Theorie voor het HAFABRA examen A
|
|
- Robert Boender
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Theorie voor het HAFABRA examen A Versie 1 - oktober 2009.
2 Theorie voor het HAFABRA examen A Inleiding... 3 Hoofdstuk 1: noten, notennamen, notenbalk en sleutels Stamtonen, notenbalk en sleutels Voortekens: kruizen en mollen Oefeningen: notennamen in de G-sleutel Oefeningen: notennamen in de F-sleutel... 8 Hoofdstuk 2: Maat en ritme, basisbegrippen en notenwaarden Maat en ritme Notenwaarden Punt achter een noot Hoofdstuk 3: Maatsoorten Maatsoorten Maatstrepen Meer maatsoorten: betekenis van de maattekens Tellen en telcijfers Maatstrepen zetten De opmaat Maataccenten. Zware en lichte maatdelen Extra oefeningen Hoofdstuk 4: Majeur toonladders Het Toonsysteem De chromatische toonladder De Majeurtoonladder Intervallen Drieklanken Hoofdstuk 5: termen en begrippen Tempo Articulatie De fermate Herhalingstekens Dynamiek
3 Inleiding Dit boekje bevat de stof die je moet beheersen als je theorie-examen HAFABRA A wilt doen. Je kunt met deze stof beginnen als je: het notenschrift (zoals samengevat in Hoofdstuk 1 en 2) goed beheerst; toonladders t/m drie kruizen en drie mollen kunt spelen op je instrument; muziek hebt gespeeld in verschillende maatsoorten (zoals:, en ). Ter aanvulling kun je de lessen Gehoortraining 1 volgen. 3
4 Hoofdstuk 1: noten, notennamen, notenbalk en sleutels 1.1 Stamtonen, notenbalk en sleutels Als we een melodie zingen of spelen horen we tonen van verschillende hoogte en verschillende lengte. De tonen kunnen we opschrijven met behulp van noten op de notenbalk. Hoe hoger een noot op de balk staat, hoe hoger de toon klinkt. De noten zijn genoemd naar de eerste 7 letters van het alfabet. Dit noemen we de stamtonen. Op de notenbalk ziet dat er zo uit: Voor tonen die zo hoog of laag zijn dat ze niet op de notenbalk passen worden hulplijntjes gebruikt: Welke stamtonen staan hier? 1.2 Voortekens: kruizen en mollen Een toon die een halve toon hoger of lager klinken dan een stamtoon wordt genoteerd met behulp van een kruis of een mol. Kruis : verhoogt de toon met een halve toonafstand Mol: verlaagt de toon met een halve toonafstand Herstellingsteken: kruis of mol geldt niet meer 4
5 De naam van een noot met een kruis ervoor eindigt op...is (bijvoorbeeld: fis, gis, bis) De naam van een noot met een mol ervoor eindigt op...es (bijvoorbeeld: bes, ges, des). Uitzonderingen zijn as en es. We noemen kruizen, mollen en herstellingstekens ook wel: voortekens. Voorbeelden: Dis Eis Fis Gis Ais Bis Cis Dis Des Es Fes Ges As Bes Ces Des Voortekens staan vlak voor een noot. Ze gelden tot de volgende maatstreep. Dus als er een mol voor een B staat, wordt elke B daarna tot de maatstreep een Bes. Voortekens kunnen ook voor aan een regel staan: dan gelden ze de hele regel. Als er een kruis staat op het lijntje van de F, wordt elke F een Fis. Voorbeelden: Bij de sleutel staat een kruis op het bovenste lijntje: elke F wordt een Fis. Fis Fis C Cis Cis Cis C F Gis Fis Gis A Bij de sleutel staat een mol op het middelste lijntje: elke B wordt een Bes. Bes Bes E Es As As A Bes Des Bes Des E 5
6 1.3 Oefeningen: notennamen in de G-sleutel Zet de notennamen onder de noten. 6
7 Teken de noten op de notenbalk: A G D E F B C D(hoog) D(laag) E(laag) A F G E(hoog) F D C B Gis As Bes Cis D Eïs Fis Des Ces As G Aïs Bis C Des E F Ges Cis F G A B C E 7
8 1.4 Oefeningen: notennamen in de F-sleutel Deze oefening hoef je alleen te maken als je een instrument bespeelt, waarbij het nodig is om de F-sleutel te kunnen lezen. Zet de notennamen onder de noten. Teken de noten op de notenbalk A G D E A B C D(hoog) D(laag) Gis As Bes Cis D Eïs Fis Des Ces As 8
9 Hoofdstuk 2: Maat en ritme, basisbegrippen en notenwaarden 2.1 Maat en ritme Als je naar een muziek luistert hoor je verschillen in toonhoogte (hoge en lage tonen), maar ook verschillen in toonduur (lange en korte tonen). Maat en ritme gaan over hoe lang tonen klinken, over de afwisseling tussen lange en korte tonen en hoe je kunt meten hoe lang je een toon aan moet houden als je zelf muziek speelt. De tijd waarin de toon klinkt noemen we toonduur. Tonen van verschillende lengte vormen samen een ritme. Om te meten hoe lang een toon klinkt, kun je mee tellen. Eén tel wordt ook wel de puls genoemd. De puls hoor je niet alleen als je zelf muziek speelt, maar ook als je naar muziek luistert. Als je beweegt, danst of marcheert op muziek beweeg je op de puls. De puls is een regelmatige beweging die in de muziek aanwezig is. Meestal is de puls ingedeeld in groepjes van een gelijk aantal tellen (twee, drie of vier tellen). Eén zo'n groepje noemen we een maat. Als je snel telt is het tempo hoog, als je langzaam telt laag. 9
10 Dus: Toonduur: tijd waarin een toon klinkt. Ritme: afwisseling van klanken van verschillende lengte. Puls/beat: regelmatige beweging die van nature in (de meeste) muziek zit. Omdat je de puls (of de beat ) van de muziek (onbewust) waarneemt, kun je bewegen, dansen of marcheren op muziek. De puls wordt ook wel tel genoemd, omdat bij dansen en muziek maken de puls vaak meegeteld wordt. Maat: indeling van de puls in groepjes van bijvoorbeeld twee, drie of vier tellen. Tempo: snelheid waarmee de pulsen elkaar opvolgen. Bij een laag tempo is de tussentijd tussen twee pulsen groter. Opdracht 2.1: Beluister enkele muziekstukken. Klap de puls mee. Probeer ook eens mee te marcheren. Lukt dit bij elk muziekstuk? Kun je horen of de puls ingedeeld is in groepen van twee, drie of vier tellen? Tel mee in de maat van de muziek. Is het tempo hoog, gemiddeld of laag? 10
11 2.2 Notenwaarden Om toonduur op te schrijven worden verschillende notenwaarden gebruikt: Notennaam Noot Bijbehorende rust Hele noot Halve noot Kwart noot Achtste noot Zestiende noot 11
12 Opdracht 2.2: De kwartnoot duurt één tel. Schrijf op hoelang onderstaande noten duren. duurt... tel(len) duurt... tel(len) duurt... tel(len) 4 duren samen... tel(len) 2.3 Punt achter een noot Een punt achter een noot betekent dat de noot met de helft van de waarde wordt verlengd. De kwartnoot ( ) duurt één tel, dus: = + = = 3 tellen = + = / 2 = 1 1 / 2 tel 12
13 Opdracht 2.3: Notenrekenen. voorbeeld: + = = 2 tellen + + =... =... tel(len) =... =... tel(len) + + =... =... tel(len) + + =... =... tel(len) + + =... =... tel(len) + =... =... tel(len) + =... =... tel(len) 13
14 Opdracht 2.4: Hoe lang duren onderstaande noten? Bereken hoeveel tellen de noot duurt als de kwartnoot ( ) één tel duurt. Voorbeeld: = = 6 tellen Bereken nu hoelang de noten duren als de achtste noot ( ) één tel duurt. Bereken nu hoelang de noten duren als de halve noot ( ) één tel duurt. 14
