Inventarisatie scope 3 emissie categorieën. (CO2 Prestatieladder 4.A.1 en 4.B.1)



Vergelijkbare documenten
Inventarisatie scope 3 emissie categorieën. (CO2 Prestatieladder 4.A.1 en 4.B.1)

Rapportage Scope 3 Emissies

Scope 3 emissie inventarisatie

Dominantieanalyse voestalpine Railpro BV en RPS

Meest materiële Scope 3 emissies en twee ketenanalyses

Rapportage Scope 3 Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Evelien Ploos van Amstel

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Rapportage Scope 3 Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Scope III analyse 2015

KLIMAATTRANSPARANTIE

KLIMAATTRANSPARANTIE

KLIMAATTRANSPARANTIE

[2018] Inclusief strategieën ter reductie van scope3-emissie. Aannemings- en wegenbouwbedrijf Verdam B.V.

VERKORTE RAPPORTAGE DOMINANTIE-ANALYSE SCOPE 3

Emissie inventaris Brouwers Groenaannemers SCOPE 3 ANALYSE

1 Inleiding. Buro Cleijsen Pagina 1 van 9

Rangorde scope 3 emissies CO 2 -Prestatieladder niveau 4

Bepaling rangorde meest materiële scope 3 emissiebronnen van BAM Infratechniek

KLIMAATTRANSPARANTIE

Memo Meest Materiële Emissies CO 2 -Prestatieladder

Meest Materiële scope 3 emissies

Memo introductie inventarisatie scope 3

4.A.1 Onderbouwing Scope 3 Analyse Hakker

Scope 3 analyse. Opgesteld in samenwerking met: Will2Sustain, adviesbureau in duurzaam ondernemen

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Jade Beheer B.V. 4.A.1 Meest materiele scope III emissies

KLIMAATTRANSPARANTIE

Meest Materiële Emissies Scope 3

Ketenanalyse project Kluyverweg. Oranje BV. Conform de CO 2 -Prestatieladder 3.0. Versie : Versie 1.0 Datum :

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde en gekwantificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse. Uitstoot ingehuurde onderaannemers. van. Datum opgesteld: 16 november Auteur(s): S. Jonker (AMK Inventis)

CO 2 -Prestatieladder

Ketenanalyse. Uitstoot ingehuurde onderaannemers. van. Datum opgesteld: 16 november 2015 (aanpassingen oktober 2018)

Ketenanalyse. Aanleg tijdelijke rijbaan. van. Datum opgesteld: 04 april S. Jonker (AMK Inventis)

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse Transport

Rapportage van de meest materiele scope 3 emissies

Ketenanalyse. Aannemingsbedrijf van der Meer. Datum: 4 december Pagina 1 van 11

Rapport Scope 3 emissies Is rapport tevens m.b.t.: Ketenanalyse Plan van aanpak CO 2-reductiedoelstellingen en maatregelen

KWALITEITSMANAGEMENTPLAN VOOR EMISSIE INVENTARIS

4.A.1 KWANTIFICERING SCOPE 3 EMISSIES

Voortgangsrapportage CO 2 reductiedoelstellingen

KWALITEITSMANAGEMENTPLAN VOOR EMISSIE INVENTARIS

Voortgangsrapportage CO 2 reductiedoelstellingen

SCOPE 3 analyse van GHG genererende (keten) activiteiten

Analyse rangorde scope 3 emissies

Rapportage van de meest materiele scope 3 emissies

CO2 Emissie Inventaris Rapportage 2014 Versie 1

Scope 3. CO₂-emissie analyse 2016 PQR. Rijnzathe 7. De Meern

4.A.1. - DOMINANTIEANALYSE (SCOPE 3)

Reductie. Scope 3. 4.B.1 Reductie; scope 3 Versie 1.0

Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen scope 1 & 2 & 3 emissies. Rapportageperiode: Q3 en Q4 van 2012

CO₂-nieuwsbrief. De directe emissie van CO₂ - vanuit scope 1 is gemeten en berekend als ton CO₂ -, 95% van de totale footprint.

