JAARRAPPORT 2008 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE

Vergelijkbare documenten
MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE

MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE JAARRAPPORT

JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2013

JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2012

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

DEFINITIEF JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2015

DEFINITIEF JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2014

Rapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Sciensano

DEFINITIEF JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2017

DEFINITIEF JAARRAPPORT POCT GLUCOSE 2016

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT Allergie 2018

Resultaten vragenlijst Mycobacteriën

DEFINITIEF JAARRAPPORT Allergie 2015

JAARRAPPORT 2006 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE NIET INFECTIEUZE SEROLOGIE

DEFINITIEF GLOBAAL JAARRAPPORT Allergie 2016

Rapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid

Rapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid

Rapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid

K.B B.S In werking

Laboratoria Stichting PAMM. Pathologie en Medische Microbiologie

MOLECULAIRE BIOLOGIE Artikel 33 bis

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE GLOBAAL RAPPORT

JAARRAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE

KLINISCHE BIOLOGIE Art. 24bis pag. 1 officieuze coördinatie Opsporen op kwalitatieve wijze van het hepatitis C virus (HCV) B 2000

1. Deelnemers. 2. Stalen

K.B In werking B.S

Labboekje. Medische Microbiologie. Virologie (LKV) Zoeken op basis van serologie.

Dr. Apr. Biol. Walter Verstrepen

JAARRAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE

Externe kwaliteitsevaluatie. Alcoholbepaling in bloed 2003/1. Mei

1. Deelnemers. 2. Stalen

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

DEFINITIEF JAARRAPPORT 2013

WETENSCHAPPELIJK INSTITUUT VOLKSGEZONDHEID COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN

Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

De RODE markeringen m.b.t. de opsporing van Bordetella pertussis gaan in voege vanaf 01/04/2019 (blz. 4) AFDELING Klinische biologie

KWALITEITSHANDBOEK. Staalbehandeling moleculaire biologie OLV Ziekenhuis Aalst Versie 25/03/2016. OLV Ziekenhuis. Klinisch Laboratorium F.MB.

1. Deelnemers. 2. Stalen

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

Detectie van occulte Hepatitis B bij bloeddonoren

Bijlage bij het accreditatiecertificaat BELAC nr. 286-MED. Universitaire Ziekenhuizen KULeuven Activiteitencentrum Moleculaire Diagnostiek

1. Deelnemers. 2. Stalen

Dienst: Kwaliteit van laboratoria. HANDLEIDING VOOR HET GEBRUIK VAN DE TOOLKIT: ENQUÊTE MICROBIOLOGIE MALDITOF (Instructies voor de deelnemers)

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

Het doel van rondzendingen; de visie van vakgenoten. Caroline Swanink 14 juni 2011

Rapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid

Moleculaire diagnostiek darmparasieten overzicht 2014

Labboekje. Medische Microbiologie. Virologie (LKV) Zoeken op basis van serologie.

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2017/4

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE RF/anti-CCP ENQUETE 2016/2

FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE

KLINISCHE BIOLOGIE Art. 24bis pag. 1 officieuze coördinatie Opsporen op kwalitatieve wijze van het hepatitis C virus (HCV) B 2000

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

Sectie Virologie. Op weg naar harmonisatie

JAARRAPPORT 2008 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE NIET INFECTIEUZE SEROLOGIE. AAN RF/WR/aCCP / Coelakie merkers

NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE ANA

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/2

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT POCT BLOEDGASSEN EN CO-OXYMETRIE ENQUETE 2019/1

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE POCT GLUCOSE IV

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE POCT GLUCOSE II

Detectie van M. tuberculosis met moleculaire technieken

GLOBAAL RAPPORT EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE POCT GLUCOSE

Tarieven Streeklab - Eerstelijns diagnostiek 2014

DIAGNOSTIEK TARIEVEN EERSTE LIJN 2014

Lijst verrichtingen laboratorium Medische Microbiologie

1. RSV: testaanbod. 1.1 RSV antigeen = sneltest

Rondzendingen Moleculaire Diagnostiek T.vaginalis & darmprotozoa -overzicht 2018-

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/2

De wissers kan u aanvragen via onze website of telefonisch via ons medisch secretariaat. VESTIGINGSEENHEID

Onderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut in Brussel, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.

Casuspresentaties infectieuse serologie: laboratoriumaspecten. Dr. Alex Mewis Klinisch Bioloog Jessa Ziekenhuis - Campus Virga Jesse Hasselt

Van kweek naar moleculair: consequenties voor harmonisatie. To type or not to type, that s the question?

Externe kwaliteitsevaluatie voor ronde van de Sperma analyse: globaal rapport

Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid. Verwerking van gecensureerde waarden

Waarde van digitale analyse met WASPLab van chromogene media (MRSA, VRE)

Moleculaire diagnostiek in de Klinische Biologie Spek voor mijn bek?

NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE RF - anti-ccp

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT ANDROLOGIE ENQUETE 2015/1 Verbeterde Versie

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2019/1

De accreditatie werd uitgereikt aan/ L'accréditation est délivrée à/ The accreditation is granted to/ Die akkreditierung wurde erteilt für:

R.I.Z.I.V. Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

Nieuwe strategieën voor soa-testing in België IRITH DE BAETSELIER

EXPERTISE, DIENSTVERLENING EN KLANTENRELATIES KWALITEIT VAN MEDISCHE LABORATORIA COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN EXPERTEN

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE ANCA ENQUETE 2017/3

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT NIET-INFECTIEUZE SEROLOGIE ANA ENQUETE 2016/3

VOORLOPIG JAARRAPPORT PATHOLOGISCHE ANATOMIE Histologie/Immunohistochemie 2016

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Allergie ENQUETE 2018/1

DEFINITIEF GLOBAAL RAPPORT Andrologie ENQUETE 2013/1

Instructie bewaren en verzenden materialen. Let op: strip tot 3/4 dopen in urine; geen vloeibare urine in potje!

N I E U W S B R I E F

Labboekje. Medische Microbiologie MDU. Zoeken op basis van bepaling

Trichomonas vaginalis, ontmaskering van een onderschatte pathogeen? Philippe Willems Promotor: Dr. R. Cartuyvels

IgG antistoffen. imuunstatus/vaccin atie: IgG antistoffen. Antistoffen

Interpretatie van laboratoriumtesten: microbiologie

Transcriptie:

ISSN 0778-8363 WIV J. Wytsmanstraat, 14 B-1050 BRUSSEL FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST LABORATORIA VOOR KLINISCHE BIOLOGIE COMITES VAN DESKUNDIGEN JAARRAPPORT 2008 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE WIV/2008/Moleculaire Microbiologie. 01 Dit rapport mag uitsluitend worden gereproduceerd, gepubliceerd of gedistribueerd met toestemming van het WIV.

Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid Departement Epidemiologie en toxicologie Afdeling Klinisch Biologie Dr Bernard China EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE JAARRAPPORT 2008 1/30

Lijst van experts (vergadering van 27/11/2008) Naam Instelling Email Dr. Hans de Beenhouwer O.L.V.Ziekenhuis, Aalst hans.de.beenhouwer@olvz-aalst.be Dr. Anne Dediste Hôpital Saint Pierre, Brussel anne_dediste@stpierre-bru.be Dr. Nicolas Hougardy Clinique Sud Luxembourg, Aarlen nhougardy@clinsudlux.be Dr. Greet Ieven UZA, Antwerpen Greet.Ieven@uza.be Dr. Koen Magerman Virga Jesse Ziekenhuis, Hasselt koen.magerman@virgajesse.be Dr. Denis Pierard UZ Brussel, Brussel denis.pierard@uzbrussel.be Dr. Marjan Van Esbroeck ITG, Antwerpen mvesbroeck@itg.be Dr. Johan Van Eldere UZ Leuven, Leuven Johan.vaneldere@uz.kuleuven.ac.be Dr. Sophie Woestyn Labo Woestyn sophie.woestyn@skynet.be Dr. Marijke Reynders Hôpital Saint Pierre, Brussel marijke_reynders@stpierre-bru.be Dr. Bernard China Coördinator Dr. Kris Vernelen Coördinator vervanger WIV, Brussel WIV, Brussel Bernard.china@iph.fgov.be Kris.vernelen@iph.fgov.be 2/30

INLEIDING 2008 was het eerste jaar waar het WIV een externe kwaliteitsevaluatie (EKE) organiseerde voor het opsporen en het genotyperen van microbiële kiemen (bacteriën, virussen, parasieten) in biologische stalen door gebruik te maken van moleculaire technieken. Deze parameters maken deel uit van artikel 24 (N. gonorrhoeae, kwalitatieve HCV, M. tuberculosis, Chlamydia trachomatis) en 24 bis (kwantitatieve HCV, HCV genotypering, HBV, Enterovirus, HSV, VZV, Toxoplasma gondii) van de RIZIV nomenclatuur. De stalen werden geleverd door QCMD (www.qcmd.org) die eveneens de gegevens verzamelde en de verwerkte. De stalen zijn verdeeld in: negatief, sterk positief, positief, zwak positief. Indien het antwoord juist is, krijgt het laboratorium een 0-score. Indien het antwoord fout is, hangt dit af van de stalen. Voor een negatief of een sterk positief staal, krijgt het labo een score van 3; voor een positief staal, krijgt het labo een score van 2 en voor een zwak positief staal een score van 1. Bijgevolg is de laagste score het beste resultaat. Bovendien kent QCMD een score van 3 toe voor een antwoord not determined. Tenslotte beschouwt het WIV de scores 3 voor een vals positief resultaat of voor een vals negatief resultaat bij sterk positieve stalen als klinisch belangrijke fouten en ontvangen de laboratoria die dergelijke fout maakten een officiële klacht. In 2008, werden 6 enquêtes georganiseerd. 2008.01 : Chlamydia trachomatis A 2008.02 : Varicella-Zoster virus, Enterovirus, Herpes simplex virus. 2008.03 : HBV, HCV detectie en HCV genotypering 2008.04 : Chlamydia trachomatis B en Neisseria gonorrhoeae 2008.05 : Toxoplasma gondii 2008.06 : Mycobacterium tuberculosis 3/30

I. BACTERIËN 1. CHLAMYDIA TRACHOMATIS Twee enquêtes werden georganiseerd in 2008, CTA en CTB met elke keer 7 stalen voor de detectie in urine en 3 stalen voor de detectie in uitstrijkjes. Voor Enquête A hebben 47 van de 54 ingeschreven deelnemers (of 87%) geantwoord. Voor enquête B, hebben 49 laboratoria op 52 (94%) ingebracht maar één laboratorium heeft twee keer de geëncodeerd want zij hebben twee verschillende kits gebruikt. 1.1. OPSPORING VAN CHLAMYDIA TRACHOMATIS IN DE URINE 1.1.1. DE STALEN Tabel I.1. Verzonden stalen voor de opsporing van C. trachomatis in urine. Staal Inhoud Copies/staal Statuut CTA08 01 C. trachomatis 570 Positief CTA08 02 C. trachomatis 6 zwak positief CTA08 03 C. trachomatis 5700 sterk positief CTA08 04 C. trachomatis/ N. gonorrhoeae 57 Zwak positief CTA08 05 geen C. trachomatis 0 Negatief CTA08 06 C. trachomatis 570 Positief CTA08 07 C. trachomatis 57 Zwak positief CTB08 01 C. trachomatis 570 Sterk positief CTB08 02 C. trachomatis 5700 Sterk positief CTB08 03 C. trachomatis 57 Zwak positief CTB08 04 C. trachomatis 0 Negatief CTB08 05 C. trachomatis 57 Zwak positief CTB08 06 C. trachomatis 570 Positief CTB08 07 C. trachomatis Zwak positief 4/30

1.1.2. BEOORDELING VAN DE RESULTATEN PER STAAL. Tabel I.2. Resultaten van de laboratoria per staal Staal Statuut Negatief Positief NB Commentaar CTA08-01 Positief 8 36 3 8 slechte antwoorden 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-02 zwak positief 41 1 5 41 slechte antwoorden 4 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-03 sterk positief 3 41 3 3 klinisch belangrijke fouten 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-04 zwak positief 24 20 3 24 slechte antwoorden 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-05 Negatief 43 1 3 1 klinisch belangrijke fout 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-06 Positief 6 35 3 6 slechte antwoorden 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTA08-07 Zwak positief 23 21 3 23 slechte antwoorden 2 laboratoria met inhibitie 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd CTB08-01 Sterk positief 4 44 2 4 klinisch belangrijke fouten 2 antwoorden not done in urine» CTB08-02 Sterk positief 0 48 2 2 antwoorden «not done in urine» CTB08-03 Zwak positief 27 21 2 27 slechte antwoorden 2 antwoorden «not done in urine» CTB08-04 Negatief 47 1 2 1 laboratorium heeft het staal slecht gereconstitueerd 2 antwoorden not done in urine CTB08-05 Zwak positief 23 24 2 23 slechte antwoorden 2 antwoorden «not done in urine» CTB08-06 Positief 3 45 2 3 slechte antwoorden 2 antwoorden «not done in urine» CTB08-07 Zwak positief 24 23 2 24 slechte antwoorden 2 antwoorden «not done in urine» NB: niet bepaald 5/30

1.1.3. COMMENTAREN -Het aantal juiste antwoorden bedroeg 454 op 679 (66,9%). Het aantal vals negatieven bedroeg 186 (27,4%), waarvan 7 (1%) klinisch belangrijke fouten. Het aantal vals positieven was 2 (0,3%). Het aantal laboratoria met inhibitie was 16 (2,4%). Twee laboratoria sporen C. trachomatis niet op in de urine en één laboratorium heeft de stalen van de enquête CTA slecht gereconstitueerd. -Het is eigenaardig vast te stellen dat staal CTB08-01 met 570 copies als sterk positief beschouwd wordt, terwijl de stalen CTA08-01, CTA08-06 en CTB-08-06 die eveneens 570 copies bevatten, slechts als positief beschouwd worden. De vraag werd aan QCMD gesteld en het lijkt erop dat het aantal exemplaren slechts één factor is voor het bepalen van het statuut van een staal. Het aantal correcte antwoorden (tijdens een pre-test?) is een ander criterium. -In het algemeen is er een toename in prestaties met een toenemend aantal copies in het staal. - Voor stalen CTB0-01, CTB08-03 en CTB08-05, bekwam het laboratorium dat 2 instuurde, correcte met de "Nanogen Chlamydia tr. Q-PCR-Alert kit en foutieve met de Qiagen Artus C. trachomatis PCR kit. -Voor staal-ctb08-01, voegde het laboratorium met een foutief antwoord, het commentaar "doubtful" in. -Staal CTA08-02 met 6 copies/tube werd als zwak positief beschouwd. De vraag naar het nut van een dergelijk staal dient gesteld daar slechts 1 laboratorium een correct resultaat bekwaam, dit lijkt des te eigenaardiger daar dit laboratorium voor alle andere positieve een foutief resultaat bekwaam. Dit staal dient enkel om de gevoeligheid van de gebruikte methode te controleren en niet meer. 1.1.4. INDELING VAN DE LABORATORIA Indien men voor enquête CTA de scores van QCMD volgt en staal CTA08-02 uitsluit, bedraagt de minimaal mogelijke score 0 en de maximaal mogelijke 12 (ingeval van 100 % foutieve antwoorden). Voor de enquête CTB, werden de 2 laboratoria die de stalen niet testen, niet in rekening gebracht. Voor het laboratorium dat de 2 maal instuurde, werden 2 scores berekend (2 voor de Nanogen kit en 5 voor de Artus kit). Voor enquête CTB was de minimum score 0 en de maximum score 14. 6/30