15 Hoofdstuk 3: Maatsoorten 3.1 Maatsoorten Als je naar muziek luistert kun je meestal een regelmatige beweging horen, waarop je kunt meebewegen, dansen, marcheren of meeklappen. Elke klap noemen we een puls of een tel. Als je meetelt, zul je merken dat muziek vaak in groepjes van een gelijk aantal tellen is ingedeeld. Een groepje van een gelijk aantal tellen noemen we een maat. Er zijn verschillende maatsoorten: groepjes van twee, drie, vier of zes tellen. De maatsoort wordt aangegeven door een maatteken, dat aan het begin van een muziekstuk staat: Vier-kwarts maat. Er zitten vier tellen in de maat. De kwartnoot duurt één tel. Drie-kwarts maat. Er zitten drie tellen in de maat. De kwartnoot duurt één tel. Twee-kwarts maat. Er zitten twee tellen in de maat. De kwartnoot duurt één tel. Het bovenste getal geeft aan hoeveel tellen er in een maat passen: Het onderste getal geeft aan welke notenwaarde één tel duurt: onderste getal een vier is duurt de kwartnoot ( 1 / 4 ) één tel.) (Omdat het ----> 4 tellen in één maat ----> 1/4 noot ( ) duurt 1 tel ----> 3 tellen in één maat ----> 1/4 noot ( ) duurt 1 tel 15
16 3.2 Maatstrepen Maten worden genoteerd met behulp van maatstrepen. Bijvoorbeeld: in een vierkwarts maat bevinden zich tussen de maatstrepen steeds vier tellen. Het eind van een muziekstuk wordt aangegeven door een dikke maatstreep. Voorbeeld: Opdracht 3.1: Teken de ontbrekende maatstrepen. Opdracht 3.2 De rusten ontbreken! Teken de juiste rusten in. 16
17 3.3 Meer maatsoorten: betekenis van de maattekens Hoelang duurt een kwartnoot ( )? Meestal duurt een kwartnoot één tel. Maar dat is niet altijd zo. Het hangt van de maatsoort af hoelang een kwartnoot duurt. In een maat duurt de kwartnoot één tel, maar in maat duurt hij twee tellen en in een maat duurt hij een halve tel. Soms wordt de maat aangegeven met een teken in plaats van cijfers: 17
18 Samengevat: hele noot 2 tellen 4 tellen 8 tellen halve noot 1 tel 2 tellen 4 tellen kwart noot 2 in 1 tel 1 tel 2 tellen achtste noot 4 in 1 tel 2 in 1 tel 1 tel zestiende noot 8 in 1 tel 4 in 1 tel 2 in 1 tel Opdracht 3.3: Schrijf onder elke noot hoeveel tellen hij duurt 18
19 3.4 Tellen en telcijfers Om een ritme goed uit te voeren kun je de maat mee tellen. Soms is het handig om als steuntje de juiste telwijze onder de noten te schrijven: e 4 e e 1-2 (3-4) e - 4 e 1 2 e 3-4 e (4) e 6 e e (4-5-6) Tips: - Kijk altijd eerst welke notenwaarde één tel duurt! - Noten die langer duren dan 1 tel, verbinden we met een - - Rusten staan tussen haakjes - Noten van een halve tel geven we aan met een -e (spreek uit: eene, tweeje, drieje) 19
20 3.5 Maatstrepen zetten Zet in onderstaande muziekvoorbeelden de maatsrepen op de goede plaats. en zet de telcijfers eronder. 20
21 3.6 De opmaat Een muziekstuk begint niet altijd op de eerste tel van de maat. Soms begint een stuk al vóór de eerste tel. De eerste maat begint dan dus niet op de eerste tel! We spreken dan van een opmaat. De opmaat en de laatste maat van het muziekstuk vormen samen één hele maat. 21
22 3.7 Maataccenten. Zware en lichte maatdelen Elke maatsoort is te verdelen in groepjes van twee of drie tellen. Om dat te laten horen wordt het begin van elk groepje vaak meer benadrukt: elk groepje begint met een accent. De eerste tel van de maat noemen we het hoofdaccent, andere accenten zijn nevenaccenten. Kijk maar eens naar onderstaande voorbeelden: > hoofdaccent - nevenaccent Om een maat onder te verdelen in groepjes, gelden de volgende regels: maak groepjes van 2 of 3 tellen; als het kan maak je alle groepjes even lang; groepjes van drie tellen hebben voorkeur boven groepjes van twee tellen. Dus als het mogelijk is om groepjes van drie tellen te maken, maak je groepjes van drie tellen. 22
23 Een paar voorbeelden: één groepje van twee tellen: enkelvoudig, tweedelig één groepje van drie tellen: enkelvoudig, driedelig twee groepjes van 2 tellen: twee groepjes van 3 tellen: drie groepjes van 3 tellen samengesteld, tweedelig samengesteld, tweedelig (!) samengesteld, driedelig Maatsoorten worden ingedeeld in: Enkelvoudige maatsoorten o tweedelig: één groepje van twee tellen o driedelig: één groepje van drie tellen Samengestelde maatsoorten o tweedelig: twee groepjes van 2 of 3 tellen o driedelig: drie groepjes van 3 tellen Voorbeelden: 23
24 Samengevat: tweedelig driedelig enkelvoudig samengesteld regelmatig 24
25 Opdracht 3.4: Speel tik of klap onderstaande ritmes. Wat valt je op? Zijn de maatsoorten tweedelig of driedelig? Enkelvoudig of samengesteld? Opdracht 3.5: Speel tik of klap onderstaande ritmes. Wat valt je op? Zijn de maatsoorten tweedelig of driedelig? Enkelvoudig of samengesteld? 25
26 3.8 Extra oefeningen Zet telcijfers. Klap het ritme en tel de maat. 26
27 27
28 Hoofdstuk 4: Majeur toonladders 4.1 Het Toonsysteem Zoals je weet gebruiken we de eerste zeven letters van het alfabet om de noten een naam te geven: A - B - C - D - E - F - G. Dit noemen we de stamtonen. Stamtonen zijn tonen zonder kruizen of mollen. Een toonladder is een ladder van noten: C D E F G A B C We noemen dit de stamtoonladder van C, omdat deze toonladder alleen uit stamtonen bestaat. Net als bij een trap zitten er afstanden tussen de verschillende tonen. Er is één verschil: de afstanden zijn niet allemaal gelijk. Meestal is de afstand tussen de tonen een hele toonafstand, maar soms ook een halve. Opdracht 4.1: Kun je het verschil horen tussen een hele en een halve toonafstand? Kruis het juiste antwoord aan: hele toonafstand halve toonafstand 28
29 Op een toetsinstrument (bijvoorbeeld een piano of een keyboard) kun je goed het verschil zien tussen hele en halve toonafstanden. Zoals je ziet heeft een toetsenbord witte en zwarte toetsen. De stamtoonladder wordt alleen op de witte toetsen gespeeld. Als je alle witte en zwarte toetsen op een rijtje speelt, hoor je een toonladder met alleen maar halve toonafstanden. Maar wat valt je op? Tussen E - F en tussen B - C zit géén zwarte toets. Tussen deze tonen zit geen hele, maar een halve toonafstand. Stamtonen kun je verhogen en verlagen met een halve toonafstand door er een kruis of een mol voor te zetten. De kruizen en mollen die je hier ziet worden op het toetsenbord op de zwarte toetsen gespeeld. Zoals je ziet wordt de Cis op dezelfde toets gespeeld als de Des. Ze klinken hetzelfde! 29
