Interactiewijzer. verstegen@interactiewijzer.nl



Vergelijkbare documenten
Interactiewijzer Rob Verstegen

Kinder-BOTS. Rob Verstegen & Henny Lodewijks. Aanvullend materiaal bij Interactiewijzer, 10e herziene druk, 2018

Jongeren-BOTS. Rob Verstegen & Henny Lodewijks. Aanvullend materiaal bij Interactiewijzer, 10e herziene druk, 2018

Vragenlijst Pedagogische Stijl

Roos van Leary. Mijn commentaar betreffende de score Mijn score was 4 punten van de 8.

Bijlagen bij deel III

Pedagogische opleiding theorie. Doelstellingen. Doelstellingen. Hoofdstuk 1 Communicatie en feedback. De kennis over de begrippen:

CoachWijzer Houvast bij het vormgeven van effectieve begeleiding

BOTS Jonge kind. Rob Verstegen & Henny Lodewijks. Aanvullend materiaal bij Interactiewijzer, 10e herziene druk, 2018

Inspirerende Tweedaagse Cursus Interactiewijzer

Vliegende start voor (startend) onderwijspersoneel

[PILOT] Aan de slag met de Hoofdzaken Ster

Reflectiegesprekken met kinderen

INTERACTIEWIJZER VOOR HET JONGE KIND

AMETHIST Developing People

Communiceren is teamwork

Het gedragmodel. 1. Inleiding

Werken met jouw eigen omgangsstijl. Arno Willems, GZ-psycholoog MFCG

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

4 soorten relaties Is er een vraag om hulp?

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen.

Interviews: - interview: vragen gast - vragen pleeggezin - vragen aan begeleider van Open Thuis - Interview met de dienst VMG :

DEEL 1. WERKBOEK 5 Eigen keuze Monique van Dam YOU: De keuze is aan jou!

Interactie en communicatie. Communicatie

Inleiding. Autisme & Communicatie in de sport

SPEELWIJZE LEIDERSCHAPSSPEL

Stress & Burn Out. ubeon Academy

Leerlijn Omgaan met ongewenst gedrag Workshop 1: HGW, gedrag kennen en zien

Ontwikkeling. Opleiding Persoonlijke Ontwikkeling

Speel het spel. stimulansen

Formulier A. Inventarisatie takenpakket

Vragenlijst Interactionele Stijl

Personal ARROW. Van: Next Arrow Coachdiensten. De positieve benadering richting gewenst resultaat!!

Luisteren en samenvatten

ASSERTIVITEIT. beter communiceren vanuit jezelf

Het Brugse Model de flow chart

Probleemgedrag begrijpen en preventief aanpakken

Feedback. in hapklare brokken

Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Prentenboeken: Les 10: Hoe zeg ik nee. Lesoverzicht. Basis

De begeleider als instrument bij gedragsproblemen

Overzichtskaart 3. Opvoedingsondersteuning. voor hulp bij opvoedingsvragen en lichte opvoedproblemen

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Communiceren met ouders. Silke Jansen Orthopedagoog Gezin en Gedrag REC 4 Vierland

Toetsopdracht. Communicatieve vaardigheden 2 de stage(cova 2S) Naam: Sanne Terpstra. Studentnummer: Klas: 2B2

Zorg voor je carrière. Neem gerust contact op of maak een afspraak. Telefoon: (030) of

Hulpverlening Lijn5. Kom verder! LVB-ZORG PROVINCIE UTRECHT. Algemene informatiefolder voor jongeren, ouders en verwijzers

In gesprek gaan met ouders in verband met een vermoeden van kindermishandeling

PESTPROTOCOL DE BOOG. Koudenhovenseweg Zuid AC Eindhoven T: E:

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren

Voorwoord 5. Hoe coach ik mijn klas? 15. Hoe word ik didactisch competenter? 17. Hoofdstuk 1 Wat is goed onderwijs? 19

Leerjaar 4: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

Vragenlijst: Wat vind jij van je

Jonge kinderen met afstemmingsproblemen in hun relatie tot de omgeving. Rob Neyens

KEN JE HEERSGEEST. Het werkmateriaal Ken je heersgeest is een onderdeel van de website Krachtenspel.nl.

