Docentenhandleiding bij Basisboek Pinnacle Studio 11 ISBN 978 90 5905 135 5
2 1. Introductie De cursushandleiding gaat uit van een lessenschema dat bestaat uit negen punten. Deze punten zijn in drie groepen verdeeld. In principe ziet een cursusbijeenkomst er als volgt uit: A Inleiding B Instructie C Afsluiting 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. 1. De informatie (leerstof) aanbieden. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten gevraagde handelingen laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties. 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Het schema wordt van begin tot eind stap voor stap doorlopen. De stappen B1 tot B4 worden steeds herhaald, dat wil zeggen dat de leerstof steeds in kleine delen wordt aangeboden (B1). Er zullen dus vele momenten zijn waarop de cursist hulp nodig kan hebben (B2). Daaruit volgt ook dat tijdens een cursusbijeenkomst cursisten meerdere handelingen aanleren die ze kunnen demonstreren (B3), waarop de cursusleider kan reageren met goedkeuring of eventueel noodzakelijke corrigerende opmerkingen (B4). Op de volgende pagina vindt u nogmaals het schema aangevuld met extra informatie om de inhoud en het waarom van elke stap te verduidelijken. De uitwerking van de zes cursusbijeenkomsten wordt namelijk binnen dit schema gegeven. Reserveer voor: de Inleiding 10-15% de Instructie 60-70% de Afsluiting 20-25% van de beschikbare tijd.
3 Lesschema A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. De cursusleider kan om stilte verzoeken, de deur dichtdoen, een aankondiging op het bord schrijven of op een andere manier de aandacht op zijn persoon en de komende les richten. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Voor cursist en leraar is het van belang precies te weten wat de gewenste resultaten voor een les zijn. De werkhouding van de cursist tijdens de les is er van afhankelijk of bijvoorbeeld de behandelende stof herkend moet worden, uit het hoofd geleerd moet worden, of toegepast moet kunnen worden. Alleen maar noemen van onderwerpen die behandeld gaan worden is onvoldoende. De docent moet dit in begrijpelijke termen doen. 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. De docent moet in het begin van de les zorgen dat de nieuwe informatie aansluit op en voortbouwt op eerder verworven begrippen en regels. De betreffende kennis van de cursisten moet dan eerst opgehaald (geactiveerd) worden. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. De kern van het onderwijsleerproces is het aanbieden van de informatie door de docent of door het studieboek. 2. De cursisten helpen bij het leren. De docent blijft tijdens het leerproces niet op zijn plaats maar is bezig de verrichtingen van de cursisten te observeren en waar nodig te ondersteunen. De toegepaste didactische opvatting kan worden gekenschetst als begeleid ontdekkend leren. 3. Cursisten de gevraagde handeling laten tonen. Het gaat hier niet om het controleren of de cursisten hun huiswerk hebben gedaan, maar om een oefenmogelijkheid voor het uitvoeren van de gewenste (eind)handeling. Een gerichte vraag geeft de cursist de mogelijkheid om zichzelf en de docent te tonen dat hij of zij het weet of kan. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties. Het geven van informatie over de getoonde prestaties aan cursisten is informatief en versterkend. Terugkoppeling van informatie over de uitvoering van de handeling van de lerende gaat in vele gevallen vanzelf: het werkt of het werkt niet. Terugkoppeling moet in ieder geval informatie geven over de correctheid van het uitvoeren van de handelingen die tijdens het leren zichtbaar zijn.