CO 2 -Prestatieladder

Scope-3-analyse Robert Bosch B.V.

CO 2 -Prestatieladder

CO 2 -Prestatieladder

MEMO Dominantie analyse scope 3 (2013)

CO2 Emissie Inventaris Rapportage 2012 Versie 1

Rapportage Scope 3-Emissies Geïdentificeerde emissies conform de Corporate Value Chain (scope 3) Accounting and Reporting Standard

Ketenanalyse Woon- Werkverkeer

Aanleg van nutsvoorzieningen

CO2 Prestatieladder 2014

Koopmans Bouw b.v. Bank KvK Veluwe en Twente ISO 9001 gecertificeerd. Datum 23 april Behandeld door H.

Ketenanalyse Afval in project "Nobelweg te Amsterdam"

Scope 3 emissie inventarisatie V&M Elektrotechniek B.V.

CO2 Emissie Inventaris Rapportage 2016 Versie 1

Ketenanalyse stalen buispalen 2013

CO2 Emissie Inventaris Rapportage 2013 Versie 1

Dominantieanalyse Scope 3

[2018] Ketenanalyse Scope 3 Emissie [Transport van zand naar projecten in Diemen] Aannemings- en wegenbouwbedrijf Verdam B.V.

Scope 3 analyse. CO 2 prestatieladder niveau 5. Opdrachtgever: Aannemings- en hoveniersbedrijf Germieco De heer B. van der Made Wormerveer

Een duurzame toekomst, deel 2

DOMINANTIEANALYSE SPIE NEDERLAND B.V.

Tussentijdse evaluatie voortgang reductiedoelstellingen scope 1 & 2 & 3 emissies. Rapportageperiode: Q1 en Q2 van 2012

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

Voortgangsrapportage Carbon Footprint eerste half jaar 2012

Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015

Derde voortgangsrapportage CO2-emissiereductie.

1. INLEIDING 2. CARBON FOOTPRINT

4.A.1 Rapportage meest materiële scope III emissies

CO2-Prestatieladder. Emissie-inventaris Schilderwerken De Boer Obdam B.V. Eerste halfjaar 2016 (januari t/m juni)

Rapportage CO 2 -footprint Theuma

CO2 Prestatieladder ste en 2 de kwartaal

Carbon Footprint 2e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

1 van 13. Periode: 1 juli t/m 31 december 2013

MEMO Dominantie-analyse scope 3 (2014)

5.B.1_1 Voortgangsrapportage Review Co₂-emissies 2015 H1 + H2. Conform Co₂-prestatieladder B.1 met 2.A A A B.

Carbon Footprint 1e helft 2015 (referentiejaar = 2010)

Energiemanagement plan

Ketenanalyse stalen kozijnen in project "Mauritshuis"

Analyse Scope 3 CO 2 -emissies Van Dorp CO 2 Prestatieladder. Versie 1.3 summary

Onderbouwing keuze ketenanalyses ZÜBLIN Nederland BV

Kwantificatie Scope 3 Emissies. Een kwantificatie van de Scope 3 Emissies van Leeuwenstein Groep in januari t/m juni 2016

CO 2 Footprint 2015 ZAVIN C.V. Conform de CO 2 - Prestatieladder. Datum: januari 2016 Auteur: Nicole Deylius Rapport nr.: 2016/CO2 Footprint/Q1/1.