30 Dus: een CIS klinkt hetzelfde als een DES een DIS klinkt hetzelfde als een ES een FIS klinkt hetzelfde als een GES een GIS klinkt hetzelfde als een AS een AÏS klinkt hetzelfde als een BES Dit noemen we enharmonisch gelijke tonen. Opdracht 4.2: Een Eïs klinkt hetzelfde als een... Een Bis klinkt hetzelfde als een... Een Fes klinkt hetzelfde als een... Een Ces klinkt hetzelfde als een... 30
31 4.2 De chromatische toonladder Hieronder zie je de stamtonen en de tussenliggende noten met kruizen en mollen op de notenbalk. De tonen die boven elkaar staan klinken hetzelfde. Onder de notenbalk staan de notennamen. Elk stapje op de lijn daaronder is een halve toonafstand. Deze toonladder heet: chromatische toonladder. Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes hele toonafstand halve toonafstand Opdracht 4.3: Welke toon zit een hele toon boven de G?... Welke toon zit een hele toon boven de Fis?... Welke toon zit een hele toon onder de A?... Welke toon zit een hele toon onder de As?... Welke toon zit een halve toon boven de F?... Welke toon zit een halve toon onder de Bes?... Welke toon zit een hele toon boven de Dis?... Welke toon zit een halve toon onder de F?... 31
32 4.3 De Majeurtoonladder Een toonladder bestaat uit een opstapeling van hele en halve toonafstanden in een vaste volgorde. Kijk maar eens naar de toonladder van C toonladder van C. Deze toonladder bestaat uit de stamtonen en begint en eindigt op de C: Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 We zien dat we eerst een hele toon omhoog gaan, dan weer een hele, dan een halve, dan driemaal een hele en tot slot een halve. De toonladder die zo klinkt noemen we de Grote terts toonladder van C. Een andere naam is ook: de Majeurtoonladder van C. C is de grondtoon van de toonladder. De majeurtoonladder van G is op dezelfde manier opgebouwd, maar nu beginnen en eindigen we op een G: Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 Let erop dat de F is in een Fis is veranderd! Dat is omdat we vanaf de E een hele toon omhoog moeten, en E-F maar een halve toonafstand is. De toonladder van G heeft dus een Fis in plaats van een F. 32
33 Let op: hoewel een Ges hetzelfde klinkt als een Fis, moeten we de toon hier Fis noemen, omdat hij in de plaats komt van de F. In elke toonladder moeten alle stamtonen voorkomen. De majeurtoonladder van F is ook op dezelfde manier opgebouwd. Wat valt je op? Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 De toonladder met grondtoon F heeft één mol: de Bes. Schrijf nu zelf de volgende toonladders. Bedenk dat de volgorde van de toonafstanden vanaf de grondtoon steeds / / 2 moet zijn. Majeur toonladder van D Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 33
34 Majeur toonladder van A Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 Majeur toonladder van Bes Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes / / 2 Majeur toonladder van Es Cis Dis Fis Gis Ais Cis Dis Fis Gis Ais C D E F G A B C D E F G A B C Des Es Ges As Bes Des Es Ges As Bes 34
35 De kruizen en mollen die in de toonladders voorkomen, kunnen we ook voor aan de regel zetten. Zo zie je in één oogopslag dat bijvoorbeeld de toonladder van G één kruis heeft. Onthoud de toonladders tot en met drie kruizen en mollen: C: geen kruizen en mollen. C D E F G A B C G: 1 kruis (fis). G A B C D E Fis G D: 2 kruizen (fis en cis). D E Fis G A B Cis D A: 3 kruizen (fis, cis en gis). A B Cis D E Fis Gis A F: 1 mol (bes). F G A Bes C D E F Bes: 2 mollen (bes en es). Bes C D Es F G A Bes Es: 3 mollen. Es F G As Bes C D Es Opdracht 4.4: Je hoort een aantal toonladders. Kruis aan of ze goed of fout gespeeld worden. Je kunt ook aangeven welke toon in de toonladders niet klopt (1 e, 2 e, 3 e,...) goed fout Nummer van de foute toon 35
36 4.4 Intervallen Een interval is de afstand tussen twee tonen. De tonen kunnen gelijktijdig klinken (samenklank) of na elkaar. 1 e : Prime (reine prime) 2 e : Secunde (grote secunde) 3 e : Terts (grote terts) 4 e : Kwart (reine kwart) 5 e : Kwint (reine kwint) 6 e : Sext (grote sext) 7 e : Septime (groot septime) 8 e : Octaaf (rein octaaf) 36
37 Om intervallen te benoemen gaan we uit van de majeur toonladder van de onderste noot. Vervolgens nummeren we de tonen van die toonladder. Het nummer van de bovenste toon bepaalt de naam van het interval. Bijvoorbeeld: we gaan uitzoeken hoe het interval D - B heet. Stap 1. Schrijf de toonladder van D op. Stap 2. Nummer de noten. Stap 3. Kijk hoe het interval heet. 1: D E Fis G A B Cis D 2: 1 e 2 e 3 e 4 e 5 e 6 e 7 e 8 e 3: prime secunde terts kwart kwint sext septiem octaaf B is de 6 e toon. Het interval is dus een sext. Als de bovenste toon van het interval in de toonladder voorkomt, noemen we het interval laddereigen. Laddereigen intervallen hebben als bijnaam: rein of groot. De prime, kwart, kwint en octaaf heten rein, de secunde, terts, sext en septime heten groot. In bovenstaand voorbeeld hebben we dus te maken met een grote sext. Niet laddereigen intervallen hebben weer andere bijnamen. Dat leer je in Theorie voor HAFABRA examen B. 37
38 Opdracht 4.5: benoem de volgende intervallen Opdracht 4.6: schrijf de volgende intervallen boven de gegeven grondtoon Reine kwint Groot septime Reine kwart Grote terts Grote sext 38
39 Ezelsbruggetjes om intervallen op het gehoor te kunnen herkennen: Begin van Vader Jacob Begin van 1, 2, 3, 4, hoedje van Begin van het Wilhelmus Begin van Altijd is Kortjakje ziek Opdracht 4.7: kruis aan welke intervallen je hoort prime secunde terts kwart kwint 39
40 4.5 Drieklanken Een samenklank van drie of meer tonen noemen we een akkoord. Het eenvoudigste akkoord is een drieklank. Dat is een samenklank van drie tonen tegelijk. Je kunt de tonen van een akkoord ook na elkaar spelen. Dat noemen we een gebroken drieklank. Er bestaan verschillende soorten drieklanken. We leren nu de grote drieklank. De grote drieklank bestaat uit de 1 e, 3 e en 5 e toon van de majeurtoonladder. Om de tonen van een drieklank te vinden schrijf je eerst de tonen van de toonladder op en dan neem je de eerste, derde en vijfde toon. De drieklank van C: C D E F G A B C De drieklank van F: F G A Bes C D E F De drieklank van G: G A B C D E Fis G Opdracht 4.8: Noteer de noten van de drieklanken van Bes, Es, D en A en schrijf de notennamen eronder. 40
