samengesteld bovenste cijfer is 4 of meer



Vergelijkbare documenten
1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.

D-examen extra informatie

1. Het ritme wat ik voor ga spelen, bestaat uit 2 bouwstenen en een extra halve noot. Schrijf de nummers van de juiste bouwstenen op de goede plek.

1.2 Maatwisseling, polyritmiek, polymetriek en hemiool

THEORIE EXAMEN A 2019

ANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 2017

Muziektheorie-examen D

Theorie A examen G I T A A R

ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET B-EXAMEN

Intervallen. Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kan melodisch of harmonisch zijn.

SOLFEGE GEHOORVORMING

algemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN

Afdeling I. 1. Zet er zelf een G- of F-sleutel voor (Wat voor instrument speel je?) en benoem dan de volgende noten:

1 Notatie en toonstelsel. 2 Maatsoorten. 2.1 Enkelvoudige en samengestelde maatsoorten

ODM theoretisch toelatingsexamen

1 Notatie en toonstelsel

Onthoud wel dat dit alleen een oefening is. Als je dit examen goed maakt, betekent dat niet dat je genoeg weet voor het echte examen!

Algemene muziektheorie. Algemene. A-examen. Muziektheorie. Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1

De notenbalk met vijf lijntjes

Theorie voor het HAFABRA examen A

Klas 1 vmbo-t. Docent:...

De hele noot Deze noot duurt 4 tellen

THEORIE A INHOUD. Hoofdstuk 1 Het muziekschrift blz. 2. Hoofdstuk 2 Notenwaarden en rusttekens blz. 2 / 3. Hoofdstuk 3 Maatsoorten I blz.

1 Notatie en toonstelsel

Begrippenlijst muziektheorie

Klas 1 Naam: Klas: Docent:...

Les 1 C 1 D 1 E 1/2 F 1 G 1 A 1 B 1/2 C. Zeven letters voor alle noten. De zwarte toetsen. Deze kom je niet vaak tegen!

THEORIE B. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon. Een melodie die voorgespeeld wordt opschrijven (melodisch dictee).

Algemene muziektheorie. Algemene. B-examen. Muziektheorie

Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L2 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L 2 - Oefeningenboek p.

Toonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. PHCC-G Walk-in. Beginselen van muziek-theo-rie.

A-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018

THEORIE C. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon

algemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET A-EXAMEN

, 7 traptreden (een septet heeft 7 spelers) Het octaaf is het interval tussen bijvoorbeeld een lage d en een hoge d, of een lage gis en een

ANTWOORDBLAD B-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017 LUISTERVRAGEN

regelmatig of onregelmatig

THEORIEBOEK fase 1. Inhoudsopgave

Theorie voor het HAFABRA examen B

Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGENBOEK. Naam:...

EEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer. Ch.Hendrikx & L.Jakobs

ANTWOORDBLAD A-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017

De opbouw van notenladders

THEORIE D. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal.

Begintermen Basiscursus 1

Les 2. Als je op een piano alleen de witte toetsen gebruikt, kun je meteen de majeur- toonladder van C spelen: C D E F G A B C.

Het Notenstelsel. Noten worden geschreven door of tussen de lijnen van de notenbalk.

?Theorie. Kort overzicht met de belangrijkste dingen die je wilt of moet weten over muzieknotatie.

B-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018

Kempische Steenweg Hasselt Tel. : Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar

De namen van de noten komen uit het alfabet. We gebruiken de eerste zeven letters: A B C D E F G Na de G komt opnieuw de noot A.

Tips voor gehoortraining

Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L3. Naam:...

Nieuw bij C is de 8/8 maat. Dit is een onregelmatig samengestelde maatsoort. Voorbeelden 8/8 maat:

Algemene muziektheorie. Algemene. A-examen. Muziektheorie. Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1

sample Les 17 - $. 2. G & \ \.. % \ \ #. " 2. Am ...#. -.# .! - %. # ... D -.!... E.! - Les 17: CD 2 nr 9 û $... & \ \ 1. D

Samenvatting Muziek Theorie B examen

Gehoor AMV1. deel 1. mi sol la vierde noot 2 achtste noten vierde rust. Cecilia Gehoor deel1.indd 1 18/06/ :11:48

Hoe hoog of laag je de toon moet spelen kun je zien aan de plek van de noot op de notenbalk.