Figuur I. 1. Score van de laboratoria Figuur I. 1 toont dat de meeste laboratoria een score onder de 3 hebben en er weinig verschil bestaat tussen de twee enquêtes. 1.1.5. VERGELIJKING VAN METHODEN Tabel I.3. Enquête CTA Methode Lab correcte foutieve VN VP Totaal % # NASBA IN HOUSE 2 12 2 2 0 14 85.71 1 Real time in house 1 6 1 1 0 7 85.71 2 Roche Cobas TaqMan CT 4 21 7 7 0 28 75 3 Abbott Real time CT 1 5 2 2 0 7 71.43 4 Roche COBAS Amplicor CT/NG 10 46 24 24 0 70 65.71 5 Roche Amplicor CT/NG 12 49 35 33 2 84 58.33 6 Becton. Dickinson ProbeTec ET 11 43 34 33 1 77 55.84 7 QIAGEN artus C. trachomatis PCR Kit 5 18 17 17 0 35 51.43 8 Totaal 46 200 122 119 3 322 62.11 VN : vals negatief, VP : vals positief, # : Positie 7/30

Tabel I. 4. Enquête CTB Methode Lab Correcte foutieve VN VP NB Totaal % # Abbott Real time CT/NG 1 7 0 0 0 0 7 100 1 Gen-Probe APTIMA Combo 2 1 7 0 0 0 0 7 100 1 Gen-Probe PACE 2 CT 1 1 6 6 0 0 7 100 1 Nanogen Chlamydia tr. Q-PCR 1 7 0 0 0 0 7 100 1 Shangai Bio-Tech IMTec CT Real time PCR 1 4 3 3 0 0 7 100 1 Becton, Dickinson ProbeTec ET 10 57 13 13 0 0 70 81 2 Roche Cobas TaqMan CT 4 22 6 6 0 0 28 79 3 Roche Amplicor CT/NG 46 15 0 61 75 4 QIAGEN artus C. trachomatis PCR Kit 5 25 10 10 0 0 35 71 5 Real time in house 3 15 6 6 0 0 21 71 6 Roche COBAS Amplicor CT/NG 10 48 22 22 0 70 69 7 Abbott Real time CT 2 9 5 5 0 0 14 64 8 Roche Amplicor CT/NG 11 46 31 14 1 16 77 60 9 Totaal 50 294 117 85 1 16 380 77 NB: niet bepaald Tabel I.5. Enquêtes CTA en CTB. Methode Lab Correcte Foutieve VN VP NB Totaal % # Abbott Real time CT/NG 1 7 0 0 0 0 7 100 1 Gen-Probe APTIMA Combo 2 1 7 0 0 0 0 7 100 1 Nanogen Chlamydia tr. Q-PCR Alert Kit 1 7 0 0 0 0 7 100 1 NASBA IN HOUSE 2 12 2 2 0 0 14 86 2 Roche Cobas TaqMan CT 8 43 13 13 0 0 56 77 3 Real time in house 4 21 7 7 0 0 28 75 4 Becton, Dickinson ProbeTec ET 21 100 47 46 1 0 147 68 5 Roche COBAS Amplicor CT/NG 20 94 46 46 0 0 140 67 6 Abbott Real time CT 3 14 7 7 0 0 21 67 7 QIAGEN artus C. trachomatis PCR Kit 10 43 27 27 0 0 70 61 8 Roche Amplicor CT/NG 23 95 66 47 3 16 161 59 9 Shangai Bio-Tech IMTec CT Real time PCR 1 4 3 3 0 0 7 57 10 Gen-Probe PACE 2 CT 1 1 6 6 0 0 7 14 11 Totaal 96 448 224 204 4 16 672 67 Kit Pace 2 CT schijnt onvoldoende gevoelig te zijn. Deze methode doet geen beroep op een voorafgaande amplificatie aan de hybridisatie, dit verklaart wellicht de geringe gevoeligheid. 8/30

1.2.OPSPORING VAN CHLAMYDIA TRACHOMATIS VANAF WISSERS 1.2.1. DE STALEN Tabel I. 6. Stalen van de wissers Staal Inhoud Copies Statuut CTA08 09 C. trachomatis 5700 sterk positief CTA08 10 C. trachomatis 57 zwak positief CTA08 08 Negatieve wisser 0 Negatief CTB08 08 C. trachomatis 57 Positief CTB08 09 C. trachomatis 5700 Sterk positief CTB08 10 Negatieve wisser 0 Negatief 1.2.2. BEOORDELING VAN DE RESULTATEN PER STAAL Tabel I.7. Resultaten per staal Staal Statuut Positief Negatief NB Commentaar CTA08 09 sterk positief 44 1 2 44 goede antwoorden 1 klinisch belangrijke fout 2 laboratoria met inhibitie CTA08 10 zwak positief 41 4 2 41 goede antwoorden 4 slechte antwoorden 2 laboratoria met inhibitie CTA08 08 Negatief 0 45 2 45 goede antwoorden 2 laboratoria met inhibitie CTB08 08 Zwak Positief 39 11 0 39 goede antwoorden 11 slechte antwoorden CTB08 09 Sterk positief 49 1 0 49 goede antwoorden 1 klinisch belangrijke fout CTB08 10 Negatief 0 50 0 Ok 1.2.3. DE SCORES VAN DE LABORATORIA De minimum score voor enquêtes CTA en CTB bedroeg 0 en de maximum score bedroeg 8. Figuur I.2 toont de verdeling van de scores per laboratorium en per enquête. 9/30

