Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid 2009-2012. Gemeente Houten, 4 november 2008



Vergelijkbare documenten
Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 15 april 2009 ALDUS BESLOTEN 23 APRIL Klimaatplan Doetinchem

Een 10 puntenplan gemeenten die echt iets aan het klimaatprobleem willen doen

DUURZAAMHEID, KLIMAATVISIE EN REGIONALE ENERGIE STRATEGIE. Bijeenkomst gemeenteraad 5 februari 2019

Notitie energiebesparing en duurzame energie

Deelname van gemeente Heusden aan landelijke Stimuleringsregeling voor lokale Klimaatinitiatieven (SloK)

Klimaat- en energiebeleid Gemeente Nijmegen

STRATEGIE DUURZAME ENERGIETRANSITIE GEMEENTE BREDA

Ontwerp Gezonde Systemen

Partij voor de Dieren Gouda Tav Corina Kerkmans

Groen? Het is te doen! Audit.Tax.Consulting.Financial Advisory.

VNG Raadsledencampagne

Sector- en keteninitiatieven 2016 CO2-prestatieladder Aldus opgemaakt te Middelaar d.d KAM Coördinator: dhr. G.S. Franssen Revisie 1.

Klimaatbestendige steden

Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid Vaals

Provinciaal klimaat- en energiebeleid: doelen, emissies, maatregelen. Robert Koelemeijer - PBL

Duurzame ontwikkeling:

Wijk bij Duurstede, 16 september Betreft: Plan van aanpak duurzaamheid. Memo. Van: Wethouder Robbert Peek. Aan: Gemeenteraad Wijk bij Duurstede

Energieneutraal keten sluisdeur Goese Sas

Helmonds Energieconvenant

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

Klimaatakkoord Rijk en UvW

19 en 24 november Energiebesparing in het Activiteitenbesluit

28 november Onderzoek: Klimaattop Parijs

Paragraaf duurzaamheid

TER KENNISNAME. Onderwerp : Klimaatbeleid (energiebeleid) de commissie grondgebiedzaken

NOTITIE. 1 Scenario s voor CO 2 -reductie Inleiding. Nulsituatie, klimaatwinkelen en klimaatbeleidsplan gemeente Schiedam

WATER- SCHAPPEN & ENERGIE

Raadscommissievoorstel

Een goede jas: schoon, gezond en zuinig. Frank te Poel 10 oktober 2007

Evaluatie Uitvoeringsprogramma versie: 29-jan Doelen Doelstelling bereikt? reductie

Duurzaamheid, Energie en Milieu

OPZET KLIMAATPLAN

Wat wordt de energiestrategie van de gemeente?

Duurzaamheid: ervaringen uit Woerden. Hans Haring, wethouder duurzaamheid Woerden

Concept Raadsvoorstel

klik hier voor de reactie dd. 27 februari 2007 van het college van B&W

Nadeel: Of kolencentrales gaan minder bijstoken en worden nog minder duurzaam.

Bijlage 1: klimaatdoelstellingen & ambities

Milieudienst West-Holland. Klimaatprogramma Holland Rijnland en Rijnstreek Gerrit Jan Schraa Programmaleider

Energie Management Actieplan

: Verantwoord en Duurzaam verlichten. Inhoudsopgave. Ontwerpbesluit pag. 3. Toelichting pag. 5. Bijlage(n): 1

CONCEPT FACTSHEETS KLIMAATCONTRACT PROVINCIE DRENTHE GEMEENTE HOOGEVEEN Datum: Blad 1 van 5

Plan van aanpak klimaatbeleid

Ondertekening 10-puntenplan

Notitie Duurzame energie per kern in de gemeente Utrechtse Heuvelrug

Energiemanagement actieplan 2017

Energievisie Borne 22 september Michel Leermakers Linda Rutgers Twence. Co Kuip HVC.

Almere. Uitkomsten van de zoektocht naar dé klimaatneutrale gemeente in Flevoland 2015

Uitvoeringsprogramma Klimaat

Fietsen scoort voor een beter klimaat.

Scope 1: tot aan 2020: 2% reductie per jaar ten opzichte van het basisjaar 2015.

Energie Management ACTIE Plan

Opinieonderzoek Klimaatakkoord

Maak werk van zon & wind Schone energie voor heel Tynaarlo. Tynaarlo

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

Energiemanagement actieplan

Sector- en keteninitiatieven CO 2 -prestatie

Betere energieprestaties met Nuon Stadswarmte. Kansen voor woningcorporaties, vastgoedeigenaren en projectontwikkelaars

Energiemanagement actieplan

Factsheet Energie en Klimaat

j:..7cl/-j-,ren cc bad -

Jaarverslag Millenniumplatform

Verslag van de informatieavond over het Milieubeleidsplan Wijk bij Duurstede

gemeente Bunnik INFORMATIENOTA De gemeenteraad Het college van burgemeester en wethouders Datum: 7 maart 2017

Jaarplan CO Directeur: E. Klomp

Februari Kadernotitie duurzame ontwikkeling Smallingerland

agendapunt B.04 Aan Verenigde Vergadering BELEIDSKADER DUURZAAMHEID

Naar een klimaatneutrale sportvereniging

Van Herk Groep B.V. Doelstelling CO₂-reductie

Holstein BV. Energie(management) actieplan Conform NEN april Holstein BV. Verantwoordelijke voor dit verslag is Holstein BV

Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2011

DATUM ONS KENMERK BEHANDELD DOOR 22 januari B.J. van Oosten - Bronsgeest

CO 2 Reductie doelstellingen

Onderwerp Regionale Energiestrategie (RES) regio Noordoost-Brabant. Geachte bestuursleden,

Fietsen Scoort.

Workshop J De kracht van een klimaatfonds. 05 april 2011

edup 2016 Overzicht monitoringinstrumenten planet -onderdelen (onderdeel II) Gemeente Zuidhorn februari 2017

ROUTEKAART DUURZAAM OSS

Westvoorne CO 2 - uitstoot

Raadsvoorstel. categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA B 3 12/167. jaar stuknr. Raad. Onderwerp: Energienota gemeente Emmen

Raadsvoorstel. Samenvatting

Voortgang CO 2 Reductie doelstellingen

Toelichting energie- en klimaatactieplan Ranst

: Mitigatie en Adaptatie

Wat kunnen we in Pijnacker-Nootdorp doen tegen klimaatverandering? Richard Smokers

PROJECTPLAN METERS MAKEN IN DE ESHOF

Energie Management Actieplan

Windvermogen in Nederland,

Ja. Ja. D66 wil dat Groningen in 2040 al CO 2- neutraal is en wil dat de provincie een ambitieuze regionale energiestrategie opstelt.

edup 2015 Overzicht monitoringinstrumenten planet -onderdelen (onderdeel II) Gemeente Zuidhorn januari 2016

Document: Energiemanagementplan

gemeente Eindhoven Hierin wil GroenLinks in ieder geval de volgende vragen beantwoord hebben.

