Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen



Vergelijkbare documenten
Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 16 januari uur Aantal opgaven: 5

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Tentamen Wiskunde B. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen die in het examen vwo wiskunde B wordt opgenomen

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 dinsdag 25 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Vlakke meetkunde. Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 21 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 maandag 15 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde B vwo 2017-II

Eindexamen wiskunde B vwo I

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen VWO wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 19 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

BETALES. Wiskunde B. Examenoefeningen VWO. A. Smit BSc 3/14/2017

wiskunde B bezem vwo 2018-I

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei 13:30-16:30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

wiskunde B vwo 2016-I

wiskunde B vwo 2017-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2013-I

Examen VWO. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-II

Examen VWO wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 22 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Eindexamen wiskunde B vwo II

wiskunde B bezem vwo 2018-II

wiskunde B vwo 2015-II

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 13 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Centrale Commissie Voortentamen Wiskunde. Syllabus voortentamen Wiskunde B

Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting.

Voorbeeldtentamen Wiskunde B

Tentamen Wiskunde B CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE. Datum: 19 december Aantal opgaven: 5

LANDSEXAMEN VWO

LANDSEXAMEN VWO

Samenvatting stellingen uit de meetkunde Moderne Wiskunde voor het VWO (bovenbouw)

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 donderdag 23 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

LANDSEXAMEN VWO

wiskunde B vwo 2016-II

STELLINGEN & BEWIJZEN 5VWO wiskunde B 1 e versie

Voorbeeldtentamen Wiskunde B

Diagnostische toets. AMB stelling van de omtrekshoek AMB ˆ ANB. AQB ARB ˆ 180 koordenvierhoekstelling =

Centrale Commissie Voortentamen Wiskunde Uitwerkingen Voortentamen Wiskunde B 28 januari 2013

12.1 Omtrekshoeken en middelpuntshoeken [1]

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 18 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Vlakke Meetkunde. Les 1 Congruentie en gelijkvormig

Uitwerkingen Mei Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

7.0 Voorkennis. Definitie = Een afspraak, die niet bewezen hoeft te worden.

8.1 Gelijkvormige en congruente driehoeken [1] Willem-Jan van der Zanden

Katern 3. Meetkunde. Inhoudsopgave. Inleiding. 1 Hoeken 2. 2 Congruentie en gelijkvormigheid 4. 3 Driehoeken 8. 4 Vierhoeken 12

Examen VWO wiskunde B. tijdvak 1 woensdag 16 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Tentamen Wiskunde A. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen

wiskunde B vwo 2017-I

4.0 Voorkennis. 1) A B AB met A 0 en B 0 B B. Rekenregels voor wortels: Voorbeeld 1: Voorbeeld 2: Willem-Jan van der Zanden

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur. Achter dit examen is een erratum opgenomen.

Centrale Commissie Voortentamen Wiskunde Uitwerkingen Voortentamen Wiskunde B 11 juni 2012

Voorbeeld paasexamen wiskunde (oefeningen)

Uitwerkingen tentamen Wiskunde B 16 januari 2015

12 Bewijzen in de vlakke meetkunde

Eindexamen wiskunde B1-2 vwo 2008-II

2 1 e x. Vraag 1. Bereken exact voor welke x geldt: f (x) < 0,01. De vergelijking oplossen:

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

2010-I. A heeft de coördinaten (4 a, 4a a 2 ). Vraag 1. Toon dit aan. Gelijkstellen: y= 4x x 2 A. y= ax

Formulekaart VWO wiskunde B1 en B2

HZH: c, α en β ZZR: a, b en β

Atheneum Wispelberg - Wispelbergstraat Gent Bijlage - Leerfiche (3 e jaar 5u wiskunde): Meetkunde overzicht

dan liggen C en D op dezelfde cirkelboog AB (constante hoek) dus A, B, C en D liggen op één cirkel, dus ABCD is een koordenvierhoek

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Laat men ook transversalen toe buiten de driehoek, dan behoren bij één waarde van v 1 telkens twee transversalen l 1 en l 2. Men kan ze onderscheiden

14.0 Voorkennis. sin sin sin. Sinusregel: In elke ABC geldt de sinusregel:

2010-II bij vraag 1. Vooraf: De stelling van de constante (omtreks)hoek.

