FOUNDATIONS 1 GROEP 5

Vergelijkbare documenten
ENGLISH FOUNDATIONS 1

Animals 1 - Describe your Pet

Win a meet and greet with Adam Young from the band Owl City!

3 I always love to do the shopping. A Yes I do! B No! I hate supermarkets. C Sometimes. When my mother lets me buy chocolate.

possessive determiners

Win a meet and greet with Adam Young from the band Owl City!

Love & Like FILE 2 LOVE & LIKE BK 2

Listen. Twenty One Pilots Niveau 3a Song 4 Lesson B Worksheet. a Luister naar wat Leo, Tina en Martin vertellen. Omcirkel het juiste antwoord.

THE LANGUAGE SURVIVAL GUIDE

Grammatica uitleg voor de toets van Hoofdstuk 1

You probably know animals can have best friends too. But what do you think about these special friendships?

Fans talking about Martin

Martin Garrix and his fans

DE VOLTOOID TEGENWOORDIGE TOEKOMENDE TIJD

The secret key. Worksheet. flash info. Lees de tekst en kruis het juiste antwoord aan. Deze tekst hoort bij

> hele werkwoord > werkwoord +s, als het onderwerp he, she of it is. bevestigend vragend ontkennend

You were living (enkelvoud + meervoud)

4,9. Antwoorden door een scholier 1354 woorden 25 december keer beoordeeld

irregular verbs onregelmatige werkwoorden

1. will + hele werkwoord (Future Simple) 2. shall + hele werkwoord 3. to be (am/is/are) going to + hele werkwoord

English is everywhere. hi morning mouse cool help desk hello computers mail school game. Lees de tekst. Omcirkel de Engelse woorden.

voltooid tegenwoordige tijd

News: Tours this season!

Free time! Better skills. Free time with Brenda and Brian. Worksheet

20 twenty. test. This is a list of things that you can find in a house. Circle the things that you can find in the tree house in the text.

class book I am reading a book. close your books homework My teacher gave me a lot of homework. to read We are going to read that book.

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

B1 Woordkennis: Spelling

Night news. Fact sheets. Worksheet

Puzzle. Fais ft. Afrojack Niveau 3a Song 6 Lesson A Worksheet. a Lees de omschrijvingen. Zet de Engelse woorden in de puzzel.

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

Comics FILE 4 COMICS BK 2

Toetsonderdeel R T1 T2 I Totaal aantal items Totaal aantal punten. Totaal percentage (%)

Deze tekst gaat over Engelse en Amerikaanse feesten. Ken je deze feesten?

DE VERLEDEN TOEKOMENDE TIJD

Engels en Dyslexie. Inzagedeel. Kees Siepelinga

Grammatica overzicht Theme 5+6

Things to do before you re 11 3/4

Het verschil met de zinnetjes uit les1 is dat deze zinnen ontkennende zinnen zijn.

Docentenhandleiding Ontwerp Animals

Hulpwerkwoorden (een selectie)

Main language Dit is de basiswoordenschat. Deze woorden moeten de leerlingen zowel passief als actief kennen.

BEAR. Do you need protection? A bear can help you, because it is big and stands for power. BEAVER

Animal friends. Animal friends

Aan het einde van de unit kennen de leerlingen woorden in de woordvelden: kleding uiterlijk emoties landen

Vergelijken in het Engels

Teksten van de liederen die gospelkoor Inspiration tijdens deze Openluchtdienst zingt.

Hoe te leren voor de UNIT toetsen

- werkwoord + ed ( bij regelmatige werkwoorden ) - bij onregelmatige werkwoorden de 2 e rij ( deze moet je dus uit je hoofd leren )

Interactive Grammar leert de belangrijkste regels van de Engelste spelling en grammatica aan.

In the classroom. Who is it? Worksheet

Het liedje van Jessie J gaat over wat je kunt kopen. Lees het informatiebord van het winkelcentrum. Hoe heet dit winkelcentrum?

