CAT 1.2.1 / Cursusafhankelijke toets



Vergelijkbare documenten
Oefentoets CAT B / Cursusafhankelijke toets

Oefentoets CAT / Homeostase

CAT B / Cursusafhankelijke toets

De oppervlakte van de rechthoek uit de vorige opgave hangt van dezelfde variabelen af.

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

JOB-monitor 2014 Vragenlijst

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Opgave 1 Je ziet hier twee driehoeken op een cm-rooster. Beide driehoeken zijn omgeven door eenzelfde

CAT / Cursusafhankelijke toets

CAT / Cursusafhankelijke toets

Het maakt bij een lamp niet uit vanaf welke kant de stroom komt, dus als je de spanningsbron omdraait brandt de lamp ook.

Handleiding voor het maken van Papierarchitectuur, PA.

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Terrasverwarmer met RTS

K4 Menselijk lichaam. Uitwerkingen basisboek. Gezond sporten havo K4.1 INTRODUCTIE. = 11,1 m/s 3,6 F w,l = k v 2 = 0,23 11,1 2 = 28 N.

CAT B / Cursusafhankelijke toets. Oefentoets-1

Inhoudsmaten. Verkennen. Uitleg. Opgave 1. Dit is een kubus met ribben van 1 m lengte. Hoeveel bedraagt de inhoud ervan?

Ajodakt. Rekenen. Breuken. Breuken groep 8. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 8

Bijlage 1 - Technisch Reglement SVAR 2015

= 152 W. De warmtestroom door de plaat

Adiameris. Beleggingsstrategie

Oefentoets Metabole systemen cursus

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Algemene voorwaarden bij een accreditatieaanvraag van bij- of nascholing (januari 2013)

Van woord tot tekst. Antwoordformulier Bij het onderdeel Argumenteren

Route H. Deze route start achter de grote volière.

K2 Technische automatisering

CAT B / Cursusafhankelijke toets

VOORTPLANTING BIJ DE MENS

Ajodakt. Rekenen. Cijferen. Cijferen groep 6. Colofon. Optellen, a rekken en vermenigvuldigen. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen.

WERKBLAD. Lessenserie CBS & EduGIS voor havo/vwo bovenbouw. weblink: hvb

Ajodakt. Rekenen. Grote getallen. Hoofdrekenen. Hoofdrekenen groep 8 Optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Colofon. Zelfstandig werken

Oefentoets CAT B / Cursusafhankelijke toets

WOONHUISWAARDEMETER. Toelichting. 1 Algemeen

Opdrachten bij hoofdstuk 3

CATB / Cursusafhankelijke toets

Wiskunde voor 3 havo. deel 2. Versie Samensteller

Wat kun je met prestatieindicatoren?

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

De route van de Bush start bij de ingang. Je kunt onderstaand kaartje gebruiken. Begin bij nr 1.

hormoonstelsel zenuwstelsel 1 groeien 2 arm bewegen 3 voortplantingscellen maken 4 reageren op geluid 5 snelheid van de stofwisseling

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT / Cursusafhankelijke toets

Hoe komt het dat elk organisme bepaalde kenmerken heeft? Waar ligt de informatie voor alle erfelijke kenmerken in elk organisme opgesla gen?.

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT / Cursusafhankelijke toets

Auteurs: Renaud, De Keijzer isbn:

Ajodakt. Rekenen. Cijferen Mix. Cijferen groep 7. Colofon. Zelfstandig werken. Antwoorden. Rekenen. Groep 7

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT / Cursusafhankelijke toets

Tentamen. 14 oktober Overzicht. Instructies. Thema 4.1: Afwijkingen van houdings- en bewegingssysteem. Themacoördinator Dr. G.J.

Oefentoets CAT B / Cursusafhankelijke toets

9 Sport en verkeer. Uitwerkingen basisboek. Arbeid, energie en vermogen vwo 9.1 INTRODUCTIE. = g 9,8 0, ENERGIE VOOR BEWEGEN

Auteur: Robert Westra isbn:

Statistiek voor de beroepspraktijk

Link Quality Access Point Wireless Power WPS. Installatiegids. Wi-Fi Bridge

Faculteit Elektrotechniek - Capaciteitsgroep ICS Tentamen Schakeltechniek. Vakcodes 5A010/5A050, 20 januari 2003, 9:00u-12:00u

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Wiskunde voor 3 havo. deel 1. Versie Samensteller

CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets B Ouder worden prof. dr. M.W. Ribbe / Drs. A.A. Meiboom

Tentamen Schakeltechniek

B Ontwikkeling en ziekteleer prof. dr. W.J. Mooi / mw. dr. A.M. van Furth

j. géén relatie: 4 en 5 zijn geen geordende paren (ook geen geordende ééntallen).