Adviezen in een hulpverlenend gesprek: zegen of vloek? Door: Johan Clarysse, stafmedewerker Tele-Onthaal West-Vlaanderen

MEE Nederland. Raad en daad voor iedereen met een beperking. Moeilijk lerend. Uitleg over het leven van een moeilijk lerend kind

Strategisch netwerken. 02 september 2015

COMMUNICEREN VANUIT JE KERN

Ik wil die mensen niet lastigvallen Behoeften, drempels en deuren voor jongeren als slachtoffer van geweld

Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg

Deel het leven Johannes 4:1-30 & december 2014 Thema 4: Gebroken relaties

Met het hele gezin gezond het nieuwe jaar in

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek.

Kinderen, lief maar. Wegwijzer Steenwijk Woensdag 12 november Carolien Boschma en Sjoukje Huisman Centrum voor Jeugd en Gezin

Compassie leven. 52 wekelijkse inspiraties vanuit Geweldloze Communicatie. PuddleDancer Press Samengesteld door Monie Doodeman

MANIEREN OM MET OUDERPARTICIPATIE OM TE GAAN

Vaktherapie en groepstrainingen bij De Hoenderloo Groep

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Leiderschap in Contact

ADHD en lessen sociale competentie

Omgaan & Trainen met je hond Door: Jan van den Brand. (3 e druk) 2015, Jan van den Brand adviescentrum.nl

De oplossingsgerichte flowchart

De wijze waarop we op elkaar reageren

Ik-Wijzer Ik ben wie ik ben

Wat heeft dit kind nodig?

Effectief omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag

Dit PESTPROTOCOL heeft als doel:

wat is passend? naar aanleiding van Paulus brief aan de Kolossenzen wil ik dat uitwerken voor 4 categorieën vier kringen

Lesbrief bij Ik weet je te vinden van Netty van Kaathoven voor groep 6, 7 en 8

Van werkdruk naar werkplezier

Laat de jongeren de test conflictstijlen maken (zie bijlage 1). Naar aanleiding van de uitslag ga je in gesprek.

PESTPROTOCOL CBS De Borgh

MOEILIJKHEIDSGRAAD: -**- Een spreekbeurt geven, vraagt veel voorbereiding. Je moet immers vlot kunnen vertellen en je moet je luisteraars boeien.

ACHTERGRONDINFORMATIE Beschrijven van eigen leraarsgedrag volgens het model van Leary Vragenlijst interactief leraargedrag (VIL-wagenlijst)

Wees duidelijk tegen je klanten

Doelstellingen van PAD

Voormeting kandidaat

3 Hoogbegaafdheid op school

Dit document hoort bij de training voor mentoren blok 4 coachingsinstrumenten, leerstijlen.

Train-the-Trainer: agressiebeheersing. D-na voor ICOBA

Sta zonder twijfels en vragen, vol overtuiging en vreugde, in jouw authentieke kracht! Dit zegt een enthousiast gebruiker van deze planner:

Werken met jouw eigen omgangsstijl

In gesprek met medewerkers over verzuim

Oplossingsgerichte benadering MBO platformdag, 9 april 2015

Gerard, vandaag moeten we het eens over óns hebben... Adviseren. verhouding

SPELVARIANTEN. Bonus: Ondertussen oefen je met het geven en ontvangen van feedback en bouw je aan het vertrouwen in jouw team.

Online Titel Competentie Groepsfase Lesdoel Kwink van de Week

Leerjaar 3: Lesopbouw en suggesties (incl. bewijzenblad) voor leerroute A

De loopbaanchecklist

Transcriptie:

Interactiewijzer verstegen@interactiewijzer.nl

verstegen@interactiewijzer.nl

INTERACTIEWIJZER Positionering. Wat zijn je verwachtingen? Diagnostisch èn Handelingsgericht bespreek -instrument voor de interactie tussen: Leraren /professionele opvoeders en het kind Het kind en andere kinderen Jezelf en het kind? Jezelf en andere volwassenen in lastige professionele interactiesituaties? binnen een integrale sterkte/zwakte analyse van de problematiek (HGPD) zie ons artikel op: www.hgpd.nl Leerlingfactoren Schoolfactoren Gezinsfactoren Lichamelijk LERAAR Gezin GEDRAG GROEP Vrije Tijd Leren School Hulpverlening Interactiewijzer 1