VOORZETSELS. EXERCISE 1 Bestudeer de bovenstaande voorzetsels en zinnen goed!

Buy Me FILE 5 BUY ME BK 2

Handleiding The very hungry caterpillar. Eric Carle

Afstudeerproduct Spelen in een band

Grammar Book 1KGT. Name: Class:

Malala Ken je Malala? Wat weet je al van haar?

Luister alsjeblieft naar een opname als je de vragen beantwoordt of speel de stukken zelf!

Dear teacher. Kygo Niveau 3a Song 4 Lesson B Worksheet

betrekkelijke voornaamwoorden

Nieuwsbrief december 2016

PRESENT CONTINUOUS ( duurvorm in de tegenwoordige tijd )

Examen Moderne Vreemde Taal Engels

Vertaling Engels Gedicht / songteksten

ook (niet)

garage Preferred period: 4 weeks, May 2012 Preferred destination: France

Lists of words from the books, and feedback from the sessions, are on

passive de lijdende vorm

De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition)

Who s that? Luister naar het verhaaltje. Kruis het juiste antwoord aan.

Speaking and Language Learning. 3rd February 2016

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

read beroepen in de toekomst. beroepen van vroeger.

Empowerment project. Driejarig project van Rotaryclub Rhenen-Veenendaal

Bijwoorden: meer informatie geven over een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord een hele zin of een ander bijwoord - uitleg

Mondeling tentamen Havo - ERK niveau B1 / B1 +

Example. Dutch language lesson. Dutch & German Language Education Pieter Wielick

should(n t) / should(n t) have to zouden moeten / hadden meestergijs.nl

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Study Guide English 1KGT

150 ECG-problemen (Dutch Edition)

Speakers Corners : book history-science-talents

Dutch survival kit. Vragen hoe het gaat en reactie Asking how it s going and reaction. Met elkaar kennismaken Getting to know each other

k ga naar school go to school

Festival. Questions. Worksheet. Flash info. Bekijk de poster. Het is een aankondiging voor een muziekfestival. Welke bands die komen vind jij leuk?

Main language Dit is de basiswoordenschat. Deze woorden moeten de leerlingen zowel passief als actief kennen.

Writing a friend Lees het briefje. Beantwoord de vragen.

Borstkanker: Stichting tegen Kanker (Dutch Edition)

Mooie Engelse zinnen vormen, hoe doe je dit?

gerund or to+infinitive

Read this story in English. My personal story

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Writing 1 WRITING 1 PART A KGT 3

Study Guide English 2KGT PERIOD 1

possessive s,,..of.. bezitsvorm

Group work to study a new subject.

9 daagse Mindful-leSs 3 stappen plan training

Help! FILE 1 HELP! BK 2

studeerkamer open haard bad douche garage car exchange / use of car study

Transcriptie:

FOUNDATIONS 1 GROEP 5

INHOUD INTRODUCTION Introduction 3 Petlife 4 Hoi en wat leuk dat jij met dit boek de Engelse taal gaat leren! Dit boek helpt jou, samen met je teacher de woorden en klanken van de Engelse taal te begrijpen. Toen je klein was heb je jouw moedertaal van je ouders meegekregen, hier heb je niet heel veel moeite voor moeten doen. Je hoorde al vanaf je geboorte de klanken van de taal en deze heb je onbewust opgeslagen in je hersenen. Met het leren van een nieuwe taal is het belangrijk dat je deze weg ook deels gaat bewandelen. Wordlist 14 Friends for Life 17 Wordlist 29 My Family 32 Wordlist 45 Progress Meter 47 Hobbies and Sport 55 Wordlist 68 Adventures 71 Wordlist 83 My digital self 85 Wordlist 99 Progress Meter 100 Dit boek werkt op de volgende manier: - In het eerste deel van ieder hoofdstuk ga je eerst goed luisteren naar je teacher. Deze spreekt een aantal klanken en woorden uit en het is aan jou om antwoorden te geven op de verschillende vragen. Snap je het niet, vraag dan naar hulp! - Je gaat vervolgens woordjes oefenen, dit doen we door woordjes uit te spreken en deze te herkennen in hoe ze geschreven zijn. Ook zal er vanaf hoofdstuk 2 telkens terug gekeken worden op eerder geleerde woordjes. Zoals ze in het Engels zeggen: Practise makes perfect. - Ook ga je luisteren naar mensen die in het Engels praten, dit kan een stukje uit een boek zijn of een gesprek tussen mensen. Er staan een aantal vragen in het boek om te beantwoorden. Door de klanken van de taal goed tot je te nemen is de kans groot dat jij deze klanken later ook goed kan uitspreken. - Ieder hoofdstuk heeft een Sound Focus dit betekent dat je één bepaalde klank moet gaan herkennen in hoe deze geschreven wordt. Het is belangrijk dat je deze klanken goed kan onderscheiden van elkaar. - Het lezen doen we via de computer, in ieder hoofdstuk wordt je naar een boek begeleid dat op Reading Assistant staat. Via het online programma kan je het boek vervolgens lezen en de vragen beantwoorden. - Ook ga je een stukje schrijven in ieder hoofdstuk om de woordjes die je geleerd hebt en de spelling die je geleerd hebt in de praktijk te brengen, dit wordt per hoofdstuk steeds iets moeilijker, maar je leert natuurlijk per hoofdstuk veel bij. - We eindigen ieder hoofdstuk met een gesprek in het Engels, in het boek staan twee rollen uitgewerkt. Bij één rol moet je de vertaling van wat je gaat zeggen nog wel opschrijven, maar kijk daarvoor ook goed bij words to help. Sounds of English 108 Stille Klanken 109 Om bij te houden hoe het gaat en of je steeds iets beter wordt in Engels ga je zelf je scores bijhouden. Na drie hoofdstukken ga je de scores bekijken en bepalen wat je daarvan vindt. Zoek klasgenoten op die je kunnen helpen met een onderdeel waar jij nog niet zo goed in bent. Zo help je elkaar en kan jij vast ook iemand anders helpen. Mocht je vragen hebben over het gebruik van het boek, stel je teacher vragen. 3

PETLIFE A 1. De teacher gaat een aantal vragen stellen. Beantwoord deze hier onder. Alle woorden beginnen met de klank. Het woord heeft een andere klinkerklank. Het woord dat de teacher uitsprak is. Er zijn klanken in dit woord. 2. Luister goed naar de teacher. Er worden een aantal woorden opgeschreven en uitgesproken, herhaal samen de woordjes. Omcirkel de woordjes die je net herhaald hebt. I the and to of a in Ik De En Naar Van Een In A B C D E F G H I IN HET KORT Vocabulary: Herkennen van losse klanken. Spelling en klank leren van de veel voorkomende woorden in het Engels. Nieuwe woorden leren vanuit context. Listening: Herkennen van klanken, betekenis geven. Vocabulary: Koppelen van klank en spelling van veel voorkomende woorden in het Engels. Sounds focus: focus op de /ie/ klank. Vocabulary: Spelling en klank leren van veel voorkomende woorden in het Engels. Reading: Nieuwe woorden leren vanuit context. Betekenis halen uit titel en plaatjes. Writing: Omschrijven van je favorieten dier. Vocabulary: Spelling leren van veel voorkomende woorden in het Engels. Speaking: Praten over huisdieren met een klasgenoot. with is that for you it on Met Is Dat Voor Jou Het Op as are be this was have or Zoals Bent/ zijn Zijn Deze Was Hebben Of 3. Kies uit de woorden hieronder om het verhaal compleet te maken, er blijft één woordje over. and are have you My friend has a dog its name is Rex. It is a dog have to love, it is very sweet. That cat is of my other friend they not friends at all. Do you pets? Tijdens dit eerste hoofdstuk gaan we gezamenlijk werken aan kennis van de meest gebruikte woorden in de Engelse taal, gaan we de taal herkennen door naar korte fragmenten te luisteren en leren we al wat van de grammatica. We beginnen dit werkboek met vooral kennis opdoen en gaan dit later gebruiken met schrijven en spreken. We hebben het vooral over huisdieren. Heb jij huisdieren in huis? Ga met een klasgenoot in gesprek hierover, probeer al een beetje Engels met elkaar te praten. Veel plezier tijdens dit hoofdstuk. 4 5