Uitkomsten van de zoektocht naar dé klimaatneutrale gemeente in Flevoland 2014

3B1 Reductiebeleid en Doelstellingen. Datum : 3 jul Door : Sandra Kleef Functie : KAM-manager Versie :

Inleiding. CO2 ladder. ProRail CO2-gunningvoordeelproject

Publieksdiensten. B&W voorstel Aanpassen checklisten Duurzaam Bouwen regio Zuid-Holland Zuid

Samen Duurzaam DOEN! Stap 1 // Welkom en inleiding. Stap 2 // Voorstelronde aanwezigen. (5 minuten) (10 minuten)

Windenergie in Almere

Energie Management Actieplan

Review CO2 reductiedoelstellingen

Transcriptie:

2

Inhoud Hoofdstuk 1 Inleiding... 5 1.1 Achtergrond... 5 1.2 Klimaatverandering... 5 1.3 Waarom dit plan... 6 1.4 Totstandkoming van dit plan... 6 1.5 Leeswijzer... 7 Hoofdstuk 2 Beleidskader... 8 2.1 Inleiding... 8 2.2 Internationaal beleid... 8 2.3 Rijksbeleid... 8 2.4 Provinciaal beleid... 9 2.5 Gemeentelijk beleid... 9 Hoofdstuk 3 Ambitie, doelstellingen en activiteiten... 11 3.1 Inleiding... 11 3.2 Klimaatambitie Houten... 11 3.3 Reductie uitstoot broeikasgassen... 12 3.4 Gemeentelijke organisatie... 13 3.5 Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven... 13 3.6 Bestaande bedrijven... 14 3.7 Bestaande woningen en bewoners... 14 3.8 Mobiliteit... 15 3.9 Duurzame energie... 15 3.10 Organisatie en communicatie... 15 Hoofdstuk 4 Uitvoering... 16 4.1 Inleiding... 16 4.2 Tijdsbesteding... 16 4.3 Financiën... 16 Bijlage 1 Activiteitenoverzicht... 19 1. Gemeentelijke organisatie... 20 2. Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven... 23 3. Bestaande bedrijven... 26 4. Bestaande woningen en bewoners... 30 5. Mobiliteit... 32 6. Duurzame energie... 34 7. Organisatie en communicatie... 37 3

4

1 Inleiding 1.1 Achtergrond Computer, TV, snelle auto, airconditioning, verre vliegvakantie; we willen of kunnen niet meer zonder. Dit heeft in de afgelopen decennia geleid tot een enorme stijging van het energieverbruik, met een toename van broeikasgassen zoals CO 2, in de atmosfeer. Was er enkele jaren geleden nog scepsis over de menselijke invloed op de opwarming van de aarde en zeespiegelstijging; inmiddels staat de aanpak van het klimaatprobleem nationaal en internationaal hoog op de agenda. Of het nu komt door An inconvenient truth, de film van Al Gore, steeds meer extreme weersomstandigheden of stijgende energieprijzen; iedereen ziet het belang van een stevig klimaatbeleid wel in. Het klimaatprobleem is een wereldwijd probleem. Dat vraagt om mondiale oplossingen. Wat heeft een gemeente daar mee te maken? Op internationaal niveau hebben landen afspraken gemaakt om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Nederland heeft zich hierbij aangesloten en de afspraken vertaald in nationaal beleid. De landelijke klimaatdoelstellingen kunnen alleen worden gehaald als rijksoverheid, bedrijven, provincies, gemeenten, maatschappelijke organisaties en burgers zich hier gezamenlijk voor inspannen. De gemeente Houten heeft al jarenlang een ambitieus klimaatbeleid en wil zich blijvend inzetten om een bijdrage te leveren. Het huidige klimaatbeleid loopt in 2008 af. Om deze reden hebben wij het Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid 2009-2012 opgesteld. Klimaatbeleid: adaptatie en mitigatie Klimaatbeleid gaat over adaptatie en mitigatie. Klimaatadaptatie wil zeggen het opvangen van de gevolgen van klimaatverandering, bijvoorbeeld meer ruimte creëren voor rivieren en grote hoeveelheden regenwater. Bij mitigatie gaat het om maatregelen die we kunnen treffen om uitstoot van broeikasgassen en de klimaatverandering te beperken. Dit uitvoeringsprogramma gaat alleen over mitigatie. Adaptatiebeleid is onderdeel van ons waterbeleid. 1.2 Klimaatverandering Dat de mens het klimaat beïnvloedt staat wel vast. Wat de precieze gevolgen zijn is nog steeds moeilijk te voorspellen. Op sommige plaatsen zal het warmer worden, op andere plaatsen juist kouder of natter of droger. De belangrijkste gevolgen van klimaatverandering op een rijtje: Zeespiegelstijging: bij de huidige stijging van het zeewaterniveau zal volgens voorspellingen het aantal mensen dat getroffen wordt door overstromingen toenemen van 13 naar 94 miljoen per jaar. De laatste honderd jaar is de zeespiegel tussen de 5 en 10 centimeter gestegen. De zwaarste klappen zullen vallen in ontwikkelingslanden, vooral in laaggelegen en droge tropische gebieden. Aantasting van ecosystemen: Klimaatverandering gaat gepaard met de verschuiving van klimaatzones. Sommige planten en dieren kunnen zich hieraan niet snel genoeg aanpassen en worden met uitsterven bedreigd. Klimaatverandering zal op een aantal plaatsen leiden tot meer droogte, met meer bosbranden en woestijnvorming als gevolg. Zoetwatertekort: een groot gedeelte van de wereldbevolking leeft in landen waar een tekort is aan schoon zoet water. Dit wordt, naarmate de wereldbevolking groeit, een groter probleem. Klimaatverandering zal het watertekort in diverse regio's, zoals het Midden-Oosten, de Sahel en Australië, alleen maar doen toenemen. Afname van landbouwproductiviteit: zeker in gebieden waar droogte door klimaatverandering toeneemt, zoals het Midden-Oosten en India. 5

Ook Nederland krijgt te maken met de gevolgen van klimaatverandering. Zo wordt de kans dat rivieren buiten hun oevers treden groter. Dat zal van invloed zijn op het ruimtegebruik. Verder heeft de stijging van de zeespiegel niet alleen gevolgen voor de kustbescherming, maar ook voor de landbouw en de natuur in de Waddenzee. Klimaatverandering vraagt om klimaatbeleid, maar ook vanwege het opraken van de fossiele energievoorraden (olie, gas, kolen) is actie hard nodig. Prognoses lopen uiteen, maar we weten dat de voorraden teruglopen. Ook daarom is de ontwikkeling van nieuwe duurzame energiebronnen van essentieel belang: toepassing van zonneboilers, zonnepanelen, warmtepompen en windmolens zijn ontwikkelingen die niet alleen vanwege hun klimaatneutrale karakter moeten worden toegepast, maar ook omdat we straks niet meer zonder kunnen. 1.3 Waarom dit plan Het klimaatbeleid van de gemeente is onderdeel van het milieubeleid. Voor de periode 2009-2012 stellen we een nieuw milieubeleidsplan, met nieuwe ambities, doelen en activiteiten op. Klimaatbeleid is een zodanig belangrijk onderdeel van ons milieubeleid, dat we het goed vinden om dit vast te leggen in een apart uitvoeringsprogramma. Met het vaststellen van dit uitvoeringsprogramma willen we: Een flinke impuls geven aan de uitvoering van ons klimaatbeleid; Gemeentebrede ambities en doelstellingen van het klimaatbeleid vastleggen; Ambities en doelen vertalen in concrete activiteiten; Verantwoordelijkheden en budgetten voor de uitvoering vastleggen. Door dit uitvoeringsprogramma nu op te stellen komen we in aanmerking voor een uitkering van het rijk in het kader van de stimuleringsregeling lokale klimaatinitiatieven (SLOK). 1.4 Totstandkoming van dit plan Dit plan is opgesteld in de periode van mei tot november 2008. Allereerst heeft gemeentebreed een discussie plaatsgevonden over onze ambities. College, management en medewerkers van een groot aantal afdelingen hebben hier een bijdrage aan geleverd. Daarnaast heeft ook de raad tijdens een discussiebijeenkomst meegedacht over de inhoud van het plan. Rond verschillende thema s zijn met de meest betrokken medewerkers de ambities uitgewerkt in concrete doelstellingen en activiteiten. Betrokken afdelingen zijn: Bouwzaken, Openbare Werken, Projectontwikkeling, Ruimtelijk Beleid, Welzijn, Communicatie en Facilitaire Zaken. Voorafgaand aan het opstellen van het nieuwe uitvoeringsprogramma hebben we het Plan van Aanpak klimaatbeleid 2004-2008 geëvalueerd. De belangrijkste conclusies die hieruit naar voren zijn gekomen, zijn: Klimaatbeleid is steeds meer geïntegreerd in beleid van andere afdelingen, maar voor een groot deel van de onderwerpen ligt de verantwoordelijkheid bij de afdeling Milieu. Integratie van klimaatbeleid in het werk van andere afdelingen blijft een punt van aandacht. We hebben binnen alle werkvelden van de gemeente gewerkt aan klimaatbeleid. Door deze brede aanpak hebben we veel kunnen doen, maar ruimte voor écht innovatieve projecten was er daardoor niet. We hebben veel losse projecten uitgevoerd. Nog meer aandacht voor structurele inbedding van klimaatbeleid in reguliere werkzaamheden is nodig. Van veel activiteiten is het lastig om het concrete resultaat, bijvoorbeeld de gerealiseerde CO 2 - reductie, in beeld te brengen. Waar dit wel mogelijk is rapporteren we sinds 2007 niet alleen over onze uitgevoerde activiteiten, maar brengen we ook de gerealiseerde CO 2 -reductie in beeld. We vinden het belangrijk om de daadwerkelijk behaalde resultaten ook in de toekomst te laten zien. Willen we als gemeente dat bedrijven, maatschappelijke organisaties en bewoners een bijdrage leveren aan het behalen van ambitieuze doelstellingen dan moeten we zelf nog vaker het goede voorbeeld geven. 6

