Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 11, Eigen vermogen

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 11: Eigen vermogen

Samenvatting M&O hoofdstuk

Een onderhandse lening is een lang lopende lening waarbij geld uitgeleend word door 1 geldgever.

Samenvatting M&O H11: Eigen vermogen

Ondernemingen: om hun nieuwe gebouwen te kunnen kopen. Zij geven leningen uit aan aandeelhouders, zodat ze geld ontvangen.

Wanneer de ondernemer niet meer in staat is alle schulden te betalen, wordt door een rechtbank een faillissement uitgesproken.

Samenvatting Management & Organisatie H10 t/m 15

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4 t/m 7

Begrippenlijst Management & Organisatie Hoofdstuk 5, 6 en 7

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 10 t/m 13, Theorie

Het eigen vermogen is permanent dat wil zeggen voor onbepaalde tijd (blijvend)aanwezig in de onderneming.

Samenvatting Management & Organisatie Samenvatting 10 t/m 15

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 6

Vermogen: geld Kapitaal (aandelen, obligaties, leningen (lange termijn))

4,9. Samenvatting door een scholier 2141 woorden 24 juni keer beoordeeld

Boekverslag door C. 946 woorden 11 december keer beoordeeld

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 9

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk :Naamloze Vennootschap

Aan de vraagzijde van de vermogensmarkt vinden we vrij wel dezelfde categorieën als bij de aanbodzijde:

5, > 3.3. Samenvatting door een scholier 1974 woorden 2 december keer beoordeeld

De Naamloze Vennootschap ~ NV. Het bijeenroepen en leiden van algemene vergadering van aandeelhouders.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1, 3, 4, 8, 10, 11, 12

6,9. Personeelsbeleid. Personeelsplanning: wat zijn de aanwezige kwaliteiten en wat heeft de onderneming nodig.

Samenvatting M&O Samenvatting hoofdstuk 11, 12 en 13 In Balans

Organisatie: Een organisatie is een samenwerkingsverband van mensen die bepaalde doelen willen bereiken.

Financieel Management

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn. Een lening (schuld) met een looptijd van langer dan een jaar. We bespreken 3 verschillende leningen:

Hoofdstuk 12. Vreemd vermogen op lange termijn.

7,8. Samenvatting door een scholier 868 woorden 3 maart keer beoordeeld. Economie in context. Samenvatting economie. 2.

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 deel 1

Inleiding. 1.1 Aandeel. Medezeggenschap in de onderneming. Een gedeelte in het overschot bij de liquidatie van de onderneming.

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 5

6,6. Samenvatting door een scholier 1711 woorden 10 april keer beoordeeld. Hoofdstuk 1:

Aanvulling Management en organisatie in Balans havo in verband met de expliciteringen van de examencommissie

7,4. Samenvatting door C woorden 14 juni keer beoordeeld. Hoofdstuk 1- De naamloze vennootschap 1.1

Eigen vermogen Geplaats aandelenkapitaal Agioreserve Herwaarderingsreserve Wettelijke en statutaire reserves Ingehouden winst uit de voorgaande jaren

Vormen van lang vreemd vermogen: Kenmerken onderhandse lening: Obligatie = op lange termijn: Gezond financieren / Broers regels

Eindexamen m&o vwo 2008-I

Vraag Antwoord Scores

PTA M&O. Hoofdstuk 10.

M&O VWO 2011/

Samenvatting M&O H12: Vreemd vermogen op lange termijn

Om je goed voor te bereiden ontvang je bijgaand op de volgende bladzijden:

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 9 en 10

Management en Organisatie VWO 4 Hoofdstuk 11. Oefenopgaven: aandelen, intrinsieke waarde en dividend

Boekverslag door M woorden 21 februari keer beoordeeld

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 9 t/m 13

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 9 t/m 11

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 8 en 9

6,6. Inkomsten belasting progressief: Eigenwoningforfait. Samenvatting door een scholier 1910 woorden 6 februari keer beoordeeld

Eigen vermogen ondernemingen zonder rechtspersoonlijkheid

Nadelen: Groot risico vanwege privéaansprakelijkheid. Lange werktijden. a Een vennootschap waarvan het eigen vermogen is verdeeld in aandelen.

Crowdfunding: publiek laten betalen, d.m.v. vermogen aan te trekken.

