Gladheidbestrijdingsplan 2011-2015



Vergelijkbare documenten
PRI. Gladheidbestrijding Werkplan

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Gladheidbestrijding

Beleidsplan Gladheidbestrijding

EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN VOOR DE GEMEENTE ZALTBOMMEL. Seizoen AFDELING REALISATIE & BEHEER

Gladheidsbestrijding

Beheerplan Gladheidbestrijding Gemeente Buren

Draaiboek Gladheidbestrijding Gemeente Rheden

Gladheidbestrijding Uitvoeringsplan

Gladheidbestrijdingsplan Gemeente Oegstgeest

WERKPLAN GLADHEIDBESTRIJDING PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE BEEK

Beheer Openbare Ruimte Opgesteld door: R.W. Uijterwaal Versie: concept Datum: oktober Gladheidbestrijding Uitvoeringsplan

BELEIDSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING WINTER Gemeente Krimpenerwaard

BEHEERPLAN GLADHEIDSBESTRIJDING

Evaluatie gladheidbestrijding. seizoen

RIS.6775 EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING WINTER 2013/2014

Gladheidbestrijdingsplan 2012 / 2013

Evaluatie Gladheidsbestrijding

BELEIDSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING

UITVOERINGSPLAN GLADHEIDBESTRIJDING WINTER

Gladheidbestrijdingsplan

Onderwerp Gladheidbestrijdingsplan en evaluatie gladheidbestrijding winter

WERKPLAN GLADHEIDBESTRIJDING PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE BEEK

Gladheidbestrijdingsplan gemeente Sint-Gillis-Waas

Gladheidbestrijdingsplan 2016/2017

Evaluatie Gladheidbestrijding

Kwalster en andere winterse ongemakken. Visie voor een optimale gladheidbestrijding in gemeente Leeuwarden

Beleid gladheidsbestrijding. Den Haag

Gladheidbeheersingsplan

gemeente Roosendaal Gladheidbestrijdingsplan

Gladheidbestrijdingsplan Royal FloraHolland

Uitvoeringsprogramma Gladheidbestrijding Nijmegen

q rm vveert tîr0 -w,y U4 F+ GEMEENTE

Uitvoeringsprogramma Gladheidbestrijding Nijmegen

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING 2015 / 2016

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN GEMEENTE BORSELE

Raadsvoorstel. Onderwerp. Status. Voorstel. Inleiding. Ag. nr.: Reg. nr.: Meerdere Datum: Gladheidbestrijdingsplan. Besluitvormend

i: & :..) (E ' :i... jë : : ja :. :..:1:).:,:;ëJ'; ( ).éi. $ j jj.. Aan de Raad van de gemeente Buren De Wetering VZ MAURIK uw bfief van: uw

BELEIDSPLAN GLADHEIDSBESTRIJDING

Alternatieve boomsoorten/technieken. Beter wat te veel zout strooien dan te weinig? Alternatieve technieken 28/09/2011. Tom Joye - Inverde

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

Gladheidbestrijdingsplan winter 2015/2016

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING 2013 / 2014

Beleidsplan gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding Sittard-Geleen

gemeente Roosendaal Gladheidbestrijdingsplan

Beleidsplan Gladheidsbestrijding

Gladheidsbestrijding. Gemeente Roerdalen.

Oktober Gladheidbestrijding op z n Rotterdams

EVALUATIE GLADHEIDBESTRIJDING GEMEENTE GOUDA

Uitvoeringsplan. gladheidbestrijding

SNEEUW, HOE GA JE ER MEE OM? Marc Eijbersen, CROW

Gladheidsbestrijdingsplan Gemeente Deventer

Gladheid Uitvoeringsplan 2014/2015

Evaluatie strooiseizoen winter 2014/2015

Gladheidbestrijdingsplan oktober 2014

Gladheidbestrijdingsplan Gemeente Velsen

Evaluatie Gladheidbestrijding

Evaluatie gladheidbestrijding winter

GLADHEID BESTRIJDINGPLAN

Gladheidsbestrijdingsplan Ommen

Beleidsplan

Hoofdstuk 6. School en veilige verkeersomgeving

Uitvoering gladheidsbestrijding

Uitvoeringsprogramma Gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding. Uitvoeringsplan

ALGEMENE TOELICHTING. Inleiding

Gladheidbestrijdingsplan gemeente Geldermalsen

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN PERIODE 29 OKTOBER TOT EN MET 1 APRIL 2015

Evaluatie gladheidbestrijding winter

Evaluatie Gladheidbestrijding seizoen Facts&Figures

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDBESTRIJDING 2010 / 2011

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding

Gemeente RIS Voorlopige opmaak, definitieve opmaak volgens huisstijl gemeente Emmenüü

Reg.nr.: R-MRM/2014/3098. Beleidsplan gladheidbestrijding GEMEENTE BOXMEER

Gladheidbestrijdingsplan. Gemeente Dalfsen ( ) Datum: Status: Definitief

Uitvoeringsplan Gladheidbestrijding

Aan de raad van de gemeente Emmen Dorpen en Wijken

GLADHEIDBESTRIJDINGSPLAN

1. Inleiding Aanleiding Geldigheidsduur Uitgangspunten Doelgroepen Extreme omstandigheden en aanhoudende gladheid 3

BAMM/U Lbr. 11/070

Onderzoek Inwonerspanel: Gladheidbestrijding

Document handmatige inzet tijdens de gladheidbestrijding

Gladheidbestrijding Het Uitvoeringsplan

Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding... 4

mm (code voor postverwerking) Hellendoorn Aan de raad Punt 4. : Gladheidbestrijdingplan f2 p fy"» p p n (-p beleidsperiode

GEMEENTE GULPEN-WITTEM. Gladheidsbestrijdingsplan

Verschillende dooizouten en hun effecten Richtlijnen wat betreft het gebruik van dooizouten. Kristof Ramaekers Hasselt

Gemeente Leeuwarden. Gladheidbestrijdingsplan

2 - Gladheidbestrijding

Beleidsplan gladheidbestrijding Gemeente Meppel

PLAN VAN AANPAK GLADHEIDSBESTRIJDING 2014 / 2015

Gladheidbestrijdingsplan oktober 2010

Beleidsplan Gladheidbestrijding Gemeente Losser

S T A D S B E H E E R. Beleidsnotitie Gladheidbestrijding

Transcriptie:

PRI PRINTDATUM:11 OKTOBER 2011 / 12:18 UUR Gladheidbestrijdingsplan 2011-2015 Sector Wijkzaken Afdeling Wijkservice Sector Stedelijk Beheer Afdeling Civiel Techniek 1 Hengelo, juni 2011

