Landbouwverkeer in Roermond. Landbouwtrekkers en werkmaterieel

Landbouwtrekkers en werkmaterieel

Landbouwtrekkers en werkmaterieel Titel: Landbouwverkeer in Roermond Subtitel: Landbouwtrekkers en werkmaterieel Versie: Versie 2 Plaats: Roermond Datum: 24 augustus 2010 Bestand: G:\RU\RU_SO\Verkeer \Projecten\036-LV\11-RAPP\RAP- 20100824-LV_in_Roermond_V2.doc Sector: Ruimte Afdeling: Stedelijke Ontwikkeling Opgesteld door: Jan Waalen

SAMENVATTING Bij het vaststellen van het Mobiliteitsplan 2020 is door de Roermondse gemeenteraad de wens uitgesproken om apart aandacht te besteden aan het landbouwverkeer. Naar aanleiding daarvan is in samenwerking met LLTB Oost-Maas, CUMELA Nederland, Mooren Machines, BTL Roermond, Loonbedrijf Maas BV en Loonbedrijf Peters Boukoul een inventarisatie gemaakt van de belangrijkste routes voor landbouwverkeer, de bestaande knelpunten en de mogelijk toekomstige knelpunten. Dit rapport geeft een omschrijving van de routes en knelpunten. Daarbij is per knelpunt aangegeven hoe hoog de prioriteit is en op welke wijze het betreffende knelpunt kan worden opgelost. De belangrijkste bestaande knelpunten die naar voren zijn gekomen zijn het inrijverbod voor landbouwverkeer op de N570 (Oosttangent), het noordelijke fietspad over de Maasbrug, het rijden met ontheffinghoudende voertuigen over de Maasbrug en het kruispunt Buitenop Kraanpoort. De eerste drie knelpunten kunnen worden opgelost door het opheffen van het inrijverbod voor landbouwverkeer op de Maasbrug en op de N570. Het laatstgenoemde knelpunt kan worden opgelost door het aanpassen van de verkeerslichtenregeling, aangevuld met een aantal kleine fysieke aanpassingen. De N280 op de Maasbrug en de N570 zijn beide in beheer bij de Provincie Limburg. Zij zijn dan ook het bevoegd gezag om de inrijverboden in te trekken. Daarom wordt hiertoe door de Gemeente Roermond mede namens de werkgroepleden een verzoek ingediend bij de Provincie Limburg. In de toekomst worden bij de volgende projecten knelpunten voorzien indien bij de planuitwerking onvoldoende aandacht wordt besteed wordt aan het landbouwverkeer: Bereikbaarheid Maasbrug als gevolg van de herinrichting van de Roerkade en de ontwikkeling van Jazzcity, herinrichting van de Singelring en de werkzaamheden aan de Maasbrug en herinrichting van de N280. Het is daarom van groot belang om bij de verdere planuitwerking aandacht te houden voor het landbouwverkeer. De belangrijkste aanbeveling is dat in de toekomst bij projecten beter en in een eerder stadium moet worden samengewerkt met de LLTB en CUMELA. De grote hoeveelheid projecten die jaarlijks wordt uitgevoerd maakt het onwenselijk om alle projecten te bespreken. Daarom wordt geadviseerd met LLTB en CUMELA af te spreken dat alleen grotere projecten op LBT-routes aan hen worden voorgelegd.

INHOUD 1. INLEIDING 1 1.1 Aanleiding 1 1.2 Doelstelling 1 1.3 Werkwijze 1 1.4 Leeswijzer 2 2. LITERATUUR 3 2.1 Type voertuigen 3 2.2 Wet en regelgeving 5 2.3 Landbouwverkeer binnen het verkeersbeleid 5 2.4 Beleidslijn Provincie Limburg 6 2.5 Maatregelenpakket 6 3. BESTAANDE KNELPUNTEN 9 4. MOGELIJKE TOEKOMSTIGE KNELPUNTEN 13 4.1 Belangrijke routes landbouwverkeer 13 4.2 Infrastructurele ontwikkelingen 13 4.3 Mogelijke toekomstige knelpunten 14 5. CONCLUSIES EN AANBEVELINGEN 17 5.1 Conclusies 17 5.2 Aanbevelingen 17 Bijlage 1: Deelnemers workshop a Bijlage 2: Literatuurlijst b Bijlage 3: Bestaande knelpunten landbouwverkeer c Bijlage 4: LBT routes d Bijlage 5: Infrastructurele ontwikkelingen e Bijlage 6: Knelpuntenoverzicht prioriteit 2 f