12 Het eigen vermogen

PROEFEXAMEN 2 Praktijkdiploma Boekhouden

Samenvatting Management & Organisatie Hoofstuk 1 t/m 7 en 10

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 1 t/m 3.3

AANVULLING NAAMLOZE VENNOOTSCHAP HAVO

UITWERKINGEN OPGAVEN HOOFDSTUK 3

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 7 (Management in beweging)

BECO: DE BALANS - THEORIE

Toets 3 HAVO 5 g Diagnostische toets 2012

1 Het kasstroomoverzicht

Hoofdstuk 8. Vreemd vermogen

Bij een organisatie die geen rechtspersoonlijkheid bezit is de eigenaar dus wel zelf aansprakelijk voor schulden.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 5 en 6.

Bij deze opgave horen de informatiebronnen 7 tot en met 10. In deze opgave blijft de btw buiten beschouwing.

Vermogensbehoefte en financiering

De eenmanszaak is een ondernemingsvorm die geen rechtspersoonlijkheid bezit. Er is één eigenaar, die de leiding

Management & Organisatie

5.6. Boekverslag door H woorden 31 maart keer beoordeeld

Samenvatting Management & Organisatie H13+H14

7,6. Werkstuk door een scholier 3408 woorden 2 oktober keer beoordeeld

Hoofdstuk 42 belangrijk

UNIFORM EINDEXAMEN HAVO 2015

Samenvatting Management & Organisatie H11 en 12

7, Samenvatting door een scholier 1812 woorden 4 januari keer beoordeeld

Opgave I (25¾p) De boekhouding van een NV A. Bereken I. II.

Samenvatting M&O De Naamloze Vennootschap

Om een zaak te beginnen is geld nodig. Er zijn 2 verschillende soorten vermogen.

Financiële analyse. Les 2 Vermogensbehoefte en financiering. Auteur: Witek ten Hove, MBA

5,8. Samenvatting door een scholier 3135 woorden 30 maart keer beoordeeld. Management en Organisatie

Aurington. Administratie en Advies

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 4 t/m 7, 13 t/m 15, 19 t/m 22

Vraag Antwoord Scores. Opmerking Voor elke fout wordt 1 scorepunt in mindering gebracht.

Examen HAVO. Management & Organisatie (nieuwe stijl) Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs. Tijdvak 2 Woensdag 20 juni

UNIFORM HEREXAMEN HAVO 2015

PRAKTIJKDIPLOMA BOEKHOUDEN FINANCIAL & COST ACCOUNTING UITWERKINGEN 22 EN 23 JUNI 2010

Management en Organisatie VWO 6 Hst 31, 37 t/m 43

Tradealot Obligatie II van Tradealot B.V.

Samenvatting m&o hoofdstuk 9: 9.2

Kennis Bedrijfseconomie. Werkboek

GBE3.1 EXTERNE VERSLAGGEVING (2) LES 3 HOOFDSTUK 8


2015 Nederlandse Associatie voor Examinering Financiering niveau 4 1 / 10

Oefenopgaven Hoofdstuk 4

7,2. Samenvatting door een scholier 3301 woorden 5 maart keer beoordeeld

informatie verschaffen: Boekwaarde begin van het boekjaar + som van de waarden waartegen in het boekjaar verkregen activa zijn opgenomen

Basiskennis Boekhouden (BKB ) / Elementair Boekhouden. Correctiemodel voorbeeldexamen

Transcriptie:

Samenvatting Management & Organisatie Hoofdstuk 3, 4 t/m 5.6 Samenvatting door een scholier 1700 woorden 12 december 2006 5,8 8 keer beoordeeld Vak Methode M&O In balans M&O samenvatting: H3 Balans : Een overzicht van de bezittingen, het eigen vermogen en de schulden van een onderneming op een bepaald moment. Vermogen/ Passiva: Eigen vermogen en vreemd vermogen(=de schulden van een onderneming)=>credit: rechterkant van de balans. Resultatenrekening: geeft meer informatie over winst dan de balans. Wordt gebruikt om een gedetailleerd overzicht te geven over de kosten en opbrengsten van een bepaalde periode. Kapitaal goederen/ Activa: De bezittingen van een onderneming en de vorderingen die zij op anderen heeft.(=>debet: linkerkant van de balans) Bij een eenmanszaak is het eigen vermogen zelf ingebracht. Liquide middelen: De betalingsmiddelen kasgeld en banktegoeden. Vreemd vermogen> lang: lening die langer loopt dan 1 jaar. > kort: lening die binnen een jaar betaald moet zijn. Debetzijde en de credit zijde moeten altijd met elkaar in evenwicht zijn. Lening o/g: geld wat de onderneming heeft opgenomen, heeft geleend. Lening u/g: geld dat de onderneming uitgeleend heeft aan anderen. Resultatenrekening: Wanneer je alle kosten en opbrengsten op een overzichtelijke manier weergeeft. Op de resultaten rekening moeten de debet en de creditzijden ook gelijk zijn. Voorraadgrootheden: Balans posten op een bepaald moment. Stroomgrootheden: Balans posten over een bepaalde periode. Samenvatting: H4 Vermogensmarkt: Hierop wordt vermogen aangeboden en gevraagd. 1 De geldmarkt : markt waar vreemd vermogen kort verhandelt wordt. 2 De kapitaalmarkt: markt voor permanent vermogen(aandelen vermogen) en vreemd vermogen lang. Aanbodzijde van de Vermogensmarkt: 1 institutionele beleggers en spaarders; 2 ondernemingen; 3 de overheid. Pagina 1 van 5

- Institutionele beleggers: Beleggers die grote sommen geld te beleggen hebben als uitvloeisel van hun hoofdzaak.(verstrekken vaak geld in de vorm van een onderhandse lening) - Ondernemingen: Als deze geld over heeft gaat deze bijvoorbeeld beleggen. - Overheid: Kan beleggen als de overheidsinkomsten groter zijn dan de overheidsuitgaven. Vragers van vermogen: 1 de consumenten; 2 ondernemingen; 3 de overheid. - Consumenten: Als consumenten geen spaargeld hebben, maar wel grote uitgaven willen doen, zijn een persoonlijke lening of kopen op afbetaling veel gekozen mogelijkheden. - Voor de financiering van productiemiddelen is de onderneming aangewezen op: eigen vermogen en vreemd vermogen(leningen). - Overheid: Als de overheidsuitgave groter zijn dan de overheidsinkomsten moet zij geld lenen. Dan geeft de centrale overheid staatsobligaties uit. Onderhandse lening: Een lang lopende lening, waarbij geld wordt uitgeleend door een geldgever. Deze geldgever ontvangt als vergoeding rente.(overdracht zonder bank) +-punt: er kan onderhandeld worden over de leningsvoorwaarden en de betaling van rente i sneller omdat er maar 1 geldgever is. Obligatie lening: Een lening die is opgesplitst is kleinere gedeelten.(overdracht via de bank) Ondernemend sparen: Particulieren met een hoger inkomen kunnen zich het veroorloven om ondernemend te sparen/ beleggen. Dit doen ze door aandelen te kopen van een NV. Het dividend: De vergoeding voor de aandeelhouders. Deze is afhankelijk van de winst van de NV. Berekent over de nominale waarde. Er moet ook 25% dividend belasting betaalt worden. Koerswinst: Als de verkoop prijs van de aandelen groter is dan de prijs die je betaalt hebt. Beleggingsmaatschappijen: Belegt je geld in meerdere NV s zodat het risico op verlies verkleint. Investeren: Als een onderneming productie middelen aanschaft. Beleggen: Als een particulier of onderneming geld over waarvan ze bijvoorbeeld effecten hebben gekocht in de hoop dat deze geld opbrengt of dat de waarde toeneemt. Vraag en aanbod bepalen de prijs van het product. Kredieten van de geldmarkt: Rekening-courantkrediet (bankkrediet), leverancierskrediet en afnemers krediet. - Rekening-courantkrediet: Schuld van een onderneming of particulier aan een bank. Dan staan ze rood er wordt afgesproken tot welk maximum bedrag ze rood mogen staan. - Leveringskrediet: De koper heeft op rekening gekocht. - Afnemerskrediet: De koper betaalt eerst en pas daarna verkrijg je het product. Tot de kapitaalmarkt worden gerekend: aandelen, obligaties, onderhandse leningen en hypothecaire leningen. De kapitaalmarkt: >Openbare markt en onderhandse markt. - Openbare markt: Worden waardepapieren verhandeld (aandelen en obligaties). Veel aanbieders van vermogen. Meer geld kan worden aangetrokken. De wijzigingen kunnen dagelijks worden gevolgd op de beurs. - Onderhandse markt: Komen vraag en aanbod van leningen samen. Over de voorwaarden van de lening wordt overlegd. Pagina 2 van 5