B 1. Voordat je gaat luisteren naar een kort verhaal gaan we eerst een aantal nieuwe woorden leren. Combineer de Nederlandse uitleg met het Engelse woord. 1. Het is een dier en miauwt A. Dog 2. Het is een dier en geeft melk B. Spoon 3. Het is een dier en blaft C. Cat 4. Het is een voorwerp en je eet ermee D. Cow THINK ABOUT IT Wist je dat TH op twee manieren kan worden uitgesproken? Probeer maar: That - With 2. Luister naar het verhaal en lees mee. Hey diddle diddle, The cat and the fiddle, The cow jumped over the moon. The little dog laughed, To see such sport, And the dish ran away with the spoon 1: Wat doet de hond? 2: Wat doet de koe? 3: Wie rent er weg met de lepel? C 1. Trek een lijn tussen een plaatje en het woord dat hierbij hoort. Cat Turtle Chicken Dog Cow Monkey 3. Luister naar het verhaal en lees mee. Hickory dickory dock, The mouse ran up the clock. The clock struck one, The mouse ran down, Hickory dickory dock. 1: Wat doet de muis? 2: Hoe laat wordt het? 3: Waar rende de muis naar toe? 2. Luister naar de teacher. Er worden een aantal woorden uitgesproken, herhaal de teacher en omcirkel de woorden die worden genoemd. I the and to of a in Ik De En Naar Van Een In with is that for you it on Met Is Dat Voor Jou Het Op as are be this was have or Zoals Bent/ zijn Zijn Deze Was Hebben Of 4. Log in op www.scilearn.nl en speel in Fast ForWord 3. reading level 1 Buzz Fly. Log in op www.scilearn.nl en speel in Fast ForWord reading level 1 Buzz Fly. 6 7

D E 1. Luister goed naar je teacher. Er worden een aantal woorden op het bord geschreven en uitgesproken. Omcirkel welke woorden er worden uitgesproken. at not your from we Bij Niet Jouw Van Wij by will can but they Bij Zal Kunnen Maar Zij an he all has if Een Hij Alle Heeft Als In het Engels worden veel klanken gemaakt door verschillende spellingen in woorden. We gaan hier kijken naar de klank /ie/ zoals je deze ook hoort in het Nederlandse hier. Bekijk samen met je teacher de volgende woorden en spreek deze hardop uit. Herken je de klank in alle woorden? 2. Luister nu nog een keer. De teacher heeft alle woordjes van het bord weg gehaald maar spreekt een aantal nog een keer uit. Omcirkel welke woorden er worden uitgesproken. at not your from we Bij Niet Jouw Van Wij Spelling Sound EA EE E /ie/ Read Feed Me I Ski by will can but they Bij Zal Kunnen Maar Zij an he all has if Een Hij Alle Heeft Als 3. Log in op www.scilearn.nl en speel in Fast ForWord reading level 1 Flying Fish. Onderstreep in de volgende zinnen de /ie/ klank. 1. I like to feed the animals. 2. Cats and dogs eat animal food. 3. Cows sleep standing up 4. You have to treat animals well. 5. Sometimes animals flee from a zoo. ENGLISH WORD NEDERLANDSE VERTALING THINK ABOUT IT Wist je dat A en An dezelfde betekenis hebben? A Car An Area A met medeklinkerklank An met klinkerklank 8 9

