Arbeidsmarktschets Techniek



Vergelijkbare documenten
Arbeidsmarktschets Techniek

Bijlage Arbeidsmarktschets Techniek Vraag en aanbod in technische beroepen

Niet-werkende werkzoekenden

Februari 2012 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) gestegen Meer WW-uitkeringen

Juni 2012 Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden Aantal WW-uitkeringen in een jaar tijd met gestegen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2013

Doorstroom van vmbo/havo naar mbo ( )

April 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen opnieuw licht gedaald

Juli 2012 Bijna WW-uitkeringen Meer werkzoekenden (NWW) dan een jaar geleden

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2013

Oktober 2012 WW-uitkeringen vooral toegenomen in seizoensgevoelige sectoren Meer dan een half miljoen niet-werkende werkzoekenden (NWW)

September Vrijwel evenveel WW-uitkeringen als in augustus

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Februari 2013

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

November 2012 WW-uitkeringen bijna verdubbeld sinds begin crisis eind 2008 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) met ruim 30.

Augustus 2012 Aantal WW-uitkeringen boven de Bijna werkzoekenden (NWW) meer dan in juli

Maart 2012 Niet-werkende werkzoekenden (NWW) gedaald Minder WW-uitkeringen

Mei 2012 Minder niet-werkende werkzoekenden (NWW) Aantal WW-uitkeringen iets afgenomen

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen verder gestegen in februari

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2012

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Indicatieve verdeling garantiebanen naar regio s en sectoren

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt juni 2013

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Oktober 2014

Aantal werkzoekenden en WW-uitkeringen opnieuw toegenomen

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Ontwikkelingen arbeidsmarkt: Uitzendbureau? Kans op werk!

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Juli 2014

Aantal werkzoekenden, vacatures en WWuitkeringen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Juni 2014

Sectorale arbeidsmarktinformatie

Aantal werkzoekenden, ontslagaanvragen, vacatures en WW-uitkeringen

Rapportage WW 50plus. Januari 2016

Kwantitatieve ontwikkelingen rondom jeugdwerkloosheid

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Amersfoort

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. April 2013

Rapportage WW< 27 jaar. November 2016

Rapportage (N)WW 50plus. Juni 2015

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Juli 2015

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Rapportage WW< 27 jaar. Juni 2017

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. September 2014

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Achterhoek

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gorinchem

Maart Brancheschets Bouw

Monitor Werkloosheid Noord-Veluwe 3 e kwartaal 2010

Onderzoek Alumni Bètatechniek

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Mei 2013

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Midden-Gelderland

Aantal werkzoekenden daalt in augustus met 8.400

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Drenthe

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juni 2013

De arbeidsmarkt klimt uit het dal

Langzaam maar zeker zijn ook de gevolgen van de economische krimp voor de arbeidsmarkt zichtbaar

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Gooi en Vechtstreek

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Juli 2015

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Februari 2017

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Rijk van Nijmegen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. September 2013

Facts & Figures Zeeland

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Maart 2017

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2017

Aantal werkzoekenden en aantal WWuitkeringen

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Helmond-De Peel

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Mei 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. November 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. December 2013

KWANTITATIEVE REGIOANALYSE TECHNISCH BEROEPSONDERWIJS

Factsheet. Ledenonderzoek Krapte op de arbeidsmarkt 2017

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Augustus 2014

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. April 2016

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Juli 2017

Rapportage WW 50plus. Juni 2017

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Augustus 2017

Rapportage WW 50plus. December 2016

Facts & Figures provincie Noord-Brabant

Basisset Regionale Arbeidsmarktinformatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Januari 2015

Kans op werk en kans op stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. April 2017

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Food Valley

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Augustus 2013

Ontwikkeling en regionale verdeling van de vmbo-leerlingen elektro-, installatie- en metaaltechniek ( )

ECABO Kans op werk en stage binnen de economisch-administratieve, ICT- en veiligheidsberoepen

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Oktober 2013

Highlights Regio in Beeld Arbeidsmarktregio Zuidoost-Brabant

Basisset Regionale Arbeidsmarktinformatie

Nieuwsflits Arbeidsmarkt. Oktober 2017

Regionale Arbeidsmarkt Informatie Limburg update juli 2011

Transcriptie:

Arbeidsmarktschets Techniek Vraag en aanbod in technische beroepen Januari 2011 Dit is een gezamenlijke publicatie van UWV WERKbedrijf en Colo Inleiding Dreigend tekort aan technici Zodra het economische herstel intreedt, gaan werkgevers in een aantal sectoren snel problemen ervaren met het werven van technisch personeel. Daarom is goed inzicht in de landelijke en regionale arbeidsmarkt voor werkgevers belangrijk om tot een succesvolle werving van personeel te komen. Dit inzicht helpt ook bij het ontwerpen van arbeidsmarktbeleid, omdat er beter ingespeeld wordt op de veranderingen in vraag en aanbod. Zo kunnen gerichte scholingsadviezen worden gegeven, re-integratiemiddelen efficiënter benut en kan geanticipeerd worden op de effecten van de vergrijzing. samenspraak met de belangrijkste doelgroep: ondernemers in het bedrijfsleven. In deze arbeidsmarktschets leggen we de focus op de technische beroepen 1 en brengen we een regionale verdieping aan op basis van 30 arbeidsmarktregio s. Deze schets is gebaseerd op een analyse van bestaande bronnen. Er is minder informatie beschikbaar over hoger opgeleiden dan over lager en middelbaar opgeleiden. Deze schets zal daarom meer ingaan op de laatste categorieën. Inhoud In het eerste hoofdstuk gaan we in op de werkgelegenheid voor technisch personeel. Deze werkgelegenheid relateren we in hoofdstuk 2 aan de vraag naar technisch personeel. Na de vraagzijde van de arbeidsmarkt komt in hoofdstuk 3 de aanbodzijde aan bod. In dit hoofdstuk brengen we eerst het bestand van de nietwerkende werkzoekenden (nww) in beeld om vervolgens inzicht te bieden in het aanbod van technisch gediplomeerden. Daarna schetsen we in hoofdstuk 4 belangrijke ontwikkelingen aan de vraag- en aanbodzijde van de arbeidsmarkt en komen concrete knelpunten aan bod. In het afsluitende hoofdstuk zijn conclusies en beleidsaanbevelingen opgenomen. In een bijlage zijn tabellen met regionale cijfers en een lijst met de verklaring van gebruikte begrippen en afkortingen opgenomen. Doel publicatie Met deze Arbeidsmarktschets verknopen wij sectorale, landelijke en regionale arbeidsmarktinformatie uit diverse bronnen. Zo bieden we meer en beter inzicht in de bewegingen, kansen en bedreigingen op de arbeidsmarkt voor technici. Deze schets is opgesteld in 1 Technische beroepen volgens de SBC 93 indeling van CBS Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 1