Figuur I.2. Verdeling van de scores per laboratorium en per enquête Het blijkt dat over het geheel genomen de beter zijn voor enquête B dan voor enquête A. 1.2.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN VOOR BEIDE ENQUÊTES CTA EN CTB Tabel I. 8 geeft de methoden weer die gebruikt werden voor de detectie van C. trachomatis vanuit wissers (gerangschikt van de meest naar de minst performante). Tabel I. 8. Prestaties van de methoden voor de enquêtes CTA en CTB Methode Lab correcte foutieve VN VP NB Totaal % # Roche Cobas TaqMan CT 8 24 0 0 0 0 24 100 1 NASBA in house 2 6 0 0 0 0 6 100 2 Gen-Probe APTIMA Combo 2 1 3 0 0 0 0 3 100 3 Nanogen Chlamydia tr. Q-PCR Alert Kit Shangai Bio-Tech IMTec CT Real time PCR Kit 1 3 0 0 0 0 3 100 3 1 3 0 0 0 0 3 100 3 Abbott Real time CT/NG 1 3 0 0 0 0 3 100 3 Roche COBAS Amplicor CT/NG 20 58 2 2 0 0 60 97 4 QIAGEN Artus C. trachomatis PCR Kit 10 28 2 2 0 0 30 93 5 Real time in house 4 11 1 1 0 0 12 92 6 Abbott Real time CT 3 8 1 1 0 0 9 89 7 Roche Amplicor CT/NG 23 60 9 5 0 4 69 87 8 Becton, Dickinson ProbeTec ET 21 49 14 11 0 3 63 77 9 Gene probe PACE 2 CT 2 3 3 3 0 0 6 50 10 Totaal 97 259 32 25 0 7 288 90 11 VN: Vals negatief, VP: vals positief, NB: niet- bepaald. PACE 2 CT: lage gevoeligheid. 10/30

2. OPSPORING VAN NEISSERIA GONORRHOEAE IN URINE Vijfentwintig laboratoria op 28 ingeschrevenen (89%) hebben ingestuurd. 2.1. DE STALEN Tabel I. 9. De stalen Staal inhoud Copies Statuut NG08-01 N. gonorrhoeae Positief NG08-02 N. gonorrhoeae 10 3 CFU/ml Zwak positief NG08-03 N. gonorrhoeae Positief NG08-04 N. gonorrhoeae 10 5 CFU/ml Sterk positief NG08-05 Negatief Negatief NG08-06 N. lactamica 10 5 CFU/ml Negatief NG08-07 N. gonorrhoeae Positief NG08-08 N. gonorrhoeae Positief NG08-09 N. cinerea 10 5 CFU/ml Negatief NG08-10 N. gonorrhoeae Sterk positief NB: het valt op te merken dat er bij deze enquête, twee soorten negatieve stalen waren: een staal zonder bacterieel materiaal (NG08-05) en twee stalen met andere Neisseria met name N. lactamica (NG08-06) en N. cinerea (NG08-09). 2.2. RESULTATEN VAN DE LABORATORIA PER STAAL Tabel I.10. Resultaten per staal Staal Statuut Positief Negatief NB Commentaar NG08-01 Positief 21 3 1 3 slechte antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine NG08-02 Zwak positief 14 (56%) 10 (40%) 11/30 1 (4%) 14 goede antwoorden 10 slechte antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine NG08-03 Positief 17 (68%) 7 (28%) 1 (4%) 17 goede antwoorden 7 slechte antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine NG08-04 Sterk positief 24 0 1 1 laboratorium analyseert geen urine NG08-05 Negatief 0 24 (96%) NG08-06 Negatief 11 13 (44%) (52%) NG08-07 Positief 21 3 (84%) (12%) NG08-08 Positief 19 (76%) NG08-09 Negatief 7 (28%) 5 (20%) 17 (68%) 1 (4%) 1 (4%) 1 (4%) 1 (4%) 1 (4%) 24 goede antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine 11 klinisch belangrijke fouten 1 laboratorium analyseert geen urine 21 goede antwoorden 3 slechte antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine 19 goede antwoorden 5 slechte antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine 7 klinisch belangrijke fouten 17 goede antwoorden 1 laboratorium analyseert geen urine NG08-10 Sterk positief 22 2 1 2 klinisch belangrijke fouten 1 laboratorium analyseert geen urine Het aantal juiste bedroeg 192 op 250 d.w.z 76,8%. Het aantal vals positieven bedroeg 18 (ofwel 7,2% van het totaal of 24% van de negatieve stalen) en het aantal vals

negatieven bedroeg 30 (ofwel 12% van het totaal of 17% van de positieve stalen) waarvan 2 klinisch belangrijke fouten. 2.3. SCORE VAN DE LABORATORIA De gecumuleerde score van de laboratoria wordt in figuur I.3 getoond. De minimale score bedroeg 0 en de maximumscore bedroeg 21. Men stelt vast dat 50% van de laboratoria een score lager dan 3 heeft. Figuur I.3. Verdeling van de score van de laboratoria. 2.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN Tabel I. 11. Vergelijking van de gebruikte methoden Methode Lab N correcte % VN VP SP GE # Becton Dickinson ProbeTec CT/NG* 7 70 63 90 4 3 85.7% 91.8% 1 Realtime in house 5 50 45 90 1 4 86.7% 97.1% 2 Abbott Real time CT/NG 1 10 9 90 1 0 100% 87.5% 3 ImTec Diagnostics NG Real time PCR Kit 1 10 9 90 0 1 66.7% 100% 4 Roche COBAS Amplicor CT/NG 6 60 38 63.3 16 s6 66.7% 61.9% 5 Roche Amp licor CT/NG 4 40 25 62.5 9 6 50% 67.9% 6 Totaal 24 240 189 78.75 31 20 77.3% 82.9% GE: Gevoeligheid; SP: Specificiteit * : kruisreactie met N. cinerea die in de insert van de kit beschreven wordt. Het laboratorium dat de urine niet analyseerde werd niet in aanmerking genomen. 12/30

3. MYCOBACTERIUM TUBERCULOSIS De reeks van stalen voor de opsporing van M. tuberculosis omvatte 10 flacons waarvan 5 stalen CSV en 5 stalen sputum voorstelden. 3.1. MYCOBACTERIUM TUBERCULOSIS IN CSV. Zestien laboratoria op 21 d.w.z 76,2% hebben ingestuurd. Eén laboratorium heeft twee reeksen van ingevoerd omdat zij 2 methoden gebruikt hebben. Het totaal aantal van reeksen van bedroeg dus 17. 3.1.1. DE STALEN Tabel I.12. Kenmerken van de stalen Staal Inhoud Copies Statuut MTB08 01 M. tuberculosis complex 1000 Positief MTB08 02 geen Mtb 0 Negatief MTB08 03 M. tuberculosis complex 10000 Sterk Positief MTB08 04 M. tuberculosis complex 1000 positief MTB08 05 M. tuberculosis complex 100 Zwak positief 3.1.2. RESULTAAT PER STAAL Tabel I.13. Resultaat per staal Staal Statuut Positief Negatief Commentaar MTB08-01 Positief 16 1 16 goede 1 slecht resultaat MTB08-02 Negatief 0 17 Ok MTB08-03 Sterk Positief 17 0 Ok MTB08-04 Positief 16 1 16 goede 1 slecht resultaat MTB08-05 Zwak positief 12 5 12 goede 5 slechte Geen enkele klinisch belangrijke fout werd tijdens dit onderzoek vastgesteld. Het percentage goede antwoorden bedroeg 91,7%. 13/30

