Roep om veiligheid wordt steeds groter terwijl de criminaliteitscijfers dalen. Categorie die de minste kans loopt slachtoffer te worden van een misdrijf voelt zich het meest onveilig. De overheid stelt na iedere ramp zwaardere eisen aan crisis- en rampenbestrijding. Daarbij zien we: Detaillering: elk mogelijk risico tracht men uit te bannen. Stapeling. Er komen nieuwe regels en protocollen terwijl de oude blijven bestaan. Bij dit alles raakt de overheid steeds verder verwijderd van de burger. 1
Ook daar detaillering en stapeling. Extra dilemma: overheid is een beetje de vader en de moeder van het kind. Bij criminaliteit, verkeersveiligheid e.d. wil de burger zelf veilig zijn. Bij de kinderbescherming is het de ander die veilig moet zijn. De doorsneeburger denkt immers niet dat hij met de kinderbescherming te maken krijgt. Kinderbescherming was (en is?) immers voor de onmaatschappelijken. 1. Bescherming is nodig : (a) als het kind ernstig in zijn ontwikkeling bedreigd en er (b) sprake is van een niet-aanvaarbare opvoedingsomgeving. 2. Beide condities moeten tegelijkertijd gelden. 3. Wel (a) maar geen (b): het kind wordt bedreigd maar ouders doen wat je in zo n situatie van DOORSNEE ouders mag verwachten. 4. Geen (a) maar wel (b): het kind ontwikkelt zich goed maar ouders maken er een janboel van. Is het zo simpel? Niet helemaal want want de ene janboel is de andere niet. Als het kind goed functioneert terwijl de opvoeding van de ouders elementen mist die cruciaal zijn voor de ontwikkeling van het kind, is er sprake van een reële dreiging. Hoge Raad 30 april 1928: voldoende is dat er een reële dreiging is van ondergang. Dit betekent dat kennis over de ontwikkeling van het kind onmisbaar is bij de beslissing wel of geen maatregel uit te spreken. 2
1. Je kunt vaak wel op basis van één observatie zien of een kind achter is in de ontwikkeling. 2. Maar bij een bedreigde ontwikkeling moet je informatie uit het (recente) verleden vergelijken met het huidige beeld: 1.Meerdere observaties in de loop der tijd. 2.Meerdere bronnen raadplegen. Samenvattend: je hebt kennis nodig over ontwikkeling en je moet weten hoe je ontwikkeling in beeld kunt brengen Zorgpunten: Ontwikkelingsachterstanden Probleemgedrag Stoornissen Bedreigingen Noodzakelijke zorg niet of onvoldoende geaccepteerd Visie gezin en familie Sterke Punten Veerkracht Protectieve factoren Eigen kracht familie Visie gezin en familie? Het Kind: Mogelijke ver storingen in de ontwikkeling en: Ernstige bedreigingen Gewenste ontwikkelings uitkomst Vertaling van stap 2 In termen van de ontwikkeling van het kind Van negatief naar positief Werkdoelen en Middelen Keuze uit gewenste ontwikkelingsuitkomsten van stap 3 SMART én: wie wat waar wanneer hoe Plan op tafel Zorgpunten: Ontwikkelingsachterstanden Probleemgedrag Stoornissen Bedreigingen Noodzakelijke zorg niet of onvoldoende geaccepteerd Visie gezin en familie Sterke Punten Veerkracht Protectieve factoren Eigen kracht familie Visie gezin en familie? Het Kind: Mogelijke ver storingen in de ontwikkeling en: Ernstige bedreigingen Deltamethode: (1) werken met plan (2) houding en communiceren: schakelen tussen engageren en positioneren. Gewenste ontwikkelings uitkomst Vertaling van stap 2 In termen van de ontwikkeling van het kind Van negatief naar positief Werkdoelen en Middelen Keuze uit gewenste ontwikkelingsuitkomsten van stap 3 SMART én: wie wat waar wanneer hoe Sacha verzuimt heel vaak van school Wordt: Sacha gaat naar school Beter is: Sacha gaat met plezier naar school Plan op tafel 3