1. Werkgelegenheid in technische beroepen Als gevolg van de (financiële) crisis is Nederland geconfronteerd met een forse krimp in het aantal banen. De krimp is niet zo groot geweest als verwacht, maar de daling van de werkgelegenheid in de industrie en de bouw was aanzienlijk. De effecten van de recessie zijn niet binnen alle sectoren gelijk. Zo is er binnen de bouw vooral een terugval in de woning- en kantorenbouw (nieuwbouw) te constateren, terwijl de situatie in de infra en onderhoudsbranches min of meer gelijk is gebleven mede dankzij extra investeringen van de overheid. Ook de voedingsmiddelenindustrie had het minder te verduren. In de laatste vier maanden registreert de ABU een toename van het aantal omzeturen in het technische segment 2. Nederland kent tevens een structurele verschuiving van een industriële naar een diensteneconomie. In de afgelopen jaren nam de werkgelegenheid in de sector industrie weliswaar af, maar onduidelijk is welk effect het heeft op de werkgelegenheid voor technici. ROA 3 verwacht hier tot 2014 een afname (1% per jaar). Dit hoofdstuk beschrijft de werkgelegenheid voor technici naar regio en niveau en gaat in op de te verwachten effecten van de vergrijzing. Technici werkzaam in zakelijke dienstverlening, gezondheid- en welzijnszorg, handel en industrie Er is geen landelijke registratie van werkenden naar beroep 4. Om een beeld te krijgen van de ontwikkelingen van de werkgelegenheid voor technici is gebruik gemaakt van de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) 5 van TNO. Dit is een enquête onder 44.000 werknemers, met een landelijke spreiding. De grootste bedrijfssectoren in Nederland zijn de zakelijke dienstverlening, gezondheids- en welzijnszorg, handel en industrie. Ruim een vijfde deel van het totaal aantal werknemers is werkzaam in een technisch beroep. Van de technici heeft 25% een lager, 40% een middelbaar en 35% een hoger opleidingsniveau. Van de technici op lager en middelbaar niveau behoort 20% tot de beroepscategorie overige ambachtelijke en industriële beroepen (volgens de NEA-indeling). Daarna zijn de meest voorkomende beroepsgroepen: metselaars, timmerlieden en andere bouwvakkers (12% van alle technici); machinebankwerkers, monteurs, instrumentmakers e.d. (11%); elektromonteurs, reparateurs van elektrische apparaten (8%); 2 Bron: ABU/Intellex, ABU-Marktmonitor, 2010 3 Bron: De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2014, ROA (2009) 4 Met de operatie WALVIS zijn de onderdelen functie en standplaats uit de loonaangifte geschrapt. 5 TNO: NEA- Vinger aan de pols van werkend Nederland (2009) voedingsmiddelen en drankenbereiders (8%). Geen gelijke verspreiding over regio s In de regio s Rijnmond, Zuidoost-Brabant, Haaglanden, Groot-Amsterdam en Twente is in absolute zin het aantal werkenden in een technisch beroep het grootst. In relatieve zin is het aandeel technici het grootst in de regio s Achterhoek (29%) en Noord- en Midden Limburg (28%). Het kleinste aandeel is te vinden in Groot Amsterdam (15%) en Midden-Utrecht (17%). Opvallende regionale verschillen in de werkgelegenheid naar opleidingsniveau zijn: Friesland, IJsselvechtstreek, Twente, Rivierenland, Rijnmond en Noord- en Midden-Limburg hebben opvallend veel lager en middelbaar opgeleide technici in de ambachtelijke en industriële beroepen (vooral in handel). Midden-Utrecht en Oost-Utrecht(zakelijke dienstverlening), Haaglanden (overheid) en Zuidoost- Brabant (hoogwaardige technische industrie) kenmerken zich door relatief meer hoog en academisch opgeleide technici dan in de rest van Nederland. Innovatie leidt tot verschuiving werkgelegenheid, hoger opleidingsniveau gevraagd Innovatie maakt het mogelijk om met minder arbeidskrachten dezelfde productie te leveren en leidt tot verschuivingen in de vraag naar arbeid. De grafische industrie is hier een voorbeeld van 6. In de van oudsher niet-technische bedrijfssectoren (zoals de gezondheidszorg) speelt de techniek in toenemende mate een cruciale rol. Nu al worden technische oplossingen gezocht om de verwachte grote personeelstekorten op te vangen. Hierdoor worden in deze sectoren ook steeds meer technici gevraagd. Innovatie kan leiden tot een daling van de werkgelegenheidvoor bepaalde groepen. Gebleken is dat na innovatie de vraag naar eenvoudig werk blijft. Wat verandert is de toename van diagnosestellend werk, 6 KVGO: persbericht Verlies aan arbeidsplaatsen niet het einde van grafische bedrijfstak (2010) Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 2