4 C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). De bedoeling van deze gebeurtenis is vast te stellen of de cursist het leerdoel heeft bereikt en of hij of zij met zekerheid de gewenste eindhandelingen kan uitvoeren. Voor dit doel zijn verschillende toetsingsvormen mogelijk: bijvoorbeeld een opdracht uitvoeren of een opgave maken. Ze hoeven niet allemaal op hetzelfde tijdstip te worden afgenomen. Uiteraard behoort de toets afgestemd te zijn op de gestelde leerdoelen. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Deze laatste stap is gericht op het bevorderen van het beklijven op de wat langere termijn. Daarom dienen deze aanwijzingen lesoverstijgend te zijn en gericht op het zichtbaar maken van cursusverbanden. 2. Voorkennis Voor deze cursus wordt verondersteld dat de cursisten beschikken over basisvaardigheden Windows. Als zij daar nog niet over beschikken, kunnen zij het beste één van de volgende boeken doornemen: Basisboek Windows Vista deel 1 Studio Visual Steps ISBN 978 90 5905 384 7 Windows Vista voor senioren deel 1 Studio Visual Steps ISBN 978 90 5905 035 8 Basisboek Windows XP Addo Stuur ISBN 978 90 5905 311 3 Windows XP voor senioren Addo Stuur ISBN 978 90 5905 331 1
5 3. Algemeen Technische zaken als het op de juiste wijze geïnstalleerd zijn van Windows Vista / Windows XP en Pinnacle Studio 11, Pinnacle Studio Plus 11 of Pinnacle Studio Ultimate. Daarnaast hebben de cursisten voor hoofdstuk 12 een digitale videocamera nodig en een computer met een Firewire, IEE1394 of i-link aansluiting. 4. Referenties E. Warries en J.M. Pieters Inleiding Instructietheorie Swets en Zeitlinger B.V. Amsterdam/Lisse 1992 J. Molter en A. Borg Onderwijs en leerpsychologie Intro Nijkerk 1990 5. Overzicht van de cursusbijeenkomsten De cursusopzet bestaat uit 6 bijeenkomsten, waarbij gebruik wordt gemaakt van hoofdstuk 1 t/m 13 uit Basisboek Pinnacle Studio 11. Les 1 Hoofdstuk 1 Installeren van Pinnacle Studio Hoofdstuk 2 Kopiëren van het oefenmateriaal Hoofdstuk 3 Videoscènes monteren Les 2 Hoofdstuk 4 Videoscènes trimmen Hoofdstuk 5 Videoscènes bewerken Hoofdstuk 6 Titels en overgangen Les 3 Hoofdstuk 7 Werken met geluid Hoofdstuk 8 Schijfmenu s Les 4 Hoofdstuk 9 Het snelle werken met SmartMovie Hoofdstuk 10 Speciale effecten van Studio Plus Les 5 Hoofdstuk 11 Aan de slag met uw camera Hoofdstuk 12 Binnenhalen van videomateriaal Les 6 Hoofdstuk 13 Een film maken
6 6. Informatie voor docenten Tijdens de cursusbijeenkomsten zal de cursist een aantal lessen na elkaar bezig zijn met een oefenproject. Daarvoor worden oefenbestanden gebruikt die meegeleverd worden op de cd-rom van het Basisboek Pinnacle Studio 11. Tussentijds wordt het project opgeslagen. De oefenbestanden die in een project gebruikt worden en de bewerkingen daarop, worden als koppelingen opgeslagen in het projectbestand. Zolang het project nog niet is geëxporteerd (bijvoorbeeld op band gezet of op dvd is gebrand) mogen de originele bestanden waarnaar gekoppeld is, niet verwijderd worden van de oorspronkelijke locatie. Bij het geven van een cursus over digitale videobewerking let u op de volgende punten: Als de cursist de oefenbestanden en het project waaraan gewerkt wordt, opslaat op de vaste schijf van de cursuscomputer, mag deze vaste schijf van de cursuscomputer niet geschoond worden. Bij sommige opleidingsinstituten is dit de gewoonte. Informeer hier zo nodig naar bij de systeembeheerder. Laat zo nodig een aparte externe vaste schijf gebruiken voor het opslaan van grote videobestanden om eventuele problemen met tekort aan geheugenruimte op de vaste schijf te voorkomen. Videobewerking stelt hoge eisen aan de computer. Ga altijd na of de cursuscomputers ruim voldoen aan de systeemeisen die het videobewerkingsprogramma aan de pc stelt.