1.5 Leeswijzer Het uitvoeringsprogramma is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 beschrijven we het beleidskader voor dit plan. We gaan in op internationaal, nationaal, provinciaal en gemeentelijk beleid dat relevant is voor ons klimaatbeleid. In hoofdstuk 3 is onze klimaatambitie vastgelegd en vertalen we deze ambitie in concrete doelen en activiteiten. Hierbij hebben we een indeling gemaakt in de volgende thema s: Gemeentelijke organisatie, Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven, Bestaande bedrijven, Bestaande woningen en bewoners, Mobiliteit, Duurzame energie en Organisatie en communicatie. Hoofdstuk 4 gaat in op de uitvoering van de beschreven activiteiten. Per activiteit gaan we in op de planning, personele inzet en kosten. Een uitgebreide beschrijving van alle activiteiten is opgenomen in de bijlage. 7

2 Beleidskader 2.1 Inleiding Voor het Houtense klimaatbeleid zijn diverse (beleids)ontwikkelingen van belang. Dit hoofdstuk beschrijft de meest relevante ontwikkelingen. We gaan in op nationaal en internationaal beleid en beschrijven relevant beleid op provinciaal en gemeentelijk niveau. Het Uitvoeringsprogramma Klimaatbeleid is gebaseerd op de beschreven beleidsontwikkelingen. 2.2 Internationaal beleid In 1992 werd in Rio de Janeiro het zogenoemde Raamverdrag klimaatverandering van de Verenigde Naties gesloten. De doelstelling van dit Klimaatverdrag is: "het stabiliseren van de concentratie van broeikasgassen in de atmosfeer op een zodanig niveau, dat een gevaarlijke menselijke invloed op het klimaat wordt voorkomen." Als aanvulling op het Klimaatverdrag werd in 1997 het Kyoto-protocol opgesteld. Industrielanden verbinden zich in het Kyoto-protocol om de uitstoot van broeikasgassen in 2008-2012 met gemiddeld 5% te verminderen ten opzichte van het niveau in 1990. Per land gelden uiteenlopende reductiepercentages. De VS moeten de uitstoot van broeikasgassen met 7% verminderen, Japan met 6% en de Europese Unie met 8%. De Europese Unie heeft vervolgens na onderling overleg de emissiereducties per lidstaat bepaald. De percentages lopen sterk uiteen: zo moet Luxemburg de uitstoot met 28% verminderen en mag Portugal de uitstoot met 27% verhogen. Voor Nederland geldt een reductiepercentage van 6%. Het is de bedoeling dat in 2009 een nieuw VN-Klimaatakkoord wordt gesloten. Nederland wil hierin een voortrekkersrol vervullen. 2.3 Rijksbeleid Schoon en zuinig: Nieuwe energie voor het klimaat Het Nederlandse klimaatbeleid is afgeleid van afspraken gemaakt in het Kyoto-protocol en Europees beleid. Het kabinet wil van Nederland een van de schoonste en zuinigste energielanden in Europa maken. In het werkprogramma Schoon en Zuinig: Nieuwe energie voor het klimaat beschrijft het kabinet de ambities voor onder andere energiebesparing, duurzame energie en opslag van CO 2 in de grond. Minister Cramer van VROM coördineert het project Schoon en Zuinig dat wordt uitgevoerd door zeven ministeries. De doelstellingen van dit programma zijn: De uitstoot van broeikasgassen, met name CO 2, in 2020 met 30% verminderen vergeleken met 1990. Het tempo van energiebesparing de komende jaren verdubbelen van 1% nu naar 2% per jaar. Het aandeel duurzame energie in 2020 verhogen van ongeveer 2% nu naar 20% van het totale energiegebruik. Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011 Het Rijk en de VNG hebben op 12 november 2007 het Klimaatakkoord Gemeenten en Rijk 2007-2011 ondertekend. Hiermee spraken gemeenten en het rijk af om zich gezamenlijk in te spannen voor een schoner, zuiniger en duurzamer Nederland en het realiseren van bovengenoemde doelstellingen uit het Rijksprogramma. De belangrijkste afspraken uit dit akkoord zijn hieronder weergegeven. Duurzame overheid. Het Rijk en de gemeenten geven zelf het goede voorbeeld voor een duurzamer Nederland. Doel van het Rijk is om in 2010 voor 100% duurzaam in te kopen. De gemeenten streven naar 75% duurzaam inkopen in 2010 en 100% in 2015. Duurzame energieproductie. Rijk en gemeenten gaan bevorderen dat het aandeel duurzame energie in 2020 op 20% komt. Dat betekent onder meer een verdubbeling van het vermogen van windenergie op land in 2011. Ook andere vormen van duurzame energie zoals biogas worden gestimuleerd en ondersteund. 8

Schone en zuinige mobiliteit. Het Rijk en de gemeenten gaan de verkrijgbaarheid van biobrandstoffen via bijvoorbeeld tankvoorzieningen en van alternatieve brandstoffen langs snelwegen en in de gemeentelijke omgeving vergroten. Energiezuinige gebouwde omgeving. Bij nieuwbouw en renovatie is een forse energiebesparing mogelijk. Rijk en gemeenten willen dat in 2020 de nieuwbouw klimaatneutraal is. Het energieverbruik in woningen en gebouwen moet dan met 50% zijn verlaagd. Het Rijk zal de EPC-norm (energieprestatiecoëfficiënt) de komende jaren stapsgewijs aanscherpen. Duurzame (agrarische) bedrijven. Gemeenten gaan bij periodieke controles energiebesparing prioriteit geven. Daarbij houden ze rekening met de deelname van bedrijven aan energieconvenanten. Het Rijk stimuleert investeringen in semi-gesloten kassen en andere innovatieve energiesystemen in de glastuinbouw. De gemeenten zorgen voor een voortvarende vergunningverlening voor duurzame en innovatieve energiesystemen. Klimaatbestendige leefomgeving. Extreme weersomstandigheden (hitte, droogte, wateroverlast) zullen vaker voorkomen. Rijk en gemeenten brengen de komende vier jaar gezamenlijk de maatregelen voor adaptatie in kaart. De uitwerking moet aansluiten bij de ruimtelijke en stedenbouwkundige ontwikkelingen, waterbeheer en gezondheidszorg binnen de gemeenten. 2.4 Provinciaal beleid Klimaat op Orde Het klimaatbeleid van de provincie Utrecht is vastgelegd in het programma Klimaat op Orde. Via dit programma zet de provincie enerzijds in op het aanpassen aan de gevolgen van klimaatverandering en anderzijds op het beperken van klimaatverandering. Als onderdeel van dit programma streeft de provincie er naar om een klimaatneutrale organisatie te worden. Inzet is een klimaatneutrale bedrijfsvoering in 2009, aangevuld met klimaatneutraal inkopen en aanbesteden in 2011. Via het project Klimaat op Kop wil de provincie 100 koploperorganisatie mobiliseren om dezelfde doelstellingen te bereiken. Gemeente Houten heeft op 17 september 2008 een intentieverklaring ondertekend om te streven naar een klimaatneutrale organisatie en is hiermee één van de eerste provinciale koplopers. Via de provincie zijn vanaf het najaar van 2008 diverse subsidies beschikbaar gericht op investeringen in energiebesparing en duurzame energie. Bestuursovereenkomst Landelijke Ontwikkeling Windenergie (BLOW) Op 10 juli 2001 hebben het Rijk, de provinciale besturen en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten afspraken gemaakt over de realisatie van 1.500 MW aan windvermogen op land. Deze taakstelling is verdeeld over alle provincies van Nederland en dient voor 2010 te zijn gerealiseerd. De provincie Utrecht heeft een inspanningsverplichting tot de realisatie van 50 MW. Conform de BLOW-afspraken en passend binnen het Streekplan steunt de Provincie vanaf eind 2004 initiatieven voor de realisatie van windenergie. De Houtense plannen voor windmolens langs de Veerwagenweg passen hier in. 2.5 Gemeentelijk beleid Milieubeleidsplan De huidige kaders van Houtense klimaatbeleid zijn vastgelegd in het milieubeleidsplan. In de periode 2004-2008 waren onze activiteiten gericht op ambities binnen thema s energie, mobiliteit en duurzaam bouwen en wonen. Begin 2009 wordt het huidige milieubeleidsplan geëvalueerd en een nieuw plan opgesteld. Het is een integraal onderdeel van het nieuwe milieubeleidsplan en tegelijkertijd vastgesteld door de gemeenteraad. Coalitieakkoord 2006-2010 In het coalitieakkoord en onderliggend actieprogramma geeft het college prioriteit aan duurzaamheid. Het college zet in op verdere uitvoering van het milieubeleidsplan en plan van aanpak klimaatbeleid, waarbij stimulering van duurzame energie en energiebesparing een speerpunt is. Specifiek wordt benoemd de realisatie van duurzame energie bij 50% van alle nieuw te bouwen woningen. 9