waarbij klantcontact belangrijk is. Deze verschuiving leidt tot minder vraag naar mbo 3-gediplomeerden. Andere effecten van innovatie zijn: Voor hoog opgeleiden leidt innovatie tot een stijging van de werkgelegenheid. Zij hebben innovatievere functies. De afname van werkgelegenheid van laag opgeleiden wordt nog eens versterkt door het verplaatsen van de productie naar landen waar de loonkosten lager zijn. Dit geldt ook voor werkzaamheden van hoger opgeleiden. Door tekorten aan specifiek hoogopgeleid personeel worden werkzaamheden elders ondergebracht. Productiewerk trekt niet alleen meer weg vanwege de lage lonen, het is aantrekkelijk om de productie dichter bij de afzetmarkt te laten plaatsvinden. Ook hierdoor verdwijnt werk voor laag opgeleiden. Research & Development vindt nog steeds in Nederland plaats. Er zijn wel verschuivingen zichtbaar: o R&D behield werk voor lager opgeleiden. Tegenwoordig is dit niet meer de trend. o De vraag naar hoog opgeleide technische specialisten blijft, maar bij de invulling van deze vacatures speelt de internationale arbeidsmarkt een steeds grotere rol. o Internationale bedrijven (denk aan bijvoorbeeld delfstoffenwinning en water- en deltatechnologie) werven hun technische specialisten ook wereldwijd. Andersom zien we onze hoog opgeleiden ook vertrekken. Techniek krijgt te maken met bovengemiddelde vergrijzing Uit cijfers van het UWV 7 over het aantal dienstverbanden blijkt dat vooral de sectoren industrie en bouw een vergrijsd werknemersbestand hebben. Gemiddeld gezien behoort 4% van het aantal werkenden in Nederland tot de leeftijdscategorie 60 tot en met 65 jaar. Voor een aantal technische sectoren is dit percentage veel hoger: mortelbedrijven (zelfs 11%), textielindustrie, baggerbedrijf, grafische industrie, metaalindustrie, zuivelindustrie en chemische industrie. Ook het aandeel van werkenden in de leeftijdscategorie van 55 tot en met 60 jaar is voor alle genoemde sectoren groter dan het landelijke gemiddelde. Werkgevers in de technische sectoren moeten in de nabije toekomst rekening houden met een grote uitstroom van ervaren werknemers. Onduidelijk is hoeveel ouderen een technisch beroep heeft, op welk functieniveau ze werken, en welk effect dit in de toekomst zal hebben op de vraag naar technisch personeel. De 7 Deze cijfers zijn afkomstig uit de polisadministratie. Het UWV is samen met de fiscus en CBS eigenaar van het bestand waarin alle werknemers in Nederland staan waarvoor werknemersverzekeringspremies worden afgedragen. functie van de werknemers is niet geregistreerd, en daarom is niet te traceren welke van deze ouderen een technisch beroep hebben. Vergrijzing in ambachtsectoren buiten de Randstad het sterkst Uit de NEA-enquête blijkt dat de vergrijzing in de ambachtsectoren in de arbeidsmarktregio s Drenthe, Twente, Midden-Gelderland, Rivierenland, Flevoland, Gooi- en Vechtstreek, West-Brabant, Zeeland en Noorden Midden-Limburg bovengemiddeld is. Ook hier is niet duidelijk in hoeverre dit de technische beroepen betreft. Afname aantal banen in industrie en bouw voorzien Het UWV 8 en EIM 9 voorzien voor 2011 een afname van 2% van het aantal banen in de sector industrie. Zodra de wereldhandel aantrekt, profiteren naar verwachting de metaalindustrie en chemische industrie het sterkst. Dit kan voor een regio als Rijnmond een positief effect op de werkgelegenheid hebben. Voor de bouw en infra is het de verwachting dat de productie zich op korte termijn zal gaan herstellen 10, maar de werkgelegenheid zich rond 2015 weer bevindt op het niveau van 2008. Pas na 2012 wordt een stijging verwacht van het aantal banen in de bouw 11. Wanneer het herstel intreedt, zullen volgens EIM en kenniscentrum Fundeon in eerste instantie voornamelijk de zelfstandigen profiteren. 8 UWV: UWV WERKbedrijf arbeidsmarktprognose 2010-2011 (2010) 9 EIM: Algemeen beeld van het MKB in de marktsector in 2010 en 2011 (2010) 10 EIB: De Bouwarbeidsmarkt in 2010-2015 (2010) 11 Marktstudie Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra 2011-2012 (2010) Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 3

2. Vacatures in technische beroepen De totale vraag op de arbeidsmarkt bestaat uit de som van uitbreidingsvraag en vervangingsvraag. Uitbreiding kan optreden bij economisch herstel, maar kan ook pas later tot vacatures leiden, doordat werkgevers eerst hun overcapaciteit benutten. Dit is ontstaan in de crisisperiode omdat werkgevers hun personeel nog enige tijd vasthielden (labour hoarding). In de bouw wordt op landelijke schaal pas in 2011 weer groei van het aantal vacatures verwacht. Ook kan door bovengemiddelde vergrijzing en de noodzaak tot vervanging veel vacatures voor technici kunnen ontstaan. Jaarlijks 60.000 nieuwe vacatures in de techniek Van het laatste kwartaal van 2009 en het eerste kwartaal van 2010 heeft UWV WERKbedrijf gegevens beschikbaar over alle op het internet gepubliceerde vacatures 12. In dit halfjaar zijn er ongeveer 30.000 nieuwe vacatures voor technici ontstaan. Internet is in toenemende mate het medium voor het zoeken van personeel. Het grootste deel van de vacatures voor technisch personeel wordt gepubliceerd door bedrijven uit de zakelijke dienstverlening. Het betreft vooral de branches advies, onderzoek en specialistische dienstverlening, al dan niet via uitzendbureaus. Andere sectoren met een aanzienlijke vraag naar technisch personeel zijn groothandel, detailhandel(waaronder de autoreparatie), industrie, bouwnijverheid, informatie & communicatie en overheid. Meeste vacatures rond Amsterdam en Rotterdam Groot Amsterdam heeft met bijna 10% het grootste aandeel in het totale aantal vacatures voor technische functies. Daarna volgen de andere Randstedelijke regio s Rijnmond, Midden-Utrecht en Haaglanden. deze vacatures betreft de elektrotechnische beroepen. De meeste van deze vacatures komen voor in de sectoren handel, industrie en bouw. Ook zijn er veel vacatures voor bouwkundigen. Wat opvalt is dat in deze periode in vacatureteksten voor lager technisch personeel vaak een middelbare of hogere vooropleiding wordt gevraagd. Dit effect duidt op verdringing. Op middelbaar niveau (33% van alle vacatures) zijn de meeste technische vacatures voor bouwkundigen, werktuigbouwkundigen en procestechnici. Kenniscentrum PMLF 13 signaleert een groeiende vraag naar analisten op mbo-niveau 4 (klinische technologie, biotechnologisch en chemisch fysisch). Specifieke deskundigheid wordt meer en meer gevraagd. Zo is in de installatiebranche kennis over de ontwikkeling van bijvoorbeeld meet- en regeltechniek van toenemend belang. In bijna de helft van alle technische vacatures (47%) wordt een hoog opgeleide gevraagd. De meeste technische vacatures voor opgeleiden op hbo-niveau zijn voor bouwkundigen. Een kwart van deze vacatures worden gesteld door werkgevers uit de zakelijke dienstverlening. Het aantal vacatures voor bouwkundigen bij de overheid is hoger dan in bouwsector. Van de technische vacatures op wetenschappelijk beroepsniveau is ruim de helft voor academisch geschoolde weg- en waterbouwkundigen. De meeste van deze vacatures zijn afkomstig van werkgevers uit de zakelijke dienstverlening. Daarna zijn de meeste vacatures afkomstig van de overheid. Ruim een vijfde van het aantal vacatures voor wetenschappelijk technisch personeel is voor procestechnische en materiaalkundige functies. Relatie zoekgedrag werkzoekende op de invulling van de vacature In de praktijk is een duidelijk onderscheid merkbaar dat invloed heeft op de werving door de werkgever. De hoog opgeleiden zoeken en aanvaarden werk in het hele land en zelfs in het buitenland. Laag en middelbaar opgeleiden zoeken met name in hun eigen regio en zijn doorgaans minder bereid te verhuizen voor het werk. Vooral vacatures voor hoger opgeleiden Van alle nieuwe vacatures voor een technische functie is 20% gesteld op lager beroepsniveau. De helft van Bron: ABU/Intellex, 12 Vacaturespider: Textkernel na weging en ophoging door Research voor Beleid. Vergelijkende data van eerdere perioden zijn nog niet beschikbaar, waardoor geen ontwikkelingen kunnen worden geschetst. 13 Kenniscentrum voor de Proces- en Algemene operationele techniek, Milieutechniek, Laboratoriumtechniek en Fotonica. Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 4