3.1.3. DE SCORE VAN DE LABORATORIA. De ideale score bedroeg 0 en de slechtste score bedroeg 11 in geval van 100% slechte antwoorden. Dertien laboratoria hebben een score 0 bekomen, 4 laboratoria hebben de score 1 en één laboratorium heeft de score 7 bekomen. 3.1.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN Tabel I.14. Vergelijking van de gebruikte methoden. Methode Lab N Correcte % VP VN # PathoFinder RealAccurate MTB kit 3 15 15 100 0 0 1 QIAGEN artus Heer. tuberculosis PCR Kit 1 5 5 100 0 0 2 (RG) Rots COBAS Amplicor MTB 3 15 15 100 0 0 1 Rots Cobas TaqMan MTB Test 1 5 5 100 0 0 2 Nested PCR 1 5 4 80 0 1 5 real time PCR taqman 4 20 18 90 0 2 3 Becton Dickinson ProbeTec EN 4 20 16 80 0 4 4 Totaal 17 85 78 91.76 0 7 VP: vals positief; VN: vals negatief; #:positie 3.2. OPSPORING VAN MYCOBACTERIUM TUBERCULOSIS IN SPUTUM. 3.2.1. DE STALEN. Tabel I.14. Kenmerken van de stalen Staal Inhoud Copies Statuut MTB08 06 M. tuberculosis complex 1000 Positief MTB08 07 M. tuberculosis complex 10000 Sterk positief MTB08 08 geen mtb 0 Negatief MTB08 09 M. tuberculosis complex 100 Zwak positief MTB08 10 M. tuberculosis complex 1000 Positief 14/30

3.2.2. RESULTATEN PER STAAL Tabel I.15. Resultaten van de laboratoria per staal STAAL Statuut Positief Negatief Commentaar MTB08 06 Positief 15 2 15 goede 2 foutieve MTB08 07 Sterk positief 17 0 Ok MTB08 08 Negatief 0 17 Ok MTB08 09 Zwak positief 10 7 10 goede 7 foutieve MTB08 10 positief 14 3 14 goede resutaten 3 foutieve Het aantal juiste bedroeg 75 op 85 d.w.z 85.9%. Geen enkele klinisch belangrijke fout werd vastgesteld. Het aantal vals negatieve bedroeg 12 d.w.z 14,1%. 3.2.3. DE SCORE VAN DE LABORATORIA De score kan theoretisch van 0 tot 11 variëren. Tien laboratoria hebben de ideale score van 0 bekomen, 3 laboratoria hebben een score van 1 bekomen, één laboratorium heeft een score van 2 en 3 laboratoria hebben een score van 3 bekomen. 3.2.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN Tabel I.16. Vergelijking van de gebruikte methoden Methode Lab N correcte % VP VN # PathoFinder Real Accurate MTB kit 3 15 15 100 0 0 1 QIAGEN artus Heer. tuberculosis PCR Kit 1 5 5 100 0 0 2 Rots Cobas TaqMan MTB Test 1 5 5 100 0 0 2 Nested PCR 1 5 5 100 0 0 2 real time PCR taqman 4 20 18 90 0 2 3 Rots COBAS Amplicor MTB 3 15 13 86.7 0 2 4 Becton Dickinson ProbeTec EN 4 20 12 60 0 8 5 Totaal 17 85 73 85.9 0 12 VP: vals positief; VN: vals negatief; #: positie De methode prob Tec blijkt weinig gevoelig (60%). 15/30

II. DE VIRUSSEN 1. VARICELLA ZOSTER VIRUS Veertien op 16 ingeschreven laboratoria (of 87.5%) hebben geantwoord. 1.1. DE STALEN Tabel II.1. Kenmerken van de stalen Staal Inhoud Statuut VZV08 01 VZV Sterk positief VZV08 02 VZV Sterk positief VZV08 03 VZV Sterk positief VZV08 04 VZV Positief VZV08 05 VZV Sterk positief VZV08 06 geen VZV Negatief VZV08 07 VZV Sterk positief VZV08 08 geen VZV Negatief VZV08 09 VZV Sterk positief VZV08 10 VZV Positief VZV08 11 HSV2 Negatief VZV08 12 VZV Sterk positief 1.2. RESULTAAT PER STAAL Tabel II.2. van de laboratoria per staal Staal Statuut Positief Negatief Commentaar VZV08 01 Sterk positief 14 0 Ok VZV08 02 Sterk positief 14 0 Ok VZV08 03 Sterk positief 14 0 Ok VZV08 04 Positief 14 0 Ok VZV08 05 Sterk positief 14 0 Ok VZV08 06 Negatief 0 14 Ok VZV08 07 Sterk positief 13 1 1 klinisch belangrijke fout VZV08 08 Negatief 1 13 1 klinisch belangrijke fout VZV08 09 Sterk positief 14 0 Ok VZV08 10 Positief 10 4 4 slechte antwoorden VZV08 11 Negatief 0 14 Ok VZV08 12 Sterk positief 14 0 Ok 16/30

Het aantal goede antwoorden bedroeg 162 op 168 d.w.z 96,4%. Twee antwoorden waren klinisch belangrijk, één vals negatief en één vals positief. Maar over het geheel genomen, was het een heel goede enquête. 1.3. SCORE PER LABORATORIUM Negen laboratoria hebben de ideale score van 0 bekomen. Vier laboratoria hebben de score van 2 voor een vals negatief resultaat en één laboratorium heeft een score van 6 met twee klinisch belangrijke fouten (één vals positief en één vals negatief). 1.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN Slechts 1 laboratorium heeft een commerciële methode gebruikt, 8 laboratoria hebben een in house real time PCR gebaseerd op de Taqman technologie gebruikt, 1 laboratorium heeft een real time PCR gebaseerd op het FRET systeem (twee sondes voor hybridisatie) gebruikt, 1 heeft de real time PCR met Sybrgreen gebruikt, 2 laboratoria hebben een nested PCR met opsporing door een gel gebruikt en 1 laboratorium heeft de klassieke PCR met detectie op gel gebruikt. Het laboratorium met een score van 6 heeft de Taqman PCR gebruikt. In de tabel II.3., worden de methoden in afnemende volgorde van performantie weergegeven. Tabel II.3. Vergelijking van de methoden Methode Lab correcte totaal % Positie Real time PCR sybrgreen 1 12 12 100 1 Single PCR 1 12 12 100 1 Argene HSV1, HSV2, VZV r-gene 1 12 12 100 1 Real time PCR Taqman 8 92 96 95,8 2 Nested PCR 2 23 24 95,8 3 Real time PCR FRET 1 11 12 91,7 4 Totaal 14 162 168 96,4 Lab: nummer van laboratorium 17/30

2. ENTEROVIRUS Zestien laboratoria van de 18 ingeschrevenen (of 88.8%) hebben ingestuurd. Eén laboratorium heeft twee reeksen ingestuurd want hij heeft twee verschillende extractie methoden (Magnapure en Nucleospin) gebruikt. Het aantal was dus 17. 2.1. DE STALEN Tabel II. 4. Kenmerken van de gebruikte stalen Staal Inhoud Statuut EV08 01 Echovirus 16 Positief (EV) EV08 02 Coxsackievirus A16 Sterk positief (EV) EV08 03 Parechovirus 3 Zwak positief (PeV) EV08 04 Coxsackievirus B3 Sterk positief (EV) EV08 05 Enterovirus 71 Zwak positief (EV) EV08 06 EV / PEV Negatief Negatief EV08 07 Coxsackievirus B3 Positief (EV) EV08 08 Parechovirus 3 Sterk positief (PeV) EV08 09 Poliovirus type 3 Positief (EV) EV08 10 Coxsackievirus B3 Sterk positief (EV) EV08 11 Coxsackievirus A24 Sterk positief (EV) EV08 12 Enterovirus 71 Sterk positief (EV) 2.2. RESULTAAT PER STAAL Tabel II.5. Resultaat per staal Staal Statuut Negatief Positief Commentaar EV08 01 Positief 2 15 2 slechte antwoorden EV08 02 Sterkpositief 0 17 Ok EV08 03 Negatief 15 2 2 klinisch belangrijke fouten EV08 04 Sterk positief 2 15 2 klinisch belangrijke fouten EV08 05 zwak positief 8 9 8 slechte antwoorden EV08 06 Negatief 16 1 1 klinisch belangrijke fout EV08 07 Positief 5 12 5 slechte antwoorden EV08 08 Negatief 17 0 Ok EV08 09 Positief 3 14 3 slechte antwoorden EV08 10 Sterk positief 1 16 1 klinisch belangrijke fout EV08 11 Sterk positief 1 16 1 klinisch belangrijke fout EV08 12 Sterk positief 0 17 Ok Het aantal exacte bedroeg 179 op 204 d.w.z. 87,7%. Het aantal vals positieven bedroeg 3 d.w.z. 1,5% van het totaal. Het aantal vals negatieven bedroeg 22 (10.8%) waarvan 4 (2%) klinisch belangrijke fouten. 18/30