1a Een hoeveelheid stof kan maar op één manier veranderen. Hoe?

CSPE GL minitoets bij opdracht 9

Inhoud eindtoets. Eindtoets. Opgaven. Terugkoppeling. Antwoorden op de vragen. Context van informatica

8. Chemisch evenwicht

Tentamen Schakeltechniek

Lucht in je longen. Streep de foute woorden door. Hoe komt lucht in je longen? Zet een cirkel om de dieren met longen.

keuringsformulier levensverzekering - uitgebreid

Hoofdstuk 1 Grafieken en vergelijkingen

5 Straling en gezondheid

CAT B / Cursusafhankelijke toets

10 Zonnestelsel en heelal

Diagonaalvlakken. Verkennen. Uitleg. Opgave 1

Hoofdstuk 4 De afgeleide

Hoofdstuk 4 De afgeleide

Noordhoff Uitgevers bv

Zelfstudie practicum 1

Tentamen B. 24 december Overzicht. Instructies. Thema 1.2: Stoornissen in het milieu interieur. Tentamencoördinator Dr. J. van der Steen.

VRAGEN EN STELLINGEN ALFA ACCOUNTANCY MKB VALLEIREGIOTEST 2012

Oefentoets + antwoorden CAT Het verhaal van de patiënt De vragen EEN tot en met ZES zijn gebaseerd op onderstaande casus:

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Niet waar: Ook glanzende oppervlakken zoals een glimmende auto kunnen als spiegel gebruikt worden.

Wat is goed voor een mooie, gezonde huid? Kruis de goede antwoorden aan. weinig slaap. buitenlucht goede voeding. ontspanning veel fruit eten

CAT B / Cursusafhankelijke toets voor Cohort 0607

Noordhoff Uitgevers bv

Lekker puzzelen en lekker met taal bezig zijn. Puzzel mee! Ria van Adrichem Leonie van de Wetering. jaargang /2007. serie 7

Wiskunde voor 2 vwo. Deel 1. Versie Samensteller

Oefentoets CAT B / Cursusafhankelijke toets

CAT B / Cursusafhankelijke toets

Privé Pakket - Categorie Personen

Transcriptie:

VUm-omps toetsing Toets CAT 1.2.1 / Cursusfhnkelijke toets Cursus Cursusoörintor Toetsoe Stuiejr/ fse Gelegenhei Cursus 1.2.1. Homeostse Nm r. A.M.W. vn Dm/ r. D.P.Veermn CAT121T/20-02-2006 Eerste jr/ Bhelor 1 e (T) Toetstum 20 feruri 2006 Tij 12.00-14.00 uur Toetsuur 2 uur Plts e TenT-hl (op het terrein vn e VU) Antl en type vrgen 50 vierkeuzevrgen / een ntwoor is orret Antl versies 1 Druk tweezijig erukt Antl pgin s toets 13 inlusief it voorl Toegestne hulpmielen geen Inleveren n floop ntwoorformulier met nm en stuentnummer De toetsopgven n floop wel meenemen Antwoorsleutel n floop op Blkor CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 1

1 Welk symptoom pst NIET ij een (vroege fse vn een) riogene shok?. thyrie. ryrie. vsoilttie. zweten. 2 Een vooreel vn ntiiperene homeosttishe ontrole systemen is. hoge groeihormoonspiegels tijens e nht. limtistie. pttie. hoge kliurese geurene e g. 3 Onze lihmstempertuur kent een irine ritmiek. Wnneer is onze lihmstempertuur het lgst?. om 12 uur s nhts. n het ein vn e mig. in e vroege ohten. om 12 uur s migs. 4 Welke strutuur in e hersenen stuurt irine ritmes?. nuleus meltonis. nuleus suprhismtius. hypofyse. sinusknoop CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 2