Eerste en derdegraadsfunctie

3.1 Soorten hoeken [1]

Eindexamen wiskunde B 1-2 vwo I

Samenvatting. Hoofdstuk 4. Machtsfunctie De functie f x x n heet een machtsfunctie. Het verloop van de grafiek hangt af van de waarde van n.

2012 I Onafhankelijk van a

Correctievoorschrift VWO

Vraag Antwoord Scores. 1 (dus de oppervlakte. van V en de oppervlakte van driehoek OAB zijn gelijk ) 1

Examen VWO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Eindexamen vwo wiskunde B II

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 1 woensdag 20 mei uur

Meetkundige Ongelijkheden Groep 2

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2.

Examen VWO. wiskunde B1,2. tijdvak 1 dinsdag 2 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 20 juni uur

Meetkunde. Trainingsweekend januari Gerichte hoeken. gerichte hoeken, driehoeksongelijkheid, Ravi

Extra oefeningen: de cirkel

Vl. M. Nadruk verboden 1

Examen VWO. wiskunde B1,2

Eindexamen vwo wiskunde B pilot II

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

Figuren en invulbewijzen

Correctievoorschrift VWO. Wiskunde B Profi (oude stijl) Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs. Tijdvak 1

Transcriptie:

CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN WISKUNDE Tentamen Wiskunde B Datum: 8 juli 04 Tijd: 4.00-7.00 uur Aantal opgaven: 5 Zet uw naam op alle in te leveren blaadjes. Laat bij elke opgave door middel van een redenering, een berekening of een toelichting op het gebruik van de grafische rekenmachine zien hoe het antwoord verkregen is. Als deze ontbreekt worden voor het antwoord meestal geen punten toegekend. Schrijf leesbaar en met inkt. Gebruik geen tipp-e o.i.d.. Gebruik van een potlood is alleen toegestaan bij het tekenen van grafieken. Bij het tentamen kunt u gebruik maken van een (grafische) rekenmachine van een type dat goedgekeurd is voor het Centraal Eamen Wiskunde van het vwo. Overige hulpmiddelen, zoals formulekaart, BINAS en tabellenboek zijn NIET toegestaan. Op bladzijde 4 is een lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen afgedrukt. Het gebruik van een mobiele telefoon of andere telecommunicatieapparatuur tijdens het tentamen is verboden. Op www.ccv.nl vindt u vanaf begin volgende week: de uitwerkingen van dit tentamen; de stand van zaken van de correctie van het tentamen. U wordt dringend verzocht om de Open Universiteit niet te bellen of te mailen over uw uitslag. Deze wordt zo spoedig mogelijk naar u opgestuurd. Te behalen punten per onderdeel: Opgave 3 4 5 a 6 4 5 6 4 b 3 3 4 7 3 c 6 3 6 6 6 d 6 4 8 Totaal 5 0 3 Cijfer = behaald aantal punten 0 +

Hiernaast ziet u de grafiek van de functie f () = 9 ln. 6 pt a Bereken eact de coördinaten van het buigpunt van de grafiek van f. 3 pt b Toon aan dat F() = 3 (3 ln ) een primitieve is van f. In de figuur wordt het grijze vlakdeel begrensd door de -as, de grafiek van f en de lijn = e. 6 pt c Bereken eact de oppervlakte van dit vlakdeel. y De punten A, B en C in de figuur hiernaast zijn hoekpunten van een gelijkzijdige driehoek. Op de cirkel door A, B en C ligt een punt D. D ligt op de cirkelboog tussen de punten A en B. Op het verlengde van het lijnstuk BD, aan de kant van D, ligt het punt E zo, dat AE = DE. Op bladzijde 3 vindt u een vergrote afdruk van deze figuur. C A D B 4 pt a Bewijs dat ADE een gelijkzijdige driehoek is. 3 pt b Bewijs dat de driehoeken CAD en BAE congruent zijn. 3 pt c Bewijs dat DC = DA + DB E 3 Gegeven de functies f a () = + a en g() =. 5 pt a Bereken voor welke waarden van a de grafiek van f a een horizontale raaklijn heeft. 4 pt b Bepaal het bereik van de functie f. Motiveer uw antwoord zonder gebruik de maken van de grafische rekenmachine. 6 pt c Los algebraïsch op: f () = g(). V is het vlakdeel dat wordt ingesloten door de grafiek van g, de grafiek van y = en de lijnen = en = 4. 6 pt d Bereken algebraïsch de oppervlakte van V. c CCVW 04 pagina van 4

