minuten de tijd voor. Opdracht 2: Getekend zelfportret Maak aan de hand van je selfie een getekend zelfportret. Verhoudingen zijn bij portrettekenen ontzetten belangrijk. Een portret tekenen is geen eenvoudige opgave. Daarom bestaan er hulpmiddelen om een zo realistisch mogelijk portret te maken. Hieronder staan de stappen 1 t/m 16 die je gaat ondernemen om een zo realistisch mogelijk zelfportret te maken. 1. Schets met een potlood een omgekeerd ei. 2. Schets een horizontale hulplijn, precies over het midden van het gezicht (lijn 1) 3. Schets onder hulplijn 1 en de onderkant van je gezicht, precies in het midden nog een horizontale hulplijn. (lijn 2) 4. Schets onder hulplijn 2 en de onderkant van je gezicht, precies in het midden nog een horizontale hulplijn. (lijn 3)

Je portret ziet er nu uit als op afbeelding 1. (Denk er aan: de ogen, de neus en de mond teken je er pas later in!) Afbeelding 1 5. Verdeel de breedte van het hoofd in 5 gelijke delen, zoals te zien in op afbeelding 2. Afbeelding 2 6. Nu ga je de ogen tekenen. De ogen zitten precies op de helft van het gezicht (hulplijn 1) in deel 2 en 4. 7. Nu begin je met de neus. Het onderste puntje raakt lijn 2, ¼ deel van je gezicht, aan. 8. De neus past precies tussen je ogen, in deel 3 en raakt met het puntje van je neus hulplijn 2 aan. 9. De mond zit op 1/8 (hulplijn3) deel van je gezicht. Je mond valt precies in het midden van lijn 3. De breedte kan verschillen, kijk daarom goed naar de breedte van je mond. 10. De bovenkant van de oren is gelijk aan de hoogte van je ogen. 11. De onderkant van de oren is gelijk aan het onderste puntje van je neus. 12. Teken nu de wenkbrauwen, kijk goed hoeveel ruimte tussen je wenkbrauw en oog zit. 13. Het haar komt binnen je getekende hoofd. 14. Om je gezicht niet te laten zweven, teken een nek en eventueel schouders.

Nu heb je de basis van je gezicht getekend. Voordat je verder gaat met de details moet je de hulplijnen uitgummen. Voor de details kijk je goed naar je eigen gezicht op de foto. Let op de vorm van je kaak en jukbeenderen. Kijk ook naar je ogen, zijn ze gelijk of zit er een verschil tussen? 15. Probeer het portret zoveel mogelijk op jezelf te laten lijken. 1. Denk aan de grootte en vorm van je ogen 2. Denk aan de grootte en vorm van je mond 3. Denk aan de grootte en vorm van je neus 4. Hoe valt je haar en hoeveel ruimte zit er tussen je haar en wenkbrauwen? Nadat je de details getekend hebt, ga je goed kijken naar de lichtinval. Waar in je gezicht valt er schaduw en licht? Probeer je portret plastisch te maken. Plastisch betekent dat je een voorwerp of persoon ruimtelijk laat lijken doormiddel van licht en schaduw. 16. Maak je portret plastisch. Criteria: - De verhoudingen moeten correct zijn. - Het portret moet realistisch lijken. - Je werkt met grijs potlood (grafietstift) - Plasticiteit: Het ruimtelijk laten lijken doormiddel van licht en schaduw. Les 2 (Twee lesuren) Opdracht 3: Kleimal in negatief Deze les maak je een portret in negatief. Je maakt een mal van een portret uit klei, die je vervolgens gaat gieten met gips. Een mal is een hol of bol model in de contravorm (negatief) van een object. Het doel van een mal is dat je van één voorwerp meerdere afdrukken kunt maken. Producten zoals speelgoed en telefoons zijn ook gemaakt vanuit een mal.

Belangrijk bij het maken van een mal is dat de mal lossend moet zijn. Dit betekent dat het gegoten object makkelijk losgaat uit de mal. IJsblokjeshouders en cakevormen zijn de simpelste vormen van lossende mallen die je tegenkomt in het dagelijkse leven. Wat heb je nodig? - Een stuk klei ter grootte van een A6 - Een A6-papier om te meten - gereedschap: mirettes, spatels etc. - Een onderlegger, zodat de tafel niet vies wordt. Stappenplan: 1. Pak een stuk klei. Maak een rechthoekige vorm uit de klei met de volgende afmetingen: - De lengte en breedte zijn ter grootte van een A6. Dit betekent dat de lengte 14,8 cm is en de breedte 10,5 cm is (zo groot als het papier dat je van de docent krijgt). - De diepte (of dikte) van de vorm is ca. 2,5 cm. 2. Nu haal je de vorm van het gezicht uit de klei. Dit doe je door eerst de vorm van het gezicht op de klei te tekenen. Vervolgens schraap je met een mirette de klei er uit. - Denk er bij het uitschrapen aan dat je niet te diep de klei weg haalt. De mal moet stevig blijven.

3. Je mal ziet er nu ongeveer zo uit als op de afbeelding hiernaast. Teken, met behulp van het schema waarmee je je portret vorige week hebt getekend, een gezicht in de klei. 4. Snijd de ogen, de mond en de neus er uit. Let op! Zorg ervoor dat het negatief klopt! Kijk goed naar je gezicht en voel er aan. Wat steekt er uit? Wat deukt juist in? Je kin, wenkbrauwen, neus en jukbeenderen steken meer uit dan andere delen in je gezicht. Deze liggen dus dieper in je mal. Let er ook op dat de mal lossend moet zijn. Dit betekent dat wanneer je gips in de mal giet, alle delen die uitsteken mee worden gegoten en niet afbreken wanneer de gips opdroogt en je de vorm er uit haalt.