Overig beleid Klimaatbeleid is relevant voor en heeft raakvlakken met veel beleid binnen de gemeente en zou idealiter een onderdeel zijn van diverse (beleids)plannen. In veel gevallen is dat ook al zo. Voorbeelden van gerelateerde plannen zijn: Integraal Programma van Eisen voor Houten-Vinex, Beleidsplan Bovengrondse Infrastructuur, Rioleringsplan, Beleidsplan Openbare Verlichting, Accommodatiebeleid, Horecanotitie, Fietsactieprogramma Houten Demarreert, Inkoopbeleid, Aanbestedingsbeleid en Parkeerbeleid. 10

3 Ambitie, doelstellingen en activiteiten 3.1 Inleiding Wat is de ambitie van het Houtense klimaatbeleid en welke overwegingen spelen daarbij een rol? Dit beschrijven we in paragraaf 3.2. In paragraaf 3.3 gaan we in op de CO 2 -uitstoot in Nederland en Houten in relatie tot het effect van activiteiten. Vervolgens vertalen we onze ambitie in concrete doelstellingen en activiteiten voor de komende vier jaar. Hierbij komen in de paragrafen 3.4 tot en met 3.10 achtereenvolgens de volgende onderdelen van ons klimaatbeleid aan bod: Gemeentelijke organisatie Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven Bestaande bedrijven Bestaande woningen en bewoners Mobiliteit Duurzame energie Organisatie en communicatie In dit hoofdstuk geven we een korte beschrijving van alle activiteiten. In de bijlage is een activiteitenoverzicht opgenomen met een uitgebreide toelichting per activiteit. 3.2 Klimaatambitie Houten Bij het nadenken over onze gemeentelijke klimaatambitie hebben verschillende ideeën en overwegingen een rol gespeeld. Steeds meer gemeenten streven naar klimaatneutraliteit. Dit streven gaat verder dan alleen een klimaatneutrale eigen organisatie. In een klimaatneutrale gemeente leidt het energieverbruik binnen het eigen grondgebied per saldo niet tot uitstoot van CO 2 of andere broeikasgassen. Voorbeelden van gemeenten die dit nastreven zijn Den Haag, Groningen, Tilburg, Apeldoorn en Heerhugowaard. Gaat Houten mee in deze ontwikkeling? Willen we een uitspraak over een klimaatneutraal grondgebied in 2020, 2030 of later, of willen we vooral inzetten op haalbare doelstellingen voor de korte termijn? Als gemeente kunnen nog verder gaan dan klimaatneutraliteit. Cradle to Cradle is een nieuwe kijk op duurzaam ontwerpen, uitgebracht in een boek van William McDonough en Michael Braungart 'Cradleto-Cradle: Remaking the Way We Make Things'. De kern van Cradle to Cradle ligt in het concept afval is voedsel. Alle gebruikte materialen zouden na hun leven in het ene product, nuttig kunnen worden ingezet in een ander product. Cradle to Cradle is hot! Diverse gemeenten gaan er mee aan de slag. Houten staat bekend als koploper op gebied van klimaatbeleid. Het unieke verkeerssysteem van Houten waarin gebruik van de fiets centraal staat trekt nationaal en internationaal belangstelling. Ook staan we bekend om onze nieuwbouw. Door veel aandacht voor kwaliteit en een prettige leefomgeving is Houten een plek waar veel mensen willen wonen en waar bedrijven zich graag vestigen. Kunnen we in ons klimaatbeleid juist op die gebieden waar we goed in zijn een stapje extra zetten? Tegen de achtergrond van de beschreven overwegingen hebben wij onderstaande ambitie van ons klimaatbeleid voor de komende jaren geformuleerd. Ambitie Op het gebied van klimaatbeleid wil Houten koploper blijven. We richten ons op concrete doelstellingen voor de komende vier jaar. We willen een stevig en realistisch klimaatbeleid over de volle breedte en gaan een stapje verder op die onderdelen waar extra kansen liggen. Met goede en zichtbare resultaten binnen de eigen organisatie dragen we onze voorbeeldfunctie uit. 11

3.3 Reductie uitstoot broeikasgassen Met ons klimaatbeleid willen we zo concreet mogelijke resultaten boeken. Deze resultaten zouden we bijvoorbeeld kunnen uitdrukken in de behaalde CO 2 -emissiereductie (en reductie andere broeikasgassen). Dit is echter niet eenvoudig. Veel activiteiten gaan over advies en communicatie. Uiteindelijke leiden deze activiteiten wel tot een reductie van de CO 2 -uitstoot, maar deze reductie is niet of moeilijk te kwantificeren. Toch willen we zo veel mogelijk inzicht in concrete resultaten. Waar mogelijk willen we deze resultaten ook kunnen vergelijken met landelijke doelstellingen. Uit de Emissieregistratie weten we wat de totale CO 2 -uitstoot is in Nederland en ook in de gemeente Houten. CO 2 -uitstoot per jaar 2006 Nederland: 190.000 kton Houten: 160 kton Deze uitstoot geldt voor alle doelgroepen dus inclusief bewoners, bedrijven en verkeer en vervoer. De landelijke doelstelling uit het Programma Schoon en Zuinig bedraagt een reductie van de CO 2 - uitstoot van 30% ten opzicht van het niveau in 1990. Dit is een landelijke doelstelling die niet zomaar naar de gemeentelijke praktijk vertaald kan worden. In de ene gemeente is nu een maal veel meer reductie te behalen dan de andere, bijvoorbeeld omdat er veel meer capaciteit is voor plaatsing van windturbines. Bovendien is de CO 2 -uitstoot in een groeigemeente zoals Houten sinds 1990 juist flink gestegen, door de grote hoeveelheid woningen en bedrijven die zijn gebouwd. In een gemeente als Houten is een reductie van 30% ten opzichte van het niveau van 1990 dan ook niet realistisch. Wel kunnen we er naar streven dat de CO 2 -uitstoot niet verder toeneemt dan het niveau in 2006, en zelfs streven naar een afname van bijvoorbeeld 5-10%. Om inzichtelijk te maken of en hoe zo n reductie bereikt zou kunnen worden geven we in tabel 3.1 van enkele uitgevoerde activiteiten de CO 2 -emissireductie. Tabel 3.1 CO 2-emissiereductie van diverse activiteiten Uitgevoerde projecten CO 2-emissiereductie (ton/jaar) Zonnepanelen brandweerhuis 7 Uitgevoerde besparingsmaatregelen na uitvoering 65 energiescans bij bedrijven Spaarlampenacties voor bewoners 240 Warmtepompen bij nieuwbouwwoningen in Hofstad 260 Inkoop groene stroom gemeentelijke gebouwen en 2.000 andere aansluitingen Aansluiten woningen in Houten-Zuid op 5.400 warmtekrachtcentrale Totaal gerealiseerd ca. 8.000 ton Windturbines Veerwagenweg (gepland) 9.000 Uit bovenstaande tabel kunnen we opmaken dat het binnen Houten moeilijk is om grote reducties te bereiken. Zelfs als we een groot project als de winturbines realiseren hebben we nog pas een reductiepercentage van ca. 6% ten opzichte van het niveau in 2006. Van de meeste activiteiten is het - doordat deze gericht zijn op onderzoek, communicatie en advies - niet goed mogelijk om vooraf een potentiële emissiereductie te bepalen. Wel gaan we, zoals we dat al een aantal jaar doen, zoveel mogelijk bijhouden hoeveel CO 2 -emissiereductie jaarlijks wordt bereikt. 12