41 Hoofdstuk 5: termen en begrippen 5.1 Tempo Het tempo is de snelheid waarmee de tellen van de maat elkaar opvolgen: je kunt snel tellen of langzaam. Om het tempo aan te geven worden in klassieke muziek vaak Italiaanse woorden gebruikt. In popmuziek worden meestal Engelse woorden gebruikt. Zeer langzaam: largo breed, langzaam, statig large lento langzaam, slepend broad adagio langzaam met uitdrukking slow grave ernstig zwaar plechtig Matig langzaam: larghetto een beetje breed slow andante rustig gaand leisurely andantino iets langzamer dan andante (voor 1800) iets sneller dan andante (na 1800) moderately slow Matig snel: allegretto enigszins levendig walking moderato matig tempo moderate allegro moderato matig snel Snel: allegro snel, vlug, levendig lively brisk Zeer snel: vivace levendig, snel fast presto zeer snel rapid veloce vliegensvlug quick allegro vivace snel, opgewekt allegro assai zeer snel prestissimo uiterst snel 41
42 Naast het tempo wordt ook vaak het karakter aangegeven, waarin het muziekstuk gespeeld moet worden: con fuoco met vuur con spirito met geestdrift Er zijn ook woorden die tempo-verandering aangeven: Vertragingen rallentando (rall.) geleidelijk langzamer worden ritenuto (rit.) in korte tijd langzamer worden Versnellingen accelerando (acc. of accel.) stringendo (string) Tempo hervattingen a tempo tempo primo Vrij spelen rubato geleidelijk sneller worden geleidelijk sneller en sterker hervat het vorige tempo hervat het begintempo minder strak, vrij in het tempo 42
43 5.2 Articulatie Articulatie is de manier waarop je tonen in een muziekstuk uitspreekt : heel duidelijk aangezet, of juist aan elkaar gebonden. De belangrijkste tekens zijn: Staccato Legato Portato Marcato Marcato los van elkaar of kort spelen; scherp articuleren gebonden spelen, de tonen gaan zonder onderbreking in elkaar over breed spelen, maar niet gebonden. De tonen worden wel apart aangezet, maar ook zo lang mogelijk aangehouden zware accenten felle accenten met een korte toonduur 5.3 De fermate Dit is een fermate: Als er een fermate boven of onder noot staat, mag je zelf weten hoe lang je die noot aanhoudt. Bijvoorbeeld: 43
44 5.4 Herhalingstekens Eindherhaling: ga terug naar het begin van het stuk. Begin- en eindherhaling: het gedeelte tussen deze twee tekens moet herhaald worden Herhalingshaken: de eerste keer speel je de maat (of de maten) onder het "hokje" waar een 1. staat. bij de herhaling (de tweede keer) speel je het gedeelte onder het "hokje" waar de twee staat. herhaal de vorige maat CODA Coda: slotstuk (staartje) Fine Einde Coda - teken D.C. Da Capo: vanaf het begin D.C. al Fine D.C. al Coda Da Capo al fine: vanaf het begin tot de aanduiding "fine" (=einde) Da Capo al Coda: herhaal vanaf het begin tot het coda teken. Spel vervolgens het Coda-deel Segno - teken 44
45 D.S. D.S. al Fine D.S. al Coda Dal Segno: vanaf het segno-teken Dal Segno al Fine: herhaal vanaf het segno-teken tot de aanduiding "Fine" Dal Segno al Coda: herhaal vanaf het segno-teken tot het coda-teken. Speel vervolgens het coda-deel 45
46 5.5 Dynamiek Stabiele dynamiek Afkorting Italiaanse term Vertaling pianissimo zeer zacht piano zacht mezzo piano matig zacht mezzo forte matig sterk forte sterk fortissimo zeer sterk Overgangsdynamiek Afkorting Italiaanse term Vertaling cresc. crescendo sterker worden decresc. decrescendo zachter worden dim. diminuendo zachter worden smorz. smorzando langzaam wegstervend mor. morendo wegsterven decrescendo crescendo zachter worden sterker worden 46
THEORIE A INHOUD. Hoofdstuk 1 Het muziekschrift blz. 2. Hoofdstuk 2 Notenwaarden en rusttekens blz. 2 / 3. Hoofdstuk 3 Maatsoorten I blz.
THEORIE A INHOUD Hoofdstuk 1 Het muziekschrift blz. 2 Hoofdstuk 2 Notenwaarden en rusttekens blz. 2 / 3 Hoofdstuk 3 Maatsoorten I blz. 3 Hoofdstuk 4 Tempo blz. 4 Hoofdstuk 5 Dynamische tekens blz. 4 Hoofdstuk
Nadere informatieTheorie A examen G I T A A R
Theorie A examen G I T A A R De stemming van de gitaar is e b g D A E E E N P A A R S P E C I A L E E F F E C T E N Z I J N : G O L P E : T I K O P D E K L A N K K A S T G L I S S A N D O : H O O R B A
Nadere informatieTheorie voor het HAFABRA examen B
Theorie voor het HAFABRA examen B Versie 1 - oktober 2009. Theorie voor het HAFABRA examen B Inleiding... 3 Hoofdstuk 1: maat en ritme... 4 1. Maataccenten. Zware en lichte maatdelen... 4 Dus:... 6 1.2
Nadere informatieAlgemene muziektheorie. Algemene. A-examen. Muziektheorie. Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1
Algemene muziektheorie Algemene A-examen Muziektheorie Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1 Inhoud 1 Noten en notenbalken 3 2 Sleutels 4 4 De maat 6 5 Maatsoorten 6 6 De opmaat 7 7 Tempo
Nadere informatiealgemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET C-EXAMEN 1 INHOUDSOPGAVE VOORTEKENS... 3 DE KWINTENCIRKEL... 4 DE KWINTENCIRKEL - HULP... 5 ARTICULATIE... 5 INTERVALLEN CONSONANT EN DISSONANT... 7 DE STAMTONEN EN DE MAJEUR-
Nadere informatieTHEORIE B. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon. Een melodie die voorgespeeld wordt opschrijven (melodisch dictee).
THEORIE B Wat moet je leren : Basisstof (laatste twee bladen). Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon. De grote terts toonladders t/m drie kruizen en mollen. Voortekens van
Nadere informatieAfdeling I. 1. Zet er zelf een G- of F-sleutel voor (Wat voor instrument speel je?) en benoem dan de volgende noten:
- 1 - Notatie en toonstelsel Afdeling I 1. Zet er zelf een G- of F-sleutel voor (Wat voor instrument speel je?) en benoem dan de volgende noten:. Noteer de noten op de notenbalk. Zet weer de juiste sleutel
Nadere informatieTHEORIE C. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon
THEORIE C Wat moet je leren : Basisstof (laatste twee bladen) Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,grondtoon,leidtoon De grote en kleine terts toonladders t/m drie kruizen en mollen De grote
Nadere informatieALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET B-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET B-EXAMEN INHOUDSOPGAVE TEMPO AANDUIDINGEN... 3 INTERVALLEN... 4 MAATSOORTEN EN RITME TRIOLEN... 5 MAATSOORTEN EN RITME - SYNCOPEN... 6 MAATSOORTEN EN RITME - HET SWINGRITME...
Nadere informatie?Theorie. Kort overzicht met de belangrijkste dingen die je wilt of moet weten over muzieknotatie.
?Theorie Kort overzicht met de belangrijkste dingen die je wilt of moet weten over muzieknotatie Deel2: Muziektheorie Tom Overtoom - De Muziekclub TH - pag 27 Noten en notatie = hele noot ( tellen) = hele
Nadere informatiealgemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET A-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET A-EXAMEN 1 INHOUDSOPGAVE DE SLEUTELS... 3 DE NAMEN VAN DE NOTEN... 4 NOTEN EN RUSTEN... 5 VOORTEKENS... 6 HERHALINGSTEKENS... 7 HERHALINGSTEKENS - OVERZICHT... 8 DYNAMIEK...