VERSIEBEHEER. Aangepast Omschrijving

1. INLEIDING Rapportage

CO 2 -Footprint 2016 Conform de CO 2 -Prestatieladder Opgesteld door N. Deylius KAM- Coördinator

Ketenanalyse Tijdelijke Verkeersborden Traffic Service Nederland

Transcriptie:

Inventarisatie scope 3 emissie categorieën (CO2 Prestatieladder 4.A.1 en 4.B.1) Colofon: Opgesteld : drs. M.J.C.H. de Ruijter paraaf: Gecontroleerd : M. Vrijhof paraaf: Vrijgegeven : E. Aerts paraaf: Datum : 10 april 2014 Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 1 van 12

Inhoudsopgave 2 1. Inleiding 1.1 Meetperiode 3 1.2 Vaststellen scope 3 grenzen 3 1.3 Data verzameling 3 1.4 Vaststellen scope 3 reductie doelstellingen 4 2. Methode 4 2.1 Upstream scope 3 emissions 5 2.2 Downstream scope 3 emissions 5 2.3 Toelichting per categorie 6 2.4 Rangorde scope 3 emissie categorie 8 3 Keuze voor uitwerking ketenanalyses gebaseerd op rangorde bepaling 10 4. Scope 3 ketenanalyse, onderwerpen selecteren 11 4.1 Onderwerp: Complete systeem van regelbare bevestiging 11 4.2 Onderwerp: Scheidingsvliezen onderbaan/ballastbed 11 Bijlagen 12 Bijlage 1: Overzicht inkoopwaarde van de omzet (leveranciersanalyse) 2011 Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 2 van 12

1. Inleiding Sinds 1 december 2009 is ProRail klimaatbewust produceren gaan belonen, middels de CO2-prestatieladder. Sinds 16 maart 2011 is het beheer van de CO2-prestatieladder overgenomen door de SKAO. Het niveau (0 tot en met 5) dat bereikt kan worden op de CO2-prestatieladder wordt vertaald in een gunningvoordeel tijdens aanbestedingen. Hoe hoger het niveau op de CO2-prestatieladder hoe hoger het gunningvoordeel. Verder heeft Alom CO2-reductie als belangrijke bedrijfs(milieu)doelstelling. De CO2-prestatieladder wordt gebruikt om deze doelstelling richting te geven. Alom heeft in 1-ste instantie haar energiestromen, behorend bij scope 1 en 2 geïnventariseerd. Dit loopt al vanaf 2011 (referentiejaar). Nadat dit is afgerond zijn we gaan kijken naar de scope 3 emissie categorieën zoals die voorkomen in WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard. We hebben gekeken welke categorieën van toepassing zijn binnen de organisatorische grenzen van Alom BV. Dit rapport beschrijft de inventarisatie. Bewust zijn alle categorieën nagelopen. Indien een categorie niet van toepassing is, is dit ook expliciet aangegeven. Uiteindelijk is de organisatie verplicht om ten minste twee analyses van GHG-genererende (ketens van) scope 3 activiteiten uit te werken conform de eisen die daaraan zijn gesteld 1.1 Meetperiode De periode waarin de inventarisatie naar de scope 3 emissie categorieën heeft plaatsgevonden is het jaar 2012. Hierbij is er gekeken naar de gekwantificeerde gegevens zoals die zijn bijgehouden vanaf 2011. Het eerste jaar waarin de gegevens m.b.t. de CO2 uitstoot zijn bijgehouden door ALOM bv. 1.2 Vaststellen scope 3 grenzen Vanuit de emissie inventarisatie en de bijbehorende Carbon Footprint heeft Alom inzicht in haar scope 1 en 2 emissies, daar valt o.a. de emissie onder die wordt veroorzaakt door o.a. gas- en elektraverbruik op de vestiging, brandstofverbruik van de vervoersmiddelen (bedrijfsauto ) en zakelijke vliegreizen binnen de eigen organisational boundaries. In hoofdstuk 2 van dit document is de rangorde weergeven van de 15 verschillende categorieën indirecte scope 3 emissies (emissies die niet rechtstreeks binnen de organisatorische grenzen van Alom behoren, maar wel ten dienste van de bedrijfsactiviteiten van Alom ontstaan) op basis van de criteria zoals deze zijn opgenomen in de WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard. 1.3 Data verzameling Voor alle scope 3 emissie categorieën die voor komen zijn de groottes van de CO2 emissies bepaald. Dit is gezamenlijk gedaan tussen de office manager (directie vertegenwoordiger vanuit afdeling KAM), de general manager en de extern adviseur op het gebied van de CO2 Prestatieladder. De berekeningen en aannames zijn verwerkt in hoofdstuk 2 van dit document. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 3 van 12