met een specifiek bereik en afgrenzingen Storend Gedrag en Stoornissen Hulpvraag Handelen Aard, Ernst, Aantal Psychopathologie Interdisciplinaire principes Omgaan met Psychopathologie Rol van de leerkracht Educatieve therapie/ functionele relatie Chronische stijl- en Interactionele principes interactieproblemen Interactiewijzer Functionele relatie Structureren van de relatie Af te bakenen gedragsvragen Incidentele interactievragen Leertheoretische principes: Straffen zal ze leren? Adaptieve principes Omgaan met Verschillen Sociale `ondersteuning Rolduidelijkheid/ gezond verstand Rob Verstegen KERN: Eén kader voor analyse èn aanpak (H)erkenning van interactionele valkuilen en bij jongeren, bij leraren (bij jezelf). geeft directe aanwijzingen voor: Effectieve Houdingswijziging bij leraren (vandaag in de focus) Gerichte Training van (zwakke) sociale vaardigheden bij de leerling Interactiewijzer 2

INTERACTIEWIJZER Theorie Wat willen we bereiken met opvoeden? Wat geven we (onze) kinderen dus mee? Waarom Interactiewijzer? Ontkent aanlegfactoren niet, maar nodigt uit tot werken aan... dat wat (nog) wel haalbaar is, bij voorkeur daar waar dat het meest effectief is on the spot, op school, in gezin, in leefgroep... middels sociale vaardigheden in het leven van alledag (eventueel na droog-oefenen in bijv. SOVA-training, spelen andere alsof situaties.) Theorie: Basisbegrippen Communicatie heeft inhoudsaspect en bevelsaspect (=betrekkingsaspect) Betrekkingsaspect ( uitstraling ) beinvloedt overwegend interactiecirkels Betrekkingsaspect kan voor een groot deel weergegeven worden op twee assen: BOVEN-ONDER (wie leidt, wie volgt) SAMEN-TEGEN( gericht op ander of zelf) Interactiewijzer 3

De Interactiewielen Zet die assen op elkaar. Wanneer je ook nog aangeeft op welke as de meeste nadruk ligt dan ontstaat er een wiel met 8 octanten (bijv. BS of SB, zie wiel) Steekwoorden geven per octant een globale beschrijving van de sociale vaardigheden die bij die communicatiestijl horen. (zie lijst sociale vaardigheden) Geef per octant eigen voorbeelden Elke sociale vaardigheid in gepaste mate op het juiste moment kunnen aanwenden is het ideale interactieprofiel maar (gelukkig) ook nagenoeg onbereikbaar? Interactiewijzer 4

INTERACTIEWIJZER Analyse Wie houdt wie, op welke manier gevangen? Vervolg 1 Interactiewielen Voor elk van de wiel-octanten geven we aan in hoeverre het kind daarin sociale vaardigheden laat zien (normaal, te veel, te weinig, exces, tekort ) Zowel naar leraar/opvoeder/begeleider (subjectief!) als naar de groep toe (zo objectief mogelijk!) Twee wielen dus. In de buitenbanden geven we de reacties van leraar/opvoeder/begeleider en groep aan. De BOTS-vragenlijst is hulpmiddel zie bijv. de uitdraaien van het computerprogramma Vragenlijsten - KIND - OPVOEDER KIND - ANDERE KINDEREN winnen leiden winnen leiden strijden zorgen volgen afzetten strijden zorgen afzetten volgen terugtrekken afwachten terugtrekken afwachten ν een grafische weergave van de resultaten in de INTERACTIEWIELEN Interactiewijzer 5

Vervolg 2 Interactiewielen Arceringen geven zwaartepunten aan Gebrek aan arcering geeft tekorten aan Voor het binnenwiel geldt: een ronde pannenkoek is het ideaalbeeld Voor het binnenwiel zijn exces -grenzen en (alleen rechts) tekort-lijnen aangegeven Voor de buitenbanden geldt: Hoe zwaarder de arcering des te meer worden sociale vaardigheden in dat segment bij het kind versterkt of uitgelokt door leraar/opvoeder/begeleider en/of groep AFSLUITING theorie en analyse Elke sociale vaardigheid in gepaste mate op het juiste moment kunnen aanwenden is het (onbereikbare) ideale interactieprofiel. Interactieproblemen kun je dan omschrijven in termen van excessen en/of tekorten aan bepaalde sociale vaardigheden bij één of beide partijen. Vooral bij onzekerheid vallen we sterk terug op interactieposities die we kennen als veilig. Daarmee engen we óók het gedrag van anderen in en blokkeren we ècht contact. Met Interactiewijzer brengen we in kaart hoe we dat zien en ervaren.. Sleutels voor verandering liggen in een andere houding van de leraren/opvoeder(s)/begeleiders en in training van zwakke sociale vaardigheden bij het kind... Interactiewijzer 6