1. Inleiding 1.1 Aanleiding Landbouwtrekkers en zelfrijdend werkmaterieel vormen een speciale groep verkeersdeelnemers. Deze verkeersdeelnemers vallen onder de noemer langzaam verkeer, naast onder andere voetgangers en fietsers. Voor de leesbaarheid wordt in dit document verder de term landbouwverkeer gehanteerd. Hoewel het aandeel landbouwverkeer in het verkeer beperkt is zijn landbouwvoertuigen vanwege hun omvang een belangrijke factor om rekening mee te houden. Desondanks wordt deze groep bij het opstellen van verkeersbeleid en inrichtingsplannen vaak over het hoofd gezien. Bij het vaststellen van het Mobiliteitsplan 2020 is door de Roermondse gemeenteraad daarom de wens uitgesproken apart aandacht te besteden aan het landbouwverkeer. In overleg met LLTB 1 afdeling Oost-Maas is besloten in een kort rapport een overzicht te maken van de bestaande en voorziene knelpunten en tevens afspraken te maken om te voorkomen dat in de toekomst nieuwe knelpunten ontstaan. Deze afspraken worden in een korte beleidsnotitie vastgelegd en aangeboden aan de Roermondse gemeenteraad. 1.2 Doelstelling De bestaande en in de nabije toekomst te voorziene knelpunten voor landbouwtrekkers en zelfrijdend werkmaterieel op het wegennet binnen de gemeente Roermond in kaart brengen, aanbevelingen doen om deze knelpunten tegen te gaan en afspraken vastleggen om het ontstaan van nieuwe knelpunten te voorkomen. 1.3 Werkwijze In januari 2010 is een workshop georganiseerd met diverse belanghebbenden. In de bijlage is een overzicht van de deelnemers opgenomen. Tijdens deze workshop is een inventarisatie gemaakt van de bestaande knelpunten en belangrijke routes voor landbouwverkeer. Door de kaart met routes te combineren met een kaart van geplande projecten wordt inzichtelijk welke knelpunten in de nabij toekomst eventueel kunnen ontstaan. Er is een beperkte hoeveelheid literatuur beschikbaar over landbouwverkeer. Van deze beschikbare literatuur is een korte samenvatting gemaakt. In deze notitie wordt niet alle informatie overgenomen maar wordt verwezen naar de reeds beschikbare publicaties. Aan de hand van de literatuurstudie, de gevonden knelpunten en informatie uit de workshop worden conclusies en aanbevelingen gedaan om de bestaande en eventuele toekomstige knelpunten tegen te gaan en worden aanbevelingen gedaan die ervoor moeten zorgen dat in de toekomst in voldoende mate rekening gehouden wordt met landbouwverkeer. 1 Limburgse Land- en Tuinbouwbond 1

Deze notitie is in concept voorgelegd aan de leden van de workshop. Deze is tijdens een tweede bijeenkomst van de workshop in april besproken. De opmerkingen en aanvullingen van de workshop zijn vervolgens overgenomen in deze definitieve versie. 1.4 Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt de bestaande literatuur over dit onderwerp omschreven. In hoofdstuk 3 worden de bestaande knelpunten en beperkingen in beeld gebracht. In hoofdstuk 4 worden mogelijke toekomstige knelpunten omschreven. De conclusies en aanbevelingen worden omschreven in hoofdstuk 5. 2

2. Literatuur De hoeveelheid literatuur over landbouwverkeer op de openbare weg is beperkt. CROW heeft in december 2006 de publicatie Handreiking landbouwverkeer uitgebracht, bedoeld voor wegen met gemengd verkeer buiten de bebouwde kom. DHV heeft in april 2009 in opdracht van Provincie Limburg een nota met opgesteld met de titel Landbouwverkeer: Weren, reguleren of accepteren?. In opdracht van CUMELA Nederland heeft DHV een nota opgesteld met de titel Landbouwtrekkers en werkmaterieel op Weg. Door de Provincie Noord-Brabant is de Beleidsnota Wegenbeheer Landbouwverkeer opgesteld en vastgesteld. In de onderstaande paragrafen wordt een samenvatting gemaakt van de verschillende publicaties. Deze samenvatting wordt opgesteld aan de hand van een aantal thema s. 2.1 Type voertuigen Het belangrijkste onderscheid ten aanzien van het type voertuigen is het onderscheid tussen Landbouw- of bosbouwtrekkers (LBT), Motorrijtuigen met beperkte snelheid (MMBS) en Ontheffinghoudende Voertuigen (OHV). Landbouw- of bosbouwtrekkers (LBT) Doorgaans zijn er drie typen tractorcombinaties te onderscheiden. Tractoren met getrokken aanhangwagens (bijvoorbeeld kippers), tractoren met een gedragen werktuig in de hefinrichting (bijvoorbeeld een rotorkopeg), en tractoren met een getrokken werktuig (bijvoorbeeld een grootpakpers). Afbeelding 1: Tractor met getrokken aanhangwagen, gedragen werktuig en getrokken werktuig Motorrijtuigen met beperkte snelheid (MMBS) Onder de categorie motorrijtuig met beperkte snelheid vallen zelfrijdende machines die in de land- en tuinbouw, groenonderhoud, cultuurtechniek en de grond-, weg- en waterbouw (GWW) sector gebruikt worden. Afbeelding 2: Maishakselaar, shovel en reinigingsmachine 3