Nadere informatieTHEORIE EXAMEN A 2019
THEORIE EXAMEN A 2019 LUISTERVRAGEN VRAAG 1 Je hoort 4 grote tertstoonladders, geef aan of ze goed of fout klinken. Je hoort eerst een voorbeeld: Voorbeeld: goed fout Toonladder 1 goed fout Toonladder
Nadere informatieOnthoud wel dat dit alleen een oefening is. Als je dit examen goed maakt, betekent dat niet dat je genoeg weet voor het echte examen!
Theorie Examen A01 Niveau A Dit examen kun je maken om te oefenen voor je theorie examen. Het examen bestaat uit 3 onderdelen; Luistervragen, Leervragen en Inzichtvragen. Je kunt in totaal 8 halen, maar
Nadere informatieDe notenbalk met vijf lijntjes
Klas 2 Het notenschrift Ieder land heeft zijn eigen taal. In Frankrijk spreken ze Frans, in Engeland Engels en in Nederland Nederlands. Er is één taal die in ieder land gesproken wordt: Het notenschrift!
Nadere informatieTHEORIEBOEK fase 1. Inhoudsopgave
THEORIEBOEK fase Inhoudsopgave Het notenstelsel Waarde van noten en rusten 3 Verlenging van noten en rusten 4 Metrum, maat en ritme 5 Maatsoorten 6 Maatsoorten voorbeelden 7 Toonsterkte 8 Articulatie 9
Nadere informatieNOTENSCHRIFT. Jeanne qui sautte uit de 17e eeuw, melodie en baspartij.
NOTENSCHRIFT Inleiding Als je duizend mensen de vraag zou stellen: Wat is muziek? zou je waarschijnlijk duizend en één antwoorden krijgen. Een goede vergelijking is misschien wel die met een internationale
Nadere informatieBegrippenlijst muziektheorie
Begrippenlijst muziektheorie Hieronder staat de begrippenlijst muziektheorie. De meeste begrippen worden uitgelegd in diverse video s op pabowijzer als onderdeel van het boek Nieuw Geluid. ISBN: 978 90
Nadere informatie1 Notatie en toonstelsel
-3- Inhoud 1 Notatie en toonstelsel 5 2 De notenwaarden en de rusttekens 7 3 Maat en ritme.. 7 4 Maatsoorten. 8 5 De opmaat 8 6 Rusttekens in maatsoorten 9 7 Een stip (of 2 stippen) achter de noot, de
Nadere informatieAlgemene muziektheorie. Algemene. B-examen. Muziektheorie
Algemene muziektheorie Algemene B-examen Muziektheorie 20 1 Intervallen Bij het A-examen heb je al geleerd dat een interval een afstand is tussen twee tonen. Je kent de: Prime (1) Secunde (2) Terts (3)
Nadere informatieANTWOORDBLAD A-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017
ANTWOORDBLAD A-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017 LUISTERVRAGEN 1 Op de opname staan 6 klanken van het drumstel, omcirkel de volgorde van de gespeelde instrumenten. Voor dat de oefening begint hoor je een voorbeeld
Nadere informatieLesweek 11: Overzicht. Vervolgcursus
Vervolgcursus Lesweek 11: Overzicht Inleiding Deze bonus lesweek krijgt u van onlinepianoles.nl omdat wij graag willen dat u in de toekomst nog veel meer gaat pianospelen en u zichzelf hierin verder ontwikkelt.
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord L 1 NAAM:... Hagelandse academie voor Muziek en Woord - AMV L1 : Theorie p.
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L 1 NAAM:... Hagelandse academie voor Muziek en Woord - AMV L1 : Theorie p. We schrijven noten op een NOTENBALK. Die bestaat uit 5 lijnen. We tellen ze
Nadere informatiealgemene muziekleer voor het schriftelijke examen ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET D-EXAMEN
ALGEMENE MUZIEKLEER VOOR HET D-EXAMEN 1 INHOUDSOPGAVE MAATSOORTEN... 3 - ENKELVOUDIG SAMENGESTELD REGELMATIG en ONREGELMATIG... 3 VORMLEER - DE LIEDVORM... 4 VORMLEER - DE POPSONG... 5 VORMLEER - HET MENUET...
Nadere informatiewat betekent: wat betekent: al fine allegro wat betekent: wat betekent: andante crescendo cresc. wat betekent: wat betekent: da capo
al fine allegro andante crescendo cresc. da capo decrescendo decresc. diminuendo dim. forte levendig en snel tot het einde versterken gaande verzachten herhalen vanaf het begin luid verzachten legato lento
Nadere informatie1. Het ritme wat ik voor ga spelen, bestaat uit 2 bouwstenen en een extra halve noot. Schrijf de nummers van de juiste bouwstenen op de goede plek.
Werkblad A Les 1 Naam:... 1. Het ritme wat ik voor ga spelen, bestaat uit 2 bouwstenen en een extra halve noot. Schrijf de nummers van de juiste bouwstenen op de goede plek. a. b. c. d. 2. Het ritme wat
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L2 NAAM:... Hagelandse academie voor muziek en woord - AMV L2 : Theorie p.
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L2 NAAM:... Hagelandse academie voor muziek en woord - AMV L2 : Theorie p. Wijzigingstekens 3 Toonladder van Fa groot 3-4 Fasleutel 4 Syncope 4 Triool 5
Nadere informatie1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.
Werkblad B Les 1 Naam:. 1. Het ritme wat ik voor ga spelen bestaat uit twee bouwstenen en extra halve noot. Schrijf de nummers van de goede bouwstenen op de juiste plek.. Het ritme wat ik voor ga spelen
Nadere informatieHoe hoog of laag je de toon moet spelen kun je zien aan de plek van de noot op de notenbalk.
Als je muziek gaat opschrijven moet je van elke toon het volgende aangeven: De toonhoogte: - Hoe hoog/laag moet je de toon spelen Het ritme: - Hoe lang moet je de toon laten doorklinken - Wanneer precies
Nadere informatieDe namen van de noten komen uit het alfabet. We gebruiken de eerste zeven letters: A B C D E F G Na de G komt opnieuw de noot A.
blz. 1 Toonhoogte a Eeuwen lang hebben mensen gezocht naar een goede manier om muziek op te schrijven. De eerste voorbeelden van genoteerde muziek komen uit de 9e eeuw. Deze vorm van muziekschrift was
Nadere informatieNOTEN LEZEN VOOR DUMMIES
NOTEN LEZEN VOOR DUMMIES Door Ingrid Brandse Beste Harlem Nocturners, Als nieuw redactielid van Jif & Vim werd mij onlangs gevraagd om het één en ander uit te leggen over het notenschrift. De bedoeling
Nadere informatieAlgemene muziektheorie. Algemene. A-examen. Muziektheorie. Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1
Algemene muziektheorie Algemene A-examen Muziektheorie Samenstelling: Hans Buld Hans Hilgerink Rob Holleman 1 Inhoud A-examen 1 Noten en notenbalken 5 2 Sleutels 6 4 De maat 8 5 Maatsoorten 8 6 De opmaat
Nadere informatieA-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018
A-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018 1 Naam: LUISTERVRAGEN 1 Op de band staan 7 noten. Luister goed of de gespeelde noot lager, hoger of gelijk is aan de voorafgaande noot. Noot 2 is lager hoger gelijk dan noot
Nadere informatieProject nootwaarden en maatstrepen
Auteurs Laatst gewijzigd Licentie Webadres Paul Wagemakers; Paul Wagemakers; martin de groot 03 january 2016 CC Naamsvermelding-GelijkDelen 3.0 Nederland licentie https://maken.wikiwijs.nl/70281 Dit lesmateriaal
Nadere informatieNoten lezen voor gitaar
Noten lezen voor gitaar Voor leerlingen, die met gitaarlessen beginnen, maar nog niet met het notenbeeld bekend zijn. www.coumou.nl Vernieuwde editie: Tekst geredigeerd door H. Coumou-Gerbrandy. - 2 -
Nadere informatieBasale muziektheorie. Basale Muziek Theorie.