1.4 Vaststellen scope 3 emissie reductie doelstellingen Inzicht in de scope 3 emissies moet leiden tot het opstellen van realiseerbare reductiedoelstellingen. De nadruk ligt op daarbij op scope 3 emissies die binnen het bereik van Alom liggen. Dit betekent dat Alom stappen onderneemt om haar partners (fabrikanten, leveranciers, transporteur, opdrachtgevers) te betrekken bij haar CO2 bewust beleid (zie hoofdstuk 5). 2 Methode Alom heeft de indeling in categorieën overgenomen ( upstream en downstream ) op basis van de WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard en van hieruit haar scope 3 emissie inventarisatie uitgevoerd. In dit hoofdstuk wordt de methode uiteengezet hoe de scope 3 emissies zijn geanalyseerd. Eerst wordt de definitie gegeven wat scope 3 emissies zijn. Vervolgens wordt de methode van analyse toegelicht. De SKAO geeft in het Handboek 2.1; CO2-prestatieladder Samen zorgen voor minder CO2 de volgende definitie van scope 3 emissies: Scope 3 emissies of overige indirecte emissies zijn een gevolg van de activiteiten van het bedrijf (de organisatie) maar komen voort uit bronnen die geen eigendom van het bedrijf zijn noch beheerd worden door het bedrijf. Voorbeelden zijn emissies voortkomende uit de productie van ingekochte materialen, de verwerking van het afval en het gebruik van het door het bedrijf aangeboden/verkochte werk, dienst of levering. (ProRail rekent Business air Travel en Personal Cars for business travel tot scope 2) De basis voor deze definitie is gegeven in het GHG-protocol, deel A Corporate Accounting and Reporting Standard, hoofdstuk 4 Setting Operational Boundaries Het GHG-protocol beschrijft meerdere scope 3 emissiebron categorieën. Sommige van deze categorieën kunnen worden gezien als scope 1 emissies, wanneer de emissiebronnen in eigendom of in de directe invloedsfeer van het bedrijf zijn. Om te bepalen in welke scope de emissies vallen moet het bedrijf de emissies toetsen aan de organizational boundaries. Hieronder staan de mogelijke categorieën scope 3 emissiebronnen. De verschillende categorieën conform de WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard zijn: Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 4 van 12

Afbeelding: bron: WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard 2.1 Upstream scope 3 emissions 1. ingekochte goederen en diensten 2. kapitaalgoederen 3. brandstof en energiegerelateerde activiteiten (niet in scope1 en 2) 4. transport en distributie 5. gegenereerd afval 6. zakelijk verkeer (n.v.t. scope 2 in ladder) 7. woon-werkverkeer 8. upstream geleasde assets 2.2 Downstream scope 3 emissions 9. transport en distributie 10. verwerking van verkochte producten 11. gebruik van verkochte producten 12. end of life behandeling van producten 13. downstream geleasde assets 14. franchises 15. investeringen Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 5 van 12