Ontheffinghoudende voertuigen (OHV) LBT met werktuigen en MMBS, zoals oogstwerktuigen, zijn soms breder dan 3 meter. De standaard bewerkingsbreedte van veel machines bedraagt 3 meter. Dit heeft te maken met de in Nederland gangbare teeltsystemen. De aandrijving van de werktuigen zit aan de buitenkant, waardoor de breedte boven de 3 meter komt. Wegbeheerders kunnen ontheffingen geven voor landbouwvoertuigen breder dan 3 meter. Standaard gaan de meeste ontheffingen tot 3,5 meter. Incidenteel wordt voor speciale oogstvoertuigen ontheffing verleend tot 4 meter, waarbij aanvullende eisen worden gesteld aan het transport. Afbeelding 3: Voorbeeld van een ontheffinghoudend voertuig: Zelfrijdende bietenrooier (bron: www.farmphoto.com) Maatvoering voertuigen In de Regeling voertuigen (onderdeel van Wegenverkeerswet) staan de eisen waaraan een voertuig moet voldoen. Het gaat dan om eisen aan maximale afmetingen, massa s en aslasten. Ook LBT en MMBS moeten aan deze eisen voldoen, maar ze hoeven geen kenteken te voeren. In onderstaand overzicht worden de belangrijkste eisen omschreven. De maximale afmetingen van een LBT of MMBS zijn: 3 m breed, 12 m lang en 4 m hoog. Dat is inclusief een verwisselbaar uitrustingsstuk (b.v. een aangebouwd werktuig, en inclusief belading. Aan een LBT of MMBS mogen meerdere aanhangwagens worden gekoppeld. De breedte en hoogte eisen blijven hetzelfde maar de maximale lengte van de combinatie is dan 18 m. Met lading mag de combinatie maximaal 19 m lang zijn. De maximale aslast van een niet aangedreven as van een LBT, MMBS en aanhanger is 10.000 kg. De maximale aslast van een aangedreven as van een LBT is 11.500 kg. Voor een LBT geldt daarbij een maximale som van de aslasten van 18.000 kg, of 50.000 kg in geval van een LBT met getrokken aanhangwagen. Voor een MMBS als rijdend werktuig is maximum last onder een wiel 6.000 kg en de maximale som van de aslasten 60.000 kg. Zoals hierboven reeds is aangegeven hebben OHV over het algemeen een maximale breedte van 3,5 meter en incidenteel een breedte van maximaal 4,0 meter. 4

2.2 Wet en regelgeving De Wegenverkeerswet 1994 vormt de wettelijke basis voor de veiligheid op de weg, het gebruik van de weg en de vrijheid van het verkeer. De Regeling voertuigen (van kracht sinds 1 mei 2009) is een onderdeel van de Wegenverkeerswet. Het regelt de toelating van voertuigen op de weg en stelt eisen aan de voertuigen op de weg en aan het gebruik ervan. Nederland kent (nog) geen toelatingskeuring voor LBT of MMBS. Wel geldt vanaf 1 juli 2005 de EUrichtlijn 2003/37/EG voor de typegoedkeuring van LBT. Voor MMBS zijn er ook op Europees niveau nog geen type goedkeuringseisen. Het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens (1990) schrijft voor dat LBT op de weg niet sneller mogen rijden dan 25 km/u. Ook voor alle MMBS is de maximumsnelheid 25 km/u. Personen van 16 jaar en ouder mogen een LBT of MMBS besturen op de openbare weg. Het werken met een LBT op de openbare weg valt dan onder de Arbeidsomstandighedenwet. Voor 16- en 17-jarigen stelt deze wet voor werken met de LBT op de openbare weg een trekkercertificaat verplicht. Voor het besturen van een MMBS geldt alleen een minimum leeftijd van 16 jaar en is geen trekkercertificaat verplicht. 2.3 Landbouwverkeer binnen het verkeersbeleid Er bestaat geen landelijk verkeersbeleid dat is toegespitst op landbouwverkeer. Binnen het landelijk beleid wordt landbouwverkeer geschaard onder de categorie langzaam verkeer. De belangrijkste richtlijn die betrekking heeft op de positie van het landbouwverkeer betreft de richtlijn Duurzaam Veilig Wegverkeer. Het Duurzaam Veilig beleid maakt onderscheid tussen drie verschillende wegcategorieën: erftoegangswegen (ETW), gebiedsontsluitingswegen (GOW) en stroomwegen (SW). Erftoegangswegen liggen in verblijfsgebieden en hebben voornamelijk een verblijfsfunctie. Binnen de bebouwde kom geldt op een ETW een maximum snelheid van 30 km/u en buiten de bebouwde kom 60 km/u. Gebiedsontsluitingswegen hebben zowel een verblijfsfunctie als een verkeersfunctie en hebben binnen de bebouwde kom een maximum snelheid van 50 of 70 km/u en buiten de bebouwde kom een snelheid van 80 km/u. Stroomwegen hebben uitsluitend een verkeersfunctie en zijn praktisch altijd autoweg of autosnelweg. Volgens de essentiële herkenbaarheidkenmerken van Duurzaam Veilig is op wegen die gecategoriseerd zijn als SW geen landbouwverkeer op de rijbaan toegestaan. Ook op gebiedsontsluitingswegen buiten de bouwde kom is geen landbouwverkeer op de rijbaan toegestaan. Op gebiedsontsluitingswegen binnen de bebouwde kom en op all erftoegangswegen is landbouwverkeer toegestaan op de hoofdrijbaan. In de praktijk komt dit erop neer dat landbouwverkeer niet is toegestaan op 80 km/u wegen. Aangezien hierdoor veel landbouwpercelen en bedrijven onbereikbaar zouden worden wordt in de praktijk de richtlijn aangehouden dat op 80 km/u wegen met een rijstrookindeling van 2x1 wel landbouwverkeer wordt toegestaan. 5