Criteria: - De afmetingen zijn ongeveer ter grootte van een A6 - De verhoudingen moeten kloppen - Het portret moet in negatief zijn - De mal moet lossend zijn. Les 3 (Twee lesuren) Opdracht 4: Gipsafdruk Deze les gaan we de mallen, die we vorige keer gemaakt hebben, gieten met gips. Je kunt verschillende materialen gebruiken om een mal te gieten. Het voordeel van gips is dat het zich goed naar de vorm van de mal voegt en het zuigt tijdens het droogproces het vocht uit de klei, waardoor je het gips makkelijk uit de mal kunt halen. Ook is het een relatief goedkoop materiaal, dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld brons, dat vaak in de beeldhouwkunst wordt gebruikt. Wat heb je nodig? - Modelleergips - Een bakje water - Je klei-mal van vorige week Hoe giet je gips? Er zijn twee manieren: je meet precies wat de verhouding gips en water is óf je doet het op gevoel. Dit laatste ga jij ook doen. Stappenplan: 1. Doe een laagje water in een bakje. Strooi er voorzichtig gips bij. Zorg dat je het verdeelt over het hele bakje. Zodra er in het midden een eilandje ontstaat, kun je het gips gaan roeren. 2. Je roert de gips door het water. Dit doe je met je handen, zo kun je het beste voelen wanneer de gips goed is. De gips is goed, wanneer het ongeveer zo dik is als yoghurt. Is het nog niet dik genoeg? Dan voeg je er steeds een beetje meer gips bij totdat het wel aanvoelt als een yoghurtstructuur. Hoe werkt gips? Als gips in aanraking komt met water, ontstaat er een chemische reactie. Het gips

zuigt het water op waardoor het hard wordt. Tijdens het proces van harden, komt er energie vrij dat er voor zorgt dat het gips warm wordt. Zodra het afkoelt weet je dat het gips hard genoeg is. 3. Je moet nu snel zijn met de gips in de mal gieten. Je schenkt de gips in de kleimal. Je vult de mal niet helemaal, maar zorgt ervoor dat je ongeveer 3 millimeter onder de rand stopt. Gips zet nog uit als het opdroogt, je voorkomt zo dat het een kliederboel wordt. 4. Nu is het afwachten. De gips moet nu harden. Intussen kun jij de spullen opruimen. Als er nog gips in het bakje zit dan gooi je dat in de prullenbak. Als er vloeibaar gips door de gootsteen heen gaat, wordt dit hard en het afvoersysteem raakt dan verstopt. 5. Als je lang genoeg hebt gewacht en de gips is gehard, dan kun je het gipsen portretje uit de mal halen. Lukt het niet in één keer? Je kunt proberen de mal een beetje los te peuteren. Als je het gipsen portretje er uit haalt, zie je gelijk of je negatief van klei gelukt is. Criteria: - Je hebt een afdruk gemaakt van gips - De afdruk is kloppend - De mal is nog heel Les 4 (Twee lesuren) Opdracht 5: Digitale bewerking Deze les ga je een digitaal zelfportret maken met Pixlr. Dit is een online fotobewerkingsprogramma. Vorige week heb je een foto van je gipsafdruk gemaakt. Deze ga je nu bewerken en personaliseren. Het is de bedoeling dat je dit doet door middel van verschillende afbeeldingen van het internet te knippen, plakken en samenvoegen totdat er een nieuw zelfportret ontstaat. In je zelfportret maak je een nek, schouders en een achtergrond die bij jouw persoonlijkheid past. Denk er aan dat je gegoten gipsportret zichtbaar blijft! De foto van je gipsafdruk gebruik je om te bewerken in Pixlr. Je gaat naar https://pixlr.com/ en klikt in de kolom Pixlr Editor op Launch Web App. Het programma wordt nu geopend.

Voordat je gaat beginnen bekijken we het volgende filmpje eerst klassikaal. https://www.youtube.com/watch?v=jaykvgdjtr4 Dit filmpje legt de basis in het kort uit. Hierna is het jouw taak om te onderzoeken hoe het programma werkt. Als je het niet snapt of nog iets anders wilt weten, kun je altijd nog meer filmpjes opzoeken op Youtube. Let op! Als je afbeeldingen zoekt op google, zorg er dan voor dat de afbeeldingen minstens 600x800 mp zijn. De afbeeldingen blijven op die manier scherp genoeg. Criteria: - De gegoten gipsafdruk moet zichtbaar blijven! - Je moet eigenschappen van jezelf toegevoegd hebben, - Je maakt er een bijpassende achtergrond bij die iets vertelt over jouw karakter, - Nek en schouders (de buste) moeten erbij gefotoshopt worden, - Je maakt enkel gebruik van afbeeldingen van het internet. Opdracht 6: Reflectie Je maakt in een word document een blad voor reflectie. In dit bestand kijk je als het ware terug op alles wat je hebt gemaakt en beschrijf je wat je geleerd hebt. Dit document komt uiteindelijk op je wix-website te staan op de pagina beeldende vorming. Je schrijft een korte reflectie van ongeveer 300 woorden. Je reflectie gaat over de 4 verschillende portret-opdrachten (zelfportret tekenen, portret negatief in klei, portret van gips en het digitale portret). Voor de beoordeling is het van belang dat je de onderstaande begrippen in je reflectie verwerkt (houd de begrippenlijst bij de hand): - Thema - Materiaal en techniek - Plasticiteit Tot slot verwerk je de volgende vragen ook in je reflectie: - Wat vond je van de portret opdrachten? - Wat ging er bij jou goed en wat ging er minder goed? - Wat zou je nog kunnen verbeteren?