4 Gegeven de functies f () = cos() + cos( 3 π ) en g() = sin() + sin( 3 π ). Punt A is het punt op de grafiek van f waarvoor geldt A = 6 π. 6 pt a Stel met een eacte berekening een vergelijking op voor de raaklijn aan de grafiek van f in punt A. 7 pt b Los de vergelijking g() = 0 algebraïsch op en geef alle oplossingen op het interval [ π,π]. De functie h wordt gegeven door h() = f () g(). 6 pt c Toon algebraïsch aan dat h () = 0 voor alle in het domein van h. 4 pt d Beschrijf met behulp van het resultaat van vraag c het verloop van de grafiek van h. 5 Gegeven de functie f () = e. P (p, f (p)) is een willekeurig punt op de grafiek van f. 4 pt a Toon aan dat de vergelijking van de raaklijn aan de grafiek van f in punt P geschreven kan worden als y = e p ( + p ). Voor p > 0 snijdt de raaklijn aan de grafiek van f in punt P de y-as in punt Q en de -as in punt R. Zo ontstaat de driehoek OQR (het grijze gebied in de figuur hieronder). y Q P p R 3 pt b Toon aan dat voor iedere p > 0 de oppervlakte van driehoek OQR gelijk is aan (p + ) e p. 6 pt c Bereken eact de waarde van p waarvoor de oppervlakte van driehoek OQR maimaal is. V is het vlakdeel dat wordt ingesloten door de grafiek van f, de horizontale lijn y = en de y-as (het grijze gebied in de figuur hieronder). y ln 8 pt d Bereken eact de inhoud van het omwentelingslichaam dat ontstaat als V gewenteld wordt rond de -as. c CCVW 04 pagina van 4

Antwoordblad bij opgave Naam: C B D A E c CCVW 04 pagina 3 van 4

Lijst van formules en verwijzingen naar definities/stellingen voor het voortentamen Wiskunde B Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte hoek, rechte hoek, overstaande hoeken, F-hoeken, Z-hoeken, afstand punt tot lijn, driehoeksongelijkheid. Meetkundige plaatsen: middelloodlijn, bissectrice, bissectricepaar, middenparallel, cirkel, parabool. Driehoeken: hoekensom driehoek, buitenhoek driehoek, congruentie: HZH, ZHH, ZHZ, ZZZ, ZZR; gelijkvormigheid: hh, zhz, zzz, zzr; middelloodlijnen driehoek, bissectrices driehoek, hoogtelijn driehoek, hoogtelijnen driehoek, zwaartelijn driehoek, zwaartelijnen driehoek, gelijkbenige driehoek, gelijkzijdige driehoek, rechthoekige driehoek, Pythagoras, gelijkbenige rechthoekige driehoek, halve gelijkzijdige driehoek. Vierhoeken: hoekensom vierhoek, parallellogram, ruit, rechthoek, vierkant. Cirkel, koorden, bogen, hoeken, raaklijn, vierhoeken: koorde, boog en koorde, loodlijn op koorde, middellijn, Thales, middelpuntshoek, omtrekshoek, constante hoek, raaklijn, hoek tussen koorde en raaklijn, koordenvierhoek. Goniometrie sin(t + u) = sin t cos u + cos t sin u sin(t u) = sin t cos u cos t sin u cos(t + u) = cos t cos u sin t sin u cos(t u) = cos t cos u + sin t sin u sin t + sin u = sin t + u cos t u sin t sin u = sin t u cos t + u cos t + cos u = cos t + u cos t u cos t cos u = sin t + u sin t u pagina 4 van 4