2.4 Beleidslijn Provincie Limburg De beleidslijn van de Provincie Limburg ten aanzien van landbouwverkeer wordt verwoord in de brief van Gedeputeerde Staten van Limburg aan de Statencommissie voor het Sociale Domein van 25 augustus 2009 en in het rapport Landbouwverkeer: Weren, reguleren of accepteren?. De belangrijkste uitgangspunten van de provinciale beleidslijn zijn: Landbouwverkeer kan de verkeersafwikkeling hinderen, en landbouwverkeer kan door snelheidsverschillen en inhaalgedrag aanleiding zijn voor verkeersonveiligheid; Op bestaande en nieuwe wegen welke zijn aangelegd voor een bereikbare regio, en waarbij geen sprake is van perceelontsluitingen, wordt geen landbouwverkeer toegestaan. Op autosnelwegen en wegen met een 2x2 rijstrookindeling wordt geen landbouwverkeer toegestaan. Voor overige wegen wordt een maatwerkoplossing voorgestaan waarbij een mix aan maatregelen moet leiden tot een acceptabele situatie. Voor het wegennet op Roermonds wegennet betekent dit dat de volgende provinciale wegen gesloten zijn voor landbouwverkeer: N280 van de gemeentegrens met Leudal tot de landsgrens met Duitsland, is grotendeel autoweg en over de volle lengte ingedeeld met 2x2 rijstroken; N570 tussen A73 en N293, is ingedeeld met 2x2 rijstroken; N293 tussen Heinsbergerweg en N570 is aangelegd voor een bereikbare regio en bevat geen perceelontsluitingen. 2.5 Maatregelenpakket In de rapporten Landbouwtrekkers en werkmaterieel op Weg en Landbouwverkeer: Weren, reguleren of accepteren? worden maatregelen voorgesteld die kunnen worden getroffen om landbouwverkeer op een veilige wijze mogelijk te maken. In het eerstgenoemde rapport wordt daarnaast een afwegingskader weergegeven dat als hulpmiddel kan dienen bij het kiezen van maatregelen. Onderstaand worden de mogelijk maatregelen kort weergegeven. Voor een nadere toelichting op deze maatregelen en het afwegingskader wordt verwezen naar de betreffende rapporten. LBT routes Het vaststellen van doorgaande LBT en MMBS routes. Aangezien Roermond met de Maasbrug een belangrijk knooppunt is is het van belang om tenminste vanuit de Maasbrug in alle windrichtingen een route vast te stellen. Parallelle structuren Met beperkte maatregelen kan ervoor gezorgd worden dat landbouwverkeer zoveel mogelijk gebruik kan maken van parallelle structuren waardoor geen gebruik hoeft worden gemaakt van gebiedsontsluitingswegen. 6

Parallelwegen Door gebiedsontsluitingswegen te voorzien van parallelwegen kunnen de daarlangs liggende erven ontsloten worden en wordt een doorgaande verbinding gecreëerd. Inhaalverboden Om landbouwverkeer op gebiedsontsluitingswegen mogelijk te maken kan landbouwverkeer worden uitgezonderd van inhaalverboden. Passeerhavens Een verdergaande mogelijkheid om landbouwverkeer op gebiedsontsluitingswegen mogelijk te maken is het aanbrengen van passeerhavens. Venstertijden Een derde mogelijkheid om landbouwverkeer op gebiedsontsluitingswegen mogelijk te maken is het instellen van venstertijden zodat landbouw alleen buiten de spitsperioden wordt toegelaten op gebiedsontsluitingswegen. 7

8

3. Bestaande knelpunten Tijdens de workshop is met alle aanwezigen een inventarisatie gemaakt van de knelpunten voor landbouwverkeer op het wegennet binnen de gemeente Roermond. Op de kaart in bijlage 2 zijn de locaties van de verschillende knelpunten weergegeven. Onderstaand worden alle knelpunten toegelicht. Per knelpunt is een prioriteit toegekend. Een aantal knelpunten kunnen en/of hoeven niet te worden opgelost maar worden als gegeven beschouwd. Deze zijn wel in de inventarisatie opgenomen omdat zij in relatie tot andere knelpunten van belang zijn. Aan deze knelpunten is prioriteit 0 toegekend. 1 Kruispunt Buitenop Kraanpoort (Prioriteit 1) Landbouwverkeer mag niet over de N280 over de Maasbrug rijden, maar moet Buitenop gebruik maken van een van de twee vrijliggende in-twee-richtingen-bereden fietspaden. Landbouwverkeer dat over het zuidelijk gelegen fietspad de stad Roermond inrijd komt uit bij de verkeerslichten op het kruispunt Buitenop Kraanpoort. In de verkeerslichtenregeling is voor dit fietspad alleen rekening gehouden met rechtdoorgaande Kraanpoort fietsers (blauwe pijl). Landbouwverkeer moet vanaf dit fietspad echter in vier andere richtingen rijden (rode pijlen) waarmee in de verkeerlichtenregeling geen rekening gehouden is en waar dus ander verkeer rijdt op het moment dat het fietslicht groen heeft. Dit leidt vaak tot lastige en soms tot onveilige situaties. 2 Noordelijke fietspad Maasbrug (prioriteit 1) Landbouwverkeer mag niet over de N280 over de Maasbrug rijden, maar moet gebruik maken van een van de twee vrijliggende in-twee-richtingen-bereden fietspaden. Het noordelijk fietspad is in twee richtingen toegankelijk voor landbouwverkeer. Het fietspad is op de brug echter niet breed genoeg om twee voertuigen te laten passeren. Wanneer twee voertuigen elkaar op de brug treffen moet dus een van de twee voertuigen teruguit rijden. 9