7 Les 1 (Hoofdstuk 1, 2 en 3) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Hoofdstuk 1 Installeren van Pinnacle Studio Om met dit boek te kunnen werken, moet Pinnacle Studio versie 11, Pinnacle Studio Plus versie 11 of Pinnacle Studio Ultimate versie 11 op uw computer staan. In deze bijeenkomst leert u hoe u Pinnacle Studio installeert op uw pc en aan welke systeemvereisten uw computer moet voldoen om probleemloos met deze software te kunnen werken. De ontwikkelingen rond digitale videobewerking gaan enorm snel. Daarom brengen de makers van Pinnacle Studio regelmatig software-aanvullingen uit met verbeteringen voor het programma. Op deze manier kan rekening gehouden worden met bijvoorbeeld nieuwe types videocamera s of dvd-branders. Ook worden hierin eventuele foutjes in de software gecorrigeerd. Deze softwareaanvullingen worden updates genoemd. De updates worden genummerd. De laatste update-versie ten tijde van het schrijven van dit boek is versie 11.1.1, maar er zullen ongetwijfeld nieuwe updates verschijnen. In deze bijeenkomst leert u hoe u kunt controleren of u de laatste update-versie heeft geïnstalleerd. Daarna wordt beschreven hoe u zo n update kunt downloaden en installeren. Hoofdstuk 2 Kopiëren van oefenmateriaal In dit boek gebruikt u allerlei materiaal om mee te oefenen, zoals een ongemonteerde video, muziek en een stem voor een zogenaamde voice-over. Op deze manier kunt u stap voor stap de verschillende mogelijkheden van montage proberen. Dit oefenmateriaal staat op de cd-rom dit bij dit boek hoort.
8 Hoofdstuk 3 Videoscènes monteren Als u met uw eigen videomateriaal aan de slag gaat, zal de volgorde van werken meestal zijn: uw video opnemen met uw camera; de video inlezen op uw computer; de video bewerken tot een film op uw computer; de film bewaren op een band of cd/dvd. In deze cursus start u niet met het inlezen van uw eigen materiaal, maar gaat u direct aan de slag met het bewerken van een oefenvideo. Op die manier leert u werken met alle belangrijke functies van Pinnacle Studio. Omdat u de oefenvideo gebruikt, kunt u precies de bewerkingen uitvoeren die in dit boek worden beschreven en komen alle schermafbeeldingen overeen met wat u op uw eigen beeldscherm ziet. Tijdens een bewerking een foutje maken, is geen probleem, want het is slechts oefenmateriaal. Uiteraard wordt het binnenhalen van uw eigen videomateriaal wel uitgebreid behandeld. Dat komt in bijeenkomst 12 aan bod. Voor het bewerken van een video heeft Pinnacle Studio veel mogelijkheden. Zo kunt u speciale effecten, geluid en muziek toevoegen. Ook kunt u de verschillende scènes van uw film op diverse manieren bijsnijden. Voordat u dat doet, gaat u de losse scènes van uw film in de juiste volgorde achter elkaar monteren. Het komt namelijk niet vaak voor dat u alles precies in de goede volgorde filmt. In deze bijeenkomst maakt u kennis met de verschillende hoofdonderdelen van Pinnacle Studio. In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) wat de systeemvereisten voor Pinnacle Studio (Plus/Ultimate) versie 11 zijn; hoe u Pinnacle Studio installeert; hoe u controleert of er een update is; hoe u een update downloadt en installeert. het oefenmateriaal kopiëren van de cd-rom naar de vaste schijf van uw computer. Pinnacle Studio starten; een videobestand openen; met het Album werken; met het Filmvenster werken; scènes selecteren; scènes monteren; een videoproject opslaan.
9 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Omdat dit de eerste bijeenkomst is, kunt u niet terugwijzen naar de vorige bijeenkomst. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Hoofdstuk 1 - Pagina s 15-33. Hoofdstuk 2 - Pagina s 39-41. Hoofdstuk 3 - Pagina s 43-68. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties. C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Hoofdstuk 1 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 34 t/m 38. lesstof: Hoofdstuk 2 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 42. Hoofdstuk 3 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 69 t/m 76.
