herontwerp de stad Amsterdam Lesmateriaal VO Museum Het Grachtenhuis
Lesmateriaal VO herontwerp de stad Amsterdam Lesmateriaal ter voorbereiding of verwerking van een bezoek aan museum Het Grachtenhuis voor het voortgezet onderwijs. Amsterdam staat aan de vooravond van de Gouden Eeuw. Het gaat de stad voor de wind. De bevolking groeit explosief en de stad barst uit zijn voegen. Aan het begin van de 17 e eeuw is uitbreiden noodzakelijk. Hoe dat aangepakt moet worden, is natuurlijk de grote vraag. In museum Het Grachtenhuis wordt duidelijk hoe na veel schetsen en tekenen het stadsbestuur kwam tot de karakteristieke waaiervorm van de grachtengordel. Amsterdam is sinds dien enorm gegroeid. Van 60.000 mensen in de 17 e eeuw biedt de stad vandaag de dag aan ruim 800.000 mensen woonruimte. Amsterdammers stellen tegenwoordig andere eisen aan hun woon- en leefruimte. In deze opdracht stellen leerlingen zich op als jonge stedenbouwkundigen en gaan met de belangen en eisen van mensen van nu aan de slag, op basis van de kaart uit de 17 e eeuw. Hoe zou Amsterdam er uit zien als de leerlingen aan de tekentafel hadden gezeten? Museum Het Grachtenhuis De Amsterdamse grachten maken de stad. Hier wordt al eeuwen lang geld verdiend, kunst gemaakt, feest gevierd, het leven geleefd. In museum Het Grachtenhuis wordt dit verhaal op avontuurlijke en multimediale wijze verteld vanaf het ontstaan van de grachten in de 17 e eeuw. Lesmateriaal VO 2 van 8
Praktische voorbereiding Benodigdheden: stiften. Bij 3D: allerhande knutselmateriaal of lego Aansluiting curriculum Leergebied Mens en Maatschappij, vakken Aardrijkskunde en Geschiedenis. Kerndoelen 37: Historische basiskennis en 41: Omgaan met atlas en kaarten CKV Tijdvak: Steden en staten Doelen Verdieping in de inrichting van een stad en hoe deze tot stand komt. (welke wensen en mogelijkheden hieraan ten grondslag liggen) Verdiepen in de tijdgeest van toen en nu en de (eventuele) verschillen daartussen. Inleven in de verschillende beroepsgroepen die toen en nu te maken hadden met stadsuitbreiding. Ontdekken en formuleren wat je zelf het belangrijkste vindt aan/voor je woonomgeving en dit vertalen in de praktische vormgeving van een stadsplattegrond. Inleven in en rekening houden met (de wensen van) een ander. Materiaal docentenhandleiding per groepje van vijf of zes een stadsplattegrond per groepje een overtrekvel stiften om op het overtrekvel te kunnen tekenen Lesmateriaal VO 3 van 8
Korte inhoud & werkwijze In de 17e eeuw groeide Amsterdam uit zijn voegen. De handel, de nijverheid en de scheepsbouw floreerden. Veel immigranten vonden hun weg naar Amsterdam. Ook wilden veel Nederlanders in Amsterdam komen wonen. Iedereen wilde wel onderdeel zijn van de Amsterdamse welvaart. Maar al die mensen moesten natuurlijk wel ergens wonen. Amsterdam had nog steeds zijn laat-middeleeuwse vorm en oppervlakte, en was omringd door wallen. Buiten die verdedigingswerken mocht niet worden gebouwd, wat overigens wel werd gedaan. Na 1613 werd begonnen met het verleggen en vernieuwen van de wallen. In de ontstane ruimte werden om de oude stad heen drie grote grachten gepland, waarvan de aanleg in fasen is uitgevoerd. Zo ontstond de beroemde grachtengordel en kreeg Amsterdam haar karakteristieke halvemaanvorm. In museum Het Grachtenhuis wordt dit proces geïllustreerd door een kaart met de beslissers (de burgemeester, de thesaurier, de rooimeester, de stadsarchitect, de vestingbouwer en de waterbouwkundige) eromheen. Lesmateriaal VO 4 van 8