Wet op de Jeugdzorg: onbedreigde ontwikkeling van een jeugdige. Nieuwe formulering BW1: 255 De kinderrechter kan een minderjarige onder toezicht stellen van een stichting indien een minderjarige zodanig opgroeit dat hij in zijn ontwikkeling wordt bedreigd en... IVRK: rekening houdend met de harmonische ontwikkeling van het kind. ONTWIKKELINGSTAKEN KINDEREN Fysiologische regulatie Motorische ontwikkeling Affectregulatie en differentiatie Vorming gehechtheidsrelaties Vorming van een autonoom zelf Symbolische ontwikkeling Verwerking van sociale informatie relaties met leeftijdgenootjes Functioneren op school VAARDIGHEDEN Slikken, adequaat op prikkels reageren, slaap / waak ritme opbouwen Fles vast houden, rollen, kruipen, lopen fijnere motorische vaardigheden gevoelens herkennen, een naam geven Opvoeder gebruiken als veilige basis, durven exploreren, tijdje alleen kunnen zijn. Zelf initiatieven nemen, exploreren, contactleggen met andere kinderen Woorden leren, napraten.!alsof-spel" met stimulerend speelgoed spelen Nieuwsgierig naar wat een ander, bedoelt, vraag stellen Spelletjes doen met anderen, simpele conflicten aangaan / oplossen Luisteren, een tijdje stil zitten ONTWIKKELINGSTAKEN adolescenten ADOLESCENTEN ontwikkelingstaken: vaardigheden: autonomie t.o.v. ouder(s) onderwijs/werk vrije tijd woonsituatie omgaan met autoriteit gezondheid lichaam/uiterlijk sociale contacten/vriendschappen intimiteit, seksualiteit VAARDIGHEDEN (VOORBEELDEN) Slot & Spanjaard, 2004!geven en nemen"in discussies, minder afhankelijk van goedkeuring ouders Stage lopen/ kiezen voor studie/realistische beroepsaspiraties Hobby kiezen, plannen van vrije tijd, eigen huishouden opbouwen, met geld uitkomen, Op zelfbewuste wijze gezag dulden, onderhandelen Gerichte keuzes bij eten en drinken, risico"s op letsel inschatten Blij zijn met je uiterlijk, goede hygiëne, zorg besteden aan kleding Onderhouden van contacten met!beste" vrienden/vriendinnen, iets voor een ander doen, weten uit je netwerk kan helpen. aanvoelen welke intimiteit je wenst, erover praten met partner 15 ONTWIKKELINGSTAKEN JONGVOLWASSENEN Autonomie t.o.v. (schoon)ouder(s) Financiële onafhankelijkheid Relatie Rollen verdelen in relatie Netwerk Huisvesting Binnenkort wel of geen Kinderen Intimiteit, seksualiteit!oud zeer"stress en problemen uit (recent) verleden. VAARDIGHEDEN Onafhankelijk van (schoon)ouders beslissingen nemen, relatie met ouders van je partner. Zorgen voor eigen inkomsten vs afhankelijkheid. Kor en lange termijn doelen. Uitzoeken of je een vaste relatie wilt, met wie. Anticiperen over event. vragen van omgeving. Eigen wensen / ambities uiten en realiseren. Onderhandelen, beslissen over wederzijdse verantwoordelijkheden. Netwerk onderhouden en uitbreiden. Omgaan met netwerk partner. Kiezen (event onderhandelen) mbt locatie, soort huis financiële verplichtingen. Communiceren over kinderwens, opvoedingsvaardigheden, omgaan medisch circuit. Vormgeven aan sex met vaste of juist geen vaste partner(s), Sex na de roze wolk. Contact met helpers in netwerk, uitzoeken welke instanties kunnen helpen. 4
Afstand tussen overheid en burger moet kleiner worden. De jeugdwet noemt vier ontwikkelingsdomeinen: 1) gezondheid, 2) veiligheid 3) groei naar zelfstandigheid en 4) maatschappelijke participatie. Seksualiteit zou zowel onder gezondheid als veiligheid kunnen vallen * Denk aan (L)VB, tienermoeders e.d. Renske Broeders (2012). N=51 jongeren die in Jeugdzorgplus zijn geplaatst. 5
OTS: Artikel 1:254 lid 1 BW1: Indien een minderjarige zodanig opgroeit, dat zijn zedelijke of geestelijke belangen of zijn gezondheid ernstig worden bedreigd, en andere middelen ter afwending van deze bedreiging hebben gefaald of, naar is te voorzien, zullen falen, kan de kinderrechter hem onder toezicht stellen van een stichting als bedoeld in artikel 1, onder f, van de Wet op de jeugdzorg. (= bureau jeugdzorg) Artikel 255 1. De kinderrechter kan een minderjarige onder toezicht stellen van een stichting indien een minderjarige zodanig opgroeit dat hij in zijn ontwikkeling ernstig wordt bedreigd, en: a. de zorg die in verband met het wegnemen van de bedreiging noodzakelijk is voor de minderjarige of voor zijn ouders of de ouder die het gezag uitoefenen, door dezen niet of onvoldoende wordt geaccepteerd, en b. de verwachting gerechtvaardigd is dat de ouders of de ouder die het gezag uitoefenen binnen een gelet op de persoon en de ontwikkeling van de minderjarige aanvaardbaar te achten termijn, de verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding aanvaardbaar te achten termijn, de En met de overgrote verantwoordelijkheid voor de verzorging en opvoeding, bedoeld in artikel meerderheid van de 247, tweede lid, in staat zijn te dragen. kinderen gaat het goed 17-9-2013 22 6