Instrumentenleer klas 2

Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L2 NAAM:... Hagelandse academie voor muziek en woord - AMV L2 : Theorie p.

2 punten. 3 punten. 4 punten. 1 punt. 3 punten

EPTA. Muziektheorie A1-A2-B. MANSARDA - SINTRA muziekuitgaven. Landelijk Graadexamen Systeem. European Piano Teachers Association

Algemene Muziektheorie

Akkoorden spelen. o1 PIANO

Voorwoord voor docenten

Eindexamen muziek vwo 2007-I

Eindexamen Muziek vwo 2002-I

Module 3e. Algemene muziekleer, componeren en gehoortraining met Music Ace

Reinier Maliepaard: kerktoonsoorten ofwel modi

Antwoordenboek. Algemene Muziekleer

Toelatingsexamen LUISTERVAARDIGHEDEN

Hagelandse Academie voor Muziek en Woord L 1 NAAM:... Hagelandse academie voor Muziek en Woord - AMV L1 : Theorie p.

MUZIEK EN WISKUNDE: samen klinkt het goed! INTERVALLEN: KWINT EN OCTAAF

Lesweek 11: Overzicht. Vervolgcursus

Klas 2 vmbo-t. Docent:...

sample L E S 18 â. " % O O O O \ \ % O O O O . =75 Uit het fragment For Children :

wat betekent: wat betekent: al fine allegro wat betekent: wat betekent: andante crescendo cresc. wat betekent: wat betekent: da capo

Voorwoord voor docenten

Antwoordenboek. Algemene Muziekleer

Dit keer ga je aan de slag met het fantastische stuk River flows van Yurima waarin je zult ontdekken;

Een handige link met wat basisinformatie over akkoorden is:

Klas 2 Naam: Klas: Docent:... Algemene Muziekleer Solfège Instrumentenleer Hermann Wesselink College

Earz bestaat uit 'modules'. De inhoud hiervan is willekeurig te gebruiken en te combineren binnen een door de docent te maken spel.

Muziek en meer MUZIEK METHODE VOOR BASISONDERWIJS GROEP 6

Toonladders en toonsystemen 5 havo

Daar zit veel in. heel. de inhoud van de website

Toonhoogte. Toonaarden Groot of klein

Alles over akkoorden en akkoordverbindingen. Klassieke Harmonieleer

De frequentieverhouding voor het oktaaf wordt dus 2:1, voor de kwint 3:2, voor de kwart 4:3, voor de grote terts 4:5 en de kleine terts 5:6.

KSO STUDIERICHTING MUZIEK

NOTENSCHRIFT. Jeanne qui sautte uit de 17e eeuw, melodie en baspartij.

Ta, titi, tiritiri, too

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Dinsdag 22 juni uur


Bij het muzikaal spelen wordt gebruik gemaakt van dynamiek en articulatie.

Inleiding. Beste cursist, ... Waarom deze cursus?

Noten lezen voor gitaar

Transcriptie:

Werkblad C Les 1 Naam:.. enkelvoudig bovenste cijfer is 2 of samengesteld bovenste cijfer is 4 of meer regelmatig onregelmatig 2-delig (binair) -delig (ternair) 2 2 2 2 4 8 2 4 8 4 4 4 6 6 12 4 2 8 4 8 8 9 9 4 8 5 5 4 8 7 7 8 4 8 8 Enkele voorbeelden van onregelmatige maatsoorten. Aan het notenbeeld kun je zien hoe de maatsoort is samengesteld. > = hoofdaccent _ = nevenaccent 2-delig onregelmatig samengesteld: -delig onregelmatig samengesteld:

1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra noot. De kwartnoot is de teleenheid. Op de 1e tel kies je een bouwsteen uit ritmebox A 1 t/m 7, op de 2e en e tel kies je een bouwsteen uit de variaties van 8, 8a t/m 8h. Schrijf het nummer op de juiste plek. A 8a 8e 8b 8f 8c 8g 8d 8h 4 4 4 4

Nu hetzelfde maar met de halve noot als teleenheid. B 8a 8e 8b 8f 8c 8g 8d 8h 2 2 2 2 2. Luistervraag (vooral belangrijk voor slagwerkers!) Luister naar de volgende fragmenten. Hoeveel tellen zijn er in de maat? 1. 2.