10 Les 2 (Hoofdstuk 4, 5 en 6) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Hoofdstuk 4 In de vorige bijeenkomst heeft u de scènes van de oefenfilm in de juiste volgorde gemonteerd. Maar daarmee bent u er nog niet. Sommige scènes zijn te lang en dat komt het kijkplezier niet ten goede. In deze bijeenkomst leert u hoe u de verschillende scènes van de oefenfilm bij kunt snijden, oftewel trimmen. Door te trimmen, kunt u ervoor zorgen dat het tempo en het ritme van de film verbeteren. Zo kunt u een mooi, soepel lopend geheel maken, dat u aan iedereen kunt laten zien. Pinnacle Studio heeft allerlei opties en gereedschappen die het u gemakkelijk maken uw film te trimmen. Met een paar simpele muishandelingen kunt u scènes bijsnijden. Hoofdstuk 5 In de vorige bijeenkomst heeft u de verschillende videoscènes op de juiste lengte gesneden. Toch zijn sommige scènes nog niet helemaal goed. Een scène kan te licht, te donker of onscherp zijn, of teveel van een bepaalde kleur in zich hebben. Pinnacle Studio heeft verschillende mogelijkheden om de kwaliteit van videoscènes te verbeteren. U kunt met een simpele muishandeling bijvoorbeeld een scène lichter maken. Ook biedt Pinnacle Studio u de mogelijkheid om speciale effecten aan een scène toe te voegen. Zo kunt u bijvoorbeeld een scène in reliëf laten afbeelden. Ook kunt u scènes vertraagd of versneld laten afspelen. Met Pinnacle Studio hoeft u het niet bij bewegende beelden te laten. U kunt ook een stilstaand beeld uit een film halen en als foto opslaan.
11 Hoofdstuk 6 Het resultaat van uw montagewerk kunt u zonder verdere toevoegingen al aan anderen laten zien. Toch kunt u de film nog een stuk interessanter en mooier maken, bijvoorbeeld door speciale overgangseffecten en titels toe te voegen. Overgangseffecten zijn speciale beeldeffecten die u tussen verschillende scènes in kunt zetten. Het zijn een soort animaties die er voor zorgen dat een scène soepel overloopt in de volgende scène. Overgangseffecten zijn niet alleen mooi; ze kunnen ook heel functioneel zijn. Als u zelf een film heeft gemaakt, weet u waar de film over gaat. Toch kan het handig zijn om titels toe te voegen aan het begin of einde van een film, bijvoorbeeld de naam van de gebeurtenis en de plaats waar het zich afspeelt. Pinnacle Studio heeft een hele verzameling vaste titels waar u uit kunt kiezen. U kunt ook zelf uw titels ontwerpen. Behalve bewegende beelden kunt u ook stilstaande beelden aan een film toevoegen. Een stilstaand beeld kunt u gebruiken als achtergrond voor een titel. In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) een project openen; met de tijdlijn werken; scènes invoegen; scènes trimmen; scènes verbeteren; speciale effecten aan scènes toevoegen; bewerkingen ongedaan maken; scènes vertraagd of versneld afspelen; een foto uit een film halen; stilstaande beelden invoegen; titels invoegen; speciale overgangseffecten invoegen.
12 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Breng in het kort de leerstof van de vorige bijeenkomst in herinnering. wat de systeemvereisten voor Pinnacle Studio (Plus/Ultimate) versie 11 zijn; hoe u Pinnacle Studio installeert; hoe u controleert of er een update is; hoe u een update downloadt en installeert. het oefenmateriaal kopiëren van de cd-rom naar de vaste schijf van uw computer. Pinnacle Studio starten; een videobestand openen; met het Album werken; met het Filmvenster werken; scènes selecteren; scènes monteren; een videoproject opslaan. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Hoofdstuk 4 - Pagina s 77-102. Hoofdstuk 5 - Pagina s 107-123. Hoofdstuk 6 - Pagina s 127-154. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties. C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Hoofdstuk 4 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 103 t/m 106. lesstof: Hoofdstuk 5 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 124 t/m 125. Hoofdstuk 6 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 155 t/m 159.