INHOUDSOPGAVE Pagina 1 Kaders gladheidbestrijding 3 Aanleiding 3 1.1 Inleiding 3 1.2 Wettelijke verantwoordelijkheden 3 1.3 Organisatie en coördinatie 4 1.3.1 Afspraken met en uitvoering door Twente Milieu 1.3.2 Werkwijze en operationele aspecten 1.3.3 Afstemming met andere instanties 1.3.4 Meldingen overlast en gevaarlijke situaties 1.4.5 Rapportage 1.4 Financieel 6 1.5 Burgerparticipatie 7 2 Beleid gladheidbestrijding 8 2.1 Strooiprioriteit wegen en fietspaden 8 2.1.1 Landelijke richtlijnen prioriteitstelling 2.1.2 Gefaseerde aanpak wegen en fietspaden 2.1.3 Voorbereiding routes fietspaden 2. 2 Aanpak gladheidbestrijding 11 2.2.1 Natstrooien 2.2.2 Handmatige gladheidbestrijding 2.3 Gladheidbestrijding bij extreme omstandigheden 11 2.3.1 Sneeuwval 2.3.2 Zouttekort 2.3.3 Gratis strooizout? 2.3.4 Zout contract Twente Milieu 2.4 Milieuaspecten gladheidbestrijding 14 3 Jaarlijkse herziening strooikaart 16 3.1 Algemeen 16 3.2 Aanvullingen en wijzigingen in strooiplan ten opzichte van 2010-2011 16 Bijlagen: 1. Begrippenlijst 17 2. Strooikaart - Hoofdwegenstructuur 18 3. Strooikaart - Fietsroutes 19 4. Notitie Participatie, communicatie en actief burgerschap bij gladheid 20 2

1. Kaders gladheidbestrijding Aanleiding Een gemeentelijk Gladheidbestrijdingsplan is noodzakelijk voor een goede en tijdige aanpak van de gladheid op wegen bij winterse omstandigheden. In dit gladheidbestrijdingsplan is aansluiting gezocht bij de landelijke normen. Er is geanticipeerd op de behoefte aan bijzondere aandacht voor de fietsroutes. Ook worden de ervaringen met de langdurige sneeuwval in de winter 2009-2010 en 2010-2011 behandeld. De afgelopen jaren is het gladheidsbestrijdingsplan jaarlijks aangepast en aangescherpt. Dit heeft ertoe geleid dat de effectiviteit, efficiency en milieubelasting is verbeterd. Omdat het gladheidsbestrijdingsplan aan weinig veranderingen onderhevig is, beslaat onderliggend plan een periode van vijf jaar (2011-2015). Dat betekent dat het plan niet meer jaarlijks ter goedkeuring aan het college wordt aangeboden. Wel wordt de strooikaart jaarlijks herzien en aan het college voorgelegd. 1.1 Inleiding De infrastructuur van verharde wegen in de gemeente Hengelo omvat een totale lengte van bijna 1300 kilometer. Hiervan is ongeveer 380km opgenomen in het gladheidbestrijdingsplan, bestaande uit wegen en fietspaden. Bij optredende gladheid wordt de verplaatsing via deze wegen belemmerd of gestremd. Bestrijding van de gladheid is noodzakelijk zodat mensen op de plaats van bestemming kunnen blijven komen, en ook om het verhoogde ongevalrisico zoveel mogelijk te reduceren, of beter nog, te kunnen voorkomen. Het gladheidbestrijdingsplan geeft aan hoe en op welke wegen de gladheid wordt bestreden. De gemeentelijke Strooikaart is de feitelijke uitwerking van het beleid en geeft de te strooien wegen en fietspaden aan. Jaarlijks kunnen er beperkte veranderingen optreden in de Strooikaart door bijvoorbeeld wijzigingen in de verkeerssituatie, lijnbusroutes en stadsuitbreidingen. De Strooikaart wordt jaarlijks ter inzage gelegd en voor het winterseizoen vastgesteld en gepubliceerd. 1.2 Wettelijke verantwoordelijkheden De gemeente is beheerder van alle openbare wegen in de gemeente Hengelo. De taken van het Rijk en de Provincie op dit gebied beperken zich tot de hoofdwegen buiten de bebouwde kom, voor zover deze niet zijn overgedragen aan de gemeente. De gemeentelijke plicht tot het onderhouden van wegen komt voort uit artikel 16 (e.v.) van de Wegenwet en artikel 1 en 2 van de Wegenverkeerswet. De hieruit voortvloeiende zorg voor het in goede en veilige staat verkeren van wegen geldt ook voor de bestrijding van gladheid als gevolg van winterse omstandigheden. Belangrijk gegeven is dat voor de gladheidbestrijding een inspanningsverplichting bestaat en geen garantieplicht. Daarvoor moet er sprake zijn van een adequate gladheidbestrijding; dat wil zeggen een selectieve aanpak van de gladheidbestrijding, gebaseerd op afwegingen van de verkeersveiligheid, milieubelasting en de beschikbare financiële middelen. 3

Op grond van het Burgerlijk Wetboek (art. 6:174) bestaat voor gemeenten een risicoaansprakelijkheid als wegen en fietspaden niet voldoen aan de gestelde eisen in de gegeven omstandigheden. Deze wettelijke bepaling houdt ook in dat van alle verkeersdeelnemers verwacht mag worden dat zij het eigen verkeersgedrag aan de winterse omstandigheden zullen aanpassen. Op de gemeentelijke website (onder Gladheidbestrijding ) en in dag en weekbladen wordt hier nadrukkelijk aandacht aan besteed bij (naderende) extreme weersomstandigheden. 1.3 Organisatie en coördinatie 1.3.1 Afspraken met en uitvoering door Twente Milieu De verantwoordelijkheid voor de gladheidbestrijding berust bij de sector Wijkzaken. De verantwoordelijkheid voor het dagelijkse toezicht berust bij de sector Stedelijk Beheer. In opdracht van de sector Wijkzaken, draagt Twente Milieu NV zorg voor een doelmatige en tijdige inzet van personeel en materieel, de coördinatie, het leiding geven aan de activiteiten, de controle op het resultaat en het consolideren gedurende winterse omstandigheden van de begaanbaarheid van prioritaire wegen en fietspaden, tenzij er sprake is van een uitzonderlijke situatie. De uitvoering van de gladheidbestrijding in de gemeente Hengelo gebeurt op basis van contractafspraken (dienstverleningsovereenkomst - DVO) door Twente Milieu. In de DVO zijn onder andere de volgende punten opgenomen. Adequate gladheidbestrijding gedurende de winterperiode van 1 november tot 1 april, op basis van een 24 uurs piketdienst. Bestrijding van de gladheid van de hoofd(wegen- en fiets-)routes en busroutes binnen 3 uur na einde van sneeuwval of ijzelvorming. Voor de overige fietsroutes en de aanvullend te strooien wegen geldt in deze ook een limiet van 3 uur dit in tegenstelling tot de DVO waar 5 uur staat weergegeven. Dit wordt in de nieuwe DVO aangepast. Binnen drie kwartier na signalering of melding van gladheid wordt met de bestrijding ervan begonnen. Tegenwoordig is het dagelijks beheer en onderhoud op een aantal bedrijventerreinen in Hengelo geregeld via 'Parkmanagement'. Een voorbeeld hiervan is het bedrijventerrein Plein. De gladheidbestrijding is een onderdeel van het beheer en onderhoud voor dit bedrijventerrein. Dit kan resulteren dat er op dit terrein in het weekend wel wordt gestrooid, dit in tegenstelling tot wat de gemeente Hengelo hanteert op bedrijventerreinen. 1.3.2 Werkwijze en operationele aspecten Het uitrukken voor een preventieve strooiactie (voorkomen van gladheid) gebeurt op grond van de weersverwachting die verkregen wordt uit informatie van Meteo Consult 1. Tevens wordt uitgereden zodra provincie Overijssel of Rijkswaterstaat op de aansluitende wegen de gladheid gaat bestrijden. Curatieve strooiacties (bestrijden van gladheid) volgen na melding over gladheid van bijvoorbeeld wegbeheerders, Politie, eigen waarneming (vanuit een andere locatie van Twente Milieu) of telefonische melding door Meteo Consult over winterse buien in de regio. Dit is alleen van toepassing op de strooiroutes van het werkplan gladheidbestrijding 1 Meteo Consult verschaft actuele weersinformatie via een online internet verbinding. 4