Basale muziektheorie Basale Muziek Theorie www.rogierijmker.nl 2 Inleiding 3 De notenbalk 4 Het systeem 4 De sleutels 5 De notennamen 5 Voortekens 6 Notenwaarden 8 Verbindingsbogen en legatobogen 10 Herhalingstekens
Nadere informatiesamengesteld bovenste cijfer is 4 of meer
Werkblad C Les 1 Naam:.. enkelvoudig bovenste cijfer is 2 of samengesteld bovenste cijfer is 4 of meer regelmatig onregelmatig 2-delig (binair) -delig (ternair) 2 2 2 2 4 8 2 4 8 4 4 4 6 6 12 4 2 8 4 8
Nadere informatieHet Notenstelsel. Noten worden geschreven door of tussen de lijnen van de notenbalk.
Het Notenstelsel Voor notennamen gebruiken we de eerste zeven letters van het alfabet: A, B, C, D, E, F en G. Na de G komt weer de A. Noten worden geschreven en kun je dus zien. Tonen zijn klanken die
Nadere informatieDe hele noot Deze noot duurt 4 tellen
HERHALING KLAS 1. In de eerste klas heb je geleerd hoe je een melodie of een ritme moet spelen. Een ritme is een stukje muziek dat je kunt klappen of op een trommel kunt spelen. Een ritme bestaat uit lange
Nadere informatieSamenvatting Muziek Theorie B examen
Samenvatting Muziek Theorie B examen Samenvatting door Carina 1122 woorden 1 april 2017 8,7 3 keer beoordeeld Vak Muziek Muziektheorie B Hoofdstuk 1 Enharmonisch gelijke tonen zijn tonen die hetzelfde
Nadere informatieLes 2. Als je op een piano alleen de witte toetsen gebruikt, kun je meteen de majeur- toonladder van C spelen: C D E F G A B C.
Les 2 TOONLADDERS Witte toetsen Als je op een piano alleen de witte toetsen gebruikt, kun je meteen de majeur- toonladder van C spelen: C D E F G A B C. De majeur-toonladder Je hebt het al gezien in het
Nadere informatieLes 1 C 1 D 1 E 1/2 F 1 G 1 A 1 B 1/2 C. Zeven letters voor alle noten. De zwarte toetsen. Deze kom je niet vaak tegen!
Zeven letters voor alle noten Les 1 HET MUZIKALE ALFABET We gebruiken de eerste 7 letters van het alfabet om de muzieknoten een naam te geven: A, B, C, D, E, F en G. Als je die op een piano speelt, gebruik
Nadere informatieANTWOORDBLAD B-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017 LUISTERVRAGEN
ANTWOORDBLAD B-EXAMEN SLAGWERK THEORIE 2017 LUISTERVRAGEN Je hoort het liedje Sweet Home Alabama. A. Met wat voor een Instrument begint dit liedje? Punten 1 Gitaar B. In welke maat begint de Drummer te
Nadere informatieLeerstof AMV L1 SLAC/Conservatorium Leuven Toelatingsproef naar L2. Ï J î. î Î. Î ä
Leerstof AMV L1 SLAC/Conservatorium Leuven Toelatingsproef naar L2 Theorie Notenwaarden: Rusten: c w ú. ú Ï Ï Ï ÏÏÏÏ Ï. Ï J î. î Î. Î ä of Ï Ï Ï Ï ä J ä J Ï Maten: 2/4, 3/4 en 4/4of C en juiste maatslag.
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L3. Naam:...
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L3 Naam:.... INHOUDSTABEL A. Herhaling grote en kleine tertstoonladders... 3 1. Grote tertstoonladders... 3 2. Kleine tertstoonladders... 3 3. Volgorde
Nadere informatie1 Notatie en toonstelsel. 2 Maatsoorten. 2.1 Enkelvoudige en samengestelde maatsoorten
3 Inhoud 1 Notatie en toonstelsel. 5 2 Maatsoorten 2.1 Enkelvoudige en samengestelde maatsoorten.. 5 2.2 Tweedelige en driedelige maatsoorten 6 2.3 Regelmatige en onregelmatige maatsoorten.. 7 3 De syncope..
Nadere informatieTheorie op de gitaar. Muziektermen. Een woordenlijst
Theorie op de gitaar Muziektermen Een woordenlijst Inhoud Dynamiek... 3 Tempo... 4 Techniek... 5 Vorm... 6 De gitaaronderdelen... 7 2 Dynamiek Alles wat met hard en zacht te maken heeft. Volume zouden
Nadere informatieTa, titi, tiritiri, too
NOTATIE VAN DE TOONDUUR Toonduur In de muziek wordt de duur van de tonen niet uitgedrukt in seconden, maar in tellen. Een toon kan één tel lang zijn, of twee of drie De toonduur wordt genoteerd door de
Nadere informatieLeerstof AMV L2 jongeren - L1 volwassenen SLAC/Conservatorium Leuven Toelatingsproef naar L3 jongeren - L2 volwassenen Ï Ï.
Leerstof AMV L2 jongeren - L1 volwassenen SLAC/Conservatorium Leuven Toelatingsproef naar L3 jongeren - L2 volwassenen Theorie Maten: L1 herhaling+ 6/8. Ritmen: Ritmen 6/8: of 3 Ï Ï Ï Ï Ï Ï Ï ÏÏ Ï Ï Ï
Nadere informatieKlas 1 vmbo-t. Docent:...
Klas 1 vmbo-t Naam: Klas: Docent:... Inleiding In deze reader behandelen we Algemene Muziekleer, Solfège en Instrumentenleer. Deze onderdelen worden elk jaar meer uitgebreid. In de reader vind je de lesstof
Nadere informatieEPTA. Muziektheorie A1-A2-B. MANSARDA - SINTRA muziekuitgaven. Landelijk Graadexamen Systeem. European Piano Teachers Association
MANSARDA - SINTRA muziekuitgaven e-mail: mansarda-sintra@planet.nl internet: www.mansarda-sintra.com Rozenstraat 23 1271 NS Huizen tel: 035-5239454 Muziektheorie Landelijk Graadexamen Systeem A1-A2-B EPTA
Nadere informatie2 punten. 3 punten. 4 punten. 1 punt. 3 punten
Speel het vierde stuk uit één van je boeken. Hoeveel verschillende tonen kennen we. 1 2 Schrijf in ritme het woord pianoleerling in kwarten en achtsten. Is dit het ritme van Kortjakje, Vader Jacob, Zie
Nadere informatieLes 4. keer zo lang als een kwartrust, een kwartrust is weer twee keer zo lang als een achtste rust, en een achtste is twee keer een zestiende.
