CHECKLIST INDICATIESTELLING ONDERWIJSSOORTEN CLUSTER 3: onderwijssoorten: lichamelijk gehandicapte kinderen (LG) en langdurig zieke kinderen (LZK) m.i.v. 01-08-2008 Toelichting: deze checklist is gebaseerd op de officiële regelgeving: Besluit van 23 juni 2006, houdende wijziging van het Besluit Leerlinggebonden financiering in verband met de vaststelling van criteria voor toelaatbaarheid van leerlingen tot het speciaal onderwijs, zoals verschenen in het Staatsblad 2006, 327; én. Besluit van 12 maart 2008, zoals verschenen in het Staatsblad 2008, 89. Omdat het een checklist is, dekt deze slechts op hoofdlijnen de inhoud van de regelgeving. Voor gedetailleerde en complete informatie raadpleegt u de bovengenoemde Besluiten. Algemene voorschriften voor het vaststellen van stoornis en beperking Voorschrift onderzoek is uitgevoerd door een daartoe bevoegde deskundige onderzoek is uitgevoerd met een door de beroepsgroep als geschikt aangemerkt onderzoeksinstrumentarium; De onderzoeksgegevens zijn betrouwbaar Wanneer het een diagnose betreft die een aantal symptomen samenvat, is er een heldere omschrijving aanwezig van de aard van de problemen en de mate waarin de leerling beperkt wordt bij het volgen van onderwijs. Deze problemen zijn, waar van toepassing, geclassificeerd op basis van de classificatiesystemen DSM-IV of ICD-10. gegevens zijn, bij indiening van het verzoek: niet ouder dan 1 jaar (geldt voor medische onderzoek, para-medisch onderzoek, e.d.); gegevens zijn, bij indiening van het verzoek: niet ouder dan 2 jaar (geldt voor psychodiagnostisch onderzoek én voor psychiatrisch onderzoek); gegevens zijn, bij indiening van het verzoek: zo recent mogelijk,maar niet ouder dan 6 maanden (geldt voor onderwijskundige ); de (onderzoeks)s zijn voorzien van de handtekening van de onderzoeker/rapporteur. de (onderzoeks)s zijn voorzien van de naam van de onderzoeker/rapporteur. de (onderzoeks)s zijn voorzien van de functie van de onderzoeker/rapporteur. de (onderzoeks)s zijn voorzien van de bevoegdheid van de onderzoeker/rapporteur. de (onderzoeks)s zijn voorzien van een dagtekening. Aanmeldingsformulier voor ouders volledig ingevuld en ondertekend Aan voldaan? Onderwijssoort lichamelijk gehandicapten (LG) en langdurig (chronisch somatisch)zieke kinderen (LZK):
Soort criterium en noodzakelijke 1. Stoornis: Rapportage, op basis van medisch onderzoek én psychodiagnostisch onderzoek (én, indien van toepassing, s van onderzoek en behandeling van fysiotherapeut, ergotherapeut of logopedist) Specifiek voorschrift Specificatie inhoud Aan voldaan? Niet ouder dan 1 jaar Niet ouder dan 2 jaar Niet ouder dan 1 jaar LG: er is een stoornis in structuur of functie vastgesteld, die gepaard gaat met stoornissen in de motorische functies, waarbij de gevolgen daarvan voor het functioneren van het kind zijn beschreven. LZK: er is een chronische somatische stoornis óf een chronische centrale of chronische perifere neurologische stoornis óf een chronische psychosomatische stoornis vastgesteld, die niet in hoofdzaak leiden tot een stoornis in motorische functies waarbij de gevolgen daarvan voor het functioneren van het kind zijn beschreven. 2. Ernstige belemmering onderwijsparticipatie: Óf, Indien gebruik wordt gemaakt van het deelcriterium: een zeer geringe zelfredzaamheid: Rapportage op basis van medisch onderzoek óf psychodiagnostisch onderzoek -Onderwijskundige Niet ouder dan 1 jaar Niet ouder dan 2 jaar - een beschrijving waarin een zeer geringe (fysieke) zelfredzaamheid (zie bijlage voor toelichting) is vastgesteld - van de ADL en/of voor het onderwijs voorwaardelijke (fijn-) motorische handelingen en activiteiten, die de leerling, ook met gebruikmaking van