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave a Schrijf f () = g() h() met g() = 9 en h() = ln. Dit geeft f () = g () h() + g() h () = 8 ln + 9... = 8 ln + 9 Schrijf f () = 8 h() + 9 met h() = ln. Dit geeft f () = 8 h() + 9 h () + 9 = 8 ln + 8 + 9 = 8 ln + 8 + 9 dus f () = 8 ln + 7 f () = 0 8 ln + 7 = 0 ln = 7 8 = 3 Dit geeft = e 3/ en y = 9 (e 3/) ( ) 3 = 7 e 3 Opgave b F () = 3 (3 ln() ) + 3 3... = 9 ln 3 + 3 = f () Opgave c f () = 0 9 ln = 0 ln = 0 = Voor 0 < < geldt f () < 0 (zie grafiek). Te berekenen is dus /e f () d... = [ F()] /e = F() + F ( e... = (3 0 ) + (3 ) e3... = 4 e 3 ) Opgave a Omdat ADBC een koordenvierhoek is, geldt ADB + ACB = 80. Uit ADB + ADE = 80 volgt dan ADE = ACB = 60. AE = DE, dus ADE is een gelijkbenige driehoek. In deze driehoek geldt DAE = AED en DAE + AED + ADE = 80 Uit ADE = 60 volgt dan DAE = AED = 60 Een driehoek met drie hoeken van 60 is een gelijkzijdige driehoek. Alternatief voor de laatste stappen: Driehoek ADE is gelijkvormig met de gelijkzijdige driehoek ABC en is dus zelf ook een gelijkzijdige driehoek. Gelijkvormigheidsgeval zhz: De zijden AD en DE zijn gelijk, net als zijden AB en BC De ingesloten hoek is in beide driehoeken 60

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave b CAD = CAB + BAD = DAE + DAB = BAE Driehoeken CAD en BAE zijn congruent volgens congruentiegeval ZHZ: Z: CA = BA driehoek ABC is gelijkzijdig H: CAD = BAE zie hierboven Z: AD = AE driehoek ADE is gelijkzijdig Opgave c DC = BE overeenkomstige zijden in de congruente driehoeken CAD en BAE DE = DA driehoek ADE is gelijkzijdig Hieruit volgt: DC = BE = DE + DB = DA + DB Opgave 3a Schrijf f a () = t() n() met t() = en n() = + a, dus t () = en n () = Dit geeft f a() = n() t () t() n () n () = + a ( + a) f a() = 0 + a = 0... + a = 0 + a = 0 = a Voor a 0 valt = a buiten het domein van f a en heeft de grafiek van f a geen horizontale raaklijn, voor a > 0 is er een horizontale raaklijn voor = a. Opgave 3b f (0) = 0 en voor > 0 geldt f () > 0, dus de minimale waarde van f () is 0. Uit vraag a volgt dat f een mogelijk etreem heeft voor =. Omdat f (0) = 0, f () = voor =. en f (4) = 5, volgt hieruit dat f een maimum heeft Het bereik bestaat dus uit alle waarden van y met 0 y. Anders gezegd: het domein is het interval [0, ].

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave 3c f () = g() + = Alle termen vermenigvuldigen met geeft: + = Links en rechts vermenigvuldigen met + geeft: = ( )( + ) Hieruit volgt = = 0 De discriminant van deze laatste vergelijking is D = ( ) 4 =. Er zijn dus twee oplossingen: = + en = De tweede oplossing is echter negatief en valt dus buiten het domein van de functies f en g. De enige oplossing van de vergelijking f () = g() is = + Opgave 3d ( = + 3 ). g() = < Te berekenen is dus... = 4 4 + d =... = [ /] 4 = [ 4 ] 4... = 8 4 = 4 Opgave 4a g() d 4 4 d = / d f () = sin() + ( sin( 3 π ) ( ) = sin() + sin( 3 π ) f ( 6 π) = sin( 6 π) + sin( π) = + = f ( 6 π) = cos( 6 π) + cos( π) = 3 + 0 = 3 In y = a + b kunnen we dus invullen y = 3; a = Dit geeft 3 = 4 π + b Hieruit volgt b = 3 + 4 π. De vergelijking is dus y = + 3 + 4 π. Alternatief: De derde formule van Simpson geeft f () = cos( 6 π) cos( 6 π) = en = 6 π 3 cos( 6 π) = 3 cos( 6 π). Dit geeft f () = 3 sin( 6 π) f ( 6 π) = 3 sin( 3 π) = 3 3 = 3 = f ( 6 π) = 3 cos( 3 π) = 3 = 3 Opstellen vergelijking raaklijn als hierboven.