INTERACTIEWIJZER Aanpak Verbeter het kind / de jongere, begin bij jezelf Twee veranderingsstrategieën Houdingsverandering van de leraar of leraren/opvoeder(s)/begeleider(s) Training sociale vaardigheden bij het kind Drie Begrippen bij het zoeken naar handelingsalternatieven Circulair (twee betekenissen) Complementair Symmetrisch Interactiewijzer 7

Drie begrippen: 1. Circulair Het is zinloos oorzaak en gevolg te zoeken in een interactieprobleem... We doen het in een cirkeltje met elkaar Sociale vaardigheden zijn in het interactiewiel circulair geordend.. Zo kunnen we zoeken naar de zone van aangrenzende ontwikkeling Drie Begrippen: 2. Complementair Complementaire opstellingen houden (probleem)gedrag chronisch in stand In grote lijnen: Onder roept Boven op Boven roept Onder op Samen roept Samen op Tegen roept Tegen op N.B. In het boek Interactiewijzer staat dat per positie veel fijnmaziger uitgewerkt met diverse uitzonderingen voor de relatie kind-therapeut/opvoeder. De laatste wordt immers meestal geacht de baas te zijn in die relatie Drie Begrippen: 3. Symmetrisch Symmetrische opstellingen spiegelen het gedrag in een bepaalde positie reageren met gedrag in dezelfde interactiepositie Dat leidt in een aantal gevallen tot escalerende golfbewegingen van wederzijds probleemgedrag Vechten tot je er bij neervalt, wachten tot je een ons weegt, elkaar de put in praten etc. Interactiewijzer 8

Strategie 1: Houdingsverandering leraar N.B. Ken of ontdek eerst je pedagogische of begeleidingsvoorkeursstijl! Ga eerst na of het probleemgedrag van de leerling daar een terechte reactie op is. Vragenlijst Interactionele Stijl (VPS) bijv. als werkmiddel GROVE VUISTREGELS voor houdingsverandering t.a.v. de (voor jou) problematische leerling: Vermijd tegengesteld (=complementair) gedrag op de as Onder-Boven. Vermijd ook (teveel) van hetzelfde (=symmetrie) gedrag op de as Samen-Tegen. En start neutraal!! Kies uit overgebleven alternatieven voor consistente houdingsverandering naar de leerling. zie het Ankerpunten-overzicht Vervolg Houdingsverandering Leraar De leraar / opvoeder kiest -vanuit een integer voornemen*- één à twee concrete oefen-items als begin om die houdingsverandering in de praktijk waar te kunnen maken (*de wil èn de overtuiging om zo te investeren ) Zorg voor een passende vormgeving en zorg voor regelmatige feedback... (koppelmaatje!!!) Overdrijf niet. In principe is er verder niks mis met iemands voorkeursstijl!!! Strategie 2: Training sociale vaardigheden (1) Ga eerst de peer- /groepssituatie na. *Wordt het kind daardoor overvraagd? *Is er sprake van extreme symmetrie? *Is er sprake van extreme complementariteit? Is dat het geval: overweeg dan eerst of de groep aangepakt kan worden of dat scheiding van die groep mogelijk is (in instellingen en scholen: eerst groepsaanpak of overplaatsing?) Is dat niet het geval: start dan met individuele training van specifieke sociale vaardigheden Interactiewijzer 9

Training sociale vaardigheden (2) Zoek of creëer omgangssituaties waarin zwak ontwikkelde sociale vaardigheden kunnen worden geoefend met het kind. Bespreek doel en verloop van de oefensituaties met het kind. Maak daar afspraken over en kom er regelmatig op terug. Zorg dat het kind resultaat kan boeken volgens de ABC-strategie van de zone van aangrenzende ontwikkeling Training Sociale Vaardigheden (3) ABC-strategie Bepaal waar het zwaartepunt (exces) ligt voor dit kind in het interactiewiel kind-groep Zijn de aangrenzende octanten voldoende ingevuld? Zoniet dan deze A-vaardigheden eerst trainen tot ze voldoende beheerst worden en voldoende response oproepen B-vaardigheden vinden we vervolgens in de octanten die grenzen aan A-vaardigheden. Bij tekorten: trainen en groepsreacties bezien C-vaardigheden in de overige drie octanten zijn voor dit kind het moeilijkst. Vragenlijsten - KIND - OPVOEDER KIND - ANDERE KINDEREN winnen leiden winnen leiden strijden zorgen A strijden zorgen A B B C volgen afzetten C C3 afzetten volgen terugtrekken afwachten terugtrekken afwachten ν een grafische weergave van de resultaten in de INTERACTIEWIELEN Interactiewijzer 10