Notenwaarden en rusten Les 4 TELLEN TELLEN! Om muziek duidelijk op te schrijven gebruiken we noten van verschillende lengte. Anders gezegd: we gebruiken verschillende notenwaarden. En bij elke notenwaarde
Nadere informatieANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 2017
ANTWOORDBLAD D-EXAMEN THEORIE 017 LUISTERVRAGEN Je hoort vier drieklanken. Geef aan of ze majeur, mineur, overmatig of verminderd zijn Punten 1 1. majeur mineur overmatig verminderd. majeur mineur overmatig
Nadere informatie1.2 Maatwisseling, polyritmiek, polymetriek en hemiool
1 Inhoud 1 Maat en ritme 1.1 Onderwerpen uit C....2 1.2 Maatwisseling, polyritmiek, polymetriek en hemiool...2 2 Toonladders 2.1 Onderwerpen uit C....3 2.2 De pentatonische toonladder, hele toonstoonladder
Nadere informatieDaar zit veel in. heel. de inhoud van de website www.muziekabcd.nl
heel Daar zit veel in Muziektheorie van Accelerando tot Zestienden met geluidsillustraties 19 spellen met veel niveaus van noten lezen en het oefenen van je gehoor tot componeren technische ondersteuning
Nadere informatie1 Notatie en toonstelsel
3 Inhoud 1 Notatie en toonstelsel. 5 2 Maatsoorten 2.1 Enkelvoudige en samengestelde maatsoorten.. 6 2.2 Tweedelige en driedelige maatsoorten 6 2.3 Regelmatige en onregelmatige maatsoorten.. 7 3 De syncope..
Nadere informatieEEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer. Ch.Hendrikx & L.Jakobs
EEN SELECTIE UIT: Algemene Muziekleer Ch.Hendrikx & L.Jakobs versie 2009 Inhoud Notatie... 2 Sleutels, hulplijnen,... 2 Octaafaanduiding... 3 Voortekens... 4 Notenwaarden en rusten... 8 Toonladders...
Nadere informatieTHEORIE D. Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal.
THEORIE D Wat moet je leren : Begrippen : toonsoort,toonladder,akkoord,drieklank,vierklank,grondtoon,leidtoon,mineur, majeur,modaal. De grote en kleine terts toonladders. Kerktoonladders : dorisch. De
Nadere informatieB-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018
B-EXAMEN THEORIE Slagwerk 2018 Naam: LUISTERVRAGEN 1 Je hoort het liedje Light my Fire A. Met wat voor een Instrument begint dit liedje? B. In welke maat begint de Drummer te spelen? Punten In maat op
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L2 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L 2 - Oefeningenboek p.
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L2 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L 2 - Oefeningenboek p. 1 Oefenblad 1 Wijzigingstekens 3-4 Oefenblad 2 Hele en halve
Nadere informatieDe Notenboom. AMV-methode - Deel 1. Johan Peeters. Leerlingenboek
De Notenboom AMV-methode - Deel 1 Johan Peeters Leerlingenboek INHOUD Solsleutel (vioolsleutel). pagina 3 Hoog en laag.. pagina 4 Noten schrijven.. pagina 5 Notenbalk.. pagina 5 Sol en mi.. pagina 6 Ademhalingsteken.
Nadere informatieKlas 1 Naam: Klas: Docent:...
Klas 1 Naam: Klas: Docent:... Inleiding In deze reader behandelen we Algemene Muziekleer, Solfège en Instrumentenleer. Deze onderdelen worden elk jaar meer uitgebreid. In de reader vind je de lesstof +
Nadere informatieInleiding. Beste cursist, ... Waarom deze cursus?
LEER NOTEN LEZEN INLEIDING Inleiding Beste cursist, Waarom deze cursus? Er kunnen verschillende redenen zijn waarom je wilt leren noten lezen: Misschien ben je een zanger(es) die het fijn vindt om mee
Nadere informatieDit keer ga je aan de slag met het fantastische stuk River flows van Yurima waarin je zult ontdekken;
River flows Yiruma Dit keer ga je aan de slag met het fantastische stuk River flows van Yurima waarin je zult ontdekken; - dat het eigenlijk uit 2 thema s bestaat waarop gevarieerd wordt - de basistheorie
Nadere informatieA Due A2 Italiaans Met z'n tweeën A Piacere Italiaans Voordracht naar believen Accelerando Accel Italiaans Versnellen Ad Libitum ad lib.
Muziekterm Afkorting Taal Betekenis A Due A2 Italiaans Met z'n tweeën A Piacere Italiaans Voordracht naar believen Accelerando Accel Italiaans Versnellen Ad Libitum ad lib. Italiaans Tempo en voordracht
Nadere informatieWeek 4 Noten in G-sleutel
LEER NOTEN LEZEN WEEK 4 NOTEN IN G-SLEUTEL Week 4 Noten in G-sleutel Alle noten In deze les geef ik je alle noten van de de G-sleutel. Het zijn er veel, omdat je alle kruizen en mollen leert die je nog
Nadere informatie, 7 traptreden (een septet heeft 7 spelers) Het octaaf is het interval tussen bijvoorbeeld een lage d en een hoge d, of een lage gis en een
De intervallen De afstand tussen twee tonen noem je een interval. Ze hebben eeuwenoude namen: prime, secunde, terts, kwart en kwint die afstammen van de Latijse rangtelwoorden (primus: eerste, secundus:
Nadere informatieVoorwoord voor docenten
Voorwoord voor docenten Dit is de eerste versie van de lesmethode van het Leerorkest in Amsterdam. In de toekomst willen we deze methode graag nog verder uitwerken met extra oefeningen, werkbladen en een
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord L 1 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L1 - Oefeningenboek p. 1
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord OEFENINGEN BOEK L 1 NAAM:... Hagelandse Academie voor Muziek en woord - AMV L1 - Oefeningenboek p. 1 Oefenblad 1 Solsleutel - sol - mi 3 Oefenblad 2 Vierde noot,
Nadere informatieIntroductie tot kennis van de muziektheorie en solfège voor koorzangers
Introductie tot kennis van de muziektheorie en solfège voor koorzangers 2 Inhoud: blz. 1. Inleidende begrippen 3 2. Toonduur 3 3. Ritme en teleenheid 4 4. Maat en maatsoorten 5 5. Toonhoogte 6 6. Weergeven
Nadere informatiesample L E S 18 â. " % O O O O \ \ % O O O O . =75 Uit het fragment For Children :
Uit het fragment For Children : a) Noteer de maatcijfers b) oorstreep wat fout is: For Children bevat veel maatwisselingen c) Verklaar de dynamische tekens maatveranderingen F = forte (luid, sterk) accent,
Nadere informatieOrfeus in de onderwereld : French Cancan. sample. Noteer het ritme. ( Golden River Music
2. Orfeus in de onderwereld : rench ancan Jacques Offenbach 2 4 2 4 2 4 $ $ $ Noteer het ritme. ( 2 4 1 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 3 olden River Music LES 19 De hele toon = grote secunde
Nadere informatieD-examen extra informatie
D-examen extra informatie Hieronder staan nog een aantal nieuwe onderwerpen bij het D-examen genoemd. Deze onderwerpen staan nog niet op de website van Muziekschool Oost-Gelderland. Intervallen groter
Nadere informatieEen handige link met wat basisinformatie over akkoorden is: http://studwww.ugent.be/~mfvhauwe/wauter/reason/notenenakkoorden.html
Een handige link met wat basisinformatie over akkoorden is: http://studwww.ugent.be/~mfvhauwe/wauter/reason/notenenakkoorden.html Ze gaan er helaas er niet zo diep op in, maar om snel wat dingen duidelijk
Nadere informatieNASLAGWERK. Handboek Muziektheorie voor Slagwerkers. Fase A
NASLAGWERK Handboek Muziektheorie voor Slagwerkers Fase A 1 Inhoudsopgave. Ritme en muziek 3 Muzieknotatie 4 Maatsoorten 5 Maatsoorten 6 Enkelvoudig en samengesteld 7 Langzaam en snel: Het Tempo 8 Tempoveranderingen
Nadere informatieGehoor AMV1. deel 1. mi sol la vierde noot 2 achtste noten vierde rust. Cecilia Gehoor deel1.indd 1 18/06/ :11:48
Gehoor MV1 deel 1 of mi sol la vierde noot 2 achtste noten vierde rust 1 ecilia Gehoor deel1.indd 1 18/06/2014 10:11:48 Naam: Oefening 1 Welke prent past bij de muziek? Welke niet? lfred Schnittke Geboren:
Nadere informatieIntroductie in de muziektheorie oftewel Hoe zit muziek nou in elkaar?