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave 4b g() = 0 sin() = sin( 3 π ) sin() = sin( 3 π) Dit geeft = 3 π + k π of = π ( 3π) + k π = 3π + k π heeft geen oplossingen. = π ( 3 π) + k π = π + 3 π + k π = 4 3 π + k π Hieruit volgt = 3 π + k π. Oplossingen op het interval [ π,π]: = 3 π; = 3 π + π = 3 π; = 3 π π = 3 π; = 3 π π = 3 π Alternatief: De eerste formule van Simpson geeft g() = sin( 6 π) cos( 6 π) = cos( 6 π) = cos( 6 π) g() = 0 cos( 6 π) = 0 Dit geeft 6 π = π + k π Hieruit volgt = 3 π + k π Oplossingen op het interval [ π,π] als hierboven. Opgave 4c f () = sin() + sin( 3 π ) g () = cos() cos( 3 π ) h () = g() f () f () g () (g()) = (sin() + sin( 3 π ))( sin() + sin( 3 π )) (cos() + cos( 3 π ))(cos() cos( 3 π )) (g())... = ( sin () + sin ( 3 π )) (cos () cos ( 3 π )) (g())... = sin () cos () + sin ( 3 π ) + cos ( 3 π ) (g())... = + (g()) = 0 (g()) Omdat in het domein van h geldt dat g() 0, is h () voor alle in het domein gelijk aan 0. Alternatief: De derde formule van Simpson geeft f () = 3 cos( 6 π). De eerste formule van Simpson geeft g() = cos( 6 π). Dit geeft h() = 3. Hieruit volgt h () = 0.

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave 4d De grafiek loopt op het hele domein horizontaal. De grafiek wordt echter onderbroken bij de -waarden waarvoor g() = 0. h(0) = cos(0) + cos( 3 π) sin(0) + sin( 3 π) = + 0 + = 3 = 3 3 3 Omdat f en g periodieke functies zijn, geldt ook voor de andere delen van de grafiek van h dat h() = 3. De grafiek bestaat dus uit de lijn y = 3 met uitzondering van de punten waarvoor g() = 0. Alternatief: De in c gevonden formule h() = 3 geldt niet als g() = 0. De grafiek bestaat dus uit de horizontale lijn y = 3 minus de punten waarvoor g() = 0. Opgave 5a f () = e. Dit geeft f (p) = e p. De raaklijn in punt P is dus de lijn door ( p,e p) met r.c. e p. In y = a + b kunnen we dus invullen y = e p, a = e p en = p. Dit geeft e p = e p p + b, dus b = e p + p e p = ( + p) e p. De vergelijking van de raaklijn is dus y = e p + ( + p) e p e p buiten haakjes halen geeft de gevraagde formule. Opgave 5b = 0 geeft y = ( + p) e p Dit is de hoogte van de driehoek. y = 0 geeft e p ( + p ) = 0 + p = 0 = + p Dit is de breedte van de driehoek. De oppervlakte van de driehoek is dus ( + p) e p ( + p) = (p + ) e p Opgave 5c Schrijf D p = g(p) h(p) met g(p) = ( + p) en h(p) = e p g(p) = + p + p, dus g (p) = + p Kan ook met de kettingregel met u = + p, dus g(p) = u Dit geeft g (p) = u [ + p] = u = + p. Zo zien we dd p dp = ( + p) ( + e p p) + e p = ( + p dd p ( + p) = 0 geeft + p = 0 dp... + p p p = 0 p = p = Aangezien p > 0 is p = de enige oplossing. ) ( + p) e p

Uitwerkingen Tentamen Wiskunde B 8 juli 04 Opgave 5d De inhoud van het omwentelingslichaam van de grafiek van f tussen de y-as en de ln lijn = ln wordt gegeven door π ( f ()) ln d = π e d... = π [ e ] ln 0... = π ( 4 + ) = 3 8 π De inhoud van het omwentelingslichaam van de lijn y = = ln is π ( ) ln = 4 π ln De inhoud van het omwentelingslichaam van V is dus ( 3 8 4 ln ) π 0 0 tussen de y-as en de lijn