5 In ovenstn figuur ziet u e mehnismen ie e lihmstempertuur reguleren. Welke onerelen woren ngestuur oor het sympthishe zenuwstelsel?. 1,2 en 3. 2,3 en 4. 1,3 en 4. 1,2 en 4. 6 Tijens het fitnessen krijgt Anne het zo wrm t hr T-shirt nt wort vn het trnspireren. Welk effet heeft it vohtverlies?. toegenomen wrmteproutie. verminere wrmteproutie. toegenomen wrmteverlies. verminer wrmteverlies. 7 Prostglnine synthese remmers zols spirine (etylsliylzuur) eïnvloeen. ylo-oxygense 1 en 2. ylo-oxygense 1 en lipoxygense. ylo-oxygense 2 en phospholipse A2. lipogense en phospholipse A2. 8 Coïne. heeft een grote therpeutishe reete. heeft vtverwijene eigenshppen. is één vn e lkloien vn opium. is een loklnesthetium. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 3

9 Niotine grijpt n op. longspeifieke etylholine reeptoren. ionotrope etylholine reeptoren. holine trnsporteiwitten. G-eiwit gekoppele etylholine reeptoren. 10 Norrenline grijpt iret n op. G-eiwit gekoppele reeptoren. ionknlen. seon messengers. reeptoren in e kern. 11 Cholinesterseremmers. lokkeren e tivtie vn reeptoren oor etylholine. verhogen e etylholine onentrtie in e synps. remmen e (her)opnme vn etylholine in neuronen. verlgen e etylholine onentrtie in e synps. 12 Atropine remt e effeten vn. motorishe zenuwen. nervus vgus. renline. norrenline. 13 Seletieve α 1 -renoreeptorgonisten veroorzken. hrtfrequentiestijging. pupilvernuwing. loerukstijging. ling gluose spiegel. 14 Plotseling stken vn hronishe toeiening vn β reeptorntgonisten kn leien tot. hypertensie. ryrie. spierzwkte. hypoglyemie. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 4

15 Arenline veroorzkt. vernuwing ronhi. pupilverwijing. pupilvernuwing. ling hrtfrequentie. 16 De neurotrnsmitter vn postgnglionire symptishe vezels is meestl. norrenline. renline. serotonine. opmine. 17 De neurotrnsmitter vn pregnglionire vezels is. etylholine. norrenline. renline. serotonine. 18 De volgene reeptoren woren gestimuleer oor etylholine:. serotonerge reeptoren. musrine reeptoren. opmine reeptoren. renerge reeptoren. 19 Een G-eiwit estt uit een lf, èt en gmm suunit. De tivering en intivering vn een G-eiwit komen tot stn oor:. e èt suunit lleen. e èt suunit in omplex met e gmm suunit. e lf suunit lleen. e lf suunit in omplex met e gmm suunit. 20 Reeptoren zijn nwezig. in e nuleus vn e el, en NIETop e plsm memrn of mitohonrien. op e plsm memrn vn e el, en NIET in e nuleus. in e nuleus en op e plsm memrn vn e el. in e mitohonriën vn e el. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 5

21 Bovenstn figuur geeft e log osis-werkingsurven vn e frm A, B en C weer. E mx stt voor het mximle effet vn het frmon (= 100%). Uit eze urven lijkt:. frm C en B zijn volle gonisten. frm A en C heen ezelfe ffiniteit. frm C en B heen een vershillene intrinsieke effetiviteit. frm A en B heen ezelfe ffiniteit. 22 Bij overosering vn een ompetitieve reeptorntgonist, kunnen ongewenste effeten effiiënt estreen woren oor toeiening vn een:. volle non-ompetitieve ntgonist voor ezelfe reeptor. volle gonist voor een funtioneel ntgonistishe nere reeptor. prtiële ompetitieve ntgonist voor ezelfe reeptor. volle gonist voor ezelfe reeptor. 23 Elimintie vn een frmon vint plts vi. e lever en nieren. e lever en milt. e nieren en pnres. e milt en pnres. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 6