. Schrijf de maatstrepen erbij: 4. Schrijf de ritmes over op de lijn eronder, vervang de vlaggetjes door waardestrepen. Hou rekening met de samenstelling van de maatsoort.

Werkblad C Les 1 Naam:.. 1. Het ritme wat voorgespeeld wordt, bestaat uit twee bouwstenen en extra noot. De kwartnoot is de teleenheid. Op de 1e tel kies je een bouwsteen uit ritmebox A 1 t/m 7, op de 2e en e tel kies je een bouwsteen uit de variaties van 8, 8a t/m 8h. Schrijf het nummer op de juiste plek. A 8a 8e 8b 8f 8c 8g 8d 8h 4 4 4 4

Nu hetzelfde maar met de halve noot als teleenheid. B 8a 8e 8b 8f 8c 8g 8d 8h 2 2 2 2

2. Schrijf de maatstrepen erbij:. Schrijf de ritmes over op de lijn eronder, vervang de vlaggetjes door waardestrepen. Hou rekening met de samenstelling van de maatsoort.

Werkblad C Les 2 Hulpliedjes bij het horen van intervallen: Reine prime geen liedje (dezelfde tonen) Kleine secunde Jaws muziekje Grote secunde Vader Jacob Kleine terts Opzij, opzij Grote terts Hoedje van papier Reine kwart Wilhelmus Overmatige kwart Maria uit West side story Reine kwint Kortjakje Kleine sext Conquest of paradise Grote sext Berend Botje Kleine septime The winner takes it all Grote septime geen liedje (wil omhoog oplossen naar oktaaf) Naam:. 1a. Er worden 5 intervallen voorgespeeld. Je kunt kiezen uit een kleine secunde (k2), een grote secunde (g2), een reine kwint (r5) of een kleine septime (g7). k2 g2 r5 k7 k2 g2 r5 k7 k2 g2 r5 k7 k2 g2 r5 k7 k2 g2 r5 k7 1b. Weer 5 intervallen. Kies uit een kleine terts (k), een grote terts (g), een reine kwart (r4) en een kleine sext (g6). k g r4 k6 k g r4 k6 k g r4 k6 k g r4 k6 k g r4 k6

2. Er worden 5 toonladders gespeeld. Je kunt kiezen uit de oorspronkelijk mineurtoonladder (klinkt gewoon droevig), de harmonisch mineurtoonladder (klinkt een beetje oosters ), de zigeuner mineurtoonladder (klinkt heel exotisch) en de melodisch mineurtoonladder (klinkt stijgend anders dan dalend).. In welke volgorde worden de melodieën voorgespeeld? Zet 1, 2 of voor de goede regel. Dezelfde melodieën in de bassleutel:

Onthoud voor de vaste voortekens van de majeurtoonladders: Geef De Aap Een Beter Fiet-Cie Finnen Beschrijven Estlanders A(l)s Deskundige GeschiedsChrijvers 4. Schrijf de volgende toonladders op in hele noten. Zet kruizen en mollen vooraan de notenbalk en toevallige voortekens bij de noten. Teken ook een muzieksleutel. Fis-oorspronkelijk mineur D-zigeuner mineur Cis-melodisch mineur stijgend en dalend F-harmonisch mineur E-majeur G-chromatisch stijgend F-chromatisch dalend

Werkblad C Les 5 Naam:.. Consonant: Dissonant: Als twee tonen de neiging hebben om met elkaar te versmelten, noem je die consonant. Als twee tonen niet de neiging hebben te versmelten maar juist botsen tegen elkaar noem je die dissonant. Het meest consonant zijn de reine intervallen, die noem je volkomen consonant. Daarna zijn de tertsen en de sexten het meest consonant, ze heten onvolkomen consonant. De andere intervallen zijn dissonant. Dus: Volkomen consonant: reine prime, reine kwart, reine kwint en rein octaaf Onvolkomen consonant: kleine en grote terts, kleine en grote sext Dissonant: kleine en grote secunde, tritonus (O 4 of V5) kleine en grote septime 1. Je hoort 8 intervallen harmonisch (dus na elkaar) voorgespeeld. Kruis aan of het consonant of dissonant is. 1 consonant dissonant 5 consonant dissonant 2 consonant dissonant 6 consonant dissonant consonant dissonant 7 consonant dissonant 4 consonant dissonant 8 consonant dissonant 2. Je hoort 8 intervallen melodisch voorgespeeld. Je kunt kiezen uit r1,k2, g2, k, g, r4, o4, r5, k6, g6, k7, g7 en r8. Hulpliedjes bij het horen van intervallen: Kleine secunde Jaws muziekje Grote secunde Vader Jacob Kleine terts Opzij, opzij Grote terts Hoedje van papier Reine kwart Wilhelmus Overmatige kwart Maria uit West side story Reine kwint Kortjakje Kleine sext Conquest of paradise Grote sext Berend Botje Kleine septime Grote septime The winner takes it all geen liedje (wil omhoog oplossen naar octaaf)