Bij een volledige uitrukactie worden vier grote strooiers, twee kleinere (fietspad) strooiers en twee pekelstrooiers met in totaal acht chauffeurs ingezet. fietspad strooier rijweg strooier pekelstrooier Overdag wordt aansluitend de gemeentelijk strooier ingezet voor de locaties waar de fietspaden te smal zijn voor de fietspadstrooier. Dit materieel is van de gemeente en zal in afstemming met Twente Milieu worden ingezet. Normaal wordt volstaan met zout strooien, maar bij (aanzienlijke) sneeuwval worden sneeuwploegen (schuif) op de strooiwagens gemonteerd. De combinatie van schuiven en zoutstrooien is dan meestal voldoende om gladheid, uit oogpunt van verkeersveiligheid, in voldoende mate tegen te gaan. Nieuw voor de gemeente Hengelo is de bestrijding met pekelstrooiers. De pekelstrooier is het alternatief voor het strooien met zout van voornamelijk de vrijliggende fietspaden in Hengelo. Het voordeel van pekelwater is dat het onbeperkt voorradig is, dat het weggedeelte zeer nauwkeurig schoon gemaakt wordt door de sproeiers en dat er minder zout in het milieu terecht komt. Bij pekelwater wordt er minder zout gebruikt per m2 dan bij de standaard strooimethode. Nadeel van pekelwater is de dure aanschaf van het pekelwater. Omdat deze methode nieuw is voor gemeente Hengelo en Twente Milieu en er geen ervaring is opgedaan met deze wijze is deze werkmethode aangeduid als pilot. 5

1.3.3 Afstemming met andere instanties Ieder jaar wordt het gladheidbestrijdingsplan opgestuurd naar de volgende instanties: omliggende gemeenten, Provinciale Waterstaat, Dienstkring Rijkswaterstaat Hengelo, Politie Twente, Brandweer, Ambulancepost en busmaatschappij Connexxion. Om betere afstemming te krijgen van wegen die een gemeentegrens passeren, heeft de provincie Overijssel het initiatief genomen om een provinciale strooikaart te maken. Deze kaart geeft inzicht in de wegen die gestrooid worden. Dit initiatief is ontstaan tijdens de winterperiode 2009/2010 waarin er meer samengewerkt moest worden door de zoutschaarste in Nederland. Dit heeft een vervolg gekregen in het winterseizoen 2010/2011. 1.3.4 Meldingen overlast en gevaarlijke situaties Als burgers/bedrijven veel overlast ervaren of gevaarlijke situaties constateren, dan kunnen ze daarvan melding doen bij de gemeente. Deze meldingen worden telefonisch of digitaal (via de website van de gemeente en in de toekomst via diverse internetapplicaties zoals buitenbeter) gedaan. Deze komen centraal binnen bij de gemeente (bij het Klant Contact Centrum). Als de melding gaat over een straat die niet op de strooikaart staat, dan wordt deze melding beoordeeld door de vakmensen. Daar waar sprake is van een zeer gevaarlijke situatie, zal in overleg de betreffende plek eenmalig worden gestrooid. Ook de meldkamer van de politie kan zeer onveilige situaties melden en deze plekken worden dan eenmalig gestrooid. 1.3.5 Rapportage Na afloop van elke inzet van de strooi-eenheden, wordt door Twente Milieu NV een strooirapport opgesteld. In dit rapport staan de gegevens verwerkt over de inzet van mensen, het materieel, de uitruktijden, de tijdstippen van vertrek en terugkeer, de melder, de toestand van het wegdek, de weersverwachting van Meteo Consult BV en de gestrooide hoeveelheden dooimiddel. Hieronder wordt het aantal uitrukdagen en tonnage aan strooizout per jaar weergeven: De gemiddelde inzet van de jaren 1999 tot 2004 30 uitrukdagen. 2004-2005 40 uitrukdagen en 828 ton. 2005-2006 57 uitrukdagen en 1280 ton. 2006-2007 12 uitrukdagen en 312 ton. 2007-2008 34 uitrukdagen en 632 ton. 2008-2009 53 uitrukdagen en 1.537 ton. 2009-2010 61 uitrukdagen 2.746 ton. 2010-2011 47 uitrukdagen 1.882 ton. 1.4 Financieel De begrotingspost Gladheidbestrijding (2010) bestaat voor het grootste deel uit vaste kosten voor Twente Milieu voor het beschikbaar hebben van materieel (strooiwagens en mengmachine), piketdienst van 1 november t/m 1 april, overhead en het contract met Meteo Consult. Daarnaast zijn uurtarieven vastgesteld voor de inzet van het personeel en het gebruik van de sneeuwploegen. De jaarlijkse vergoeding aan Twente Milieu voor de uitvoering van de gladheidbestrijding is afhankelijk van de geleverde inzet en dit is uiteraard gerelateerd aan de grilligheid van het winterse seizoen. Dezelfde onvoorspelbaarheid van de winter maakt het lastig, 6

om een kostenschatting te maken van de benodigde inzet in geval van bijzondere of extreme winterse omstandigheden. 1.5 Burgerparticipatie en actief burgerschap De laatste twee winterseizoenen (langdurige hevige neerslag en zoutschaarste) hebben zowel bij bewoners als bij de uitvoerende partijen geleid tot de nodige winterstress. Om deze winterstress te voorkomen, is in januari 2011 in een memo een aantal ideeën benoemd die voor de volgende winterperiode(s) (2011 en verder) nader konden worden uitgewerkt. Deze ideeën zijn vervolgens in de zomer van 2011 uitgewerkt in de notitie Participatie, Communicatie en Actief Burgerschap bij gladheid. Deze notitie heeft tot doel om ervaringen uit het winterseizoen 2010/2011, in positieve zin, mee te nemen voor het komende winterseizoen 2011/2012 waarbij het accent wordt gelegd op participatie, communicatie en actief burgerschap. Deze notitie is bijgevoegd in de bijlage 4. 7