2.3. SCORE VAN DE LABORATORIA De gecumuleerde score van de laboratoria wordt in figuur II.1 getoond. Figuur II.1. Scores van de laboratoria 2.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN De tabel II.6 vermeldt de verschillende gebruikte methoden door ze in te delen in functie van hun respectieve performanties. Men stelt vast dat slechts 4 (23.5%) gebruikers een commerciële kit gebruiken en het merendeel (66.5%) dus in house testen gebruiken die ofwel klassieke PCR ofwel real time PCR zijn. Tabel II.6. Vergelijking van de gebruikte methoden Methode Lab Totaal correcte % VP VN Positie Realtime Taqman 9 108 99 91.7 1 8 1 Single PCR 1 12 11 91.7 0 1 2 Nested PCR 2 24 21 87.5 1 2 3 biomerieux NucliSENS EasyQ 4 48 39 81.25 0 9 4 Enterovirus Real time sybrgreen 1 12 9 75 1 2 5 Totaal 17 204 179 87.7 3 22 Lab: aantal laboratoria; VP: vals positief; VN: vals negatief 19/30

3. HERPES SIMPLEX VIRUS Twintig laboratoria op 25 (80%) hebben ingestuurd. Vier laboratoria hebben 2 reeksen ingevoerd waarvan één laboratorium dat 2 verschillende kits voor HSV1 en HSV2 gebruikt heeft en 3 laboratoria die 2 verschillende methoden hebben gebruikt. Bijgevolg, bedroeg het aantal 23. 3.1. DE STALEN Tabel II. 7. Kenmerken van de gebruikte stalen Staal Inhoud Statuut HSV08 01 HSV1 Sterk positief HSV08 02 HSV2 Positief HSV08 03 HSV1 Sterk positief HSV08 04 HSV2 Sterk positief HSV08 05 Bodem Negatief HSV08 06 VZV Negatief HSV08 07 HSV1 Sterk positief HSV08 08 HSV2 Positief HSV08 09 HSV1 Positief HSV08 10 HSV2 Positief HSV08 11 Bodem Negatief HSV08 12 HSV2 Sterk positief 3.2. RESULTATEN PER STAAL Tabel II.8. Resultaten van de laboratoria per staal Staal Statuut Negatief Positief Commentaar HSV08 01 Sterk Positief 0 23 OK HSV08 02 Positief 4 19 4 slechte antwoorden HSV08 03 Sterk positief 0 23 OK HSV08 04 Sterk positief 0 23 OK HSV08 05 Negatief 23 0 OK HSV08 06 Negatief 22 1 1 klinisch belangrijke fout HSV08 07 Sterk positief 0 23 OK HSV08 08 positief 2 21 2 slechte antwoorden HSV08 09 Positief 1 22 1 slecht antwoord HSV08 10 Positief 1 22 1 slecht antwoord HSV08 11 Negatief 22 1 1 klinisch belangrijke fout HSV08 12 Sterk positief 0 23 OK Het aantal juiste bedraagt 256 op 276 d.w.z. 96%, hetgeen zeer hoog is. Het aantal vals positieven die altijd klinische belangrijke fouten zijn, bedraagt 3 d.w.z. 1.1%. 20/30

3.3. SCORE VAN DE LABORATORIA De ideale score bedroeg 0 en de maximum score bedroeg 32 in geval van 100% foutieve. Figuur II.2 toont aan dat meer dan 70% van de laboratoria perfecte heeft bekomen. Figuur II.2. Scores die door de laboratoria werden bekomen. 3.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN. Tabel II.9 vergelijkt de methoden in functie van hun prestaties. Tabel II.9. Vergelijking van de gebruikte methoden Methode Lab Totaal correcte % VP VN Positie biomerieux NucliSENS EasyQ HSV 1/2 2 24 24 100 0 0 1 Argene HSV R-gene 1 12 12 100 0 0 2 Real time sybrgreen 1 12 12 100 0 0 2 Real time PCR FRET 1 12 12 100 0 0 2 Real time PCR TAqman 14 168 165 98 2 1 3 Roche LightCycler HSV 1/2 Detection Kit 1 12 11 92 0 1 4 Nested PCR 2 24 21 88 1 2 5 Single PCR 1 12 8 67 0 4 6 Totaal 23 276 265 96 3 8 Men stelt vast, dat op uitzondering van de klassieke PCR die weinig gevoelig bleek, het merendeel van de methoden performant is. 21/30

4. HET HEPATITIS B VIRUS IN HET PLASMA Zestien laboratoria op 17 ingeschrevenen (94%) heeft ingestuurd. Eén laboratorium heeft twee reeksen voor twee verschillende methoden ingevoerd. Het totale aantal bedraagt dus 17. 4.1. DE STALEN Tabel II.10. Kenmerken van de gebruikte stalen Staal Inhoud Statuut HBV08 01 HBV type A Zwak positief HBV08 02 HBV type A Sterk positief HBV08 03 Geen HBV Negatief HBV08 04 HBV type D Sterk positief HBV08 05 HBV type A Positief HBV08 06 HBV type A Sterk positief HBV08 07 HBV type D Sterk positief HBV08 08 HBV type D Sterk positief 4.2. RESULTATEN PER STAAL Tabel II.11. Resultaten van de laboratoria per staal Staal Statuut Negatief positief Commentaar HBV08 01 Zwak positief 12 5 12 slechte HBV08 02 Sterk positief 1 16 1 klinisch belangrijke fout HBV08 03 Negatief 17 0 OK HBV08 04 Sterk positief 0 17 OK HBV08 05 Positief 4 13 4 slechte HBV08 06 Sterk positief 0 17 OK HBV08 07 Sterk positief 1 16 1 klinisch belangrijke fout HBV08 08 Sterk positief 0 17 OK Het aantal juiste bedroeg 166 op 184 d.w.z. 90.2%. Er was geen enkel vals positief resultaat maar 9,8% van de was vals negatief. Het aantal klinisch belangrijke fouten bedroeg 2 d.w.z. 1,1% van het totaal. 4.3. SCORE PER LABORATORIUM De minimale score bedraagt 0 en de maximum score bedraagt 21 (100% foutieve ). Meer dan 75% van de laboratoria heeft een score 1 bekomen. Figuur II.3 verduidelijkt deze. 22/30