3.4 Gemeentelijke organisatie De activiteiten binnen het onderdeel gemeentelijke organisatie hebben betrekking op bestaande gebouwen, infrastructurele voorzieningen, verkeer en vervoer en duurzaam inkopen. Als gemeente die duurzaamheid hoog in het vaandel heeft, vinden we dat we op al deze terreinen het goede voorbeeld moeten geven. Wat willen we bereiken Binnen de gemeentelijke organisatie willen we het volgende bereiken: Een klimaatneutrale bedrijfsvoering vanaf 2011. Bij bestaande gebouwen en infrastructurele voorzieningen uitvoeren van alle energiemaatregelen die binnen 10 jaar zijn terugverdiend. Een 10% toename van het fiets- en OV-gebruik van en naar de gemeente door onze eigen medewerkers. Wat gaan we doen in de periode 2009-2012 De volgende activiteiten zijn gepland: 1.1 Realiseren klimaatneutrale gemeentelijke bedrijfsvoering. 1.2 Uitvoeren gemeentelijk bedrijfsvervoerplan gericht op stimuleren van fiets- en OV-gebruik. 3.5 Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven Dit onderdeel van het klimaatbeleid gaat over alle nieuwbouwontwikkelingen in Houten. In Houten- Vinex worden tot en met 2012 nog circa 2000 woningen opgeleverd. Bedrijventerrein de Meerpaal, met een totale omvang van 35 hectare, zal de komende jaren worden afgebouwd. Hetzelfde geldt voor bedrijventerrein De Schaft en Kantorenlocatie De Koppeling. Deze projecten zijn al in een ver gevorderd stadium. Besluitvorming en afspraken over duurzaamheid heeft vaak al plaatsgevonden. De doelstellingen van onderhavig klimaatbeleid zijn gericht op die plannen waarover nog wel besluitvorming moet plaatsvinden. Voorbeelden hiervan zijn de mogelijke bouw van extra woningen in bestaand gebied en de bouw van een extra sporthal. Ook is er nog een aantal gemeentelijke projecten gepland waarvan de realisatie van een VMBO school de belangrijkste is. Bij de projecten waarover nog besluitvorming plaatsvindt, streven we naar duurzaamheid en een energieprestatie die verder gaat dan de wet voorschrijft. Zonder dat we een hoge energieprestatie kunnen afdwingen, zullen we ontwikkelaars, architecten en woningstichting zoveel mogelijk stimuleren en waar mogelijk ondersteunen om energiezuinig te bouwen. Hierbij zullen we vooral de aandacht vestigen op maatregelen die snel kunnen worden terugverdiend en die de verkoopbaarheid of verhuurbaarheid van woningen en kantoren vergroten. Bij onze eigen gebouwen gaan we een stapje verder en willen we het goede voorbeeld geven. Alleen als we zelf laten zien dat energiezuinig en zelfs energieneutraal bouwen haalbaar is kunnen we dit overtuigend en geloofwaardig uitdragen naar andere partijen. Wat willen we bereiken Bij de nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven willen we het volgende bereiken: Bij nieuwe gemeentelijke gebouwen streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 20%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Bij alle woningbouw en utiliteitsbouw streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 10%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Realiseren van minimaal één gemeentelijk gebouw als innovatief, energieneutraal voorbeeldproject. Realiseren van een innovatief woningbouwproject met minimaal 50 energieneutrale woningen. 13

Wat gaan we doen Om bovenstaande doelstellingen te bereiken zijn de volgende activiteiten gepland: 2.1 Interne werkafspraken energiezuinige nieuwbouw. 2.2 Externe communicatie over energiezuinig bouwen. 2.3 Advisering over en stimulering van energiezuinige nieuwbouw. 3.6 Bestaande bedrijven Binnen het onderdeel bestaande bedrijven hebben we het over bedrijven, kantoren en andere instellingen, zoals zorgcentra en sportvoorzieningen waar de gemeente geen eigenaar van is. Het afgelopen decennium hebben we vooral veel aandacht gehad voor duurzaamheid bij de nieuwbouw van bedrijven en kantoren. De laatste jaren is deze aandacht ook verschoven naar bestaande bedrijven. Deze aandacht willen we vasthouden en versterken, want hier is veel winst te halen. Wat willen we bereiken Bij bestaande bedrijven willen we het volgende bereiken: Alle relevante bedrijven waarbij de gemeente bevoegd gezag is op basis van de Wet milieubeheer hebben een actuele vergunning dan wel voldoen aan het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer op het gebied van energiebesparing, vervoermanagement en/of overige broeikasgassen. Extra energiebesparing, toepassing van duurzame energie en/of aandacht voor vervoermanagement bij bedrijven en bedrijventerreinen. Wat gaan we doen De volgende activiteiten zijn gepland: 3.1 Aandacht voor klimaatbeleid bij vergunningverlening en handhaving. 3.2 Voorlichting aan bedrijven over energiebesparing, duurzame energie en vervoermanagement. 3.3 Actieve ondersteuning van bedrijven en bedrijventerreinen bij realiseren van klimaatdoelstellingen. 3.7 Bestaande woningen en bewoners Bij de nieuwbouw in Houten-Vinex is vanaf het begin veel aandacht geweest voor duurzaamheid. Er worden de komende jaren nog de nodige woningen gebouwd, maar we zullen meer en meer onze aandacht verleggen naar bestaande woningen. Daarbij richten we ons enerzijds op technische verbeteringen aan woningen en anderzijds op wat bewoners door aanpassing van hun gedrag kunnen bereiken. Wat willen we bereiken Bij bestaande woningen en bewoners willen we het volgende bereiken: Steeds meer bewoners hebben aandacht voor energiebesparing en vertonen energiezuinig gedrag. De bestaande woningvoorraad wordt steeds energiezuiniger. Wat gaan we doen Bij de bestaande woningbouw en richting bewoners gaan we de volgende activiteiten uitvoeren: 4.1 Subsidieregeling en duurzame leningen voor energiebesparing en duurzame energie. 4.2 Communicatie over energiebesparing en duurzame energie richting bewoners. 14