3. Aanbod Het aanbod van arbeidskrachten op de arbeidsmarkt bestaat uit niet-werkende werkzoekenden (nww-ers), positieverbeteraars (baanwisselaars), niet-uitkeringsgerechtigden (nug-ers) en schoolverlaters. Dit hoofdstuk geeft inzicht in het aanbod van nietwerkende werkzoekenden die werk in een technisch beroep zoeken en gediplomeerden vanuit mboopleidingen en het hoger onderwijs (associate degree 14, hbo en wo) in een technische richting. 3a. Arbeidspotentieel in technische beroepen Een op de zeven nww-ers zoekt werk in techniek In september 2010 zijn in totaal 484.000 nww-ers bij UWV WERKbedrijf ingeschreven. Hiervan zijn er 68.600 (14%) ingeschreven voor een technische functie 15. In het afgelopen jaar is het totale aanbod en het technische aanbod nagenoeg gelijk gebleven. vooral op lager en middelbaar niveau Negen van de tien niet-werkende werkzoekenden met een technisch beroep zijn lager of middelbaar opgeleid. Het grootste deel van hen is ingeschreven voor een functie in de beroepsgroepen bouw en infra (met name bouw) en installatie-, elektro- en metaaltechniek. Binnen de branche bouw en infra betreft het vooral de: Betontimmerman; Bouwtimmerman; Timmerman B&U. Bij de branche installatie-, elektro- en metaaltechniek gaat het vooral om de: Monteur elektrische installatie; Mechanische operator procesindustrie; MIG/MAG-lasser (niveau 1&2). Meeste nww-ers rond Amsterdam en Rotterdam De meeste niet-werkende werkzoekenden voor een technische functie zijn te vinden in de regio s Rijnmond (7.100), Groot Amsterdam (4.000) en Friesland (3.700). Het kleinste aantal staat geregistreerd in Midden-Holland (700) en Gooi- en Vechtstreek (750). maar relatief weinig in Groot Amsterdam Per regio verschilt de verdeling van nww-ers die voor technisch werk ingeschreven staan ten opzichte van het totaal aantal nww-ers in diezelfde regio. Het grootst is het aandeel in de regio s Achterhoek, Friesland, Midden-Brabant en Zuidoost-Brabant (rond de 18%). Opvallend is het kleine aandeel in Groot Amsterdam (9,0%). Toename afstand tot arbeidsmarkt door minder kortdurend werkzoekenden De ervaring leert dat kortdurend werklozen door werkgevers sneller worden aangenomen. Op een nagenoeg gelijkblijvend bestand van ingeschrevenen die werk zoeken in een technische richting, stijgt het aandeel werkzoekenden dat een half tot drie jaar werkloos is, met ongeveer 6%. De instroom van het aantal nieuwe nww-ers met een middelbaar- of hoger technisch beroepsniveau is in de periode van januari 2010 tot aan september 2010 afgenomen (resp. -8,5% en -4,2%). Dit betekent dat er minder middelbaar- of hoger opgeleide werkzoekenden zijn die recent het arbeidsproces en hun vakgebied hebben verlaten. Bij de lagere technische beroepen is er een lichte stijging (+0,5%) van de instroom. Ook zijn er verschillen in de ontwikkeling van het aantal nww-ers per regio. De toename is het grootst in de regio Drechtsteden (+23%). In de regio s Noord- en Midden-Limburg en Zuid-Limburg was sprake van een behoorlijke afname (resp. -18% en -14%). 14 Tweejarige (hbo) opleidingen die gevolgd kunnen worden met een vooropleiding op mbo-niveau 4. 15 Bron: UWV WERKbedrijf, op basis van SBC 93. Een sterke stijging in het aanbod van jongeren en groeiend aandeel van 45+ De ontwikkeling van het aantal werkzoekenden met een technisch beroep blijkt niet voor alle leeftijdsgroepen gelijk. Opvallend is de grote toename van jongeren tot 27 jaar. Deze toename kan veroorzaakt worden door Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 5