Introductie in de muziektheorie oftewel Hoe zit muziek nou in elkaar? Tom Overtoom - e Muzelinck Inleiding Muziek klinkt zo vanzelfsprekend dat we er vaak niet bij stilstaan dat wat wij heel gewoon vinden
Nadere informatieToonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. Toonladders en 3-klanken. PHCC-G Walk-in. Beginselen van muziek-theo-rie.
Toonladders en 3-klanken PHCC-G Walk-in Beginselen van muziek-theo-rie Noodzakelijke kennis bij gebruik van muziekprogramma's Akkoorden-hulpje bij melodiën Theo Henrichs - 29 Toonladders en 3-klanken Agenda
Nadere informatieSOLFEGE GEHOORVORMING
SOLFEGE GEHOORVORMING TIPS & TRICKS ArtEZ Conservatorium Reinier Maliepaard 1 INHOUDSOPGAVE 1. intervallen 2. toonladders 3. melodie 4. meerstemmigheid 5. horen en lezen ArtEZ Conservatorium Reinier Maliepaard
Nadere informatieVoorwoord voor docenten
Voorwoord voor docenten Dit is de eerste versie van de lesmethode van het Leerorkest in Amsterdam. In de toekomst willen we deze methode graag nog verder uitwerken met extra oefeningen, werkbladen en een
Nadere informatieEarz bestaat uit 'modules'. De inhoud hiervan is willekeurig te gebruiken en te combineren binnen een door de docent te maken spel.
INHOUD www.earz.nl info@earz.nl Deze handleiding mag zonder toestemming worden gekopieerd en vermenigvuldigd. Earz bestaat uit 'modules'. De inhoud hiervan is willekeurig te gebruiken en te combineren
Nadere informatieHet Notenschrift The Entertainer (Joplin)
Vervolgcursus Lesweek 6: Het Notenschrift The Entertainer (Joplin) Inleiding Deze lesweek leert u The Entertainer spelen van Scott Joplin. Dit bekende nummer herkent u ongetwijfeld en zal u helpen beter
Nadere informatieMuziektheorie-examen D
Muziektheorie-examen D 2016 In te vullen door de leerling Naam: In te vullen door de docent Aantal punten... Docent:.. Cijfer.. Instrument: Geslaagd: Ja / nee Het examen bestaat uit de volgende onderdelen:
Nadere informatieIntervallen. Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kan melodisch of harmonisch zijn.
Intervallen Intervallen Een interval is de afstand tussen twee tonen. Dit kan melodisch of harmonisch zijn. De benaming is hetzelfde voor zowel melodisch als harmonisch. Voor de uitleg gebruik ik C groot.
Nadere informatieHet einde van een muziekstuk wordt aangegeven doormiddel van een dubbele maatstreep.
Hoofdstuk 2 Het muziekaspect maat Tijdens dit onderzoek zal het muziekaspect maat centraal staan. Zo zal het muziekaspect maat ook terug komen in de praktijklessen die worden gegeven. In dit hoofdstuk
Nadere informatieWeek 2 Kruizen en Mollen
Week 2 Kruizen en Mollen Meteen door naar de volgende stap In de vorige les heb je de noten van C tot C geleerd. Dat was al een flinke hap, maar wie denkt dat je het al bijna gehad hebt, heeft het helemaal
Nadere informatieLesweek 7: Het Notenschrift In the Hall of the Mountain King (Grieg) Vervolgcursus
Vervolgcursus Lesweek 7: Het Notenschrift In the Hall of the Mountain King (Grieg) Inleiding Deze lesweek staat in het teken van het muziekstuk In the Hall of the Mountain King van Edward Grieg. Ook deze
Nadere informatieKempische Steenweg 400 3500 Hasselt Tel. : 011 27 84 60 www.musart.be. Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar
Kempische Steenweg 400 3500 Hasselt Tel. : 011 27 84 60 www.musart.be Basistheorie m.b.t. de toelatingsproeven voor het 4 e en 5 e jaar 1. INTERVALLEN OF TOONAFSTANDEN 1.1. Inleiding De onderlinge verhouding
Nadere informatieModule 3e. Algemene muziekleer, componeren en gehoortraining met Music Ace
Module 3e Algemene muziekleer, componeren en gehoortraining met Music Ace Studielast: 4-14 uur. Doel: Leren omgaan met dit softwarepakket of onderdelen ervan (zoals het Doodle pad om mee te componeren).
Nadere informatieOnline beginnerscursus. Piano
Online beginnerscursus Piano Docent: Elize van den Berg 1 Inhoud Inleiding 3 Les 1 Het toetsenbord verkennen 4 Les 2 C-positie, centrale C-positie en het notenschrift 5 Les 3 Intervallen 10 Les 4 Het akkoord
Nadere informatieTabel 1 Naam van de toon voor een 4-snarige basgitaar als functie van de snaar en de positie voor de wittetoetstonen
Akkoorden voor basgitaar en contrabas Adriaan Kragten, Sint-Oedenrode 22-10-2007 In dit rapport worden de posities gegeven voor de tonen van veertien type akkoorden zoals die gespeeld kunnen worden op
Nadere informatieAdriaan Kragten, Sint-Oedenrode, , herzien Een notenschrift zonder mollen en kruizen. 1 Inleiding
Een notenschrift zonder mollen en kruizen 1 Inleiding Adriaan Kragten, Sint-Oedenrode, 21-3-2013, herzien 27-3-2017 Het notenschrift stamt uit de elfde eeuw toen de muziek nog bijna helemaal diatonisch
Nadere informatieOpnieuw, luid en duidelijk
AFKORTINGEN Ter vereenvoudiging van het notenbeeld of om ruimte te sparen, worden een reeks conventionele afkortingen gebruikt. Herhalingsteken Het gedeelte van een werk dat tussen herhalingstekens staat,
Nadere informatieHet verschil tussen mp en mf is niet erg groot. Het verschil tussen ppp en fff is heel groot!
Week 7 Muziektekens Muziektekens In deze les laat ik je kennis maken met de meest voorkomende muziektekens. Je leert ze niet allemaal, want dat zou veel te moeilijk en te veel zijn. In deze les staan geen
Nadere informatieODM theoretisch toelatingsexamen
ODM theoretisch toelatingsexamen Gehoortest Herkennenbenoemen enof noteren: Majeur- vs mineurtonaliteit Maatsoorten herkennen Intervallen tm het octaaf Drieklanken in grondligging en omkering Melodische
Nadere informatieHagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L4. Naam:...
Hagelandse Academie voor Muziek en Woord THEORIE L4 Naam:.... INHOUDSTABEL A. Tertstoonladders 3 1. Grote tertstoonladders 3 1) Herhaling grote tertstoonladders 3 2) Volgorde van # en b 3 3) De grote voortekening-truk.
Nadere informatieBij het muzikaal spelen wordt gebruik gemaakt van dynamiek en articulatie.
Muzikaliteit en ritmiek Muzikaliteit is emotie toevoegen aan tonen en de verbanden van tonen. Emotie uit zich heel verschillend: van droevig tot agressief en van gevoelloos tot romantisch. Bij het muzikaal
Nadere informatieDe opbouw van notenladders
De opbouw van notenladders Door Dirk Schut Voorwoord Iedereen kent de notennamen wel: a, bes, b, c, cis, d, es, e, f, fis, g en gis, maar wat stellen deze namen voor en waarom vinden we juist deze noten
Nadere informatie