24 Wt is e plsm-elimintie hlfwre tij vn het frmon in ovenstn figuur?. 2 uur. 4 uur. 6 uur. 8 uur. 25 De (ortho)sympthishe innervtie vn e ekkenorgnen in het kleine ekken wort verzorg oor. e nervus splnhnius mjor. e nervus vgus. een plexus vn zenuwvezels fkomstig uit e ruggenmergsegmenten Th12 L2. een plexus vn zenuwvezels fkomstig uit e zijhoorn vn e 2 e 4 e srle ruggenmergsegmenten. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 7

26 In eze shemtishe tekening is het shuin gereere, entrl gelegen orgn het pnres. Ientifieer e nijgelegen orgnen. Welk vn e volgene ominties is juist?. 8 = ijnier; 6 = olon trnsversum; 11 = uoenum. 6 = uoenum; 9 = linker nier; 11 = flexur oli extr. 11 = flexur oli sinistr; 7 = nier; 9 = lever. 6 = uoenum; 8 = ijnier; 9 = milt. 27 De postgnglionire ellen vn het sympthishe zenuwstelsel zijn gelegen in. e grensstreng en e preverterle gngli. e grensstreng. juxt- en intrmurle gngli. e zijhoorn vn ruggenmergsegmenten C8/Th1 L2. 28 De hypofyse is gelegen in e sell turi innen e hersensheel en rij ruimtelijk nuw gerelteer n. e sinus mxillris. e sinus sphenoilis. e sinus frontlis. e orit. 29 De rteriële loevoorziening vn e shilklier is fkomstig uit tkken vn. e rteri rotis intern. e rteri rotis extern. e rteri rotis intern en e rteri sulvi. e rteri rotis extern en e rteri sulvi. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 8

30 De ellen vn e ijniershors proueren steroïe hormonen. Dit is histologish goe te zien omt. e ellen liht ytoplsm met lipienlsjes heen. e ellen in ompte strengen liggen. het weefsel goe gevsulriseer is. e ellen geen enoplsmtish retiulum evtten. 31 Gle spierellen. evtten in serie geshkele sromeren. heen meerere kernen per el. kunnen enige mnen n e geoorte niet meer elen. ontrheren oor een sliing-filment mehnisme. 32 Bij een hypofysetumor ie teveel ACTH proueert wort gevonen:. een verlg ortisol. een verlg loesuiker. een verlg CRH. een verlge loeruk. 33 Overmtig joiumgeruik in voeing kn nleiing geven tot. hshimoto thyreoiitis. ppillir shilklier rinoom. hyperthyreoiie. retinisme. 34 Blokkeren vn het enzym shilklierperoxise leit tot. ling vn joium-opnme oor e shilklier. verminere omzetting vn T4 in T3. stijging vn het plsm TSH-gehlte. fnme vn het shilkliervolume. 35 De rile symptomen vn hyperthyreoïie komen overeen met ie vn een verhooge sympthishe tiviteit. Dit komt omt ij hyperthyreoïie. het ntl α-renerge reeptoren op e hrtspierel lt. e plsm teholmine-spiegels stijgen. e prsymptishe tiviteit lt. het ntl β-reeptoren op e hrtspierel stijgt. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 9

36 Cretinisme ij een kin vn 12 jr is het gevolg vn een gerek n. TSH tijens e foetle fse. groeihormoon tijens e neontle fse. shilklierhormoon tijens e neontle fse. TSH vnf e geoorte. 37 Wt onersheit T4 oner nere vn T3?. e hlfwretij vn T4 is korter n ie vn T3. T4 is iologish miner tief n T3. T4 is voor 99% n plsm-eiwitten geonen, T3 voor miner n 45%. e shilklier proueert miner T4 n T3. 38 Perifere omzetting vn T4 nr T3 in iverse weefsels. wort gektlyseer oor shilklierperoxise. is e elngrijkste ron vn iruleren T3. neemt toe ij ernstige ziekte. wort gestimuleer oor TSH. 39 Insulin Growth Ftor-1 (IGF-1) wort geproueer in. osteolsten (otvormene ellen). e lever. e hypothlmus. e hypofyse. 40 Binnen e gehele groep ptiënten met ietes mellitus, komt ietes type 1 nr shtting voor ij. 10%. 30%. 40%. 50%. 41 Veel ptiënten met ietes mellitus type 1 heen vroege vershijnselen ls veel rinken, orst en roge mon. Dit ontstt oor. proteïnurie (eiwit uitsheiing met e urine). gluosurie (gluose uitsheiing met e urine). lipolyse (vetfrk). gluoneogenesis (gluose nmk uit minozuren in lever). CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 10