13 Les 3 (Hoofdstuk 7 en 8) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Hoofdstuk 7 Veel mensen die met videofilmen aan de slag gaan, richten zich voornamelijk op de kwaliteit van het beeld. Het geluid komt meestal op de tweede plaats. Toch speelt geluid een belangrijke rol bij film. Het voegt extra sfeer toe aan de beelden en het biedt ook een extra mogelijkheid om informatie door te geven. Bovendien kan geluid dienen als een bindmiddel voor de diverse scènes. Dan ontstaat een soepel lopend geheel van beeld en geluid. In Pinnacle Studio kunt u verschillende soorten geluid toevoegen aan uw film. Speciaal daarvoor zijn er verschillende geluidssporen beschikbaar. In ieder spoor kunt u een ander soort geluid zetten. De geluiden in de verschillende sporen kunt u mixen. Zo kunt u het oorspronkelijke geluid dat u opgenomen heeft bij de film, vermengen met muziek en speciale geluidseffecten. Ook kunt u een zogenaamde voice-over opnemen. Dat is een stem die commentaar levert op wat er in de filmbeelden te zien is. U kunt deze geluiden opnemen vanuit vele verschillende bronnen. Bijvoorbeeld vanuit een geluidsbestand op de vaste schijf, maar ook vanaf een audio-cd of rechtstreeks met een microfoon waarin u tekst inspreekt. Hoofdstuk 8 Na de introductie van dvd s en video-cd s, is het interactief film kijken gemeengoed geworden. Dvd s en video-cd s bieden de kijker de mogelijkheid om direct naar een bepaalde plek op de cd of naar een bepaalde optie te springen. U kunt bijvoorbeeld een bepaalde scène bekijken of een ondertiteling in een bepaalde taal kiezen. Het kiezen gebeurt met behulp van een menu, schijfmenu genaamd. Een schijfmenu is te vergelijken met een menu zoals u dat ook tegenkomt in Windows. Door op één van de opties te klikken, kunt u in Windows een bepaald programma laten starten. Bij een dvd of video-cd springt u naar het aangegeven gedeelte op de schijf, dat vervolgens wordt afgespeeld. In Pinnacle Studio kunt u nu zelf deze schijfmenu s maken voor uw dvd of video-cd. Zo kunt u bijvoorbeeld verschillende films op een schijf zetten - bijvoorbeeld een vakantiefilm en een verjaardagsfilm - en daar vervolgens een menu aan toevoegen. Kijkers kunnen zelf de gewenste film kiezen.
14 In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) originele bestanden bewerken; geluidseffecten toevoegen; een voice-over toevoegen; achtergrondmuziek toevoegen; werken met Scorefitter; geluid mixen; schijfmenu s selecteren en invoegen; een schijfmenu afspelen; werken met een dvd-speler; schijfmenu s verwijderen; zelf schijfmenu s maken. 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Breng in het kort de leerstof van de vorige bijeenkomst in herinnering: een project openen; met de tijdlijn werken; scènes invoegen; scènes trimmen; scènes verbeteren; speciale effecten aan scènes toevoegen; bewerkingen ongedaan maken; scènes vertraagd of versneld afspelen; een foto uit een film halen; stilstaande beelden invoegen; titels invoegen; speciale overgangseffecten invoegen. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Hoofdstuk 7 - Pagina s 161-193. Hoofdstuk 8 - Pagina s 205-222. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties.
15 C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Hoofdstuk 7 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 194 t/m 204. lesstof: Hoofdstuk 8 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 223 t/m 226.
16 Les 4 (Hoofdstuk 9 en 10) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Hoofdstuk 9 Om snel een videofilm te maken, kunt u gebruikmaken van de functie SmartMovie van Pinnacle Studio. Met deze functie kunt u heel snel door Pinnacle Studio een film laten maken op basis van een aantal gekozen videoclips en een muziekstuk. Daarbij kunt u kiezen voor een aantal uiteenlopende stijlen. SmartMovie past de weergave van de scènes en overgangseffecten aan bij de gekozen stijl. Als basis dient een muziekstuk. SmartMovie voegt aan de film tevens een openingstitel en een aftiteling toe. Hoofdstuk 10 Pinnacle heeft naast Studio 11 twee uitgebreidere versies uitgebracht: Studio Plus 11 en Studio Ultimate 11. Studio Plus 11 bevat speciale effecten die voorheen alleen beschikbaar waren in professionele videobewerkingspakketten. Zo kunt u het effect Beeld-in-beeld gebruiken in uw films. U kunt daarmee een kleiner beeld van een videofilm monteren in een volledig beeld van een andere videofilm. Ook kunt u opnames maken van een persoon voor een groen of blauw scherm en deze effen kleur vervangen door een mooie achtergrond met het zogenoemde Chroma Key-effect. Dit effect kent u waarschijnlijk wel van de televisie: de persoon die voor de weerkaart het weerbericht vertelt, staat in feite voor een blauw scherm. Met behulp van keyframes kunt u allerlei effecten op videoclips en stilstaande beelden toepassen. Bijvoorbeeld een beeld langzaam laten vervagen en weer verscherpen. U gaat deze bijzondere effecten uitproberen op verschillende videofragmenten. U hoeft het resultaat van deze oefeningen echter niet te bewaren.