Emissie(uitgifte): Als de waardepapieren voor het eerst door de onderneming/instelling worden uitgegeven. Plaatsing: Als de waardepapieren worden doorverkocht aan beleggers. Bij emissie van obligaties wordende voorwaarden vooraf bekent gemaakt. Marktmechanisme: Als er een evenwicht is tussen vraag en aanbod. Effecten: waardepapieren die kunnen worden gekocht en verkocht,zoals aandelen en obligaties. Effectenbeurs: De effectenbeurs is de plaats waar de aankoop en verkooporders van effecten worden uitgevoerd. Euronext Amsterdam: fusie van de beurzen van Brussel en Parijs. Alleen door leden van de Vereniging voor de Effectenhandel(Banken of commissionairs). - segment Euronext 100 - segment Next 150 Handel op Euronext: - Doorlopende handel veilingsysteem: De koop en verkooporders orden in het systeem tegenover elkaar gezet en indien mogelijk uitgevoerd. Voor effecten die weinig worden verhandeld. In twee perioden worden alle orders verzameld en aan het eind wordt de prijs bepaald waarmee de orders uitgevoerd kunnen worden. - Handel door veiling Provisie: Als een belegger ook effecten wil kopen of verkopen moet hij zich wenden tot een van de leden van de VE hiervoor moet hij dus provisie betalen. AEX-index: Index voor de 25 grootste in Amsterdam genoteerde ondernemingen. Fondsenreglement: Voorwaarden voor de notering aan de beurs, de inhoud van het prospectus en bv informatie verstrekking aan de beleggers. Orders in doorlopende handel veilingsysteem: Limiet order. Dan geeft de belegger aan de bank of commissionair een maximale koopprijs of minimale verkoopprijs. En Market orders: Dan wordt de opdracht tegen de eerstvolgende prijs uitgevoerd. De nominale waarde: Waarde die op het aandeel staat gedrukt. Centrum voor Fondsenadministratie: Hier worden de aandelen geregistreerd zodat er geen papiertjes meer worden uitgegeven maar alle aankopen en verkopen via de computer gaan. Samenvatting: H5 Aandelenkapitaal: Dit is een permanent vermogen. Als eigen vermogen groter is kan de onderneming makkelijker vreemd vermogen aantrekken(lenen). Emitteren: Aandelen uitgeven(plaatsen). Aandeel: Een waarde papier(deel uit een bedrijf): - Mantel: Naam NV, nominale waarde, plaats van vestiging, maatschappelijk aandelenkapitaal, nummer aandeel. - Dividendblad: Als de NV winst maakt krijgen de aandeelhouders een deel hiervan. Van het dividendblad knip je een dividendbewijs en die lever je in om je dividend te krijgen. Tegenwoordig gaat het automatisch. Dividend: Een deel van de winst uitkering per aandeel dat in je bezit is. Wordt berekend van uit de nominale waarde. Er moet ook 25% dividend belasting betaald worden. - Stockdividend( altijd samen met cashdividend) Pagina 3 van 5