. Er worden 5 drieklanken voorgespeeld. Kies uit een grote, kleine, overmatige of verminderde drieklank. groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd 4. Er worden 5 toonladders gespeeld. Je kunt kiezen uit de oorspronkelijk mineurtoonladder (klinkt gewoon droevig), de harmonisch mineurtoonladder (klinkt een beetje oosters ), de zigeuner mineurtoonladder (klinkt heel exotisch) en de melodisch mineurtoonladder (klinkt stijgend anders dan dalend). 5. Schrijf de volgende toonladders op in hele noten. Zet kruizen en mollen vooraan de notenbalk en toevallige voortekens bij de noten. Teken ook een muzieksleutel. Beschromatisch dalend B- harmonisch mineur F- melodisch mineur (stijgend en dalend) 6. Noteer bij de volgende grondtonen de gevraagde drieklank, (melodisch, dus tonen achter elkaar). Schrijf voortekens bij de noten. G op grondtoon As O op grondtoon Es K op grondtoon Cis V op grondtoon B

Werkblad CD Les Naam:. Hulpliedjes bij het horen van intervallen: Reine prime geen liedje (dezelfde tonen) Kleine secunde Jaws muziekje Grote secunde Vader Jacob Kleine terts Opzij, opzij Grote terts Hoedje van papier Reine kwart Wilhelmus Overmatige kwart Maria uit West side story Reine kwint Kortjakje Kleine sext Conquest of paradise Grote sext Berend Botje Kleine septime The winner takes it all Grote septime geen liedje (wil omhoog oplossen naar octaaf) 1a. Er worden 5 intervallen voorgespeeld. Je kunt kiezen uit een reine kwint (r5), een kleine sext (k6), een grote sext (g6), een kleine septime (k7) en een grote septime (g7). r5 k6 g6 k7 g7 r5 k6 g6 k7 g7 r5 k6 g6 k7 g7 r5 k6 g6 k7 g7 r5 k6 g6 k7 g7 1b. Weer 5 intervallen, nu allemaal! Schrijf op: r1, k2, g2, k, g, r4, overmatige kwart (o4), r5, k6, g6, k7, g7 of r8... 2. Er worden 5 toonladders gespeeld. Je kunt kiezen uit de oorspronkelijk mineurtoonladder (klinkt gewoon droevig), de harmonisch mineurtoonladder (klinkt een beetje oosters ), de zigeuner mineurtoonladder (klinkt heel exotisch) en de melodisch mineurtoonladder (klinkt stijgend anders dan dalend).

. Er worden 5 drieklanken voorgespeeld. Kies uit een grote, kleine, overmatige of verminderde drieklank. groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd groot klein overmatig verminderd 4. In welke volgorde worden de melodieën voorgespeeld? Zet 1, 2 en voor de goede regel. Dezelfde melodieën in de bassleutel.

Als je van een interval de onderste toon een octaaf hoger speelt, wordt het interval omgekeerd. Ze vullen elkaar aan tot een octaaf. De omkering van een interval noem je het complementaire interval. Bij omkering wordt een prime een octaaf secunde septime terts sext kwart kwint kwint kwart sext terts septime secunde octaaf prime. Bij omkering wordt een groot interval klein klein groot overmatig verminderd verminderd overmatig Bij omkering blijft een rein rein. 5. Schrijf bij de volgende oefeningen het complementaire interval op en benoem beide intervallen (voor de bassleutellezers: verander de vioolsleutel in een bassleutel).