3.8 Mobiliteit Vanwege ons unieke verkeersysteem en verkeersbeleid is er continu aandacht voor maatregelen die het gebruik van fiets en openbaar vervoer stimuleren. Voorbeelden hiervan zijn uitvoering van het Fietsactieprogramma Houten demarreert, bouw van het treinstation Houten Castellum en realiseren van een busverbinding naar bedrijventerrein De Meerpaal. Vanuit het klimaatbeleid willen we nog meer doen om het gebruik van de fiets te stimuleren en het autogebruik te verminderen of zuiniger te maken. Wat willen we bereiken Binnen het onderdeel mobiliteit willen we het volgende bereiken: Afname van het autogebruik voor korte ritten. Brandstofbesparing en verduurzamen van verkeer en vervoer. Wat gaan we doen Om bovenstaande doelstellingen te bereiken gaan we onderstaande activiteiten uitvoeren. 5.1 Verbetering fietsparkeervoorzieningen en fietsgebruik positief onder de aandacht brengen. 5.2 Actieve communicatie richting bewoners over mobiliteit en milieu. 3.9 Duurzame energie Als gemeente hebben we sinds 2000 de doelstelling om 11% van de energie die binnen de gemeentegrenzen wordt gebruikt duurzaam op te wekken. Onder meer door vertraging in het windmolenproject bij de Veerwagenweg hebben we pas een klein deel van deze doelstelling bereikt. Ook is het (nog) niet mogelijk gebleken om te participeren in een regionale biomassacentrale. Toch willen we nog steeds inzetten op realisatie van duurzame energie binnen onze gemeentegrenzen. Wat willen we bereiken We zetten in op de volgende doelstelling: De kansen die er zijn om duurzame energie op te wekken binnen de eigen gemeentegrenzen worden benut. Wat gaan we doen In de nieuwbouw kunnen we een deel van onze duurzame energiedoelstelling bereiken, bijvoorbeeld door toepassing van zonnepanelen of warmtepompen. Daarnaast voeren we een aantal activiteiten uit die specifiek zijn gericht op realisatie van duurzame energie in Houten: 6.1 Realisatie windturbines Veerwagenweg 6.2 Realisatie innovatief voorbeeldproject duurzame energie 3.10 Organisatie en communicatie In de voorgaande paragrafen zijn alle inhoudelijke activiteiten beschreven die we gaan uitvoeren om de doelstellingen van ons klimaatbeleid te bereiken. Daarnaast gaan we ook aan de slag om de algemene organisatie van ons klimaatbeleid te versterken en meer draagvlak te creëren. Wat willen we bereiken Versterken van de organisatie van en draagvlak voor ons klimaatbeleid. Wat gaan we doen Om boventaande doelstelling te bereiken gaan we de volgende activiteiten uitvoeren: 7.1 Versterken organisatie en communicatie en klimaatbeleid 15

4 Uitvoering 4.1 Inleiding Dit hoofdstuk gaat over het over de uitvoering van het klimaatbeleid. Wanneer gaan we activiteiten uitvoeren, hoeveel tijd kost dit per afdeling en hoeveel kost de uitvoering van het klimaatbeleid. 4.2 Tijdsbesteding De uitvoering van het klimaatbeleid vraagt tijdsinzet van een groot aantal afdelingen. Een gedetailleerd overzicht van de tijdsbesteding van alle activiteiten is opgenomen in bijlage 1. Tabel 4.1 geeft een overzicht van de tijdsbesteding van alle betrokken afdelingen per jaar. De uitvoering kan plaatsvinden binnen de huidige formatie. 4.1 Tijdsbesteding klimaatbeleid per afdeling (in uren) Uren totaal 2009 2010 2011 2012 Personeel&Organisatie 36 36 36 36 Welzijn 96 76 76 76 Facilitaire Zaken 116 96 96 96 Openbare Werken 196 220 156 156 Bouwzaken 236 116 116 116 Projectontwikkeling 156 120 120 120 Ruimtelijk beleid 184 176 176 156 Sociale Zaken 16 16 0 0 Financiën (FAB) 16 16 0 0 Communicatie (BCJ) 80 80 80 80 Milieu 1054 1040 1010 970 Uren totaal 2186 1992 1866 1806 4.3 Financiën Aan de uitvoering van het klimaatbeleid zijn kosten verbonden. Deze kosten kunnen worden gedekt uit het budget energie en uit de uitkering die we krijgen in verband met de regeling Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK). Het eigen budget energie bedraagt 50.000 per jaar. De bijdrage uit SLOK is een eenmalige uitkering van 132.000. Deze uitkering kan worden aangevraagd nadat onderhavig plan door het college is vastgesteld. De verwachting is dat het volledige bedrag wordt toegekend. Het totale bedrag dat we beschikbaar hebben voor de periode 2009-2012 bedraagt 332.000,-. Dit geld wordt ingezet voor onderzoek, advies, communicatie en educatie. Tabel 4.2 geeft per onderdeel van het klimaatbeleid de verwachte kosten. Tabel 4.2 Kosten klimaatbeleid 2009-2012 Onderdeel Kosten Gemeentelijke organisatie 50.000,- Nieuwbouw 80.000,- Bestaande bedrijven 55.000,- Bestaande woningen en bewoners 40.000,- Mobiliteit 35.000,- Duurzame energie 50.000,- Organisatie en communicatie 10.000,- Onvoorziene/nieuwe activiteiten 22.000,- Kosten totaal 332.000,- Eventuele investeringen, bijvoorbeeld in eigen gebouwen, zijn niet opgenomen in bovenstaande begroting. Investeringen die nodig zijn om doelstellingen te behalen zullen gedurende de uitvoering van activiteiten inzichtelijk worden gemaakt. Indien dekking van investeringen uit bestaande middelen niet mogelijk is zal hiervoor aanvullend budget worden aangevraagd via de begroting. 16

In het kader van het klimaatbeleid gaan we onderzoeken of het mogelijk is een fonds in te richten voor woningeneigenaren en/of bedrijven, waaruit tegen een lage rente leningen kunnen worden verstrekt voor duurzame maatregelen. Hiervoor kunnen we aansluiten bij een regeling van het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting of mogelijk gebruik maken van het nog in te stellen Garantiefonds van de provincie. Als we dit gaan doen zal hiervoor een bedrag van ca. 100.000 moeten worden gereserveerd. Dit zal dan voor besluitvorming worden voorgelegd aan de raad. Vanuit de provincie zijn diverse subsidies beschikbaar voor investeringen in energiebesparing, duurzame energie en CO 2 -emissiereductie. Waar mogelijk zullen hier gebruik van maken. 17

18

Bijlage 1 Activiteitenoverzicht In deze bijlage is een overzicht opgenomen van activiteiten die we uitvoeren in de periode 2009-2012 in het kader van ons klimaatbeleid. Per activiteit wordt beschreven: Titel activiteit Doelstelling Resultaat Planning Externe kosten en dekking Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Prestaties i.v.m. uitkering uit de Stimuleringsregeling Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK) Onderstaand is een compleet overzicht van alle activiteiten opgenomen. Gemeentelijke organisatie 1.1 Realiseren klimaatneutrale gemeentelijke bedrijfsvoering 1.2 Uitvoeren bedrijfsvervoerplan Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven 2.1 Interne werkafspraken energiezuinige nieuwbouw 2.2 Externe communicatie over energiezuinige nieuwbouw 2.3 Advisering over en stimulering van energiezuinige nieuwbouw Bestaande bedrijven en kantoren 3.1 Aandacht voor klimaatbeleid bij vergunningverlening en handhaving 3.2 Voorlichting aan bedrijven over energiebesparing, duurzame energie en vervoermanagement 3.3 Actieve ondersteuning van bedrijven en bedrijventerreinen bij realiseren klimaatdoelstellingen Bestaande woningen en bewoners 4.1 Subsidieregeling en duurzame leningen voor energiebesparing en duurzame energie 4.2 Communicatie over energiebesparing en duurzame energie richting bewoners Mobiliteit 5.1 Verbetering fietsparkeervoorzieningen en fietsgebruik positief onder de aandacht brengen 5.2 Actieve communicatie richting bewoners over mobiliteit en milieu. Duurzame energie 6.1 Realisatie windturbines Veerwagenweg 6.2 Realisatie innovatief voorbeeldproject duurzame energie Organisatie en communicatie 7.1 Versterken organisatie en communicatie klimaatbeleid 19