17 In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) een nieuw videobestand openen; SmartMovie starten; muziek uitzoeken; de stijl kiezen; Beeld-in-beeld; Chroma Key; keyframes; pannen en zoomen op videobeelden. 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Breng in het kort de leerstof van de vorige bijeenkomst in herinnering: originele bestanden bewerken; geluidseffecten toevoegen; een voice-over toevoegen; achtergrondmuziek toevoegen; werken met Scorefitter; geluid mixen; schijfmenu s selecteren en invoegen; een schijfmenu afspelen; werken met een dvd-speler; schijfmenu s verwijderen; zelf schijfmenu s maken. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Hoofdstuk 9 - Pagina s 227-236. Hoofdstuk 10 - Pagina s 239-254. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties.
18 C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Hoofdstuk 9 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 237 t/m 238. lesstof: Hoofdstuk 10 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 255 t/m 256.
19 Les 5 (Hoofdstuk 11 en 12) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Hoofdstuk 11 Tijdens deze bijeenkomst krijgt u algemene achtergrondinformatie over videocamera s en veel tips voor het maken van goede opnames. U leert welke camerabewegingen en soorten shots u kunt maken, hoe u met de belichting rekening kunt houden en een goede beeldcompositie kunt maken. Wilt u meer weten over de specifieke mogelijkheden van uw eigen camera? Lees dan de bijbehorende gebruiksaanwijzing door. Hoofdstuk 12 Tot nu toe heeft u in deze cursus gewerkt met oefenvideomateriaal, maar u wilt natuurlijk aan de slag met uw eigen opnames. In deze bijeenkomst wordt uitgebreid beschreven hoe u videobeelden binnenhaalt. Dit binnenhalen wordt in vaktaal ook wel capturing (Engels voor vangen ) genoemd. Daarbij wordt uitgegaan van een digitale bron, zoals een digitale videocamera. Zo n camera wordt via de firewire-aansluiting op uw computer aangesloten. Deze aansluiting wordt ook wel IEE1394 of i-link genoemd. Het is echter met de juiste apparatuur ook mogelijk om videomateriaal uit analoge bronnen binnen te halen. Te denken valt aan een webcam, of een analoge videocamera of VHS-recorder. Beschreven wordt waarop u moet letten. Belangrijk is om al vooraf te bepalen waarvoor u het materiaal gaat gebruiken. Immers voor een dvd worden veel hogere eisen aan de kwaliteit van het materiaal gesteld dan voor een filmpje dat u op VHS-band wilt vastleggen. Video neemt enorm veel ruimte in op uw vaste schijf. Hoe hoger de kwaliteit waarop u de video binnenhaalt, des te meer ruimte deze op de vaste schijf inneemt en des te meer tijd Pinnacle Studio nodig heeft om de beelden te bewerken.
20 In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) informatie over verschillende soorten videocamera s; tips over hoe u goede opnames maakt; uw camera aansluiten; digitaal videomateriaal binnenhalen; uw camera bedienen; het videomateriaal in scènes verdelen; de kwaliteit instellen; van analoge bronnen opnemen; importeren van een dvd; videomateriaal direct op een dvd branden. 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Breng in het kort de leerstof van de vorige bijeenkomst in herinnering: een nieuw videobestand openen; SmartMovie starten; muziek uitzoeken; de stijl kiezen; Beeld-in-beeld; Chroma Key; keyframes; pannen en zoomen op videobeelden. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Hoofdstuk 11 - Pagina s 257-273. Hoofdstuk 12 - Pagina s 275-296. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties.
21 C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Hoofdstuk 11 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 274. lesstof: Hoofdstuk 12 - Achtergrondinformatie en tips op pagina 297 t/m 300.