3 Ontheffinghoudende voertuigen over Maasbrug (Prioriteit 1) Landbouwverkeer mag niet over de N280 over de Maasbrug rijden, maar moet gebruik maken van een van de twee vrijliggende in-twee-richtingen-bereden fietspaden. Deze fietspaden zijn echter te smal voor veel ontheffinghoudende voertuigen. De enige alternatieve routes voor deze ontheffinghoudende voertuigen zijn via Maasbracht of via Venlo. 4 N570 Oosttangent (Prioriteit 1) De N570 is afgesloten voor landbouwverkeer tussen de Koninginnelaan en het kruispunt met de N293 (aangegeven met rood). De N570 heeft hier een profiel van 2 x 2 rijbanen met een maximum snelheid van 50 km/u en is gecategoriseerd als stroomweg. De Provincie Limburg heeft als beleid dat op stroomwegen geen landbouwverkeer wordt toegelaten. Hierop worden wel uitzonderingen toegstaan maar niet in een situatie met 2 x 2 rijbanen. De alternatieve routes leiden door woonwijken waar het landbouwverkeer overlast veroorzaakt. Een bijkomend probleem is dat ook op deze alternatieve routes knelpunten voorkomen (zie knelpunten nr. 5, 6, 7 en 12). 5 Spoorwegviaduct Bredeweg (Prioriteit 0) De Bredeweg kruist het historisch tracé van de IJzeren Rijn met een viaduct. De maximale doorrijhoogte is hier 3,80 meter waardoor niet alle voertuigen dit viaduct kunnen passeren. 6 Hoek Heystertbaan - Kloosterweg (Prioriteit 2) Een alternatieve route voor de N570 of de Bredeweg is de route over de Keulsebaan, Sint Wirosingel, Vivaldistraat, Heidebaan, Heystertbaan, Kloosterweg, Onderste Schraagweg, Bovenste Schraagweg en Spik. Deze route is voor veel landbouwverkeer echter niet toegankelijk omdat op de hoek Heystertbaan Kloosterweg onvoldoende manoeuvreruimte aanwezig is. 10

7 Kapellerlaan (Prioriteit 2) Een andere alternatieve route voor de N570 of de Bredeweg is de route over de Heinsbergerweg en Kapellerlaan. De Kapellerlaan is echter erg smal en enkele plaatsen zeer slecht berijdbaar met landbouwverkeer, met name met ontheffinghoudende voertuigen. 8 Bredeweg (Prioriteit 2) De nieuwe inrichting van de Bredeweg tussen Koninginnelaan en Broekhin Zuid is erg smal en op enkele plaatsen zeer slecht berijdbaar met landbouwverkeer, met name met ontheffinghoudende voertuigen. 9 Venloseweg Broekin Noord (Prioriteit 2) De inrichting van de Venloseweg en Broekhin Noord is erg smal en op enkele plaatsen zeer slecht berijdbaar met landbouwverkeer, met name met ontheffinghoudende voertuigen. 10 Spoorwegviaduct Koninginnelaan (Prioriteit 0) De Koninginnelaan kruist de spoorweg Eindhoven Maastricht met een viaduct. De maximale doorrijhoogte is hier 3,90 meter waardoor niet alle voertuigen dit viaduct kunnen passeren. 11 Spoorwegviaduct Oranjelaan (Prioriteit 0) De Oranjelaan kruist de spoorweg Eindhoven Maastricht met een viaduct. De maximale doorrijhoogte is hier 3,50 meter waardoor niet alle voertuigen dit viaduct kunnen passeren. 12 Asenrayerweg (Prioriteit 2) De Asenrayerweg tussen Asenray en Herkenbosch is alleen opengesteld voor langzaam verkeer, inclusief landbouwverkeer. De weg is erg smal waardoor vaak gebruik gemaakt moet worden van de berm. Deze berm is erg uitspoelinggevoelig waardoor deze weg moeilijk berijdbaar is. 13 Zuidelijke komingang Swalmen (Prioriteit 2) De zuidelijke komingang van Swalmen op de N271 (Rijksweg Zuid) is te smal uitgevoerd en daardoor zeer slecht berijdbaar met landbouwverkeer, met name met ontheffinghoudende voertuigen. 14 Brug Swalm N271 (Prioriteit 2) De N271 (Rijksweg) is ter hoogte van de brug over de Swalm te smal uitgevoerd en daardoor zeer slecht berijdbaar met landbouwverkeer, met name met ontheffinghoudende voertuigen. 15 Roerkade (Prioriteit 2) De Roerkade in Roermond is te smal voor landbouwverkeer en de verkeersintensiteit is te hoog. 11