2.3 Toelichting per categorie Categorie 1. ingekochte goederen en diensten Binnen deze categorie wordt allereerst een onderscheid gemaakt in goederen en diensten voor eigen gebruik (facilitair gebruik) en producten en diensten voor de verkoop als onderdeel van de bedrijfsactiviteiten (handelsvoorraad) van Alom BV. Voor facilitaire doeleinden gelden producten en diensten zoals verbruiksgoederen (printerpapier etc.). Deze categorie van ingekochte goederen en diensten staat niet in verhouding tot de gekochte goederen en diensten voor de handelsdoeleinden en bedrijfsvoering van Alom. Voor de handelsdoeleinden gaat het om materialen en goederen die worden ingekocht door het bedrijf. Het bestaat voornamelijk uit spoorse materialen die worden ingekocht en vervolgens worden doorverkocht aan opdrachtgevers (aannemers en railnetbeheerders). Voor de bepaling van de materialiteit van de scope 3 emissies geldt de omvang van de CO2 emissies als belangrijkste criterium. Voor deze materialen is het totaal aan CO2 emissie berekend in de uitgewerkte ketenanalyses voor regelbare spoorstaafbevestiging en scheidingsvliezen. Categorie 2. kapitaalgoederen Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Categorie 3. brandstof en energiegerelateerde activiteiten (niet in scope1 en 2) Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Categorie 4. Transportactiviteiten buiten het eigen bedrijf (upstream) Deze categorie behelst alle soorten van transportactiviteiten die wel voor de productie of dienstverlening van het bedrijf worden gedaan, maar die niet onder de scope 1 en 2 van de CO2 prestatieladder vallen. Het gaat dan om vervoerbewegingen voor het aanleveren van ingekochte materialen of producten die vervolgens worden door verkocht aan de opdrachtgevers. Categorie 5. Gegenereerd afval Binnen deze categorie valt het afval dat door Alom wordt geproduceerd. De afvalstromen die vrij komen zijn te verdelen onder: -Bedrijfsafval -Papier en karton -Staal/schrot -Plastic De omvang van deze afvalstromen is in kaart gebracht. De hoeveelheden zijn zo gering dat dit geen materiële scope 3 emissie categorie is. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 6 van 12

Categorie 6. Zakelijk verkeer (n.v.t. scope 2 in ladder) Het betreft hier werk-werkverkeer. Deze categorie is wel van toepassing binnen Alom, echter de emissies zijn al meegenomen in de scope 1 en 2 emissie inventarisatie. Om dubbeltellingen te voorkomen worden ze hier verder buiten beschouwing gelaten. Categorie 7. Woon-werkverkeer Woon-werkverkeer is voor zo ver de leaseauto s meegenomen in de scope 1 emissie inventarisatie. Voor de prive-auto s is de bijbehorende CO2 emissie meegenomen in deze inventarisatie. Categorie 8. Leased Assets Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. De onderneming beschikt niet over geleasde kapitaalgoederen anders dan de al eerder vernoemde lease auto s. Categorie 9. Transport en distributie (downstream) Het betreft hierbij de leveringen van producten die vanuit Alom naar haar klanten en opdrachtgevers worden geleverd. Omdat Alom gebruik maakt van externe transportondernemingen worden de CO2 emissies behorend bij deze emissie categorie nauwgezet bijgehouden. Categorie 10. Verwerking van verkochte producten Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Het verwerken van de door ons verkochte producten vindt in de regel plaats op de bouwplaatsen door onze opdrachtgevers en klanten. Categorie 11. Gebruik van verkochte producten Bouwwerken die door opdrachtgevers van Alom mede worden gerealiseerd met door Alom geleverde materialen zijn (gedeeltes van) spoorwegen (railinfrastructuur). Binnen de organisational boundaries van Alom is het niet mogelijk CO2 emissies te relateren aan het directe gebruik van de bouwwerken (producten) van de organisatie. Categorie 12. End of life behandeling van producten Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Deze categorie betreft de emissies van afvalverwijdering/behandeling van verkochte producten aan het einde van de levensduur. Dit is een categorie die voornamelijk van toepassing is in de retailsector (bijv. de verplichte verwijderingsbijdrage). Dit soort zaken zijn binnen de bedrijfsvoering van Alom niet aan de orde. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 7 van 12