Opdracht De leerlingen krijgen per groepje een stadsplattegrond van Amsterdam uit de 17e eeuw. De opdracht is dat de leerlingen de uitbreiding van de stad mogelijk maken met de wensen en mogelijkheden van nu. Dit doen ze door te tekenen (2D) of te bouwen (3D). Ze doen dit op basis van de argumenten/wensen van vijf personages/ stadsbewoners van vroeger en nu. Stellingen: Burgemeester. We moeten een veilige en schone stad zijn. We hebben veel ruimte nodig. Woonruimte voor 800.000 burgers. De stadsmuren moeten intact blijven voor de veiligheid. En de grachten ook. De grachten maken onze stad uniek. Toerist. Veel monumenten, kerken en musea, daar houden toeristen van. Mooie gebouwen waar we kunnen zien hoe het vroeger was. Openbaar vervoer is nodig. Trams, metro s en misschien ook watertaxi s. De binnenstad moet goed bereikbaar zijn. Bewoner. Ik wil in een groene wijk wonen. Niet ver van de stad, maar zonder last van auto s en de drukte. Veel natuur vind ik ook belangrijk en wonen bij het water. Maar niet met teveel mensen op een kluitje. Al moet ik er ook wel met mijn kleinkinderen kunnen spelen. Een mooie speeltuin of skateparkje is wel wenselijk. Politieagent. Bereikbaarheid is van belang voor de veiligheid. Wegen, bereikbare wijken. Eigenlijk moet elk huis voor de brandweer en de ziekenwagen te bereiken zijn. Ook hebben we voldoende politiebureaus, ziekenhuizen en brandweerkazernes nodig. Ondernemer. Voor de economie van een stad is bedrijvigheid belangrijk. Industrieterreinen, winkelstraten en voldoende kantoorruimte in het centrum. Laat mensen maar wonen op het water of aan de rand van de stad. Van boven moet het er uit zien als een hart. Een kloppend hart. Lesmateriaal VO 5 van 8
Suggestie alternatieve opdracht Een andere opdracht zou kunnen zijn dat de leerlingen zich inleven in de 17 e -eeuwse beslissers: de rol van burgemeester, thesaurier, rooimeester, stadsarchitect, vestingbouwer of waterbouwkundige. Deze personen zijn te beluisteren in museum Het Grachtenhuis. Vanuit deze rollen kunnen de leerlingen andere afwegingen maken. Hierbij kunnen ze gebruik maken van onderstaande stellingen. Stellingen: De Burgemeester is een bestuursfunctionaris op gemeentelijk niveau. Tot de 20 e eeuw konden dit alleen mannen zijn: De stadsuitbreiding moet het Europees aanzien van Amsterdam vergroten en nog meer handel naar de stad trekken. Goede doorvoermogelijkheden van handelswaar de stad in is van het grootste belang. De Thesaurier is de schat- of penningmeester. De beheerder van de schatkist: Om de kosten van de stadsuitbreiding te dekken moet er vooral ingezet worden op aantrekkelijke woningen voor de kapitaalkrachtigen. De Rooimeester is een ambtenaar, belast met het aanwijzen van de rooilijn (grens) van gebouwen, straten en wegen: Bij de bouw van de panden dient verzakking in het veen voorkomen te worden. Materiaalkeuze is van belang. Bouwpercelen moeten duidelijk gescheiden worden van elkaar en de openbare weg. De Stadsarchitect is een ontwerper van gebouwen en inrichter van de openbare ruimte: voldoende groen en grote tuinen bij de huizen zijn belangrijk voor de stad en het leefcomfort van de bewoners. Een Vestingbouwer. Een vesting is een middel om een stad tegen aanvallen van buiten te verdedigen. Een vestingbouwer bouwt deze vestingen: de stad moet ook na de uitbreiding wel goed te verdedigen zijn. Veiligheid voor alles! De Waterbouwkundige. Ontwerper en beheerder van waterbouwkundige werken van algemeen nut. Doorloop van het water in de grachten naar zee is van het grootste belang. Stilstaand water is een groot gevaar voor de volksgezondheid. Lesmateriaal VO 6 van 8
Presenteren en Reflecteren Per groepje kunnen de leerlingen de plattegrond voor de klas presenteren. Ze geven hierbij aan hoe ze met de argumenten rekening hebben gehouden en wat ze belangrijk vonden en wat minder belangrijk. Reflectievragen was het moeilijk/makkelijk rekening te houden met verschillende argumenten en wensen? welke argumenten en wensen vond je belangrijk en welke minder belangrijk? zijn er verschillen in wensen/argumenten van stadsbewoners toen en nu? vinden de leerlingen dat er voldoende naar hen geluisterd wordt in hun eigen woonplaats? Lesmateriaal VO 7 van 8
Meer informatie? Kijk even op onze website hetgrachtenhuis.nl of bel ons +31 (0)20 42 11 656 Museum Het Grachtenhuis