technische hulpmiddelen, niet zelfstandig, c.q. niet zonder hulp van derden kan initiëren en uitvoeren; Óf Indien gebruik wordt gemaakt van het deelcriterium: leerachterstand: -Onderwijskundige Óf Indien gebruik wordt gemaakt van het deelcriterium: structureel verzuim Onderwijskundige mét een verzuimregistratie óf: een behandelschema van zorgverleners 3. Ontoereikendheid zorgstructuur regulier onderwijs (inclusief SBO of PrO/LWOO) en zorgsector: Niet ouder dan 6 maanden over de periode van het afgelopen jaar waarin een leerachterstand, conform de criteria is vastgesteld. NB. dit deelcriterium geldt alleen bij leerling in primair onderwijs of bij overgang primair naar voortgezet onderwijs!! waarin een structureel schoolverzuim conform de criteria (= 25% of meer van de onderwijstijd) is vastgesteld onderwijskundige (óf van de zorginstantie, als het kind nog niet schoolgaand is) In elk geval ook: Handelingsplannen over de periode van minimaal een half jaar waaruit blijkt: welke extra zorg en ondersteuning, afgestemd op de behoeften, gerelateerd aan de onderwijsbeperking van de leerling, geboden is door de school, het Samenwerkingsverband en de zorg- en hulpverleningsinstanties;
én evaluatieverslagen van handelingsplannen dat deze extra zorg, en ondersteuning onvoldoende effect gesorteerd hebben ( of zullen kunnen sorteren) en deelname aan het regulier onderwijs niet mogelijk maken, ondanks het feit dat deze zorg voldoet aan de criteria van een goed handelings- of zorgplan. Toelichting op criterium 3 volgens de regelgeving per 01-08-2008: 2, 3 en 4 * Artikel 14. Zorg binnen regulier onderwijs en ondersteuning uit de zorgsector: Nota van Toelichting: 1. Onder zorg bedoeld in de artikelen 16, 17, 19, 20, 21, 23 en 27 wordt de extra zorg verstaan die is geboden of zal kunnen worden geboden door de reguliere school en door het samenwerkingsverband waarvan deze school deel uit maakt, om het onderwijs aan te passen aan de onderwijsbeperking van de leerling, bedoeld in artikel 13, die samenhangt met de handicap of de stoornis van de leerling. 2. De zorg, bedoeld in het eerste lid, wordt beschreven in het onderwijskundig rapport. Indien deze zorg na een half jaar onvoldoende effect heeft gehad of zal kunnen hebben, wordt in het onderwijskundig rapport tevens beschreven: a. de evaluatie waar dit uit blijkt, of b. indien de leerling nog geen school bezoekt, de gegevens van de zorginstantie waar dit uit blijkt. 3. Onder ondersteuning als bedoeld in de artikelen 16, 17, 19, 20, 21 en 23 wordt verstaan: de ondersteuning van zorg- en hulpverleningsinstanties, die redelijkerwijs voor de desbetreffende stoornis beschikbaar is. Het gaat erom dat ook kan worden aangetoond dat inspanningen van bijvoorbeeld een basisschool, gedurende minimaal een half jaar om het onderwijs aan te passen aan de handicap van een leerling onvoldoende effect hebben gehad. Zo moet de directeur van de school in het onderwijskundig rapport beschrijven welke zorg vanuit de school en het samenwerkingsverband is geboden en wat de effecten daarvan zijn. Pas wanneer ten minste een half jaar op de problemen gerichte zorg geboden is vanuit de school en het samenwerkingsverband en deze zorg blijkt niet of nauwelijks effect te hebben gesorteerd, is een aanvraag voor een indicatie voor het betreffende kind ontvankelijk. Bij de zorg geboden in de reguliere school kan onderscheid gemaakt worden in: De extra ondersteuning die is geboden door de leerkracht in de klas. Voorbeelden van de zorg geboden door de reguliere school zijn: Ø Scholing van de