Categorie 13. Geleasde assets Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. In tegenstelling tot categorie 8 gaat het hier om het ter beschikking stellen van assets van Alom aan de markt. Deze categorie speelt voornamelijk voor leasebedrijven. Dit soort zaken zijn binnen de bedrijfsvoering van Alom niet aan de orde. Categorie 14. Franchises Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Een franchise is een onderneming die opereert onder de licentie om goederen en diensten van een ander bedrijf te verkopen en/of te distribueren op een bepaalde locatie. Alom levert juist al haar materialen onder haar eigen naam en is geen franchise onderneming. Categorie 15. Investeringen Deze categorie is n.v.t. binnen de organisational boundaries van Alom. Deze categorie omhelst investeringen in partnerschappen (oprichting van een bedrijf met een ader bedrijf), joint ventures, projectinvesteringen etc. Deze categorie is vooral in de financiële sector aan de orde. Dit is binnen Alom niet aan de orde. 2.4 Rangorde categorieën scope 3 emissies Aan de hand van de WBCSD/WRI GHG scope 3 standaard is de rangorde voor alle 15 categorieën scope 3 emissies van Alom bepaald op basis van de volgende criteria: - omvang : de mate waarin de emissie een significante bijdrage levert aan het totaal - invloed : mate waarin Alom invloed kan uitoefenen op de reductie van emissie - risico : de emissies dragen bij aan risico s van Alom (financieel, producten) - stakeholders : de emissies die belangrijk zijn voor de belanghebbenden (klanten, opdrachtgevers, leveranciers, railnetbeheerders) - outsourcing : het betreft activiteiten die eerder door het bedrijf zelf werden uitgevoerd - overig : het betreft aanvullende criteria De verschillende categorieën zijn beoordeeld op basis van scores per criterium. 0 als de categorie niet van toepassing is, 1 als het criterium laag wordt beoordeeld en 5 als het criterium hoog wordt beoordeeld (inclusief de tussenliggende waarden). Op basis hiervan is de rangorde bepaald waarbij het criterium omvang het zwaarst wegende criterium is. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 8 van 12

Overig Outsourcing g Stakeholders Risico Invloed Omvang Score Rangorde Scope 3 emissie categorieën Upstream scope 3 emissions Ton CO2 2012 Ton CO2 2013 Dataverzameling en kwaliteit 1. ingekochte goederen en diensten 1065 ton 520 ton Uitwerking ketenanalyse regelbaar 1 17 4 4 4 4 1 0 2. kapitaalgoederen 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 3. brandstof en 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 energiegerelateerde activiteiten (niet in scope1 en 2) 4. transport en 41 ton 49 ton Afgeleid op basis 3 9 3 2 1 1 2 0 distributie van downstream transport 5. gegenereerd afval 2 ton 1 ton Inventarisatie 5 2 1 1 0 0 0 0 6. zakelijk verkeer (n.v.t. scope 2 in ladder) afhaal afval Arkel 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 7. woon-werkverkeer 7 ton 10 ton Berekend op basis van afstanden woonwerk, type vervoermiddel, brandstof 4 4 1 2 1 0 0 0 8. geleasde assets 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 Downstream scope 3 emissions 9. transport en distributie 10. verwerking van verkochte producten 11. gebruik van verkochte producten 53 ton 43 ton Berekend op basis van externe transportlijst (km afstanden, conversiefactoren, vol en leeg gewicht) 2 12 3 3 2 2 2 0 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 12. end of life 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 behandeling van producten 13. geleasde assets 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 14. franchises 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 15. investeringen 0 0 N.v.t. - 0 0 0 0 0 0 0 Totaal 1168 ton 643 ton Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 9 van 12