Figuur II.3. Score per laboratorium 4.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN Tabel II. 12 vergelijkt de prestaties van de gebruikte methoden en deelt deze in, in functie van de percentages juiste. Tabel II.12. Vergelijking van de methoden Methode Lab Totaal Correcte % VP VN Positie Abbott HBV PCR Kit 1 8 8 100 0 0 1 Roche COBAS Amplicor HBV 1 8 8 100 0 0 1 Monitor Roche COBAS TaqMan HBV Test 3 24 23 96 0 1 2 QIAGEN artus HBV PCR Kit 2 16 14 88 0 2 3 Roche Amplicor HBV Monitor 2 16 14 88 0 2 3 Roche COBAS AmpliPrep/COBAS 2 16 14 88 0 2 3 TaqMan HBV Test Real time taqman 5 40 33 83 0 7 4 Siemens VERSANT HBV DNA 1 8 4 50 0 4 5 (bdna) Totaal 17 136 118 87 0 18 Men stelt vast dat de kit van Siemens weinig gevoelig is; maar het is moeilijk om conclusies te trekken gebaseerd op de van slechts één gebruiker. 23/30

5. OPSPORING VAN HET HEPATITIS C VIRUS (HCV). De 28 ingeschreven laboratoria hebben geantwoord. Eén van de laboratoria heeft twee verschillende kits gebruikt, dienovereenkomstig bedroeg het totale aantal 29. 5.1. DE STALEN Tabel II. 13. Kenmerken van de gebruikte stalen. Staal Inhoud Statuut HCV08 01 HCV type 3 Sterk positief HCV08 02 HCV type 5 Sterk positief HCV08 03 HCV type 5 Sterk positief HCV08 04 Geen HCV Negatief HCV08 05 HCV type 3 Sterk positief HCV08 06 HCV type 5 Sterk positief HCV08 07 HCV type 3 Sterk positief HCV08 08 HCV type 1 Sterk positief 5.2. RESULTATEN PER STAAL Tabel II.14. De van de laboratoria per staal Staal Statuut Negatief Positief Commentaar HCV08 01 Sterk Positief 0 29 OK HCV08 02 Sterk Positief 0 29 OK HCV08 03 Sterk Positief 0 29 OK HCV08 04 Negatief 28 1 1 klinisch belangrijke fout HCV08 05 Sterk Positief 0 29 OK HCV08 06 Sterk positief 0 29 OK HCV08 07 Sterk positief 1 28 1 klinisch belangrijke fout HCV08 08 Sterk positief 0 29 OK Deze enquête leverde 230 goede antwoorden (op 232) ofwel 99.1% op. Dit succes wordt gedeeltelijk verklaard door het gebruik van 7 sterk positieve stalen. Desondanks zijn er twee klinisch belangrijke fouten: 1 vals positief en 1 vals negatief. 5.3. SCORE PER LABORATORIUM Zevenentwintig laboratoria hebben de perfecte score van 0 bekomen. Eén laboratorium heeft de score van 3 bekomen voor een vals positief resultaat en één laboratorium een score van 3 voor een vals negatief resultaat. 5.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN De tabel II.15 toont een klassering van de gebruikte methoden in functie van het percentage correcte en het aantal laboratoria dat deze methoden gebruikte. 24/30

Tabel II.15. Vergelijking van methoden Methode Lab Totaal Correcte % VP VN # Abbott Real time HCV 5 40 40 100 0 0 1 Roche COBAS Ampliprep/COBAS 5 40 40 100 0 0 1 TaqMan HCV Test Roche COBAS Taqman HCV 5 40 40 100 0 0 1 Real time Taqman 4 32 32 100 0 0 2 Roche Amplicor HCV 2 16 16 100 0 0 3 Roche COBAS Amplicor HCV 2 16 16 100 0 0 3 Chiron Procleix HCV RNA 1 8 8 100 0 0 4 QIAGEN artus HCV RT-PCR 1 8 8 100 0 0 4 Roche COBAS Ampliscreen HCV 3 24 23 96 1 0 5 Chiron Procleix HIV-1/HCV Assay 1 8 7 88 0 1 6 Totaal 29 232 230 99 1 1 VP: vals positief; vals negatief; #: positie 6. GENOTYPERING VAN HCV IN HET PLASMA Zestien van de 17 ingeschreven laboratoria, d.w.z. 94%, hebben geantwoord. 6.1. DE STALEN Tabel II.16. Kenmerken van de verstuurde stalen Staal Inhoud Copies HCV08 01 HCV type 1a 40000 HCV08 02 HCV type 5a 40000 HCV08 03 HCV type 3a 8000 HCV08 04 HCV type1a/3a 30000 + 30000 HCV08 05 Geen HCV 0 HCV08 06 HCV type 1b 40000 HCV08 07 HCV type 5a 40000 HCV08 08 HCV type 1b/3a 40000+10000 6.2. RESULTAAT PER STAAL De werden als volgt ingedeeld (i) correct antwoord: volledige overeenkomst tussen het antwoord en de inhoud van het staal (ii) gedeeltelijk correct antwoord: het antwoord en de inhoud van het staal komen deels overeen (iii) slecht resultaat: het antwoord en de inhoud van het staal komen in het geheel niet overeen. 25/30

Tabel II.17. Resultaat van de laboratoria per staal Staal Voorzien resultaat Ingebracht resultaat Commentaar HCV08-01 1a 10 antwoorden type 1a 2 antwoorden type 1 3 antwoorden type 1b 1 antwoord non typable Correct antwoord Gedeeltelijk correct antwoord Slecht antwoord Slecht antwoord HCV08-02 5a 16 antwoorden type 5a Correct antwoord HCV08-03 3a 16 antwoorden type 3a Correct antwoord HCV08-04 1a/3a 11 antwoorden type 1a/3a 2 antwoorden type 1/3a 2 antwoorden type 1a/3a/6 1 antwoord type 1a Correct antwoord Gedeeltelijk correct antwoord Gedeeltelijk correct antwoord Gedeeltelijk correct antwoord HCV08-05 Geen HCV 15 antwoorden «non typable» 1 antwoord type 4 Correct antwoord Correct antwoord HCV08-06 1b 16 antwoorden type 1b Correct antwoord HCV08-07 5a 16 antwoorden type 5a Correct antwoord HCV08-08 1b/3a 15 antwoorden type 1b/3b 1 antwoord type 1b/3a/6 Correct antwoord Gedeeltelijk correcte antwoord Het aantal correcte antwoorden bedroeg 115 op 118 d.w.z. 89.9%. Het aantal gedeeltelijk correcte antwoorden bedroeg 8 d.w.z. 6.2%. Het aantal slechte antwoorden bedroeg 5 d.w.z. 3.9% waaronder één antwoord dat als klinisch belangrijke fout beschouwd zou kunnen worden aangezien het om een vals positief resultaat gaat. 6.3. GEBRUIKTE METHODEN Tabel II.18. Vergelijking van de gebruikte methoden Vijftien laboratoria op 16 (93,8%) hebben de LiPA kit van Siemens gebruikt terwijl slechts één laboratorium (6,2%) een in house methode voor sequencing gebruikt heeft. Tabel II.18. De methoden Methode Lab Totaal Correcte antwoorden Gedeeltelijke correcte antwoorden Foutieve antwoorden Siemens VERSANT HCV Genotype Assay (LiPA) 15 120 108 7 5 In house sequencing 1 8 7 1 0 Totaal 16 128 115 8 5 26/30