42 Autoriene stoffen heen effet op. pemker ellen. e el ie e utoriene stof fsheit. ellen op fstn met speifieke reeptoren. enotheel reeptoren. 43 Insulitis estt uit een infiltrtie vn eilnjes vn Lngerhns oor T H1 en CD8+ (ytotoxishe) T-ellen. Insulitis is kenmerken voor e vroege fse vn. type II ietes. type I ietes. type I en type II ietes. type III ietes. 44 Dietishe retinopthie, nefropthie en neuropthie zijn primir het gevolg vn she n. rteriolen en pilliren. pilliren en postpillire venulen. rteriolen en postpillire venulen. pilliren. 45 Wnneer e onentrtie vn insuline in het plsm stijgt, leit it tot. verlging vn e opnme vn gluose in ipoyten. verhoging vn e synthese vn triglyerien in e lever. verhoging vn e glyogeen frk in e spieren. verhoging vn e synthese vn ketonen in e lever. 46 Het egrip ziekenrol heeft iverse kenmerken. Een vn ie kenmerken is het NIET nr het werk uitenshuis gn. Drvoor gelt t vn lle Neerlners gemiel op een g. 5% thuis lijft wegens ziekte. 10% thuis lijft wegens ziekte. 15% thuis lijft wegens ziekte. 2% thuis lijft wegens ziekte. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 11

47 De WGBO (Wet op e Geneeskunige Behnelings Overeenkomst) kent rehten en plihten voor e ptiënt en/of voor e zorgverlener. Oner eze wet vlt oner nere e volgene uitsprk:. e ptiënt heeft er reht op t zijn zorgverlener hem esgevrg informeert over ziekten vn loeverwnten. e zorgverlener eslist uiteinelijk zelf of er eventueel een ehneling volgt of niet. e zorgverlener is wel verpliht gunstige informtie te geven n een ptiënt, mr voor miner gunstige informtie gelt ie verplihting niet. zoner toestemming vn e ptiënt mogen neren n e irete zorgverleners het meishe ossier niet inzien. 48 De huisrts volgt het ignostish spoor ij een ptiënt met uizelighei ls hoofklht. Hij/zij vrgt n oner nere. of er psyho-soile ftoren vn invloe zijn op e klht. hoe e ptiënt omgt met e klht. nr eigen ieeën vn e ptiënt over e oorzk vn e klht. of e ptiënt zih zorgen mkt over e klht. 49 Mrieke, 20 jr, gt ij e huisrts lngs. Zij heeft sins een mn nvllen vn uikpijn. De vrg vn e huisrts ij het eerste gesprek: Wroor wort e pijn erger, ijvooreel n een mltij, of ij stress?. is een onereel vn ALTIS. ehoort ij e trtus igestivus. pst in het hulpvrgspoor. zegt iets over e intensiteit vn e hoofklht. CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 12

50 In een litertuurlijst ij een onerzoeksrtikel over gstro-intestinle effeten vn ox-2 remmers ziet u een verwijzing nr een nere pulitie. U wilt eze pulitie opzoeken en lezen. De verwijzing ziet er zo uit: Ukw H, Ymkuni H, Kto S, Tkeuhi K. Effets of ylooxygense-2 seletive n nitri oxie-relesing nonsteroil ntiinflmmtory rugs on muosl ulerogeni n heling responses of the stomh. Dig Dis Si. 1998 Sep;43(9):2003-11. Wr is eze pulitie te vinen?. In e serie Digestive iseses n sienes (uitgegeven vnf 1998), rvn eel (volume) 9 (uitgegeven novemer 2003), en rin hoofstuk 43. In het tijshrift Digestive iseses n sienes jrgng 2003, eel (volume) 43, flevering 11. In het tijshrift Digestive iseses n sienes vn het jr 1998, eel (volume) 43, flevering 9, op pgin 2003 t/m 2011. In het oek Digestive iseses n sienes, eitie 2003 (oorspronkelijk uitgegeven in 1998), in hoofstuk 43, prgrf 9, vnf pgin 11 CAT 1.2.1 / 14-02-06 / uovs. / fit Henk Groenewegen en Anne-Mrie vn Dm 13