Besluitenlijst burgemeester en wethouders, nr. 10, 10 maart 2015 Aanwezig: Voorzitter: Secretaris: Wethouder: Wethouder: Wethouder Tjapko Poppens Wilma van de Werken Jan Burger Wil Kosterman Hans Marchal Algemeen Onderwerp Beslissing 1 Vaststelling besluitenlijst nr 9 d.d. 3 maart 2015 Deze lijst wordt vastgesteld 2 Uitnodigingen: Zie bijgaande lijst 3 Ingekomen stukken: Voor kennisgeving aangenomen 4 Vertrouwelijke agenda nee B-dossiers Nr Onderwerp en beslissing Samenvatting 150310 - B1 Bestemmingsplan Rijndijk 5: Ruimte voor ruimte 1. De raad voor te stellen het bestemmingsplan 'Rijndijk 5' vast te stellen. 2. De raad voor te stellen voor genoemd bestemmingsplan geen exploitatieplan vast te laten stellen. De heer Van Oudbroekhuizen is voornemens ruimte-voor-ruimte toe te passen op het perceel Rijndijk 5. Het bestemmingsplan te laten vaststellen door de raad. 1
- B2 Omgevingsvisie Houten, Bunnik, Wijk bij Duurstede 1. In te stemmen met het oppakken van de omgevingsvisie. 2. De raad via bijgaande memo te informeren over en te betrekken bij het traject om gezamenlijk met de gemeenten Houten en Bunnik te komen tot een Omgevingsvisie voor de Kromme Rijnstreek. Nadat het bestemmingsplan is vastgesteld, wordt het besluit bekendgemaakt in de Staatscourant, de Wijkse Courant en op de gemeentelijke website. Het bestemmingsplan en het raadsbesluit zullen gedurende zes weken ter inzage worden gelegd. Ook wordt het plan digitaal beschikbaar gesteld via www.ruimtelijkeplannen.nl. In die periode kunnen belanghebbenden beroep aantekenen tegen het besluit van de raad. Op initiatief van de gemeente Houten zijn de gemeente Bunnik en de gemeente Wijk bij Duurstede medio 2014 benaderd om voor grofweg het buitengebied van deze gemeenten een gebiedsvisie op te stellen. hiervoor was een pilot van het ministerie I&M in het kader van de Omgevingswet. De gemeenten Houten, Wijk bij Duurstede en Bunnik gaan gezamenlijk aan de slag om via een open planproces te komen tot een integrale Omgevingsvisie voor de Kromme Rijnstreek. Een inhoudelijk doel van de visie is onder andere om initiatieven uit te lokken (uitnodigingsplanologie) en integraler te beoordelen. Een procesmatig doel van de visie is onder andere om de opzet van de visie in samenspraak met belanghebbenden uit het maatschappelijk veld op te stellen (Sterke Samenleving). Een organisatorisch doel is om te ervaren hoe samenwerken met de gemeente Houten verloopt. Het is zaak om de resultaten die tijdens het streven van deze drie doelen behaald worden, te gebruiken in de toekomst. Met deze visie worden de kwaliteiten en de samenhang in het gebied versterkt. De visie biedt handreikingen aan initiatiefnemers om ontwikkelingen in het gebied tot stand te brengen. Op 13 maart 2015 zal de portefeuillehouder een interview geven over de Omgevingsvisie. Centraal staan de ambities van de betrokken gemeentes en de thema s die in de Omgevingsvisie 2
B3 150310 B4 Kadernota 2016 Veiligheidsregio Utrecht 1. Het college neemt kennis van de kadernota en maakt een zienswijze kenbaar conform het delegatiebesluit. 2. Het college biedt de kadernota ter kennisneming aan de gemeenteraad aan inclusief bijgevoegde raadsmemo. Informatiebeveiliging 1. Het Informatiebeveiligingsbeleid en het Handboek zullen spelen. Tegelijk is het interview een oproep aan de samenleving deel te nemen en bij te dragen aan de omgevingsvisie. In het proces krijgt de samenleving relatief veel invloed op de inhoud. Het interview zal gepubliceerd worden in de Wijkse Courant en op de website van het project. Vanwege deze ambitieuze opgave is het van belang de raden tijdig te informeren over deze visie. Ook worden de raadsleden van de drie gemeenten nadrukkelijk uitgenodigd om een actieve rol te spelen in de totstandkoming van de visie. Daarom is een raadsmemo gevoegd bij dit collegerapport. In het collegerapport is een planning opgenomen voor de verdere uitvoering van het project. De kadernota 2016 wordt door het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht (VRU) toegezonden aan de gemeenteraad. De raad kan bij het dagelijks bestuur een zienswijze kenbaar maken of nadere toelichting vragen ten aanzien van de kadernota 2016. De zienswijzen op de kadernota worden betrokken bij het opstellen van de begroting. De gemeente participeert in de gemeenschappelijke regeling VRU. Het doel van deze regeling is het door de VRU realiseren van een gelijkwaardig kwaliteitsniveau van de beheersing van rampen en crises in de Utrechtse gemeenten. Na ontvangst en verwerking van de zienswijzen van de gemeenten, zal de Kadernota 2016 als grondslag worden gehanteerd voor het opstellen van de conceptprogrammabegroting 2016. De programmabegroting zal vervolgens worden vastgesteld tijdens de vergadering van het algemeen bestuur VRU op 10 juli 2015. Het Informatiebeveiligingsbeleid en het Handboek 3