het aantal jongeren dat de arbeidsmarkt betreedt vanuit een opleiding of door beëindiging van een tijdelijk contract. Het aantal nww-ers van 45 jaar en ouder neemt in 2010 met ruim 2% toe en in technische beroepen ruim 6%. 3b. Nieuw aanbod vanuit opleidingen Het is relevant te weten hoeveel gediplomeerden (per regio, niveau en richting) jaarlijks de arbeidsmarkt instromen. Daling leerlingen techniek op vmbo-niveau, stijging in havo- en vwo-niveau In de laatste leerjaren van het voortgezet onderwijs kiezen leerlingen voor een sector (vmbo) of een profiel (havo/vwo). Op het vmbo kiest een kwart van de leerlingen voor de sector techniek. In vergelijking met een aantal jaren geleden is de belangstelling voor techniek op het vmbo afgenomen. Het vmbo is verreweg de belangrijkste toeleverancier van het mbo. Van alle vmbo-leerlingen techniek stroomt bijna 80% door naar de mbo-opleidingen techniek. Op de havo en het vwo stijgt de belangstelling voor techniek. Het N- profiel 16 wordt gekozen door 30% van de vierdeklassers op de havo en 40% van de vwo-ers. Niet bij alle opleidingen stijgt het aantal leerlingen. Bijvoorbeeld in het schooljaar 2008/09 daalde de bblinstroom op niveau 2 in de bouw met bijna 40%. Oorzaak: door de afname van opdrachten in de bouw zijn bedrijven terughoudend in het aannemen van bblleerlingen. Stijging aantal mbo-gediplomeerden technische beroepen In het schooljaar 2009/10 waren er 515.000 mboleerlingen. Vanaf 2004 is het aantal deelnemers en het aantal gediplomeerden van de technische mboopleidingen gestegen met ongeveer 16%. Wel merken we op dat deze stijging kleiner is vergeleken met het totaal aantal deelnemers en gediplomeerden van het mbo (19%). Jaarlijks halen bijna 50.000 leerlingen een diploma 17 binnen de sector techniek. De toename van het aantal gediplomeerden wordt vooral veroorzaakt door de toename van het aantal gediplomeerden aan de bbl-opleidingen en het aantal gediplomeerde extranei (deelnemers die geen lessen volgen, maar alleen tentamens en examens afleggen). Ten opzichte van 2004 is er een afname van het aantal gediplomeerden in de techniek op niveau 1 18. Een sterke toename van 24% gediplomeerden zien we op niveau 2. De opleidingen met het grootste aantal gediplomeerden zijn: bouw en infra, elektrotechniek, metaaltechniek en mobiliteit. 16 Betreft de profielen natuur en techniek en natuur en gezondheid. 17 Bron: Colo (2010). 18 De deelnemers en gediplomeerden van de niveau 1 opleiding AKA zijn hier buiten beschouwing gelaten. In 2009 waren er ruim 9.200 leerlingen ingeschreven bij deze opleiding. Van deze leerlingen kiest een deel voor een vervolgopleiding in de techniek. Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 6

Sterke groei mbo-techniek in het noorden, Rijnmond, Haaglanden en Zuid-Limburg, krimp in IJsselvechtstreek Het aantal gediplomeerden in de techniek groeit vanaf 2004 het sterkst in de noordelijke regio s Drenthe en Groningen, in het westen van het land, te weten Haaglanden en Rijnmond, en in Zuid-Limburg. In de regio IJsselvechtstreek neemt het aantal gediplomeerden af met bijna 10%. van 2005 tot 2009 ieder jaar gestegen 19. In 2009 hebben 88.829 studenten zich ingeschreven voor een opleiding op hbo-niveau en 42.260 studenten op woniveau. De stijging van het studentental geldt ook voor opleidingen in een technische richting. In 2005 schreven 14.669 studenten zich in voor een technische opleiding op hbo-niveau en in 2009 16.730 studenten. Dit is een stijging van 14%. Voor wo-technische opleidingen geldt ook een stijging. In 2005 schreven zich 4.932 studenten in en in 2009 6.541. Dit is een stijging van 33%. De helft van technische mbo-gediplomeerden betreedt arbeidsmarkt Ruim de helft (56%) van de gediplomeerden van technische opleidingen stroomt in op de arbeidsmarkt. Eenderde van de gediplomeerden aan technische opleidingen stroomt door naar een hoger niveau binnen het mbo. Doorstromen naar het hbo is favoriet bij gediplomeerden van de opleidingen laboratoria, uitgeven, vormgeven en printmedia. Gemiddeld stroomt 10% van de gediplomeerden door naar het hbo. Nog weinig invloed van Associate degree (Ad) Ad zijn tweejarige (hbo) opleidingen die gevolgd kunnen worden met een vooropleiding op mbo-niveau 4. Deze opleidingen zijn voornamelijk interessant voor werkenden. Er is gestart met deze opleidingen, omdat er op de huidige arbeidsmarkt behoefte is aan afgestudeerden met een opleiding tussen mbo- en hbo-niveau. Er zijn vanaf 2007 16 bekostigde Ad s gestart in de sector techniek. In 2008 zijn er landelijk 49 gediplomeerden uitgestroomd uit een Ad. De omvang van het aanbod vanuit Ad s is nog zeer gering. De opleidingen klinische chemie, chemische technologie, elektrotechniek en installatietechniek hebben het grootste aandeel gediplomeerden. Stijging aantal deelnemers hoger onderwijs, ook in technische richtingen Het aantal nieuwe studenten dat zich inschrijft voor een opleiding in het hoger onderwijs (zowel hbo als wo) is 19 Bron: www.cijfers.minocw.nl Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 7