1. Gemeentelijke organisatie 1.1 Realiseren klimaatneutrale gemeentelijke bedrijfsvoering Doelstelling Een klimaatneutrale bedrijfsvoering in 2011. Bij bestaande gebouwen en infrastructurele voorzieningen uitvoeren van alle energiemaatregelen die binnen 10 jaar zijn terugverdiend. Resultaten Vanaf (uiterlijk) 2011 hebben we een klimaatneutrale bedrijfsvoering. Een energiebesparing bij gemeentelijke aansluitingen van gemiddeld 4% per jaar. Aanpak De gemeente Houten wil het goede voorbeeld geven aan alle partijen binnen de gemeente, zoals bedrijven en bewoners. Om deze reden hebben wij een intentieverklaring ondertekend met de provincie om vanaf 2011 een klimaatneutrale bedrijfsvoering te realiseren. Hiermee zijn we één van de eerste provinciale koplopers binnen het provinciale project Op Kop. Binnen dit project vallen alle gemeentelijke onderdelen die energie verbruiken. De uitvoering zal plaatsvinden in twee aparte werkgroepen. Een werkgroep gericht op gebouwen, en een werkgroep gericht op installaties zoals openbare verlichting en gemalen. Om te komen tot een klimaatneutrale bedrijfsvoering gaan we onderstaande stappen doorlopen. 1. Bepalen van de CO 2 -uitstoot van gemeentelijke organisatie van 2008 (basisjaar). 2. Inventarisatie van mogelijke energiebesparende maatregelen. Inzet is uitvoering van alle maatregelen met een terugverdientijd binnen 10 jaar. 3. Inventarisatie van mogelijke toepassing van duurzame energie, zoals bijvoorbeeld zonneboilers op scholen. 4. Monitoring van het energieverbruik volgens eerder gemaakte afspraken. 5. Onderzoeken op welke wijze de resterende CO 2 -uitstoot zal worden gecompenseerd. Door uitvoering van maatregelen zal er in de loop der jaren steeds minder CO 2 -uitstoot worden gecompenseerd. 6. Vastleggen van alle uit te voeren activiteiten, planning, benodigde financiële middelen en dekking in Plan van aanpak klimaatneutrale bedrijfsvoering. 7. Besluitvorming over Plan van aanpak door directieteam en college (2009). 8. Uitvoering plan van aanpak in de periode 2009-2012. Bij de selectie van maatregelen (stap 2 en 3) hanteren we de volgende pijlers: 1. Niet meer dan nodig. Hierbij kan gedacht worden aan het (met respect voor de verkeers- of sociale veiligheid) verwijderen of dimmen van straatverlichting. Een ander voorbeeld is uitbereiding van het gebied, waar de hemelwaterafvoer afgekoppeld kan worden van de riolering, waardoor op de termijn de benodigde pompcapaciteit verminderd kan worden. 2. Zo zuinig als mogelijk Bij vervangingen kiezen voor de meest efficiënte toepassingen. Een voorbeeld is het voor alle bestaande gemeentelijke gebouwen onderzoeken of met betrekkelijk eenvoudige maatregelen de isolatie kan worden verbeterd. Ook kan gedacht worden aan toepassing van energiezuinige LEDverlichting en uitbreiding van het aantal gebouwen waar met behulp van elektronica (bijv. aanwezigheidsdetectie) het onnodig energieverbruik wordt teruggebracht. 3. Toepassen decentrale duurzame energieopwekking waar mogelijk. Bijvoorbeeld het toepassing van zonnepanelen en/of zonneboilers op gemeentelijke gebouwen en toepassing van warmtepompen met warmte-koude opslag bij nieuw te bouwen gebouwen. 4. Compenseren als andere maatregelen aanmerkelijk duurder zijn (daar waar het financieel of technisch niet mogelijk is om verdere energiebesparing te realiseren). Bij selectie van maatregelen kijken we niet alleen naar technische maatregelen, maar ook naar aanpassing van gedrag van medewerkers waarmee energie kan worden bespaard. We zullen communicatieactiviteiten en/of korte campagnes uitvoeren gericht op energiebesparing door de eigen medewerkers. De activiteiten die we uitvoeren gericht op reductie van autogebruik voor woon/werkverkeer en dienstreizen staan beschreven onder 1.2 uitvoeren gemeentelijk bedrijfsvervoerplan. 20

Planning Opstellen Plan van Aanpak klimaatneutrale bedrijfsvoering : 2009 Vaststellen plan van aanpak door MT en college: 2009 Uitvoering plan van aanpak: 2009-2012 Externe kosten en dekking Extern advies bij inventarisatie en selectie maatregelen: 40.000 (dekking SLOK) Kosten voor uitvoering van maatregelen worden vastgelegd in het plan van aanpak. Bij vaststelling hiervan vindt besluitvorming plaats over budgetten en dekking. Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Uren 2009 2010 2011 2012 Facilitaire Zaken 80 60 60 60 Welzijn 80 60 60 60 Openbare Werken 100 80 80 80 Milieu 180 80 80 80 Prestatie i.v.m. uitkering SLOK Bestaande gebouwen (innovatief niveau 1 ): Realiseren van energiebesparing van 4% per jaar. 100% opwekking en/of inkoop van duurzame energie (energieneutraal) Infrastructurele voorzieningen (innovatief niveau): Realiseren van energiebesparing van 4% per jaar. 100% opwekking en/of inkoop van duurzame energie (energieneutraal) 1 In de regeling Stimulering van Lokale Klimaatinitiatieven (SLOK) wordt per prestatie onderscheid gemaakt tussen drie ambitieniveaus: actief, voorlopend en innovatief. Hierbij is actief het laagste en innovatief het hoogste ambitieniveau. Bij alle activiteiten in dit overzicht is per prestatie steeds aangegeven om welke van de drie niveaus het gaat. 21

1.2 Uitvoeren gemeentelijk bedrijfsvervoerplan Doelstelling Een 10% toename van het fiets- en OV-gebruik van en naar de gemeente door onze eigen medewerkers. Resultaten Door uitvoering van het bedrijfsvervoerplan vindt alle werkgerelateerde vervoer van medewerkers op klimaatneutrale wijze plaats, dat wil zeggen zonder een netto toename van uitstoot van broeikasgassen. Aanpak Begin 2007 heeft het college het bedrijfsvervoerplan van de gemeente Houten vastgesteld. In 2008 is een start gemaakt met de uitvoering. In de periode 2009-2012 gaan we de volgende activiteiten uitvoeren: Doorlopend of periodiek uitvoeren van activiteiten uit het bedrijfsvervoerplan. Deze activiteiten zijn: deelname aan landelijke campagne fietsen scoort, aanpassing van de vergoedingen voor woon/werkverkeer en dienstreizen, uitvoeren van en proef met gebruik van een deelauto voor dienstreizen, stimuleren van het Nieuwe Rijden bij medewerkers, aanplant van een eigen klimaatbos om de CO 2 -uitstoot van onze dienstreizen te compenseren, compenseren van de resterende CO 2 -uitstoot via het HIVOS Klimaatfonds 2. Op het moment dat wij nieuwe activiteiten signaleren die aansluiten bij het vervoersplan zullen wij overwegen om deze uit te voeren. Ideeën die we nu al hebben zijn stimuleren van carpoolen en aandacht voor controle van de bandenspanning om het brandstofverbruik te verminderen. Andere ideeën kunnen wellicht halen uit de lijst met erkende vervoermaatregelen die bij het Activiteitenbesluit hoort. We maken een populaire versie van het huidige vervoersplan. Deze zetten we op de gemeentelijke website en kunnen we laten zien aan bedrijven die ook aan de slag gaan met vervoermanagement (zie activiteit 3.1). Jaarlijkse monitoring van de resultaten via het milieujaarverslag. We monitoren in ieder geval het percentage medewerkers dat voor woon/werkverkeer gebruik maakt van fiets of OV, het aantal dienstkilometers per auto en het brandstofverbruik van ons eigen wagenpark. In 2012 evalueren we het huidige bedrijfsvervoerplan en stellen we een nieuw plan op. Dit plan wordt voor besluitvorming voorgelegd aan directie en college. Planning Uitvoering huidige plan: 2009-2012 Opstellen nieuw plan: 2012 Externe kosten en dekking 10.000 voor uitvoering van het plan. Indien we een eigen klimaatbos realiseren bedragen de kosten voor aanleg ca. 10.000. Alle kosten worden gedekt uit het budget energie. De kosten voor eventueel beheer van het klimaatbos kunnen worden gedekt uit bestaande budgetten voor groenbeheer. Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Uren 2009 2010 2011 2012 P&O 20 20 20 20 Facilitaire zaken 20 20 20 20 Openbare werken 40 40 0 0 Milieu 40 40 40 40 Prestatie i.v.m. uitkering SLOK 5% besparing fossiele brandstoffen en/of inkoop duurzame brandstoffen (actief niveau). 2 Het Hivos Klimaatfonds biedt organisaties de mogelijkheid om hun CO2 uitstoot te compenseren door te investeren in (duurzame) energieprojecten in ontwikkelingslanden. 22

2. Nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven 2.1 Interne werkafspraken energiezuinige nieuwbouw Doelstelling Bij nieuwe gemeentelijke gebouwen streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 20%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Bij alle woningbouw en utiliteitsbouw streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 10%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Realiseren van minimaal één gemeentelijk gebouw als innovatief, energieneutraal voorbeeldproject. Realiseren van een innovatief woningbouwproject met minimaal 50 energieneutrale woningen. Resultaten Beperken van de toename van de CO 2 -uitstoot door nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven. Aanpak Om ambitieuze energiedoelstellingen te bereiken moet in elk fase van het proces aandacht zijn voor energiebesparing. Momenten waarop we alert moeten zijn, zijn bijvoorbeeld gronduitgifte, stedenbouwkundig ontwerp, gebouwontwerp, aanbestedingen, controle van bouwvergunning en uitvoering op de bouwplaats. Deze aandacht is er nu al wel, maar het is goed om de huidige afspraken tegen het licht te houden en nieuwe en aangepaste afspraken voor de komende jaren vast te leggen. Om onze doelstellingen te bereiken gaan we het volgende doen: We brengen alle stappen in het bouwproces van nieuwbouw in kaart en beschrijven bij elk stap welke aandacht er voor energieprestaties moet zijn. We maken afspraken met de relevante afdelingen over de wijze waarop we het behalen van afgesproken energiedoelstellingen kunnen waarborgen. We brengen de taken en verantwoordelijkheden van medewerkers en afdelingen in kaart. Er vindt regelmatig overleg plaats tussen de betrokken afdelingen om ons er van te verzekeren dat de gemaakt afspraken worden uitgevoerd, ervaringen uit te wisselen en vragen over en weer te beantwoorden. We zoeken nog uit of het handig is om dit overleg in te passen in een bestaand overleg of dat hiervoor een apart overleg wordt ingesteld. Planning Start: 2009, daarna doorlopend. Externe kosten en dekking Geen Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Uren 2009 2010 2011 2012 Bouwzaken 40 32 32 32 Projectontwikkeling 40 32 32 32 Milieu 60 40 40 40 Prestatie i.v.m. uitkering SLOK Nieuwbouw gemeentelijke gebouwen: realiseren met een met 20% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw woningen: realiseren van woningen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw utiliteitsgebouwen: realiseren van utiliteitsgebouwen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Handhaving EPC: Toetsing van EPC-berekeningen en toezicht op de EPC op de bouwplaats bij 90% van de vergunningen (innovatief niveau). 23

2.2 Externe communicatie over energiezuinig bouwen Doelstelling Bij nieuwe gemeentelijke gebouwen streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 20%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Bij alle woningbouw en utiliteitsbouw streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 10%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Realiseren van minimaal één gemeentelijk gebouw als innovatief, energieneutraal voorbeeldproject. Realiseren van een innovatief woningbouwproject met minimaal 50 energieneutrale woningen. Resultaten Beperken van de toename van de CO 2 -uitstoot door nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven. Aanpak In verschillende fasen van het bouwproces is informatie nodig over mogelijkheden om energiezuinig te bouwen of duurzame energie toe te passen. We gaan hiervoor verschillende voorlichtingsmaterialen ontwikkelen. Aandachtspunten hierbij zijn: De informatie hierover is gericht op diverse doelgroepen waaronder projectontwikkelaars, architecten een aannemers. We inventariseren eerst welke informatiebehoefte er is in welke fase van het bouwproces (afstemming met activiteit 2.1). We maken voorlichtingsmaterialen die eenvoudig en met weinig kosten kunnen worden aangepast. Door onder meer stijgende energieprijzen, ontwikkelingen m.b.t. subsidieregelingen en ontwikkelen van nieuwe technieken kan informatie snel verouderd zijn. Bij voorlichtingsmaterialen richten we ons met name op de positieve kant van energiemaatregelen, zoals bijvoorbeeld lagere woonlasten en comfortverhoging. Communicatie gaat niet alleen over papierwerk. We gaan ook op zoek naar andere vormen om partijen enthousiast te maken, bijvoorbeeld bezoeken van voorbeeldprojecten, of organiseren van discussiebijeenkomsten. Planning Start in 2009 daarna doorlopend Externe kosten en dekking Voor ontwikkelen communicatiemiddelen 5.000 per jaar. Totaal 20.000,-. Dekking uit SLOK. Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Uren 2009 2010 2011 2012 Bouwzaken 24 16 16 16 Projectontwikkeling 24 16 16 16 Milieu 40 40 40 40 Prestatie i.v.m. uitkering SLOK Nieuwbouw gemeentelijke gebouwen: realiseren met een met 20% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw woningen: realiseren van woningen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw utiliteitsgebouwen: realiseren van utiliteitsgebouwen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Handhaving EPC: Toetsing van EPC-berekeningen en toezicht op de EPC op de bouwplaats bij 90% van de vergunningen (innovatief niveau). 24

2.3 Advisering over en stimulering van hoge energieprestaties nieuwbouw Doelstelling Bij nieuwe gemeentelijke gebouwen streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 20%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Bij alle woningbouw en utiliteitsbouw streven naar een aanscherping van de energieprestatie uit het Bouwbesluit met 10%, waarbij we in ieder geval inzetten op die maatregelen die binnen 10 jaar worden terugverdiend. Realiseren van minimaal één gemeentelijk gebouw als innovatief, energieneutraal voorbeeldproject. Realiseren van een innovatief woningbouwproject met minimaal 50 energieneutrale woningen. Resultaten Beperken van de toename van de CO 2 -uitstoot door nieuwbouw van woningen, utiliteitsgebouwen en bedrijven. Aanpak Op verschillende momenten in het bouwproces is advies nodig op welke wijze energiebesparing of toepassing van duurzame energie mogelijk is. Dit advies is vooral gericht op partijen als projectontwikkelaars en architecten. Ook willen we vaak weten wat het effect van maatregelen is op de EPC en wat de terugverdientijd is van maatregelen. In de werkafspraken (activiteit 2.1) kunnen we beschrijven op welk moment welk advies zinvol kan zijn. Het is niet de bedoeling dat wij voor architecten of ontwikkelaars EPC gaan voorrekenen, maar we moeten wel hun ideeën kunnen beoordelen en mee kunnen denken over mogelijkheden. Voor deze werkzaamheden zullen we gebruik maken van een externe adviseur. Per bouwproject gaat het vaak om een korte adviesopdracht. Gezien de hoeveelheid projecten kunnen er veel korte adviesopdrachten per jaar zijn. Het is daarom handig om een raamcontract af te sluiten met een adviesbureau, zodat we gedurende langere tijd van een vast bureau gebruik kunnen maken. Voor de selectie van een bureau zal een openbare aanbestedingsprocedure worden opgestart. In het kader van deze activiteit gaan we ook onderzoeken via welke financiële prikkels we partijen kunnen stimuleren om energiezuinig te bouwen, bijvoorbeeld via aanpassing van de grondprijs. Planning Start in 2009 en daarna doorlopend. Externe kosten en dekking 60.000 dekking uit budget energie Betrokken afdelingen en tijdsbesteding Uren 2009 2010 2011 2012 Projectontwikkeling 60 40 40 40 Bouwzaken 40 40 40 40 Milieu 160 160 160 160 Prestatie i.v.m. uitkering SLOK Nieuwbouw gemeentelijke gebouwen: realiseren met een met 20% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw woningen: realiseren van woningen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Nieuwbouw utiliteitsgebouwen: realiseren van utiliteitsgebouwen met een 10% verscherpte EPC (actief niveau). Handhaving EPC: Toetsing van EPC-berekeningen en toezicht op de EPC op de bouwplaats bij 90% van de vergunningen (innovatief niveau). 25