6. Bouw op de gegeven grondtoon de gevraagde drieklank. Teken ook een muzieksleutel. Grote drieklank op D Overmatige drieklank op D Kleine drieklank op E Verminderde drieklank op E

Werkblad CD Les 4 Naam:. 1. In welke vorm zijn onderstaande muziekstukjes geschreven? ééndelige liedvorm tweedelige liedvorm driedelige liedvorm ééndelige liedvorm tweedelige liedvorm driedelige liedvorm

ééndelige liedvorm tweedelige liedvorm driedelige liedvorm 2. Luister naar de volgende muziekfragmenten. Welk tempo past erbij? 1. Adagio Larghetto 2. Allegro vivace Allegro. Lento Andante. Zet de maatstrepen erbij:

4. In de volgende ritmeoefening zijn bij een aantal bouwstenen uit ritmebox A uit les 1de achtste noot vervangen door een zestienden triool. A Je krijgt dan nieuwe ritmische figuren: C Kies bij de volgende oefening op de eerste tel een bouwsteen uit A, op de tweede tel kies je een bouwsteen uit C. a. c. D b. d. 5. De volgende dictees staan in een 6/8 maat, de kwartnoot met punt wordt hier onderverdeeld. Kies 2 bouwstenen uit ritme box D. a. b. c. d.

6. Bij een aantal bouwstenen uit D is de achtste noot vervangen door een zestienden triool. Je krijgt dan de volgende figuren: E D Kies op de eerste helft van de maat een bouwsteen ui D, op de tweede helft van de maat kies je een bouwsteen uit E. a. b. c. d.

Werkblad C/D Les 6 De instrumenten Je kunt de instrumenten indelen in 4 verschillende groepen: 1.Blaasinstrumenten 2.Snaarinstrumenten.Slaginstrumenten 4.Elektrische instrumenten (Aërofonen) (Chordofonen) (Membranofonen, Idiofonen) (Elektrofonen) De blaasinstrumenten (eigenlijk luchtklinkers!) worden verdeeld in: Houten blaasinstrumenten Met enkel riet: Met dubbel riet:.. Zonder riet:. Koperen blaasinstrumenten Zacht koper: Scherp koper:. Tussengroep:.. Maar ook: onze stem, een accordeon, een pijporgel, horen bij de groep van de luchtklinkers. ( Aërofonen met een moeilijk woord!) Bij nogal wat blaasinstrumenten klinkt de C niet op dezelfde hoogte als de C op de piano. Deze groep instrumenten zijn transponerend. De C van de bes-klarinet klinkt als een bes op de piano. Daarom wordt dit instrument bes-klarinet genoemd. Dit zijn de 4 meest voorkomende stemmingen: - De Bes- instrumenten - De Es-instrumenten - De C-instrumenten - De F-instrumenten Zo kan een saxofonist overstappen van een altsax in Es naar een tenorsax in Bes zonder dat hij opnieuw alle grepen moet leren. De C op een baritonsax is dezelfde greep als die op een sopraansax. Voor het C- en D-examen hoef je niet alle stemmingen van de instrumenten te weten, maar wel hoe het transponeren werkt!

De snaarinstrumenten worden verdeeld in: Gestreken:.. Getokkeld:. Aangeslagen:. De slaginstrumenten worden verdeeld in: Membranofonen: Met toonhoogte (gestemd):.. Zonder toonhoogte (ongestemd):. Idiofonen: Met toonhoogte: Zonder toonhoogte: De elektrische instrumenten worden verdeeld in: Elektronische instrumenten wekken zelf de trillingen op m.b.v. stroom. Voorbeelden zijn : elektronisch orgel, synthesizer, keyboard Bij elektrische instrumenten worden mechanisch opgewekte trillingen versterkt. Voorbeeld: elektrische gitaar, elektrische basgitaar Muziekgeschiedenis Je kunt de muziekgeschiedenis verdelen in 6 perioden: 1.Middeleeuwen 2.Renaissance.Barok 4.Klassieke periode 5.Romantiek 6.20e eeuw Uit elke periode hoor je een kenmerkend stukje muziek. Op het examen krijg je een fragment te horen die je moet kunnen plaatsen in een van die periodes.