4. Ontwikkelingen in vraag en aanbod en knelpunten Technici werken in allerlei sectoren. En in steeds meer sectoren neemt de techniek een belangrijke positie in. Enkele regio s in Nederland kenmerken zich als regio s waarin veel technische werkgelegenheid voorkomt. Ten aanzien van de beroepen, de opleidingsniveaus en de regio s doen zich verschillende ontwikkelingen voor. Hieronder noemen we een aantal opvallende ontwikkelingen, waar werkgevers (in georganiseerd verband) tijdig en gericht op kunnen inspelen. Ontwikkelingen aan de vraagzijde 1. (Technische) innovaties leiden tot veranderingen in de vraag naar technici. Werkgevers vragen een hoger opleidingsniveau, ook hoger dan (traditioneel) passend bij het beroepsniveau. Er kan minder vraag naar middelbaar opgeleiden op niveau 3 ontstaan. Voor lager opgeleiden speelt in algemene zin een afname door verplaatsing van productie naar lage lonen landen. Van de andere kant blijkt dat ook na innovatie werk op dit niveau blijft bestaan. 2. De arbeidsmarkt heeft te maken met een krimp in een aantal technische sectoren (vooral bouw en industrie). Ondanks de krimp kunnen vacatures ontstaan vanwege vervanging. Onduidelijk is hoeveel van de ouderen een technisch beroep heeft en dus welk effect dit in de toekomst zal hebben op de vraag naar technisch personeel. 3. De groei van werkgelegenheid voor technici wordt vooral verwacht in de niet-technische sectoren. Er wordt in de periode 2011-2015 een kleine jaarlijkse toename van de werkgelegenheid voor technici verwacht van 0,12%. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in een toename van 0,10% van het aantal banen voor technische opgeleiden in technische bedrijfssectoren en een toename van 1,08% van het aantal banen voor technisch opgeleiden in niettechnische sectoren. 20 4. Opvallend is de dalende werkgelegenheid in de grafische sector, die structureel is. 5. Voor de periode 2011-2015 verwacht Bureau Louter groei van de werkgelegenheid, met name rond de A2-as, van de noordvleugel van de Randstad tot in Zuidoost-Brabant. Dat geldt ook voor de gebieden Zuidoost-Friesland, Flevoland en de steden in Twente, Zwolle, Arnhem-Nijmegen en Breda. Ontwikkelingen aan de aanbodzijde Voor de ontwikkelingen aan de aanbodzijde is het in de vraaggestuurde arbeidsmarkt van belang te weten dat in vacatures vooral wordt gevraagd naar technici op middelbaar en hoog niveau. Aan de aanbodzijde valt op: 6. Als gevolg van innovatie ontstaan nieuwe functies, gekoppeld aan nieuwe technologieën. Zolang op de Nederlandse arbeidsmarkt de benodigde kennis niet beschikbaar is, zullen werkgevers hun werknemers in het buitenland zoeken. 7. Het aantal technische gediplomeerden op mboniveau stijgt, met name op niveau 2 en bbl. Wel valt op dat verhoudingsgewijs minder leerlingen een mbo-diploma halen voor een technische opleiding. 8. Momenteel stroomt 56% van de gediplomeerde mbo-scholieren in op de arbeidsmarkt. Het is twijfelachtig of dit wel voldoende is als de werkgelegenheid aantrekt. 9. De rest kiest voor door studeren. Dat kan verband houden met de geconstateerde behoefte van werkgevers (een hoger opleidingsniveau bij een lager beroepsniveau). En zo ja, waarom overweegt de werkgever dan niet meer een leren tijdens werkaanpak? Zoals de afgelopen jaren ook meer wordt toegepast met de bbl-aanpak. 10. In het nww-bestand valt het volgende op: a. een groot deel laag of middelbaar geschoold is; b. dat deze groep veel ouderen (45+) bevat en; c. dat de gemiddelde duur van werkloosheid toeneemt. Dit betekent dat de gemiddelde nww-er minder aantrekkelijk wordt voor werkgevers. Knelpunten en kansen op middelbaar of lager niveau Er bestaan verschillende verwachtingen voor de kansen op de arbeidsmarkt voor de laag opgeleide technici. ROA verwacht in de periode 2009-2014 een tekort aan technisch geschoolden op vmbo- en mbo-niveau 21. Een ander beeld is dat vacatures voor lager geschoolden de eerste tijd zullen worden vervuld door middelbaar opgeleiden (verdringing). Zodra de markt aantrekt voor de laatste groep, zullen werkgevers er weer toe over moeten gaan om de lager geschoolden aan te trekken. Het is de verwachting dat de keuze dan valt op recent gediplomeerden. Hierdoor wordt de kans groter dat laag opgeleide werkzoekenden die lang ingeschreven staan, niet meer aan het werk komen. Het ROA heeft in beeld gebracht waar in de toekomst kansen en knelpunten worden verwacht in de personeelsvoorziening. In 2011 wordt landelijk in de bouw weer een toename van het aantal vacatures verwacht, voor het merendeel is dat vervangingsvraag (vanwege vergrijzing). Zowel ROA als kenniscentrum Fundeon verwachten over een paar jaar door tekorten knelpunten bij het vervullen van vacatures voor bouwvakkers. Voor een aantal technische beroepen kunnen op termijn veel vacatures ontstaan, wat bij werkgevers tot wervingsproblemen kan leiden. 20 Bureau Louter: De regionale arbeidsmarkt voor technici tot 2016 (2010). 21 Bron: De arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2014, ROA (2009). Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 8

Zowel kenniscentrum PMLF als ROA voorzien goede arbeidsmarktperspectieven voor laboranten (bblleerlingen vanaf mbo-niveau 3). Voor de functie van procesoperator verwacht ROA knelpunten door een tekort aan instroom op de arbeidsmarkt. Waarschijnlijk profiteren de werktuigbouwkundigen van de vervangingsvraag. Hetzelfde geldt voor de autotechnicus, servicemonteur en tweewielermonteur, waar kenniscentrum Innovam een toename van het aantal vacatures verwacht. De kenniscentra zien kansen 22 voor gediplomeerde mbo-schoolverlaters in onder andere de volgende technische beroepen: servicemonteur werktuigbouw en installatietechniek, constructiewerker, schilder, plafond- en wandmonteur, carrosseriebouwer, caravanhersteller, autoschadehersteller, assistent en vakman bouw en infra, en operator A, B en C. Op hbo-niveau vooral knelpunten De komende jaren verwachten meer partijen een grotere vraag naar hbo-ers. Hier speelt de vergrijzing een rol wat tot vervanging leidt. Daarbij speelt dat meerdere sectoren naar dezelfde technici zoeken. Bij economisch herstel kunnen vooral werkgevers in zowel de zakelijke dienstverlening als in de bouw te maken krijgen met moeilijk vervulbare vacatures voor hbo-opgeleide bouwkundigen. Zowel op hbo- als op wo-niveau wordt gesignaleerd 23 dat werkgevers ook mensen met een andere dan de gevraagde technische opleiding in dienst nemen. Voldoende aanbod op wo-niveau? Op wo-niveau is er de komende periode over het algemeen weinig effect van de vergrijzing te merken. Alleen de vraag naar procestechnologen en materiaalkundigen op academisch niveau blijft vanwege vervanging hoog. De meeste vraag zal ontstaan door uitbreiding. Voor werkgevers zal het relatief eenvoudig zijn mensen te werven, met uitzondering van de richting werktuigbouwkunde waar de vraag naar wetenschappelijk geschoolde weg- en waterbouwkundigen groot kan worden. Echter, door bezuinigingsbeleid bij de overheid kan die vraag lager uitvallen. Tot slot, de arbeidsmarkt voor academici wordt steeds internationaler. Dat betekent voor de werkgever in Nederland dat de concurrentie in de slag om technische academici stijgt. 22 Bron: Colo Barometer (oktober 2010). 23 Bureau Louter: De regionale arbeidsmarkt voor technici tot 2016. Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 9