12

4. Mogelijke toekomstige knelpunten Om mogelijke toekomstige knelpunten te kunnen vaststellen zijn tijdens de workshop eerst de belangrijkste routes van het landbouwverkeer geïnventariseerd. Daarna zijn alle toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen geïnventariseerd. Door beiden met elkaar te vergelijken ontstaat een beeld van de mogelijke toekomstige knelpunten. 4.1 Belangrijke routes landbouwverkeer De Maasbrug is een belangrijke verbinding in de regionale routes voor landbouwverkeer (LBTroutes). Deze regionale routes zijn van belang voor agrarische bedrijven die grond bezitten op verschillende locaties in de regio. Zeker zo belangrijk zijn deze routes echter voor loonwerkersbedrijven die door de gehele regio en daarbuiten werkzaam zijn. De Maasbrug is de enige Maasoeververbinding tussen Maasbracht en Venlo, veel landbouwverkeer mag geen gebruik maken van de veerpont. Wanneer de route over de Maasbrug vervalt moet via Maasbracht circa 20 km worden omgereden en via Venlo circa 50 km. Het is daarom van belang deze verbinding open te houden en de Maasbrug in alle windrichtingen te ontsluiten. Op de kaart in bijlage 3 zijn in blauw de belangrijkste routes voor landbouwverkeer weergegeven. In groen zijn de alternatieve routes voor knelpunten op de LBT-routes weergegeven. 4.2 Infrastructurele ontwikkelingen Roermond is in beweging en blijft zich verder ontwikkelen. Dit vertaalt zich zowel in ruimtelijke als in infrastructurele ontwikkelingen. In het verleden is gebleken dat bij deze ontwikkelingen de positie van het landbouwverkeer wel eens over het hoofd wordt gezien. Het is daarom goed om de geplande ontwikkelingen te vergelijken met de LBT-routes. Op de kaart in bijlage 4 zijn de belangrijkste infrastructurele ontwikkelingen weergegeven. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen ontwikkelingen die staan gepland, ontwikkelingen waarover al besluitvorming heeft plaatsgevonden en ontwikkelingen die al in voorbereiding of in uitvoering zijn. De onderstaande ontwikkelingen zijn weergegeven: In voorbereiding of uitvoering (rood) 1. Herinrichting Roerkade met éénrichtingsverkeer; 2. Aanleg rotonde kruispunt Koninginnelaan Donderbergweg; 3. Herinrichting Rijksweg Swalmen 4. Herinrichting Hollestraat Swalmen 5. Herinrichting Asseltsestraat Besluitvorming plaatsgevonden (blauw) 6. Ontwikkeling Jazzcity / Citymeadow. 7. Herinrichting Julianalaan, Hoekstraat en Elmpterweg; 8. Reconstructie Singelring; 9. Herinrichting kruispunten Maastrichterweg met Mussenberg en Burg. Geuljanslaan; 13

Geplande projecten (groen) 10. Ongelijkvloerse inrichting kruispunten N280; 11. Tracéstudie N280 Weert A73; 12. Groot onderhoud Maasbrug 4.3 Mogelijke toekomstige knelpunten Door de voorgenomen ontwikkelingen te vergelijken met de LBT-routes ontstaat inzicht in de mogelijke toekomstige knelpunten. Daarbij komen de volgende aandachtspunten naar voren. Bereikbaarheid Maasbrug (Roerkade & Jazzcity) De Maasbrug is de belangrijkste schakel voor landbouwverkeer op het Roermondse wegennet. Door een combinatie van het instellen van éénrichtingsverkeer op de Roerkade en de ontwikkeling van Jazzcity komt de bereikbaarheid van de Maasbrug onder druk te staan. Voor verkeer in de tegenovergestelde richting van het toekomstig éénrichtingsverkeer op de Roerkade is een alternatieve route over de oostelijke Singelring mogelijk. Het moet dan wel mogelijk blijven om vanaf de Maasbrug de oostelijke Singelring te bereiken. Overigens wordt door de werkgroepleden aangegeven dat het voor het landbouwverkeer sterk de voorkeur heeft om de Roerkade in twee richtingen open te houden. Aanleg rotonde Koninginnelaan Bredeweg Eind augustus 2010 wordt gestart met de aanleg van de rotonde Koninginnelaan Bredeweg. De vormgeving van deze rotonde is vergelijkbaar met de overige rotondes in Roermond. Aangezien de bestaande rotondes niet als knelpunt zijn genoemd wordt ervan uitgegaan ook voor deze rotonde geen extra aandacht hoeft te worden besteed aan landbouwverkeer. Herinrichting Maastrichterweg Grontmij heeft in opdracht van de Gemeente Roermond een onderzoek gedaan naar de gewenste inrichting van de Maastrichterweg. De herinrichting zal gefaseerd worden uitgevoerd waarbij in het voorjaar van 2010 wordt gestart met de planvoorbereiding voor het ombouwen tot rotonde van de kruispunten met de Mussenberg en Burg. Geuljanslaan. Voor het aanpassen van de overige kruispunten en het wegprofiel is nog geen planning vastgesteld. Bij de planvoorbereiding van de werkzaamheden aan de Maastrichterweg zullen CUMELA en LLTB betrokken worden. Herinrichting Rijksweg Swalmen De planvoorbereiding voor de herinrichting van de Rijksweg in Swalmen is inmiddels afgerond. In juli wordt dit werk aanbesteed. Bij de planvoorbereiding heeft overleg plaatsgevonden met LLTB. Herinrichting Asseltsestraat Swalmen De planvoorbereiding voor de herinrichting van de Asseltsestraat in Swalmen is in een vergevorderd stadium. Binnenkort wordt dit werk aanbesteed. Het wegprofiel zal niet wezenlijk wijzigen. Het ontwerp zal worden toegezonden aan CUMELA en LLTB. 14