F 1. Voordat we gaan lezen gaan we eerst een aantal woorden leren. We gaan per woordje bedenken welke achtergrond informatie wij hebben over het woord. In tweetallen ga je samenwerken, stel elkaar de volgende vragen: I love my mouse. She is small and soft. Every day I feed my mouse. She likes apples. She eats from my hand. Every week I clean her cage. I watch my mouse run on her wheel. I love my mouse. Herken je het woord? Waarvan herken je het woord? Weet je wat het woord betekent? Lijkt het woord op een ander woord dat je wel kent? I love my pet. I take good care of my pet. I feed my pet every day. I keep my pet clean. I play with my pet. It is hard work to take care of a pet. But it is fun, too. I can take care of my pet. Bekijk de volgende woorden en werk samen aan de vragen die hier boven staan. Weet je de betekenis? Schrijf deze dan achter het woord op. Kom je er samen niet uit vraag je teacher om hulp. 3. Hoe is dat gegaan? Schrijf voor jezelf het aantal punten op dat je met dit boek hebt behaald in Reading Assistant. ENGLISH Soft Feed Brush Play Go for a walk Clean Beautiful Watch Cage NEDERLANDSE VERTALING G Aantal punten behaald: 1. Je hebt inmiddels een paar Engelse woordjes geleerd, super goed! Laten we deze gaan gebruiken om iets te schrijven. Probeer in het Engels je huisdier te omschrijven, je mag woordjes opzoeken of vragen aan je teacher als je deze niet weet. Het is helemaal niet erg om woordjes te zoeken of te vragen, dat is juist heel goed. My pet is a. The colour of my pet is. 2. Reading Assistant. Log in: www.sterkengels.nl Klik op het boek I can take care of my pet. The name of my pet is. My pet is years old. I love my cat. She is soft and warm. Every day I feed my cat. Every day I brush her. Every day I play with her. We play with yarn. My cat sleeps on my bed. I love my cat. 2. Bespreek met je klasgenoot wat je opgeschreven hebt. Help elkaar wanneer je niet zeker weet of je iets goed hebt gespeld. I love my dog. He is my best friend. Every day I feed my dog. Every day we go for a walk. Every day I play with him. We play ball. I keep my dog clean. I give him a bath. I love my dog. I love my fish. They are beautiful colours. Every day I feed my fish. Every week I clean their tank. I watch them swim. My fish stay in my room. I love my fish. 10 11

H 1. Luister goed naar je teacher, er worden een aantal woorden uitgesproken. Een deel van het woord staat hier al geschreven. I Roleplay. Situatie: Je bent op vakantie en bevriend geraakt met iemand die geen Nederlands Vul het woord aan met de juiste letter om het woord compleet te maken. spreekt. Je hebt het met hem over je huisdieren omdat jij helemaal gek bent op je hond en kat. Lees de onderstaande rollen goed door. Werk in drietallen en verdeel je over de volgende rollen: _ t n _ t fro ill h _ s Rol 1: Jij bent de Engelstalige vriend(in) van vakantie. Jij kan vanaf nu geen f a _ e is _ r Nederlands meer en mag de regels voorlezen die in de opdracht staan. a _ wi c _ n _ e th _ Rol 2: Jij bent jezelf. Jij gaat eerst kijken naar de zinnen en probeert deze zo goed mogelijk te vertalen naar het Engels om het gesprek goed te laten verlopen. Rol 3: Jij bent iemand die gaat beoordelen. Kijk goed naar het gesprek in je boek wat je zou moeten horen, tijdens het gesprek luister jij dus alleen. 2. Luister nu nog een keer. De teacher spreekt verschillende woordjes uit. Wissel van rol. Zorg ervoor dat iedereen ten minste 1x alle rollen heeft gehad. Dit keer heb moet je het hele woord opschrijven. Voordat we beginnen, bekijk eerst de woorden/ zinnen hieronder: WOORDEN/ ZINNEN VOOR HULP 1 I am fine, but I do miss my dog very much! Het gaat goed, ik mist mijn hond wel heel erg. _ 2 His name is Rex and he is very young. Zijn naam is Rex en hij is nog erg jong. 3 He is a German shepherd dog and he is my best friend. 4 I also have cats at home, but I like dogs better. Het is een Duitse herder en mijn beste vriend. Ik heb ook katten thuis maar ik vind honden leuker. 5 I think I will see my dog again in a week or so. Ik denk dat ik mijn hond over ongeveer een week weer zie. 3. Log in op www.scilearn.nl en speel in Fast ForWord reading level 1 Magic Rabbit. THINK ABOUT IT Wist je dat wanneer je ik zegt in het Engels je altijd een hoofdletter i opschrijft. Ook wanneer dit niet aan het begin van de zin is. 12 13