2. Beleid gladheidbestrijding 2.1 Strooiprioriteit wegen en fietspaden 2.1.1 Landelijke richtlijnen prioriteitstelling Het tijdsbestek waarbinnen de wegen en fietspaden gestrooid moeten worden, is niet wettelijk bepaald of voorgeschreven. Dit tijdsbestek betreft een eigen gemeentelijke afweging op grond van bepaalde overwegingen en landelijke CROW-richtlijnen. De strooiroutes worden binnen een tijdsbestek van 3 uur behandeld. De in dit plan beschreven werkwijze met indeling naar onze strooiprioriteit (tabel 1) sluit aan bij deze richtlijnen. Bij de gladheidbestrijding staat de veiligheid van de weggebruiker voorop. Dit betekent dat preventie, waar noodzakelijk en mogelijk, vóór gladheidbestrijding áchteraf gaat. Overigens mag de weggebruiker in redelijkheid en billijkheid niet verwachten dat alle binnen de gemeente gelegen wegen en fietspaden bij gladheid gestrooid zullen worden of reeds gestrooid zijn. Het bestrijden van gladheid in Hengelo geschiedt op basis van dit werkplan, behoudens calamiteiten, waarbij extra inzet nodig kan zijn. Om te monitoren of er in de stad extra aandacht moet worden gevraagd voor speciale wegvakken, wordt via het meldingensysteem van de gemeente en of Politie na afloop van het seizoen bekeken of er extra maatregelen nodig zijn. 2.1.2 Materieel ten behoeve van wegen en fietspaden Het bestrijden van gladheid op wegen en fietspaden is qua aanpak niet zozeer verschillend, maar het daarvoor in gebruik zijnde materieel wel. Doordat fietspaden over het algemeen veel smaller zijn dan de wegen, is hiervoor ook ander strooimaterieel nodig. Voor vrijliggende fietspaden worden pekelstrooiers en kleine zoutstrooiers ingezet. 2. De wegen worden gestrooid met grote strooiwagens. Mede door dit verschil in materieel is het gewenst om voor de gladheidbestrijding een onderscheid te maken in fietsroutes en autoroutes. Tevens is van belang of het strooien preventief of curatief van aard is. Bij preventief strooien wordt gladheid voorkomen door vooraf te strooien. Bij curatief strooien wordt de reeds opgetreden gladheid alsnog bestreden. Het zal duidelijk zijn dat preventief strooien zich beter laat plannen dan het curatief strooien. Immers, met preventieve strooiacties kan ruim op tijd worden begonnen. Bij curatieve acties daarentegen, is het veelal een strijd tegen de omstandigheden en de klok. Niettemin is het om praktische redenen (eenduidiger) raadzaam om voor curatieve en preventieve strooiacties dezelfde strooitijden te hanteren. Op grond van het landelijk gebruikelijke (op basis van jarenlange ervaring) en de genoemde richtlijnen wordt geadviseerd om voor het strooien van de belangrijkste wegen en fietspaden een tijdsbestek van 3 uur te hanteren na gladheidmelding. Bij de curatieve strooiacties is dit tijdsbestek in de regel gerelateerd aan de aanvankelijk opgetreden gladheid. Wanneer sprake is van aanhoudende sneeuwval (of ijzel) is het strooien (eventueel in combinatie met sneeuwploegen) een meer voortdurende (cyclische) activiteit. 2 Meestal een combinatie van een aanhanger met strooier en een smalle tractor. 8

Om te kunnen bepalen op welke wegen al dan niet moeten worden gestrooid, en met welke prioriteit (strooiroute), zijn de straten en rijwielpaden in de gemeente Hengelo onderverdeeld in de volgende categorieën: Categorie 1: Categorie 2: Categorie 3: Categorie 4: Categorie 5: Categorie 6: Categorie 7: Hoofdwegen Ontsluitingswegen Wegen met bijzondere functie zoals toegangswegen tot basisscholen en voortgezet onderwijs, ziekenhuizen, verzorgingstehuizen en winkelcentra. Woonstraten Hoofd rijwielpaden Rijwielpaden Onverharde wegen Wegen uit categorie 1, 2 en 5 zitten in de hoofdroutes. Deze wegen vallen onder de preventieve route. De routes zijn onderverdeeld in een bepaalde prioritering. Zo zullen als eerste de hoofdwegen en de hoofdrijwielpaden gedaan worden gevolgd door de ontsluitingswegen. In verband met de geringe verkeersintensiteit worden wegen uit de categorie 4, 6 en 7 niet gestrooid. De hoofdroutes zijn: de invalswegen als de Enschedesestraat en Oldenzaalsestraat, de wijkring zoals de Boekweitweg de centrumring zoals de Marskant. Busroutes Enkele voorbeelden van ontsluitingswegen zijn: Berfloweg Twekkelerweg Salamanderstraat Bruggen en hellingen (incl. de opritten) zijn specifieke wegvakonderdelen die eerder hinder hebben van opvriezen bij condensatie. Deze wegvakonderdelen zullen eerder gestrooid worden zonder dat de gehele strooiroute wordt meegenomen. Viaducten over de snelweg A1: Bornsestraat, Europalaan, Broekmedenpad Deurningerstraat, Hasselerbaan, Pallastweg, Wiefferinksweg, Schildsweg Bruggen over het Twentekanaal: Haaksbergerstraat, Boekeloseweg, Twekkelerweg 9

Tabel 1: Indeling van wegen en fietspaden met strooiprioriteit of niet strooien. Categorie nummer Wegcategorie Max. rijsnelheid Verkeersterminologie Strooiroute 1 Hoofdwegen 50 tot 80km/u gebiedsontsluitingsweg Preventieve route Hoofdroute 2 Ontsluitingswegen 50 km/u gebiedsontsluitingsweg Hoofdroute 3 Bijzondere functie Aanvullend 4 Woonstraten 30 km/u Erftoegangs wegen Niet strooien 5 Hoofd rijwielpaden Nvt Hoofdfietsnetwerk Preventieve route Nvt stadsfietsroutes Hoofdroute 6 Rijwielpaden (onverhard) Nvt Niet strooien 7 Onverharde wegen stapvoets Niet strooien Industriegebieden worden tussen zaterdag 17.00 uur en zondag 17.00 uur niet gestrooid. 2.1.3 Voorbereiding routes fietspaden Ter voorbereiding op een efficiënte en doelmatige gladheidbestrijding op fietspaden, is het noodzakelijk dat bij aanvang van het strooiseizoen de aanwezige afzetpalen in fietspaden tijdelijk worden verwijderd of worden neergelaten. Deze afzetpalen worden na het strooiseizoen terug geplaatst. Het nadeel van het verwijderen en neerlaten van de afzetpalen is dat het auto- en motorverkeer illegaal gebruik kan gaan maken van deze routes. Om dit op een aantal cruciale plaatsen te voorkomen is er met een aantal bewoners overeengekomen om de afzetpalen door hen te laten neerdalen of te verwijderen. Mocht er niet gestrooid worden dan zal de afzetpaal niet neergelaten zijn. In de communicatie met aanwonende bewoners van deze straten is er afgesproken dat wanneer de strooi-eenheid van Twente Milieu NV tien keer de route niet heeft kunnen voorzetten omdat de afzetpaal niet is neergelaten, de afzetpaal zal worden verwijderd voor de rest van het strooiseizoen. Dit zal jaarlijks gecommuniceerd moeten worden met de bewoners van deze straten. Het betreft de Kalmarstraat, Stavangerstraat en de Larvikstraat in de buurt Vossenbelt Zuid en de Achterhoekse Dwarsweg in de buurt Hengelose Es Noord. Planning voor het verwijderen en neerlaten afzetpalen is als volgt: Palen opnemen in de periode 1 november 1 december (afhankelijk van het moment van aanvang strooien). Palen terugplaatsen in de periode 1 april - 15 april. Indien noodzakelijk de palen buiten genoemde periodes verwijderen en zo mogelijk binnen 48 uur terug plaatsen. De uitvoering hiervan geschiedt door Twente Milieu NV. 10