Training Sociale Vaardigheden (4) Houd rekening met onbalans tussen interactieprofiel van het kind en reacties uit de groep. Zorg voor voldoende succes (=complementariteit) voordat je een volgende stap zet met het kind. Bezie steeds in hoeverre moet of kan worden begonnen met training in bijv. een SOVAgroep en/of andere alsof-situaties (individuele of groepstherapie) Interactiewijzer 11

Interactiewijzer voor het Jonge Kind een sociaal vaardigheidsprogramma voor 5 tot 8 jarigen Preventief Groeps- Programma Curatief Individueel Programma Interactiewijzer JOKI preventief De oorspronkelijke Interactiewijzer blijkt alleen bruikbaar vanaf 6 jaar Bepaalde voorwaarden worden daarbij als reeds ontwikkeld verondersteld Voor Jongere Kinderen bestaat er geen specifiek vóór-traject Conclusie: voorwaarden kun je helpen ontwikkelen... Uitgangspunten 1 Jonge kinderen moeten nog leren om vanuit het perspectief van de ander waar te nemen Jonge kinderen moeten nog leren dat er gedragsalternatieven zijn Jonge kinderen leren in interactie met hun omgeving, ontwikkelingsgericht, ervaringsgericht... Interactiewijzer 12

Uitgangspunten 2 Leren doen we door de cyclus: Benoemen Herkennen Toepassen Wat? 4 Gedragsalternatieven: werk je MEE? of werk je TEGEN? als een BAASJE? of VERLEGEN? Benoemen:door poppen, kleuren, liedjes, tekeningen, puzzels, poster, t-shirts, verhalen... Herkennen: in spelen, spelletjes, verhalen, prentenboeken, gedichten... Toepassen: middels Overnieuw!, rollenspel, gezelschapspelen, houdingsaanwijzingen voor de leerkracht (na invulling vragenlijst)... Hoe?: Middelen Belangrijkste middel : *ontwikkelingsgerichte leerkrachten *die kinderen steeds in allerlei interactievormen met de omgeving * de vier gedragsalternatieven laten ervaren *in betekenisvolle situaties Interactiewijzer 13

Wanneer?: Programma-accenten Benoemen: Dagelijks, merendeels groepsgericht... Herkennen: Langere periode gericht oefenen zowel groeps- als individueel gericht... Toepassen: In betekenisvolle situaties, merendeels individueel gericht... Interactiewijzer JOKI Curatief Basisprincipes van de oorspronkelijke Interactiewijzer: Analyse: Aangepaste BOTS-vragenlijst / computerprogramma Aanpak: houdingsverandering opvoeder training sociale vaardigheden Overnieuw! daarbij als een centrale werkvorm Materialen als reminder voor kind en groep Gaat heen en www.interactiewijzer.nl Veel succes met IAW-JOKI!!! Interactiewijzer 14

STAPPENPLAN Voor het uitwerken van een handelingsplan kan het navolgende stappenplan worden gevolgd. Voor behandelingssuggesties kind - opvoeder 1. Bepaal na het invullen van de BOTS vragenlijst bij welke interactiepositie een overdrijving voorkomt. * In de praktijk blijkt een score van +2 of +3, in combinatie met een plus in de buitenring, een waarschijnlijk exces te zijn. Een score van +4 of meer is in alle gevallen een exces. * Als er meer extremen zijn, bepaal dan welke interactiepositie als relatief het extreemst gezien kan worden. 2. In de inleiding van hoofdstuk 4 wordt verwezen naar diverse paragrafen die corresponderen met extreme interactieposities. Je zoekt de corresponderende paragraaf op en leest onder het hoofdje de situatie of de beschrijving past bij het betreffende kind. Waar het om gaat is of een van de beschreven posities op hoofdlijnen herkend wordt als het belangrijkste interactieprobleem tussen kind en opvoeder. * Zo ja, dan naar stap 3. * Zo nee, dan lees je of een volgend extreem van toepassing is. Als dat zo is, ga dan naar stap 3. 3. Onder het hoofdje aanpak worden vier handelingsingangen beschreven: * Je gaat na : attitude ten opzichte van dit type interactieprobleem * Je vermijdt : wat je niet of zo min mogelijk moet doen * Je professionele houding : wat de aangeraden houding is * Overdrijf niet : aanwijzingen om niet door te schieten bij dit type interactieprobleem 4. Tenslotte staat onder het hoofdje aanwijzingen voor de praktijk een aantal concrete en praktische aanwijzingen uitgewerkt van de aanpak. Het gaat natuurlijk altijd om maatwerk! Probeer de gegeven adviezen te vertalen naar de betreffende leerling. Pas daarom eventueel de adviezen aan of bedenk er in dezelfde geest.