PETLIFE - WORDLIST Rollenspel: Engelstalige vriend: Hi! How are you? Jij: zeg dat het goed gaat. Zeg ook dat je jouw hond erg mist. 1.? Engelstalige vriend: I am so sorry to hear that, what is your dog called? Jij: vertel dat je hond Rex heet en hij nog erg jong is. 2. Engelstalige vriend: That is a very nice name, what kind of dog is it? Jij: vertel dat Rex een Duitse herder is en dat hij je beste vriend is. 3. Engelstalige vriend: I also have dog and a cat, do you also like cats? Jij: zeg dat je zelf ook een kat thuis hebt, maar dat je honden leuker vind. 4. Engelstalige vriend: I understand, I feel the same way. When will you see your dog again? Jij: vertel dat je je hond waarschijnlijk over een week weer ziet. 5. Vul de Progress Meter in op bladzijde 49 t/m 50. ENGLISH NEDERLANDS VOORBEELDZIN A I. Ik I am a nice boy. The De The house is beautiful And En He and I are friends. To Naar I always go to school. Of Van These are the best of. A Een A tree is normally green. In In I am in school. With Met She is with her friend. Is Is He is my best friend. That Dat That is a blue car. For Voor I do this for you. You Jou/Jullie You are nice people. It Het It is dark in here. On Op He is on top of the house. As Zoals As you know, I like it here. Are Bent/Zijn You are a nice person. Be Zijn Always be online. This Dit This is my favourite book. Was Was He was home yesterday. Have Hebben They have good coffee. Or Of Are you home or not? B At Bij I am at school. Not Niet I do not like dancing. Your Jouw Is this your pen? From Van He comes from England. We Wij We like cupcakes. By Bij/Langs I live close by. Will Zal I will go to England next year. Can Kunnen Can we play football together? But Maar He is nice but she is not. They Zij They are always talking. An Een An area like this is beautiful. He Hij He is a nice guy. All Alle This is all we have. Has Heeft She has never been to London. If Als I will give you that if you give me this. 14 15

ENGLISH NEDERLANDS VOORBEELDZIN C Cat Kat My cat is called Bibi. Mouse Muis The mouse ran away for the cat. Cow Koe A cow is often black and white Moon Maan The moon comes out at night. Little Klein He is a little nervous. Dog Hond We have a dog called Rex. Dish Bord You use a dish to eat from. Spoon Lepel You eat your soup with a spoon. Happy Blij When you are not sad you are happy. Much Veel My dog gives me much love. Better Beter He is better in doing tricks than he is. Young Jong My cats are all very young. Soft Zacht My cat is very soft. Feed Voeden I feed my dog every day. Brush Borstelen You have to brush your dog every week. Play Spelen I always play with my dogs in the garden. Go for a walk Uitlaten I go for a walk with my dog. Clean Schoonmaken You must clean the fish tank. Beautiful Mooi My cat is very beautiful. Watch Kijken I like to watch my fish swim. Cage Kooi My mouse lives in a cage. THINK ABOUT IT Wist je dat TH op twee manieren kan worden uitgesproken? Probeer maar: That - With Wist je dat A en An dezelfde betekenis hebben? A Car An Area A met medeklinkerklank An met klinkerklank Wist je dat wanneer je ik zegt in het Engels je altijd een hoofdletter i opschrijft. Ook wanneer dit niet aan het begin van de zin is. 16 17