B5 150310 B6 Informatiebeveiliging vast te stellen. 2. Zich te verbinden aan de Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten als hét basisnormenkader voor informatiebeveiliging. 3. De Verklaring van Toepasselijkheid vast te stellen. Beslissing op het bezwaar van de heer Hassel namens de heer Bromet tegen de beslissing op een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur 1. Het bezwaar van de heer Hassel namens de heer Bromet gegrond te verklaren 2. Het verzoek om proceskosten af te wijzen 3. Een nieuwe beslissing op het Wob-verzoek van de heer Bromet te nemen overeenkomstig bijgevoegde ontwerp-brief, waarbij de ontbrekende documenten worden toegezonden Bestuursopdracht Milieu- en Duurzaamheidsprogramma. 1. Vaststellen bestuursopdracht Milieu- en Informatiebeveiliging zijn aangepast aan de eisen rondom de aankomende audit voor DigiD, de implementatie van de Baseline Informatiebeveiliging Gemeenten en de veranderde interne organisatie van informatiebeveiliging. Uit een uitgevoerde risicoanalyse zijn bevindingen naar voren gekomen die opgevolgd moeten worden of waarbij een restrisico geaccepteerd moet worden. Met de invoering van het geactualiseerde beleid en het opvolgen van de punten uit de Verklaring van Toepasselijkheid wordt de informatiebeveiliging op een niveau gebracht dat voldoende is voor het digitaal mogen aanbieden van diensten middels DigiD. Tevens biedt dit zekerheid aan de inwoners, bedrijven en ketenpartners van de gemeente. Na vaststelling van de stukken en de verbinding aan de BIG zal een impactanalyse worden uitgevoerd en zal er overgegaan worden tot de realisatie van de openstaande punten. Als de DigiD audit met succes wordt afgerond mag de gemeente DigiD gebruiken om haar digitale producten te verlenen. De heer Hassel heeft een bezwaar ingediend, namens de heer Bromet, tegen de beslissing op een verzoek op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob-verzoek). Een beslissing nemen op het bezwaar van de heer Hassel. Een beslissing op het bezwaar in de vorm van een brief versturen naar de bezwaarmaker. Het huidige Milieubeleidsplan dateert uit 2010 en is met maximaal 4
duurzaamheidsprogramma 2. Kennis nemen van de Evaluatie Milieu- en Duurzaamheidsbeleid 2010-2014 3. Startnotitie naar raad 2 jaar verlengd tot november 2016. Afgelopen maand is een de informele bijeenkomst, het World café gehouden, waar ongeveer 45 deelnemers hebben gesproken over de onderwerpen milieu en duurzaamheid. Bijgevoegd evaluatiedocument geeft inzicht in de resultaten van het milieubeleid van afgelopen jaren en de input die is gegeven door externen tijdens het World café. Er is behoefte de aanpak m.b.t. duurzaamheid meer prioriteit te geven dan het in de afgelopen jaren gekregen heeft. In samenwerking met lokale partijen en belangenorganisaties willen we kijken naar een reële integrale aanpak om de duurzaamheid te versterken. Daarbij is van belang dat het college de wens heeft uitgesproken om als gemeente bij het opstellen en uitvoeren van het nieuwe milieubeleid een zo laag mogelijke rol in de participatiematrix te spelen. Het doel is om met de samenleving (externe partijen en bewoners) te komen tot gezamenlijke beleidsambities/visie, waarbij de mogelijkheid wordt aangegrepen om afspraken over de uitvoering te maken. Een uitgangspunt is dat er op onderdelen bij participatiemogelijkheden wordt aangestuurd op een kleinere inspanning door de gemeente en een grotere inspanning door andere partijen in de samenleving. Het resultaat is een milieubeleid/ambitie die gedragen wordt door de samenleving en de gemeente. De vorm waarin dit beleid/deze ambitie wordt vastgelegd is vooralsnog onbekend. Waarschijnlijk gaat dit in de richting van een uitvoeringsprogramma met enkele speerpunten. Een traditioneel milieubeleidsplan sluit niet aan bij de wensen en verwachtingen vanuit de samenleving. De raad wordt via bijgevoegd raadsmemo geïnformeerd over het proces en actief benaderd om deel te nemen aan de klankbordgroep. 5
B7 Eigendom gebouwen Openbaar Onderwijs. 1. Het juridisch eigendom van de gebouwen van De Werkschuit, 't Baken en De Horn wordt overgedragen aan de Stichting Openbaar Onderwijs; 2. De afspraak tussen bestuur en gemeente m.b.t. de uitvoering van het onderhoud door de gemeente -in opdracht en voor rekening van de SOO- wordt uitgebreid tot het totale onderhoud. Het rijk kent -i.h.k.v. de wijziging van de WPO per 1 januari 2015- een aanvullende uitkering toe aan besturen die juridisch eigenaar zijn van schoolgebouwen gesticht voor het jaar 2000. Toekenning van de aanvullende uitkering aan de Stichting Openbaar Onderwijs (hierna: SOO). Mededeling aan SOO. Aldus vastgesteld in de vergadering van 17 maart 2015 secretaris, voorzitter 6