2.2 Aanpak gladheidbestrijding 2.2.1 Natzoutstrooien In het winterseizoen 2001-2002 is gemeente Hengelo overgestapt op het natzoutstrooien en zijn de strooiwagens daarvoor omgebouwd. Bij natzoutstrooien wordt gebruik gemaakt van pekelwater dit pekelwater dient ervoor om droog zout vochtig te maken. Pekelwater bestaat uit een 20% oplossing van zout (NaCl) in water. Natzoutstrooien heeft grote voordelen boven droogstrooien. De belangrijkste voordelen zijn: Mogelijkheid om preventief te kunnen strooien; Strooien op verkeersluwe tijden (voorafgaand aan spitstijden); Vermindering van het zoutverbruik (tot 40% minder); Strooiwerking is effectiever (sneller, beter). Hogere rijsnelheid (70km/uur) zonder dat er verwaaiing optreed. Bij een droogstrooier is de rijsnelheid max. 40km/uur haalbaar. Door deze voordelen verhoogt de natstrooimethode de verkeersveiligheid voor de weggebruikers ten opzichte van de huidige droogzoutstrooimethode. Het nadeel van de natstrooimethode is dat de aanschafkosten van het strooimaterieel hoger liggen en dat er een oplosinstallatie nodig is. Gemeente Hengelo gebruikt alleen natstrooiers (waaiers en pekelstrooiers). 2.2.2 Handmatige gladheidbestrijding Er is een aantal situaties en locaties waar bij (forse) sneeuwval de sneeuw handmatig moet worden geruimd. De verantwoordelijkheid voor dergelijk handmatig werk ligt bij de sector Stedelijk Beheer en wordt uitgevoerd door de afdelingen Civiel Techniek, Wijkbeheer en Cultuurtechniek. Het betreft hier de bushalteplaatsen, de Voetgangers Oversteek Plaatsen (VOP) en de hoofdentrees naar de winkelcentra. 2.3 Gladheidbestrijding bij extreme omstandigheden 2.3.1 Sneeuwval Winterse omstandigheden met forse pakken sneeuw van meer dan vijf centimeter dikte, of langdurige sneeuwval, komen in ons land normaal gesproken niet vaak voor. Veelal is ook sprake van grote lokale verschillen in sneeuwval, zodat de weersverwachtingen soms tekort schieten. Niettemin heeft een dergelijke situatie zich de afgelopen twee winters voorgedaan en moet ook in dergelijke omstandigheden de gladheid worden bestreden. Voor de verschillende 11

omstandigheden die zich in een winterperiode kunnen voordoen, waarbij met name sneeuwval van doorslaggevende betekenis is, zijn een aantal situaties beschreven met de bijhorende acties. Hierbij kan een drietal situaties worden onderscheiden: A. Standaard situatie: Kortdurende sneeuwval tot enkele centimeters. Normale aanpak van gladheidbestrijding met zoutstrooien zonder ploegen, geen bijzondere inzet noodzakelijk. B. Bijzondere situatie: Aanhoudende sneeuwval tot maximaal vijf centimeter. Bijzondere aanpak met sneeuwploegen en zoutstrooien. Specifieke situaties worden apart bewerkt en waar nodig wordt sneeuw handmatig geruimd. Marktpleinen worden voor de marktdag sneeuwvrij gemaakt door het wegschuiven van de sneeuw. Dergelijke omstandigheden vergen extra inzet van manuren en materieel en hebben een verhoging van de variabele kosten tot gevolg. C. Extreme situatie: Aanhoudende sneeuwval met extreme hoeveelheden sneeuw van ruim meer dan vijf centimeter. In aanvulling op de bijzondere aanpak onder B wordt de sneeuw met inzet van speciaal materieel (o.m. shovels) op kritieke locaties (kruisingen) en op de fiets(suggestie) stroken zo veel mogelijk geruimd en afgevoerd. Dergelijke extreme omstandigheden (onregelmatig en onvoorspelbaar) vergen extra inzet van manuren en materieel. Dit heeft een verhoging van de variabele kosten tot gevolg. Wanneer sprake is van een extreme situatie zal pragmatisch en gecoördineerd moeten worden gehandeld. Vaak is sprake van een chaotische verkeersituatie, waardoor wegen ook voor de strooi- en ploegwagens niet of slechts gedeeltelijk toegankelijk zijn. In dergelijke gevallen, mogelijk ook voor situaties als onder B, is het niet mogelijk om de gladheid binnen vooraf gestelde tijdsbestekken te kunnen afronden. Het doel is dan om met maximale inzet allereerst de hoofdroutes (verkeersaders, hoofdfietsroutes en busbanen) zo snel mogelijk weer begaanbaar te krijgen. Naar aanleiding van de extreme situaties in de winterperiode 2009-2010 en 2010-2011 met langdurige sneeuwval en het landelijk zouttekort, heeft gemeente Hengelo een proef gedaan naar alternatieve bestrijdingsmethoden. Deze methoden waren een pekelstrooier en een veegborstel. Deze werden ingezet op een fietsroute en enkele voetpaden in de binnenstad. De proef met de pekelstrooier op het fietspad was hoopvol. De proef met de veegborstel op de fietspaden en voetpaden is minder geslaagd. De veegborstel kan geen snelheid maken over het fietspad wat nadelig is voor het resultaat. De snelheid bedraagt maximaal 10km/uur. De inzet van een stalen veegborstel op de voetpaden in de binnenstad werkte prima. Het resultaat was goed het nadeel is dat het veel tijd in beslag neemt omdat de machine stapvoets rijdt. 2.3.2 Zouttekort en het noodscenario Het zoutgebruik is sterk afhankelijk van de hoeveelheid dagen met sneeuwval. Bij een curatieve strooiactie met sneeuw is 20 gram droogzout/m² nodig om de sneeuw te kunnen ontdooien en smelten. Bij een normale preventieve gladheidbestrijdingsactie is 7 gram natzout/m² voldoende om de gladheid te bestrijden. In extreme situaties met veel langdurige sneeuwval wordt dus dagelijks 3 tot 6 keer zoveel zout verbruikt dan bij een preventieve actie. Met de huidige leverancier (AKZO) van het wegenzout is een contract afgesloten voor de levering van zout voor afgesproken vaste bedragen. Voor de winterperiode wordt in de zoutloods van 12