3 Keuze voor uitwerking ketenanalyses gebaseerd op rangorde bepaling emissie categorieën Uit de inventarisatie blijkt dat niet elke scope 3 emissiebron even relevant is om te analyseren. Vanuit de inkooplijst (inkoopwaarde) van 2011 is bepaald wat de meest materiële (dominantie in CO 2 -emissie) materialen zijn die binnen Alom worden ingekocht en als vanzelfsprekend worden door verkocht. Middels dit vaststellen van de rangorde ontstaat een inzicht naar potentiële onderwerpen, die mogelijk zijn om een reductieaanpak voor te ontwikkelen voor de scope 3 emissies (definitie: overige indirecte emissies die een gevolg zijn de activiteiten van het bedrijf. Echter van belang zijn ook de navolgende criteria bij het bepalen van de scope 3 emissie ketenanalyse, waarbij de vuistregel geldt dat een ketenanalyse dient te worden gemaakt voor een van de twee meest materiële emissies (uit de rangorde) en een voor een van de zes meest materiële emissies. Van belang hierbij is dat inzichtelijk is dat de gekozen materialen een bijdrage leveren van 70-80% van de totale scope 3 emissies van het bedrijf. Aan de hand van de beschreven (waarde) keten en de emissie inventarisatie van de (indirecte) scope 3 emissies over de jaren 2011, gebaseerd op de inkoopwaarde van de verwerkte materialen, is vast komen te staan dat de gekozen materialen een bijdrage leveren van 70-80% van de totale scope 3 emissies van het bedrijf (zie bijlage 1). Het complete systeem van directe bevestiging vormt een materiële scope 3 emissie, die middels deze ketenanalyse verder wordt onderzocht op CO 2 reductiemogelijkheden. De keuze voor deze activiteiten is gemaakt op grond van de volgende redenen: - de bijdrage van deze activiteiten aan de CO 2 -emissie is substantieel binnen het geheel van de activiteiten van Alom; van deze stappen binnen de keten (zie stroomschema) zijn van deze activiteiten voldoende gegevens berekenbaar via kengetallen; - binnen deze activiteiten zullen naar verwachting nog diverse potentiële reductiebronnen aanwezig zijn; - binnen deze activiteiten zijn mogelijkheden om (samen met partners in de waardeketen) het resultaat te beïnvloeden; - zowel leverancier/fabrikant, collega spooraannemers alsmede de opdrachtgever (ProRail) in de keten, zien innovatieve werkmethoden en bestaande, in Nederland voorkomende (en toegelaten) spoorconstructies als een relevante bron voor CO 2 emissies. Het dient aldus een maatschappelijk belang om hierover meer gegevens te verkrijgen. Dit zal uiteindelijk kunnen leiden tot nieuwe inzichten en het ontstaan van nieuwe initiatieven. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 10 van 12