5.Conclusies en aanbevelingen Ontwikkelingen van vraag en aanbod lopen uiteen Problemen bij de werving van middelbaar en lager opgeleide technici spelen zich af binnen de regio. Voor hoog opgeleiden is het realiseren van binding met de regio een interregionaal vraagstuk. Door innovatie daalt de vraag naar lager personeel, want werkgevers vragen een hoger opleidingsniveau. Daarbij valt op dat werkgevers hogere opleidingseisen (lijken te) stellen dan passend bij het beroep, waardoor lager opgeleiden minder vaak in aanmerking komen voor functies op laag niveau. Bij een vergelijking tussen vraag en aanbod valt op dat: bijna de helft van de vraag (vacatures) is gericht op hoger en eenderde op middelbaar opgeleiden; de verhoudingen binnen het aanbod zijn anders: - van de groep gediplomeerden is het merendeel opgeleid op mbo-niveau 2, 3 en 4 en dus niet hoger opgeleid; - van de nww-ers met een technisch beroep van inschrijving heeft 90% een lager of middelbaar opleidingsniveau. De komende jaren zal het aanbod niet (overal) aansluiten op de vraag. Ook omdat het bijsturen van de uitstroom van het onderwijs (vanwege de opleidingsduur) meerdere jaren kost en het effectueren van reintegratietrajecten voor werkzoekenden tijd vergt. Er kan in algemene zin een tekort aan middelbaar en hoger opgeleide technici gaan ontstaan, en een groep lager opgeleide technici die geen werk in een technisch beroep kan vinden. Huidig tekort aan aanbod in Midden-Utrecht, Groot Amsterdam en Rivierenland De verhouding tussen het aantal nieuwe vacatures en de instroom van niet-werkende werkzoekenden die staan ingeschreven met een technisch beroep is in afbeelding 4.1 weergegeven. Dit zijn cijfers over het eerste kwartaal van 2010 en per arbeidsmarktregio aangegeven. Hier wordt alleen de verhouding op lageren middelbaar niveau weergegeven, omdat de arbeidsmarkt voor hoger- en academisch opgeleiden minder gebonden is aan regiogrenzen. Deze indicator geeft enig inzicht in de mate waarin werkgevers bij de werving van technisch personeel met knelpunten te maken kunnen krijgen. Uit de afbeelding valt op te maken dat werkgevers in de regio s Midden-Utrecht, Groot Amsterdam en Rivierenland in deze periode de meeste problemen met hun werving zullen ondervinden. Hier is relatief minder technisch nww-aanbod beschikbaar. In deze regio s is bovendien van oudsher sprake van een beperkt aantal technisch gediplomeerden (gerelateerd aan het aantal vacatures). In de noordelijke arbeidsmarktregio s, Twente en Zuid- Limburg is het beeld rooskleuriger. Het aantal technische gediplomeerden is in deze regio s ook nog eens groot. Toekomstige wervingsproblemen in Groot Amsterdam en Midden-Utrecht De meeste vraag naar technische functies komt voor in Groot Amsterdam, Rijnmond, Midden-Utrecht en Haaglanden. Daar zijn de meeste vacatures. Aan de aanbodzijde valt op dat deze regio s (net als Gooi- en Vechtstreek en Oost-Utrecht) weinig instroom vanuit technisch mbo-opleidingen hebben. Mogelijk dat het aanbod gevonden kan worden in de nwwbestanden. Dan blijkt dat in wederom Groot Amsterdam en Midden-Utrecht zeer weinig technische nww-ers zijn. De vraag is of hier op termijn voldoende aanbod van gekwalificeerd personeel is. Voor Haaglanden en Rijnmond geldt dit niet. Hier zijn weliswaar weinig gediplomeerden (afgezet tegen het aantal vacatures), maar zou het nww-bestand meer kansen kunnen bieden (als beroep en niveau matchen). Op lager en middelbaar niveau toekomstige wervingsproblemen in Noord- en Midden-Limburg In Noord- en Midden-Limburg werkt al een groot aandeel van de werkenden in een technisch beroep, vooral op een lager of middelbaar niveau. De effecten van de vergrijzing zullen hier naar verhouding groot zijn. Voor werkgevers wordt het moeilijker om geschikt personeel te vinden. In mindere mate wordt dit effect ook verwacht in de regio s Twente en Rivierenland. maar andere regio s hebben wel aanbod Andere regio s, waar veel laag en middelbaar opgeleide technici werken, krijgen met een beperkter effect van de vergrijzing te maken. De combinatie met de afname Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 10