- Cashdividend Nominale waarde: Waarde die op het aandeel vermeldt staat(waarvoor het werd uitgegeven). Koerswaarde: Waarde die op de beurs door vraag en aanbod tot stand komt. Emissie: Wanneer een onderneming het aandelenkapitaal wil uitbreiden, komt er een emissie van aandelen. De prijs(koers) wordt vastgesteld door de emissiekoers(ligt onder de beurskoers). NV aandelenkapitaal: - Maatschappelijk aandelenkapitaal: Totaalbedrag aan aandelen wat er kan worden uitgegeven door een onderneming. - Aandelen in Portefeuille : Totaalbedrag niet uitgegeven aandelen. - Geplaatst aandelenkapitaal: Totaalbedrag aan uitgegeven aandelen. BV aandelen kapitaal: - Maatschappelijk aandelen kapitaal; - Ongeplaatst aandelenkapitaal; - Geplaatst aandelen kapitaal. Optie: Om de werknemers te stimuleren kunnen in sommige NV directieleden aandelen kopen over een bepaald aantal jaren tegen een koers(prijs) die in het begin wordt vastgesteld. Als er dan koers stijging is kopen ze het aandeel voor de vastgestelde prijs en verkopen ze hem voor de hogere beurs prijs. Tantième: Het extraatje voor de werknemer als de winst stijgt. Om ze te stimuleren hard te werken. Preferente aandelen: - Winstuitkering(preferentie): De preferente aandeel houders ontvangen het dividend waarop ze recht hebben voordat de normale aandeel houders dit krijgen. - Zeggenschap: Dat is het recht dat het meest voorkomt het recht om een bindende voordracht te doen van twee personen voor de benoeming van een bestuurslid op te stellen. Uit deze voordracht moeten gewone aandeel houders kiezen. Deze aandelen worden meestal prioriteitsaandelen genoemd. Het is de bedoeling dat deze aandelen in een bepaalde groep personen blijven. - Liquidatie(opheffing): Als de onderneming wordt opgeheven dan krijgen de vreemd vermogen houders eerder hun geld terug dan de aandeelhouders, preferente aandeelhouders krijgen eerder hun vermogensdeelname terug dan gewone aandeelhouders. Nadelen van een Gewone Aandeelhouder op een Preferente Aandeelhouder: - Bij liquidatie ontvangen PA eerder hun geld dan GA. - GA zijn meestal duurder. - Zeggenschap van GA kan worden beperkt door uitgave van PA. Voordelen voor een NV uitgave gewone aandelen: - Opbrengst is hoger. - De meeste houder van gewone aandelen bemoeien zich niet met het beleid of bezoeken zelf de Algemene Vergadering niet. Nadelen voor een NV uitgave gewone aandelen: - Als het met de onderneming slecht gaat zal men niet bereid zijn aandelen te kopen voor de zelfde voorwaarden als eerst, maar als er preferenties tegenover staan. - Door preferente aandelen uit te geven wordt het lastiger gewoon aandelen kapitaal aan te trekken. Prospectus: boekje of krantje waarin informatie staat over uitgegeven aandelen: - Doel van de emissie. Pagina 4 van 5

- Overzicht van de bedrijfsresultaten van de voorgaande jaren. - De winst verdeling. - Prijs waartegen de aandelen verkocht zullen worden. - Datum waarop de aandelen afgehaald moeten worden en wanneer betaald. Emissiekosten: De kosten die je betaald om de aandelen te laten registreren bij het Centrum voor Fondsenadministratie en de kosten van het emissieprospectus. Er zijn drie mogelijkheden voor een onderneming om de aandelen bij het publiek te plaatsen: - A pari: Geplaatst tegen de nominale waarde. - Boven pari: Geplaatst boven de nominale waarde, omdat de toekomstverwachtingen hoog zijn of omdat bij uitbreiding aandelen kapitaal reeds bestaande NV s komen er nieuwe aandeelhouders als medeeigenaar(van de onderneming en eventueel van de opgebouwde reserves) bij daarom een hogere koers. - Beneden pari: Maar in 1 geval toegestaan als de onderneming nieuw vermogen nodig heeft en de aandelen niet kwijt kan boven of a pari, dus ze overdraagt aan een bank. De minimum koers is tegen 94% nominale waarde. Het verschil tussen de emissiekoers en de nominale waarde noemen we agio. Het totale agio wordt op rekening geboekt bij agioreserve, als onderdeel van eigen vermogen. Een balans is een momentopname. Aandeelhouders nog te storten: Als de aandeelhouders het volledige bedrag nog niet gestort hebben. Zodra de NV aangeeft dat deze het nog te storten bedrag nodig heeft moeten de aandeel houders overgaan op volstorting. Tantièmes: Het deel van de winst dat de werknemers en de commissarissen ontvangen. Winstreserve/ Algemene Reserve: Als er van de winst het dividend en tantièmes is afgetrokken blijft dit over in de onderneming. Dividendpercentage: Dividendbedrag voor aftrek van dividendbelasting : geplaatst aandelenkapitaal x 100% Brutodividend: Bedrag voor aftrek dividendbelasting. Pagina 5 van 5