gemeente Hengelo aan de Wegtersweg 800 ton zout in voorraad gehouden. Dit is ruim voldoende zout voor een gemiddelde tot strenge winter. In de winterperiode 2009-2010 en 2010-2011 is door het extreme winterweer in heel Nederland een zouttekort ontstaan. Door de langdurige periode met sneeuwval in het hele land konden de drie grote leveranciers van wegenzout in Nederland geen zout meer leveren uit voorraad. De dagelijkse productie van wegenzout was onvoldoende om alle wegbeheerders van zout te voorzien. In het verloop van het winterseizoen van 2009/2010 is aangegeven hoe in Hengelo met het zouttekort werd omgegaan. Dit heeft geleid tot het invoeren van het noodscenario. Het noodscenario betekende het schrappen van het gratis af te halen zout, het schrappen van fietsroutes, wegen in het buitengebied en wegen van bedrijventerreinen als wel het mengen van zand en zout. Na twee opéénvolgende winters is gebleken dat het huidige noodscenario niet toereikend is voor de vrijliggende fietspaden van met name in de wijken boven de snelweg A1. De reden hiervoor was en geldt nog steeds dat het zoutstrooien op een fietspad minder resultaat brengt dan op rijwegen, zie paragraaf 2.2.2. Door de nieuwe werkmethode met de pekelstrooiers en de ervaringen uit de laatste twee winterseizoenen is het noodscenario aangepast ziet er als volgt uit. Noodscenario s zouttekort: 1) 350 ton zout op voorraad o preventief : met 7 gram natzout; o curatief : met 10 gram droogzout (ipv 20 gram) of 7 gram natzout. 2) 200 ton zout op voorraad o preventief: idem 1); o curatief : geen zout strooien, alleen ploegen/schuiven. 3) 80 ton zout op voorraad o preventief : natzout met mix zout/zand mengverhouding 1:1 (5 gr zand/5 gr zout); o curatief idem preventief, alleen ploegen. Wanneer de noodzaak van de zoutschaarste aan de orde is, kan het college beslissen om tot het noodscenario over te gaan. Bij afwezigheid van het college kan dit worden besloten door een lid van het directieteam, dan wel de sectormanager dan wel het afdelingshoofd (conform de lijn bij het mandaatbesluit). 13

2.3.3 Gratis strooizout? De laatste jaren is er tijdens de strooiseizoenen zout uitgegeven aan onze inwoners zodat zij hun straatje schoon kunnen houden. Maar omdat zout een handelsartikel is, mag dit niet gratis verstrekt worden. Vanaf dit winterseizoen zal dan ook geen zout meer worden verstrekt aan particulieren. Zie ook bijlage 4, punt 7. 2.3.4 Zoutcontract Twente Milieu Twente Milieu heeft een zoutcontract afgesloten met AKZO voor een totaal van 4500 ton/jaar voor vier Twentse gemeentes. Het deel voor gemeente Hengelo betreft ca. 1100 ton/jaar. 2.4 Milieuaspecten gladheidbestrijding Zoutschade aan bomen en struiken kan ontstaan als de zoutconcentratie in het bodemvocht te hoog wordt op het moment dat de bodem tijdens de zomer uitdroogt. Het strooizout dat in de winter op de wegen is gestrooid spoelt weg via het riool. Bij wegen zonder hemelwaterafvoer naar het riool, zakt het zoute regenwater weg in de berm waar een zouter milieu kan ontstaan. Dit heeft echter geen nadelige invloed op de begroeiing omdat het zout door de voorjaarsregen uit de bodem wegspoelt. Beplanting direct naast de weg (binnen één meter) kan wel te lijden hebben van door autoverkeer opspattend zout smeltwater. Om deze ongewenste milieubelasting van het zout tegen te gaan zijn twee methoden onderzocht: minder zout strooien een ander strooi/dooimiddel. Minder zout strooien Om ongewenste milieueffecten van zout zoveel mogelijk tegen te gaan is het van belang om zo beperkt mogelijk te strooien. Het terugdringen van het gebruik van strooizout is mogelijk door het beperken van de hoeveelheid te strooien wegen. Door de landelijke richtlijnen voor gladheidbestrijding alleen op bepaalde wegen aan te houden, wordt de minimale hoeveelheid wegen gestrooid. In Hengelo wordt sinds 2002 gebruik gemaakt van de methode natzoutstrooien (i.p.v. droogzout strooien). Dit geeft een besparing tot 40% op het zoutverbruik. Tevens waait en spoelt het zout bij de natzoutmethode minder snel van het wegdek in de berm. De nieuwe strooiwagens zijn mechanisch zodanig vernieuwd dat de hoeveelheid zout per m² en de strooibreedte vanuit de cabine kan worden bijgesteld. Hierdoor kan, afhankelijk van de plaatselijke gladheid- of wegsituatie, altijd met de minst benodigde hoeveelheid zout worden gestrooid. 14

Alternatieve dooimiddelen Gladheid op de weg wordt bij vorst bestreden door een dooimiddel. Het dooimiddel zorgt voor een vriespunt verlagend effect op ijs. Hierdoor zal bij preventief strooien het vocht op het wegdek niet bevriezen, en zal in geval van curatief strooien (als het al glad is) het bevroren vocht snel ontdooien. Een dooimiddel moet voldoen aan de eisen effectiviteit, efficiënt, toepasbaar, beschikbaar, betaalbaar en milieuvriendelijkheid. Het enige dooimiddel dat daar aan voldoet is het huidig gebruikte wegenzout. Andere dooimiddelen/zouten hebben doorslaggevende nadelen zoals: kosten verhogend, toename van algengroei door stikstof- en/of fosforverbindingen of zelfs bijtend waardoor speciale opslag en kleding noodzakelijk zijn. Alternatieve strooimiddelen Om de gladheid te bestrijden is een dooimiddel noodzakelijk. Maar als het harder vriest dan 6 o C verliest ook zout zijn smeltkwaliteit. Een alternatief om de gladheid dan iets te verminderen is het toepassen van een stroefmakend strooimiddel zoals zand. De stroefmakende werking is echter matig en het leidt ook tot verstoppingen in kolken en riolen. Het mengen van zand en zout geniet de voorkeur maar is als alternatief bruikbaar. 15