groepsleerkracht; Ø Inzet van een interne begeleider; Ø (motor) remedial teaching; Ø Leerling in een andere groep plaatsen; Ø Aanpassing van de pedagogische aanpak in de groep. Ondersteuning door andere begeleiders, binnen de school. Voorbeelden van zorg door het Samenwerkingsverband zijn: Ø Bespreking van de leerling in de PCL (permanente commissie leerlingenzorg); Ø Ambulante begeleiding vanuit het Samenwerkingsverband; Ø Plaatsing bij andere reguliere school van het Samenwerkingsverb and, met een specifieke deskundigheid; Ø Plaatsing binnen het speciaal basisonderwijs (SBO). Toelichting op: Zelfredzaamheid in het kader van (her-) indicatiestelling speciaal onderwijs Het aanmeldingsdossier voor het verkrijgen van een beschikking van toelaatbaarheid of leerlinggebonden financiering moet voldoen aan wettelijk gestelde eisen. Deze eisen zijn verwoord in Het besluit van 23 juni 2006, houdende wijziging van het Besluit leerlinggebonden financiering i.v.m. de vaststelling van criteria voor toelaatbaarheid van leerlingen tot het speciaal onderwijs (Staatsblad 2006, 327). Deze criteria betreffen de samenhang tussen: 1. de aard en ernst van de stoornissen en/of beperkingen; 2. de aard en ernst van de belemmering die de leerling daarvan bij het onderwijs ondervindt; 3. de mogelijkheden van de reguliere zorg uit het onderwijs of zorginstantie. Voor de indicatiestelling voor lichamelijk gehandicapte kinderen, meervoudig gehandicapte kinderen en langdurig zieke kinderen kan de ernstige structurele belemmering in de onderwijsparticipatie aangetoond worden m.b.v. gegevens waaruit blijkt dat er sprake is van een zeer geringe zelfredzaamheid. Volgens de criteria kunnen we spreken van een zeer geringe zelfredzaamheid indien:
- de leerling ook met gebruikmaking van technische hulpmiddelen afhankelijk is van een ander voor het initiëren en uitvoeren van de algemene dagelijkse levensverrichtingen (= zelfverzorging: bijv. zichzelf wassen/verzorgen, eten en drinken, toiletgang/- gebruik, continentie, zich kleden, zorgen voor eigen gezondheid) en/of - de leerling ook met gebruikmaking van technische hulpmiddelen afhankelijk is van derden voor het initiëren en uitvoeren van de voor het onderwijs voorwaardelijke, (fijn-)motorische activiteiten en handelingen (= mobiliteit: bijv. veranderen/handhaven van lichaamshouding, dragen, verplaatsen en manipuleren, gebruik van vervoermiddelen, bedienen van apparatuur), schrijfvaardigheden. NB. Voor deelnemers aan het MBO kan, naast hiervoor genoemde, ook gedacht worden aan handelingen die noodzakelijk zijn bij de uitvoering van praktijklessen en stageopdrachten. Deze zouden dan, afhankelijk van de gekozen studie, nader gespecificeerd kunnen worden. Het is hierbij belangrijk om in de gaten te houden wat een probleem in de (fijne) motoriek voor de ernst van de onderwijsbeperking betekent. Het probleem in de (fijne) motoriek moet afgewogen worden tegen de leeftijd van de leerling, de verstandelijke vermogens, het gebruik van (technische) hulpmiddelen, de geboden zorg en het effect hiervan en moet in hoofdzaak veroorzaakt worden door de stoornis. Een leerling met een probleem in de (fijne) motoriek voldoet dus niet zonder meer aan het criterium zelfredzaamheid (bijvoorbeeld een leerling/deelnemer die moeite heft met schrijven, maar wel goed uit de voeten kan met een laptop, zal waarschijnlijk niet aan het criterium een zeer geringe zelfredzaamheid voldoen. Voor de besluitvorming moeten de onderzoeksgegevens betreffende zelfredzaamheid vastgesteld zijn op basis van medisch of psychodiagnostisch onderzoek. Voor deze s gelden in alle gevallen de volgende regels: - ze moeten betrouwbaar zijn - ze moeten actueel zijn o medisch niet ouder dan 1 jaar o psychodiagnostisch niet ouder dan 2 jaar Tevens moeten deze voorzien zijn van: - handtekening - dagtekening - naam en functie/bevoegdheid van de rapporteur In de medische en psychodiagnostische moet in alle gevallen helder onderbouwd en gespecificeerd benoemd worden wat precies de gevolgen zijn van de stoornis/beperking voor het functioneren (m.n. lichamelijk) van het kind. Bronnen: - W.C.M. Resing. Condities en instrumentarium: Indicatiestelling speciaal onderwijs voor leerlinggebonden financiering Amsterdam: Boom test uitgevers, 2005. - Staatsblad jaargang 2008: 256 (m.b.t. datum inwerkingtreding), 89 (m.b.t. Besluit van 12 maart 2008 tot wijziging) in relatie tot de oorspronkelijke tekst: Besluit van 23 juni 2006. (Staatsblad jaargang 2006: 327.