Voor behandelingssuggesties kind - andere kinderen 1. Bepaal na het invullen van de BOTS vragenlijst bij welke interactiepositie een overdrijving voorkomt. * In de praktijk blijkt een score van +2 of +3 (in combinatie met twee of drie plussen in de buitenring) een waarschijnlijk exces te zijn. Een score van +4 of meer is in alle gevallen een exces. * Als er meer extremen zijn, bepaal dan welke interactiepositie als relatief het extreemst gezien kan worden en lees verder bij stap 2. * Als er geen enkel extreem is, dan kan gekeken worden naar de interactieposities waar tekorten zijn. Van een tekort is waarschijnlijk sprake bij een score van -2 of -3 in combinatie met twee of drie minnen in de buitenring. Van een tekort is zeker sprake bij een score van -4 tot -8. In het geval bij kind - andere kinderen géén sprake is van een exces en wel van één of meerdere tekorten, kunnen de corresponderende oefenvoorbeelden van hoofdstuk 5.9 doorgenomen worden. Bepaald moet dan worden in welke segmenten tekorten voorkomen. Vervolgens wordt op pagina 149 verwezen naar de oefenvoorbeelden, die bij die tekorten horen. 2. In de inleiding van hoofdstuk 5 wordt verwezen naar diverse paragrafen die corresponderen met extreme interactieposities. Je zoekt, na de bepaling van het exces, de corresponderende paragraaf op en leest onder het hoofdje de situatie of de beschrijving past bij de betreffende leerling. * Zo ja, dan naar stap 3. * Zo nee, bekijk dan of een volgend extreem beter past en als die past dan ga je naar stap 3. 3. Vervolgens worden onder het hoofdje aanpak vier substappen besproken. Onder het subhoofdje DE GROEP wordt gevraagd na te gaan of specifieke omstandigheden van de groep bepalend zijn voor de instandhouding van het probleem van de leerling. Als die omstandigheden spelen, dan worden aanwijzingen gegeven wat eraan te doen is. Onder het subhoofdje HET KIND worden in opklimmende moeilijkheidsgraad drie groepen sociale vaardigheden onderscheiden (zie voorbeeld figuur 3,2). Bij de A-, B-en C- vaardigheden wordt voor alle zekerheid telkens gevraagd na te gaan of er sprake is van een tekort bij het kind. Als er een tekort is, dan wordt verwezen naar de inhoudsopgave van paragraaf 5.9, waar verder gezocht kan worden naar concrete en praktische aanwijzingen hoe de betreffende sociale vaardigheden in volgorde kunnen worden uitgelokt. Ook hier geldt dat gestreefd moet worden naar maatwerk! De aanwijzingen geven suggesties, pas ze voor het betreffende kind aan. Gezien de veelheid aan mogelijke suggesties is het van belang uit te werken wat het eerste wordt aangepakt, wanneer dat wordt geëvalueerd en wat vervolgens wordt aangepakt. Bedenk hierbij dat succeservaringen erg belangrijk zijn.