III. DE PARASIETEN. 1. TOXOPLASMA GONDII IN DE AMNIOSVLOEISTOF. Twaalf laboratoria op 14 d.w.z 87.5% hebben geantwoord. 1.1. DE STALEN Tabel III.1. Kenmerken van de gebruikte stalen Staal Inhoud Tg/ml Statuut TG08 01 Toxoplasma gondii 5 Positief TG08 02 Toxoplasma gondii 50 Sterk positief TG08 03 Geen Toxoplasma gondii 0 Negatief TG08 04 Toxoplasma gondii 100 Sterk positief TG08 05 Toxoplasma gondii 20 Sterk positief TG08 06 Toxoplasma gondii 10 Positief TG08 07 Toxoplasma gondii 50 Sterk positief 1.2. RESULTATEN VAN DE LABORATORIA PER STAAL Tabel III.2. Resultaten per staal Staal Statuut Positief Negatief commentaar TG08 01 Positief 12 0 Ok TG08 02 Sterk positief 12 0 Ok TG08 03 Negatief 0 12 Ok TG08 04 Sterk positief 12 0 Ok TG08 05 Sterk positief 12 0 Ok TG08 06 Positief 12 0 Ok TG08 07 Sterk positief 12 0 Ok Men stelt 100% succes vast. 1.3. SCORE VAN DE LABORATORIA Alle laboratoria hebben de ideale score 0 bekomen. 1.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN De 12 laboratoria gebruiken een real time PCR. Elf deelnemers hebben de Taqman technologie gebruikt en één de FRET techniek. Alle antwoorden waren juist. 27/30

2. TOXOPLASMA GONDII IN HET PLASMA Twaalf laboratoria op 14 d.w.z. 85,7% hebben geantwoord. 2.1. DE STALEN Tabel III.3. Kenmerken van de gebruikte stalen Staal Inhoud Copies/ml statuut TG08-08 Geen Toxoplasma gondii 0 Negatief TG08-09 Toxoplasma gondii 50 Sterk positief TG08-10 Toxoplasma gondii 5 Positief 2.2. RESULTAAT PER STAAL Tabel III.4. Resultaat van de laboratoria per staal Staal Statuut Negatief Positief Commentaar TG08 08 Negatief 12 0 Ok TG08 09 Sterk positief 0 12 Ok TG08 10 Positief 1 11 1 foutief antwoord Vijfendertig goede antwoorden op 36 d.w.z. 97.2% 2.3. SCORE VAN DE LABORATORIA Elf laboratoria op 12 hebben de ideale score van 0 bekomen en één laboratorium heeft een score 2. Maar er werd geen enkele klinisch belangrijke fout begaan. 2.4. VERGELIJKING VAN DE METHODEN De 12 laboratoria hebben een real time PCR gebruikt. Elf deelnemers hebben de Taqman technologie gebruikt en één de FRET technologie. Eén laboratorium dat de Taqman technologie gebruikt, heeft een slecht antwoord (vals negatief) voor het staal TG08-10 gegeven, maar dit vormde geen klinisch belangrijke fout. 28/30

IV. CONCLUSIES De verschillende enquêtes werden in functie van het percentage successen in antwoorden ingedeeld. Tabel IV.I geeft deze gegevens weer. Tabel IV.I. Indeling van de enquêtes volgens de performantie Enquête Lab St/E + - N correcte % Foutieve VP VN NB Sp Ge # T. gondii in AV 12 7 6 1 84 84 100 0 0 0 0 100 100 1 HCV 29 8 7 1 232 230 99.1 2 1 1 0 97 100 2 T. gondii in plasma 12 3 2 1 36 35 97.2 1 0 1 0 100 96 3 VZV 14 12 9 3 168 162 96.4 6 1 5 0 96 98 4 HSV 23 12 9 3 276 265 96 11 3 8 0 96 96 5 M. tuberculosis CSF 17 5 4 1 85 78 91.8 7 0 7 0 100 89.7 6 Chlamydia swabs 97 3 2 1 291 259 89 32 0 25 7 100 87 7 Enterovirus 17 12 9 3 204 179 87.7 25 3 22 0 94 86 8 HBV 17 8 7 1 136 118 86.8 18 0 18 0 100 85 9 M. tuberculosis sputum 17 5 4 1 85 73 85.9 12 0 12 0 100 82.4 10 N. gonorrhoeae 24 10 7 3 240 189 78.8 51 20 31 10 71 81 11 Chlamydia urine 96 7 6 1 672 448 66.7 224 4 204 16 96 52 12 Lab. Aantal deelnemende laboratoria. St/E= stalen/enquête, +: het aantal positieve stalen in dit panel, -: het aantal negatieve stalen in dit panel, VP: vals positief, VN: vals negatief, NB: niet bepaald, Sp: specificiteit; Ge: de gevoeligheid, #: Positie van de enquête. We stellen vast dat enkel de enquête voor opsporing van T. gondii in het amniosvocht 100% correcte opleverde (en dus op de eerste plaats gerangschikt wordt). Aan het andere uiteinde, vinden we het opsporen van Chlamydia in urine met 66,7% succes en een geringe gevoeligheid van 52%. Op de voorlaatste plaats vinden we de N. gonorrhoeae detectie terug waar het probleem eerder te wijten is aan een gebrek van specificiteit (71%). Wanneer we de klinisch belangrijke fouten bekijken (tabel IV.2), stellen we vast dat het gecumuleerd aantal fouten 46 (of 3.16%) bedraagt voor de sterk positieve en de negatieve stalen. Het aantal klinisch belangrijke vals negatieve (voor de sterk positieve stalen) bedraagt 19 (of 2%). Het aantal vals positieven (op de negatieve stalen) daarentegen bedraagt 27 (of 5,45%). Het aantal klinisch belangrijke fouten is dus proportioneel hoger voor de vals positieven dan voor de vals negatieven. Bekijken we de individuele enquêtes, dan is het percentage vals positieven opvallend hoog voor de detectie van N. gonorrhoeae (24%). Voor de klinisch belangrijke vals negatieven zijn de Chlamydia in urine en de enterovirus enquêtes de belangrijkste met respectievelijk 4.8 en 4.7%. 29/30

Tabel IV. 2. De klinisch belangrijke fouten per enquête. enquête KBF % SP VN % N VP % CT in urine 9 3.72 146 7 4.8 96 2 2.08 CT in wisser 2 1.03 97 2 2.1 97 0 0 NG 20 16 50 2 4 75 18 24 VZV 2 1.47 108 1 0.9 28 1 3.57 EV 7 5.55 85 4 4.7 51 3 5.88 HSV 2 1.09 115 0 0 69 2 2.9 HBV 2 1.96 85 2 2.4 17 0 0 HCV 2 0.86 203 1 0.5 29 1 3.45 TG in AV 0 0 48 0 0 12 0 0 TG in plasma 0 0 12 0 0 12 0 0 Mtb in CSF 0 0 5 0 0 5 0 0 Mtb in sputum 0 0 5 0 0 5 0 0 Totaal 46 3.16 959 19 2 496 27 5.45 SP+N 1455 % 3.16 KBF: klinisch belangrijke fout, SP: sterk positief, VN: vals negatief, VP, vals positief 30/30