Herinrichting Singelring In het najaar van 2009 is de Visie Singelring 2009 vastgesteld. Deze visie vormt de basis voor een herinrichting van de Singelring die de komende jaren in verschillende fasen wordt uitgevoerd. De toegankelijkheid van de oostelijk Singelring is voor landbouwverkeer van groot belang omdat dit een alternatieve route zal worden voor het éénrichtingsverkeer op de Roerkade. Werkzaamheden N280 Op de N280 vinden de komende jaren diverse werkzaamheden plaats: binnen afzienbare tijd wordt constructief onderhoud uitgevoerd aan de Maasbrug; er wordt binnenkort een MER-studie opgestart voor de herinrichting van de N280 tussen Weert en de A73; er is gestart met de planvoorbereiding voor het ongelijkvloers inrichten van de kruispunten met de Mijnheerkensweg / Wilhelminasingel en met de Maashaven / Buitenop. Bij deze werkzaamheden wordt rekening gehouden met het belang van de Maasbrug als schakel binnen de LBT-routes en met de knelpunten die in de huidige situatie al worden geconstateerd. 15

16

5. Conclusies en aanbevelingen 5.1 Conclusies De voornaamste conclusie is dat Roermond een belangrijke schakel is binnen het netwerk van regionale LBT-routes. In het verleden is onvoldoende rekening gehouden met de belangen van het landbouwverkeer waardoor een aantal knelpunten zijn ontstaan. Wanneer ook bij de geplande werkzaamheden geen rekening gehouden wordt met het landbouwverkeer zullen nog meer knelpunten ontstaan. In het onderstaand overzicht worden de voornaamste bestaande en mogelijk toekomstige knelpunten weergeven. Bestaande knelpunten: Kruispunt Buitenop Kraanpoort Noordelijke fietspad Maasbrug Ontheffinghoudende voertuigen over Maasbrug N570 Oosttangent Mogelijk toekomstige knelpunten: Bereikbaarheid Maasbrug (Roerkade & Jazzcity) Herinrichting Singelring Werkzaamheden N280 5.2 Aanbevelingen De belangrijkste aanbeveling is dat in de toekomst bij projecten beter en in een eerder stadium moet worden samengewerkt met de LLTB en CUMELA. De grote hoeveelheid projecten die jaarlijks wordt uitgevoerd maakt het onwenselijk om alle projecten te bespreken. Daarom wordt geadviseerd met LLTB en CUMELA af te spreken dat alleen grotere projecten op LBT-routes aan hen worden voorgelegd. Naast deze algemene aanbeveling worden onderstaande aanbevelingen per knelpunt gedaan. N570 Oosttangent De N570 Oosttangent vormt een belangrijke schakel in het LBT-routenetwerk. Voor deze schakel is geen goed alternatief omdat de alternatieve routes knelpunten bevatten die de doorgang van het landbouwverkeer belemmeren. Voor de aanleg van de N570 kon het landbouwverkeer gebruik maken van de St. Wirosingel, deze route is nu echter afgesloten. De N570 Oosttangent is weliswaar een gebiedsontsluitingsweg buiten de bebouwde kom met 2x2 rijstroken en zou op grond daarvan gesloten moeten worden voor landbouwverkeer. De maximum snelheid is op dit wegvak echter slechts 50 km/u. Naar verwachting zal voor de zomer van 2010 een voorstel door de Tweede Kamer behandeld worden om de maximum snelheid voor landbouwvoertuigen met herkenningsplaat te verhogen van 25 km/h naar 40 km/h. In de praktijk is dit een snelheid die door een meerderheid van de landbouwvoertuigen al wordt gereden. Het snelheidverschil met de overige weggebruikers is daarmee gering. Naar de mening van de Gemeente Roermond is het goed om als maatwerkoplossing op deze weg landbouwverkeer toe te staan. 17

Aangezien het om een weg gaat die in beheer is bij de provincie zal hiertoe een verzoek gedaan worden bij de provincie. Kruispunt Buitenop Kraanpoort Dit knelpunt kan worden verholpen door voor landbouwverkeer een aparte signaalgroep in de verkeersregelinstallatie in te stellen. Er wordt dan apart detectie voor fietsers en voor landbouwverkeer aangebracht. Fietsers krijgen dan op de oude manier groen licht binnen de regeling. Landbouwverkeer krijgt exclusief groen. De aparte detectie zorgt ervoor dat niet bij iedere fietser exclusief groen wordt gegeven. Dit zou teveel capaciteit geven in de regeling. De kosten voor deze maatregel worden geraamd op 15.000-. Daarnaast is het wenselijk enkele fysieke aanpassingen uit te voeren zodat landbouwverkeer gemakkelijker kan manoeuvreren. Bezien wordt of deze aanpassingen kunnen worden uitgevoerd bij de herinrichting van de Roerkade. Noordelijke fietspad Maasbrug Op het noordelijk fietspad kunnen landbouwvoertuigen elkaar niet passeren wanneer zij elkaar in tegengestelde richting tegenkomen. Dit kan worden voorkomen door voor landbouwverkeer éénrichtingsverkeer in te stellen op de het noordelijk fietspad van de Maasbrug. Door Loonbedrijf Maas BV is echter aangegeven dat dit geen wenselijke maatregel is, onder andere vanwege de problemen op het kruispunt Buitenop Kraanpoort. Het heeft sterk de voorkeur om de N280 over de Maasbrug toegankelijk te maken voor landbouwverkeer zodat landbouwverkeer geen gebruik meer hoeft te maken van de fietspaden. Een tweede mogelijkheid is het aanbrengen van passeerhavens aan beide zijden van de Maasbrug. Hiervoor dient echter het talud aangepast te worden, hetgeen tot hoge kosten leidt. Bij een toekomstige herinrichting van de N280 kan dit eventueel meegenomen worden. Ontheffinghoudende voertuigen over Maasbrug Een ontheffinghoudend voertuigen met een breedte van 3,50 meter of breder kan geen gebruik maken van een fietspad over de Maasbrug. Wanneer een dergelijk voertuig over de Maasbrug rijdt heeft een tegenliggende (brom-)fietser onvoldoende ruimte om te kunnen passeren. In de praktijk rijdt een dergelijk voertuig op rustige momenten daarom tegen de regels in over de hoofdrijbaan. Dit kan echter problemen opleveren voor de verzekering. Dit kan worden opgelost door ontheffinghoudende voertuigen (voor bepaalde venstertijden) ontheffing te verlenen voor het passeren van de Maasbrug. Bereikbaarheid Maasbrug (Roerkade & Jazzcity) Bij de verdere planvorming rond de N280 is het uitgangspunt dat landbouwverkeer in de Oost - West richting mogelijk blijft. Deze verbinding zal ook worden aangesloten op de oostelijke Singelring zodat via die route ook een verbinding openblijft in zuidelijke richting. Herinrichting Singelring In aanvulling op bovengenoemd knelpunt zal bij herinrichting van de Singelring rekening gehouden worden met de doorgang van landbouwverkeer over de oostelijke Singelring. De 18