Interactiewijzer: Ankerpunten voor de relatie jongere-opvoeder Ex Exces jongere Signalen bij opvoeder Wat niet doen o.a. Wat wel doen o.a. BS Teveel 'goedbedoelde' bemoeizucht naar jou toe * Irritatie aan de jongere ('nou even niet') *ofwel juist teveel overlaten aan de jongere ('die kan het zelf wel') *De jongere zich als eerste laten profileren naar jou toe, *Hulp inroepen van de jongere *De jongere 'vooraan'' laten staan. ("de hulpjuf of hulpleider") *Neutraal gedecideerde leidende houding. *Beperkte ruimte geven *Rechtvaardig de baas blijven, met enige afstand. *Adolescent: Metacommunicatief benoemen wat er gebeurt SB Te kleverig 'gezellig' iets samen met jou willen hebben, 'overzorgzaam' gedrag naar jou toe *Klef gevoel ('daar heb je d'r weer.') *ofwel soms een plezierig gevoel door aan wezigheid van deze jongere ('mijn steuntje in de groep') *Nabijheid zoeken, *Steun voor in de groep vragen of steun zoeken door de opvoeder ("het witte voetje") *Benoemen wat er gebeurt en afgrenzen aankondigen *Afstand nemen, ook fysiek en qua oog-contact. *Contact-alternatieven bij derden bieden. SO Te kleurloos volgzaam naar jou toe *Geen probleem voor mij; de jongere valt me niet op. ("ik heb wel andere jongeren om me drukker over te maken") *Teveel sturing geven. *Het wel best vinden zo ("jij doet niet moeilijk, ik ook niet") *Zelf de jongere volgen *Jongere eigen mening laten geven vóórdat jij je mening geeft. *Iets specifieks van deze jongere naar voren laten komen of specifiek 'maken'. OS Veel te afhankelijk van jou *Geneigd de jongere te gaan helpen, te beschermen. ("deze jongere heeft mijn steun hard nodig") *Teveel 'bemoederen', met zorgelijk en zorgzaam gedrag.te snel helpen *Teveel contact houden. ("kom maar, dan help ik je wel weer even") *Waar mogelijk jezelf bewust in afhankelijker 'onderposities' plaatsen naar dit jongere. *De jongere stapsgewijs (!) zelf richting laten bepalen, laten 'invullen', je laten helpen door de jongere OT Te teruggetrokken, gesloten naar jou toe *Uit isolement willen halen, Je zorgen maken over de jongere Je kunt er niet echt 'bij komen' ; ("als ik wist wat er echt in dat hoofdje omging") *Teveel aanmoedigen, *opdringerig zijn, te snel nabijheid zoeken, teveel willen praten met de jongere. ("Als je nou eens vertel nou toch eens wat er.. maar waarom dan niet.?") *Of -als je het 'moe' bentbekritiseren, negeren. ("dan moet je het zelf maar weten ") *Geduld en gepaste afstand! *Voorzichtig aansluiten bij (de weinige) momenten van positievere beleving en eigenheid van de jongere *Eerder samen doen dan samen praten. *Onderwerpen zeer concreet en klein houden *Verandering voorzichtig herlabelen als winst TO Chronisch ontevreden of verongelijkt naar jou. *Irritatie, zin om deze jongere eens aan te pakken. ('dat gezeur' of 'dat gedoe' ook altijd.) *Afwijzend benaderen, *Kwaad worden. ("ach, jij hebt toch altijd wat te zeuren.") *Of ongenuanceerde kritiek juist te snel inwilligen ("nou, dan maar niet.") *Van mopperen opperen maken *Kritiek laten verduidelijken, vaagheden geduldig uitspitten *Verantwoordelijk maken voor waar de jongere in afwijkt, of ontevreden over is *Concrete alternatieven laten aandragen en uitwerken (SMART) en die ondersteunen TB Gedrag met een te agressieve lading naar jou toe *Willen straffen, verwijderen, agressief terug willen reageren (ook met bestraffende kritiek) *Opgelucht zijn als deze jongere er eens niet is ("straks loopt het nog eens uit de hand ") *Afwachten ("wat moet ik hier nou mee?") *Of kleineren, anderszins agressief benaderen. ("Nog één keer en dan zul je er echt van lusten, manneke ") *Emotioneel-neutraal blijven en grenzen stellen *Preventief handelen. *Steun van collega s regelen (achterwacht). *Zoek nabijheid als het probleem niet speelt. BT Te zelfbepalend of rechtstreeks eisend naar jou, gaat machtsstrijd aan *Ik moet hem/haar eronder zien te houden of te krijgen, ("Deze jongere zàl naar mij luisteren ") *Je op de kast laten krijgen, merkbaar geëmotioneerd raken, openlijke machtsstrijd ("dat zullen we nog wel eens zien..") *Of afwachten, meegaan, ontzag voor de jongere ("toe nou asjeblieft.") *De baas (van het proces) blijven, zonder de strijd aan te gaan, of te onderhandelen. *Emotioneel neutraal blijven. *Geef aandacht als gunst op de 'betere' momenten