3. Jaarlijkse herziening strooikaart 3.1. Algemeen Wegen en fietspaden worden volgens de prioriteitsstelling (paragraaf 2.1.2) van het gladheidbestrijdingsplan ingedeeld hoofdrijwegen en hoofdfietsroutes of niet strooien. Deze indeling wordt jaarlijks weergegeven op de strooikaart. De strooikaart is altijd een momentopname, omdat het wegenverkeersnet binnen Hengelo voortdurend aan wijzigingen onderhevig is. Er kunnen, nadat de strooiroute is vastgelegd, nieuwe wegen en fietspaden worden aangelegd of er worden wijzigingen doorgevoerd betreft het verkeersbeleid. Kortom de gladheidbestrijding vraagt in de uitvoering een zekere mate van flexibiliteit. De strooikaart wordt jaarlijks voor het winterseizoen aangepast aan actuele ontwikkelingen. Dit gebeurt na overleg tussen Twente Milieu en de gemeente. Tevens worden belanghebbenden zoals Connexxion, aangrenzende gemeenten, provincie en hulpdiensten ingelicht. Vervolgens wordt de strooikaart zes weken ter inzage gelegd en voor het winterseizoen met eventueel de te beantwoorden zienswijzen aan B&W ter vaststelling voorgelegd. 3.2 Aanvullingen en wijzigingen in strooiplan ten opzichte van 2010-2011. Ieder jaar wordt het strooiplan opnieuw bekeken of er aanvullingen of wijzigingen zijn opgetreden in de openbare ruimte of op beleidsmatig gebied. Er komen wegen bij, functies van wegen veranderen, zout schaarste treedt op, etc. Voor het winterseizoen 2011/2012 zijn de volgende wijzigingen van toepassing: Toegevoegde wegen: Duizendpoot reden; veel gebruikt route van fietsverkeer Sloetsweg gedeelte Oude Bornseweg-Dennenbosweg reden; veel gebruikte route voor fietsverkeer naar het scholeneiland. Dennenbosweg gedeelte Bornsestraat-Mr. Troelstrastraat reden; veel gebruikte route voor fietsverkeer naar het scholeneiland. Fietssnelweg F35 Hengelo Enschede reden areaal uitbreiding. Nijhofslaan gedeelte vanaf de Grundellaan tot aan de ingang van De Grundel reden veel gebruikte route voor fietsverkeer. Termijn: Tot op heden werd het werkplan jaarlijks herschreven en aangeboden aan het college van B&W. Omdat de gladheidbestrijding een werkplan is en er geen beleidswijzigingen worden verwacht geldt de termijn van het werkplan voor 5 jaar namelijk 2011-2015. Uitgifte strooizout: Vanaf dit winterseizoen zal geen zout meer worden verstrekt aan particulieren. Zie paragraaf 2.3.3. Burgerparticipatie: Toevoeging van de bijlage burgerparticipatie zie bijlage 4. 16

Bijlage 1. Begrippenlijst Curatief: Strooien nadat gladheid is opgetreden, door opvriezing, sneeuw of ijzel. Droog(zout)strooien: Strooimethode gebruik makend met standaard droog wegenzout DVO: Dienst Verlenings Overeenkomst, contractafspraken met Twente Milieu over o.a. de gladheidbestrijding. Fiets(suggestie)strook: Aan de rijbaan gelegen (vaak gekleurde) fietsstrook met onderbroken belijning. Gladheidbestrijdingsplan: Beleidsplan om keuzes voor de gladheidbestrijding (kenbaar) te maken. Nat(zout)strooien: Strooimethode gebruik makend van gemengde zoutoplossing (waterbasis) met droog wegenzout. Preventief: Strooien voorafgaand aan de verwachtte gladheid. Sneeuwploeg: Materieel om sneeuw van het wegdek te schuiven. Strooiactie: Uitrijden van materieel voor de gladheidbestrijding (zout strooien/ploegen). Strooikaart: Alle wegen en fietspaden die onderdeel uitmaken van de gladheidbestrijding (op plattegrond weergegeven). Strooiprioriteit: Eventuele toedeling van straat of fietspad aan de gladheidbestrijding, afhankelijk van het (verkeers)belang van de straat of het fietspad. Strooiroute: Efficiënte route indeling van de te strooien wegen en fietspaden. VOP: Voetgangers Oversteek Plaats. 17

Bijlage 2. Strooikaart - Hoofdwegenstructuur 18

Bijlage 3. Strooikaart - Fietsroutes 19

Bijlage 4. Notitie Participatie, communicatie en actief burgerschap bij gladheid (besproken in Sectorstaf SB en WZ) Wrede winters De afgelopen twee winters ging Nederland gebukt onder bar winterweer. Ondanks het gladheidsbestrijdingsplan en de communicatie ontstond er in de afgelopen winters door de extreme winterse buien een situatie waarbij de vraag naar zout vele malen hoger was dan de productie. Dit had tot gevolg dat we niets anders konden doen dan zoals beschreven in het noodscenario - minder zout of minder wegen strooien. Niet iedere bewoner had begrip voor het feit dat we op dat moment niet meer alle straten en fietspaden sneeuwvrij konden houden. Dit blijkt ook uit het aantal binnengekomen meldingen over gladheid. Aantal geregistreerde meldingen in de periode 1 oktober - 30 maart van de afgelopen winters 250 225 200 200 150 Aantal meldingen 100 63 50 43 15 7 7 0 2010-2011 2009-2010 2008-2009 2007-2008 2006-2007 2005-2006 2004-2005 In januari 2011 hebben we in een memo ideeën benoemd voor de volgende winterperiode(s) (2011 en verder). In deze notitie worden de genoemde ideeën nader uitgewerkt met als doel om ervaringen uit het winterseizoen 2010/2011, in positieve zin, mee te nemen voor het komende winterseizoen 2011/2012. Daarbij leggen we het accent op participatie, communicatie en actief burgerschap. 20