22 Les 6 (Hoofdstuk 13) A Inleiding 1. Zorgen dat de cursisten aandacht hebben voor de les. 2. Uitleggen wat de leerdoelen van deze les zijn. Geef eerst onderstaande informatie; schrijf de vet gedrukte woorden ergens in grote letters zodat iedereen ze goed kan zien (bijvoorbeeld op een bord). Met Pinnacle Studio bent u heel flexibel in het vastleggen van uw film. U kunt voor het vastleggen kiezen uit verschillende media zoals een band, dvd, cd of een computerbestand. U kunt ook zelf de beeld- en geluidskwaliteit bepalen van het eindresultaat. Tot en met het bewerkingsproces werkt u eigenlijk in Pinnacle Studio met een kladversie van uw video. Pas bij het maken van een film wordt het eigenlijke videobeeld opgebouwd, inclusief titels, geluidseffecten en eventuele menu s. Dit berekenen van het beeld wordt ook wel rendering genoemd. Voor de computer is rendering een intensief proces: alle beeldpuntjes moeten per beeld worden samengesteld en vastgelegd. Daarom kan dit proces nogal wat tijd in beslag nemen. Dit is afhankelijk van de snelheid van uw computer en uw vaste schijf en uiteraard ook van de lengte van het filmpje. Ook de kwaliteit die u heeft gekozen voor uw filmpje is van belang: een filmpje op postzegelformaat voor het internet is veel sneller samengesteld dan een videofilm op dvd-kwaliteit. In deze les leert u het volgende: (zet ook dit ergens goed leesbaar neer) een film maken; een geschikt medium kiezen; een film op DV-band zetten; een film op een VHS-band overzetten; een film op dvd of cd kunnen branden; MPEG 2-bestanden maken; een film geschikt maken vooor internet; AVI-bestanden maken.
23 3. Noodzakelijke voorkennis in herinnering brengen. Breng in het kort de leerstof van de vorige bijeenkomst in herinnering: informatie over verschillende soorten videocamera s; tips over hoe u goede opnames maakt; uw camera aansluiten; digitaal videomateriaal binnenhalen; uw camera bedienen; het videomateriaal in scènes verdelen; de kwaliteit instellen; van analoge bronnen opnemen; importeren van een dvd; videomateriaal direct op een dvd branden. B Instructie 1. De informatie (leerstof) aanbieden. Pagina s 301-328. 2. De cursisten helpen bij het leren. 3. Cursisten het gevraagde gedrag laten tonen. 4. Terugkoppeling geven over de getoonde prestaties. C Afsluiting 1. Het eindresultaat vaststellen van het leren (toetsing). Bespreek in het kort eventuele veel voorkomende problemen die zich tijdens B Instructie voordeden. 2. Herhaling en wijzen op toepassingen. Keer terug naar de doelstellingen en lees ze nog eenmaal door. Moedig de cursisten aan de opgedane kennis en vaardigheden thuis te herhalen. Aanvullende Achtergrondinformatie en tips op pagina 329 t/m 338. lesstof:
24 7. De eindtoets Ter afsluiting van een cursus is er de toets Digitale videobewerking beschikbaar. Deze bestaat uit meerkeuzevragen. De toets kan online gemaakt worden op www.computerbrevet.nl Aan deelname zijn géén kosten verbonden. De toetsenwebsite is een gratis service voor abonnees van de gratis Visual Steps Nieuwsbrief die per e-mail wordt verstuurd. Bij deelname aan de toets wordt automatisch gecontroleerd of de deelnemer al abonnee is en zo nodig wordt het e-mailadres aan het adressenbestand toegevoegd. Na afloop ziet de cursist direct het behaalde resultaat. De cursist ontvangt gratis per e-mail een Computerbrevet met zijn/haar naam en het behaalde resultaat. Ook de docent kan hiervan een afschrift ontvangen. Het Computerbrevet kan worden afgedrukt. 8. Ander cursusmateriaal De populaire boeken van Visual Steps zijn uitstekend geschikt voor gebruik als cursusmateriaal. Bij een groot aantal boeken zijn docentenhandleidingen beschikbaar. Kijk voor meer informatie op www.visualsteps.nl/docent Na registratie krijgt u gratis toegang tot alle aanvullende materialen en handleidingen.