Roerkade zal in één richting open gehouden worden voor landbouwverkeer. Met het vaststellen van het wegprofiel moet rekening gehouden worden met de maatvoering van OHV. Werkzaamheden N280 Bij de diverse werkzaamheden aan de N280 zal de doorgang voor landbouwverkeer ten minste op hetzelfde niveau als nu handhaaft blijven en zal ernaar gestreefd worden de doorgang van het landbouwverkeer te verbeteren. Knelpunten prioriteit 2 In bijlage 6 is een overzicht opgenomen van de knelpunten waaraan prioriteit 2 is toegekend. Het aanpakken van deze knelpunten zal worden meegenomen bij reguliere onderhoudswerkzaamheden. Per knelpunt is aangegeven op welke wijze dit kan worden opgelost. 19

20

Landbouwtrekkers en werkmaterieel Bijlagen

Bijlage 1: Deelnemers workshop BTL Realisatie B.V. Dhr. Louis Slabbers Vestigingsmanager Roermond Postbus 2288 6040 DA ROERMOND 0475-324945 louis.slabbers@btl.nl CUMELA Nederland Mw. Irma Gottenbos Bedrijvenadviseur Limburg Postbus 1156 3860 BD NIJKERK 033-2474900 igottenbos@cumela.nl Loonbedrijf Maas BV Mw. Jeanne Hesen Lanterdweg 23 5995 SC KESSEL-EIK 077-4621357 jeannehesen@hetnet.nl Loonbedrijf Peters Boukoul Dhr. Jan Peters Raaystraat 12 6071 NC SWALMEN 0475-503403 peters.boukoul@planet.nl Mooren Machines Dhr. Mark Mooren Directeur Wirosingel 100 6042 KZ ROERMOND 0475-420422 info@moorenmachines.nl LLTB Oost-Maas Dhr. Pieter van Melick Voorzitter Middelhoven 5 6071 PE SWALMEN 0475-508042 info@demiddelhof.nl LLTB Oost-Maas Dhr. Harry Wolters Raaystraat 38 6071 NC SWALMEN woltersh@planet.nl Gemeente Roermond Dhr. Tom Steijvers Beheerder Verkeer Postbus 900 6040 AX ROERMOND 0475-953298 tomsteijvers@roermond.nl Gemeente Roermond Dhr. Jac Smolenaars Medewerker Verkeer Postbus 900 6040 AX ROERMOND 0475-359833 jacsmolenaars@roermond.nl Gemeente Roermond Dhr. Jan Waalen Coördinator Verkeer en Vervoer Postbus 900 6040 AX ROERMOND 0475-359228 janwaalen@roermond.nl a

Bijlage 2: Literatuurlijst Landbouwverkeer: Weren, reguleren of accepteren?, april 2009, DHV bv iov Provincie Limburg Landbouwtrekkers en werkmaterieel op Weg, januari 2009, DHV bv iov CUMELA Nederland, Beleidsnota Wegenbeer Landbouwverkeer, Provincie Noord-Brabant Handreiking Landbouwverkeer; Wegen met gemengd verkeer buiten de bebouwde kom, december 2006, CROW Over verkeersveiligheid; Informatie over ontwikkelingen op het gebied van verkeersveiligheidsbeleid en kennis nummer 05 april 2010, Kennisplatform Verkeer en Vervoer b

Bijlage 3: Bestaande knelpunten landbouwverkeer c

Bijlage 4: LBT routes d

Bijlage 5: Infrastructurele ontwikkelingen e

Bijlage 6: Knelpuntenoverzicht prioriteit 2 Nummer Omschrijving knelpunt Maatregel 6 Hoek Heystertbaan - Kloosterweg Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 7 Kapellerlaan Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 8 Bredeweg Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 9 Venloseweg Broekin Noord Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 12 Asenrayerweg Uitspoeling tegengaan. 13 Zuidelijke komingang Swalmen Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 14 Brug Swalm N271 Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. 15 Roerkade Bij herinrichting rekening houden met maatvoering landbouwvoertuigen. f