Gereedschap Plusmaterialen in taalmethodes Vivian van Alem en Marieke Boers JSW 8 april 2015 Vergelijkingstabel Taal actief Taalverhaal.nu Taal in beeld Taal op maat Staal (Malmberg) (ThiemeMeulenhoff) (Zwijsen) (Noordhoff) (Malmberg) Is het De De taalsterke en De opdrachten voor De De opdrachten voor plusmateriaal verrijkingsopdrachten meerbegaafde taalsterke leerlingen in driehoekjesopdracht taalsterke leerlingen in echte verrijking in de basislessen zijn leerlingen kunnen een de basislessen zijn niet uit de basisles is de basislessen zijn op of meer van van een iets hoger eigen (verkorte) echt verrijking omdat doorgaans meer van een wat hoger niveau. hetzelfde? niveau, maar meer van leerroute volgen, er te weinig ruimte is hetzelfde. Taalsterke Daarnaast is er een hetzelfde. Taalsterke beschreven in het voor echt uitdiepen. leerlingen werken Werkboek Plus voor leerlingen werken met groepsplan. In de Wel is er elke les de daarnaast met het taal en voor spelling en het Plusboek in plaats handleiding worden gelegenheid om Pluswerkboek, waarin oefensoftware voor van de verwerking bij suggesties gegeven leerlingen zelfstandig de leerlijnen lezen, woordenschat op niveau de lessen voor de inzet van of in duo s te laten schrijven en kijk op voor taalsterke Pagina 1 van 5
taalverkenning. coöperatieve werken. taal geïntegreerd zijn. leerlingen. Het Plusboek is echte verrijking: het gaat om andere doelen. Er wordt toegewerkt naar een betekenisvol eindproduct, waar in de klas ook wat mee gedaan wordt. De taxonomie van Bloom (verdieping van het leerproces middels 6 leerniveaus) ligt ten grondslag aan de opbouw van de lessen. In de lessen is er sprake van geïntegreerde taaldomeinen (spreken/luisteren, woordenschat, lezen, werkvormen (voor alle leerlingen). De plusleerlingen kunnen als verrijking na de basisles werken aan de opdrachten op het plusblad en op de pluspagina s aan het eind van elk blok, waarbij er wel mogelijkheden tot samenwerkend leren zijn maar er niet echt gewerkt wordt. De meerbegaafde leerling (maar ook de overige leerlingen) kunnen werken met behulp van het Toptaalschrift. De verrijkingstaken (Taalmaker en software woordenschat) kunnen worden ingezet als tempodifferentiatie. In Taalmaker zijn de taaldomeinen geïntegreerd (m.n. schrijven, spreken/luisteren, woordenschat, spelling) en is het niveau afgestemd op de referentieniveaus waardoor een specifieke keuze gemaakt kan worden door de leerkracht of door de leerling o.b.v. zijn of haar motivatie. In het Pluswerkboek staat, naast een aantal korte (invul)opdrachten ook een aantal wat langere, verbredende opdrachten. Daarbij maakt de leerling kennis met een nieuw onderwerp of nieuwe vaardigheden. Taalbegaafde leerlingen kunnen aan de slag met het Werkboek Plus. In de 4 pluslessen woordenschat en taal verkennen in themaweek 1 en 2 krijgen de kinderen meer woorden aangeboden die abstracter zijn. Bij taalverkenning wordt aangesloten bij het lesdoel, maar daar wordt ook het analytisch denken gestimuleerd. Het miniproject in week 4 doet een beroep op verschillende vaardigheden en kan Pagina 2 van 5
schrijven). Deze bevat wat Taalmaker is gezien worden als echte bredere, meer open verbredend omdat er verrijking. opdrachten die als doel hebben leerlingen gewerkt wordt dan in op een andere manier de basislessen. naar taal als fenomeen te laten kijken (de leerlijn schrijven krijgt de meeste nadruk). Welke relatie De thema s van het De plusbladen en de Taalmaker staat los De opdrachten uit het Het Werkboek Plus past heeft het aanbod Plusboek sluiten aan verrijkingsbladen van de basislessen, de Pluswerkboek gaan bij het thema. De lessen voor taalsterke op de thema s van het hebben dezelfde woordenschatsoftware over uiteenlopende sluiten aan bij de leerlingen met basisprogramma. opbouw als de ook. De woordselectie onderwerpen. Soms is reguliere lessen, gaan de basisgroep? Het werken met het Plusboek vindt plaats tijdens (en in plaats van) het zelfstandig werken van de lessen taal verkennen uit de basislessen, en kunnen als vervanging voor de opdrachten uit de basisles ingezet worden. Het Toptaalschrift heeft ( Moeilijke woorden ) vertonen deels overlap met de basislessen. Er staan opdrachten in die vragen om het betrekken van er ook binnen een les sprake van veel verschillende soorten opdrachten. De lessen in het Pluswerkboek staan helemaal los van dieper in op hetzelfde onderwerp. In de toepassingsweek (week 3) werken alle leerlingen op eigen niveau aan authentieke Pagina 3 van 5
reguliere methode. vrijwel geen relatie medeleerlingen (bijv. de basisstof. taalopdrachten. Er Ook de samenwerkingsvorme n sluiten aan bij de reguliere les samenwerkend leren in elke derde themaweek. Daarnaast is er met de basislessen. een vriendenboekje maken) en suggesties geven voor presentatie of publicatie, maar verder geen richtlijnen hoe te handelen. wordt geadviseerd een Taalmuur in te richten, zodat de eindproducten van de plusleerlingen (week 4) daar een plek krijgen en ze gelezen kunnen worden door de andere leerlingen. regelmatig de gelegenheid voor presentatie van het eindproduct van het plusmateriaal aan rest van de groep. Welke instructie Er hoort een Iedere basisles staan Dat is aan de De taalsterke Er hoort een en feedback leerkrachthandleiding er tips voor de leerkracht om te leerlingen krijgen leerkrachthandleiding krijgen bij het Plusboek. De leerkracht in de bepalen en om nauwelijks instructie, bij het Werkboek Plus. taalsterke taalsterke leerlingen handleiding (ook elk hiervoor tijd vrij te er wordt vanuit Bij elke les hoort 5 Pagina 4 van 5
leerlingen? krijgen per thema van blok voor de maken. De materialen gegaan dat de minuten instructie en 5 4 weken ongeveer een plusbladen), evenals kunnen volledig leerkracht daar geen minuten reflectie door uur instructie van de instructiefilmpjes en zelfstandig, of in tijd voor heeft. de leerkracht. Het leerkracht: in de eerste 3 weken 10 minuten gericht op een vooruitblik en reflectie op het gemaakte werk; in de vierde week een uitgebreide reflectie van 30 minuten, gekoppeld aan de eindopdracht. aanwijzingen per leerlijn in het groepsplan. Bij het Toptaalschrift krijgen de leerlingen in principe geen instructie. Omdat in de methode leerkrachtgebonden en zelfstandig werklessen worden afgewisseld, geeft dit eventueel duo s/groepjes of eventueel zelfs klassikaal gedaan worden maar daarbij krijgt de leerkracht geen concrete richtlijnen hoe met Taalmaker te werken. De opbouw van het materiaal is wel vergelijkbaar met het basismateriaal. In de handleiding wordt het volgende advies gegeven: laat leerlingen samenwerken of laat ze een taak kiezen waarbij instructie niet nodig is. eindproduct (miniproject) wordt beoordeeld met een speciaal beoordelingsformulier. ruimte voor instructie. Pagina 5 van 5