4. Scope 3 ketenanalyse, onderwerpen selecteren Alom BV zal conform de eisen uit de CO2 Prestatieladder v. 2.1 en in het vorige hoofdstuk al geschreven een onderwerp moeten kiezen uit de top 2 van emissie categorieën en een onderwerp uit de top 6 van de scope 3 emissie categorieën om deze onderwerpen vervolgens uit te werken in een ketenanalyse. De top van de emissie categorieën rangorde bepaling is als volgt - nr. 1: ingekochte producten (categorie 1: goederen en diensten); - nr. 2: transport en distributie(categorie 9: downstream) - nr. 3: transport en distributie (categorie 4: upstream) - nr. 4: woon-werkverkeer medewerkers (categorie 7) - nr. 5: gegenereerd afval (categorie 5) Het feit dat de keten van gekochte (en verkochte) materialen zo dominant aanwezig is in de scope 3 emissiebronnen inventarisatie, gecombineerd met het feit dat het leveren van deze producten de core business is van Alom, rechtvaardigt de keuze van Alom om 2 ketenanalyses uit te werken voor materialen binnen deze groep producten 4.1 Onderwerp: Complete systeem van regelbare bevestiging Als eerste ketenanalyse wordt het product complete spoorsysteem van regelbare bevestiging uitgewerkt. Inmiddels levert Alom het complete systeem waarbij alle benodigde onderdelen onder eigen vlag ingekocht en verhandeld worden. Het product rughellingplaat vormde indertijd het startpunt van de onderneming. In de loop der tijd zijn alle overige benodigde materialen waaruit een regelbare bevestiging bestaat, toegevoegd aan het leveringsprogramma. 4.2 Onderwerp: Scheidingsvliezen onderbaan/ballastbed Als tweede ketenanalyse wordt het product scheidingsvliezen tussen onderbaan en ballastbed uitgewerkt. Dit product is momenteel een hot item in de railindustrie. Dit komt omdat de ontwikkeling in de product nog volop aan de gang is. Waar het in het verleden voornamelijk bedoeld was om vermenging van de verschillende bodemsoorten, m.n. zand in de onderbaan en steenslag in het ballastbed te voorkomen worden er nieuwe eigenschappen toegevoegd aan het scheidingsvliesmateriaal. Alom heeft de scheidingsvliezen RK.1, RK. 4 en Tracktex onder haar hoede. De uitwerking van dit onderwerp in een ketenanalyse is m.n. van belang voor het innovatieve karakter er van en de bijdrage in kennis over dit onderwerk voor de complete branche. Het is echt een toevoeging op de bestaande kennis over spoorstaven (rails) en de diverse beton-toepassingen (dwarsliggers, keerwanden, bestratingsmaterialen etc.). Beide ketenanalyses zijn opgebouwd vanuit de vier voorgeschreven stappen t.a.v. de scope 3 emissie ketenanalyse conform het Green House Gas (GHG)-protocol. Onderstaand zijn de stappen genummerd weergegeven: 1) Het beschrijven van de waardeketen. 2) Het bepalen van de relevantie van de scope 3 emissie categorieën. 3) Het identificeren van de partners in de waardeketen. 4) Het kwantificeren van de emissies. Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 11 van 12

Uitgangspunten Uitgangspunten bij berkening tbv p.9: Vol is 1:2, conv. Factor 0,003135 tbv omrekenen nr tonnen CO2 Leeg is 1:4, conv. Factor 0,003135 tbv omrekenen nr tonnen CO2 Up-stream 2013 Km s : 52.687 km. Ltr s heen (1:2)= 26.343ltr. Ltr s terug (1:4) = 13.171ltr. Totaal ltr: 39.514ltr. Tonnen CO2: 39.514ltr X 124 ton CO2.= 49 ton Cat. 4: upstream transport Aantal km (bron: transportoverzicht): 52.687 km. Verbruik diesel: 1:2 (vol beladen) en 1:4 (leeg) Conversiefactor van diesel: 3,135kg CO2 per ltr. Cat 9. Downstream transport Aantal km (bron: transportoverzicht): 45687,10 km. Verbruik diesel: 1:2 (vol beladen) en 1:4 (leeg) Conversiefactor van diesel: 3,135kg CO2 per ltr. Liters heen : 22.844 Liters terug:11.422 Totaal: 34.266 x 124 ton C02= 43 ton Ketenanalyse regelbare bevestiging: 2011: 4000m1 enkel spoor 2012 : 3440m1 enkel spoor 2013: 1685m1 enkel spoor (bron: opgave Marjolijn) Uitgangspunten: M1 X berekende conversiefactor per m1 (zie: scope 3 ketenanalyse) 1685m1 x 309,6kg per m1 = 522 ton Ketenanalyse scheidingsvliezen 2013: nog geen CO2 toerekening ivm nog niet opgestarte verkoop. Afval 1 container leging per week;- 500 liter, ½ kuub. Volgens Waardlanden (reinigingsdienst Gorinchem), 60 kg gemiddeld per container. 52 weken. 60 kg x 52 kg= 3.120, 3,1 ton Papier bak 240 liter +/- 30 kg per container. 30 x 52 = 1560 kilo, 1,6 ton Totaal 4,9 ton afval> 1 ton C02 uitstoot Inventarisatie scope 3 emissie categorieën revisie: 1.0 Pagina 12 van 12