1. Aanstellen projectteam winterstress Bij de eerste tekenen van naderende gladheid komt dit team bij elkaar om afspraken te maken, vervolgacties te plannen en af te stemmen. Medewerkers van alle betrokken afdelingen worden hierin vertegenwoordigd. Het projectteam komt voor de winter voor het eerst bij elkaar. Al naar gelang het verloop van de winterse omstandigheden, gebeurt dit vaker. Aan het eind van de winterse periode vindt een evaluatie plaats. Afdelingshoofd Civieltechniek (voorzitter) Vakspecialist beheer openbare ruimte afdeling Wijkservice Stafmedewerker Wijkbeheer Stadsdeelmedewerker Wijkservice Senior Beleidsmedewerker Werk en Arbeidsmarktbeleid Beleidsmedewerker Wijkzaken (Communicatiemedewerker alleen bij eerste overleg) 2. Maatschappelijke stages gladheid plaatsen en vrijwilligers zoeken Vanaf 2011 moeten alle middelbare scholieren verplicht op maatschappelijke stage. De gemeente plaatst in voor aan het nieuwe schooljaar 2011-2012 extra stageplekken voor het ruimen van sneeuw op de plekken waar de nood hoog is. Medewerkers van Wijkzaken of Stedelijk Beheer kunnen deze stage begeleiden. Ook worden een of meerdere stageplekken aangeboden voor grotere groepen, waarbij een klas of een deel van de klas samen sneeuw gaat ruimen. De school begeleidt, de gemeente faciliteert. Tevens wordt een beroep gedaan op vrijwilligers om op specifieke locaties sneeuw te ruimen (bijvoorbeeld rond verzorgingscentra). Ook hier faciliteert de gemeente. 3. Sneeuwschuifdagen met bewonersverenigingen en/of vrijwilligers organiseren Gemeente gaat samen met bewonersverenigingen in verschillende wijken sneeuwschuifdagen of dagdelen initiëren en faciliteren met middelen (zoals sneeuwschuivers, koffie en erwtensoep). Bewoners en medewerkers van de gemeente trekken vervolgens samen op om de meest noodzakelijke plekken sneeuw- en ijsvrij te maken. 4. Afdelingen of sectoren gaan dag(deel) sneeuwschuiven In 2010 jaar hebben de collega s met wisselend enthousiasme zwerfafval geruimd. Daarbij is ook voorgesteld om jaarlijks een andere activiteit te organiseren. Bij dreigende sneeuwval en mogelijke gladheidsproblemen kan een afdeling/sector zich aanmelden om de handen uit de mouwen te steken onder begeleiding van de uitvoerende afdelingen Wijkbeheer en Civieltechniek. 5. Verbeteren van de communicatie Iedere winterperiode worden er artikelen geplaatst in dag- en weekbladen over gladheid, hoe de gemeente hiermee omgaat en wat er van bewoners verwacht wordt. Ook is op de gemeentelijke website informatie te vinden over gladheidsbestrijding. Toch komen er nog steeds veel meldingen en vragen binnen die vervolgens door de vakspecialist persoonlijk beantwoord worden. Dit kost veel tijd. En als er veel meldingen zijn, zoals afgelopen 2 jaar, kan het soms lang duren voordat de melder een reactie ontvangt. Om dit vanaf komend winterseizoen te verbeteren, wordt de communicatie geoptimaliseerd. 21

6. Betrek mensen met een uitkering of werkzoekenden bij het sneeuwruimen (bij voorkeur in eigen wijk) Binnen de gemeente zijn er vele mensen die een uitkering hebben en die graag iets willen en kunnen doen. Een actieve benadering van de gemeente kan ertoe leiden dat een x-aantal personen graag de handen uit de mouwen steekt voor de gemeente en voor zichzelf. Een win-win situatie. 7. Stop met de verstrekking van gratis strooizout Gemeente Hengelo stelt sinds jaren gratis strooizout beschikbaar. In de winter van 2010/2011 is door bewoners 70.000 kg aan zout opgehaald. Ondanks het gestelde maximum van 1 emmer per persoon, vertrokken sommige bewoners met 6 emmers of zelfs met speciekuipen vol zout. Dit terwijl op één vierkante meter slechts 10 20 gram zout gestrooid hoeft te worden. Het uitdelen van gratis strooizout heeft ook voor enkele incidenten gezorgd: mensen willen vaak meer strooizout dan het gestelde maximum. Medewerkers van Twente Milieu moesten het dan ontgelden. Door geen gratis zout meer ter beschikking te stellen, worden bewoners aangewezen op het eigen keukenzout, of beter, de sneeuwschuif of bezem. De prijs per kilogram keukenzout bedraagt in de supermarkt ongeveer 0,30 per kg. Om de gladheid op een stoep of oprit tegen te gaan, is per strooironde ongeveer 10 gram per vierkante meter zout nodig. Bij hevige sneeuwval wordt uitgegaan van 20 gram. Dat betekent dat een kilogram zout geschikt is om 100 vierkante meter te strooien (bij hevige sneeuwval 50 vierkante meter). Buurgemeente Borne is onlangs gestopt met het gratis ter beschikking stellen van strooizout. Dit uit het oogpunt van oneerlijke concurrentie. Waarom verstrekt de gemeente geen gratis zout? (voorbeeld Terneuzen) De gemeente Terneuzen verstrekt geen gratis strooizout om meerdere redenen. Allereerst wil de gemeente zorgen dat er genoeg zout is om de hoofdwegen te kunnen bestrooien. Ten tweede kan het gevaarlijk zijn als er op de werkplaats waar gemeentevoertuigen rijden bezoekers om zout komen. Een derde reden is dat er door bedrijven zout verkocht wordt in de stad en dat de gemeente om die reden niet wil concurreren met die bedrijven door zelf gratis zout te verstrekken. Let op: koop uw zout al voor de winter,vaak is tijdens het winterseizoen met veel strooidagen het zout al snel op bij bedrijven. Gladheidbestrijding is en blijft een taak van zowel gemeente als haar inwoners. De gemeente strooit de wegen, maar heeft de hulp van inwoners nodig om de situatie zo veilig mogelijk te houden bij gladheid. Daarom het verzoek om zelf een gedeelte van het trottoir schoon te maken én om extra voorzichtig te zijn in het verkeer bij gladheid. Alleen door deze gezamenlijke inspanningen kan voor iedereen in de gemeente een veilige verkeerssituatie gecreëerd worden. 22

8. Additionele inzet medewerkers Wijkzaken en Stedelijk Beheer Na de strenge winter van 2010/2011 hebben de afdelingshoofden van de afdelingen Wijkbeheer, Civieltechniek, Cultuurtechniek, Sportservice en Bouwservice & Faciliteiten afgesproken om de medewerkers in te zetten voor de bestrijding van gladheid, op het moment dat de winterse omstandigheden de reguliere werkzaamheden onmogelijk maken. Deze additionele inzet zal bestaan uit de bestrijding van gladheid bij toegangswegen van winkelcentra, zorginstellingen en scholen 3, oversteekplaatsen, bushaltes en fiets- en wandelpaden die niet in het strooiplan staan. Op de onderstaande kaart is weergegeven hoe de verdeling van deze additionele werkzaamheden is geregeld. 9. Rollen en taken winkeliers(verenigingen), scholen en zorginstellingen wie doet wat? Niet alleen de gemeente maar ook de winkeliers, scholen en zorginstellingen zijn gebaat bij een schone en veilige openbare ruimte. Door duidelijk te communiceren wie wat wel en wat niet doet bij gladheid en sneeuwval, kunnen ongewenste (gladde) omstandigheden en discussies over wie wat doet vroegtijdig in de kiem worden gesmoord. De gemeente kan hierin een faciliterende rol hebben door bijvoorbeeld sneeuwscheppen, zoutbakken of zand ter beschikking te stellen. 10. Combineren van bovengenoemde activiteiten en doelgroepen nog nader uit te werken. 3 Scholen, zorginstellingen en winkelcentra zijn zelf verantwoordelijk voor hun eigen pleinen en stoepen. Gemeente kan wel faciliterende rol hebben (zie ook punt 9) en kan bijdrage leveren om toegangsroutes sneeuwvrij te maken. 23