van werkgelegenheid vanwege innovatie, zal er toe leiden dat werkgevers in vooral Friesland, IJsselvechtstreek en Rijnmond in hun eigen regio gemakkelijk passend personeel kunnen vinden. Voor de werkzoekenden in deze regio s kan interregionale mobiliteit uitkomst bieden. Aanbevelingen 1. Creëer tijdig inzicht in de toekomstige uitstroom van de technische beroepen. Het is voor werkgevers essentieel tijdig te signaleren in welke functies grote groepen werknemers vanwege vergrijzing zullen uitstromen. Dan kan worden besloten of en hoe deze functie opnieuw kan worden ingevuld en onderzocht of in de omgeving voldoende aanbod beschikbaar is. 2. Speel in op de afnemende werkgelegenheid voor laag opgeleiden. Dit voorkomt langdurige maatschappelijke problemen die optreden door verdringing. In een regionale analyse kunnen werkgelegenheid en aanbod (bestaande uit nww-ers en de toekomstig gediplomeerden) worden vergeleken. Met beleid van de drie O s (Overheid, Ondernemers en Onderwijs) kan verdringing aan de onderkant van de arbeidsmarkt gericht worden tegengegaan. 3. Anticipeer waar nodig op de naderende krapte van de arbeidsmarkt. a. Bekijk de mogelijkheden voor leren tijdens werk voor de beroepen waar knelpunten zijn of gaan ontstaan. Door stageplaatsen beschikbaar te stellen kan de werkgever nieuw talent aan zich binden. Zo vindt ook overdracht van kennis plaats van de oudere op de nieuwe werknemers. Dit is vanwege de vergrijzing belangrijk. b. Onderneem gerichte actie gericht op het inzetten van jongeren en 45+. Deze zijn oververtegenwoordigd in het nww-aanbod. Aangezien er over een aantal jaar een tekort aan technici dreigt te ontstaan, is het voor alle partijen noodzakelijk dat ook deze groepen nu al worden geactiveerd. Gerichte regionale actie van de drie O s (Overheid, Ondernemers en Onderwijs) helpen. 4. Kijk bij werving kritisch naar: a. De wervingsmethode Door het plaatsen van vacatures op internet en sociale media vergroot je het bereik ten opzichte van de meer traditionele wervingsmethoden; b. De doelgroep De kansen worden vergroot als technici in andere (sub)sectoren met overschotten actief worden benaderd; c. Het zoekgebied Werving over de regiogrenzen en internationaal vergroot de kansen. Nawoord Hopelijk voelt het bedrijfsleven zich uitgedaagd om via de regionale Werkpleinen samen met UWV WERKbedrijf, gemeenten, onderwijsinstellingen en andere partijen op de arbeidsmarkt initiatieven te ontplooien om voldoende en goed gekwalificeerd technisch personeel te borgen. De aandacht voor duurzame regionale samenwerking is en blijft belangrijk voor verbetering van de aansluiting tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt van technici. Uit de reacties van de belanghebbende partijen blijkt de nadrukkelijke behoefte aan gegevens over functie en standplaats van werknemers. Confrontatie van vraag en aanbod binnen een regio naar beroep en niveau met de huidige databestanden is nu niet mogelijk. Hierdoor ontbreekt nu goed inzicht in: de werkgelegenheid per regio, naar functie, niveau en leeftijd; de intersectorale en regionale mobiliteit. Met verrijking van bijvoorbeeld de polisadministratie 24, ontstaat structureel het benodigde inzicht. Verder blijkt uit de reacties dat er niet zozeer behoefte bestaat aan standcijfers, maar dat men vooral aanvulling wenst met beschrijvingen van ontwikkelingen van het verleden en prognoses voor de toekomst. Er zijn weliswaar meerdere partijen die regionaal, sectoraal of naar beroepsgroepen prognoses uitbrengen. Deze gaan echter niet uit van dezelfde definities (bijvoorbeeld wat betreft regio- en beroepsindeling). Dus deze prognoses leveren geen complementair beeld. Door genoemde uitbreiding en uniformering van de informatie kan beter worden voldaan aan de informatiebehoefte van de werkgevers, maar ook van andere belanghebbenden. 24 In de polisadministratie worden door de fiscus, CBS en UWV gegevens inzake de loonbelasting en de werknemersverzekeringen vastgelegd. In de loonaangifte zijn nu geen standplaats en functie opgenomen. Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 11

Verantwoording Gezamenlijke aanpak De Arbeidsmarktschets Techniek is opgesteld door UWV WERKbedrijf en Colo. Dit op verzoek van een aantal belanghebbende partijen op de arbeidsmarkt van technici met wie in een bijeenkomst de informatiebehoefte is vastgesteld. Daarop is een definitiekeuze voor de sector techniek bepaald. Er zijn twee specifieke wensen. Allereerst is verzocht om de arbeidsmarkt zo veel mogelijk vanuit de invalshoek van de technische beroepen te benaderen. Daarnaast bleek een sterke behoefte aan een regionale doorkijk. In vervolg op de eerste wens is er voor gekozen om de technische beroepen uit de SBC-indeling van het CBS als vertrekpunt te nemen. Dit betekent dat ongeschoolde beroepen en automatiseringsberoepen niet zijn meegenomen. De geselecteerde beroepen zijn vervolgens gerangschikt naar de indeling van Colo. Er is aan de Arbeidsmarktschets Techniek een bijlage toegevoegd met regionale informatie. Deze Arbeidsmarktschets en de bijlage zijn te vinden op www.werk.nl/arbeidsmarktinformatie. Op deze portal staat alle arbeidsmarktinformatie van het UWV. Tot slot, is het concept van de Arbeidsmarktschets Techniek ter beoordeling voorgelegd aan de klantgroep. Een gezamenlijke aanpak vraagt immers ook om een breed draagvlak voor de uitgangspunten. Met dank aan UWV WERKbedrijf en Colo willen in het bijzonder FME, de TOA s, de kenniscentra, het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, TNO, het Platform Bèta Techniek en CINOP bedanken voor hun waardevolle bijdragen en hun actieve betrokkenheid. Colofon De Arbeidsmarktschets Techniek is een gezamenlijke uitgave van UWV WERKbedrijf en Colo. Uitgave: januari 2011 Redactie: UWV WERKbedrijf en Colo Vormgeving: UWV WERKbedrijf UWV WERKbedrijf Afdeling Arbeidsmarktinformatie Postbus 58285 1040 HG Amsterdam Contactpersoon: Bert van de Geijn bert.vandegeijn@uwv.nl Landelijk bedrijfsadviseur Techniek: Jan Huygen jan.huygen@uwv.nl www.werk.nl www.werk.nl/arbeidsinformatie Colo Postbus 7259 2701 AG Zoetermeer Contactpersoon: Odile Sondermeijer [079] 3294078 o.sondermeijer@colo.nl www.colo.nl info@colo.nl Alles uit deze uitgave mag worden overgenomen, echter uitsluitend met bronvermelding. Aan deze uitgave kunnen geen rechten worden ontleend. UWV WERKbedrijf Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 12

Arbeidsmarktschets Techniek januari 2011 pagina 13